ALBEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
1753
Minister Colijn over den economischen toestand.
AKKERTJES
MAANDAG 19 APRIL 1937
77e Jaargang
Binnenland.
FeuiJleion
Het Geheim van de
Zeven Schoorsteenen
ANNO
EERSTE BLAD
0PENBARE RAADSVERGADERING.
OPNEMING van Wegen, Voetpaden en
Kunstwerken.
M.
AKKER-CACHET S
wmmmmmmmmumm
'U5zmvp:zvi±*>w>.
.VJtL IMKMMHMBM*
>.jr*^imiaa»'fw'ww mwaww
NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen f 1,25 per 3 maanden Buiten Ter N-euzen
fr. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,—, overige lan den 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abornementen voor liet buitenland alleen bij vooruiibetaling.
Uitgeefster: Firm a P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
ItLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijfgbaar is.
Inzending van advertentien liefst een dag voor de ultgave.
DIT
BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAAN 3AG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAV OND.
De Burgemeester van TESR NEUZEN brengt
ter openbare kennis, dat een vergadering van
den Raad dier gemeente is belegd tegen Don-
derdag, 22 April 1937, des nam. 2 uur.
Ter Neuzen, 13 April 1937.
De Burgemeester,
P. TELLEGEN.
Burgemeester en Wethouders van HOEK
maken bekend, dat, te be'ginnen op 3 Mei a.s.
vanwege de igemeente een AEGEMEENE
OPNEMING zal worden gehouden van de
wegen en voetpaden met de kunstwerken in
die gemeente.
Hoek, 16 April 1937.
Burgemeester en Wethouders van Hoek,
De Burgemeester,
J. A. VAN TIENHOVteN.
De Secretaris,
DREGMANS.
HET PRINSELIJK PAAR NAAR
RECKENWAEDE.
Zaterdagavond zljn Prinses Juliana en Prins
Bernbard van bet station Amersfoort naar
Reckenwalde vertrokken, waar zij een bezoek
aan de moeder van den Prins zullen brengen.
Ofscboon niet bekend was, dat zij van af
Amersfoort zouden vertrekken, waren daar
tocib enkele honderiden menschen voor bet sta-
tionsgebouw geschaard, om het ecbtpaar toe
te juicben, waardoor het blijkbaar zeer ver-
rast was.
De Prinses en de Prins gingen als gewone
reizigers door de controle en namen plaats in
de gereserveerde coupd. De wagon waarin zij
hadden plaats genomen werd daarop aan den
D-trein naar Berlijn gehaakt, welke am 8,25
vertrok.
Naar gemeld woridt zou de reis van af Ber
lijn gemaakt worden in den nieuwen auto die
H. M. de Koningin aan Prins Bernbard heeft
geschonken en die dan voor het eerst zou wor
den gebruikt.
WEER EEN SLEEPREIS MET EEN
TENMOLEN.
De grootste tinbaggermolen ter wereld, de
,,Doejoeng", die Zaterdag van de werf van J.
en K. Smit's Scheepswerven te Kinderdijk te
water is gelaten, zal eind Juni of begin Juli
naar de plaats van bestemming worden ge-
sleept door L. Smit en Co's Internationalen
Sleepdienist. De „Doejoeng" is bestemd voor
de Billiton-Maatschajppij.
HET MAASWATER-GESCHIL.
Naar gemeld wondt, zal de openbare beban-
deling voor bet Permanente Hof van Interna
tionale Justitie van het Nederlanidsoh-Bel-
gische rechtsgeschil met betrekking tot het
Maaswater-aftappimgsverdrag van 1863 op 4
Med a.s. des voorm. te 11 uur een aanvang
nemen.
Aamgezien er op het oogenblik geen recbter
van Belgiscbe nationaliteit zitting in bet Hof
heeft (wel maakt onze landgenoot Prof. Van
Eysinga er deel van uit)'kwam Belgie inge-
volge het Statuut van het Hof bet recht toe,
een zgn. nationalen recbter in verband met
dit proces aan te wijzen. De Belgiscbe ragee-
ring heeft van deze bevoegdbeid gebruik ge
maakt en als nationalen reohter voor dit pro
ces foenoemid Prof. Ch. de Vissoher, bekend
volkenrecbtelijk deskundige.
WAAROM DE „SARKANI" NIET WERD
GECONVOYEERD.
De regeeringspersdienst meldt:
Naar aanleiding van de in eenige dagbladen
v-erschenen berichten, dat door den manne-
staf aan bet Ned. Bevrachtingsikantoor te
Amsterdam vdor bet vertrek uit Rotterdam
van bet s.s. „iSarkani" toezegging zou zijn ge-
fiaan, dat dit scbip bij het passeeren van de
Straat van Gibraltar door een Nederlandsch
oorlogsschip zou worden geconvoyeerd, deelt
genoemde staf ons made, dat van een derge-
lijke toezegging geen s p r a k e is geweest
Toen de kapitedn van de „Sar>kani" op 1
.April mondeling het verzoek om convooi deeid,
werd hem medegedeeld, dat de directie van
het Nederlandsch Bevrachtingskantoor een
dergelijk verzoek schriftelijk behoorde in te
dienen bij het ideipartement van defensie, doch
dat convooi niet zou kunnen worden toege-
staan, wanneer niet aian bepaaldelijk te stellen
voorwaarden, o.a. bg de inlading, zou zijn vol-
daan.
Er werd pas op 10 April1 een verzoek om
convooi van bet Ned. Bevraobtingskantoor
ontvangen, waarbij moet worden aangetee-
kend, dat bet scbip toen reeds uit iden Nieu
wen Waterweg was vertrokken, zoodat daad-
werkel-ijke controle niet meer mogelijk was.
Bovendiem kon; bij navraag te Rotterdam, de
verantwoordelijke instantie niet den waarborg
geven, dat er niets anders dan levensmiiddelen
in bet scbip waren geladen.
BONIFIOATIE TARWEBEOEM B.
Met ingang van Zaterdag is de bonificatie
op tarwebloem B verlaagd van f 1,60 tot 1,10
per 100 K.G.
DE STAND VAN DE RIJKSMIDDEEEN.
Ook in Maart is de opbrengst gestegen.
De stand van de Rijksmiddelen was op ul
timo Maart 1937 als volgt: D'irecte belastin-
gen 41.082.773,96 (vorig jaar ultimo Maart
40.245.349,38). Voor de overige middelen
bedraagt Vis der raming f 31.143.700. De op
brengst over Maart 1937 35.495.021,45
(Maart 1936 31.103.224,13). De eerste drie
maanden van 1937 brachten op f 99.215.220,58.
(De eerste 3 maanden van 1936 86.312.235,68).
Nederlandsch
Product
Voeli ge U rillerig en onprettig,
zoo echt grieperig? Neem dan
's avonds voor het naar bed
gaan een of twee "AKKERTJES"
en tien tegen een, dat Ge U
's morgens weer zoo frisch
als een hoentje voelt, want
"AKKERTJES" zijn echte
koorls-verdrijvers! Onovertrof-
fen bij rheumatiek, spierpijn,
spit, zenuwpijn, migraine, enz.
Per 12 sluks slechts 52 cent.
Volgens recept van Apotheker Dumont
door
AGATHA CHRISTIE.
51)
Vervolg.
Anthony stopte het stukje papier in zijn
zak en ging naar Virginia terug.
,;Wat wou die man van u?" vroeg ze
nieuwsgierig. „En waarom noemde u hem
uw waakhond?"
„Omdat bij doet als een waakhond", zei An
thony, in antwoord op de laatste vraag. ,,In
zijn vorige incamatie zeker een spaniel ge
weest. 'Hij heeft me een stukje papier ge-
bracht, dat de vreemde meneer, volgens hem,
heeft laten vallen. Met dieJi vreemden me
neer bedoelt hij zeker Eemoine."
,,Ja, waarschijnlijk wel", stemde Virginia
in.
„Hij loopt me als een hondje achterna",
ging Anthony voort. ,,Hij zegt niets... Kijkt
me met die groote oogen van hem alleen maar
aan. Ik begrjjp er niets van."
..Misschien bedoelde hij Isaacstein", opper-
de Virginia. Isaacstein ziet er ook als een
buitenlander uit."
„Isaacstein?" mompelde Anthony ongedul-
dig. ,,Wat kan die er mee te maken hebben?'
„Spijt het u, dat u uw hand in dit wespen-
nest gestoken heeft?" vroeg Virginia epeens.
,,Of 't me spijt? Neen, absoluut niet. Ik
heb zoo ongeveer mijn heele leven jacht op
moeilijkheden gemaakt. Misschien dat ik, na
dit, gemoeg er van heb."
„Maar, u bent nu tooh, om zoo te zeggen,
buiten sohot, nietwaar?" vroeg Virginia, ver-
(Ingez. Med.)
wonderd over zijn ongewoon emstigen toon.
,,Neen, nog niet heelemaal."
Een paar mihuten lang liepen ze zwijgend
voort.
„Er zijn van die menschen", begon Antho
ny opeens, ,,die all-es, wat signaal is, negee-
ren. Een behoorlijke, goed-opgevoede locomo-
tief stopt of rijdt door, naarmate zij 't seip
wel of niet onveilig ziet. Maar als ik dat sein
zie, moet ik doorgaan. Misschien, dat ik kleu-
renblind ben. Maar ten slotte loopt dat, vroeg
of laat, op ongelukken uit. En dat is goed
ook. Zulke dingen zijn een bedreiging voor
bet verkeer."
Hij sprak n'og steeds heel emstig.
„U zult in uw leven wel heel wat gevaren
getrotseerd helbben",. zei Virginia.
„Ja... alle soorten van gevaren... op 6en na:
't huwelijk!
,,Dat is cynisch."
„Zoo bedoel ik 't toch niet. 'n Huwelijk, 't
soort huwelijk, dat ik bedoel, zou een groot
avontuur en daarom gevaarlijk zijn."
„Zoo voel ik het ook", zei Virginia blozend
van opwinding.
„Er Ibestaat maar edn type van vrouw, waar-
mee ik zou willen trouwen 't type, dat
stukken afstaat van het leven, dat ik geleid
hob. En wat moeten we dan beginnen? Moet
ik hddr leven leven, of moet zij 't mijne
leven?"
„Als ze veel van u hield..." begon Virginia.
,,Dat is sentimenteel, Mrs. Revel. Liefde is
geen drankje, dat je inneemt om je voor je
omgeving ongevoelig te maken, liefde kan
zoo veel meer zljn. Hoe denkt u dat de koning
en het bedelmeisje over bet huwelijk gedacbt
bebben, toen ze twee jaar getrouwd waren?
Zou ze niet haar lompen en baar bloote voe-
ten en haar goddelijke vrijbeid betreurd heb
ben? Ik denk van wel. Of zou het beter ge
weest .zijn, als hij, terwille van haar, afstand
van den troon gedaan had? Ik denk van niet!
Hij zou als bedelaar een prul geweest zijn. En
geen vrouw respecteert een man, die iets prul-
lig doet."
Zoo als Vrrjdag reeds kortelings werd ge
meld, heeft in tegenwoordigheid van Z.K.H.
Prins Bernbard, Vrijdagmiddag de Kamer van
Koophandel en Fatorieken voor Rotterdam
haar jaardag gevierd met een buitengewone
vergadering in de groote Doelenzaal, in welke
vergadering minister-president Dr. H. Colijn
een rede heeft uitgesproken.
In zijn inleidend woord betuigde de voorzit-
ter der Kamer, de heer W. A. Engelbrecht,
den zeer bijzonderen dank der Kamer aan Z.
K. H. Prins Bernhard voor zijn hooge tegen
woordigheid, waarmede Z. K. H. opnieuw ge-
tuigt van groote belangstelling voor_ s lands
economisch leven.
Evenzeer gaat de dank der Kamer uit naar
den minister-president Dr. Colijn. Met erken-
telijkheid ook begroet de Kamer te dezer
plaatse Prof. D. Gelissen, minister van Han
del, Nijverheid en Sc-heepvaart, Jhr. Mr. Bee-
laerts van Blokland, vice-president van den
Raad van State, burgemeester en wethouders
van Rotterdam, vertegenwoordigers van de-
partementen, waarmede de Kamer in gere-
gelde veibinding staat, vertegenwoordigers
van handel en nijverheid uit de hoofdstad des
land's en andere steden.
Moeilijke jaren liggen voor het Rijk in
Europa en oversee en uit den aard der zaak
in bijzondere mate ook voor onze havenstad,
achter ons.
Moge „herlevend Rotterdam" bij de tot
voorzichtigheid gebiedende vooruitzichten
zich overtuigd g-evoelen van de belangstelling
van 's lands Regeering, waarvan heden blijkt
door de bereidwilligheid van minister-president
Dr. Colijn in deze vergadering op verzoek der
Kamer het woord te willen voeren.
Wisselingen in het wereldverkeer.
Vervolgens hield Dr. Colijn zijn rede over
..Wisselingen in het wereldverkeer".
De ontwikkeling van het verkeer tusschen
ds volken aldus Dr. Colijn heeft niet
een geleidelrjk karakter gedragen. Er is af-
wisseling door scherpe en langdurige tegen-
stellingen.
Nadat spr. de verschillende stadia in het
economische verkeer in den loop der eeuwen
nader heschouwd had, betoogde hij, dat het
resultaat van een op- en neergaande hewe-
ging, van expansie en van inkrimping van het
verkeer, gedurende vele eeuwen is, dat de
ruimte, de armslag voor een uitgebreid we
reldverkeer er is, maar dat de mensch van
het tweede kwart der 20e eeuw de benutting
van de meest uitgebreide mogelijkheden niet
tot haar recht doet komen.
(Het moet dwaasheid worden geacht alleen
een politiek te willen voeren, die diametraal
tegenover die van nagenceg de geheele wereld
staat.
Hoezeer wij ook anders zouden willen, wij
kunnen op ons eentje de wereld niet hervor-
men.
Vervolgens ging spreker de verschillende
oonzaken van de industrieele en agrarische
crisis na.
Geen autarkie.
Nederland heeft de werelddepressie wel
zeer sterk gevoeld en we hebben haar nog lang
niet achter ons.
Om slechts een factor van heteekenis te noe-
men: de w-elvaart van ons land is zeer nauw
veibonden met die van het groote achterland
Duitschland. Hoe meer Duitschland den weg
van zelfvoorziening opgaat hoe meer wij dat
hier zulle-n voelen.
Dit is juist het wonderlijke, dat er in Neder
land nog zoovelen zijn, die die onderlinge af-
hankelijkheid der volken niet aanvoelen. De
oorzaak van de werelddepressie is in hoofd-
zaak het gevolg van het streven naar zelfvoor
ziening langs zuiver kunstmatigen weg. En
toch vindt dat systeem van zoo groot moge
lijke nationale zelfvoorziening principieele
verdedigers.
Natuurlijk wil dit niet zeggen, dat we het
wel klaren kunnen zonder eenige leiding te
geven aan onze nationale economic. Dit is een
even groote misvatting als die ik zoo-even heb
afgewezen.
Tot nu toe was men verplicht te handelen
zooals men bij een dringende dijkbreuk pleegt
te doen: elk zwak punt, dat gerapporteerd
wordt, moet onmiddellijk worden versterkt
soms zonder venband met wat elders ge-
schiedde.
Alle geredeneer over een vast plan tot be-
strijding van de crisisverschijnselen was ijdel,
omdat elken dag de andere landen onze reeds
gemaakte berekeningen en plannen konden
omver werpen.
Teekening in den toestand.
Thans echter is er eenige meerdere teeke
ning in den toestand gekomen. De hoofdlijnen
van elks beleid zijn niet meer zoo nevelig als
ze waren en dit stelt ons in staat behou-
dens de nog altijd noodige omzichtigbeid
lijnen voor onize toekomst uit te stippelen.
We weten nu langzamerhand, althans ten
naasten bij, voor onzen akkerbouw en den
tuinSbouw wel waar we staan, in hoeverre
sommige verschuivingen als van blijvenden
aard heschouwd moeten worden.
Steun aan die takken van volkswelvaart zal,
zeker bij sommige onderdeelen ervan, nog niet
gemist kunnen worden, maar de bemoeizucht
van de overheid, met haar complex van crisis-
maatregelen, zal eerlang belangrijk ingekram-r
pen moeten worden.
Bij de zuivel blijft de noodzakelijkheid van
een zeer belangrrjken uitvoer tegen niet loo-
nende prijzen ons kwellen en de mogelijkheden
om daarin afdoende verandering te brengen,
zijn nog door niemand aangewezen.
Voor onze industrie hen ik minder bezorgd.
Haar aanpassingsvermogen is zeer groot ge-
bleken en de intemationale beweging gaat
voor haar in de goede richting.
Er is, wat de landman noemt, werking in
de lucht.
De Oalo-toesprekingen zijn het teeken van
nieuw beraad. Engeland en Frankrijk namen
dezer dagen het initiatief voor 'een onderzoek
op iets breeder terrein. De Amerikaanscbe
minister van Staat, Cordell Hull, is een on-
venvaard kampioen voor een vrijer handels
verkeer.
Ik ben voor het industrieele goederenver-
keer geenszins zoO pessimisti'Sche als sommi-
gen, die meenen, dat de autarkische strevin-
gen het voor altijd gewonnen hebben. Ik blijf
behooren tot hen, die van oordeel zijn, dat de
huddiga handelspolitieke verhoudingen bezig
zijn vast te loopen, ten deele reeds vastgeloo-
pen zijn en dat de begeerte om aan de be-
klemming er van te ontkomen, sterk groeien-
de is.
Zelfs de gedachte neergelegd in het Ouchy-
verdrag en de daarmede verhonden gedachte
van nieuwe uitzonderingen op de onfoeperkte
meest-begunstiging, vindt een toenemend aan-
tal verdedigers. Ook in Engeland. Inderdaad
er is werking in de lucht al zal het allicht
nog wel een paar jaar duren eer men van een
verfrisschenden regen spreken kan.
Terugkeer naar vrijer handelsverkeer.
Vast staat het echter, onomstootelijk vast,
c|at alleen terugkeer tot een stelsel van vrijer
handelsverkeer tot grootere welvaart voeren
kan. En evenzeer dat alleen langs dien weg
ook het werkloosheidsprobleem aanmerkelijk
kan worden verzacht.
-Indien onze productie haar afzet naar bui
ten niet herwinnen kan en zij in de mate, als
de laatste jaren het geval was, gebonden
blijft aan het nationale consumptievermogen,
„Bent u verliefd op een bedelmeisje, Mr.
Cade?" vroeg Virginia zacht.
„Met mij is juist 't omgekeerde het geval,
maar de grondslag is hetzelfde."
,,En is er geen oplossing te vin'den?" vroeg
Virginia verder.
„Er is altijd een oplossing te vinden", zei
Anthony neerslachtig. „Ik houd er een theorie
op na, dat iedereen kan krijgen wat hij wil,
als hij een ander maar laat betalen. En weet
u, waarmee er, negen van de tien keer, be-
taald wondt? Met een compromis met wa
ter in je wijn doen. En dat is een ongelukkige
methode; een methode, die heel gauw een ge-
woonte wordt, vooral als je naar de veertig
loopt. Op het oogenblik brengt ze mij zelfs in
verleiding. Om de vrouw te winn>en, die ik wil
hebben, zou ik alles willen doen, zelfs tred-
molen-werk."
Virginia begon te laoben.
,,Ik ben in 't tredmolen-systeem opgevoed",
ging Anthony voort.
„En u heeft zich er uit losgemaakt?"
„Ja".
..Waarom?"
,,Om zekere principes."
,,0!"
„|U ,hent geen gewone vrouw", zei Anthony
opeens, terwijl hij zich naar haar toekeerde
en haar strak aankeek. ,,U bent zelfs een heel
ongewone!"
Waarom
Omdat ge u kunt onthouden van vragen-
doen."
„U hedoelt, omdat ik u niet naar den aard
van de tredmolen-opvoeding gevraagd heb?"
„Precies."
Zwijgend liepen ze vender. Ze gingen nu
door een smal laantje tusschen hooge, glad-
geschoren hagen, waar het koel en welriekend
was van kruidige looflueht en den teeren, ijlen
geur van late rozen.
,,U hegrijpt wel, waar ik op aanstuur", zei
Anthony, na een paar minuten van stilte.
,,U weet 't natuurlijk als een man verliefd
op u is... Niet dat ik me vedbeeld, dat u een
Ingez. Med
is de verdwijning der werkloosheid een onop-
losltoaar probleem. Ook onze falbrieken en ar-
foeidens hebben voonheen in ruime mate ge-
arfbeid ter voonziening in de behoeften van
anderen dan het Nederlandsche volk. Zij
zullen dat moeten blijven doen.
Overzien we den toestand van thans met
dien van de onmiddellijk achter ons liggende
jaren, dan valt ongetwijfeld hier en daar op
vooruitgang te wijzen. De geslaagde aanpas-
sing van verscheidene bedrijven, die vooraf-
ging aan de monetaire wijziging en juist daar
om zoowel het een als het ander vruchtbaar
deed zijn, stemt hoopvol.
In bijzondere mate geldt dit voor Ned.-Indie,
waar de aanpassing met verwonderlijk door-
zettingsVermogen ten voile bereikt was en
waar, vooral door een algemeene intematio
nale prijsstijging van eenige helangrijke In-
dische uitvoerproducten, een zeer veel gunsti-
ger toestand werd verkregen.
Indie levert hovendien een goed voorheeld
van verbeteringen in de productietoestanden
door intemationale samenwerking. De daar
doorgevoerde ordening bij de voortbrenging
van tin, thee en rubber is een exempel van
wat op dit gdbied mogelijk is, wanneer... het
aantal produoenten niet al te groot is. Met
de suiker, waaifbij op zijn minst een 25 landen
betrokken zijn, bleek de.mogelijkheid eener
doelmatige productieregeling tot voor kort
nog niet te bestaan. Of de huidige conferen-
tie een bevredigend resultaat zal brengen, zal
moeten worden afgewacht, maar -dit kan reeds
nu worden gezegd, dat, althans voor een aan
tal jaren, de productie in Java niet meer zal
kunnen bedragen dan 50 pet. van de capaci-
teit van enkele jaren geleden.
Eindoordeel.
Moet men een eindoordeel geven over den
toestand en de verwachtingen, hier zoowel als
in Indie, dan kan men zeggen, de veeren van
den vogel helbben wel geleden, maar zijn slag-
pennen zijn ongedeerd. In Indie zijn de vee
ren alweer aan het hijgroeien en ook hier mag
spat om mij geeft, maar ik heb grooten zin...
ja, waarachtig! om te maken, dat u wat voor
me gaat voelen."
Denkt u, dat u dat gelukken zou?" vroeg
Virginia met een zachte, lage stem.
„Misschien niet, maar ik zou 't energiek
kunnen probeeren."
Spijt het u, dat u mij hebt leeren kenne-n?"
vroeg Virginia opeens.
,,-Of 't me spijt? Neen, natuurlijk niet. Dat
is een van de vele onveilig-signaal-kwesties.
Toen ik u dien eersten keer zag dien avond
in Pont Street toen wist ik dadelrjk, dat
ik tegen iets opgeloopen was, dat me alle-
machtig veel last in gunstigen zin! be-
zorgen zou. Uw gezicht deed dat, alleen uw
gezic'ht al... Er gaat een soort van betoove-
ring van u uit... er zijn meer vrouwen die dat
hebben, maar ik heb er nog nooit een ontr
moet, die 't zoo sterk had als u... Natuurlijk
is het einde van deze historie, dat u met een
achtenswaardig welgesteld lid van de maat-
schappij trouwt en dat ik naar mijn Afrikaan-
sche binnenlanden terugga, maar. dat gebeurt
niet, voor ik u edn keer gekust bob, dat ver-
klaar ik bij dezen plechtig, met mijn twee
vingers in de hoogte."
iHier kan je't niet doen", zei Virginia fluis-
terend. ,;Hoofdrecbercheur Battle staat ons
vanuit de bibliotbeek te bespionneeren."
,,Je bent eigenlijk een echte rakker", zei hij
quasi-onverschillig, ,,maar ook een achat
hoor!"
Daiarna wuifde hij den politie-beambte voor
het raam joviaal toe.
„Vanmorgen al de noodige misdadigers ge-
vangen, Battle?"
,,Nog niet, Mr. Cade!"
,,Nog niet! Dat klinkt veelbelovend."
Battle s'prong met een lenigheid, die in een
man van zijn stoeren vierkanten bouw opmer-
kelijk was, over het kozijn en kwam naar Vir
ginia en Cade toe.
Professor Wynwood is er", kondigde hij
fluisterend asm. „Vijf minuten geleden geko
men. Druk aan 't ontcijferen van de brieven.
Wilt u hem eens aan het werk zien?"
Zijn toon was volkomen die van een chef
van de een of andere warenhuisafdeeling, die
een bijzondere attractie heeft te laten zien. En
toen zijn slachtoffers enthousiast „ja" knik-
ten, ging hij hun op zijn teenen voor naar het
raam en beduidde hun door een handtoewe-
ging, dat ze naar binnen moesten kijken.
Aan de reohter tafel, met de bewuste brie
ven uitgespreid voor zich, zat een magere
man van een jaar of veertig met rechtop-
staand, rood haar. Hij zat bedrijvig notities
te maken en als dit een oogenblik niet vlotte,
knorde hij geirriteerd en wreef zich met zgn
linkerwijsvinger langs zijn neus tot dit ge-
laats-onderdeel de kleur van zijn haar aan-
nam.
Opeens keek hij op.
,,Ben je daar, Battle' Waarom heb je me
voor dezen onzin hierheen laten komen, man?
't Is gesneden koek! Een kind van drie jaar
zou bet, op zijn hoofd staand, kunnen oplos-
sen. Noem jij dat geheimschrift 't Is een
raadseltje uit een kindertijdschrift, anders
niet."
„Gelukkig maar, professor", zei Battle goed
gehumeurd. ,,Maar iedereen is ook niet zoo
knap als u."
,,Daar is geen knapheid voor naodig",
snauwde professor Wynwood, „routinewerk,
anders is het niet. Wil je dat ik ze alle acht
doe? Dat is veel werk... eischt tijd en con
centrate... en je hebt er geen snipper intel
ligence voor noodig. Ieder ander kan je 't la
ten doen. Ik heb die met ,,De Schoorsteenen"
er boven klaar. Als ik de rest eens meenam
en aan een van mijn assistenten gaf? Ik heb
er werkelijk geen tijd voor. Je hebt me midden
uit een ,,juweeltje" gehaald en ik verlang er
naar, daarmee voort te gaan."
Bij de gedachte aan het juweeltj-e begonnen
zijn oogen te glinSteren.
(Wordt vervolgd.)