ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIE3LAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
ABDIJSIROOP
No. 9544
VRIJDAG 18 DECEMBER 1936
76e Jaargang
Binnenland.
Feuilleton
Het Geheim van de
Zeven Schoorsteenen
Buitenland.
Verkoudheid,
hoest, bronchitis
AKKER's versterkte
EERSTE BLAD
Oe.abonne's
van het Gei'llustreerd Zondagsblad
H H. Kantoorhouders
Onze abonne's in het Buitenland
en de gevaarlijke gevolgen daarvan.
TER NEUZENSCHE
numeiaasMH
BONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen 1.25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
'r. per post f 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
v'oor Belgie en Amerika 2,overige lan den 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Ultgeefster; Flrma P. J. VAN DE SANDB
GIRO 38150 TELEFOON No. 2ft.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer f 0,20
KTiETNE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliehd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Tn.zending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT LEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
die bet blad per post ontvangen, worden
vereocbt, bun abonnementsgeld v6or 1 Jan.
a.s., in te zenden daar er anders over bescbikt
wordt met verbooging van 15 cent.
DE UITGEEFSTER.
worden verzocbt bet abonnementsgeld over
bet 4e kwantaal 1936 van de Ter Neuzensche
Courant voor 1 Jan. a.s. in te zenden.
Wij vestigen er de aandacbt van onze
abonne's op, dat wij bij terug-ontvangst van
eene onbetaalde kwitantie, onmiddellijk de
toezending van het blad zullen staken.
Den abonnd's, die bun abonnementsgeld
voor geheel 1937 bij vooruitbetaling wenschen
te voldoen, wordt verzoobt bet bedrag ad
f 5,SO over te maken per postgiro 38150 of
per postwissel, eveneens v66r bovengenoem-
den datum.
DE UITGEEFSTER.
worden dringend verzocbt, bet verschuldigde
abonnementsgeld voor 1 Jan. a.s. in te zen
den. Bij niet-ontvangst v66r dien datum wordt
het abonnement gestaakt.
Abonnementen voor het buitenland worden
slechts aangenomen bij vooruitbetaling.
DE UITGEEFSTER.
BEN POLITIEHOND ALS GESCHENK
VOOR HET PRINSELIJK PAAR.
Op voorstel van het hoofdbestuur van de
Kon. Nefd. Politiiehondvereeniging, is in de
algemeene vergadeiing, te Utrecht gebouden,
onder daverend applaus besloten aan bet
Prinselijk bruidspaar, als eerbiedige hulde van
de vereeniging aan te bieden een volledig af-
gerichten politiehond.
Daarvoor is gekozen de bouvier Dona van
den heer J. Semler te Eindhoven, welke op de
jaarlijksche keuring, dit jaar het boogst aan-
tal punten behaalde en daardoor de groote
zilveren medaille verwierf, bescbikbaar ge-
steld door de Koningin, beschermvrouwe van
deze vereeniging, voor den hond welke het
boogst geplaatst werd bij de keuring van
politiehonden in 1936 door de Kon. Ned.
Politiehondenvereeniging gebouden.
Het hoofdbestuur heeft namens Prinses
Juliana bereids bericbt ontvangen, dat het ge-
schenk gaarne izal worden aanvaard.
DE NEDERLANDSCH-BELGISCHE
BETREKKINGEN.
Tfldens de behandeling van de begrooting
van buitenlandsche zaken in den Belgiscben
Senaat, besprak de R.K. afgevaardigde Orban
de onderbandelingen tusschen Belgie en
Nederland.
Onder de hiuidige amstandigbeden, zeide bij,
zajn de Nederlandscbe belangen ten nauwste
verbonden met de Belgiscbe belangen. Het
douaneverdrag tusschen Nederland en de
BelgiscbLuxemburgsche oeconomiscfae unie
beeft aan beide zijden tal van aanhangers. Op
oeconomisch gebied hangen Belgie en Neder
land van elkaar af, en diaarom moeten de
onderhandelingen met kracht voortgezet wor
den, opdat zij spoedig tot een goed einde
komen.
In verband met de bescbouwingen door den
rapporteur voor de begrooting van buiten
landsche zalken in den senaat, graaf Lippens
aan de Nederlandscb-Beligische betrekkingen
en speciaal aan de kwestie van de aftapping
van het water van de Maas gewijd en ook
mede naar aanleiding van de memorie van
antwoord van minister de Graeff aan de Ne-
derlandsche Tweede Kamer, stelt de Brussel-
door
AGATHA CHRISTIE.
10)
Vervolg.
Hij lichtte de lus van het telefoonboek van
het baakje en sloeg de R. op. Revel... Revel
aba, daar had hij ze. Er waren er zes van dien
naam: Edward Henry Revel, chirurg, Harley
Street; James Revel Co., zadelmakers; Len
nox Revel, AJbbothury Mansions, Hampstead;
Miss Mary Revel, 'met een adres ergens in
Ealing; Hon. Mrs. Timothy Revel, Pont Street
487 en Mrs. Willis Revel, Oadogan Square 42.
Minus de zadelmakers en Miss Mary waren
dat vier adressen waar hij inlichtingen moest
gtaian inwinnen. En dan de kans, dat de dame
in kwestie niet eens in Londen woonde! 'Hij
schudde het hoofd en sloeg bet boek met een
kiap dicht.
„Voor bet oogenblik zal ik 't maar aan het
toevai overlaten", zei hij. „Vandaag of mor-
gen gebeurt er wel iets, dat de zaak aan het
rollen brengt."
Het geluk helbtben van de Anthony Cade's
van deize wereld is in hoofdzaak te danken
aan bun eigen geloof er in. Een half uur later
gebeurde er inderdaad al iets dat de zaak, zoo
als hij het noemde, aan het rollen bracht. Hij
zat in een ge'illustreerd tijdschrift te bladeren
en zag daar op een gegeven oogenblik foto's
van tableaux door de hertcgin van Perth sa-
mengesteld. Onder de hoofdfiguur, een slan-
ke vrouiw in Oostersche kleederdracht, las hij
bet volgende;
sche liberale krant L'Etoile Beige de vraag
of het oogenblik niet gekomen is om nu defi-
ndtief met de regeling van de tusschen Neder
land en Belgie nog hangende punten een be
gin te maken. Zijn zekere toegevingen noo-
dig, zegt de Etoile Beige, dan moet men ze
doen, maar dat men tevens voorgoed en liefst
zoo spoedig mogelijk ook een eind stelle aan
de jaarlijksche opreohte en wederzijdsche
lofbetuigingen, die op een blijvend misver-
stand isteunen. Het Laatste Ndeuws voegt
er nog het volgende aan toe; Men weet, dat
de kwestie van het Maaswater thans aanhan-
gig is bij het intemationale gerechtshof. Hoe
er ook door dit hof wordt beslist en wie gelijk
krijgt, de eenige logische gevolgtrekking zal
zijn, dat de beide landen elkaar verstaan. Het
valt dan ook te hopen, dat de uitspraak zal
bespoedigd worden en men met vermindering
van onvruchtbare spitsvondigheden onverwijld
zal werken aan een practisehe overeenkomst.
In dezen tijd van intemationale spanning zijn
er te veel gebiedende gemeenschappelijke be
langen dan dat twee kleine landen als Neder
land en Belgie niet alles zouden doen om alle
punten van misverstand uit den weg te rui-
men.
DE CONTINGENTEERING VAN BOTER.
De contingenteering van boter zal, na af-
loop van de? huidige oontingenteeringsperiode
op 31 December 1936, niet worden voortgezet.
HOOFDINSPECTEUR UIT SCHIEDAM IS
ONGESCHIKT.
Het tegen den door den burgemeester van
Schiedam ontslagen hoofdinspecteur D. inge-
stelde discdplinaire onderzoek heeft, naar De
Telegraaf meldt, geleid tot de conclusie, dat
deze hoofdinspecteur ongeschikt moet worden
geacht om als politieman dienst te doen.
Het persoonlijk gedrag van den heer D. en
in het bijzonder zijn ihouding tegenover zijn
ondergeschikten, met wien hij al te gemoede-
lijk moet hebben omgegaan, zouden gevaar
hebben opgeleverd voor ondermijning van het
gezag.
Vermeld is reeds, dat de hoofdinspecteur
zich heeft schuldig gemaakt aan het verkoo-
pen van revolvers, welke krachtens de Vuur-
wapenwet aan het hoofdbureau van politie
door bezitters die in verband met het ver
schuldigde recht, op het bezit daarvan niet
langer prijs stelden, in bewaring afgegeven.
Wel vonden deze verkoopen plaats met mede-
weten van de oorspronkelijke eigenaars, zoo-
dat niet gesproken kan worden van verduiste-
ring, doch de heer D. verkocht de vuurwape-
nen met winst, zonder het verschuldigde be-
waarloon in rekening te brengen, waardoor
de gemeentekas werd benadeeld.
Bovendien deed hij deze zaken in samen-
werking met ondergeschikten, hetgeen in po-
litioneele kringen als een ontoelaatbare han-
deling wordt beschouwd.
In het algemeen is dit ontslag aan te
merken als een gevolg van het feit, dat de
heer D. is voortgegaan met zekere gewoon-
ten, welke voor de komst van den tegenwoor-
digen commissaris van politie, den heer H. P.
Clasie, werden getolereerd, doch waartegen
de heer Clasie ten strengste is opgetreden.
Het Schiedamsche politiecorps heeft onder
leiding van den tegenwoordigen commissaris
een belangrijke wijziging ondergaan en als ge
volg daarvan is de discipline hersiteld.
Het ambtenarengerecht zal nu hebben uit
te makep, of de ondiscaplinaire handelingen
van den heer D. hem ongeschikt maken om als
politieman dienst te doen.
KIACHTEN OVER HET OPTREDEN VAN
NEDERLANDSOHE ZEELIEDEN IN DE
HAVEN VAN LONDEN.
In het Engelsche Lagerhuis heeft men den
minister van hamdel, iRunciman, gevraagd, of
het hem bdkend was, dat de kapiteins van
Nederlandsche motorschepen en andere Ne-
derlandsche vaartuigen bij het bdnnenvaren
van de haven van Londen voortdurend trach-
,,Mrs. Timothy Revel als Cleopatra. Mrs.
Revel was voor haar hftwelijk Virginia Caw-
thron, dochter van Lord Edgbaston."
Anthony bekeek de illustratie en spitste zijn
lippen, alsof hij wou gaan fluiten. Daama
scheurde hij de ge'heele bladzijde er uit, vouw-
de die in vieren en stak haar in zijn zak. Hij
ging naar boven, sloot zijn koffer open, haalde
het pakje brieven er uit en stak de opgevou-
wen illustratie tusschen het koordje, dat ze
bijeenhield.
Opeens hoorde hij geluid achter zich. Hij
draaide *zich met een ruk om. Op den drem-
pel stond een man, een man, van het type,
dat je, volgens Anthony, alleen in het koor
van een Opera Comique te genieten kreeg.
Een breedigeschouderde figuur m,et een grof
gezicht en dikke lippen, die in een roofdier-
achtigen grijns van zijn tanden weggetrok-
ken waren.
„W]at moet je hier?" vroeg Anthony, „Wie
heeft je vergunning gegeven naar boven te
gaan?"
,,Ik ga, waar ik wil", zei de vreemdsoortige
bezoeker. Hij had een schorre keelstem, maar
zijn Engelsch was goed.
,,Nummer twee uit het Verre Oosten, dacht
Anthony. „Vooruit, verdwijn", ging hij luidop
voort.
De oogen van den man waren strak op het
bundeltje brieven in Anthony's hand geves-
tigd.
,,Ik zal verdwijnen als je me gegeven hebt,
waarvoor »ik hier kom."
„En dat is, als ik vragen mag?"
iDe man deed een stap naar hem toe.
,,De m6moires van graaf Stvlptitch", zei hij.
,,'t Is me gewoon onmogelijk om je au s£-
rieux te nemen", zei Anthony. ,,Je bent z66
op end' op de traditioneele booswicht. Mijn
compliment over de manier, waarop je je ge-
grimeerd heibt. Wie heeft je hierheen ge-
stuurd? Baron Lollipop?"
ten te ontkomen aan de verpliohting van het
aan boord nemen van een loods. Bij het ver-
laten van de haven aldus steller van deze
vraag kunmen zij deze verpliohting niet
ontduiken, doch dan>wordt de loods met dui-
delijke tegenzin op het schip toegelaten en
meermalen is het voorgekomen dat hij door
de taal en het gedrag van den kapitedn be-
leedigd werd.
Putmciman antwoordde, dat Trinity House
niet bekend was met de pogingen tot ontdui-
king of het gedrag van Nederlandsche kapi
teins, zooals dat door den vrager geschilderd
was. Alleen was er een emstdge klacht van
een loods aan boord van een Nederlandsch
motorschip, maar dit geval is niet geheel
onderzocht. Trinity House gelooft overigens
wel dat er onder de loodsen een zekere on-
tevredenheid heerscht over een gebrek aan
beleefdheid vaak getoond door kapiteins van
Nederlandsche schepen. De minister zal Tri
nity House verzoeken, hem inlichtingen te
verschaffen over het onderzoek naar de klacht
van den genoemden loods en daarna over-
wegen, of stappen bij de Nederlandsche auto-
riteiten moeten wordep. gedaan.
Op de vraag, of hij er relkening mede wil
houden, dat onbeleefdheid onder varensgasten
een ander begrip is dan onbeleefdheid bij
,,landrotten" antwoordde de minister, dat hij
er zich zeer zeker van bewust is, dat men
zeelieden een ..breedere vaargeul" moet toe-
staan dan anderen.
HET ONTIWERP-REISBELASTING
INGETROKKEN.
De minister van financien heeft aan de
Tweede Kamer medegedeeld, dat hij zooals
reeds was aangekondigd in de Millioenennota
intrekt het 29 Februari aan de Tweede
Kamer aangeboden ontwerp van wet tot hef-
fing van een reisbelasting.
CHINEESCHE TRADITIES.
Het is schrrjft de N. R. Crt. steeds een
ernstige fout, gebeurtenissen van ongewoon
karakter in het Verre. Oosten te beoordeelen
naar Westerschen maatstaf. Wij hebben dat
reeds vaak kunnen opmerken en op 't oogen
blik is daartoe meer dan ooit aanleiding. De
ihoofdzaak in de berichten over hetgeen in
Sjensi is geschded, is het feit, dat Tsjiang
Ksi-sjek nog leeft. Dat beteekent alvast,
dat men geen al te kwade bedoelingeri met
hem had. Immers, ware zijn gevangen-
neming werkelrjk als vijandige daad bedoeld
geweest, dan zou Tsjang Sjoe-liang, of wie in
de allereerste plaats daarvoor verantwoorde-
lijik is, begonnen zijn met hem te laten dood-
schieten. Men verkiest het zekere boven het
onzekere in China. Dat is niet geheurd. Nu
echter heeft men den gevangene zelfs een,
naar wij mogen vermoeden, aangenaam ver-
blijf aangewezen in een notabel huis van Sian-
foe. Waarschijnlijk mag men niet eens zeg-
gen, dat hij zich daar als gijzelaar bevindt.
Totnogtoe kan men niet meer concludeeren,
dan dat Tsjang Sjoe-liang in zoo gimstige
mogelijke positie met hem onderhandelen wil.
Tsjiang wil echter nog niet. Deze houding
was van hesm te verwaohten. Het is zijn
karakter niet om zich iets te laten opdiwingen.
Indertijd al, te Kanton, wisten zijn mede-
regeerders, dat zij hem met voorzichtigheid
moesten behandelen. Hij hield er zelfs niet
van dat zij- hem al te precies naar zijn plan-
nen vroegen. En Tsjang Sjoe-liang is zeker
niet een figuur, die hem zal dmponeeren.
Dat Tsjang Sjoe-liang niet ibegon met Tsjiang
Kai-sjek te laten doodschieten, had voor de
situatie veel geruststellender beteekenis, dan
een dergelijtk feit in het overgroote deel van
Europa zou hebben. Het verschil in betee
kenis tusschen al of niet terechtstellen is in
China heel veel markanter dan bij ons. En
juist heel veel minder markant dan in onze
BaronDe man liet een heel ritsje
harde, stugge medekiinkers hooren.
,,0, spreken jullie 't zoo uit. Een combina-
tie van gorgelen en hondengeblaf. Ik zou je
het met geen mogelijkheid na kunnen doen.
Keel niet op berekendi Ik zal henv dus maar
Lollipop blijven noemen. Dus heeft die je ge-
stuurd?"
Die vraag werd heftig ontkennend beant-
woord. De ibezoeker ging zelfs zoo ver, dat hij
bij wijze van nadruk leggen, zeer realistisch
op de vraag spuwde. Daama haalde hij een vel
papier uit zijn zak en wierp dit, met een me-
lodramatisch gebaar, op tafel.
,,Zie!" beval hjj, terwijl hij met uitgestrek-
ten arm erop wees, ,,zie en beef, vervloekte
Engelschman
Anthony volgde het eerste gedeelte van het
jjevel op; het tweede liet hij gemakshalve maar
achterwege. Midden op het papier stond een
ruwe schets in rood krijt of rooden inkt van
een hand.
,,'t Ziet er uit als een hand", zei Anthony
nadenkend. „Maar als u het zegt, wil ik graag
aannemen, dat het een cubistische schilderij
is van een zonsondergang aan de Noordpool."
„Het is het teeken van de Breeders van de
Roode Hand. Ik ben Breeder van de Roode
Hand."
„Och, kom", zei Anthony, terwijl hij hem
van het hoofd tot de voeten oplettend bekeek.
,,En zien uw medebroeders er net zoo uit? 'n
Merkwaardig stelletje samenzweerders".
De man liet in een grijns van woede zijn
tanden zien.
,,'Hond!" zed hij. ,,Zoon van een bond! Be-
taalde slaaf van een verdierlijkt monarchis-
me. Geef de memoires, dan kom je er heel-
huiids af. Dat heeft de altijd rechtvaardige
Broederschap gedecreteerd."
,,Buitengewoon vriendelijk van de Broeder
schap", zei Anthony. ,,Maar volgens mij heeft
wereld is ihet verschil tusschen den wensch
met iepiand te onderhandelen en lijfelijken
dwang op zijn persoon. Wij hebben daar
reeds op gewezen. Tsjang Sjoe-liang bevindt
zich waarschijnlijk op het oogenblik in een
vrij lastige positie t.egenover zijn gevangene,
die eerst niet eens met hem praten wilde. Nu
is alvast een Australische vriend van beiden
naar Sianfoe gekomen, om het ijs te breken.
Ook al weer een bekend verschijnsel: De
blanke vreemdeling die, vriend der betrokke-
nen, als bemiddelaar tusschen twee meer of
minder gemodemiseerde Chineezen optreedt.
Zoolang de kwestie nog in dat stadium ver-
keert, is zij niet gevaarlijk voor den gevan
gene.
Bij de beoordeeling van den toestand moet
men nog drie dingen in het oog houden, die
in dergelijke gevallen een buiten onze begrip-
pen liggende beteekenis hebben. Ten eerste is
er de ikracht van de openbare meening in
China. Als heel China, en vooral ook het
nationalistisohe China, zoo fel en zoo alge
meen protesteert als men ons nu meldt, zal
Tsjang Sjoe-liang, indien hij nog iets van Ohi-
neesch fatsoen heeft, onder sterken druk
komen te staan. De openbare meening heeft
in het, bij oeroude traditie sterk democratische
China een merkwaardige kracht. Men moet
al rooverhoofdman in zijn gevoelens zijn ge-
worden, om zich daaraan te kunnen onttrek-
ken. De openbare meening, dat is het .ge
zicht" van een man. Zij kan den vastfoeraden-
ste onder de militaire grootheden tot zelfsver-
guizende verkiaringen van afstand bewegen.
Dat de afstand dan later in werkelijkheid ach
terwege blijft, is niet tegen de regels van het
spel. Maar men behoort zijn bulging van on-
derworpenheid gemaakt te ihebben, als men
veel „gezicht" heeft verloren.
Belangwekkend zou het zijn precies te
weten, hoe het nu met het „gezicht" van
Tsjiang Kai-sjek staat. De Japanners, die
heel vaak verrassend onbevoegd zijtn gebleken
in het beoordeelen van dergelijike, fijngescha-
keerde dingen in China, stellen het reeds voor,
alsof hij, door het feit van zijn gevangen-
zetting, onmogelijk zou zijn geworden. Na-
tuurlijk is het een schokkend feit, dat zijn ge-
zag niet machtig genoeg is gebleken, bem
voor een dergelijke bejegening te bahoeden.
„Gezicht" is er zeer zeker mee gemoeid. Maar
het modeme China kan op dit punt reeds wat
meer verdragen. Veel zal afhangen van
Tsjiang's waardigheid als „gevangene". Die
schijnt totnogtoe voLmaakt in orde. En veel
ook van de wijze, waarop hij erin slaagt, los te
komen. Is de openbare meening werkelijk zoo
duidelijk op zijn kant, als het nu heet, dan is
dat reeds een bewijs tegen zijn „onmogelijk-
heid".
Het derde punt van belang is dat Tsjang
Sjoe-liang veel geld moet hebben in besJag
genomen. De centrale bank van China zou
dat te Sianfoe hebben gedeponeerd, juist om-
dat zij die stad zoo veilig achtte. Zilveren
kogels zijn nergens van .beslissender beteekenis
in den strijd dan in China. Ook Tsjiang Kai-
sjek zelf heeft daarmede, bij zijn beroemden
opmarsch naar het Noorden, vele gewiohtige
overwinningen behaald. Dit is veelal de ver-
klaring van het bekende verschijnsel van over-
loopen in Chineesche oorlogen. Manoeuvree-
ren en geld plachten tot in den jongsten trjd
deze oorlogen te beslissen. Het vechten schuw-
de men meestal. Of het middel van omkoopen
nog kans heeft bij Tsjiang Kai-sjek's troepen,
moeten wij afwachten, hoeveel geld de tegen-
partij1 ook heeft. Maar hoe het daarmede gaan
unoge, berichlten over werkelijke veldslagen
zullen wij eerst gelooven, als zij boven alien
twijfel uit bsvestigd zijn.
Wij wagen ons aan geen enkele gissing.
Wij gaan slechts voort, onze lezers te wijzen
op zeden en omstandigheden, die tot allerlei
scepticisme moeten stemmen.
Wat ons het pikantst leek onder al het be-
riohte in het ochtendblad, waren de uitlatin-
gen van Arita, den Japansehen minister van
u een verkeerde voorstelling van de zaak. Mijn
instructies zijn, dat ik dit manuscript aan 'n
uitgeversfirma moet afgeven niet aan uw
ssympathieke Broederschap."
„Bah!" lachte de bezoeker minachtend.
„Denk jij, dat 't je luk'ken zal om dat kan-
toor levend te bereiken? Maar genoeig van die
kletspraat. Geef die papieren hier of ik scbiet."
Meteen haalde hij uit zijn binnenizak een re
volver te voorschijn en zwaaide er mee door
de lucht.
Maar hij had zich in Anthony Cade ver-
gist. Onize afgeizant was een man, die even
vlug, of eigenlijk vlugger kon handelen dan
hij dacht. Hij wachtte dan ook niet tot de
zwaaiende revolver met den loop op zijn borst
gericht zou worden. Met een sprong stond hij
voor zijn bezoeker en sloeg hem de revolver
uit zijn hand. De slaag kwam z6o aan, dat de
man een halven slag om maakte en Anthony
zijn rug toekeerde.
De gelegenheid was te goed, om voorbij te
laten gaan. Met een trap, die flink aankwam
mikte hij den man de deur uit. Hij kwam te
gen den muur van de gang terecht en zakte
daar als een zoutzak in elkaar.
Anthony wandelde hem achterna, maar de
moedige Brooder van de Roode hand had blijk-
baar zijn bekomst. Hij krabbelde overeind en
rende de gang af. Anthony bleef hem staan
na'kijken tot hij bij de trap verdwenen was;
dan ging hij naar zijn kamer terug.
,/Exit vertegenwoordiger van de Broeder
schap der Roode Hand", zei hij kalmpjes.
,,Schilderachtig uiterlijk, maar zoo slap als
een vaatdoek als het emst wordt... Horf'is de
kerel er, bij hoog en laag, ingekomenEen
ding is zeker, zoo gemakkelijk als het kar-
weitje er in 't begin uitzag is het niet. Ik heb
nu al ruzie met alle twee, zoowel met de mo-
narchistische als met de revolutionaire partij.
Alle kans, dat ik straks een deputatie van de
Sommige menschen, die wat vatbaar zijn op
borst en keel denken, dat het nu eenmaal
hun lot is 's winters te moeten hoesten,
kuchen, hijgen en benauwd op de borst te zijn.
Indien Gij tot diegenen behoort, probeert dan
eens de nieuwe verst&rkte Akker's Abdijsiroop
die honderdduizenden hun levens-blijheid heeft
teruggegeven. Reeds naenkele lepels bemerkt Ge
dat dit middel U werkelijk zal kunnen helpen.
De slijm, die op de borst drukte, en U benauwd
maakte, komt gemakkelijk los, de hoestbuien wor
den zeldzamer, lichter en verdwijnen, Uw adem-
haling wordt weer diep en geruischloos en de
slijmvliezen van Uw borst en keel worden versterkt.
De planten-extracten en de codeine, de grootste
hoest-bedwinger, maken de nieuwe versterkte
Abdijsiroop tot ,,'s Werelds b&ste Hoest-siroop".
Verlaagde prijzenf 0.75, f 1.25,12.-, f 3.50 p. flacon
(Ingez. Med.)
buitenlandsche zaken. Deze ddplomaat blijkt
alleruiterst voorzichtig gestemd te zijn. Vreest
hij in deze aangelegenheid een spel van de
Russen, om een gewapend conflict met Japan
te forceeren? Hrj wil, heel erg merkbaar, zijn
vingers niet branden. Dit kon nu voor Tokio
een aanleiding zijn om te toonen, dat het anti-
communistisdh verdrag met Berlijn emstig
gemeend is. Maar in plaats daarvan wil Arita
alles overlaten aan de Westersehe mogend-
heden! Toen Sir Frederick Leith Ross in
China kwam, gromde Japan dreigend, omdat
Engeland blijk igaf, financieel belang in China
te stellen. Dat kwam alleen Japan nog toe,
heette het. Nu geeft Arita Engeland gaarne
het recht de kastanjes uit het vuur te halen
in deze, juist voor Japan zoo critieke aange
legenheid. Het ds leerzaam dat op te merken.
Maar of de militairen denken als Arita?
Wat te Sianfoe gebeurd is, kan nog vele
verrassingen baren, geruststellende en minder
geruststellende.
DE STRIJD TEGEN DE VEEROOVERS
IN OOST-AFRIKA.
De regeering van Tanganyika heeft, naar
Reuter meldt, besloten krachtiger op te treden
tegen de veeroovers van den stam Masai, zulks
naar aanleiding van de nieuwe roofpartijen in
de buurt van het meer Eyasi. Bij een van
deze rooverijen zijn duizend stuks vee gesto-
len en twee herders vermoord.
Een doel'treffend optreden van de overheid
is moeilijk, omdat de betrokken streken zeer
uitgestrekt en vrrjwel onbewoond zijn, behou-
dens de nomaden, die hier gedurende een zeke-
ren tijd van het jaar hun vee brengen om te
grazen. Ook weet men nog niet zeker of de
roovers tot den stam Masai of tot den stam
Barabaig behooren, die eveneens in deze buurt
gevestigd is.
Om te beginnen heeft men ambtenaren naar
de streek gezonden om na te gaan, wie de
schuldigen zijn. Zij worden bijgestaan door
afdeelingen politie. Voorts zijn twee afdeelin-
gen infanterie onverwijld naar Singida en
Anusha gezonden om met de civiele overheid
samen te werken en tevens de bevolking te
toonen, dat het de regeering emst is in haar
voornemen de orde te handhaven.
Nationalisten en een van de Liberalen op be-
zoek krijg.Maar een ding is zeker. Ik begin
straks meteen aan dat manuscript."
Hij keek op zijn horloge en deed de ontdek-
king, dat bet al negen uur was. „Meer dan
tijd om te gaan eten", comcludeerde hij, maar
na even nadenken besloot hij niet naar de eet-
zaal te gaan. Hij voelde er niets voor, om zijn
koffer te laten openforeken en den inhoud te
laten doorzoeken, terwijl hij beneden was. Dus
schelde hij om het menu, zocht een paar gan-
gen uit en bestelde een flesch Chambertin. De
kelner noteerde de order en verdween naar
lagere regionen.
Na een poosje begon het wachten Anthony
te vervelen. Hij haalde het manuscript uit zijn
jaszak, legde het voor zich op tafel neer en
stond op.
Meteen ginig de deur open en kwam de
kellner met een blad vol schaaltjes en borden
de kamer in. Anthony liep naar den schoor-
steenmantel en streek een lucifer aan am een
sigaret op te steken. Zooals hij daar stond
met zijn rug naar de kamer, kon hjj juist in
den spiegel zien en in dien spiegel zag hij iets
zonderlings gebeuren.
De kellner stond met het blad in bei zijn
handen, als iemand die in trance was, naar
het bundeltje brieven te staren. Dan zette hij
het blad onhoorbaar neer en sloop, met telkens
even steelsgewijs kijken naar den man bij den
schoorsteenmantel, om de tafel heen. Zijn han
den, die hij ibegeerig uitgestrekt hield, tril-
den. Telkens bevochtigde hij zijn lippen met
zijn tong. Anthony nam hem scherp op. Het
was een slanke, lenige man met een gladge-
schoren nenvsus geizicht. „Een Italiaan", con-
cludeerde Anthonyin elk geval geen
Franschiman en geen Belg."
(Wordt vervolgd.)