ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANOEREN
aspirin/^
Het Mysterie van Giestoid Hail,
No. 9444
MAANDAG 27 APRIL 1936
76e Jaargang
Binnenland
Feuilleton
mttmm. ynsmexxmmnmmmmm
- w* .-■ v. n m ■tohvtowow.w,M,--m-,- iiimi I n linn m maHHHH
TER NEUZENSCHE COURANT
VBONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,55 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige lan ten 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bii vooruittetaling.
if g' efster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20
KLELNE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliehd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgavo.
DIT BEAD VERSCHItINT IEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
KRANS GELEGD OP GRAF VAN YVIJLFN
PRINS HENDRIK.
Vrijdagmorgen vroeg is namens de Kon.
Militaire Sportvereeniging een krans gelegd
in de Nieuwe Kerk te Delft op het graf van
wrjlen Prins Hendrik, die in leven bescherm-
heer van deze vereeniging was.
De krans wend gelegd door kolonel jhr.
Quarles van Ufford en luitenant-kolonel baron
van Voorst tot Voorst.
De krans droeg de jaartallen 18861936.
KONINKLIJK BEZOEK AAN GOEREE EN
OVERFLAiKKEE.
Zaterdag brach'ten 'H.M. de Koningin en
Prinses Juliana het voorgenomen bezoek aan
Goeree en Overflakkee. Het beizioek had een
zeer eentvoudig karakter. De bevolking, die
anders niet gemakkelijk los komt, was zeer
geestdrifitig gestemd. Op verzoek van de Ko
ningin was in verlband met den economischen
toestand van deze landbouwende streek afge-
zien van het organiseeren van grootsche fees-
ten en ontvangsten. Doch juist de eenvoudig-
heid van hat bezoek, gaf aan de ontvangst een
grootere charme, dan de meest sierlijke eere-
poorten en parades hadden kunnen doen. In
elk dorp werden door jongere of oudere meis-
jes bloemen aangeboden en weerklonk de zang
der schooljeugd, terwijl een zangkoor van de
buurtsdhap Achthufeen het ,,Wilt heden nu
treden" zong.
Te Bommel liet de schooljeugd op het „Wil-
helmus" volgen het ,,Dat 's Heeren Zegen op
U daal", dat door de venzamelde bevolking
werd medegezongen.
IH.M. is o.m. te Middelharnis toegesproken
door den burgemeester, den heer Den Hollan
der, vroeger burgemeester te Axel.
De Koningin en de Prinses bezochten het
ziekenhuis te Dirksland, en bleken als verras-
sing voor de zieken uit de residentie bloemen
en geschenken te hebben meegebracht.
Een bijizondere verrassing was voorts ook
de belangstelling die te Stellendam werd bs-
toond voor de roemruchte reddingboot „Ko-
ningin Wilhebnina", welks bemanning onder
leiding van schipper De Jager aan boord daar
van stood opgesteld. H.M. liet de bemanning
persoonlijk aan zich voorstellen, en infor-
meerde naar de buitenlandsche onderscheidin-
gen, die zij (bij verschillende gelegenheden heb-
ben verworven.
Wegens belt minder gunstige weer, werd de
terugreis met de ..Nautilus" niet weer buiten-
gaats gemaakt, en arriveerde H.M. met Haar
gezelschap in plaats van te Hoek van Holland
in de haven van Vlaarddngen, waar de auto s
werden besliegen om den terugtocht naar de
residentie te aanvaarden.
HET BEZOEK VAN DUN PRINS
VON WIED.
Prins Willem von Wied en zijn zoon hebben
Zaterdagmiddag per auto Den Haag verlaten
en zich naar het kasteel Wardentourg bij
's Hertogenlbosch begeven, een bezitting van
de familie van Nagell.
(Heden zouden zij ons land verlaten en naar
Nieuiwied rijden, vanwaar zij zich naar Mun-
etoen zouden begeven.
De prinses von Wied, de dochter van prins
Willem, heeft na een k'ort verblijf op den Rui-
genhoek Donderdag Den Haag verlaten en is
mar Berlijm vertrokken.
TW1BEDE RAMER.
De Tweede Kamer is tegen Dinsdag 5 Mei
te een uur brjeengeroepen in openbare verga-
dering.
Aan de orde is trekking der afdeelingen en
regeling van werkzaamheden.
De waamemende voorzitter zal voorstellen,
in deze vergadering een aanvang te maken
met de beraadslaging over verschillende wets-
ontwerpen en conclusdes van verslagen van
eommissies, o.a. de wetsontwerpen tot wijzi
ging en aanvulling van de nijverheidsonder-
wijswet, wijziging van de wet op de openbare
vervoermiddelen, herziening van de voor-
schriften nppens de toelalting am kosteloos te
pracedeeren, verhaoging van de begrooting
van het staatsbedrijf der artillerie-inrichtingen
voor 1935 aanschafffing en aanmaak werktui-
gen enz.) en oprichting van een N.V. Maat-
schappij voor Industrie-financiering.
HET VOORZITTERSCHAP VAN DE
TWEEDE KAMER.
Naar De Tijd vemeemt, bestaat er in de
R.K. fractie der Tweede Kamer een ernstige
strooming, om prof. Aaltoerse te verzoeken
zich beschlkbaar te stellen als opvolger van
wijlen jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck voor
het voorzitterschap van de Tweede Kamer.
Mocht dit het geval worden, dan schijnt het
voomemen te bestaan voorloopig het voor
zitterschap van de fractie en van de partij te
vereenigen in de persoon van mr. C. M. J. F.
Goseling.
CIRCULAIRE VAN DEN MINISTER VAN
ONDERWIJS.
De schatkist moet op de
kleintjes passen.
De Minister van Onderwijs heeft, volgens
het Handelsblad, den inspecteurs van het
lager onderwijs een brief geizonden, waaraan
wij het volgende ontleenen:
Bij een belangrijken groei van het aantal
leerlingen verzuimt het gemeenjte- of school-
bestuur niet mij ten spoedigste om toepassing
van het tweede lid van art. 56 te verzoeken;
zelfs bereiken mij dergelijke verzoeken reeds
voor een groei welke nog verwachlt moet
worden. In tegenstelling daarmede bereiken
mij bij het terugloopen van het aantal leer
lingen wel zeer sporadiseh verzoekschriften
om toepassing van het achtste lid van art. 28.
Toepassing van deze bepaling werkt, indien
daarmede gewacht moet worden totdat mij de
teruggang van hat leerlingental uit de hij
mijn departement berustende gegevens blijkt,
uit den aard der zaak eerst geruimen tijd na-
dat de inzinking is ontstaan, zoodalt de uit
deze bepaling voortvloeiende mogelijke bezui-
niging onnoodig verschoven wordt.,
Met het oog op den nood der schatkist en
tevens om een juistere verhouding te verkrij-
gen bij de toepassing van de beide genoemde
oorrectie-bepalingen der wet, acht ik het wen-
schelijik, zoo spoedig mogelijk in kennis te
worden gesteld met de gevallen, waarin voor
toepassing van hat achtste lid van art. 28 aan-
leiding zou kunnen bestaan. Ik verzoek u
daarom mij ten spoedigste mededeeling ervan
te doen, indien zich een dergelijk geval voor-
doet.
DE RADIO.
Op 1 April 1936 bedroeg hei; aantal aange-
geven radio-ontvangtoestellen in Nederland
620.839, terwijl het aantal aangeslotenen aan
radiodistributie-centrales 349.934 bedroeg.
In totaal bedraagt het aantal luisteraars
derhalve 112 per 1000 inwoners.
HANDELSACCOORD MET BEEGIe.
De correspondent van het Handelsblad te
Brussel meldde d.d. Zaterdag:
De Nederlandsch-Belgische onderhandelia-
gen over de verlenging van het handelsaccoord
dat, na reeds met drie maanden te zijn ver-
lengd, op 30 dezer afloopt, schijnen meer voe-
ten in de aarde te hebhen dan aanvankelijk
werd aangenomen. Zaterdag j.l. toch was men
van meening, dat zij tegen het einde van deze
week haar beslag zouden krijgen, Thans wordt
echter gemeld, dat het nog niet: zoo ver is en
dat de besprekingen waarschijnlijk nog een
groot gedeelte van de volgende week in beslag
zullen nemen.
Naar het schijnt komen de moeilijkheoen
grootendeels van Bel'gische zijde. Belgie zou
n.l., naar de Brusselsche bladen wel.en te mel-
den, veriangd hebben, dat Nederland de be-
perkingen op den invoer van Belgische land-
bouwprodueten (vruchten, groenten, planten,
enz.) en ook dien van paarden zou opheffen
en dat het een einde zou maken aan het pre-
mie-stelsel voor den Nederlandschen export
naar die budltenlandsche markten, waar de Ne-
derlandsche producten met de Belgische cou-
curreeren.
De red. teekent daarbij aan:
Wij willen er op wijzen, dat het bij onder
Naar het Engelsch van
SIR WILLIAM MAGNAY
(Nadruk verboden.)
20) Vervolg
Ze maakte een afwijzend gebaar. „Niet zoo
heel goeld. Wij zijn lanig zulke goede vrien-
den niet meer alls verleden week."
„Daar ben ik me niet van bewust," wierp
hij een beetje schuldig tegen.
,,Dat ben je wel, Richard," antwoordde ze
met kalme overtAiiging. Ik weet niet wat er
tusccben ons gekomen is, maar er is iets en
dajt weten we allelbei. 't Heeft geen zon ons
zeiif te misleidien. Het is, vermoed ik, de ma-
nier, waarop in deze wereild de dingen in de
war raken. Misschien zul je den een of an
deren dag beseffen
Ze braik af alsof ze niets meer wildie zeg-
gen.
„Wat beseffen?"
,,Ik zeg niets meer. 't Maakt de zaak mis
schien maar erger."
,,Zeg het, Marion," drong hij op veel zach-
teren toon aan. ,,Ik ben niet hang mijn tekort-
komdnigen te hooren opsommien. Ik zal be
seffen..."
,,Dat je niet heelemaal rechtvaardig tegen-
oiver mij geweest bent, dat is alles."
Een geflui't van het huis waarschuwde hen
dat de dogcart voor was. Toen het se'in van
vertrek klonk, deed het Richard leed, dat hij
handelingen als de onderhavige herhaaldelijk
voorkomt, dat er in de besprekingen stagna
te opltreedt. Het is dan gemeenlijk de ge-
woonte, dat de onderhandelaren zich met hun
resp. regeeringen in verbinding stelien ten
einde hun standpunt nader te bepalen. Zooals
gemeld, was dr. Suetens, de leider van de Bel
gische delegatie, aan het eind der vorige week
voor een korte onderbrekiing der onderhande-
lingen naar Brussel terdggekeerd. Het doel
daarvan zal geen ander geweest zijn dan zich
nader met zijn l-egeering te beraden.
A. VIRULY NEEMT ONTSLAG ALS
RESERVE" OFFIOIER-VLIE GER.
De heer Viruly publiceert in de Groene Am-
sterdammer den volgenden brief, dien hij aan
minister-president Colijn geschreven heeft:
Excellentie
In de Groene Amsterdammer van 19 Octo
ber 1935 schreef ik een artikel ,,Boven de oor-
logsgedachte uit" naar aanleiding waarvan u
mij door den commandant der luchtvaartaf-
deeling de vraag deed stellen of op mij met
het oog op de mij toegedaehte oorlogslbesteni-
mintg ten voile zou kunnen worden gerekend
en mij werd opgedragen, mijn zonder com-
mentaar gevraagd bevestigend standpunt jn
hetzelfde blad te putoliceeren. Ik heh er mij
toen rekenschap van gegeven dat uwe Excel
lentie hiermede van mij vroeg een openlijk ge-
tuigenis van bereidheid in geval van oorlog een
Nederlandsch belang te dienen in strijd met
een christelijk gelbod en een persoonlijk eer-
gevoel, maar ik heto deze bereidverklaring om
in de huidige oorlogsomstandigheden men-
schen te gaan dooden, toch gegeven, op grond
van een op jongen leeftijd eenmaal gedanen
officierseed en in de overweging, dat iemand
zich in dezen tijd niet aan de ordegevende
wetten van zijn volksgameensehap moest ont-
trekken.
Het is mij echter duidelijk geworden, dat
ik mij aan deze verklaring in feite niet zal
kunnen houden en dat juist in dezen tijd het
zwaarste het zwaarst moet wegen. Voor de
daad staande, zou ik toch nimmer een natio-
naal belang willen of kunnen doen, indien dit
moest wezen door willekeurige, niet schuldige
menschen 'te gaan dooden, met verloochening
vain een duidelijk christelijk beginsel, mijn he-
langrijkste levenservaring en menschelijk eer-
gevoel.
Daar uwe Excellentie mij destijds publieke
bekendmaking van mijn standpunt heeft opge
dragen, stel ik er prijs, op, in hetzelfde blad
mede kennis te geven van het feit, dat ik mij
verplicht gevoel u hij deze te verzoeken om
ontslag als reserve-officier-vlieger. Ik kan
mij namedijk niet meer beschikbaar stellen
voor eenige bestemming tot militaire oorlogs-
werkzaamheid, doch ik verklaar mij bereid,
'tot de uibvoering van andere staatsdiensten
als bedoeld in de desbetreffende wet van 13
Mei 1923.
EEN CONTACTCOMMISSARIS VOOR DE
RIJNVAART.
iDe regeeringspersdienst meldt:
De belangstelling der regeering voor de
moeilijkheden in de Rrjnvaart heeft er toe ge-
ledd, dat zij een con.lactcommissaris bij de Nc-
derlandsohe particuliere Rijnvaartcentrale
heeft benoemd. Deze heeft tot taak de regee
ring voor te lichten over hetgeen tot verbete-
ring daarvan kan gedaan worden. Een der eer-
ste bezigheden van den eontactcommissaris
zal wezen, advies te geven over middelen, die
tot versterking van de centrale kunnen strek-
ken. De regeering heeft den oud-minister mr.
dr. T. J. Verschuur bereid gevonden als eon
tactcommissaris op te treden.
„JONG HOLLAND" SNAKT NAAR WERK.
De perscommissie van de Centrale voor
Werkloozenzorg schrijft:
De colllecte voor „Jong Holland" heeft een
prachtig beloap en nog zijn wij niet in staat
'n volledig overzicht te publiceeren. Ook thans
moet weer volstaan worden met een voorloo-
pige derde veranltwoording, waaruit blijkt,
dat de stand der collecte thans 191.977,22 is.
Hierlbij dient opgemerkt te worden, dat in
dit bedrag een gift van 10.000 begrepen is
zoo van zijn neef en zijn nicht wegging. Ze
waren in ieder geval allervriendelijkst voor
hem geweest, zij hadden hiun best gedaan; en
nu leek hij hen trotsch en andankfoaiar met
onaangenaamheden te verlaten. Geen won
der, dat hrj zich een bruut voelde en bijna
wenschte dait hij niet behoefde weg te gaan.
,,Je zult niet lang blijven denken, dat ik
onfbillijk ben geweest, Marion," protesteerde
hij teeder. ,,EJn als je mijn gedachten zoudrt
kunnen lezen, zou je me er niiet van beschul-
digd helbhen. Maar we zullen elkaiar toch dik-
wijls zien, zoodat ik de kans krijg goed te
maken, niet waar?"
Ze keek hem in de oogen. „Natuurlijk, ik
zie geen enkele reden waarom er een einde
aan omze wandelingen zou komen. Of indien
ik al een reden zag
„Een reden zag?" Hrj vatte haar hand.
,,Neen, neen!"
,,Dan is 't jouw schnild en nieit de mijne,"
zei zij met een glimlaoh.
„Gf ldever de sdhuld van de wereld, waarin
je je nu begeeft."
,,Wacht maar," antwoordde hij prompt,
,,dat zal ilk je l'aten zien."
Hij voelde, dat hij nu een eind moestt maken
aan het onderhoud, dat hem tegelijkertijd
verlokte en kwelde. Hij was besluiteloosver-
langend en toch anigstig.
„Ik geloof, dat ik gaan moet," zei hij met
een werkelijk gemeenden zuohit.
,,Ja," hevestigde Marion. „Je moet gaan."
Hij had haar hand losgelaten en ze wandel-
den zwijgend naar het huis. Toen ze het ein
de van de beschaduwden laan bereikteo, stond
Marion stil en kieerde zich am. ,,Nog eens en
voor het laatst, wij blijven altijd vrienden,
Richard?" Ze stak haar hand uit evenals ze
dien avond in den salon gedaan had.
Altijd, als 't van mij afhangt," antwoordde
hij. Hij nam haar hand alsof hij haar naar
zich toe Wilde trekken. Maar zij trok haar
hand tenug, op een afstand blijvend en keerde
zich af, duidelijk te kennen gevend, dat ze
zijn liefkoazing niet wenschte.
Vijf minuten later was Richard op weg naar
Gresford Hall.
Marian trad het huis en haar vaders kamer
binnen.
,,Wielnu?"
Archer Cardon had vragend de wenkbrau-
Wen apgetrokken.
,,Er valt niets te vertellen, vader," was het
doffe antwoord. „Uw vriend Percy heeft al
les bedorven."
„Ik kan alleen maar zeggen," merkte hij
cp, ,,dat ik verbaasd hen."
Marion trad ongediuldig op het venster toe
en keeik in de vallende duistemis naar buiten.
,iU denkt, dat ik mijn kans weggegooid
heb," ,zei ze bitter, met opeengeklemide kaken.
,,Ik wil u wel zeggen, dat ik in mijn leven
nog nooit zoo voor iets m'n best heb gedaan.
En 't resultaat is, dat ik mezelf haat en ver-
acht, niet omdat ik gefaald heb, maar om-
dat ik het geprobeerd heb."
„Is er geen kans?" informeerde Archer,
tactvol de uitbarsting negeerend.
„Er is een kans, maar of die morgen om
dezen tijd nog bestaat, is een andere kwestie."
„H'm!" Archer's wenikbrauwen trokken zich
samen.
,,Je helbt niet gebroken met Desbrook
,,Desbrook!" Het woord werd zacht, met
intense verachting geuit.
,,Je kon minder doen."
Ze keerde zich met een aanval van onge-
duld om.
„Ja; ik kon minder doen. En de Hemel
en het overige opgebrachlt werd door de acti-
viteit der plaatselijke comite's. Nog 78 plaat-
selijke comite's moeten him opgaven inzenden
en op verschillende plaatsen waar tot dusver
niet® gedaan werd, worden inizamelingen voor
,,Jong Holland" voorbereid, zoodat het verdere
beloop van de landedijke financieele actie ons
aanleiding geeft tot hoopvolle verwachtingen.
De stand per 24 April bedraagt f 101.977,22.
ARBEIDER DOOR WACHTMEESTER
MISHANDELD?
Het Tweede Kamerlid Weitkamp heeft den
Minister van Justitie de volgende vragen ge
steld;
1. Is de minister bereid te doen onderzoe-
ken, of helt waar is, dat door den wachtmees-
ter der marechaussee te Hardenberg op 13
April j.l. te omstreeks 19 uur in de kazerne
aldaar een arbeider is ontfooden, ten einde ge-
hoord te worden naar aanleiding van een
plaats gehad hebbend relletje, en dat deze ar
beider op zijn verklaring, dat hij daaromitrent
geen mededeeling kon doen, aangezien hij hij
het bedoelde geval niet aanwezig was, door
genoemden dienstdoenden wachtmeester dp
ergerlijke wijze is mishandeld?
2. Indien het in de eerste vraag genoemde
geval zich inderdaad heeft voorgedaan is de
minister dan bereid de noodige maatregelen
te nemen, opdat dergelijke feiten zich niet
meer mogen voordoen?
VELE LEDEN DSER EERSTE KAMER
HEBBEN BEDENKINGEN TEGEN DE
GEVOLGDE LANDBOUWCRISIS-
POLITIEK.
Aan het voorloopig verslag van de Eerste
Kamer over de begrooting van h'et Landbouw-
crisisfonds voor 1936, wordt ontleend, dat
verscheidene leden verklaarden, zich slechts
zeer ten deele te kunnen vereenigen met de
door de Regeering geVoerde landbouwcrisis-
poliitiek, die dwars ingaat tegen het streven
naar aanpassing van de prijzen aan een lager
niveau van uitgaven.
Zij duchtten dan ook, dat de door de Regee
ring voorgestane politieik van aanpassing, ge-
let op de wijze, waarop de landbouw thans
wordt gesteunid, niet zal slagen. Zij erken-
den, dat als overgangsmaatregel, die steun
niet kon uitlblijven en dat men de nadeelen,
daaraan verbonden, tijdelijk heeft te aanvaar
den. Daartegenover stelden zij evenwel, dat
bij het huidige stelsel van steunverleening de
crisis blrjft voortwoekeren, zonder dat eenig
ultzicht wordt geopend op beeindiging van den
daaruit ontstanen onbevredigenden toestand.
iSommige andere leden betreurden even-
eens, dat in de landtoouwcrisispolitiek van de
Regeerinig de vaste lijn ontbreekt, en waren
van meening, dat de minister meer moet stre
ven naar ordening in productie en distributie.
Meerdere leden betoogden, dat de land-
bouwcrisispolitiek in haar huidigen vorm een
gevolg is van onize onjuiste handelspolitiek.
Aan verhooiging van de invoerrechten gaven
zij verre de voorkeur boven helt ingewikkeldf
stelsel, dat wij thans op het gebied van den
landlbouwsteun hebhen.
Weer andere leden verklaarden, zich met de
tegenwoorddge landbouwcrisispolitiek wel te
kunnen vereenigen. Zij spraken als hun over-
tuiging uit, dait een regelend optreden van
overheidswege ten aamzien van de prijzen der
landbouwproducten en in verband daarmede
verleening van steun aan land- en tuinbouw-
bedrijven vooralsnog, in het algemeen lands-
belang, niet kan worden gemist.
Eenige leden opperden hezwaren tegen de
huns inziens te a.reng toegepaste centralisa-
tie bij de landbouwcrisispolitiek, welke belem-
merend werkt op de vrijheid van de betrok-
kenen.
Sommige leden herinnerden aan de benarde
pesitie, waarin de landaibeiders verkeeren en
het feit, dat de werkloosheid stijgende is,
mede, doordat steeds meer landarbeid door
machines wordt verricht.
Verscheidene leden verzochten den minister
met den meesten spoed te hevorderen, dat
voor de kleine 'boeren een regeling tot Stand
komt voor de z,g. tewerkstelling op eigen be-
drijf met toekenning van 2/3 van het loon in
werkverschaffing.
gave dat ilk met Frans Desbrook getrouwd
was, voor we ooit Richard geizien hadden."
IHaar vader bukte en porde het v>uur op.
Toen hij het hoofd weer oplichtte was hij
alleen.
Hoofdstuk XV.
Een voortnalig bondgenoot.
In de nabijheid van de portierswoning pas-
seerde de dogcart, die Richard naar de Hall
bradht, een man, die op zijn gemak langs den
weg wandelde. De koetsier keerde zich om,
om zoover de scheme ring het toeliet, nog eens
naar hem te krjken.
,,Eigenaardig-uitziend iemand voor deze
buurt," merkte Richard op.
,,Dat dacht ik ooik juist, mijnheer," ant
woordde de man. ,,Vast niet hier vandaan,
't leek wel een buitenilamder. Ik zou wel eens
willen weten wat die in Gresford zoekt."
,,Het is geen oord, nooh het seizoen, voor
toeristen," zei Richard onverschillig.
„Neen, mijnhieer. Hier behoort hij niet thuis,
dat is zeker. 't Leek wel of hij door de heg
kroop."
,,0, ik heb er niet op gelet, waar hij van
daan kwam."
Een minuut later bereikten zij de Hall,
waar Richard hartelijk door Sir Percy ver-
welkomd werd.
,,Je bent net op tijd voor de thee, Cardon.
Kom binnenIk hoop dat we erin zullen
slagen je te amuseeren en van de sport te
doen genieten. We verwachten nog een paar
lud met den treln van 5.47 en kapitein Wil
son, die in de „Drakenkop" logeerde, komt
ook voor een poosje hier. Je hebt Wilson
toch ontmoet? Een aardige vent, niet? En
een sportman in merg en been.'
veroorzaakt maar c
f-Tf .'M te vaak hevige neu
f/g ralgische pijnen.
Maar een m i d d e
een koude
tocht
veroorzaakt maaral
N e e m t:
het product van vertrouwen
Uitsluitend varkrijgbaar in da oranje-bandbuisjas v
20 tabl. 70 cts. en oranjazakjes van 2 tabl. a to dti
(Ingez. Med. i
Eenige leden betreurden, dat de richtprijs
van Itarwe van 10 tot S 9 is verlaagd.
Opnieuw wezen verschillende leden op de
hooge distributieikosten van groenten en fruit
en op de wenschelijkheid, dat in het bestaan-
de stelsel spoedig wijziging wordt gebracht.
Sommige leden vroegen of de minister van
plan is een heffing voor groenten en fruit
in te voeren. Deze leden meenden, voor het
geval dit voomemen inderdaad mocht bestaan,
intijds het invoeren van zulk een heffing met
grooten emst te moeten ontraden.
Verschillende leden drongen aan op maat
regelen om den zoo schadelijken export van
boter naar Engeland te beeindigen.
Verschillende leden spraken de hoop uit,
dat de minister niet zal toegeven aan den
drang om de bemoeiingen van de Regeering
ten aanzien van de varkenshouderij geheel of
ten deele te beeindigen,
Verschillende leden achten de versehaffing
van eieren uit koelhuiizen onvoldoende ver-
vanging van de verstrekking van vleesch.
Eenige leden meenden, dat grond bestaat
voor de vrees, dat door de bevoorrechte po-
sitie, welke de baconfabrikanten hebben ver-
kregen, binnen korten tijd niet alleen tal van
vleeschwarenfatorikanten en grossiers in var-
kensvleesch noodiijdend zullen zijn geworden,
doch dat zelfs een aantal dezer bedrijven zal
moeten worden gesloten.
DE OPLEIDING VAN DE
RESERVE-OFFICIEREN.
De Provinciale Overijselsiche en Zwolsche
Courant vemeemt, dat het in het voomemen
ligt van den Minister van Defensie een be-
lanigrijke wijziging te brengen in den eersten
oefeningstijd en de bevordering van de dienst-
plichtigen, bestemd voor de opleiding tot
reserve-officier der infanterie en voor het
dienstvak der militaire administratie. Tot
dusver werden de aspirant-reserve-officieren
bij het einde van den cursus aan de S.R.O.I.,
nadat aan de examens voor dien rang was
voldaan, als vaandrig bij het regiment infan
terie geplaatst, waar in dien rang de eerste
oefeningstijd werd voltooid, terwijl de benoe-
ming tot reserve tweede luitenant in he. daar-
opvolgende jaar kon worden tegemoet gezien.
Te beginnen met de dienstplichtigen, welke
op 20 April j.l. onder de wapenen zijn geko
men, zal van deizen regel worden afgeweken,
waardoor de aspiranten niet meer in den rang
van vaandrig hun eersten oefeningstijd zullen
voltooien, doch in den rang van dienstplichtig
sergeant bij de korpsen hun verdere prakti-
sche opleiding zullen krijgen. Zij zullen
daarbij worden gedetacheerd tot de eers e
oefening is volbracht. De bevordering tot
vaandrig zou dan volgen op 1 Januari van het
daaropvolgende kalenderjaar. In dat jaar en
in het daaropvolgende zal de aspirant-officier
telkens nog tiwintig dagen voor herhalings-
Na den rit in den killen Novemberavond
leek de salon met z'n helder haardvuur en
getemperd licht het toppunt van geraffineerde
behaaglijkheid en warmte. Lady Gladsmuir
en Sibyl scl#>n,ken thee en Richard was, al-
thans met het meisje, al gauw geheel op zijn
gemak.
,,Uiw gasten met die prachtdge juweelen zijn
vertrokken, veronderstel ik?" merkte hij op.
„Ja," antwoordde Sir Percy, ,,een paar
dagen geleden. Een verblindende uitstalling,
vond je nieit? 't Duurde werkelijk eenigen
tijd voor onze oogen eraan gewend waren.
Ofsdhoon, dat is waar ook, Sibyl," voegde hij
er aan toe, ,,mevrouw Murray-Grafton, die
over een uur wel hier zal zijn, heeft nogal
een zwak op het punt van juweelen, he?"
„Arme stakkerd", zei Lady Gladsmuir, met
voorgewend medelijden, ,,ze is bepaald kin-
deriijk waar heft haar diamanten betreft. Ze
tooit er zich zelfs nog belachelijker mee dan
de dames die ons pas verlaten hebben. Men
zegt, dat de overleden meneer Murray-Graf-
ton misbmik heeft gemaakt van de finan
cieele moeilijkheden van een ongelukkigen
diamantemhandelaar, dien hij kende."
Sir Percy wilde juist een opmerking maken,
toen de butler binnenkwam. ,,Een heer om
u te spreken, Sir Percy," kondigde hij aan.
„Een heer!" herhaalde Brayshaw. „Wie is
het?"
"Hij wilde zijn naam niet zeggen, Sir Percy.
Hij zegt dat u hem wel kent."
Sir Percy vertrok zijn mond tot een lach.
,,Zeer waarschijnlijk. Maar als hij zijn naam
niet gelieft te noemen,' weet ik niet wat er
van waar is. Ik kan hem niet ontvangen; ik
ben beizet. Laait hem maar sohrijven, wat hij
te vertellen heeft."
(Wordt vervolgd.)