KON ZIJN HAAR NIET KAMMEN.
Nu van alle rheumatiek bevrijd.
Dit briefje, dat wij van een 77-jarigen heer
ontvingen, bewijst dat Kruschen Salts ook op
hoogeren leeftijd zijn plicht doet.
„In mijn krant werd eens de vraag gesteld
of er voor iemand van 58 ook een middel tegen
rheumatiek bestaat. Het antwoord luidde:
,,Zoodra iemand wat ouder gaat worden
neen." Maar in hetzelfde blad las ik dat
Kruschen Salts bij velen rheumatisohe pijn
verdreven had! Ik zei tot mijn vrouw: „Wij
zullen eens kijken, wie van de twee gelijk
heeft." Ik begon met Kruschen Salts, ver-
bruikte drie flacons en voelde mij een ander
mensch. Vroeger had ik 's nachts geregeld
last van pijn in mijn linkerbeen, en wanneer ik
in mijn stoel zat te dutten, werd mijn been
stijf, zoodat het vrij lang duurde, voordat ik
weer kon staan. Als mijn schouders pijn
deden, moest ik altijd mijn hoofd heel laag
buigen om mijn haar te kammen. Dat was
ongeveer twee jaren geleden, maar nu heb ik
geen pijn meer, en kan 7 8 K.M. aan een
stuk loopen". W. Y. te S.
Wanneer zich in het lichaam de afvalstoffen
ophoopen, ontstaat een teveel aan urinezuur.
Dit oefent spoedig slechten invloed uit op
spieren en gewrichten, en de rheumatische
pijn doet haar intrede. Maar er is hulp voor
U! Kruschen Salts spoort de ingewanden, lever
en nieren aan tot intensievere werking, zoo
dat de afvalstoffen geregeld verwijderd wor
den. Het bloed wordt beter gezuiverd en de
pijnen houden op.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle apothekers en erkende drogisten a
f 0,40, f 0,70 en f 1,60 per flacon, omzetbelas-
ting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op
de flesch, zoowel als op de buitenverpakking
de naam Rowntree Handels Maatschappij,
Amsterdam voorkomt.
(Adv.)
Waar hier sprake is van een leverantie,
komt art. 228f in het geding en in dit geval
is de goedkeuring van gedeputeerde staten
vereischt.
De VOQRZITTER merkt op, dat er een
grens is voor iedere aankoop, die gedaan
wordt. Kleine dingen worden aangeschaft
zonder de goedkeuring van gedeputeerde
staten.
De heer 't GILDE is van meening, dat het
dan de vraag is, wat „klein" genoemd wordt.
Spreker zal een aankoop van 100 k f 200
klein kunnen vinden, doch misschien vinden
gedeputeerde staten een dergelijke aankoop
van f 1000 klein".
De VOORZITTER deelt mede, dat alleen
het meubilair voor de burgemeesterskamer
buiten Ter Neuzen is aangeschaft. De inridh-
ting van de kamer is verder geheel in de ge-
meente gebeurd. Indien er een bordje had
moeten staan door wie het werk uitgevoerd
werd, dan had er uiteindelijk moeten staan:
„Dit werk is uitgevoerd door Gemeentewer-
ken". Het meubilair is aangeschaft te Rot
terdam. Na een nauwkeurig onderzoak is
komen vast te staan dat alleen deze fabriek
stalen huismeubelen levert, die aan alle te
stellen eischen voldoen. Het idee van stalen
meubelen is een idee van spreker.
Toen spreker in Nederland terugkwam voel
de hij zich aangetrokken tot dit stalen meu
bilair. Hij was er verheugd over, dat de
binnenhuiskunst zich ook in die richting had
bewogen en toen hem dan ook de vrijheid
werd gegeven, zelf de richting aan te geven,
waarin de inrichting van de burgemeesters
kamer gaan zou, heeft hij bij zichzelf vastge-
steld, dat deze met stalen huismeubelen inge-
richt zou worden. Nauwkeurig onderzoek
heeft aangetoond, dat de fabriek van Gispen te
Rotterdam het aangewezen adres hiervoor
was.
De heer 't GILDE: Er zijn er meer!
De VOOR2ITTER stem dit toe. Er zijn er
zeker meer, doch van menschen buiten de
gemeente, die er geheel buiten staan, heeft
spreker vernomen, dat Gispen hiervoor de
beste leverancier was. De gemeente kon deze
meubelen krijgen tegen inkoopsprijs, dus tegen
denzelfden prijs als de tusschenleverancier ze
krijgt. Dit is ook aan een hier gevestigden
meubelmaker medegedeeld, die aanvankelijk
ook bezwaren had, doch later erkennen moest,
dat burgemeester en wethouders te dezen niet
verkeerd handelden. Men moet ook niet over-
drijven met het idee, dat een meubelwinkelier
in Ter Neuzen deze meubelen leveren moet.
Dit is een gevoelsargument, moet men dit wel
zoo zwaar wegen?
Naar sprekers meening moet men deze
zaken niet al te overdreven zien. De heer
Colsen iheeft spreker er in betrokken, door te
zeggen, dat hij in zijn vorige woonplaats 4
jaar voorzitter van een middenstandsorgani-
satie is geweest. Spreker heeft toch ook
reeds blijk gegeven van te voelen voor de be-
langen van den middenstand. Hij kan te dezen
wijzen op het voorstel in deze vergadering,
toe te treden tot het bongstellingsfonds voor
den middenstand. Gebrek aan belangstelling
voor den middenstand mag men hem in geenen
deele verwijten, die belangstelling blijkt uit
verschillende dingen en is reeds gebleken.
Spreker heeft hier in het kort de overwe-
gingen uiteengezet, die tot de aanschaffing
van het meubilair in de burgemeesterskamer
hebben geleid. Spreker was over de vraag
van den heer Colsen wel eenigszins ontdaan.
Hij had de stille hoop, dat de inwoners van
Sluiskil, nu de burgemeesterskamer gereed ge-
komen is, hem een klok voor zijn kamer als
geschenk zouden aanbieden, doch inplaats
daarvan volgt dit onweer.
Bovenstaande zijn de eerlijke en eenvoudige
overwegingen van het college geweest. Met
andere kwesties heeft dit niets te maken.
De heer VAN AKKN wenscht hierover een
enkel woord te zeggen. Het spijt hem na de
kwesties van den laatsten tijd, dat nu dit weer
gepasseerd is. Er worden nu wel eenige be-
weringen aan den raad voorgelegd, doch naar
zijn meening zijn deze niet steekhoudend. Bur
gemeester en wethouders hadden kunnen bepa-
len, dat het bedoelde meubilair in de gemeente
geleverd moest worden en hadden daarvoor
beslissende voorwaarden kunnen stellen, dan
hadden de betrokkenen wel eieren voor irun
geld gekozen.
Het meubilair is evenwel geleverd, het
spijt hem, dat dit is voorgekomen. Dit is
weer een bewijs temeer, dat de raadsleden op
hun qui-vive moeten zijn. Er wordt door
anderen naar andere dingen nog een onderzoek
ingesteld en spreker hoopt, dat deze eens ge
heel opgelost zullen worden, opdat in de toe-
komst voorkomen zal worden, dat zich steeds
weer feiten zullen voordoen, waaruit blijkt,
dat de gemeentenaren van levering buitenge-
sloten worden. Dan is het weer deze en dan
weer die redeneering, die als motief daarvoor
wordt aangevoerd. Spreker zal het door den
heer Colsen aangekondigde voorstel, indien
eenigszins mogelijk steunen. Hij acht de mo-
tieven, door burgemeester en wethouders aan
gevoerd, niet steekhoudend.
De heer 't GILDE wenscht een vraag te
stellen. Spreker weet nog meer, doch acht
zich niet gerechtigd, hierover in openbare ver
gadering te spreken. Hij verzoekt dan ook
den voorzitter een besloten vergadering te be-
leggen en dan zal hij alles zeggen wat hij weet.
De VOORKITTER heeft er geen bezwaar
tegen, na afloop dezer vergadering nog een
besloten vergadering te houden.
De heer VAN AiKEN meent, dat dit beter
in openbare vergadering behandeld kan wor
den.
De heer 't GILDE acht zich hiertoe niet
gerechtigd. Er zijn nogal eenige haken en
oogen.
De VOORZITTER acht het dan 't beste een
en ander in besloten vergadering te bespreken.
De heer SOHBELE merkt op, dat men thans
verschillende opmerkingen heeft vernomen.
Indien na de besloten vergadering geen open-
bare meer volgde zou het lijken, alsof deze
opmerkingen niet weersproken werden. Het is
volkomen terecht, zooals tegenover den heer
Colsen door den voorzitter werd medegedeeld,
dat de aankoop van meubelen buiten Ter Neuzen
is geschied, omdat deze goedkooper waren.
Spreker is er persoonlijk ook van overtuigd,
dat deze zaak een geheel ander aanzien zou
gekregen hebben, indien men den bouwmeester
even in de gemeente had laten informeeren,
doch men wist tevoren, dat er van de bepaalde
fabriek geen agentschap in Ter Neuzen was.
Dat was de moeilijkheid, waarvoor het college
van burgemeester en wethouders zat. Men
heeft deze meubelen gekregen voor den prijs
waarvoor ook een stoffeerder ze krijgt, met
het gewone kortingspercentage, waardoor dus
de gemeente kwam te staan in dezelfde positie
als degenen, die de meubelen zouden hebben
moeten leveren. Zij hadden dus de vaste
wetenschap, dat zij de meubelen goedkooper
hadden, dan bij een leverancier in de ge
meente.
Burgemeester en wethouders zijn er van
overtuigd, dat de levering 10 d 12 pet. lager
is geschied, dan het door een meubelleveran-
cier had kunnen gedaan worden. Een belang-
hebbende, hierover sprakende, zeide, dat indien
hij 10 op een bepaalde levering zou verdie-
nen, hij er wel ongeveer 5 zou kunnen laten
vallen, doch er toch nog 5 verdienen moest,
zoodat veilig mag aangenomen worden dat
dan die levering minstens 5 duurder zou
geworden zijn. Spreker vindt het ook jammer
voor den middenstand, docih in de eerste plaats
was er geen middel op meubelen van dje fa
briek in de gemeente te koopen, aangezien na
onderzoek bleek, dat deze in de gemeente geen
agentschap had.
Dit is de heele historie. Door een zeker
persoon wordt beweerd spreker gelooft niet
dat de raadsleden daar geloof aan hechten
dat er een ambtenaar zou zijn, die daarvan
voordeelen genoot. Hij kan dit categorisch
tegenspreken. De heele korting is ten gunste
van de gemeente gekomen. Dit is thans niet
bewezen, aangezien er geen schriftelijke op-
gaaf is ingediend, doch de gemeente heeft ook
nog andere stalen zaken noodig gehad. Hier
voor is een inschrijving gehouden, waarvoor
verschillende leveranciers hebben ingeschre-
ven, waaronder ook een buitenman. En toen
bleek, dat de buitenman niet minder dan 13
lager was dan de leveranciers in de gemeente.
Wat blijft er dan over van de beweringen van
den iheer Colsen, die ten zeerste dooi*den heer
Van Aken worden gesteund. Indien er bij in
schrijving door lieden van buiten de gemeente
10, 12 a 14 voordeeliger wordt ingeschre-
ven, moeten dan burgemeester en wethouders
op het standpunt staan, dat zij de levering
gunnen aan den minsten inschrijver, dan wel
moeten zij dit in de gemeente doen leveren.
Moeten zij dan in de eerste plaats zien naar
het voordeel voor de gemeente? Dit feit
spreekt er niet voor, dat de middenstand even
goedkoop zou kunnen leveren. Moeten bur
gemeester en wethouders dan toch maar zeg
gen, wij koopen bij den middenstand in de
gemeente
De heer VAN AKEN: De middenstand
moet dan maar crepeeren!
De heer SOHEELE: Wat zegt u?
De heer COLSEN zal straks ook nog het
een en ander zeggen, hij is nog niet klaar.
De heer SCHEELE acht het jammer, dat
burgemeester en wethouders in eerste instan-
tie ook in de gemeente geen prijs gevraagd
hebben. Dat had kunnen gebeuren. Den bur
gemeester moet men hierin niet betrekken,
deze heeft daarvan zelf niet geweten. Door
burgemeester en wethouders is in overeen-
stemming met den architect besloten, te doen
hetgeen het beste was om een behoorlijke
kamer voor den burgemeester in te richten.
Zij wisten, dat de huidige leverancier goed
koop was. De heer Van Aken heeft hier nu
wel beschuldigingen geuit, als zouden nog
meer zaken bij andere raadsleden in onderzoek
zijn, doch spreker tart hem in deze vergade
ring of in een volgende vergadering met be
schuldigingen te komen, tenzij hij daarvan
tevens de bewijzen overlegt.
De heer VAN AKEN heeft het niet gehad
over fouten van den heer Scheele.
De VOORZITTER merkt op, dat deze aan-
tijgingen het college betreffen. Het college
van burgemeester en wethouders is beschul-
digd. Hij is genegen, over dit onderwerp
straks in geheime vergadering nader te
spreken.
De heer VAN HEOKE moet opmerken, dat
nu een beetje verteld is over den gang van
zaken, uiteindelijk uit de mededeelingen van
den voorzitter blijkt, dat deze meubelen ge-
kocht zijn met de korting, die een meubelhan-
delaar daarop zou genieten. In de eerste
plaats noemt hij een fabriek, die dergelijke
dingen doet, niet 18-karaat^.
De heer COLSEN: Zoo'n fabriek moest
bekend gemaakt worden!
De VOORZITTER kan dit niet direct zeg
gen. De fabriek was hier niet vertegenwoor-
digd en toen heeft de gemeente de gebruike-
lijke korting gekregen, zoodat ze voor den
handelsprijs in het bezit van de meubelen is
geraakt.
De heer VAN HECKE acht het natuurlijk
het goed recht van de gemeente, te trachten
zoo goedkoop mogelijk te koopen. Over de
handelsmanier van de bedoelde fabriek valt
echter nog wel het een en ander te zeggen.
Men mag nu wel zeggen, dat die fabriek hier
niet vertegenwoordigd was, doch op den dag
van vandaag zitten de meubelhandelaars in
geheel Zeeland naar orders te hunkeren en
indien er dan zoo'n leveringetje komt, dan
kan men er op rekenen, dat ze erop af vliegen
als hazen. Zij kunnen dat best hebben. Spre
ker had liever gezien, dat burgemeester en
wethouders ridderlijk erkend hadden, dat de
middenstand in dezen voorbij gegaan was.
De heer COLSEN: Zeer juist!
De heer VAN HEOKE vervolgt, dat er in
dat geval niets gebeurd zou zijn. Spreker ge
looft ook niet, dat de bouwmeester er een
sigaar aan verdiend heeft, dat zal hij nooit
denken, van niemand. Doch indien burgemees
ter en wethouders ridderlijk erkend hadden,
dat zij een fout gemaakt hadden en de verze-
kering gegeven, dat het niet meer gebeuren
zou, dan zou spreker bevredigd geweest zijn.
De VOORZITTER meent, dat men moeilijk
eischen kan, dat burgemeester en wethouders
een fout gemaakt hebben, indien zij dit zelf
niet inzien.
De heer COLSEN deelt mede, voor degenen,
die de situatie niet kennen, dat de zaak als
volgt geloopen is. Een reiziger in schrijf-
machines had een agentschap van Gispen.
Deze is denzelfden dag, dat de levering opge-
dragen was, bij Tazelaar in den winkel ge
weest en heeft gezegd: wat zijn jullie midden-
standers, in Ter Neuzen toch dutsen. Ik heb
zoo juist een stalen ameublement aan de ge
meente verkocht.
De VOORZITTER deelt mede, dat de be
trokken persoon dit pertinent heeft ontkend.
De heer COLSEN: Ik noem namen en ben
ook bereid het op schrift te geven. De winke-
lier Naeije in de Noordstraat iheeft een agent
schap van Gispen, die heeft ook wel stalen
meubelen geleverd, waarin de burgemeester
misschien wel gezeten heeft. O.a. heeft hij
op het- kantoor van de Waterleiding Maat
schappij stalen kasten geleverd.
De VOORZITTER: Ik zit nooit in een kast!
De heer COLSEN vervolgt, dat de heer
Naeije ongeveer dezelfde meubelen heeft ge
leverd aan het ziekenhuis.
De VOORZITTER wijst er op, dat men moet
onder3cheiden tussehen stalen huismeubelen
en stalen kasten. Voor de laatste zijn er in
de gemeente verschillende leveranciers. Spre
ker heeft na grondig onderzoek de overtui-
ging gekregen, dat alleen Gispen stalen ihuis-
meubelen leverde, die gegarandeerd zijn, roest-
vrij enz.-
De heer COLSEN deelt mede, dat ongeveer
dezelfde meubelen als in de burgemeesters
kamer door Naeije zijn geleverd aan het zie
kenhuis. Met geen enkel bewijs kunnen bur
gemeester en wethouders aantoonen, dat ze
in de gemeente duurder uit zouden geweest
zijn. Indien hij meubelhandelaar was, zou hij
in elk geval trachten, een dergelijke levering
te krijgen, niet om aan te verdienen, doch om
de eer, de eerste kamer in de gemeente gemeu-
beld te hebben, zooiets is een reclame voor
de zaak.
Nu staat er geen bordje, dat de levering door
Gispen is geschied, doch indien dit er wel ge-
staan zou hebben, dan zou spreker er onder
gezet hebben ,,met uitsluiting van den mid
denstand". Dat was hij 's nachts komen doen,
want indien hij het overdag deed, zou hij
gepakt worden.
De heer DEN HAMER verneemt, dat op de
voordeeligste wijze door bemiddeling van dien
bedoelden reiziger de meubelen zijn aange-
kocht, zonder dat de middenstand in de ge
meente in de gelegenheid is geweest, mede te
dingen. De heer Scheele zegt, dat dat had
kunnen gebeuren, doch spreker meent, dat dat
had moeten gebeuren. En indien het dan zou
gebeuren, dat de ingezetenen middenstanders
10, 12 a 13 hooger zouden zijn, dan had
men nog nader kunnen overleggen, wat te
doen. Spreker zal stemmen v6or het voorstel-
Colsen indien dit ter tafel komt. Hij staat
op het standpunt dat de eigen menschen de
kans moet gegeven worden, mede te dingen,
en dit is hier niet gebeurd, hier hebben ze
zelfs de kans niet gehad.
De VOORZITTER merkt op, dat de bedoel
de fabriek in de gemeente geen vertegenwoor-
diging had.
De heer Colsen: Naeije!
De VOORZITTER: Nu, doch toen niet.
De heer DEN HAMER is van oordeel, dat
men toch in de gemeente had kunnen infor
meeren, doch niet rechtstreeks aan den be
trokken reiziger had behoeven te bestellen.
Indien de middenstand dan geen 5 kan
maken, dan moeten ze het met 2 doen,
doch spreker meent, dat ze in elk geval de
kans moeten hebben, en die is hen thans ont- J
nomen.
De VOORZITTER: 2 zou 10 geweest
zijn.
De heer VAN HECKE: Daar doen ze het f
voor.
De VOORZITTER: Dat hoor ik!
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
merkt op, dat na de gehouden uiteenzetting,
na de mededeelingen van den heer Scheele en
de betuiging van spijt dat de middenstand niet
is gevraagd in deze zaak, naar zijn meening
de kwestie is opgelost. Hij geeft dan ook den
heer Colsen in overweging, zekere voorstellen, j
die hij heeft aangekondigd, te laten rusten. jj
Verder wil hij een woord van protest doen
hooren tegen het feit, dat in dit debat de per-
soon van den burgemeester is betrokken. Hij i
kan niet erkennen, dat dit een juiste wijze 5
van debatteeren is.
De heer DE KRAKER acht het van het
begin tot het einde een droeve historie. De
burgerij, de middenstand is hierin niet gekend.
Naar zijn meening verdient het aanbeveling,
dat verklaard wordt, dat dergelijke dingen
niet meer zullen voorvallen en de midden
stand de gelegenheid gegeven zal worden in
aanmerking te komen voor leveringen aan de
gemeente.
De VOORZITTER wijst er op, dat burge
meester en wethouders ook met een meubel-
fabrikant hebben gesproken, die namens den
middenstand heeft erkend, dat burgemeester
en wethouders de voordeeligste wijze van
koopen hebben betracht.
De heer DE KRAKER merkt op, dat indien
burgemeester en wethouders gewild hadden,
deze man toch ook had kunnen optreden als
agent.
De VOORZITTER antwoordt, dat deze ver-
tegenwoordiger van den middenstand tegen
over spreker die verklaring heeft afgelgd.
De heer SOHEELE merkt op, dat bedoelde
middenstander de handelwijze van burge
meester en wethouders heeft moeten billijken.
De heer DE VOS is van meening, dat er
toch andere, buiten de gemeente gevestigde
fabrieken zijn, die leveren tegen inkoopsprijs,
en waarvan de korting aan den vertegenwoor-
diger in de gemeente te goede komt. Bij een
kleine pasgevestigde fabriek, is het natuurlijk
mogelijk, dat deze om er in te komen levert
tegen inkoopsprijs met korting.
De VOORZITTER antwoordt, dat het als
regel mogelijk is, in de plaats zelf te koopen.
In dit geval waren daartegen bezwaren. In
principe heeft hij. tegen het aankoopen in de
gemeente geen beizwaar.
De heer SCHEELE is van meening, dat er
ook ernstige bezwaren kunnen zijn. In het
geval van de levering van de stalen kasten
zijn ook leveranciers in de gemeente aange-
zoeht. Er wordt nu wel beweerd, dat deze best
in de gelegenheid zijn om te leveren, doch het
blijkt toch maar, dat de man van buiten
en nu mag men al zeggen, dat is me een fa
briek 13 goedkooper is dan de ingezeten
middenstand. Hoe moeten burgemeester en
wethouders een dergelijke hoogere uitgaaf
verantwoorden. Men voelt toch zelf, dat dit
niet kan.
De heer COLSEN: Was dat dezelfde fa
briek
De heer SOHEELE deelt mede, dat dat iets
was van gelijke beweging. Iemand uit Ter
Neuzen, die voor die levering prijs opgegeven
.reefit, vroeg 13 meer, de fabriek 13
minder.
De heer VAN HECKE: Dat is nogal vet!
De heer VAN AKEN meent, dat er ook ver-
;chil is in de manier, waarop dergelijke din-
;en geleverd worden. Inden rechtstreeks van
ie fabrek gekocht, dan krijgt men ze inge-
:akt toegestuurd en moet zelf zorgen voor
plaatsing en dergelijke. De middenstander
pakt ze thuds uit en zet ze neer, waar men ze
hebben wil, terwijl men er dan van verzekerd
is» dat het goed behoorlijk is behandeld en
zonder een schrammetje in zijn bezit komt.
De VOORZITTER deelt mede, dat er bij de
levering van de meulbelen voor de burgemees
terskamer ook iemand van de fabriek aan-
wezig is geweest, om eventueele opmerkingen
op te nemen.
De heer COLSEN merkt op, dat hij volgens
den heer Lamlbrecbtsen van Ritthem dingen
zou helbiben gezegd ten nadeele van burge
meester en wethouders of den burgemeester.
Bij zijn weten heeft hij diit niet gedaan. Hij
heeft alleen gezegd, dat het hem tegenviel,
waar de burgemeester 4 jaar voorzitter is ge
weest van een middenstandsvereeniging.
De VOORZITTER: Dat heb ik gehoord.
De heer LAM1BREQHTSHN VAN RITTHEM:
Daarin werd u persoonlijk, en persoonlijkheden
behooren in een dergelijk debat niet thuis.
De heer COLSE3N stelt de volgende motie
voor:
,,De raad, gehoord de besprekingen over den
aankoop van meulbelen, spreekt zijn afkeurinig
uit, over den aankoop buiten Ter Neuzen."
De heer VAN DRIEL merkt op, dat, indien
burgemeester en wethouders heel hamdig wil-
len zijn, zij deize motie kunnen ovememen,
dan zijn zij overal van af.
De heer COLSENNu nog mooier. Dat zal
niet gebeuren, dat dergelijke dingen worden
goedgepraat.
De heer VAN DRIEL vervolgt, dat, indien
burgemeester en wethouders de motie over-
nemen, er aan het beleid niets verandert. Zij
kunnen dan in den vervolge den bouwmeester
opnieuw opdracht geven. Indien de motie
wordt aangenomen, zooals deze thans luidt,
ontloopt men een besloten vergadering. Indien
er over gestemd moet worden, kan spreker
niet voor stemmen. Dat lapt hij hem niet,
want dat beteekent een afkeuring van het be
leid van burgemeester en wethouders. De
meubelen zijn er echter en zijn met instem-
ming begroet. Indien burgemeester en wet
houders de motie overnemen zijn zij overal
van af en kunnen als te voren hun gang gaan.
Indien over de motie gestemd moet worden,
is het hem evenwel niet mogelijk voor te
stemmen.
iSpreker vindt de daad van burgemeester
en wethouders financieel bekeken niet afkeu-
renswaardig, nu hij weet waar de schoen
wringt. Indien zij de motie overnemen zeggen
zij daarmede niet dat zij in het vervolg zullen
trachten, in de gemeente te koopen. Zij kun
nen dan nog net handelen zooals zij willen.
De motie houdt geen afkeuring in van het
beleid van burgemeester en wethouders.
De VOORZITTER merkt op, dat om dezelfde
reden, waarom de heer Van Driel niet voor
kan stemmen, ook burgemeester en wethou
ders de motie niet kunnen overnemen.
De heer VAN CADSAND vraagt of de motie
alleen betrekking heeft op de gekochte meu
belen. Indien dit niet het geval mocht zijn,
en deze ook voor de toekomst zou gelden, zou
ongeveer opgelegd worden, in de gemeente te
koopen en moest de gemeente desnoods geven,
wat gevraagd werd. Dan was het niet meer
nood te concurreeren. Wat deze aankoop be-
treft, spreker is het er mee eens, dat beter
eerst gevraagd had kunnen worden, wat de
prijs in de gemeente was. Spreker moet voor
deze motie stemmen, indien deze alleen be
trekking heeft op db aangekochte meubelen.
Zou deze echter op alles slaan, dan acht hij
zicth genoodzaakt, tegen te stemmen.
De VOORZITTEIR merkt op, dat het er in
ligt opgesloten, dat de motie alleen op de aan
gekochte meubelen betrekking heeft.
De heer LAMBRE3GHTSEN VAN RITTHEM
sluit zich aan bij de mededeelingen van den
heer Van Driel.
De heer VAN HECKE geeft te kennen, dat
het hier niet gaat over verdere feiten. Het is
juist, dat burgemeester en wethouders niet
kunnen bewijzen, dat ze het goedkoopst ge
kocht hebben. Thans is aan de ingezetenen
de gelegenheid niet gegeven. Spreker is er
voor in de gemeente te koopen, zelfs al zou
het er nog iets duurder zijn.
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
moet naar aanleiding van hetgeen de heer Van
Hecke zegt, in het midden brengen, dat deze
hier een zeer gevaarlijk punt aanroert. Het
is het groote principe van de Vereeniging
Nederlandsch Fabrikaat „Bij gelijke prijs en
kwaliteit, koopt Nederlandsche waar".
Zelfs die groote vereeniging wijst er op, dat
er naast de prijs nog een andere beoordeeling
is, en wel de kwaliteit.
De VOORZITTER acht dit juist gezegd.
De heer VAN HECKE merkt op, dat er hier
steeds gesproken is over den prijs, doch de
kwaliteit is niet aangeroerd.
De VOORZITTEIR geeft te kennen, dat die
juist den doorslag gegeven heeft.
De heer VAN HEOKE is het er mee eens,
dat die ook den doorslag geven moet.
De heer LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM
merkt op, dat de geheele bespreking echter
steeds heeft geloopen over den prijs, doch dat
over kwaliteit niet is gerept.
De heer DE VOS is van meening, dat dezelf
de meubelen toch ook door den middenstand
geleverd hadden kunnen worden. Men kan
toch van te voren bij een inschrijving vast-
stellen, dat bepaalde meubelen van een be-
paalden leverancier geleverd moeten worden.
De VOORZITTEIR kan niet anders dan her-
halen, dat een meubelfabrikant in deze ge
meente heeft verklaard, dat, indien de meube
len via zijn zaak geleverd hadden moeten wor
den hij, indien hij b.v. 10 korting zou krij
gen, toch nog altijd 5 voor zichzelf zou
moeten hebben. Uit die gegevens hebben bur
gemeester en wethouders geconcludeerd, dat
zij inderdaad den goedkoopsten weg hebben
gekozen.
De heer SCHEELE deelt mede, dat is onder-
zocht of een agentschap van de bedoelde fa
briek in de gemeente was. Dit was niet het
geval.
De heer DE VOS meent, dat toch had kun
nen bepaald worden, dat de levering door den
middenstand had moeten geschieden, met de
mededeeling, dat het meubelen van die bepaal
de fabriek moesten zijn.
De heer VAN HECKE kan zich voorstellen,
hoe de fabriek er op reageeren zou, indien er
van een 20 middenstanders prijsaanvragen
voor hetzelfde ameublement binnenkwamen.
De heer DE VOS meent, dat de fabriek dat
toch niet behoeft te weten.
De heer VAN HECKE veronderstelt, dat die
het ook niet weten zullen, wat er aan de hand
is, als er een 20 aanvragen binnenkomen. En
dan is het een klein kunstje 10 minder te
vragen dan de bedoelde middenstanders vra-
gen moeten.
De heer COLSEN heeft zijn motie gewijzigd,
deze luidt thans als volgt:
„De raad, gehoord de besprekingen bij aan
koop van meubelen, spreekt zijn afkeuring uit,
dat het niet bij inschrijving is geschied."
De heer VAN DRIEL is van oordeel, dat er
nu voor burgemeester en wethouders geen be
zwaar is, de motie over te nemen. Ook het
bezwaar van den voorzitter is thans vervallen.
De heer SCHEELE heeft tegen de motie
nu niet zooveel bezwaren Bij de eerste
redactie zou de gemeente evenwel geen K.G.
spijkers hebben kunnen koopen, zonder een
raadsvergadering te beleggen.
De VOORZITTER geeft den heer Colsen in
overweging, het woord „afkeuring" te wijzi-
gen in ,,leedwezen".
De heer GBELHOEIDT is van meening, dat
het woord afkeuring" gerust kan blijven
staan. Burgemeester en wethouders hebben
deze meubelen besteld in de overtuiging, daar
mede goedkooper te hebben gekocht dan in de
gemeente mogelijk was. De heer Colsen zegt
van niet, burgemeester en wethouders kunnen
hun overtuiging niet bewijzen, dus het is juist
indien de heer Colsen er zijn afkeuring over
uitspreekt.
De heer COLSENDat het niet bij inschrij
ving is geschied!
De VOORZITTER wijst er op, dat uit de be
sprekingen tussehen de heeren De Vos en Van
Hecke toch ook reeds is gebleken, dat indien
bij een fabriek besteld moest worden, en ver
schillende leveranciers zouden inschrijven, wat
dan het gevolg zou geweest zijn. De beide be-
langen zijn hier tegenstrijdig. De moeilijkheid
is, deze in overeenstemming te brengen.
De heer COLSEN geeft te kennen, dat
zijnentwege gerust het woord „afkeuring" door
„leedwezen" kan vervangen worden.
De heer VAN HECKE geeft te kennen, dat
de Voorzitter voor die moeilijkheid zit. De
heer Scheele is toch wel koopman genoeg om
te weten, hoe men dat doet. Men vraagt een-
voudig prijs.
De VOORZITTEIR: Aan een fabriek.
De heer VAN HECKE: Neen, aan verschil
lende fabrieken.
De VOORZITTEIR antwoordt, dat juist dat
de moeilijkheid was. Uit verklaringen van
deskundige menschen van buiten de gemeente
is komen vast te staan, dat alleen de fabriek
in kwestie meubelen leverde, die aan de te
stellen eischen voldeden.
De heer VAN HECKE: En die fabriek be
staat pas!
De heer GEELHOEDT deelt mede, dat ten
opzichte hiervan de middenstand niet was uit-
gesloten. De fabriek was in de gemeente niet
vertegenwoordigd.
De heer't GILDE geeft te kennen, dat naar
aanleiding van de besprekingen blijkt, dat er
afkeuring over wordt uitgesproken, dat de
levering niet bij inschrijving heeft plaats ge
had. Indien een volgende levering plaats moet
hebben en deze geschiedt bij inschrijving, dan
is aan de opmerkingen voldaan.
De heer SOHEELE heeft hiertegen geen
bezwaar. Deze zaak' kan tot een goede oplos-
sing gebracht worden. Indien in het vervolg
dergelijke dingen noodig zijn, dan kunnen ze
ook eventjes aan het agentschap worden aan-
gevraagd. Daarover is men het algemeen
eens, dat dat moet gebeuren.
De heer COLSEN verzoekt burgemeester en
wethouders zijn motie over te nemen.
De VOORZITTEIR deelt mede, dat de motie
door burgemeester en wethouders overge-
nomen wordt.
De heer DEN HAMEIR is zoojuist voor de
eerste maal in de burgemeesterskamer ge
weest. Deze ziet er prachtig uit.
r. Elen schrijven van de Vereeniging tot
Bevordering van Vreemdelingenverkeer „Ter
Neuzen Vooruit" te Ter Neuzen, luidende;
geeft eerbiedig te kennen.
het bestuur der Vereeniging van Vreemde
lingenverkeer, gevestigd te Ter Neuzen, ten
deze door haren voorzitter en secretaris be
hoorlijk vertegenwoordigd;
dat zij in het gemeenteraadsverslag in de
Ter Neuzensche Courant gelezen hebben de
opmerking gemaakt door het gemeenteraadslid
de heer Lambrechtsen van Ritthem, inzaike
het heen en weer drijven van melkvee in de
zomermaanden en de daarmede gepaard gaan-
de verontreiniging der straten;
dat zij adhaesie betuigen aan de bovenge-
noemde opmerking en verzoeken te zijner tijd
in een nieuw te maken politieverordening
daartegen maatregelen te treffen.
Aangenomen voor kennisgeving.
s. Een schrijven van het lid M. de Vos,
luidende:
Ondergeteekende, lid van de gemeenteraad,
verzoekt U beleefd, onderstaande vragen te
willen beantwoorden.
1. Is het burgemeester en wethouders be
kend, dat bijna dagelijks meer of minder groote
hoeveelheden op de veiling „doorgedraaide"
groenten (voornamelijk of uitsluitend kool) op
de vuilnisbelt worden geworpen en vernietigd?
2. Zijn burgemeester en wethouders bereid
om de mogelijkheid te onderzoeken deze groen
ten, voor zoover daaraan behoefte blijkt te
bestaan, ter beschikking te stellen der werk-
loozen en andere steunbehoevende ingezetenen
dezer gemeente, en indien een directe distribu-
tie der geheele ter beschikking komende "hoe
veelheden niet mogelijk blijkt, het resteerende
deel overeenkomstig de toezegging door den
Minister van Sociale Zaken in de Eerste Kamer
gedaan, te doen inblikken voor de distributie
op een later tijdstip waarop mogelijk
schaarschte aan versche groenten optreedt?
3. Indien het antwoord op vraag 1 en 2 be-
vestigend luidt: willen burgemeester en wet
houders dan zoo spoedig mogelijk de noodige
stappen doen, opdat, voor zoover zij dat kun
nen verhinderen, een verdere vernietiging van
etenswaren in ieder geval worde voorkomen?
De VOORZITTEIR antwoordt op vraag 1 be-
vestigend.
Op vraag 2 en 3 antwoordt hij, het met den
heer De Vos eens te zijn, dat het stuitend is,
dat er wagonladingen kool op de vuilnisbelt
worden gebracht en onbruikbaar gemaakt.
Burgemeester en wethouders hebben nage-
gaan, of hier iets aan te doen is, doch zijn
tot de conclusie gekomen, dat zij niets kun
nen doen. De gemeente mag ze niet koopen,
daar ze niet de beschikking heeft over de
daartoe noodige erkenning. Het is onmoge-
lijk er tussehen te komen. De boeren brengen
de kool naar de veiling, omdat zij er dan, ook
indien ze „doorgedraaid" worden den mini-
mum-prijs van 0,8 ct. voor krijgen. Zooals ge
zegd kan de gemeente ze niet opkoopen voor
dien geringen prijs, omdat zij er niet de noo
dige erkenning voor heeft. Bovendien zou dit
moeilijkheden veroorzaken met de winkeiiers,
die het ook moeilijk hebben. Onwettig wordt
door de arbeidsbeurs reeds een klein gedeelte
verkregen en ingemaakt, doch dit is een soort
onwettige regeling. Overigens zal men het met
spreker eens zijn, dat het niet mogelijk is. de
kool in den omvang zooals die thans ter veiling
komt, op te koopen, afgezien nog van de an
dere bezwaren. Spreker stemt toe, dat het
een wantoestand is, doch dit is niet alleen in
ons land zoo, doch in de geheele wereld.
De heer DE VQS is door het antwoord van
den voorzitter tamelijik bevredigd. De aanvoer
is zoo groot, dat er geen sprake van kan zijn,
dat deze plaatselijk geconsumeerd kan worden.
Deze kwestie heeft reeds heel wat stof doen
opwaaien, vandaar ook de vragen die hij ge
steld heeft. De een zegt, dat het beter is, de
kool aan de werkloozen te geven dan weg te
gooien, weer een ander vindt het een schan-
daal, hetgeen er met die kool gebeurt enz.
Ook spreker is het er mee eens, dat het een
wantoestand is, anderzijds is het evenwel ook
niet mogelijk, de kool weg te geven, daar hier-
door de groentenhandelaren benadeeld worden.