GEMEENTERAAD VAN
AXEL.
Voor bet thans in uitvoering zrjnd gedeelte
-van het werk zouden de termijnen dan, zoo-
Tang de uitvoeringskosten niet nauwkeurig
bekend zijn op de ronde bedragen van 5000
voor de provincie en f 4000 voor de gemeente
Ter Neuzen kunnen worden gesteld.
Ik verzoek U mij mede te deelen, of door
Uwe provincie en de gemeente Ter Neuzen
met een en ander wordt ingestemd en dus op
jaarlijksche betaling van de bijdragen kan
worden gerekend overeenkomstig de voorge-
stelde regeling, de eerste maal in Januari 1937
Burgemeester en wethouders stellen zich
waar gevraagd wordt de gemeentelijke bijdra-
ge in 20 in plaats van in 30 jaren te betalen
op het standpunt, dat, waar elke uitgaaf
boven de thans geraamde bedragen zeer be-
zwarend is voor de financien der gemeente,
het bedrag ad 80.000 over een zoo groot mo-
gelijk aantal jaren moet worden verdeeld.
In verlband met het bovenstaande stellen zij
■-to.Ti ook voor het besluit van 12 September
1929 te wijzigen in dien zin, dat de gemeente
gedurende 30 jaren een bijdrage zal verleenen
van rend f 2666.
De heer DE VOS wijst er op, dat een zeer
groot gedeelte van het werk voor het maken
dier nieuwe haven is uitgevoerd als werkver-
schaffing tegen z.i. te lage loonen, omdat het
hier een normaal werk betreft. Zelfs wanneer
dat werk op normale wijze wijze tegen de gel-
dende loonen zou zijn uitgevoerd, zou nog een
belangrijk voordeel boven de oorspronkelijke
raraiing zijn verkregen. Er is dus voor dat
laten werken tegen lagere loonen geen aan
leiding geweest. Hij is van oordeel, dat men
in dezen tijd niet zoo heel veel werken door
het Werkfonds als werkverruiming moet laten
uitvoeren. In vele gevallen betreft het nor
male werken, die toch moeten geschieden en
waarvoor dan ook normaal loon taehoort te
worden betaald. Hij verzoekt dan ook, wan
neer men eens zou besluiten tot het bouwen
van een nieuiw stadhuis, hiermede rekening
zal worden gehouden.
De heer DUURINCK verklaart, dat hij zich
volkomen met het voorstel van burgemeester
en wethouders kan vereenigen. Hij spreekt
voorts den wensch uit, dat het spoedig zou
mogen gebeuren, dat de omstandigheden die
een belemmering zijn voor het verkeer op onze
haven, zullen worden opgeruimd en deze ha
ven dus ook aan de bedrijvigheid zal ten goede
komen.
(Het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt met algemeene stemmen aange-
nomen.
11. Ontheffing schoolgeld dienst 1936.
Naar aanleiding van ingekomen verzoeken
oan ontheffing van schoolgeld voor den dienst
1936, stellen burgemeester en wethouders voor:
ite handhaven den aanslag van L. A. F.
le Mat;
ontheffing te verleenen aan:
D. Bakker, Amsterdam 2,50J. J. Boots-
gezel S 4,68, B. v. d. Stigchel f 1,67, L. J.
Brederode 6,25, C. Faas, Axel /2,50, G. v. d.
Velde 2,60, W. Verdoom f 1,34, J. van Ham
1,44, J. J. van Leeuwe 6,N. P. Meijs
10,83, G. A. Vantricht f 1,F. Bisio 1,87,
E A. Cortvriendt f 6,75, H. R. R. v. Oote-
gi&em f 4,67, M. Nijssen 2,67, M. J. C. van
Pienbroek f 5,P. M. D. v. d. Pijl 5,33, C.
de Ridder 3,33, J. J. Hangoor f 2,67, G. H.
Kooman 18,L. den Uijl f 4,17, J. Wieles
12,P. F. de Bakker f 8,R. Stofferie
f 16 Th. Stubbd f 5,—, S. P. Vaal f 2,60.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
12. Ontheffing hondenbelasting dienst 1936.
Naar aanleiding van ingekomen verzoeken
om ontheffing van hondenbelasting. voor den
dienst 1936, stellen burgemeester en wethou
ders voor te handhaven den aanslag van D. P.
de Jong, en ontheffing te verleenen aan J. J.
Bliek f 2,
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
De heer DEN HAMER verlaat de vergade-
rihg-
13. Benoemen leden der commissie van ge-
organiseerd overleg.
De VOORZITTER stelt aan de orde het be
noemen van 2 leden en 2 plaatsvervangende
leden der commissie van georganiseerd over-
leg, wegens periodieke aftreding der leden P.
van Cadsand en C. A. Verlinde en der plaats
vervangende leden A. de Bruijn en M. de
Jonge. Burgemeester en wethouders stellen
voor de aftredenden te herbenoemen, met uit-
aondering van den heer M. de Jonge, die geen
deel meer van den raad maakt. In diens
plaats stellen zij voor te benoemen den heer
N. J. C. Lambrechtsen van Ritthem.
De VOORZITTER verzoekt de heeren Ver
linde en Lambrechtsen van Ritthem voor deze
en de volgende stemmdngen met hem het
stembureau te vormen.
Bij de eerste stemming wordt herbenoemd
de heer Van Cadsand, met 9 stemmen. 1 stem
is uitgebracht op ieder der heeren Van Hecke,
Colsen en Den Hamer.
Bij tweede stemming wordt herbenoemd de
heer Verlinde met 11 stemmen 1 briefje is
bianco.
Bij derde stemming wordt als plaatsvervan-
gend lid herbenoemd de heer De Bruijn, met
9 stemmen; op de heeren 't Gilde en Lam
brechtsen van Ritthem is 1 stem uitgebracht.
Bij vierde stemming wordt als plaatsvervan-
gend lid benoemd de heer Lambrechtsen van
Ritthem met 10 stemmen; 1 stem is uitge
bracht op den heer Den Hamer en 1 briefje is
bianco.
15. Benoemen leden der eommissles van
bjjstand.
De VOORZITTER noodigt den raad uit,
over te gaan tot het benoemen van de leden
der commissie van bijstand voor de gemeente-
werken, wegens periodieke aftreding der
heeren P. van Cadsand, C. A. Verlinde en J.
Duurinck.
Herbenoemd wordt de heer Van Cadsand
met 9 stemmen; op de heeren Van Hecke,
Colsen en Den Hamer is 1 stem uitgebracht.
In de tweede vacature wordt herbenoemd
de heer Verlinde met 11 stemmen; 1 briefje is
bianco.
In de derde vacature wordt herbenoemd de
heer Duurinck met XI) stemmen; 1 stem is
uitgebracht op den heer De Bruijn.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de
orde het benoemen van 3 leden der financieele
commissie, wegens periodieke aftreding der
heeren D. van Aken, Js N. 't Gilde en J. den
Hamer.
Voor de eerste vacature worden uitgebracht
op de heeren De Kraker 4, Lambrechtsen van
Ritthem en Colsen ieder 2 en op de heeren
Van Hecke, De Bruijn, Den Hamer en 't Gilde
ieder 1 stem.
Bij tweede vrije stemming wordt in deze
vacature benoemd de heer De Kraker met 7
stemmen; op den heer Colsen zijn 3 stemmen
uitgebracht en 1 op de heeren Lambrechtsen
van Ritthem en Den Hamer.
In de tweede vacature wordt met 11 stem-
men herbenoemd de heer 't Gilde; 1 briefje is
bianco.
In de dierde vacature wordit met algemeene
stemmen herbenoemd de heer Den Hamer.
16. Benoeming van leden der commissie van
toezicht op de Arbeidsbemiddeling en
werkloosheidsverzekering.
De VOORZITTER noodigt den raad uit,
over te gaan tot het benoemen van 2 leden
van de commissie van toezicht op den gemeen-
telijken dienst der arbeidsbemiddeling en
werkloosheidsverzekering, wegens periodieke
aftreding der heeren H. van der Velden en A.
N. Hamelink.
De heeren Van der Velden en Hamelink
worden herbenoemd met algemeene stemmen.
17. Omvraag.
De heer 't GILDE vraagt, hoever bur-
14. Benoemen lid der commissie tot wering
van richoolverzuilfi.
De VOORZITTER stelt aan de orde, de be
noeming van een lid der commissie tot wering
van schoolverzuim.
Op de aanbeveling zijn geplaatst 1. Kr.
Dees, Schoollaan 23, 2. Fr. Herrebout, Nieuw-
straat 30a.
De heer 't GILDE vraagt, of burgemeester
en wethouders niet genegen zijn, deze voor-
dracht terug te nemen. In de eerste plaats
blijft er, aangezien de heer Herrebout reeds
heeft verzocht niet in aanmerking te komen,
er maar 1 eandldaat iter benoeming over.
Xn de tweede plaats voldoet de commissie,
voor wat hare samenstelling betreft, niet meer
aan den eisch van art. 21 der wet, waarin om-
schreven is, welke categorien daarin moeten
vertegenwoordigd zijn. Vermoedelijk is de af-
tredende heer De Vries indertijd benoemd als
onderwijzer bij het openbaar onderwijs, doch
dit was hij sinds lang niet meer. Ook de heer
De Kraker, die deze categorie vertegenwoor-
digde, behoort daartoe niet meer. Er zijn ook
leden benoemd als vader van een schoolgaand
kind, terwijl dat kind niet meer sichoolgaat of
althans den leerplichtigen leeftijd heeft over-
schreden. Deze hooren er niet meer in. Zij
kunnen wel vertegenwoordigen de categorie
burgers, doch dan blijven er voor de andere
groepen leemten. Het zou daarom overweging
verdienen, de commissie eens geheel te her-
zien, in overeenstemming met de wet.
De VOORZITTER: Burgemeester en wet
houders nemen deze voordracht terug.
gemeester en wethouders staan, met betrek-
king tot de voorziening in het dak van school
C. Is al opdracht gegeven voor herstelling?
De VOORZITTER: Burgemeester en wet
houders zijn er mee bezig, te onderzoeken op
welke manier voorzieningen zullen kunnen
worden getroffen, zonder dat het al te duur
wordt. Er wordt dus aan gewerkt.
De heer't GILDE veronderstelt, dat het on-
derzoek heeft plaats gehad, dat betreft dus,
wat gebeurd is. Wanneer zal echter een be-
slissing worden genomen?
De heer GEELHOEDT wil opmerken, dat
burgemeester en wethouders bij hunne be-
slissing ook moeten zoeken naar een tijd waar-
op het werk kan gebeuren. Zij zoeken er
voorts ook naar, om 'het werk op de goedkoop-
ste manier uit te voeren.
De heer 't GILDE heeft tegen dit laatste
geen bezwaar, mits het geen afbreuk doet aan
de doelmatigheid. Hij vraagt, of in de drie
eerste maanden van het volgend jaar een be-
slissing zal kunnen worden tegemoet gezien.
De VOORZITTER: De beslissing zeker.
De heer 't GILDE wijst er op, dat het dak
nog geregeld nat is, hoe langer het duurt eer
de herstelling wordt uitgevoerd, hoe erger het
zal worden, aangezien het houtwerk door het
doorsijpelen van het water zal gaan rotten.
Dit zou dan verwaarloosd zijn door te lang
wachten. Het is gewenscht, dat de reparatie
zoo spoedig mogelijk plaats heeft.
b. De heer 't GILDE herinnert, dat hij in
het begin van het jaar de leden van den raad
al eens in overweging heeft gegeven, zich op
de hoogte te stellen van het Plan van den
Arbeid. Men heeft daarover in verschillende
bladen beschouwingen kunnen lezen. Het plan
was wel uitgestippeld, maarhet geld was
er niet, het was dus, volgens de bestrijders
niet uitvoerbaar.
Wanneer men e«chter nagaat wat zich dezer
dagen in de geldwereld afspeelde, zal men dat
bezwaar toch niet meer kunnen volhouden. De
inschrijving voor de 3 Staatsleening werd
met 328 millioen overteekend, de inteekenin-
gen van f 100 werden geheel, die van 500
voor 20 en die van f 1000 slechts voor
14% toegewezen. Daaruit bleek, dat iets
meer dan f 200 millioen is toegewezen. Door
de gemeente EnschedS werd een 4 leening
uitgesehreven die ook met 1 millioen 384
duizemd gulden werd overschreden en ook een
door de gemeente Amsterdam door bemidde-
ling der Bank van Nederlandsche gemeenten
uitgesehreven leening kon slechts voor een ge-
ring percentage worden toegewezen, terwijl
door een bankier nog 10 millioen werd aan-
geboden.
Als er nog critiek op het Plan van den Ar
beid wordt uitgeoefend, zal het standpunt, dat
er geen geld is, er buiten moeten blijven, er
blijkt geld genoeg te zijn. Indien er dus nog
critiek op het Plan bestaat, hoopt spreker,
dat men die aan zijn partijbestuur zal inzen-
den, zij willen daarvan graag notitie nemen,
om na te gaan of die critiek gegrond is en
daarin voorzien kan worden.
De VOORZITTER: Welk belang is hierbij
voor de gemeente betrokken?
De heer 't GILDE: Het belang, dat, wan
neer dit Plan het plan der regeering wordt,
een algemeene opleving zal komen, en dit ook
van groot belang is voor de gemeenten. In de
eerste plaats zullen er dan 200.000 werkloo-
zen aan het werk komen, zoodat de gemeen
ten dan die menschen minder te verzorgen
zullen hebben. Het geld moet rollen, dan zul
len alien gemakkelijker komen te zitten. Hoe
meer er verdiend wordt, hoe beter het ook de
gemeenten gaat, dan zullen zij zich weer rui-
mer kunnen bewegen, in plaats van zooals in
de nu achter ons liggenden crisistijd steeds
van de hoogere regeering den duim op den
neus te voelen.
Er is nu naar spreker vermeent geen moei-
lijkheid, om met het Plan mee te gaan en
daarvan de voordeelen te trekken, die men
daarvan ook in andere landen getrokken heeft.
Ziet naar Amerika, naar Denemarken, naar
Noorwegen en Zweden, waar men door derge-
lijke regelingen het werkloosheidsvraagstuk
voor een groot deel heeft opgelost, terwijl ook
in Belgie door het plan van minister H. de
Man het aantal werkloozen met 50 is ver-
minderd, terwijl men in Nederland nog het
voile gewicht der crisis ondergaat. Als het
't rijk goed gaat, gaat het ook de gemeenten
goed. Er zal dan zonder bezwaar meer belas-
ting kunnen worden opgehracht en gaan we
een goed vooruitzicht tegemoet voor alle ge
meenten. De uitgaven voor de werkloozen-
voorziening zullen dan zoowel voor het rijk
als voor de gemeenten met minstens de helft
kunnen worden verminderd. De werken zullen
kunnen worden uitgevoerd tegen de op de
markt bestaande normale loonen en wanneer
zoo goed als alien inkomen hebben, zal ook
veel uitgegeven worden. Op die manier krijgen
wij betere toestanden.
Spreker herhaalt, dat de voorstanders van
SkiMed v
het Plan van den Arbeid gaame gezonde op-
bouwende critiek zullen vememen, bij de Ceni
trale van het Plan van den Arbeid te Amster
dam om na te gaan of er iets onjuist is, Het
boek is naar spreker vermeent, tegenwoordig
voor 1,25 verkrijgbaar. Op verzoek zal de
centrale gaame inlichtingen verstrekken om-
trent hetgeen niet duidelijk voorkomt. Het
Plan zal, in verband met de trjdsomstandig-
heden iets gewijzigd moeten worden, maar
het is iets levends en zou op een betere wijze
dan thans geschiedt door het Wlerkfonds, ons
het doel doen bereiken, n.l. het geheele volk
uit den crisistoestand helpen waarin het is
geraakt.
c. De heer DE BRUIJN zou iets willen
zeggen, naar aanleiding van de laatste woor-
den van den heer 't Gilde. Men weet dat de
rioleering van het lage gedeelte van Ter Neu
zen slecht is. Hij zou zich tot het Werkfonds
willen wenden om met behulp daarvan een
betere rioleering aan te leggen.
d. De heer VAN HECKE deelt mede, een
bazoek te hebben gebracht aan school C, om
dat dak ook eens te bekijken. Weliwillend is
hij daartoe in de gelegenheid gesteld. Hem is
daarbij gebleken, dat het dak indertijd door de
ambachtslieden op vakkundige wijze is ont-
worpen en gemaakt. Ook het onderhoud is
door vaklieden goed uitgevoerd, de pannen zijn
keurig aangestreken, daar mankeert dus niets
aan, maar de pannen zelf zijn lek.
De VOORZITTER: Dat is bekend.
De heer VAN HECKE: Ik wilde, in verband
met de mededeeling van den heer Geelhoedt,
dat burgemeester en wethouders zoeken naar
een goedkoope oplossing, in overweging geven,
het dak inplaats Van ntet pannen, te laten
dekken met blauwe asbest-tegels, met 10 c.M.
overbedekking. Die as'bestleien zouden voor de
benoodlgde oppervlakte worden geleverd ei)
gelegd voor f 747,50; indien men de voorkeur
zou geven aan roode, zouden deze f 812,50
kostem.
Men zou dan meer latten in het dak noodig
hebben, waarvoor ik 175 raam, zoodat dan
als men de duurste leien neemt, het werk
f 987,50 zou kosben en daarvoor is school C
dan goed opgeknapt.
De pannen welke voor het dak van school C
zijn gebruikt, zijn handvormpannen, welke zeer
poreus worden. Ik geloof niet, dat we voor de
geringe kosten, die volgens mij verbetering
van het dak moet kosten, van de uitvoering
Ibehoeven af te zien. Het is aldus voordeeliger,
doch ook een betere oplossing, dan wanneer
men dakbeschot zou aanbrengen en daarop de
pannen weer gebruiken.
De plafonds zijn ook niet gescheurd als ge-
volg van een minder goede constructie. Deze
zijn indertijd gemaakt met riet en sterke spe
cie. Dit materiaal en het onderhoud der pla
fonds met die specie, veroorzaken het scheu-
ren. Tegenwoordig wordt daarvoor ander ma
teriaal, o.m. celex-platen, gebruikt.
Ik geef daarom in overweging, het werk
overeenkomstig mijn denkbeeld, op de goed-
koopste wijze te maken. Bij mijn bezoek is mij
gebleken, dat het houtwerk niet versleten is,
dat ziet er best uit en de spanten staan nog
geheel recht. Met weinig kosten is volgens mij
het dak grondig en soiled te vemieuwen.
Indien men een dakbeschot zou willen aan
brengen, kost dit alleen al meer dan de door
mij opgegeven raming van kosten, terwijl men
dan daarbij nog nieuwe pannen zal n'oodig
hebben, omdat de voorhanden pannen van
slechte kwaliteit zijn. Met asbestleien is het
een goede oplossing.
De VOORZITTER: Burgemeester en wet
houders zullen bij het overwegen van hunne
beslissing van het hier gehoorde gebruik
maken.
e. De heer COLSEN merkt op, dat gerui-
men tijd geleden door den raad een subsidie is
toegezegd voor verbetering van den weg aan
St. Anna. Er was toen sprake van, dien weg
rechtstreeks door te trekken naar de Coegors-
straat. Hebben burgemeester en wethouders
daarvan inmiddels nog iets vernomen?
De VOORZITTER antiwoordt ontkennend.
f. De heer LAMBRECHTSEN VAN RIT
THEM moet weer eens terugkomen op riolee
ring van de Westelijke waterleiding loopende
langs Sluiskil. Indien we dit konden bereiken,
zouden de bewoners van Sluiskil ontslagen
zijn van den ondraaglijken stank dier water
leiding, die telken jare valt waar te nemen
trjdens het werken der suikerfabrieken, doch
het zou ook een mooi werkobject zijn. Hij ver
zoekt burgemeester en wethouders, dit zoo
spoedig mogelijk in studie te willen nemen.
g. De heer DE VOS wil, naar aanleiding
van hetgeen de heer De Bruijn zooeven vroeg,
te kennen geven, dat hij geen bezwaar heeft,
dat men zich voor het uitvoeren van werken
met het Werkfonds in verbinding stelt, doch
wenscht wel, dat voor die werken, die als nor
male werken te beschouwen zijn, ook normale
loonen zullen worden betaald. Door den heer
Scheele is het hier al terecht gezegd, dat de
loonen bij het particulier bedrijf werkelijk laag
*zijn, zoodat er toch zeker geen aanleiding is,
om voor normale werken die loonen nog eens
extra te gaan verlagen.
h. De heer LAMBRECHTSEN VAN RIT
THEM wijst er op, dat door den ambtenaar
Will van gemeentewerken veel werk buiten
kantoortijd is verricht. Hij wil burgemeester
en wethouders vragen, of deze op grond van
het ambtenaarreglement in verband daarmede
voor het ontvangen van een gratifieatie in
aanmerking kan komen.
De VOORZITTER zal dit bij burgemeester
en wethouders bespreken.
i. De heer LAMBRECHTSEN VAN RIT
THEM vraagt nog, of burgemeester en wet
houders de kwestie van hfet-regelmatig drijVen
van koeien door de straten en de verontreini-
ging die daarvan het gevolg is, al hebben be-
sproken.
De VOORZITTER sluit de vergadering.
Vergadering van Donderdag 17 Dec. 1936,
des namiddags kwart over twee ure.
Voorzitter de heer F. Blok, Burgemeester.
Tegenwoordig de leden J. M. Oggel, P. J.
van Bendegem, F. Dieleman, A. P. Essel-
brugge, J. Fanoy, A. Th. 't Gilde, C. Hame
link, A. van 't Hoff, P. de Jonge, A. P. de
Ruijter, B. Seghers, C. van Bendegem en C.
Th. van de Bit, benevens de Secretaris J. L.
J. Maris.
De VOORZITTER opent de vergadering
door het uitspreken van het gebedsformulier.
Notulen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
de notulen der vergadering van 27 October
vast te stellen, zooals deze in druk zijn ver-
schenen, en de vaststelling der notulen van
de vergadering van 24 November 1936 aan te
houden tot een volgende zitting.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
2. Ingekomen stukken.
a. Het raadsbesluit van 27 October 1936
tot het aangaan van een geldleening van
39000, voorzien van bewijs van goedkeuring
door Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Een schrrjven van Gedeputeerde Staten
van Zeeland, houdende bericht van ontvangst
der verordening als bedoeld in art. 208 der
Gemeentewet. (Verordening, vaststellende,
welke strafverordeningen geldig zijn).
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Een adres van F. N. Hiemstra e.a, van
den volgenden inhoud:
In antwoord op uw schrijven d.d. 25 Nov.
'36 no. 24/103 deel ik U voor den juisten gang
van zaken beleefd nog het volgende mede:
le. dat mijn schrijven) van 20 Mei 1935 be-
trekking heeft gehad op de 60 M'-t, die op
13 Nov. '36 door de gemeente gekocht en
betaald zijn;
2e. dat wij van 26 Juli 1935, ondanks her-
haald verzoek tot 13 Nov. '36 op de be
taling van die 60 M2. hebben moeten
wachten;
3e. dat de gemeente alleen die 60 M2. heeft
gekocht, (zie raadsbesluit van 21 Mei
1935, welk raadsbesluit door Ged. Staten
is goedgekeund d.d. 26 Juli 1935);
4e. dat de meerdere grond thans door de ge
meente nog niet is gekocht en dus nog
ons eigendom is;
5e. dat wij onze toezegging, gedaan in de
conferentie met Burgemeester en Wet
houders d.d. 22 Oct. '36 voor dien meer-
deren grond te verkoopen k f 2 per M2.
hierbij intrekken;
6e. dat wij alsnog bereid blijven om dien
meerderen grond tegen nader overeen te
komen prijs te verkoopen;
7e. dat wij U hierbij doen weten, dat wij onder
geen voorwaarden toestemming geven tot
het verrichten van welke werkzaamheden
ook in onzen grond hetzij het aanleggen
van rioleeringen, electricteits-, water- of
gasleidingen enz. enz.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
dit schrijven aan te nemen voor kennisgeving.
De heer VAN DE BILT vraagt, hoe dit nu
eigenlijk zit. Hij meende gehoord te hebben,
dat deze zaak thans in orde was.
De VOORZITTER antwoordt, dat dit niet
geheel het geval is. Spreker heeft in de vorige
vergadering medegedeeld, dat de akte voor
een gedeelte van deze grond is gepasseerd.
Burgemeester en Wethouders hadden deze
akte reeds voordien aan de betrokkenen voor-
gelegd. De akte die gepasseerd is, betrof het
stukje van 60 M2., de kwestie loopt thans nog
altijd over het meerdere, dat de gemeente in
beslag genomen zou hebben. Nu zendt de heer
Hiemstra c.s. dit schrijven, en schrijft daar
in o.a. in sub 2: „dat wij van 26 Juli 1935, on-
,,danks herhaald verzoek tot 13 November
,,1936 op de betaling van die 60 M2. hebben
moeten wachten".
Nu zal de raad er met spreker wel van over-
tuigd zijn, dat dit niet het geval was. De be
taling hiervan is meermalen aangeboden.
De heer VAN DE BILT vraagt, wat Bur
gemeester en Wethouders thans denken te
doen.
De VOORZITTER deed! mede, dat dit door
Burgemeester en Wethouders is besproken,
en dat dit college op het standpunt staat, te
moeten voorstellen, dit schrijven aan te nemen
voor kennisgeving, en af te wachten hetgeen
er verder gebeuren zal. De verdere trans-
actie zal ingevolge het bepaalde bij art. 1524
van het Burgerlijk Wetboek plaats hebben.
De heer VAN DE BILT vraagt, hoe dit
artikel luidt.
De VOORZITTER antwoordt, dat het hier-
op neerkomt, dat de meerdere vierkante
meters worden verrekend naar gelang de
grootte.
De heer VAN DE BILT vraagt of er kans
is, dat dit in orde komt.
De VOORZITTER weet dit ook niet. Hij
wijst er op, dat bij het amendement Van
't Hoff aan Burgemeester en Wethouders door
den raad werd opgedragen, alsnog te trach-
ten, deze zaak tot een goed einde te brengen.
In de eerste vergadering hebben hierover de
stemmen gestaakt, terwijl bij stemming in de
vorige vergadering dit amendement is ver-
worpen.
De heer VAN DE BILT is van meening, dat
dit toch stagnatie geven zal. Men dient dan
toch den toestand te laten zooals die is. De
grond is dan geen eigendom der gemeente.
De VOORZITTER gelooft dit niet. Men zal
dienen af te wachten, wat er van komt.
De heer ESSELBRUGGE wenscht ook een
vraag te stellen, al is die misschien overbodig.
Hij wenscht te weten, hoeveel c.A, de meer
dere grond groot is.
De VOORZITTER kan dit niet zeggen.
Met algemeene stemmen wordt het voorstel
van Burgemeester en Wethouders aange
nomen.
d. Burgemeester en Wethouders deelen
mede, dat krachtens door den raad verleende
machtiging zijn verkocht de volgende per-
ceelen bouwgrond:
een perceel in de Wlhelminastraat, groot
146 c.A., aan J. Wlsse, tegen den prijs van
3,25;
een iperceel aan het Bylocqueplem groot
41 c.A., aan C. Dieleman, tegen den prijs van
i 2,50.
Aangenomen voor kennisgeving.
e. Burgemeester en Wethouders deelen
mede, dat het principebesluit in de vorige ver
gadering genomen, hen zich tot den Minister
heeft doen wenden met het verzoek om de
steunnormen en de maxima-uitkeeringen te
verhoogen, omdat wanneer de maxima-uitkee
ringen niet worden verhoogd de landarbeiders
voor een groot deel niet van de verhooging
kunnen profiteeren. Volgens de thans gelden-
de steunnormen voor die groep kan bij een
gezin van 5 perspnen niet de voile norm wor
den uitgekeerd, omdat het vastgestelde maxi
mum lager is.
Bij verhooging van die norm gaat die beper-
king reeds in bij een gezin van 4 personen.
De grootere gezinnen der landarbeiders val-
len dus niet onder de beoogde verbetering.
Aanneming van het voorstel beteekent ook,
dat het verschil tusschen de landarbeiders en
de anderen nog grooter wordt.
Op grond van een en ander hebben zij zich
tot den Minister gewend met bovenvermeld
verzoek en om bericht voor den 15 December
1936 gevraagd in verband met deze vergade
ring.
De VOORZITTER deelt mede, dat juist
dezen morgen hieromtrent een brief van den
Minister van Sociale Zaken is ingekomen,
waarin deze mededeelt, dat-hij hiermede niet
accoord gaat. Hij geeft lecture van dezen
brief.
De heeren zullen den gedachtengang van
Burgemeester en Wethouders in dezen wel be-
grijpen. Burgemeester en Wethouders hebben
in verband met deze vergadering gevraagd,
antiwoord te zenden voor den 15en, opdat, in
dien eventueel tot een verhooging zou beslo-
ten worden, er zekerheid zou bestaan, dat deze
goedgekeurd zou worden. Volgens de bestaan
de steunregeling kan niet aan ieder gezin een
verhooging van 0,50 per week op de steun-
uitkeering worden toegekend, omdat men aan
het maximum uit te keeren bedrag is ge-
bonden.
Burgemeester en Wethouders hebben thans
den Minister verzocht, of een verhooging zijn
goedkeuring zou kunnen wegdragen, zij had
den hiermede ook kunnen wachten, tot in deze
vergadering een meerderheid voor een of an
der voorstel zou kunnen zijn verkregen, en
daama het besluit ter goedkeuring kunnen
inzenden. Zij meenden echter goed te doen,
reeds direct dit verzoek tot de Minister te
richten, opdat eenige zekerheid zou bestaan.
Thans blijkt evenwel uit het antwoord, dat de
Minister geeft, dat een verhooging voor de
landarbeiders zijn goedkeuring niet zal kunnen
hebben.
De heer HAMELINK stemt toe, dat een
.beslissing inderdaad nog niet was genomen.
Hij moet Burgemeester en Wethouders prijzen
voor hetgeen zij in dezen gedaan hebben, hij
acht het ook goed gezien, dat zij hebben ge
vraagd, hoe het gaan zal indien een besluit
genomen zou worden tot verhooging van de
steunnormen.
Het frappeert hem sterk, dat de Minister
zegt, een verhooging niet te zullen goedkeu-
ren. Het is hem toch ook bekend, dat de uit-
keeringen hier lager zijn dan in andere ge
meenten. Men krijgt thans, nu er sprake is
van een gemotiveerde verhooging, direct een
briefje, dat dit niet goedgekeurd kan worden,
terwijl wel goedkeuring werd verleend aan
verlagingen, die niet noodzakelijk waren, en
intusschen de verlagingen ook niet werden
ingevoerd, omdat bleek, dat de uitkeeringen
te hoog geweest waren.
Hij acht dit dan ook een foutief besluit, en
meent dat er alle aanleiding voor goedkeuring
zou geweest zijn, indien de raad sprekers
voorstel had aangenomen en de destijds ge-
maakte fout had willen herstellen, nu de ge
meente over de centen die daarvoor noodig
zijn, de beschikking heeft.
Ook op het feit, dat de loonen aan den zeer
lagen kant zijn, antwoordt de Minister: ik doe
het niet, met andere woorden, er is geen en-
kele kans om een goedkeuring te verkrijgen
dan op een besluit om verlaging. Spreker
meent, dat het goed zal zijn, deze zaak nog
eens te bekijken. Indien men zich hierbij zou
neerleggen, zou de 'bestuursmogelijkheid van
den raad feitelijk nihil zijn. Men zou ook de
beslissing kunnen nemen en alsnog den Mi
nister de kans geven, het besluit niet goed te
keuren en dan meent spreker, dat er nog de
mogelijkheid bestaat van verzet tegen deze
beslissing.
De VOORZITTER: Nou, nou!
De heer HAMELINK vervolgt, dat hij wel
ziet, dat er in deze vergadering geen besluit
genomen zal worden. De argumenteering van
het Ministerieele schrijven acht hij zwak. Hij
meent, dat hij in verband met hetgeen in dezen
gedaan is, het beste zal doen, zijn voorstel
niet door te zetten, doch het even terug te
nemen en nogmaals van alle kanten te bekij
ken. Indien hij dan, na de inlichtingen, die hij
zal inwinnen, de meening toegedaan is, dat er
kans van slagen zal bestaan, zal hij nog met
Zijn voorstel komen, met de motiveering er bij.
Hij neemt dus zijn voorstel terug en zal af-
wachten, wat er verder in dezen gebeuren zal.
De heer VAN DE BILT vraagt zich af, of
er wellicht de kans bestaat om een verhooging
te verkrijgen voor de minstbetaalden.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders een uitvoerig schrij
ven tot den Minister hebben gericht en mede-
deeld hebben, dat de landarbeiders het slecht-
ste betaald worden. Met betrekking tot de
andere groepen bestond er tegen de verhoo
ging geen bezwaar. Het bezwaar van Burge
meester en Wethouders was, dat de landarbei
ders, die het minste betaald worden, niet naar
boven kunnen. Indien de Minister bericht zou
hebben, dat een besluit om hierin verhooging
toe te passen, zou worden goedgekeurd, waren
Burgemeester en Wethouders voornemens, het
voorstel van den heer Hamelink over te
nemen. Daarom hebben zij zich dan ook direct
tot den Minister gewend, ter bespoediging.
Het ministerieel schrijven is in Burgemees
ter en Wethouders niet besproken, daar be
doeld schrijven dezen morgen pas is inge
komen.
De heer DE RUIJTER wenscht alleen deze
vraag te stellen: is er geen mogelijkheid
en is het al eens geprobeerd de normen der
landarbeiders naar boven te brengen?
De heer OGGEL merkt op, dat juist daar
over Burgemeester en Wethouders geschreven
hebben.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat het
juist ging om de normen voor de landarbei
ders. Wat betreft de fabrieksarbeiders zou de
Minister geen bezwaar hebben, daar deze niet
boven den norm komen. Het is juist voor de
categorie, door den heer De Ruijter bedoeld,
dat Burgemeester en Wethouders hebben ver
zocht, dd steunnormen naar boven te mogen
brengen.
De heer DE RUJTER meent, dat, indien be-
sloten zou orden, de steunnormen voor de fa
brieksarbeiders met 0,50 te verhoogen, deze
dit zouden kunnen krijgen, daar ze niet boven
den norm komen.
De VOORZITTER herhaalt, dat Burgemees
ter en Wethouders den Minister hebbet^ voor-
gelegd hun vraag, of, indien de steunnormen
voor de landarbeiders met f 0,50 zouden wor
den verhoogd, dit zijn goedkeuring zou heb
ben. Dit heeft echter de Minister bericht, niet
te zullen goedkeuren.
De heer DE RUJTER: En dat naar aan
leiding van het principebesluit.
De VOORZITTER merkt op, dat er eigen
lijk geen besluit, ook geen principebesluit, ge
nomen is.
De heer SEGHERS merkt op, dat er hier
steeds sprake is van de maximumbedragen.
Daar komen de menschen toch aan.
De VOORZITTER: Zeer zeker, anders zou
den Burgemeester en Wethouders den Minis
ter ook niet gevraagd hebben, of deze op een
verhooging zijn goedkeuring zou verleenen.
Indien deze het voile pond niet ontvingen, was
dit niet noodig.
De heer SEGHERS is van meening, dat
waar de loonnorm 15 bedraagt, het maxi
mum zou liggen bij de 11,50. Er wordt dan
gerekend 7 voor man en vrouw plus 6 X
0,50 kindertoeslag.
De VOORZITTER antwoordt, dat indien
het voorstel van den heer Hamelink tot ver
hooging der steunnormen met 0,50 zou zijn
aangenomen, ingevolge de bepalingen der
steunregeling reeds bij een gezin met 4 kin-
deren het maximaal uit te keeren bedrag zou
zijn bereikt, wat thans het geval is bij een
gezin met 5 kinderen.
De heer SEGHERS merkt op, dat men dus
van deze regeling zou willen afwijken.
De VOORZITTER merkt op, dat men thans
in een kringetje blijft rondloopen. De fabrieks
arbeiders kunnen een verhooging van 0,50
krijgen, daar zij niet aan de normen komen,
de landarbeiders echter niet. Het is juist
hierom, dat Burgemeester en Wethouders aan
den Minister hebben geschreven. De Minister
heeft hierop geantwoord, zooals spreker zoo-
juist heeft voorgelezen, dat een verhooging
van de steunnormen voor de landarbeiders met
f 0,50 per week door hem niet zal worden
goedgekeurd.