ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN fffyj ASPIRIN No. 9556 MAANDAG 18 JANUARI 1937 77e Jaargang Binneniand. FeuiSleton Het Geheim van de Zeven Schoorsteenen TWEEDE BLAD helpt snel en zeker buisjes Van 20 iabl. - 70 cent zakjes van 2 tabl. - JO cent %&&S*£6SUiSm NEUZENSCHE COURANT WIJZIGING VAN GEMEENTEUJKE EN PROVINCIALE ADMINISTRATIVE. Ingediend is een wetsontwerp tot wij'ziging van de Gemeente-, Provinciale- en Kieswet en de intrekking van de Gemeente-borgtochten- wet. 'Het strekt in de eerste plants tot vereen- voudiging van de gemeentelijke administratie; daarnaast. echter behelst het ontwerp, mede met belt oog op het nauwe verband tusschen verschillende bepalingen van de Provinciate wet en de Gemeentewet, eanige voorstellen met betrekking tot de provinciale adminis tratie. Van de gelegenheid is voorts gebruik ge maakt om enkele dubia en leemten, welke in de praktijk tot moeilijkheden aanleiding heb-. ben gegeven, te ondervangen. Vervulling van het ontvangersambt in meer gemeenten door dyenzelfden persoon. In vele kleine gemeenten zijn de aan het ontvangersambt verbonden werkzaamheden van zoo geringen omvang, dat het slechts als nevenfunctie kan worden vervuld. Vervulling van zoodanig ambt in twee of meer gemeen ten door denzelfden persoon kan dezen een volledige dagtaak en voldoende bezoldiging verschaffen. Voorgesteld wordt aan de Kroon bevoegd- heid te geven gemeenten aan te wijzen, die denzelfden persoon tot ontvanger hebben te benoemen. Bestaat tusschen de besturen dezer gemeenten geen overeenstemming omtrent be noeming, schorsing en ontslag, dan moet be- slissinig door Gedeputeerde Staten gewenscht worden geacht. Met betrekking tot den ontvanger is het aantal inwoners van de gemeenten gezamen- lijk, waar het ontvangersambt door denzelf den persoon bekleed kan worden, van 10.000 op 15.000 geibracht. De omvang van de werk- zaamheden, aan dit ambt verbonden, laat toe de grens iets hooger te stellen dan voor de betrekkingen van burgemeester en van secre- taris. De benoeming en toelating van gemeenteraadsleden. (De kennisgeving en de aanneming van be noeming van gemeenteraadsleden zijn thans eenigszins omslachtig geregeld. Voorgesteld wordt nu, dat de toezending van het bsricht van benoeming geschiedt bij aangeteekenden brief of als daaraan de voor- keur wordt gegeven tegen gedagteekend ont- vangbewijs. Dit bericht van benoeming vormt den geloofsbrief. De benoemde deelt aan den voorzitter van den raad mede of hij zijn be noeming aannee'mt, met bijvoieging van den geloofsbrief. Desgewenscht kunnen deze mede- deeling en de opgaaf van bijgevoegde stuk- ken (geloofsbrief en bijlagen van den geloofs brief) in een formulier worden samengevat. Intending van den geloofsbrief zonder uit- drukkelijke mededeeling van aanneming der benoeming kan overigens zonder bezwaar tevens worden aangemerkt als de aanneming der benoeming te omvatten. Ingeval de benoemde reeds eerder zitting had is overlegging van een geboorte-extract overbodig aangezien dan het bereikt hebben van den vereischten leeftijd vaststaat. Aan den burgemeester kan worden opge- diragien de verklaring van ingezetenschap bij den geloofsbrief te voegen. Bij periodieke af- treding kan dan met edn collectieve verkla ring worden volstaan. Bij de raadsverkiezingen in 1935 heeft zich in enkele gemeenten het geval voorgedaan, dat omtrent toelating van de nieuwe leden op den eersten Dinsdag van September nog niet onherroepelijk was heslist. Voor zoodanig geval behoort een voonziening te worden ge- troffen. Het meest voor de hand ligt, den zittingsduur van d .n ouden raad te verlengen totdat meer dan de helft van het vereischte getal leden kan zitting nemen, hetgeen wordt voorgesteld. Gedurende dezen tijd aanvaarden de wegens •periodieke aftreding verkozen leden hun be trekking niet. Indien in den geprolongeerden raad een plaats openvalt, wordt daarin voor- zien op gelijke wijize als zou zijn geschied, in dien zij voor den eersten Dinsdag in Septem ber zou zijn opengevallen. door AGATHA CHRISTIE. Meermalen heeft het geval zich voorgedaan, dat in de raadsvergadering over een voorstel omtrent toelating de stemmen staakten en moeilijkheid ontstond, doordat, hccwel het voorstel tot toelating of tot niet-toelating ge acht moest worden te zijn verworpen, niet tevens geacht kom worden, dat tot het tegen- overgestelde van hetgeen was voorgesteld was besloten. Ter voorkoming van dergelijke moeilijkheid voor het vervolg wordt het ge wenscht geacht in het gestelde geval de be- slissing te leggen in nandei. van Gedeputeerde Staten. Bepaald wordt, dat een raadsvergadering, welke door het vereischte getal leden wordt aangevraagd, binnen veertien dagen moet worden gehouden. De stemming in een gemeenteraad. IHet nemen van besluiten is in een gemeente bij herhaling onmogelijk gemaakt doordat vddr de stemming een aantal leden zich verwijder- den. Voorgesteld wordt, dat de stemming in zoo danig geval geldig is, ongeacht het aantal leden, dat er aan heeft deelgenomen. Het- zelfde geldt voor een vergadering, waarin over een voorstel, ten aanzien waarvan in een vroe- gere vergadering een stemming nietig was, opnieuw wordt gestemd. De verplichting tot zekerheidsstelling voor den gemeente-ontvanger De wet van 7 Juni 1919 heeft de verplich ting tot het stellen van zekerheid door rijks- ambtenaren ten behoeve van den staat opge- heven. Voor den gemeente-ontvanger is de verplichting tot zekerheidsstelling ten be hoeve van de gemeente tot dusver blijven be- staan. Voor andere gemeentelijke comtabele ambtenaren schept de wet zoodanige verplich ting niet. Het wordt niet noodig geacht in dezen vorm waarbong tegen benadeeling van de gemeente door den ontvanger te doen voortbestaan. De verouderde vorm van zekerheidsstelling door den ontvanger worde vervangen door verzeke- ring bij verzekeringsinstellingsn. De raad wordt verplicht een regeling vast te stellen omtrent doze verzekering tegen benadeeling door plaatselijke ambtenaren en bedienden of door anderen. Een voorgestelde aanvulling van artikel 228 vordert goedkeuring van Ged. Staten op de besluiten van den raad betreffende de verze kering van gemeentegel'den. Deze bes'luiten kunnen zoowel inhouden een regeling betref fende de geineentegelden in het algemeen als betreffende gelden onder het beheer van be- paalde ambtenaren in het bijzonder. Voorgesteld wordt de verplichting tot het uitbrengen van een vijfjaarlijksch of jaar- lijksch verslag over den toestand der gemeente te doen vervallen. Het nut van dit verslag kan over het algemeen niet geacht worden op te wegen tegen daaraan verbonden arbeid en kosten. De tertnijn voor goedkeuring van raadsbesluiten door Ged. Staten. De artikelen 230 en 231 van de Gemeente wet veroorzaken aan de provinciale griffien en aan de gemeente-secretarieen veel onnoo- dig werk. De in art. 231 bepaalde automati- sche goedkeuring van raadsbesluiten, voor het geval binnen dertig dagen geen beslissing en ook geen verdagingkbeslu.it is ingezonden, noodzaakt, ook al wegens het niet dagelijks bijeen zijn van de vergadering van Ged. Sta ten, tot het zekerheidshlalve alvast nemen van verdagingsbesluiten, waarvan naderhand soms blijkt, dat zij niet eens noodig waren geweest. In een groot aantal andere gevallen wordt on- middellijk na het inkomen van het raadsbe- sluit een verdagingsbesluit genomen en aan het gemeentebestuur toegezonden, omdat te voren vast staat, dat de termijn van dertig dagen, als regel gesteld voor het nemen van een beslissing, te kort zal blijken te zijn voor het inwinnen van de noodige advrezen, voor onderzoek in de eigen administratie en voor voldoende overweging. Thans wordt voorgesteld': eenerzijds den ter mijn van dertig dagen te vervangen door een van twee maanden; anderzijds bevoegdheid te geven, dezen termijn met 'ten hoogste een maand te verlengen, maar dan ook aan niet- inachtneming van den tot ten hoogste drie maanden verlengden termijn het gevolg van goedkeuring ex lege te verbinden, en betref fende verdaging van de beslissing omtrent de 17) VervoUig. Ze maakte met een kort, ongeduldig knikje een eind aan de dankbetuigingen van den man, ging de stoep op, zocht in haar tasch naar den huissleutel, herinnerde zich opeens, dat ze dien niet meegenomen had en drukte, geergerd om haar eigen vergeetachtigheid, op het schelknopje. De deur werd niet dadelijk openigedaan en terwijl ze ongeduldig stond te wachten, kwam een jonge man de stoep op. Hij was heel eenvoudig gekleed en in z'n liokerhand had hij een pakje pamfletten. 'Hij stak er Vir ginia een toe, een roze papiertje met het op- schrift: Waarom heb ik voor mijn land ge- streden? In z'n rechterhand had hij een cOl- lecte-bus. ,,Ik kan niet op een dag twee van die gru- wel-gedichten koopen,"' zei Virginia veront- schuldigend. „Ik heb er vanmorgen al 6dn gekocht, heusch, met mijn hand op mijn hart." De j-onge man gooide zijn hoofd in zijn nek en lachte luidop, aanstekelijk. Virginia moest meelachen of ze wilde of niet. Ondertusschen nam ze hem, nonchalant weg, eens op en deed daarbij de ontdekking, dat hij een heel wat aantrekkelijker type had, dan de „doorsnee"- werklooze. Hij had een intelligent gezicht en zijn lichaam zag er stoer en gehard uit. Een oogenblik kwam zelfs de gedachte bij haar op, dat het haar speet, dat ze geen betrek king voor hem had. gemeente-begrooting, motiveering van het verdagings-besluit verplicht voor te schrijven. Een andere wj/ziging beoogt buiten twijfel te stellen, dat in den verordening meer dan een belasting geregeld mag worden. Wijlziging van de Kieswet. Wat de wijziiging van de Kieswet betreft, wordt het volgende opgemerkt. Er bestaat niet langer voldoende reden, aan hen, die overigens aan de vereischten voor kiesbevoegdheid voor Tweede Kamer, Staten en raad voldoen, nog bovendien den niet van willekeur vrij te pleiten eisch te stellen van inwoning gedurende achttien maanden in het rijk of een jaar in de provincie of de gemeente. Die eisch, steunende op veronderstelde bekend- heid met toestanden in rijk, provincie of ge meente eerst na verloop van zekeren tijd, heeft in deze tijden van openbaarheid en snelle berichtgeving niet meer in voldoende mate reden van bestaan. Maar zelfs, indien men aan bedoelde gedachte nog eenigszins wenscht vast te houden, wordt daaraan genoegzaam tegemoet gekomen door de bepalingen van de Kieswet, welke het bezit van de vereischten vorderen op 1 Januari en de kiezerslijst eerst van kracht doen worden op 1 April. Worden als ingezetenen van rijk, provincie en gemeente aangemerkt zij, die op 1 Januari werkelijke wocnplaats hebben onderscheiden- lijk in het rijk, provincie en de gemeente, zoo- als in het onderhavige ontwerp wordt voorge steld, dan wordt een belangrijke vereenvoudi- ging verkregen in het opmaken van de kie zerslijst. Aan vermeltfmg van de voomamen der kie- zers bestaat voor de praktijk geen behoefte. Met de voorletters kan worden volstaan, be- houdens in zeer bijzondere gevallen, bijvoor- beeld gelijkheid van naam, voorletter en ge- boortedatum. Ook het afschrijven van de op- roepingskaarten, die alleen de voorletters he- hoeven te bevatten, wordt er gemakkelijker door gemaakt. Vermelding van geboorteplaats en dagteekening van naturalisatie kan even- zeer worden gemist. Voorgesteld wordt voorts, de aanwij'zing van de stemdistricten voor alle verkiezingen door den raad te doen geschieden. De wet treedt in werking met ingang van een door de Kroon te bepalen dag. Maar op dat oogenblik ging de deur open. Virginia vengat alles, het werkloozenprobleem en den chantage-man, want in plaats van Chilvers, de butler, stond haar kamenier, Elise, voor haar. „Waar is Chilvers?" vroeg ze scherp, on der het naar binnen gaan. „Chilvers! Chilvers is weg, madame, weg met de anderen." /Welke anderen? En waarnaartoe weg?' „Naar Datchet, madame, naar het land- huisje, zooals in het telegram stond." „Een telegram? Welk telegram?" vroeg Virginia. „Madame heeft toch een telegram gestuurd! Dat kon geen vergissing zijn. Een uur ge- leden is het gebracht." „Ik heb geen telegram gestuurd! Wat stond erin?" „Het ligt nog daar, la-bas, op het tafeltje.' Elise ging de hall in, nam het telegram op en hield het haar mevrouw met een triom- fantelijk gezicht voor. „Voliih, madame!" IHet telegram was geadresseerd aan Chil vers en luidde: ,/Vertrek onmiddellijk met overige bedien den naar landhuis. Breng alles in gereedheid voor week-end daar. Neem trein 5.49. Dat was een misleiding met kennis van zaken, want z6b, op die betrekkelijk noncha lant© manier, liet ze het haar butler altijd weten, als ze, door hier en daar een invitatie, een impromptu-week-end in haar landhuisje aan de rivier aan het organiseeren was. Ze nam dan altijd haar geheele dienstpersoneel mee; een oude vrouw bleef als huiSbewaarster achter. Chilvers had dus niets ongewoons in die nuehtere kennisgevijig gezien, en was, als een goedgeschoolde bediende, met al zijn on- derhoorigen verdwenen. „Ik ben gebleven," legde Elise haar uit, ,,ik wist, dat madame mdj zou wenschen be pakken voor haar." „Wat een flauwe grap!" riep Virginia drif- tig uit. ,,Je weet heel 'goed, Elise, dat ik van MINISTER DECKERS EN MINISTER GELISSEN IN NOORWEGEN. De Scandinavische correspondent der N. R. Crt. meldit: Heit leidenide conservatieve dagblad in Noor- wegein, Aftenposten, wij'dt ondletr de rubriek Bank en Beurs een korte beschouwimg aan het bezoek, dait minister Deckers en minister Gelissem 'thans als gasten van de Noorsche regeerinig aain Oslo brengen. Het blad' herin- nert daarin aan een dergelijk officiee'l bezoek' uit Belgie verleden jaar en wijst er dan op, hoe zoowel ons land als Belgie tot de Oslo- staten behooren tot de groep staten, die vrij- ihieid voor heit ecaniomische verkeer voor elk land afzonderlijk en voor de wereld in haar gaheei het igumstigstle achten, terwijl in deze iand'en die meerderheid van die bevolkiifg ,,uit traditie en idbor ervarinlg" dlemocratiseh is, hetgeen vooral thans een natuurlijke basis voor samenwerking vormt. Het blad spreekt de hoop uit, dat de Oslo-statem uit hun' na- tuurlijke eensgezindhid de kracht kunnen put- ten om ook in hun daden een voorbeeld voor de wereld te zijn. In Arbeiders'bladet, het hoofdorgaan van die Noorsche socialisitische arbeiderspartij, dat ge- woonilijk ook his het regeeringsorgaan wordt aangemerkt, stond dezer dagen een niet on- dlenteekend, maar hoogstwaarschijnlijk door dlen naar een staats-handleiLsmonopolie streven- den oecomiomischen redacteur Ole Colbjprnsen igeschreven stukje over die .bekende verklarin- •gen van Dr. Oolijin in het interview van Svens- ka Dagbladet en enkele andiere Scandinavische bladien. Uit die verklaringen van onzen minis- iterpresident wordt afigel'eid, dat het o.a. diens bedaeling zou zijn, /den uitvoer van de andere Oslo-staten naar Noorwegen, welks invoer uit dleze staten reeds temnaastebij dubbel zoo groot zou zijn als zijn export dlaarheen, no| verder te vergrooten, terwijl er voorts op. ge- wezen wordt, dat Noorwegen, wat bescher- plan was naar ,,De Schoorsteenen" te gaan. Vanmorgen heb ik je 't nog gezegd." „Ik dacht, dat madame haar gedachten ver- anderd had. Zoo nu en dan dat gebeurt, n'est- ce pas, madame?" Virginia gaf de waarheid van deze ver- kapte beschuldiging met een glimlach toe. Maar ondertusschen zochten haar gedachten al vliitiig naar het ,,motief" achter deze sehijn- baar flauwe grap. Elise kwam haar met een veronderstelling te hulp. „Mon Dieu!" riep ze uit, terwijl ze haar handen in een gebaar van angst vouwde. ,,Als het boosdoeners, als het dieven waren! Zij sturen telegrammen en zoo zij krijgen alle domestiques uit het huis en dan zij komen om het te berooven." ,,Ja, dat zou kunnen zijn", zei Virginia na- denkend. ,,Oui, oui, madame, dat is zoo, zonder twij fel! Elken dag leest men in de krant van zulke dingen. Waarschuw de politic, madame. schel ze opvoor de booswichten, zij ko men om ons den hals af te snijden." ,,Wind j»e niet zoo op, Elise. Ze komen ons niet op klaarlichten dag, om zes uur 's mid- dags, den hals afsnijden." Madame, ik bid u, laat me gaan naar bui ten en roepen een agent van politie." .Waarom in 's hemelsnaam, Elise! Ste) je asjeblieft niet zoo aan. Ga naar 'boven en pak m'n koffer voor „De Schoorsteenen" als je dat tenminste nog niet gedaan hebt. Mijn nieuwe japon van Cailleaux, en m'n witte crbpe maro- cain en... ja... en diainl m'n zwarte fluweelen maar... bij politiek hoort zwart fluweel, vin je niet?" Madame ziet er verrukkelijk uit in haar eau de Nil satijnen", kweelde Elise, nu weer op end' op de kamenier. ,,Nee, die neem ik niet mee. En nu naar boven, Elise, en voortmaken. We hebben niet veel tijd meer. Ik zal Chilvers een telegram sturen en ik zal met den agent, die deze huurt heeft, over deze kwestie spreken... dan zal hij wel een oogje in 't zeil houden. Begin nu ming van die inheemsche nijverheid en regeling van /den invo/er beltreft, verre bij die andere Oslo-staten ten achter staat em d'at Noorwe gen dus niVat zoo igemakkelijk als die andiere landen tot verlaging van invoerrechten kan overgaan. Aftenposten, welk blad zich nog niet eerdter over de verklaringen van Dr. Colijn heeft uit- gelaten, teekent nu bij deze opmerkingen in Arbeiderbladet aan, diat die schrijver van het stukje, Dr. Colijn blijkbaar verkeerd begrepen heeft, want idat het Colijn's bedoeling onge- twijfelid was, de Oslo-igedachte te bevorderem, de .gedachte, dat zoowel de*Oslo-staten als de wereld' in ihaar geheel op den duur wel van Samenwerking, maar niet van het zich op- sluiiten achter tiariefmuren, handelsbeperkin- gen en gedwomgen regelingen voordeel hebben. Een dergelijke samenwerking kaert, aldus het blad, zijn front naar buiten omdat men daar voor zijn idee moet vechtenl en d&ar het groote resultaat zou moeten bereifcen, dat de door Arbeiderbladet gevreesde eventueele offers zou rechtvaandiigen. Het blad besluit met er aan te herinneren, dat die Oslo-staten wel iets op de wereldmarkt te bet'eekenen hebben, dat zij in 1934 10,21 procenit van den wereld- han<fel vertegenwoordigdien, een percentage, dat alleen dioor Engeland met 13,85 procemt overtroffen werd en idiit is rets wat de woor- den of, zoo men wil, het voorbeeld kracht bijzet. Het A. N. P. meldt uit Oslo d.d. 15 dezer: De Noorsche bond van indiustrieelen heeft ter eere van de ministers Gel'issen en Deckers een diner aangeboden, waarbij ook de minister van buitemlandsche zaken, Koht, en die van handel, Maidsen, aanzaten. De voorzitter van den bond, Munthe Kaas, verklaarde, dat de bond zijm instemming taetuigt met het denk- beeld van minister Colijn met betrekking tot een nauwere oecanomisehe samenwerking tus schen de noordelijke landen, Belgie en Neder- lanid, doch At de practische gievolgen daarvan het on'dleirwerp moeten uiitmaken van diep- gaande besprekingen. Minister Gelissen dank- te voor de omtvangst. WETSONTWERP TOT NIEUWE REGELING VAN DE PAOHT. De vereenigimg Het Grondbezit, Het Eriesch Grondbezit, de Nedlerl. Bond van lamd- verpach'ters, die Roomsch-Katholieke Vereeni- ging van eigenaren en beheerders van lande- lijke bezittingem, de Vereeniging tot bescher- ming van den grond'eigendom in de 'Lang- straat en het Limburgsch Grondbezit, verte- genwoordigende voor zoover bekend, alle bij de pacht batrokken georganiseerde grondteigena- ren van Ned'erland, van verschillende rich ting em polfitieke overtuiging, hebben zich tot de Eerste Kamer gericht met een gezamenlijk adres omtrent bovengenoemd wetsontwerp. Adressanten achten het gevaar aanwezig, dat tevredenhedd over de in het ontwerp aan- gebraehte verbateringan de aandacht zou af- leidem, van 'die h.i. zear gevaarlijke strekking van het ontwerp en van de eraan verbonden bezwaren, die van zoo principieelen en emsti- gen aard zijn, dat het ontwerp h.i. onaan- vaardbaar is gebleven. De voomaamste bezwaren zijn, dat in het ontwerp unlet voldoende uitkomt, 'dat de re geling slechts inhoudt een regeling van de lamdf>acht en dat als gevolg daarvan het recht van den ed'genaar om de bestemming van zijn gronid aan te wijzen nilet voldoende is ontzien. De hoogst onzekere houdling dbor de Regee- ring Eiangenomen ten aanzien van de bepaling, dat de verpachter telkens na tien jaar vrij is de pacht ma twee jaar ite doen edndigen, geeft adressanten geen waarborg, dat de Regeering het bedoelde recht van de eiigenaar erkent. Ook die regeling van het continuatierecht is niet zoodanig, d'at de eigenaar de zekerheid heeft itusschenitij'ds voor amdlere doelelnden over zijn grond te kumnen beschikken. Adressanten vestigen voorts de aandacht op het groote belang der uitvoeringsmaat- regellen, waartoe het ontwerp de Regeering de bevoegdheid geeft en waaromtrent veel te weimig vaststaat. Op tal van punten worden duidelijke inlich- tingen van idle Regeering nood'zakelijk geacht. De vereenigimgen meenen, dat het werkelijke asjeblieft niet weer met je oogen te rollen, Elise. Als je nu al zoo'n drukte maakt nog voor er ieits geibeurd is, wat doe je dan als er ttraks uit een donker hoekje een man te voor- schijn sprimgt en je met een mas steek't?" Elise liet een nerveus piep-geluid hooren en verdween haas'tig naar hoogere regionen. En onder het naar boven loopen keek ze bange- lijk, dan over den eenen, dan over den ande ren schouder. Virginia trok een gezicht tegen den ver- dwijnenden rug, keerde zich om en liep dwars de hall door naar de zoogenaamde bihliotheek een klein, knus-ingericht vertrek, waar ook de telefoon was. Het was beter, om het politie- bureau even op te ibelltn en de dienaren van den Heiligen Hermandad zoo om medewerking te verzoeken, dan de kans te loopen, dat de agent, die haar wijk had, straks niet op kwam dagen. 'Ze Ideed die deur open en li'ep naar de tele foon. Maar, met haar hand al op den haak, bleef ze opeens doodstil staan. In den grooten stoel naast den haard zat een man in een eigenaardige houding, slap, half-ineengezakt. Door het zonderlinge telegram had ze haar chantage-bezoeker geheel vergeten. Blijkbaar was hij, moe en verveeld door het wachten, in slaap gevallen. Met even een humoristischen trek om haar mooien mond ging ze naar den stoel. Maar opeens bleef ze staan; haar oogen werden grooter, de glimlach trok weg... De man in den stoel sliep niet. De man was dood! Ze wist het opeens, ze voelde het intu'itief, nog voor ze het kleine, glimmende wapen pp het kleedje naast hem, het ronde schroei- gat, met den lugu'fcertn donlceren kring er- omheen, de machteloos-weggezakte onderkaak gezien had. Met haar hand tegen haar hart gedrukt, bleef ze onbewegelijk staan. Daar kwamen vlugge voetstappen de trap af! Elise! Madame! Madame!" ,,Ja, wat is er?" mS- £00 Let op oranje band en Bayerkruis t- 41 Ingez. Med. belang van pachter en verpachter verwerping van het wetsontwerp vordert, opdat de moge- lijkheid tot een betere en ibevredigender rege ling worde geopemd. OPBRENGST RUKSMIDDELEN. De direete beiastingen hebben over het jaar 1936 opigeibracht 102.383.819,63 (die raming voor 1936 bedroeg f 113.100.000, tegen 99.435.800,74 over 1935. De oveiriige midldelen hebben oipgebracht: December 1936 33.684.921,32 (Vis der ra ming: 30.960.416,67) tegen December 1935 31.387.852,91 en over het geheele jaar 1936: 370.925.387,91 (raminig 371.525.000) tegen f 366.409.757,59 over 1935. De inkomsten ten bate van het verkeers- fon'ds hebben over 1936 bedragen: motor- rijtuigenblasting 20.983.122 en rijwielbe- lasting 7.632.455, tataal f 28.615.377 (ra ming reap. f 22.500.000, f 7.500.000 en 30.000.000) HET INITIATIEF VAN DR. H. COLIJN. De Times juicht in een artikel, dat geti- teld is ,,ibreuk in de muren", de pogingen toe van Scandinavie en de lage landen langs de Noord'zee om te komen tot e'en verlaging van de barrieres van den wereldhandel. Het blad is van meening, dat het thans door bezoeken van ministers zeker schijnt, dat de conventie van Oslo krachtig bevestigd en naar alle waarschijnlijkheid uitgebreid is. lin een hoek van de wereltf tusschen landen met een kleine bevolkinig, maar met groote staatsmanswijshe.id bestuurd, zal de handel dan vlotter kunnen gaan, doch dat zal slechts een begin zijn, daar Nederland en Scandinavie lafhankelljk zijn van afzetgebiedlen in grootere landen. Scandinavie, aldus de Times, is onze beste client in Europa en Nederland wil steeds meer van ons koopen. Dit zijn alle belangrijke overwegingen, welke in Britsche oogen de waardeering moeten doen toenemen voor deze geste naar een vrijer han- delsverkeer. De Times tarengt in het bijzonder hulde aan Dr. Colijn. HET INDISCHE LUOHTRECHT. In aansluiting op berichten aangaande het voorges'teldle Inidische luchtposlttarief, wordt gemeld, dat het voorstel moet luldlen: 20 cent Virginia ging met bewegingen, die aan een automaat deden denken, naar de deur. Een ding was haar maar duidelijk. Ten koste van alles, voor het oogenblik althans dit dit gruwelijke te verbergen voor Elise! Elise zou natuurlijk dadelijk een zenuwtoeval krijgen, en .zenuiwtoevalien kon ze op dat oogenblik niet gebruiken. Ze moest tijd hebben om te den ken, om kalm te overleggen wat haar te doen stond. ..Madame, zou het niet beter zijn, als ik den ketting op de deur deed?, Deze booswich ten, elk oogenblik kunnen zij binnenkomen." ,,Goed! Ga je gang maar. Dole maar, wat je wilt." iZe hoorde het rinkelen van den ketting en even daama Elise's vlugge voetstappen, die weer snel de trap op en de gang af gingen. Oniwillekeurig slaakte ze een zucht van ver- lichting iZe keek van den man in den stoel naar de telefoon en weer terug. Het was duidelijk, wat haar te doen stond. Ze moest de politie opbelilen en haar van die griazelige vomd'st op de hoogte brengen. Maar ze deed niets. Ze- bleef onbewegelijk op dezelfde plaats staan; haar lichaam ver- lamd van schrik, haar tare in een draaikolk van voortdurend elkaar verdringende gedach ten. Dat telegram! Had dat misschien iets met.dit te maken gehad Gesteld, dat Elise niet op haar was blijven wachten! Dan zou zij de voordeur opengesloten hebben - gewoonlijk had ze haar huissleutel bij zich en dan zou zij op eeai gegeven oogenblik alleein geweest zijn met een vermoorden man, een man die bij een vorige gelegenheid had ge- tracht haar geld af te persen. Voor zichzelf wist ze natuurlijk wel, waarom ze dat toege- laten had, maar hoe zouden anderen daarover denken? George bomax bijvooi'beeld had de reden, die ze opgegeven had, puren onzin ge- vonden. En die brieven ze had ze natuurlijk niet geschreven, maar zou dat te bewijzen zijn? (Wlordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1937 | | pagina 7