Am
i 15 !I!"
Dam- en Schaakrubriek
Pluimve e-R ubriek
mmi
i m,
wm&m
DAMMEN.
SCHAKEN-
VOETEN G-EZWOL.LEN DOOR
RHEIJMATIEK.
Nu tennist hij weer.
,,Twee jaren geleden kreeg ik pijn in mijn
voeten, die steeds erger werd. Ik probeefde
electrische stroomen, massage, hetgeen niet
hielp. Nu een jaar geleden raadde men mij
aan een proef met Kruschen Salts te nemen.
De verbetering trad als het ware onmiddellijk
in, tocb verdwenen de pijnen en zwellingen
in mijn voeten slechts geleidelijk. Na zes
maanden verbaasde ik mijn vrienden, doordat
ik weer lange wandelingen kon maken. Nu
speel ik al weer tennis. Ik ben nog jong en
U zuit zich kunnen indenken, wat het voor mij
beteekend zou hebben, voor altijd kreupel te
moeten zijn. Ik zal er steeds dankbaar voor
blijven, dat men mij raadde Kruschen Salts
te nemen". C. W. te S.
Rheumatische pijnen vinden hun oorzaak in
een overmaat van urinezuur in het lichaam
Dit gevaarlijke urinezuur ontstaat door afval-
producten, die zich door onvoldoend werkende
afvoerorganen in het lichaam hebben opge-
hoopt. Kruschen Salts spoort deze afvoer
organen aan tot krachtiger werking, waar-
door de afvalstoffen zullen worden verwijderd.
Met de oorzaak zal ook de pijn verdwijnen.
Maar dit niet aHeen, ook de geheele gezond-
heidstoestand zal verbeteren. Ldsteloosheid
en vermoeidheid zullen plaats maken voor
energie en uithoudingsvermogen en men zal
zich jaren jonger voelen.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle apothekers) en erkende drojgisten
f 0.90 en f 1.60 per flacon, omzetbelasting
inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de
flesch, zoowel als op de buitenverpakking, de
naam Rowntree Handels Maatschappij, Am
sterdam, voorkomt.
Adv.
wel is besloten, dat degene, die na Kaijser
bouwde, daar ter plaatse een zinkput zou moe
ten leggen. Zooals hij al heeft gezegd, konden
Burgemeester en Wethouders Kaijser destijds
daartoe niet verplichten. Het is geen gemeen-
tegrond, doch een poldersloot, waarop de zink
put uitmondt, zoodat ten slotte de dijkgraaf
van den Koudepolder daarover meer te zeggen
heeft dan de gemeente.
De heer SCHEELE merkt op, dat de voor-
geschiedenis hiervan zich heeft afgespeeld
onder het oude college van Burgemeester en
Wethouders. Spreker was, bvenals de heer
Jensen, van meening. dat een toezegging zou
zijn gedaan. Zooals de heer Meert^ns heeft
opgemerkt, is het billijk, dat, indien de betrok-
kenen een teeken van goeden wil geven, zij
ook iets tegoed hebben. Indien evenwel zulke
eischen onvervulbaar worden, dan kan men
daarop niet ingaan. Spreker acht de houding
van Burgemeester en Wethouders hierin cor
rect.
De heer JANSEN was van meening, dat be
sloten zou zijn, dat Pladdet 2/3 van de kos-
ten van aanleg van den zinkput vergoed zou
krijgen.
De heer HAAK merkt op, dat dit niet het
geval was. Burgemeester en Wethouders zijn
genegen een billijke vergoeding te geven,
waarmede de man dan geholpen zou zijn.
De neer JANSEN is er ook voor, dat een
billijke vergoeding wordt gegeven; hij meende
evenwel, dat besloten was zooals hij hiervoor
reeds heeft gezegd.
Hij had gedacht, dat besloten was, dat Bur
gemeester en -Wethouders deze keer regelend
.zouden optreden. Indien dit niet het geval is,
is hij hierin abuis.
d. De heer DEN HAMER dacht, dat op de
agenda voor deze vergadering een post zou
voorkomen voor crisissteun B. Het eerste
halfjaar is bijna verstreken en er heeft nog
geen uitkeering plaats gehad.
De SECRETARIS merkt op, dat deze post
op de begrooting staat.
De heer t)EN HAMER meende, dat hierover
niet gesproken zou behoeven te worden.
De SECRETARIS antwoordt, dat" de post,
die op de begrooting is uitgetrokken, ruim vol-
doende is.
De VOORZITTER merkt op, dat het thans
toch ook zomer is.
De heer DEN HAMER antwoordt, dat men
het eigenlijk nog zou kunnen beschouwen alsof
het winter was. Het is thans in het drukst
van het seizoen en er zijn nog heel veel men-
schen, die van November af werkloos loopen.
433.
Na de ,,prdblematieke" drukte der laatste
maanden gaan we nu weer eens wat meer
tijd besteden aan het pantij'spel. Om te be-
ginnen een kort, maar hoogst leerzaam par-
tijtje, deize week door twee „oude tegenstan-
ders" gespeeld.
Wit: G.
1. 33i28
2. 3933
3. 4439
4. 31'27
5. 3731
Zwart. K.
18—23
12—18
7—12
17—21
20-24
Ben bekende variant der Hollandse opening.
6. 31—26 1—7
7. 26X17 11X31
8. 36X27 711
9. 34—30 11—17
10. 30—25 17—21
11. 40—34 1420
Deze uiiitruil is hier nodig om de zwarte
lange vleugel in het spel te brengen.
12. 25X14 9X20
13. 3430 4—9
14. 30—25 10—14
Ook 27 of 2126 is speelbaar, maar dan
gaat de sterke centrumschijf 9 van het bord,
hetgeen in deze klassieke standen veelal
nadelig is.
15. 5044 2—7
16. 41—37' 7—11
17. 4641 11—17
18. 41—36 6—11
Zwarts laatste zet, op het eerste gezich,
zwak, is een gevolg van tempoberekening.
Wit moet nu tot 4440 komen, dat hij zo
lang mogelijk heeft uiltgesteld. Daarna pas
ruilt Zwart met 2429 op het „kerkhof".
19. 3731 21—26
•20. 44—40 26X37
21 42X31 17—21
22. 3126 11—17
Thans is de positie ontstaan, welke zwart
bij zijn 18e zet voor ogen had.
23. 47—42 24—29
24. 33X24 20X29
Speelt Wlit nu 3933, dan laat Ziwart vol
gen 2934 en 23X34, om daarna op Wit 35
30(?) door te gaan met 3440; 1420 en
18X40 met dooribraak naar dam.
Bovendien dreigt Zwart na de tekstzet
20X29 met 1822; 812 en 13X44. De nu
volgende afruil maakt aan alle combinaties
een eind.
25. 40—34 29X40
26. 45X 34? 1520?
De SECRETARIS merkt op, dat, indien het
crisiscomite een post noodig heeft, het deze
moet aanvragen.
De heer DEN HAMER dacht, dat Burge
meester en Wethouders hiervoor zorgden.
Hierop heeft het crisiscomite dan ook ge-
wacht.
De SECRETARIS antwoordt, dat hij geen
mandaat opmaakt, indien er hem niet om ge-
vraagd wordt.
De VOOiRZITTER meent, dat tegen den
winter eerst de gelden zouden worden ver-
strekt.
De heer DEhJ HAMER licht toe, dat ge-
voonlijk de uitkeering in 2 posten wordt ge
geven; een in het voor- en een in het najaar.
Dc heer HAAK wijst er op, dat een bedrag
voor het crisiscomite op de begrooting staat.
Indien dit gelden noodig heeft, kan het deze
aanvragen. Het ligt Xuet op den weg van
Burgemeester en Wethouders, dit te gaan
aanbieden.
De heer DEN HAiMER was van meeniug,
dat deze op de girorekening van het crisis
comite zou worden overgeschreven. Blijkbaar
is het crisiscomite hiervan zelf niet op de
hoogl e.
e. De heer DEN HAMER wijst er op, dat
er weinig menschien van de gemeente in de
werkverschaffing werken. Er kunnen 18 man
gaan, doch, naar hem blijkt, werken er thans
slechts 5.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders hebben besloten,
slechts 55 menschen uit te zenden, omdat de
begrooting niet toelaat dat meerderen uitge-
zonden worden.
De heer DEN HAMER vraagt Burgemees
ter en Wethouders of het wel vol te houden
is met een dergelijke handelwijze voort te
,gaan.
De heer DEN HAMER vraagt, of het Ms
vol te houden, op deze wijze verder te gaan.
Vorig jaar werden alleen de menschen met
eigen huisjes afgetrokken, thans is men al
zoover, dat ook degenen, die een huisje op
interest hebben, aftrek moeten ondergaan.
Spreker acht het beter, de menschen op een
fatsoenlijke manier te behandelen, en dan
van wege de gemeente maar een beetje eer-
der armlastig te worden dan nu het geval za1
zijn. Men kan er toch naar streven, 99 ver
goeding van het rijk te krijgen, men moet dan
nog een beetje meer controle van Gedeputeer-
de Staten ondervinden, doch er komt dan meer
geld in kas, waarmede een zekere groep toch
ook weer geholpen is. Spreker gelooft niet,
dat het mogelijk is, op deze wijze voort te
gaan.
De VOORZITTER merkit op, dat, indien
Burgemeester en Wethouders thans ineens 18
man in de werkverschaffing zouden zenden,
de begrooting zoo te zeggen de volgende week
overschreden zou zijn.
De heer HAAK deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders hebben besloten, 5
menschen uit te sturen. 5 man gedurende 45
weken maakt 225 man-weken, waarin wordt
uitgekeerd 225 X f 11,85.
De raming voor 1936 is geweest, dat indien
hetzelfde aantal menschen zou zijn uitgestuurd
geworden als in 1935, men dan zou hebben
uit te keeren 2750 werkweken aan f 11,85.
Aan steun moet dan uitgekeerd worden, indien
de menschen niet in de werkverschaffing gaan
2750 X 6 is 16.500. Indien het geheele jaar
door 5 menschen in de werkverschaffing loo
pen, heeft men aan steun uit te keeren
2750 225 is 2525 man-weken a 6 is
totaal f 15.150. Hierbij gerekend de uitkee
ring die de gemeente moet doen aan de men
schen die in de werkverschaffing loopen,
komt men aan een totaal van 17850, en is
de begrooting dus reeds iets overschreden.
14 dagen geleden hebben Burgemeester en
Wethouders een en ander nauwkeurig nage-
gaan en onderzocht of het mogelijk zou zijn,
meer menschen naar de werkverschaffing te
zenden, dit zal misschien wel mogelijk zijn,
doch 18 personen er heen zenden zal niet
gaan.
De heer DEN HAMER meent, dat dit we!
zou lukken, indien van Gedeputeerde Staten
100 in de steunuitkeering werd gevraagd.
De heer HAAK merkt op, dat vorig jaar
was besloten de steunuitkeering door te laten
loopen. Men was hiermede nog niet lang voort-
gegaan, toen van regeeringswege werd ge
vraagd, hoe dit kwam. Meer te bejammeren
vindt spreker het feit, dat de raad niet ge
negen bleek, de geneesheerswoning aan Dr.
27.
28.
34—30
39—33
20—24
5—10
ZWART 1
16
26
WIT 47 48 49 50
Zwarts stand is niet erg gunstig. Hij
speelt nu op een zetje om zich te bevrijden,
maar Wit heeft een verrassing in petto! Men
beproeve eens het hele slagverloop (11 zetten
diep) voor het bord te ,,zien".
29. 4237! 2429?
Het begin van een foutieve combinatie.
30. 33X24 17—22
31. 28X17 gedw. 23—28
32. 32X23 21X41
33. 36X47 18X20
34. 2621
De verrassinig!
34. 16X27
35. 43—39! 12X21
36. 38—32 27X38
37. 39—33 38X29
38. 30—24 19 X 30
39. 35X4
Zwart gaf op.
Ten slotte een opgave voor onze lezers:
Wamneer had Zwart in deze partij de winst
van een schijf kunnen forceren?
Antwoord volgende week.
Damclub.
De leden van de toekomstige damclub heb
ben onlangs geoefend. De opkomst was meer
dan bevredigend, zodat nu reeds vaststaat,
dat de stichting van een flinke vereniging
verzekerd is.
Volgende week staat er weer een oefen-
avond op het programma en wel Donderdag
11 Juni om half acht. Mondelinge kennis-
geving volgt nog.
Nieuwe leden kunnen zich wenden tot den
heer J. Kaan Dz., Donze Visserstraat 83, die
Leenhouts te verkoopen. Dit scheelt de ge
meente een 410 per jaar. Dr. Leenhouts
wilde de woning koopen voor 3500, gekapi-
taliseerd zouden de meerdere inkomsten en
mindere uitgaven voor de gemeente een rente
opbrengen van een kapitaal van f 10500.
Die 410 is men thans meer kwijt, dan in
dien Dr. Leenhouts de woning had gekocht.
De gemeente had dan een 120 Personeele
belasting getrokken, en minder moeten betalen
4 rente van 3500 is 140, een minder
onderhoud gehad van f 150, totaal 410, het
geen neerkomt op een rente van f 10.500. En
met die 410 had de gemeente een f 1600.
meer uitkeering kunnen krijgen.
De heer DEN HAMER is van meening, dat
80 wordt uitgekeerd.
De SECRETARIS deelt mede, dat dit is
verminderd en thans bedraagt 77.3
De heer HAAK merkt op, dat vroeger wera
uitgekeerd 80.7
De heer DEN HAMER is van oordeel dat
wat betreft de werkloosheid, van geheel Zee-
land de gemeente Hoek wel aan den top staat.
Daarom is hij ook van meening, dat het niet
vol te houden zal zijn, men mag zooveel be-
zuinigen als men maar wil, het slot zal toch
zijn, dat de gemeente armlastig wordt. Men
kan daarom beter een beetje beter steun
geven, en dan in godsnaam maar armlastig
worden.
Als de gemeente er niet kan komen, kan
zij toch van Gedeputeerde Staten een bijdrage
vragen tot 99 en dan is zij nog niet arm
lastig. Men heeft voor die 99 natuurlijk
van Gedeputeerde Staten nog een beetje meer
toezicht en nog een beetje meer aanmerkin-
gen te ondergaan.
De heer HAAK wijst er op, dat, indien men
van overheidswege een controle op de ge-
meentefinancien zou fcrijgen, er geen 5 ct.
de deur uit kan, zonder dat er goedkeuring
voor verleend is.
De heer DEN HAMER merkt op, dat de ge
meente Boschkapelle toch ook armlastig is.
Uit deze gemeente werken er 20 tot 25 men
schen in de werkverschaffing. Een tijd ge
leden gingen er van hier 12, dit is nu ver
minderd tot 5 a 6. Er zijn op het oogenblik
menschen in de gemeente, die 7 A 8 maanden
werkloos loopen. en moeten leven van een
steunuitkeering van een gulden of 6.
De heer HAAK kan dit ook bejammeren.
De heer SCHEELE merkt op, dat de ver-
koop van het huis van den dokter dient be-
schouwd te worden als een zelfstandige zaak.
Spreker vindt het niet fair van den heer
Haak, dat deze die kwestie thans in het ge-
ding brengt, en van meening is, dat indien
tot verkoop overgegaan was, een meerdere
uitkeering zou kunnen worden gedaan. Dc
verkoop is gestrand op de meening van de
meerderheid van den raad, dit zijn feiten die
wel meer voorkomen.
De meerderheid van den raad was van idee,
dat het bedrag, dat voor den verkoop van de
geneesheerswoning zou kunnen gekregen
worden, te laag was. Hij vindt het dan ook
niet fair, dat Burgemeester en Wethouders
den raad op die wijze de verantwoordelijkheid
in de schoenen schuiven, en er op wijzen, dat
dan de uitzending in werkverschaffing beter
zou kunnen geschieden.
Spreker acht deze zaak een zeer moeilijke
aangelegenheid. Hij is er niet voor, dat de
gemeente onder controle zou komen te staan.
Hij vraagt, of de mogelijkheid niet zou be-
staan, te trachten een hooger subsidie te krij
gen dan 77,3 Indien die bijdrage iets naar
boven kon, zou er een mogelijkheid zijn, an-
ders ziet hij ook geen lichtpunten.
De heer A. MEERTENS merkt op, dat
Burgemeester en Wethouders hebben nage-
gaan, dat vooraan in Mei j.l. 10779,35 meer
aan steun was uitgekeerd dan over dezelfde
periode in het vorig jaar. De bedoeling van
den heer Haak is geweest, er op te wijzen,
dat de gemeente die f 410 thans kwijt is, ter-
wijl men die in het andere geval had kunnen
verwerken, en daardoor wellicht een hooger
subsidie, in ieder geval een grooter bedrag
zou hebben gekregen
Hij vraagt: wat heb je er aan, dat er een
gebouw van de gemeente staat, waar je ge-
regeld aan toe moet dragen, en waarvan je
geen cent trekt. En dat is thans zoo. De ge
meente moet het gebouw onderhouden, en
trekit er niets van terwijl, indien het verkocht
was geworden, de gemeente met die f 400 die
ze meer ter beschikking zou gehad hebben,
wellicht eenige percenten meer van het rijk
zo bereidwillig is geweest, de regeling der
oefenavonden tijdens de zomermaanden op
zich te nemen.
Men onderscheidt open en gesloten spel.
Gewoonhjk wordt gezegd, dat een open spel
zich kenmerkt door de zetten e2e4 en e7
e5, terwijl in een gesloten partij die zetten
niet, of althans zeer laat worden gespeeld.
Dat is echter niet de hoofdzaak. Het gaat
erom, dat in een open partij in het centrum
lijnen geopend worden, terwijl in een gesloten
partij dat niet gebeurt. Daarom kan (bij uit-
zondering) wel eens een met e4e5 geopende
partij een gesloten karakter krijgen, en dit
juist het geval in de partij, die wij hier laten
volgen.
Spaansche Partij.
Wit: Teichmann. Zwart: Rubinstein.
Karlsbad 1911.
1. e2e4
2. Bgl—f3
3. Rfl—b5
4. Rb5a4
5. 0—0
e7e5
Pb8c6
a7a6
Pg8—f6
Rf8—e7
Aangezien Zwart met Pe4: geen pion wint,
komt het in aanmerking, het slaan aohter-
wege te laten. Daarmee ontstaat wat men
noemt de gesloten variant der Spaansche
partij. Een voorzichtig, dikwijls zeer lang-
durig manoevreeren is daar een verschijnsel,
dat voor vele spelers moeilijkheden oplevert.
6. Tfl—el
Hier kan ook Pc3 geschieden. Maar Wit
heeft het plan, na zijn door Zwart versmaden
e-pion gedekt te hebben, voort te gaan met
c2c3 en den raadsheer, indien door r 05 ver-
dreven, naar c2 terug te trekken. Indien
mogelijk, kan dan later d2d4 volgen, waar-
door wellicht het spel geopend wordt, maar
ook kan Wit de gesloten behandeling volhou-
den, en zich tot d3 beperken.
6. <t>7'b5
Dit geschiedt nu, omdat Wit anders c3
speelt en den raadsheer dan onmiddellijk naar
c2 kan spelen. Er moet trouwens iets worden
gedaan tegen Rc6: en Pe5:, wat nu wel dreigt,
daar e4 door Wit is gedekt.
7. Ra4—b3 d7—d6
8. c2c3 00
Langzaam en solide spel beiderzijds.
9. d2d3
Hier kan ook d2d4 geschieden, waarop
Zwart met Rg4 den d-pion, dan onvoldoende
gedekt, aanvalt. Om Zwart geen kans te
geven, wordt d3 gespeeld, en zoo een totaal
gesloten stand gemaakt.
zou hebben kunnen krijgen. De gemeente is
thans verplicht zich strikt aan de begrooting
te houden. Zooals men zooeven heeft kunnen
zien, wordt die 50 van de subsidie van het
muziek ook niet goedgekeurd. Men zit hier
met 2 werkmenschen, twee boeren en 2 bur
gers, doch geen van alien ziet er een uitweg.
Indien er een gevonden kan worden zal spre
ker gaarne helpen.
De heer DEN HAMER wijst er op, dat vorig
jaar 80 bijdrage werd ontvangen, doch
thans slechts 77 Het lijkt er wel op, of,
hoe meer men bezuinigt, hoe meer men ge-
kort wordt. Andere gemeenten, die in moei
lijkheden zitten, krijgen bij, terwijl er hier
nog steeds af gaat.
De heer A. MEERTENS herhaalt, dat de
gemeente verplicht is, zich aan de begrooting
te houden.
De heer DEN HAMER merkt op, dat toch
getracht kan worden, 99 uitkeering van
Gedeputeerde Staten te verkrijgen. De heer
Haak zegt nu wel, dat de gemeente dan nood-
lijdend is, doch voor 14 dagen heeft spreker
dit door den wethouder van Middelburg, den
heer Onderdijk, hooren uite-enaetten, en hij
blijft bij zijn meening, dat hoe minder men
schen men in werkverschaffing zendt, en hoe
meer men bezuinigt, hoe minder ook de uit
keering van het rijk zal bedragen. Spreke'
is er voor, er zooveel te laten gaan als moge
lijk is.
De heer HAAK deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders een en ander nog
ernstig onder het oog zullen zien. Ten opzichte
van de meening van den heer Scheele, dat het
zijnerzijds minder fair was, te wijzen op
de meerdere inkomsten die door verkoop van
de geneesheerswoning beschikbaar zouden ge-
komen zijn, merkt hij op, dat hij hier feiten
heeft genoemd.
De heer J. A. MEERTENS heeft voor deze
rondvraag nog een kleinigheid, en wel omtrent
het schrijven van de regeering betreffende de
voorwaarden voor aanbesteding. Spreker is I
van meening, dat, indien de gemeente be-
paalt, dat bij een aanbesteding menschen uit
de gemeente moeten genomen worden, men
haar daarover nooit hard zal mogen vallen.
Niet dat hij hard voor dergelijke voorwaar
den is; spreker is er voor, dat alles vrij is.
Hij meent evenwel te mogen opmerken, dat de
provincie zelf voor sommige werken op som-
mige plaatsen toch den maatreggl wel toe-
past, die thans is gewraakt. Voor Provinciale
werken althans zijn dergelijke dingen wel
voorgekomen.
iSpreker is van meening, dat b.v. aan den
weg PhilippineDriekwart zoowel menschen
van Zaamslag als van Koewacht hadden kun
nen werken, doch dit werd niet toegestaan.
Nu schrijft de regeering zelf aan de gemeen
ten, dat zulks niet moet gebeuren, dus schrij
ven zij een maatregel voor, die ze op zichzelf
niet van toepassing achten. Ook in de rijks-
bestekken komen dergelijke bepalingen voor.
Immers wordt meermalen voorgeschreven, dat
bij een werk materialen zullen worden ge-
bruikt, die alleen bij een zeer bepaalden
leverancier verkrijgbaar zijn, inplaats van
voor te schrijven, dat gebruikt zullen worden
materialen van dat en dat gehalte, en met
die en die analyse. Het komt spreker voor,
dat men in anderen de fouten niet mag laken,
die men zelf begaat.
De VOORZITTER merkt op, dat de heer
Meertens lid is van Provinciale Staten, en
aldaar die omstandigheid beter kan uiteen-
zetten dan hier.
De heer J. A. MEERTENS antwoordt, dat
het daarom niet gaat, de bestekken worden
uitgemaakt door Gedeputeerde Staten met be-
hulp van het techniseh personeel. Het gaat
er bij hem alleen om, dat het een eigenaardige
houding is, dat aan de gemeenten geschreven
wordt, dat iets niet gewenscht is, terwijl men
die fouten zelf begaat.
De heer HAAK meent, dat hier toch wat
anders wordt bedoeld dan de heer Meertens
op het oog heeft. Het kan voorkomen, dat,
indien alleen in de gemeente zelf ingeschreven
wordt, men weet, dat er geen concurrentie te
duchten is, en de prijzen te hoog stelt. En om
dat te voorkomen is het schrijven van den
Minister tot de gemeenteraden gericht.
De heer A. MEERTENS meent, dat het
goed is, dat de regeering dan ook in die din
gen voorgaat.
De heer J. A. MEERTENS verwondert het
toch.
De VOORZITTER sluit de vergadering.
Vragen, deze rubriek betreffende,
kunnen door onze abonne's worden
gezonden aan Dr. Te Hennepe,
Heemraadsingel 84 te Rotterdam.
Postzegel voor antwoord insluiten
en blad vermelden.
TEENEN EN VEERENPIKKEN
BIJ KUIKENS.
Deze week ontving ik twee brieven omtrent
een zeer leelijke gewoonte van kuikens, n.l.
het teenenpikken. Deze brieven luiden:
„Ik heb 70 kuikens, ze zijn drie weken oud.
Ik voer opfokvoer en kuikenzaad, ze krijgen
volop groen en hebben een hok van 4 bij 2 M
en nog een flinke loop er bij. Ze beginnen
nu met teenenpikken, meestal de achterste
teen" en ik heb er ook bij die beenzwakte
hebben, die zakken door de pooten. Wat is
daar aan te doen?"
„Ik heb 320 kuikens, 5 weken oud, goed
gezoud. De hanen heb ik er al van verwijderd
en ze zijn bezig teenen te pikken, toen ze een
week oud waren deden ze het ook zoo nu en
dan. Als het zoo ver is dat ze bij een bloed
zien dan wordt hij door de geheele koppel
afgemaakt. Gisteren hebben zij er twee ver-
scheurd en de derde heb ik er uit genomen,
die had ook al een rauwe vleugel. Ik heb
laten broeden door mijn eigen kippen en er
nooit last van gehad. Het voer is hetzelfde
van andere jaren. Is er wat aan te doen?"
Het is natuurlijk niet mcrgelijk om zonder
een nauwkeurig onderzoek ter plaatse te
beoordeeleh wat de oorzaak van het teen-
pikken is, doch ik kan wel een aantal oor-
zaken opgeven zoodat eigenaars van kuikens
daarop kunnen latten.
Kuikens hebben over het algemeen de nei-
ging aan van alles wat opvalt te pikken,
witte stukjes op den grond, veertjes en vooral
ook de kuikenmerkjes van alluminium die in
de vleugels gedaan worden. Als het aangepikte
niets eetbaars is houden zij er spoedig mee
op, doch als het aangepikte week is en vooral
als er bloed bij het pikken los komt, dan
wordt het pikken steeds erger. Zoo vallen
ook de gele teenen der kuikens gauw op,
vooral als er veel licht opvalt en worden
aangepikt, evenals staartveeren en vleugel-
hoeken.
Bij jonge nog ontwikkelende veeren komt
al gsuw bloed vrij, doch ook bij de teenen
volgt gauw bloeding en als er eenmaal een
bloederig plekje is, vooral bij een zwak kui-
ken valt de geheele bende er op aan. Ik zou
haast zeggen dat pikken is een normaal ver
schijnsel, doch het wordt sterk in de hand
gewerkt door twee oorzaken: le overbevol-
king en 2e onjuist voedsel.
Als er te veel kuikens in een bepaalde
ruimte bijeen zijn kan men haast altijd er op
rekenen dat ze elkaar gaan pikken en dan is
het uiterst gevaarlijk als er ergens bloed te
zien komt. Het kwaad verspreid zich dan
uiterst snel en kuikens en kippen blijken dan
ware kannibalen te zijn die elkaar opeten.
Men kan daartegen drie middelen toepassen.
Meer ruimte te geven, de aangepikte plekken
met teer aansmeren of het glas der ramen
rood verven. Bij rood licht zien ze het bloed
niet meer.
Het pikken kan echter ook ontstaan door
een gebrek aan bepaalde stoffen in het voer.
De dieren zoeken dan bij instinct deze stoffen
op te sporen. Dit ziet men soms heel sterk
in hokken waar de kuikens ruien. In som
mige hokken vindt men geen enkel veertje
omdat deze direct gretig door de kuikens
opgegeten worden. In dat geval raad ik aan
het kuikemvoer te mengen met levertraan,
gist en mineralen, waarvan er verschillende
mengsels in den handel zijn. Ook groenvoer
kan een gunstige invloed hebben.
Men moet verder nog op een andere oor
zaak letten, n.l. parasieten. Als de kuikens
ldlzen hebben gaan ze zich zelf vagk pikken
en dat zien de anderen en beginnen dan ook
te pikken.
Ziedaar eenige oorzaken die tot pikken
aanleiding geven. Ieder voor zich moet nu
probeeren er aohter te komen wat bij hem
de oorzaak is en aan de hand daarvan een
der beschreven middelen toepassen.
Nadruk verboden.
Dr. B. J. C. TE HENNEPE.
9. Pc6a5
10. Rb3c2 c7c5
Zoo heeft Zwart zich tegenspel op den dame-
vleugel verschaft. Ook na d4 zou dit gebeurd
kunnen zijn, versterkt door Rg4, terwijl dan
het zwarte paard naar c4 kan gaan.
11. Pbld2 Pa5c6
Het paard doet aan den rand toch niets;
nu kan het helpen, de velden b4 en d4 te be-
strijken.
12. a2a4
Eten maneuver, dat bijna steeds voorkomt
in de Spaansche partij, wanneer Zwart a6 4n
heeft gespeeld. Zwart heeft de keus, b5b4
te spelen, wat hier niet goed gaat, daar het
veld c4 dan zwak wordt, of den pion op b5
laten staan. Dan moet echter de dreiging ab5:
worden opgeheven door Tb8 of door het dek-
ken van den toren.
12. Rc8b7
Ook Re6 is goed.
13. Pd2—fl Dd8-^c7
14. Pfl—g3 g7g6
Om het paard niet op f5 te laten komen.
Rh6 wordt eenvoudig beantwoord met Te8
en Rf8.
15. Rclg5 Ta8d8
16. a4Xb5 a6Xb5
•De eerste pion die wordt geruild de eerste
lijn die wordt geopend.
17. Ddl—cl
Dekt den raadsheer, wat later in de partij
te pas komt.
17Tf8e8
Terstond Ta8 was logischer.
18. h2h3 Td8a8
19. TalXa8 Tf8Xa8
Nu is per slot van rekening de open a-lijn
in het bezit van Zwart, die er niet veel kan
uitrichten.
20. Pf3h2 Rb7—c8
21. f2f4 Pf6e8
Wit begint terrein te winnen, Zwart zoekt
door ruil zijn spel te vergemakkelijken.
22. f4f5 Re7Xg5
23. DclXg5 Dc7e7
24. Dg5h.6 De7f8
25. Dh6—cl Df8g7
Wit heeft zijn koningin niet geruild, omdat
zij bij een aanval op den koningsvleugel goed
dienst kan doen. Men vergelijke den stand
van de zwarte dame, die eigenlijk niets doet.
26. Tel—fl g6g5
Zwart heeft niet op f5 met zijn pion gesla-
gen, omdat dan zijn koningsvleugel te zeer
ontbloot zou worden. Maar het opspelen van
den g-pion lijkt even erg.
27. Ph2g4
Dreigt door P!h5 een overmacht op den
koningvleugel te krijgen.
27. Pe8—f6
28. Pg4Xf6t
29. h3h4!
Dg7 Xf6
a bcde fgh
Stand na 29. h3'h4!
Door dezen zet opent Wit den weg voor de
koningin naar h6. De pion kan niet genomen
worden. Bijv. 29. gh4: 30. Ph5, Dh8. 31.
Dh6, f6 (het eenige), 32. Pf6:t, Kf7. 33.
Dh7:t en de vrije f-pion doet de rest. Na 30.
De7 volgt ongeveer hetzelfde.
29. h.7h6
Houdt voorloopig de stelling nog gesloten
Wit heeft echter na lang manoeuvreeren een
krachtigen, onweerstaanbaren aanval gekre
gen, weliswaar geholpen door Zwarts 26-en
ZGt.
30. Pg3h5 Df6d8
31. f5f6
Nu dreigt hg5: Zwart is hulpeloos.
31Kg8h7
Dekt h7, zoodat gh4: kan geschieden. Maar
er is geen tijd meer.
32. h4Xg5 Rc8—g4
Zwart verdedigt zich uitstekend, al strijdt
hij voor een hopelooze zaak.
33. Ph5—ig7 Kh7g6
34. Rc2dl Dd8d7
De zwarte verdedfigers worden gedeci-
meerd. Op Rdl: volgt Ddl: en op h5 gebeu
ren catastrophes. Zwart is bijna aangeland
op het punt, dat alle zetten even slecht zijn.
35. Pg7—f5
Dwingend.
35Rg4Xf5
36. e4Xf5t
Zwart geeft op. Kh7, Rh5, hg, Dg5: Tg8,
Dh4 of iets dergelijks is hopeloos.
Ook een positiepartij eindigt gewoonlijk met
een doorbraak. Maar hoe langdurig is deze
voorbereid en hoe minimaal was de fout,
waaraan Zwart zich bezondigde!