Feuilleton-vertellingen
r
:::YdL-
BRABANTSCHE BRIEVEN.
INGEZONDEN STUKKEN,.
GEMEEN TERAAD VAN
ZAAMSLAG.
De winkel is ongetwijfeld de meest bescheideq#
van de Groote Markt en toch is het zeer be-
kend. Vele autoriteiten, vooral militaire, heb-
ben er aangename herinneringen aan.
De zaak werd een eeuw geleden gesticht
door den heer C. W. Rijken en ging van vader
op dochter over, door welke laatste, de nu
90-jarige mej. Marie Rijken het winkeltje op
het oogenblik nog gedreven wordt.
Op zichzelf is het een m-erkwaardig feit, dat
een zaak in 100 jaar tijd slechts twee gene-
raties kent, daarbij komt nog dat het in offi-
cierskringen traditie is daar van tijd tot tijd
sigaren te koopen.
Oude reeds lang gepensionneerde generaals
zullen bij een bezoek aan Breda niet licht na-
laten een bezoek aan mej. Rijken te brengen.
Het vorig jaar was er zelfs een generaal, die
bij een dergelijk bezoek door de nog krasse
90-jarige herinnerd werd aan een nog in haar
boeken openstaand postje voor aan hem als
tweeden luitenant geleverde rookertjes, welk
postje nu door den generaal natuurlijk vlot
werd betaald.
Nog altijd ook is het traditie dat mej. Rijken
,,Hof"-leverancierster is van den senaat van
het cadettencorps.
Zoo staat daar dan nu sinds een eeuw dat
oude winkeltje, dat nimmer is gemoderniseerd,
ook niet toen groote fonkelnieuwe zaken het
trachtten te verdringen, terwijl de 90-jarige
eigenares de prettige zekerheid heeft, dat vele
in den dienst vergrijsde officieren aan haar
sigarenwinkeltje de meest aangename herinne
ringen bewaren.
SPEKTAKEL OM EEN DEKEN.
Op 6 September j.l. werd door een juffrouw,
wonende aan de Hooge Boezem te Rotterdam
bij de politie aangifte gedaan, dat uit .een
afgesloten kast in haar woning een deken ver-
mist werd. Ben nader onderzoek wees uit,
dat de deken beleend was bij een particuliere
bank van leening.
Als verdacht van diefstal passeerden toen de
revue de buren, zijnde twee vbOUwen en twee
mannen, resp. de 23-jarige J. I. en de 20-jarige
M. M. en de 20-jarige J. M. I. en de 25-jarige
C. S. Aanvankelijk ontkenden alien iets met
de zaak uitstaande te hebben, doch toen hen
het vuur wat na aan de schenCn werd gel-egd,
begonnen zij langzamerhand elkaar te beschul-
digen, erger: elkaar verwijten tfe maken. Het
duurde niet lang of er kwam een bekentenis
los: J. M. S. had de deken gestolen, doch in
samenwerking met C. S.
Doch dat was niet alles. Uit de verschillen-
de verwijten, die de prettige buren elkander
voor de voeten wierpen, bleek het de politie,
dat C. S. zich reeds geruimen tijd schuldig
maakte aan diefstal van rijwielen en rijwiel-
lantaarns. In verband daarmede is de politie
eens poolshoogte gaan nemen bij den 64-
jarigen J. D., eveneens wonende aan de Hooge
Boezem. Daar zijn nog rijwielen en onder-
deelen gevonden en in beslag genomen.
Donderdag zijn J. M. I., C. S. en J. D. naar
het Huis van Bewaring overgebracht.
DE BRAND IN HET RAADHUIS
TE ST EEN BERGEN.
Omtrent den brand in het raadhuis wordt
nader aan de N. R. Crt. gemeld, dat rijks- en
gemeentepolitie naar de oorzaak een nauw-
keurig onderzoek instellen, daar het vermoeden
bestaat, dat er brandstiehting in het spel is.
Aanvankelijk meende men aan kortsluiting
te kunnen denken, te meer, daar boven in het
gebouw onder het torentje een oude electrische
leiding lag, waar niemand ooit naar keek.
Toen bleek echter, dat kort voor den brand
uitbrak, voorbijgangers nog licht op de tweede
verdieping hebben zien branden. Ben van hen
had zelfs den indruk, dat vlammen uit het
torentje sloegen terwijl dit licht brandde, wes-
halve hij terstond den burgemeester gi-5
waarschuwen. Toen deze persoon naar het
raadhuis terugkeerde bleek de bovenste ver
dieping reeds in brand te staan.
In de bovenverdieping van 't gebouw kwam
zelden iemand, uitgenomen de man, die met
het opwinden van de klok was belast, hetgeen
in de morgenuren geschiedde.
DE PARTU „MET AFWIJKINGEN".
Op een wel zonderlinge wijze heeft een
tuinder te Honselersdijk valschheid in ge-
schrifte gepleegd. De man had reeds gerui
men tijd oneenigheid met zijn buurman, welke
oneenigheid zich meermalen manifesteerde in
een schuit, die dwars door de vaart werd ge
legd.
Dezer dagen bracht de tuinder een partij
druiven naar de veiling in welk feit zijn tegen-
voeter aanleiding vond te trachten zijn buur
man een hak te zetten. In het veilingboek
voegde hij n.l. de mededeeling toe partij met
afwijkingen", zoodat de kooplieden die deze
mededeeling vernamen, een heel wat lager
prijs zouden betalen. Toevallig kwam evenwel
een zoon van den gedupeerden tuinder nog een
kistje druiven brengen, en las tot zijn groote
verwondering de kwalificatie ovfer zijn goede
partij druiven.
De keurmeesters werden ondefvraagd, doch
van hen was de waardeering niet afkomstig.
De politie werd in het geval gemengd en deze
vischte uit, dat de buurman-tuinder de poets
had willen bakken.
Het gevolg is nu, dat tegen den tuinder
proces-verbaal is opgemaakt wegens valsch
heid in geschrifte.
DE TRAGISCHE DOOD VAN EEN
OORGOGSINVALIDE.
Dezer dagen arriveerde het Britsche stoom-
schip ..Empress of Australia" met de vlag
halfstok in de haven van Southampton. Het
sc'hip had een doode aan boord, die onder
zeer tragische omstandigheden gestorven was.
Edward Makinson, die in het Engelsche leger
den wereldoorlog meemaakte, werd in den
slag bij Gallipoli zwaar gewond. Hij kreeg
een kogel in de hartstreek. Langen tijd lag
hij in het hospitaal, doch ten slotte overwon
ziin sterke oonstitutie de dood. Als oorlogs-
invalide werd hij naar het moederland terug
gezonden, nadat alle pogingen, om den kogel
langsi operatieven weg te verwijderen mis-
lukt waren. De doktoren hoopten dat het
vreemde voorwerp" zooals zulks gewoon-
liik geschiedt in Makinson's lichaam om-
weefd zou worden en zoodoende geen gevaar
meer voor hem zou opleveren.
Makinson leidde verder een zeer rustig
leven. Hij nam zoo weinig mogelijk bewegmg.
Zijn vrouw verpleegde hem met de uiterste
zorg. Verschillende malen heeft men m den
loon der iaren getracht een eind te maken aan
dezen onnatuurlijken toestand, doch steeds
weer moesten de doktoren de pogingen op-
geven Het scheen, alsof de kogel geen zm
had Makinson's lichaam te verlaten Ten
slotte had de patient zich aan de situatie ge-
wend Hij voelde zich overigens gezond en
kon zelfs zijn oud beroep weer ter hand
nemen. f
Twintig jaar verliepen sinds den dag, dat
Makinson gewond werd. 'Hij besloot met zijn
vrouw een reis te maken naar de slagvelden
bij de Dardanelles Vol verwachting scheepte
het echtpaar zich op de Empress of Austra
lia" in. Toen het schip de Dardanellen door-
voer, kwamen Makinson de bloedige taferee-
len van voor twintig jaren weer voor zijn
geest. Hij wees zijn vrouw waar de stellingen
der geallieerden voor Gallipoli zich bevonden
hadden. Hij gaf haar, zich meer en meer op-
windend, een getrouw relaas van den strijd.
Door den verrekijker meende hij zelfs de plek
te herkennen, waar hij gewond raakte. Slechts
met de grootste moeite kon men Makinson
kalmeeren en hem er toe bewegen naar zijn
hut te gaan.
Den avond van dienzelfden dag stierf
Makinson. Men vond hem stil en bleek in
zijn hut liggen. Uit het onderzoek, dat de
scheepsarts instelde, bleek, dat de kogel, die
gedurende twintig jaar op dezelfde plek was
blijven zitten, op onverklaarbare wijze voort-
bewogen moest zijn. Geheel onverwachits was
de dood ingetreden, niet ver van de plek, waar
twintig jaar geleden de Engelsche soldaat
Makinson gewond werd. Een vreemde be-
schikking van het noodlot.
Wellicht is de opwinding van Makinson, bij
de nadering van de plek des onheils niet
vreemd geweest aan zijn dood.
Toen het stoomschip in de haven van Sout
hampton arriveerde, werd de lijkkist van
Makinson door een eerewacht van boord ge-
dragen. Thans zal zijn naam ingemetseld
worden bij de lijst van dooden in het monu
ment van de gevallen strijders in den wereld
oorlog, dat zich in zijn geboorteplaats bevindt.
Zoo eischte de wereldoorlog in 1936 nog
een slachtoffer op!
.En de leut op z'n erg^tcw^a, als 'n
tweedegekleurde karaf er> nog fl,esch van
den'i^pg^ppeldeh,-. damf...viJj;? flJBV L
allez, dan wierden den Blaauwe z'n oogen
groo.tp dan stopte-n-ie efkens zijnen muziek,
dan keken wij allemaal naar waar den Blaau-
we keek, dan, dan stond dp-ar ih 't. deurgat
den Fielp! Leunend op twee stokken wel,
maar allez, hij stond er. Hij stond er op z'n
eigenbeepen. ,'t witte bakkersjaske hing wat
wijd om z;'n schouwers, z'n bolhoedeke paste
beter(!) maar toch! daar stond onzen veur-
zitter, den main, dien we in zulke dagen nie
missen kunnen!
Ulvenhout, 14 September 1936.
Amico,
Wie had kunnen
denken, als ik
veertien dagen ge-
lejen op den koe-
peltoren van 't
Dampaleis zat,
waar m'nen vrind
Vincent zijnen
zang uitjubelde,
uitbeierde over de
panorama's van
Amsterdam, waar
ie zijnen klateren-
den muziek uit den
klokkentrossel
sloeg en de klan-
ken naar de enders liet zwermen in zilveren
vluchten, wie had kunnen denken dat
't Koninginnefeest van den lesten 31sten
Augustus 'nen prelude „slechts" was, van 'n
kleuren- en klankenlied, uitgevoerd deur acht
millioen Nederlanders ter eere van ons Prin-
ceske heur verloving!
Sjuust had ik verlejen week mijnen brief
meegegeven aan den Driek, onzen postbooi,
als op ons dorpke de Haagsche gebeurtenis
bekend wierd.
A1 rap waaide hier en daar 'n vlag, kwamen
de kinders buiten mee 'n oranjelint in de krul-
lenkopkes, mee 'nen oranjesjerp over de borst
en 't was daarmee, of den Herfstbloei in
krachtiger kleuren gloeien ging over Ulven
hout. Oranje! Daar is geen schoonder kleur
dan deuze vlam in den saffranen Herfst!
Oranje! 't Is den gouwen klank in de kleu-
rensymphonie van den bloeienden buiten! Den
gouwen klank, die aanzwelt, die aanzwelt tot
een gouwen harmonie, als 't lied van den
zomer eindigen gaat. Als den Herfst bloeien,
gloeien gaat! Als elk blad 'n blom wordt,
'n blom, geslagen uit glanzend goud! Als den
eik te pronk staat in zijn rosse goud van
d'avopdzon. Als 't zomertij gaat uitsmeulen
in den bonten kleurengloei van d'avondkim.
Als d'eikendreven langs onze bosschen ge-
illumineerd staan mee de brandende lampions
van 't kleurend loover, dan
dan bloeit den saffranen oranje deur den
buiten als gestolten zonnegoud, dat neersmolt
over de schepping.
Maar genoeg!
Als dan de vlaggekleuren en 't oranje be-
gosten open te bloeien in't groene Ulvenhout,
dan sprongen ook los de harteknoppen van de
durpelingen in den fleurigen bloei van feest-
gevoel.
Dan begost 't te zingen in huilie koppen,
op den maat van't najaarswindeke, dat mee
de harde blaaikes ritselde over den steenweg.
Of 't zoo z'n lie-ke blies tusschen de tanden.
Dan hebben we 't feest begonnen mee 'nen
rondgang van d'Harmonie. Dan hebben we
't dorp versierd, mee guirlandes van boom tot
boom; mee strikken van oranje daartusschen;
mee fleurige, kleurige lampions daarbij.
Dan heeft den Blaauwe den trekzak geno
men en heeft ie't Wilhelmus gespeeld op duu-
zend manieren.
Hij rekte 't uit tot vijf keer de gewone
lengte. Hij spulde 't als 'nen wals, als 'nen
marsch, hij liet 't zingen als 'n aria uit
d'opera En nooit liet eenen Ulvenhouter hum
in den steek...! Altij kosten ze 'm volgen op
z'n lenige kronkels der fantasie, die daar
zwierven onder z'n rose stekels, onder z n
oranje piekharen!
Anderhalven meter trok ie zijnen momka-
zak uit malkaar, om 'm dan weer mee sier-
lijke schokskes, al muziceerend in malkaar
te drukken.
Eindelijk geraakten we in de „Gouwen
Koei"! Bekend terrein! En "t was daar, da k
den Blaauwe twee-en-zestig is ie! z'n
klompen van de voeten zag schuiven, zijnen
trekzak uithalen tot op twee meters bekans,
om dan mee eenen lenigen kattesprong, ondei
nen vervaarlijken, oew ziel verscheurenden
gil van den trekzak, boven op de biljert te
springen, waar ie, lijk 'nen muzikalen neger-
danser 'n concert gaf, zoo schoon, dat Kee
achter den toog al lachende heur handen neer-
kwakten in de plaskens pils, die daar op t
buffet dreven!
•t Grootste deel van d'Harmonie was mee-
gekomen. Den chef, den saxafomst,
boven op de kolomkachel.
Nolleke Gommers, ge kent 'm wel, dieen
vrijgezellen-dwerg-rentenier had de gr°ote
trom te pakken gekregen. Hij „werkte daar-
od als 'nen weareldberoemden drummer van
Barnum en Baily, 't zweet liep uit z'n broeks-
oiinkes. De rest van d'Harmonie zat teugen
den muur, in 't gezioht van den Blaauwe die
't muzikaalste is van allemaal en dus de leiding
.had, al kent ie geen andere noten, dan die van
miinen notenleer.
Den Blaauwe trok, dirigeerde mee zn
°°Nolie8e Gommers, ,„bespulde" de groote
trom, of ie aan 't smejen was en de rest per-
beerde den Blaauwe te volgen in z'n muzikale
fantasieen, dde uit zijnen trekzak schuimden
als de pils uit de bierpomp: royaal, overdadig
en mee veul spatters ernaast.
't Gouwen Koeike" wierd muzikaal afge-
slacht. 't Was 'n wonder dat de ruiten nie
scheurden. De lampen beefden aan de kettings.
•n Flesch gekleurd water „wandelde" van den
spiegel in den toog. Kee kreeg 'n bietje zorg
over heur spullen, hoewel ze van 'n klein ge-
ruchtje nie verveerd is...!
„Lang zal ie leven!" zetta den Blaauwe
in en'n groote, vette traan, 'n ding lijk
'nen knikKej, wiebelde over,flen bakker z'n
wangen.
,,Lang zal ie leven! Lang zaJdje leven, in de
gloria, in de gloorieja! In de gtoorijaah!"
Nolleke Gommers drumde, drumde, hij
zat bovenop 't kolossale dingr.an sloeg 't, of
ie 'nen leeuw aan 't temmen was!
Tien citroentjes-met wierden er veur den
Fielp tegelijk besteld! Maar. hij nam 'n glas-
ke spuit en tde tracteerdersHidi5Qhken toen 't
citroentje maar zelf leeg pp. veul gezondheid
van den Fielp!
't Was intocht, 'nen to cat, amico,
den Benno ^prdig! Us v.-:..
We voelden dat den Fielp ppietsen moest!
't Wierd stil. En toen,;ntoen knoopte ie
z'n bakkersjaske los en haalde .uit z'n binnen-
ste-hier-of-4aar zijnenveyrzittershamer!
Als \ve dat zagen, wierden "we gek! Gek
van plazier in onzen weergekeerden Fielp!
Voorzien van z'n „gereedschap".
,,Vlienden", zee-t-ie. En niemand lachte,
wat Vfeur "Ulvenhout veul zeggen wil
,,Vlienden! Ik zeg; ve-rienden! Kamrad!
Ik zeg: Kameraads! Veul bedangt veur deus
vellen, ik zeg wellek-kkom! Ik kost 't op 't
nest nie meer huitouwen! De verziering is
schoon, maar waar mera, ik zeg maar waar
mera agom
,,kels" riep de Blaauwe.
Den Fielp knikte. „Maar waar is de heere-
poort veur. KMule m-m-m-mjuulejaantje nen
Penno?"
Wij keken malkaar 'ns pan.,
Hij had gelijk! 't Middelpipnt, 't hoogte-
punt ontbralp!
Hij begost te ontwerpen. Zette z'n stokken
op de biljert',zee: „Zoo! Tee, ik zeg twee
tolens, torens zeg ik. Daa-op 'n vag, vlag.
De to...rrens verbinden. .In. d^n midden twee
vlooings, vlObings, velooiengs.,-, ik zeg velo-
vingsringen Von koud, koud, koud! Gaa-goud,
zeg ikke! De eene velag van ropd-it-braauw en
d'andere van 'eel rood die vrag .'ylag van Ippe,
Ippe! Ipper!
„Lippe", zpe den Nol.
Den Fielp lceek of ie zeggen wou: wie lacht,
gaat er aan! Niemand lachter
Toen brocbt Kee heuren. geinakkelijksten
stoel uit de huiskamer en zette den Fielp
daarin. Meteeh vroeg ze 'm om, nachtverlof
tot twaalf uur!
,,Norde Kee'zee-t-ie. ,,Van hieruit ga'k
naar den Buwwelemeester
Toen Zette den Blaauwe het Wilhelmus
weer in," de Fielp stond op en wij zongen 't
allegaar mee! En den Fielp trok 'n gezicht
Of ie den Kondng van Hispanje eigens was!
's Avonds stond er d'eerepqort. Dwars
over den'weg, van de kerk tot den Fielp z'nen
yinkelBengaalsch vuur wierd afgestoken,
ib alle kleuren, de cafe's hadden „permissie"
tot twaalf uur en de Fielp, die daar veur ge-
zorgd had, zat in 'nen ,,makkelijken stoel"
veur z'n deUr en zwaaide mee z'n stokken!
Hij had de leiding weer en hij wierd mee
t uur gezonder!
En 's avonds om elf uur, als 't feest op z'n
leutigst was, dan wenkte-n-ie mij en den Jaan,
en dan, -onder onzen arm, deed ie dten rondeke
mee om de eerepoort. Om twaalf dur kwam
den veldwachter, den nieuwe, Janils zijnen
c^)volger, zeggen dat 'ttwaalf uur was!
j Alle oogen gingen naar den Fielp.Die
deed a® datjjk 'n uur bij en stuurde den veld
wachter mee die boodschap en 'n' sigaar naar
,10'!", en-
isjlei'i?
jiino
Trui
1
den Burgemeester!
js:n let it, ocs
Trui zou en moest 't jonge paar zien,
is koiossaal oranjegezind ennieuwsgierig!
Bruiloften en veural vorstelijke, alleiz, daar
kan ze pap vd'fi'eten! Ze kan be achter mal
kaar percies alle verwantschappen opgeven
tusschen alle Kbninklijke huizen van Europa.
Over Astrid z.g. kan ze nog al£ij nie praten
zonder 'n bietje bewogenheid. Den Pol van
Belgie is om zoo te zeggen heuren aangenomen
zoon. JuliaantjeAls ze 'if. Veur naar den
Haag kost, dm ze persoonlijk te feliciteeren
en Benno de wacht aan te zeggen goed te
passen op otrs Princeske, zp zOu er geren
veur te voet gaan.
Zoo zijn hief de vrouwen, arriicb! Hoe wei
nig ge'r ook van merkt deur't jaar ze zijn
diepin even koningsgezind, als ze vroom zijn!
Heur gezin, Godsdienst en 't :Koningschap,
dat zit binnen: 'n goud ringske als 'nen pit in
huilie hart. 1
't Komt weinig te zien, warit hij zit diep,
dieen pit, maar.G... als gij er efkens nie om
denkt, dan bijt g'bew tandefa kapot op dieen
harden pit, gevat in gouwen ring!
Trui moest dus naar den Haag, den lesten
Zaterdag! 't Was Nationalen feestdag, ik
kost dus mee Want ik hoefde1 riie mee den
groentenwagel bp pad.
Ik zal 't kort maken, 't end van deuzen
brief.
We hebben vier uren in de rij gestaan en...
't heele paleis nie te zien gekregen!
Daar was geen bijkomen aan. Dus docbt
ik 'n goei gedacht te ejcrtjgen, deUr aan te
sluiten acbter den stoet.
Maar Hollanders zijn veul anders, dan
Brabandexs!
Wij wierden in geen enkele groep toege-
laten, want....'.-, we waren geen lid van die
Haagsche, Leidsche of Delftscbd vereeniging!
Op 't end pexbeerden we mee' te komen aan
't uiterste end van den steert. De politieman-
nen vonden '6-'best! Maar... de bestuurslejen
snejen ons webi" af!
Vreemdsoortig volk veur ons, die Hollan
ders, waarvan wijnooit iets ztlilen bogrijpeu!
Nooit, nooit zsalibjer 'nen menseh weggestuurd
worden! Altijstaan hier de poorten van gast-
vrijheid en plaaieDg samendoep. openMaar
daar hoog in Nederland, daar Vieren ze feest
mee... reglemenpen in de hand. Daar blijven
bij alien lacken.#itbundigheid:icl'Obgen.koud!
Wij kennen :deus mensohen me.aZij kennen
ons nie! iqg nsioc
Hier gaat /jtiszbo in zoo'n geval. Hier zou
gezegd zijn: flhier, zet mrjn unifoumpet maar
op, draagt myu vaandel maar en marcheert
maar mee. Mij kennen ze wel' zonder die
dinges. En onder veul leut en gelach, mar-
cheerde dan mee!
En als 'tt'nen „doodsbidder«oowas die ge
moest veranurwem, allez die nam genoegen
mee oew veroekering, dat ge iah de parade
oew edgen ala ilid zou opgeven.' -Ook al wist
ie net zoo goed als gij zelf, dat 'daar toeh niks
van kwam, ge kost mee! ileT 7
Wy pakken 't altijd wat menscbelijker en
w&t minder reglementair vast! Wij gunnen,
g-eloof ik/ den medemensch iets meer! -n
V j -Snnsbss hi 3.0O M
In ieder geval: Trui is onverrichterzake
teruggekomen, na veul opoffering en veul
moeite. Ze mocht van 't bestuurslid Piet
Jansen de gelukkige koningskinderen nie toe-
juichen! Dat was alleen weggeleed veur de
„leden van Piet Jansen".
Dat moest ik 'ns zeggen, omdat ze 't m'n
Trui bebben aangedaan! Omdat ze 't Bra-
banders hebben aangedaan!
'Communisten of Revolutionnair.en zijn nooit
deur Brabant in de Kamers gebrochtDat
mochten de Oranjegezinde Hollanders wel 'ns
serieus overwegen deuze dagen!
Maar genoeg, amico!
't Is nie gelukt. En als hier 'ns iets te
doen is veur z.g. „lejen", en daar komen Hol-
landsche buitenstaandersallez
welkom vreemdelingen!
Sjuust als Benno welkom is.
Wij maken geen onderscheid.
Ik hoop dat ge 't 'ns rap weer ervaren zult!
Vol.
Veul groeten van Trui en als altij geen
haarke minder van oewen
toet a voe
DRe.
(Buiten verantwoordeiykheid der Redactie.)
Hoek, 16 Sept. 1936.
Mijnheer de Redacteur!
Bij dezen wensch ik een eeresaluut te bren
gen aan het Hoeksche Fanfarecorps „Elk naar
zijn krachten", dat zoo dapper zich geweerd
heeft tljdens de afgeloopen feestweek. Toen
verleden week Dinsdag de verloving van de
Prinses bekend werd verklaarden de leden zich
terstond bereid om hunne medewerking te
verleenen voor het slagen der feesten. Bin
nen een uur na den oproep marcheerden de
muzikanten door het dorp en lieten hunne
vroolijk marschen hooren. Hoe statig weer-
klonk niet het Wilhelmus! Zaterdag weer
hetzelfde. Wat zou er van de lampionoptooht
terecht gekomen zijn zonder medewerking van
,,Het Muziek", zooals het in den volksmond
heet. En hoe dikwijls te voren reeds heeft
het zijn onmisbaarheid getoond!
Zonder aarzeling durf ik te zeggen eerbied
te hebben voor ons kranig corps, dat zich ge-
rust meten kan met corpsen uit de stad, die
wellicht beter zijn uitgerust en talrijker zijn,
maar het dikwijls niet balen kunnen bij een
klein gezelscbap, dat liefde toont voor zijn
taak. Nu heeft dat gezelschap een gebrek,
een groot gebrek en dat is geldgebrek. Im-
mers sommige instrumenten die na verloop
van bijd vemieuwd moeben worden kosben meer
dan bonderd gulden van aanschaf, berwijl ge-
weldige sommen heengaan aan ondenhouds-
kosben. Laben de muzikanben zelf bun on-
kosben dragen, als ze muziek willen maken,
of laab de gemeente er voor opkomen, beb ik
al hooren zeggen.
De muzikanben betalen reeds bun contri-
butie, die niet gering is. Kan men inderdaad
van werklieden, zooals de meeste muzikanten
zijn, meer verlangen? De gemeente geeft
reeds een bijdrage, die ingevolge voorschrift
van Gedeputeerde Staten niet verhoogd mag
worden, doch integendeel moeten worden ver-
laagd. Het gevolg van deze redeneeringen
zal zijn, dat „Het Muziek" te gronde gaat
en dat we de aanstaande huwelijksfeesten zul
len moeben vieren meb gramofoonmuziek.
Dan is Hoek bocb zeker wel van de kar ge
vallen en in de Kreek berecbb gekomen. Daar-
om ben ik zoo vry om bij de Hoekenaren aan
be kloppen om heb eene noodige in dezen.
Meldb U aan als donateur bij den penningmees-
ber den heer F. de Groote, die de gelden
gaame in ontvangst zal nemen. Het kost U
slechts eCn gulden per jaar en het zal U de
voldoening schenken van een goede daad te
hebben verricht, benevens toegang tot de con-
certen in de gehoorzaal.
Natuurlijk wil ik niet te kort doen aan de
verdiensten van de zangvereeniging Crescen
do", die zich mede dapper geweerd heeft.
Begrijpelijkerwijs heb ik in bet bijzonder de
aandacht willen vestigen op E. N. Z. K.
U, mijnheer de Redacteur van harte dankend
voor de verleende plaatsruimte heb ik de eer
te zijn
Uwe dw. dnr,
Mr. J. A. VAN TIENHOVEN,
Burgemeester van Hoek en
Eere-voorzitter van E. N. Z. K.
Mijnheer de Redacteur.
Vergun mij eenige plaatsruimte in dit blad,
waarvoor ik U bij voorbaat dank zeg.
In de Ter Neuzensche Courant van Woens-
dagavond j.l. las ik een bericht uit Hoek, dat
er een Oranjevereeniging is opgericht, waar
van ik verbaasd van opkeek, omdat ik niets
heb gehoord van oprichting van zoo'n vereeni
ging. Ik juich het toe een Oranjevereeniging,
maar zooals deze Oranjevereeniging in onze
gemeente is opgericht, daar kan ik niet mee
instemmen en zeer velen zullen het met mij
eens zijn. Ik heb n.l. vemomen dat er tus
schen de muren van ons gemeentehuis een
onderonsje is samengesmeed om enkele per-
sonen uit te noodigen uit den voornamen stand
en nu hebben wij een Oranjevereeniging.
Mijns inziens kan er van een vereeniging die
door een onderonsje is opgericht niet veel
verwacht worden. Dat zal iedereen mij toe
geven. Een vereeniging, zooals ook deze
moet op een openbare algemeene vergadering
door de burgerij worden opgericht, die wijst
de mannen aan die voor het organiseeren van
feesten enz. de geschikste zijn en dan kan er
gesproken worden van een plaatselijke Oranje
vereeniging.
Hoek, September 1936.
ORANJEMAN.
8.
Vergadering van Dinsdag 8 September 1936
des namiddags half twee uur.
Voorzitter: de beer S. van Hoeve, Burge-
meester.
Tegenwoordig de leden: A. de Feijter, A.
de Koeijer, J. de Visser, D. G. Koopman, F. C.
Wisse, M. Florosse, K. Hamelink, C. Maas, A.
Haak, H. de Feijter en C. de Jonge, benevens
de Secretaris J. Stolk Lzn.
5.
VaststelUng wijziging der verordening
tot heffing van keurloonen in de ge-
meenten Axel, Zaamslag, Boschkapelle
Koewacht, Overslag en Zuiddorpe.
In de vergadering van 5 November 1935
werd op uitnoodiging der gemeente Axel
vastgesteld eene wijziging der keurloonen.
Wij schreven aan het gemeentebestuur van
Axel dat dit beSluit o.i. eene bepaling had
dienen in te houden wanneer de wijziging in
werking trad.
-Het gemeentebestuur van Axel schnjft ons
thans van Gedeputeerde Staten het verzoek
te hebben ontvangen om alsnog in die ver
ordening een datum van inwerkingtreding op
te nemen.
Mitsdien stelt het voor een artikel 2 in
cpgemelde wijziging op te nemen luidende:
iDeze wijziging treedt in werking acht
dagen na de Koninklijke goedkeuring.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
aldus te besluiten.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
6. Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot het geven van ontheffing
op de hondenbelasting dienst 1936.
Naar aanleiding van verzoeken van W. van
Vessem, A 130, en C. Scheele, C 117, hou-
dende mededeeling dat hun hond in het eer-
ste halfjaar 1936 is overleden stellen Burge
meester en Wethouders voor aan belangheh-
benden eene ontheffing te verleenen van
?,50.
Burgemeester en Wethouders stellen mede
voor oninbaar te verklaren f 1 ibelasting voor
een hond van L. Willemsen en Wed. W. Dek-
ker, welke honden eveneens zijn gestorven.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
7. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot het aanvragen om ontheffing
als bedoeld in alinea 2 van art. 179 der
Gemeentevet.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
te nemen het navolgende besluit:
De raad der gemeente Zaamslag,
overwegende dat art. 179, tweede lid der
Geimeentewet den raad voorschryft, de amb-
ten en betrekkingen in dienst der gemeente
aan te wijzen, welke met uitsluiting van
andere gegadigden slechts kunnen worden
vervuld door militairen of gewezen militairen,
die ingevolge een wettelijke regeling aan-
spraak hebben op benoeming tot ambtenaar
in dienst van een der lichamen, genoemd in
artikel 3 en 4 der pensioenwet 1922 (Stbl.
240);
dat de Koningin op verzoek van den raad
in het belang van de daarbij betrokken ge
meente, van deze verplichting ontheffing kan
verleenen;
dat de ambten en betrekkingen in dienst
dezer gemeente buiten die vallende onder
art. 224, 5e lid der Gemeentewet geen an
dere zijn dan de volgende:
gemeente-secretaris, gemeente-ontvanger,
ambtenaar van den burgerlijken stand, amb
tenaar ter secretarie, gemeente-bode, gemeen-
te-werkman, gemeente-architect, gemeente-
geneesheer, klokkenist, klokluider en onder-
wijzend personeel der openbare lagere school;
dat deze ambten en betrekkingen naar het
oordeel van den raad er geene zijn, welke
voor aanwyzing ingevolge het bepaalde in
art. 179, tweede lid der Gemeentewet in aan-
merking komen;
besluit
aan Hare Majesteit de Koningin ontheffing
te vragen van de verplichting, opgelegd in
art. 179, tweede lid, der Gemeentewet.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
Verzoek van de Zeeuwsch-Vlaamsche
Slagersbond om bijdrage in het tekort
cursus 1936.
Ingekomen is het navolgende verzoek:
Ondergeteekenden P. J. de Theije en Z. C.
Eckhardt respectievelijk ondervoorzitter en
secretaris van de Zeeuwsch-Vlaamsche Sla
gersbond te Ter Neuzen, verzoeken uwen raad
beleefd tegemoet te willen komen in het na-
deelig saldo der exploitatierekening van de
Worstmakerijcursus, welke is gehouden te Ter
Neuzen.
Het tekort over veertien leerlingen waarvan
er een uit de gemeente Zaamslag heeft deel-
genomen bedraagt f 6,98, dus per leerling
ongeveer 8,35.
Onze berekening was gebaseerd op reeds te
ontvangen subsidie, volgens artikel 25 der
Nijverheidsonderwijswet, doch deze subsidie
kan eerst over bet jaar 1937 worden verkre-
gen voor een eventueele nieuwe cursus.
Volgens beschikking van den raad der ge
meente Ter Neuzen d.d. 1 Augustus 1.1. is in
zljne vergadering van 28 Juli besloten in het
tekort een bijdrage te verleenen van f 23,39.
Door iedere leerling is reeds 35 cursusgeld
bijgedragen.
Beleefd verzoeken wij uwen raad gunstig op
het gevraagde tekort te willen beslissen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
aan opgemelde slagersbond uit te betalen een
bedrag ad 8,35.
iDe heer HAAK meent, dat waar een zoo
luttel bedrag van de gemeente wordt gevraagd
en de betrokkenen zelf bovendien zich een uit-
gaaf van 35 hebben getroost om aan den
cursus deel te nemen, er niets tegen is, te hel-
pen om het bestaande tekort te dekken. De
menschen hebben er veel voor over gehad, in-
dien zij zelf 35 cursusgeld betaald hebben.
Men kan moeilijk de lasten van het tekort dan
ook nog eens op de cursisten gaan verhalen.
Hij acht het juist gezien van Burgemeester en
Wethouders, indien deze helpen, dit tekort te
n
Met algemeene stemmen wordt het voorstel
van Burgemeester en Wethouders aange
nomen.
9. Aanbieding gemeente-rekening dienst
1935.
Burgemeester en Wethouders leggen aan
den raad over de gemeente-rekening dienst
1935, sluitende in ontvang en uitgaaf gewonen
dienst op 104.212,95 en f 95.572,80 met een
batig saldo 8640,15 en den kapitaaldienst in
ontvang en uitgaaf op f 17676,28 en 17673,50
met een batig slot van 2,78.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
deze bescheiden te stellen in handen van de
commissie van onderzoek ten einde te dienen
van bericht en raad.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
10. Afkoop gebruiksvergoedjng lagere scho-
len ingevolge art. 205ter der L. O.-we
1920.
Ingekomen is het navolgende schrijven.
Ingevolge art. 205ter der lager onderwys-
wet 1920 heeft het bestuur van de vereeniging
tot bevordering van Gereformeerd lager
schoolonderwijs alhier de eer U te verzoeken
de jaarlijksche gebruiksvergoeding, zooals die
ingevolge art. 205 dier wet voor de terremen
en gebouwen van de van genoemde vereeni
ging uitgaande scholen voor gewoon lager
onderwijs te Reuzenhoek C 41 en te Othene
D 123 tot op heden werd genoten, te willen
vervangen door een uitkeering ineens van
80 der ingevolge art. 205 geschatte waarde
van terreinen en gebouwen, bedragende voor
Reuzenhoek f 8500 en voor Othene 3200.
Bij opgemeld artikel 6 is tusschen artikel
205bis en 206 der Lager Onderwijswet 1920
een nieuw artikel 205ter ingevoegd, luidende:
De besturen van bijzondere lagere scholen,
bedoeld in artikel 205, kunnen voor 1 Aug.
1936 aan het bestuur der gemeente, waar de
school gevestigd is, het verzoek doen, om ter
vervanging van de jaarlijksche vergoechng, be
doeld in het eerste lid van dat art. een uit-