ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
De Tweelingzusters.
No. 9525
WOENSDAG 4 NOVEMBER 1936
76e Jaargang
Binnenland
Buitenland.
Feuilleton
De burgeroorlog in Spanje
TWEEDE BLAD
I I ■■IMIII'I I *ICa£fr
TOrJ^T7SXS3SX^naX,<T^i'ii^'^ --^S23K5EJOaESa!(S*S»ai
NEUZENSCHE COURANT
HET A ANSTA ANI>E VORSTELIJKE
HUWELIJK.
Geen gereserveerde plaatsen langs de
route van den stoet.
De hoofdcoanmissaris van politie te 's Gra-
venhage brengt, in verfoand met verzoeken
welke hem bereikt hefhben, ter kennis van be-
laughetobenden, dat het niet mogelijk is voor
vereenigingen of groeipen van personen plaat
sen te reserVeeren langs den weg, welken de
Koninklijke stoet zal volgen bij het huwelijk
van Primes Juliana met Prins Bemhard.
Omtrent de route, die men zal volgen, is b{j
de politie nog niets bekend.
DEELNEMING VAN DE KONINGIN.
iH.M. de Koningin heeft den burgemeester
van Schiedam verzocht haar oprechte deelne
ming over te brengen aan de nagelaten be
trekkingen van de slachtoffers van de ramp
bij Wilton-Feijenoord en heeft naar den toe-
stand der gewonden laten infonmeeren.
VERLAGING VAN MARGARINE-ACCIJNS
OM PRIJSSTIJGING TE VOORKOMEN.
Naar het Handelsblad verneemt is de hef-
fing op margarine verlaagd en wel van 44.80
op 42.60 cent per kilo, dus met 2.20 cent op
5 Dit geddi voor de gemengde mar
garine, waarin 10 boter is verwerkt over-
eenkomstig het menggebod. De boterheffing
werd reeds onmiddellijik na de dapreciatie
verlaagd met 10 cents per kilo.
De voor de mengers ibestemde margarine
wordt voortaam belast met 52 cents (tot dus-
ver 54.75 cent). De accijns op plantaardige en
ritueele margarine wordt verlaagd van 49.75
tot 47.30 cent per kilo.
Hvenals als bij vorige gelagenheden bemerkt
de consument er niets van. De heffingsveran-
deringen dienen slechts, om de prijzen op de-
zelfde hoogte te kunnen houden.
Na de depreciatie van den gulden is de
totale accijns op gemengde margarine dus ver
laagd eerst met 1 cent (voor de 10 boter)
en thans met 2.20 cent (voor de 90 mar
garine), dus in totaal met 3.20 cent. Bij een
wekelijksche eonsumptie van ongeveer 1000
ton derft het Landbouwc risisfonds dus 32.000
per week aan margarine-heffingen.
Vergeleken brj. 2 Juni is de heffing op ge
mengde margarine nu reeds in totaal ver
laagd van 48.40 op 42.60 cent, dus met 12
ongerekend de aocijnsverlaging voor de meng-
boter.
PROF. NEUMANN TE LONDEN
ONTBODEN.
Te Weenen loopt het gerucht, dat prof.
Neumann, de specialist in oorziekten, dien
koning Edward bij zijn bezoek aan Weenen
heeft geconsulteerd, naar Eon den is ontboden.
DE BRANDEN OP DE ENIGELSCHE
VLIEGVEEDKN.
Naar de Sunday Chronicle meldt, heeft het
vermoeden, dat de branden, die de laatste
weken op verschillende Britsche vliegvelden
zijn ontstaan, te wijten zouden zijn aan brand-
stichting en sabotage, de regeering genoopt
tot verscherpte voorzorgsmaatregelen. Ook
nopens den brand, die onlangs in de expeditie-
lokalen van Vickers Armstrong verscheidene
kisten met nieuwe geweren heeft vemield,
koestert men het vermoeden van brandstich-
ting. Voortaan zullen speciale rechercheurs
belast worden met de bewaking van de in-
stellingen, die werken voor de landsverdedi-
ging.
MBIT GEDOOFDE VUREN.
In den nacht van Zaterdag op Zondag zijn
de laatste eenheden van de Engelsche thuis-
vloot van hun herfstkruisreis te Port Wey
mouth teruggekeerd. Door het Kanaal voeren
de schepen met gedoofde vjiren, zuliks bij wijze
van oefening voor de luchtmacht, die langs de
kust moet patrouilleeren, om te trachten de
Naar het Engelsch van
PATRICIA WENTHWORTH.
(Nadruk verboden.)
onizichtbare, zoo stil mogelijk varende vloot te
ontdekken. Hoewel het weer voor de lucht
macht niet gunstig was, helbben de vliegtui-
gen de vloot tenslotte toch ontdekt.
DE GEHEELE AMERIKAANSCHE
SCHEEPVAART DREIGT TE WORDEN
GESTREMD.
De Amerikaansche scheepvaart dreigt ge-
heel gestrenad te worden, aangezien de Zee-
liedenlbond, na een rumoerige bijeenkomst,
besloten heeft, tot onmiddellijke staking, uit
sympathie met de stakers aan de kust der
Stille Zuidzee.
De scheepvaartstaking aan de Westkust
breidde zich Zondag vender uit. Het aantal
schepen, dat in de havens lag, bedroeg 120,
terwijl 35.000 arbeiders, behoorende tot zeven
vakbonden, het werk hadden neergelegd.
Niets wees er op, dat het conflict spoedig zal
zijn geregeld.
De staking aan de kust heeft zich uitge-
breid tot het binnenland, waar de spoorwe-
gen geen goederen aannemen, die bestemd
zijn om verseheept te worden.
Het comite tot verdediging der zeelieden
deelt inede, dat op het oogeniblik 57 schepen
worden vastgehouden in de havens aan de
Oostkust. Onder de 2000 stakers te New York
die deelnemen aan de solidariteitsstaking,
wordt de orde gehandhaafd; zij hebben van
het stakingscomitd opdracht gekregen zich
aan boord van hun schepen te begeven, zon-
der te werken. Verder kregen zij opdracht tot
het organiseeren van posten.
De reeders denken er over, de regeering te
vragen wachtposten te plaatsen op de sche
pen, welke de havens niet kunnen verlaten.
Te Baltimore zijn 800 zeelieden, leden van
den intemationalen bond, in staking gegaan.
Twintig schepen kunnen de haven niet ver
laten.
De leider van de staking verklaarde, dat in
de eerste 4§ uur geen schip de haven zou ver
laten.
DE REDE TE MILAAN.
Een man, die, schrijft de N. R. Crt., groot
avontuur heeft gewaagd, om de grootheid van
zijn land te dienen en die nu een zware en
gevaarlijke worsteling te voeren heeft, am dat
avontuur tot zegen en niet tot ongeluk van
zijn land te laten strekken, was Zondag te
Milaan aan het woord. Wij hebben Musso
lini's rede met evenveel menschelijke, als
politieke aandacht gelezen. De gekozen ge-
legenheden, de regie van het gehoor, de aard
van zijn rol en zijn persoonlijkheid vroegen
woorden van een klank en inhoud, die men
tegenwoordig heroiek noemt. Het oogenblik
eehter, het staatsmansinzicht van den spreker,
en allerlei nijpende, practische belangen vroe
gen diplomatic. Mussolini heeft getracht,
beide eischen te vereenigen. Hij is daar zeker
tot genoegen van zijn raadgevers in geslaagd.
Want wij weten niet, hoe Mussolini beter aan
de bovenmensehelijke taak, die hij zich gesteld
had, had kunnen voldoen. Op sommige pun-
ten heeft hij waarschijnlijk het tegendeel be
reikt van hetgeen hij beoogde. Dat echter
ligt aan tragische constellatie in de wereld,
en in het bijzonder in Europa, die voor het
oogenblik niemand meer kan veranderen.
Hoofddoel van Mussolini is stellig geweest,
de wereld gerust te stellen ten opzichte van
zijn betrekkingen met Duitschland. Dat was
reeds te voorzien. Eerst was er het matte
communique. Daama een artikel van Gayda,
zijn voornaamsten joumalistieken vertrouwe-
ling. Gayda heeft betoogd, dat Italie niet zou
meedoen aan een kruistocht tegen Rusland,
maar zich ertoe bepalen zou, het communis-
me te bestrijden, waar het in Europa zou op-
duiken als een gevaar, gelijk in Spanje, en
vooral, wanneer het regime in Italie erdoor
zou worden bedreigd. Berichten uit Berlijn
hadden verder strekkende verwachtingen ge-
wekt. Wij hebben reeds uiteengezet, waarom
zij ui term ate onwaarschijnlijk leken. Musso
lini heeft het betoog van Gayda bevestigd
Moskou heeft daarbij van hem een definitie
te hooren gekregen, die verdient niet meer uit
de oeconomische terminologie te verdwijnen:
„Een inhumaan hyperkapitalisme van den
staat", noemde hij het Russische stelsel. Maar
het plan van een kruistocht tegen Rusland
44) Vervolg.
,,Ik ook." hernam John. „Jij bent een bo-
venste beste, Aurora!"
„Nu wat steekt er achter?"
„Ik kan het je niet vertellen."
„Ik vertrouw Anne absoluut. Maar ik ben
niet zoo zeker van Jenny. Is het dat?"
„Ik kan het je niet zeggen."
jHm. Ik zal eerst. eens wait van die aard-
beientaart nemem. En je kurnt de suiker en de
room wel op tafel zetten. Jeniny had de onbe-
schaamdheid mij te zeggeh, dat ik geen room
mo est gebruiken vaniwege mijn figuur. Ja,
neem gerust, weer maar niet bang; ik ben er
ook dol op- en ik zei tegen haar: ,,mijn lieve
kind, als je de slanke lijn toch al als eeai on-
bereikbaar ideaal hebt prijsgegeven, laat je
een paar centimeter om je taille niet tusschen
jezelf en room en melk komen. Maar wat ik
zeggen wil, Anne is veel te mager."
,,Ze is bij een afschuwelijk mensch, die haar
niet genoeg te eten geeft."
„Ze moest maar zoo gauw mogelijk bij mij
komen."
,,Deksels, - wat ben jij een sctoat! Maar toch
ben ik bang dat ze niet wi'l. Zeg, Aurora,
wordt er v.eel gekletst over Anne, bedoel
ik?"
,,Och, de menschen kletsen altijd."
„Wat zeggen ze van Anne?"
,jZe vragen me wat er met haar is en zeg
gen dat het zoo jammer is, dat ze niet bij
Jenny's huwelijk kon zijn. Somimigen hebben
de onlbeschaamdheid mij te vragen fof ze heusch
met mij naar Spanje was. Dat vergeef ik
Jenny niet gauw. Ik houd er niet van leugens
heeft Mussolini in zijn rede verworpen.
Gayda had, wat Mussolini nu niet heeft
gedaan, ook behandeld, wat er te Berlijn
besprokan was over het koloniale vraagstuk.
Duitschland had het Italiaansch gezag in
Abessinie nu officieel erkend. Een belang-
rijke concessie was dit niet van den kant van
Duitschland, zoo gaf ook Gayda toe, maar
Italie moest daartegenover begrip toonen
voor Duitschland's positie zonder kolonien.
Docih, zoo verzekerde hij, „dit beteekent niet
dat men het op het bezit van eenigen staat
voorzien heeft of eenigen staat schrik wil aan-
jagen. En wat besproken is, draagt geenszins
het karakter van een samenzwering". Wij
gelooven dit gaarne. jtalie wilde zeker der-
gelijke verplichtingen niet aangaan.
Mussolini heeft andere groote kwesties op
meer of minder geruststellende wijze behan
deld, al naarmate zij zich daartoe leenden. Het
Duitsch-Oostenrjjksch verdrag van Juli was
hem bekend, en hij kon verzekeren, dat het
een beveiliging vormde voor de zelfstandig-
heid van Oostenrijk. Wij hebben hier vroeger
al verteld, hoe Mussolini op robuste wijze zijn
macht had gebruikt, om de overeenkomst dit
karakter te verzekeren.
Mussolini sprak op uiterst vriendschappe-
lijke wijze tot Zuid-Slavie. De betrekkingen
tusschen de twee landen zijn inderdaad veel
beter geworden, al blijkt toch nog telkens
weer Zuid-Slavisch wantrouwen tegenover
Rome, en al is Zuid-Slavie nu goed op weg,
rechtstreeks en over de Balkan-entente, bin-
nen den kring van de Engelsche politiek in de
Middellandsche Zee getrokken te worden. Des
te meer beteekenis had de hand, welke
Mussolini zoo gul uitstak. Maar zal zij wor
den aangenomen? Want tegelijkertijd sprak
hij van de rechten van 4 millioen Hongaren
onder vreemde heerschappij. Hetfgetal was
overdreven, ook naar Hongaarsche voorstel-
ling. Maar had hij daarom niet te minder
in feite gelijk, toen hij Hongarije den grooten
verminkte uit den oorlog noemde. Men kan
dat constateeren, zonder dat iemand er met
billijkheid aanstoot aan kan nemen. Maar
Mussolini sprak als verantwoordelijk staats-
man, die het beleid van zijn land schetst. En
dit beleid zal nu zijn: Demonstratieve erken-
ning van het recht der Hongaren. In Zuid-
Slavie wonen een half millioen Madzjaarsch
sprekenden
Een schok zal er gegaan zijn door de drie
landen der Kleine Entente, wier solidariteit
in de jaren, toen er nog geen ander gevaar
bestond, voornamelijk berustte op hun ge-
meenschappelijke vrees voor de aanspraken
van een Hongarije, dat nooit in zijn lot zal
berusten. Wat Mussolini ten opzichte van
Hongarije en van ZuidSlavie heeft gezegd,
is moeilijk met elkaar te verzoenen. Dit is een
tragisch conflict, dat door de woorden van
Mussolini weer eens in scherp licht is komen
te staan. Aan Mussolini ligt dat niet. Het
ligt aan het schrijnende in den toestand.
Gereserveerde, maar toch geruststellende
woorden sprak Mussolini tot Frankrijk: Zeker,
de betrekkingen waren op het oogenblik niet
hartelijk. Maar hoe kon Frankrijik iets anders
verwachten, zoolang het zelf aarzelend ter-
zijde stond, vasthoudend aan de bepalingen
van Geneve, die zich tegen de erkenning van
den toestand in Abessinie verzetten. „Kom
over de brug, Frankrijk, en gij zult van Italie
slechts vriendschap ondervinden", daarop
kwamen zijn v/oorden neer.
Diep gevoeld, maar weinig goeds belovend
wat hun uitwerking' betreft, waren zijn woor
den tot Engeland. Daar besprak hij een tra
gisch conflict, dat, nu het eenmaal is ontstaan
haast onoplosbaar moet lijken. „Italie is als
een eiland in de Middellansche Zee", zoo zeide
hij, oeconomisch beschouwd, met recht. ,,Tot
onze beveiliigng moeten ook wij, gelijk Enge
land, een insulaire mentaliteit aankweeken.
Voor Engeland is de Middellandsche Zee een
weg uit vele wegen, voor ons is de Middelland
sche Zee onze levensatmosfeer. Wij zullen
onze positie niet misbruiken om Engeland's
verbindingswegen te bedreigen of af te snij-
den. Maar wij willen niet verstikken in onze
zee. Engeland moet deze opvatting van Italie
en haar toepassing, als een voldongen en on-
herroepelijik feit beschouwen". Bij de politiek,
die Mussolini voor Italie gekozen heeft, en
onder den toestand, die daardoor in de Middel
landsche Zee is ontstaan, is tegen deze rede-
neering weinig in te brengen. Slechts dit,
dat de Middellandsche Zee niet een van de
vele verbindingswegen is voor het Britsche
Rijk, maar de vitale hoofdverbinding. In de
Middellandsche Zee kruisen zich de levens-
lijnen van een oud imperium, en van een land,
dat een imperium wil vormen en daarom door
het oude imperium als een gevaar wordt be
schouwd. Engeland zal de Middellandsche Zee
niet loslaten. Juist in den allerlaatsten tijd
spreekt men te Londen van den vrijen weg
door die zee als een vitale kwestie, waarvoor
Engeland ten alien tijde oorlog moet willen
voeren, gelijk men er totnogtoe slechts van
de onschendbaarheid der Lage Landen placht
te spreken. Engeland zal het tegenwoordige
Rome niet licht het vertrouwen geven, dat
noodig is voor een erkend evenwicht van ma-
ritieme krachten in dat groote water. Had
dit vertrouwen kunnen ontstaan, dan heeft
Mussolini dat vroeger al bedorven der groot-
sprakige en zelfs dreigende woorden. Ook
zullen de onthullingen van de Bono over de
voorbereiding van het Abessijnsche avontuur
het vertrouwen der Engelschen in het on-
schuldige der bedoelingen van Mussolini in de
Middellandsche Zee niet hebben versterkt. Het
wantrouwen van Engeland is terdege gewekt,
in verschillende richtingen. Dat blijkt uit de
krachtsinspanning, waarmede het zich wapent,
en uit zijn politiek in de Levant. De mari-
tieme tegenstelling ItalieEngeland is op het
oogenblik waarschijnlijk de gevaarlijkste in
Europa. Haar tragisch karakter heeft Musso
lini nu duidelijk uiteengezet. Tragisch is zij
ook eeonomisch voor Italie, dat met zijn uit-
geputte geldmiddelen, zijn gebrek aan grond-
stoffen en met de noodzakelijkheid van de
ontginning van Abessinie te zijnen laste, niet
slechts tegen het rijke Engeland, maar stellig
tegen het Britsche werejdrijk den wedstrijd
in bewapening moet opnemen. Deze strijd
snijdt het af van belangrijke bronnen van cre-
diet. Mussolini kan niet wel te moede zijn
bij dit inzicht. Wij voelen de menschelijke
tragiek van de bovenmensehelijke taak die de
tegenstelling tusschen zijn willen en zijn kun
nen hem oplegt. Het besef daarvan sprak uit
zekere bitterheid in zijn woorden.
Voor een Locarno liet hij weinig vooruit-
zicht over. Hij wraakte het beginsel der col-
lectieve veiligheid. Dit was niet consequent,
daar hij deelneming van Polen aan een Lo
carno wenscht, wat feitelijk uitbreiding ervan
tot Oost-Europa beteekent. Hij wraakte den
ondeelbaren vrede, hij, die zelf steeds ermede
heeft gedreigd, en er weer mede dreigde, dat
een conflict met Italie onvermijdelijk een
wereldoorlog zou worden. „De Volkenbond
kan, wat Italie betreft, sterven". Maar Italie
blijft er lid van, hoe vaak het zich ook geprik-
keld moet hebben gevoeld, hem te verlaten.
Mussolini heeft dezen nazomer aanleiding ge-
geven tot de reis van Avenol naar Rome, die
de actieve deelneming van Italie te Geneve
moest voorbereiden. Hij benoemde onmiddel-
lijk een delegatie, en toonde een ongeduld, die
anderen, vanwege de kans op teleurstelling,
verontrustte. Kende hij den Volkenbond twee
maanden geleden dan nog niet? Dit was
waarlijk niet het ernstigste gedeelte van zijn
rede. Het leek ten pleiziere van Duitschland.
Of wel op de mededeeling, dat de druiven te
zuur zijn.
Tenslotte zij nog opgemerkt, dat hij zweeg
over Spanje!
REDE VAN MUSSOLINI.
De Volkenbond mag, wat Italie
betreft, sterven.
Zondag hield Mussolini te Milaan, op het
plein voor den Dom een rede.
In zijn rede verklaarde Mussolini, dat hij de
positie van het fascitische Italie uiteen wil
zetten, wat betreft de betrekkingen tot de
overige landen in dit, zoo verwarde oogenblik.
Op de eerste plaats moet het internationaal
terrein worden gezuiverd van iedere^leugen en
illusie van de ideologie van Wilson.
Een van deze, de ontwapening, is reeds ver-
dwenen, niemand wil ontwapenen en een ont
wapening van alien is onmogelijk.
Een andere illusie is de collectieve veilig
heid, die nooit bestaat.
te vertellen. Zoo ben ik niet opgevoed en ik
vinid het afschuwelijk. Het demoraliseert.
Iedere keer dat ik het doe, valt het me ge-
makkelijker. Ik wordit er waremipel nog trotsch
op. Misselijk, noem ik het! En dat heeft Jenny
mij aangedaan!"
John lachite.
,Het ging je gisteren geweldig goed af."
I!Juist, het demoraliseert je. Maar luister,
er moet aan die heele geschiedenis een eind
komen. Laat Anne dadelijk bij me komen.
Spanje ophemelen ik heb een heele venza-
meiing photo's; laat ze met mij gezien worden.
Dan kan ze daama een week of zoo bij Jenni
fer Courtney gaan logeenen. En als de men
schen dan over jullie beginnen te praten, kan
de verloving pulbliek worden, Anne naar de
Marr's gaan en dan trouwen jullie op Water-
dene. Hoe vindt je dat plan?"
,,Er zijn drie bezwaren."
,,BezwarenOnzin! Welke zijn dat?"
,,Anne wil niet. Jenny wil niet. En Nicholas
wil niet. Van mevrouw Courtney weet ik het
niet, maar ik zou zeggen, die doet wat Jenny
haar voorschrijft."
Aurora stoof op.
.Jenifer is bespottelijk waar het Jenny be-
treft een hen met den kuiken, die ze de
eenige vogel in .het paradijs waant. Toe, ver-
ruil de borden even en geef mij de kaas eens.
Maar waarom vloog je me haast aan toen ik
je vroeg of je van Anne hield?"
John bediende zich van de kaas en grijnsde.
„Je overrompelde mij. Ik had je pas een uur
te 'voren oiftmoet. Daarbij wist ik het zelf nog
niet. Anne ervenmin. Meestal verltel je zooiets
niet aan anderen als je het zelf nog niet weet."
„Mag ik de boter even? Weet Anne dat je
van haar houdt?"
,,Ze kan het weten", antwoord.de John met
een vluchitig lachje.
XXXIII.
„Het Brievenboek van de Welopgevoede
Jongedame".
Dien avonid kreeg John een brief van Anne,
die hem kwaad maak>te. Het was een brief
zonder aanhef, want na tweemaal „Lieve
John" en „John, liefste" te schrijven, had ze
drie velletjes papier verknoeid door ze m
klleine snippers te scheuren en ze in de keu-
kenkachel te gooien.
Oit was de brief, dien John las.
„Ik moet niet doorgaan met je te ont
moeten. Ik had ,je eigenlijk heelemaal
niet mogen ontmoeten. Ik verwijt het
mezetlf voortdurend. Je moet niet weer
komen. Ik meen het werkelijk. We ko
men er beide door in moeilijkheden. Ik
kan niet Annie Jones en tegelijk me
vrouw Fossick Yates' binnenmeisje zijn
en tegelijk Anne Waveney ik wilde,
dat je dat goed begreep; ik ben Annie
Jones en Annie Jones kan niet meer
met je omgaan. Ik had dat eerder moe
ten bedemken. Maar dat heb ik eigenlijk
ook gedaan. Toen we Aurora vandaag
tegenkwamen, werd ik mij bewust in
welke verkeerde positie ik mij bevond.
Doe alsjeblieft geen moeite meer om mij
te spreken en schrijf ook niet."
Zoo eindigde de brief, zonder onderteeke-
nnhg. Toen hij hot epistel tweemaal doorge-
lezen had, ging John met een strijdlustig vuur
in zijn oogen zitten om het antwoord te
schrijven.
Beste Anne.
Ik begin zoo orndat ik heelemaal geen
zin heb om op het oogeniblik „Lieveling" j
te schrijven. Maar je krijgt dozen brief
pas morgenocbtemd, dus als ik dan niet
meer boos ben, stuur ik je een telegram.
Je brief is meer dan verschrdkkelijk. Ik
begrijp maar niet waarom je hem ge-
schreven hebt. Om te beginnen was het
tijd verspillen, verder w-as het, een slecht
gestelde brief. Ik geloof niet, dat je de
kunst van brievenschrijven verstaat. Je
hoort links bovenaan te beginnen met
„Liefste John" of ,,Mijm lieve John". Of,
als je in een booze bui bent, zooals ik
vrees dat het gevail was, kun je tenmin-
ste Lieve John" er boven zetten. Ik
heb een man gekend, die ook niet wist
hoe hij een behoorlijken brief moest
schrijven. Maar hij gebruikt een „Brie-
venboek voor den Welopgevoedbn Jom-
geman". Daaruit kun je leeren hoe je
brieven moet schrijven. Hij was met dne
meisjes tegelijk verloofd en hij schreef
hen iedere week. En ze zeiden allemaal,
dat ze nog nooit in hun leven zulke brie
ven hadden ontvangen. Ik geloof, dat
een „Brievenboek voor de welopgevoede
jongedame" voor jou ook goed zou zijn.
Ik zal zien een exemplaar voor je te be-
machtigen. Zondag kom ik op den ge-
wonen tijd. Zorg dat je niet zoo laat
bent; anders denk ik, dat je niet komt;
dan zou ik je moeten halen en dat zou
misschien een heele schrik zijn voor me
vrouw Fossick Yates. Ik ben niet erg
dol op haar, maar ik jaag haar toch lie-
ver geen doodschrik op helt lijf. Wees
alsjeblieft op tijd'. Ik zal am half drie
bij den hoek zijn en tot drie uur op je
wachten. Als je er dan nog niet bent, zal
er niet's anders opzititen, dan mevrouw
Fossick Yates een doodschrik te bezor-
gen.
P.iS. Ik ben nog vreeselijk kwaad."
Anne ontving deze brief met de eerste post.
Bij het lezen ervan werd ze beurtelings rood
en bleek. Toen begon ze te lachen. Het was
ongetwijfeld een prettige gewaarwording, John
Waveney kwaad te hebben gemaakt. Ze werd
hoe langer hoe vrooiijker.
Flotsietting rinkelde de telefocnbel. Anne snel-
de erheen. Gesteld, dat hij werkelijk een tele
gram had gestuurd! Gesteld, dat mevrouw
Fossick-Y ates
iZe pakbe den hoom op en ving de woo^rden
op: „Een telegram voor Jones."
Een onderdrukt geluid ontsnapte aan haar
lippen. Het was een verwensching aan het
adres van John, maar de persoom aan de an
dere kant van de lijn meende, dat de naam
onduidelijk verstaan was.
De Volkenbond moet vernieuwd worden, of
sterven. „Aangezien vernieuwing uiterst
moeilijk is kan de bond, wat ons betreft, ster
ven. Wij zullen nooit de duivelsche blokkade
vergeten, welke de Volkenbond tegen Italie
ontketende.
Hierna ging de Duce over tot de bespreking
van de verdragen met Oostenrijk en Honga
rije, na te hebben gezwegen.op de uitstekende
verhouding met Zwitserland.
Hij noemde Hongarije, de groote vermink
te", welke recht moet worden gedaan in het
Donaugebied, opdat hier vrede heersche.
De betrekkingen met Joego-Slavie zijn ver-
beterd en de grondslagen voor een hechte
vriendschap tusschen beide landen zijn gelegd.
Ten aanzien van de betrekkingen tot
Duitschland verklaarde de Duce, dat dit groote
land de sympathie geniet van het Italiaansche
volk.
„Op de spil Berlijn-Rome kunnen alle staten
van Europa, die van goeden wil zijn, mee-
werken.
Voor Italie is de Middellandsche Zee het
leven. Italie wil dezen weg noch bedreigen,
noch onderbreken, doch het wil zijn rechten
geeerbiedigd zien. De Engelschen moeten
zien, dat dit een voldongen feit is, waaraan
niet valt te tornen.
Er is slechts een middel tot een algeheele
oplossing. Indien men Italie in deze zee
tracht te verstikken, zal het geheele Italiaan
sche volk zich verheffen.
Tenslotte verklaarde de Duce, dat Italie
derhalve zijn bewapening ter zee, te land en
in de lucht zal perfectionneeren.
Deze rede van den Duce werd herhaalde
malen door luide toejuichingen onderbroken.
Het aantal personen, dat op het plein ver-
zameld was, werd op 250.000 geschat.
Spaansche intellectueelen protesteeren
tegen de luchtbombardementen.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft den miliciens, die deel uitmaken van de
strijdbataljons, per radio verzocht zich zonder
verwijl naar hun kazernes te begeven. Voorts
moeten alle miliciens van het bataljon „Cata-
lonie" zich bij hun kazeme melden. Dit batal
jon zal tot nader order ter beschikking van
de regeering worden gesteld.
Voorts wordt medegedeeld, dat de burge
meester instructies heeft gegeven om den
grooten vijver in het park Retiro te laten
leegloopen en verder alle vijvers en fonteinen
in de stad te camoufleeren, teneinde de vlieg-
tuigen der rechtsche troepen tijdens hun bom-
bardementen ieder orientatieteeken te ont-
nemen.
Het Spaansche gezantschap te Londen heeft
verder Maandagavond het volgende telegram
gepubliceerd, geteekend door Spaansche in
tellectueelen. „Ten zedrste geroerd", aldus
het telegram, „door de verschrikkelijke ta-
freelen, die zich Maandag te Madrid hebben
afgespeeld, voelen wij ons genoopt ten over-
staan van de wereld te protesteeren tegen de
wijze, waarop Maandag onze stad is gebom-
bardeerd. Hoewel wij zelf niet ten slachtoffer
zijn gevallen, kunnen wij niet nalaten te pro
testeeren tegen het feit, dat mannen, vrouwen
en kinderen verminkt zijn door granaten, die
vliegtuigen der opstandelingen in de Madri-
leensche straten hebben laten vallen op een
oogenblik, waarop deze straten het drukst
waren".
De rechtsche troepen hebben de stad na
Vrijdag niet opnieuw gebombardeerd. Na dit
bombardement, waarbij eenige honderden
dooden zijn gevallen, hebben de vliegtuigen
der rechtsche troepen zich Maandag opnieuw
boven Madrid vertoond en couranten en pam-
fletten in het centrum van de stad laten
vallen.
De bank van Spanje heeft verder den minis
ter van financien 15 millioen peseta s ter be
schikking gesteld om in het buitenland levens-
middelen aan te koopen.
De rechtsche troepen moeten stamppot
eten.
De gouverneur-generaal van den staat Bur
gos heeft aan alle gouverneurs van de provin-
„J voor Johnny; O voor..."
,,Neen, neen, neen!" zei Anne zacbt met een
wanhopige stem.
„J voor Johnny; O voor
„Neen," herhaajlde Anne. „Dat heb ik ver-
sitaan. Zegt u den inhoud van het telegram."
5,Het telegram is voor J-O-N-E-S, Jcnes."
„Ja, dat weet ik. Geeft u het maar op."
",Voor Jones, 183 Gssington Mansions, Os-
sington Road. Verstaat U mij
„Ja, gaat u verder."
,,Ik ga al verder. Voor Jones. 183 Ossington
Mansions, Ossingtin Road
„Ja, ja."
,,Afgegeven in Vere Street om 8 uur. Ver
staat u mij?"
Anne hoorde een deur achter haar open-
gaan. Ze dorat niet om te kijken. De wanhoop
greeip haar aan. Ze zei: ,,Ja, zeker", en voelde
haar knieen trillen.
,^D'it is het telegram: „Tweede lezing aan-
nemelijk. J. M. W."
Anne legde de hoom met een beverige hand
neer en toen ze zich omkeerde zag ze, dat me-
neer Fossick Yates haar vol belangstelling
aankeek.
„Was dat voor mij?" vroeg hij.
,,Neen, meneer."
,,Gelukkig."
Anne wilde heengaan. Zou hij haar nog
meer vragen? Het scheen van niet. Ze loosde
een zucht van opluchtdng en zocht haar toe-
vluch't in de keuken.
Om tien uur ontving ze een pakje. Het be-
vatte een klein boekje met een rooden band,
waarop in vergulde letters stond:
„Het brievenlboek voor de welopgevoede
Jongedame."
Anne stopte het boek onder in haar koffer
en draaide met een nijdige beweging den sleu-
tel om. Daama ging ze naar de keuken om
het zi'lver te poetsen.
Ze wreef de lepels en vorken zoo hard ze
kon. Ze huilde en lachte tegelijk en was kwaad
op John. Ze zei „Spook" tegen zichzelf en
wreef uit alle macht op de koffiepot.
(Wordt vervolgd.)