Feuilleton-vertellingen Kunst. Gemengde Berichten BRABANTSCEE BRIEVEN. OUDE VROUW VAN HAAR SPAARDUITJES BEROOFD. VeereVrouwepolder een verbeteringsplan is gemaakt, doch dat de paging om uit het werk- fonds daarvoor gelden te krijgen is mislukt. Vender dat op den weg Middelburg—Vlissin- gen all een op het deel tusschen Soubiurg en Vlissingen nog geen rijwielpad is aangelegd. Verder dat de weg Anna JacobaSteenber- gen een rijksweg is en ook op Zeeuwsch ge- bied in orde zal worden gebracht, hij staat op bet plan der urgente wegen. Voor den weg SluisDraaibrug is geen geld van het rpk gekregen voor een rijwielpad, doch wel voor den weg Sluis-grens. Van den weg Walsoor- aenHulst-grens, zijn de plannen van het rijk reeds gereed, doch voor den weg Zaamslag- sohe veerweg Axel-Hulst is alleen nog mede- werking van de gemeente Zaamslag bekend, deze weg door te trekken naar Sluiskil, zal wel afstuiten op het feit, dat men reeds over het aantal K.M. van het wegenplan heen is. De weg HoedekenskerkeGoes is ten deele reeds verbeterd. Het wegwerken der traverse in Hoedekenskerke en 's Gavenpoider zal op de kosten afstuiten. De weg BurghWesten- scbouwen krijgt een kruinbreedte van 11 M. en een wegbreedte van 5 M. Op opmerkingen van den heer VAN GOOR, van de K.N.A.C. zeide de heer VAN LEEU WEN, dat men Zeeland ten opzichte van de rijfcs- en de provinciale wegen niet kan ver- gelijken met andere provincies. Men gaat wat betreft de maatregelen voor de veiligheid op de wegen voort met het plaatsen van mist- paaltjes enz. Over de lintbebouwing wilde spr. niet veel zeggen in afwacbting van de wet ter zake. Het nieuwe wegenreglement in Zeeland houdt wel degelijk rekening met de algemeene wenschen en gebruiken op dit ge- bied. De VOORZITTER wees in dit verband op de oprichting van de Vereeniging „Het Zeeuw- scbe Landschap", die als eerste punt op haar programma heeft den strijd tegen de lintbe bcvuwing. Spr. wekte op tot die vereeniging toe te treden. De beer TEN HOPE vroeg nog het rijden op den weg MiddelburgVlissingen buiten de rijwielpaden te verbieden aan wielrijders en op het deel zonder rijwielpad het rijden met drie of vier personen naast elkaar tegen te gaan. Op vragen van hem antwoordde de heer VAN LEEUWEN, dat de weg Ter Netuzen- Sas van Gent een rijksweg is, maar dat de genoemde veiligheidsmaatregelen, nl. verhoo- ging van bet wegdeel langs het kanaal en plaatsen van mistpaaltjes zeker aan te be- velen zou zijn. Ook de weg GoesWolphaarts- drjksche veer is thans rijksweg, een bestrate bocht daarin kan bij nat weer zeker wel wat glad zijn. Op verbetering is wellicht aan te sturen, evenals op het korten van een haag op een andere bocht in dien weg. De beer MOL bepleitte den aanleg van een polderweg op St. Philipsland in afwacbting van den nieuwen rijksweg, maar volgens den heer VAN LEEUWEN zal de betrokken pol der daartoe nimmer overgaan. De rijiksweg aal een goede verbetering zijn en er binnen drie jaar zeker zijn. Waterwegen Deze gaven geen aanleiding tot bespreking. Autobusdiensten. De beer TEN HOPE vroeg tegen te gaan dat in Goes autobussen goederen, zelfs vee tagelijk met menschen vervoeren. De VOORZITTER zeide, dat ook de bur- gemeester van Goes daarop reeds de aandacht van Ged. Staten heeft gevestigd. Luchtvaart. In verband met de inkrimping van de dien- s»en der K.L.M wekte de VOORZITTER krachtig op de Zeeuwsche luchtlrjn te blijven aterunen. De heer DORIE wees er op, dat bij een tocht EindhovenAmsterdam maar 1,50 voor RotterdamAmsterdam wordt betaald e» bij een tocht van VlissingenAmster dam 3. De heer GAST, vertegenwoordiger der K.X.1M., zeide, dat men bij de K.L.M. niet alleen rekening houdt met de aantal gevlogen KiM., maar ook met de kosten op een bepaald treject bij reizen per spoor. De VOORZITTER meende, dat de K.L.M. toch goed zal doen haar tarieven te bestu- deeren. Nu betaalt men van Vlissingen retour Den Haag 12,80 per K.L.M. en 9,60 eerste klasse trein. Post- en goederenvervoer. Dit gaf geen aanleiding tot besprekingen, doch bfl de rondvraag drong de afgevaardigde van Handelsbelangen te Goes er nog op aan, dat Ged. Staten zullen trachten in alle ge- ineenten van Zeeland een gelijke regeling te ver,krijgen voor bet" mogen laten staan van onverlicbte auto's. Met dank voor aller opkomst en de aan- gename wijze van behandeling der verschil- iande kwesties sloot de VOORZITTER de ver- gadering. ren en alle passagewerk zeer vergemakkdijkt werd en sedert de groote uitvinding van Adolphe Sax, de saxhoom en saxofoon, is de belangstel'ling ook in de kringen der compo nisten wakker geroepen en zijn in den loop der jaren veel waardevolle composities voor deze orkesten verschenen. Daarbij komen de tallooze goede arrange- menten van werken van groote componisten, die in harmonie- of fanfarebezetting ook uit- stekenid kiiriken, mifcs zij met de noodige mu- zikaliteit en niet dan na degelijke voorberei- ding onder deskundige leiding worden uitge- voerd. Na een uitvoerige omschrijving van het klankkarakter der verschillende blaasinstru- menten en van de artistieke mogelijkheden, welke zij den hanmonde- en fanfare-orkesten verscbaffen, geeft de schrijver toe, dat lang niet alle muziekkorpsen muziek maken, die de moeite van het aanhooren waard is. Er is ook hier.kaf onder het koren, maar mede door het c-oncourswezen, de steeds beter wordende lei ding en de geheele evolutie, die de beoefening der harmonie en fanfaremuziek doormaakt, is de gemiddelde prestatie toch op een peil ge- komen, dat de voile waardeering verdient van ieder, die voor muiziek gevoelt, zeker van hen, die in het actief musiceeren door dilettanten een voomamen factor zien voor de muzikale cultuur van een volk als geheel. Wiant dit is toch de eenige manier am binnen te treden in het rijk der toonkunst: zelf een instrument besipelen. Wanneer men, hoe dan ook, zelf muziek maakt, kan men pas de prestaties van ande- ren waardeeren. Eerst wanneer men zelf aan de uitivoering van een gnoot werk voor orkest heeft meegedaan, weet men, wat het zeggen wil, een min of meer bevredigend resultaat te verkrijgen. Dan gaat men beseffen, wat er voor noodig is geweest zoo'n werk te ,,beden- ken" (componeeren) en men krijgt respect voor den dirigent die in den chaos van noten den weg weet en in staat is een duldelijk en mooi klankbeeld uit bet orkest op te roepen Er is ook een sociale kant aan de beoefe ning van deze orkestrale muziek, welke vooral tot uiting komt op het plattedand. Wat zou er van de openbare feestelijkheden terecht- komen, wanneer er niet waren de plaatse lijke muziekkorpsen, om ze op te luisteren met hun vroolijke of plechtdge muziek, al naar de behoefte van het oogenblik? Het is dan ook verheugend te constateeren, hoezeer deze har monie- en fanfaremuziek dan wordt gewaar- deerd en boe, vooral op kleine plaatsen, de ge heele beivolkimg dan met „haar" muziekcorps meeleeft. Zoo zijn er redenen te over om de aandacht te vragen voor onze harmonie- en fanfare- corpsen, die een stuk volksmuziek vertegen- woordigen, dat zeker equivalent is aan den koorzang, waaraan tienduizenden actief deel- nemen en waarvan een niet te sehatten aan tal personen op bun wijze genieten. HARMONIE- EN FANFAREMUZIEK. In bet tijdschrift Musica breekt Andre een Una voor de hamonie- en fanfaremuziek, welke hij beschouwt als een cultureelen fac tor van beteekenis, vooral in dezen tijd van mechanisatie. Na eenige verouderde opvattingen, betref- fende deze muziek te bebben weerlegd, be- toogt de schrijver, dat niet iedereen aanleg an talent genoeg heeft, om een virtuoos te worden op een instrument, waarop men veelal solo speelt. Niet een ieder kan de dure en Jangdurige piano- of vioolstudie beta!en, om aan zijn behoefte om muziek te maken tege- moet te komen. Voor bem ligt, zoo hij de ge- schiktheid daartoe heeft, de weg van de har monie- of fanfaremuziek open. Leert bij een houten of een koperen blaasinstrument behoor- lijk bespelen, dan kan hij een gewaardeerde kracht in zulk een orkest worden en volop musiceeren tot eigen en anderer genoegen. De harmonie- en fanfaremuziek biedt daar toe een gelegenbeid, die door duizenden in den lande wordt aangegrepen, getuige bijvoor- beeld het feit, dat er in ons land ongeveer 2200 muizekkorpsen zijn. Het gezamenlrjk ledental van deze muziekcorpsen mag veilig geschat worden op 50 60.000 en het aantal personen, dat alleen reeds uit dien hoofde belang stelt in bet harmonie- of fanfare muziek, zal waarlijk niet gering zijn. De blaasorkesten hebben lang in de ver- drukking gezeten, niet alleen wat de publieke belangstelling betreft, maar ook wat de be- langstelling van de groote componisten aan- gaat. Nochtans scbreef b.v. Mendelssohn Bartholdy een paar zeer mooie werken voor karmonie-orkest. Sedert den grooten voor- xitgang, die er in de beoefening der harmonie- ea fanfaremuziek is gekomen door de uitvin ding van de z.g. pistons op de koperen blaas- tnstrumenten, waardoor deze cbromatisch werden, in alle toonaarden te gebruiken wa- Ulvenhout, 17 Maart 1936. Menier, In 't end van 't ouwe jaar of was 't aan bet be gin van't nieuwe? heb ik oe er al iets van geschre- ven: ons veertig- jarige in den aan- staanden Met Daar gaan dagen om, dat wjj er nie over spreken, Trui en ik, maar daar drupt geen minuu- tje weg, of we denken eraan. Want ja, de kinders komen allegaar af; zelfs verwacbten wij ons Paula, die in geen jaren thuis is geweest. (Zij is nonneke in 'n klooster btj Brussel, ziet ge.) Natuurlijk; oew gedachten zijn altij veul bij de kinders! De tijen zijn moeilijk en ze zijn slecht. ,,Wie mee pek omgaat, wordt er mee besmeurd," zegt 't spreekwoord! En met den ttjd m6et ge wel omgaan, als ge geenen kluizeneer zjjt, als ge 'r dus mid- denin staat. Dus de moeilijkhedens en de rest, afijn, ze zijn de pek, de kleffe, de strooperige vullig- beid, die, nouja Ge verstaat. En zoo zijn oew gedachten nog straffer bij oew kinders! Dus, vaneigens, ook bij de fees- ten van Mei, want dan zal ons groote tafel weer 'ns dagenlang „vol" zijn. Daarom: al wordt soms in dagen nie ge- sproken over de gebeurtenis, den mensch zwijgt geren over dingen die in bem woelen, ons gedachten zijn er geen telleke af. Alles beeft ook veul, veul meer beteekenis gekregen. 'Nen brief! Da's iets in deuz mannden. Eenen uit Amsterdam, eenen uit Brussel, ja eentje uit den Ouwenbosch, van ons baaske, 't zijn stuk voor stuk blommen, die openspringen in den feestelijken boekee van ons gedachten. Paschen 't is van evenveul gewicht lijk veertig jaren geleden! Want 't is weer 't end van den grooten Vasten, waama de bruilofts- feesten gaan beginnen, voor ons! En zoo was ook den aanvang van 't vasten- tjj, al 'n heel bezonder iets van 't jaar. Vooral voor mijnen, toeteloeris. Want't was bet sein voor den grooten schoonmaak! En ge verstaat: die is van 't jaar van dub- bel gewicbt. Daar moet ik oe 'n ampart vertelsel van doen. Kunt ge zien, boe die vrouwen, boe oud ze ook zij n, nog vol streken en vol stlekum- men trots z(jn. Veertien dagen gelejen, den Vasten was sjuust begonnen, kwam ik 's avonds van den akker. 'k Had groentes uitgedaan voor den anderen dag, voor m'n klantjes 't Was koud, veul koud! Heel Maart staat als 'nen venijnigen Noordwester in de velden die de klieven in oew vel doet springen. Ik ging rap op huis aa.n. Greet! Graag! Fel op m'n eigen nest, waarin de plattebuis zou snorren, waar 't naar den warmen koffie zou geurenWaarons groote feest wemelt op 't zwartsel in donkere hoekskes naast de scbouw, boven de mooie kast en ieve- rams, waarin ge zoo lekker peinzen kunt. Als ik op den erf kwam, hing daar al de stilte van 'n winteravond. Alleen uit de staldeuren scbemerde nog gele licht van de stallanteerns. Daar waren ze dus nog bezig. Ik docbt met het afvoeie- ren van de beesten. Maar geen geruchtje was te hooren ,dan 'n stamp van de runders, als ze overbnd kwamen uit 't krakeride strooi. 'Nen lesten glimp zilver streepte aan deP Westerender nog sjuust te zien tusschen 't kleine stalleke en den notenleer. Voor de rest was den hemel zoo dicht als 'nen pot. Na de spullen geborgen te bebben, hier en daar wurvels en grendels voorgescboven, na in den stal efkes vlucbtige inspectie te heb ben gehouwen, dee ik de blinden voor de raam, verlangend naar m'n hoekske onder de schouw, waar ik al veertig jaren mijnen rust vond, na veertig jaren arbeid in d'akkers. ja, 't krijgt allemaal beteekenis deuze dagen Maar genoeg. Trui! 'k Zag dalijk: daar is iets mee heur! Ze was, ze was, ze was 'n tikske te vrindelijk voor haren doen. „Veul kou g'ad, Dre?" ,,Nou, Trui, daar op die vlakke akkers „Ga maar gauw zitten! 'k Heb de platte buis lekker rood staan. Neee, stik nou al gin pijp aan! Hier drinkt eerst dit warme bakske 's uit". En zoet, zoet amico, dieen koffie Nou bad 'k zekerheid; daar whs iets. Ze brocht me de krant, schcnk nog 'n baks ke in en ging toen ook zitten. Ik pakte weer m'n pijp, maar toen lichtte zij heuren boven- rok op, grabbelde in den zak, die daar altij aan twee banden om heur heupen bungelt en gaf me 'n nieuwe, 'n mooie pijp. Nou, eerlijk gezegd, die kwam van pas! M'n ouwe was wijd op! „Verdorie, Trui da's goeie". Ik wreef 'm nog 'ns op en maakte bijna zonde van deus blinkend, mahoniekleurige pijpke te gaan gebruiken. 't Spiegelde heelegaar! 'n Lekker breed mondstuk, 'nen kop als ik geren heb, locht in den mondik stond op. ,,Ge zijt uit oewen siof gescboten, toeteloeris, kom hier......" (Rest prive, maar in den feestboeSee sprong weer 'nen schoonen knop los.) Vooral toen ze zoo ineenen zei: „nog zeuven weken, Drd!" Ik liet heur los, sprong omhoog, met m'n pijpke als 'n overwinnings-trofee in de hand en riep: „dan vieren me de veertigjarige, dat er de spanen afvliegen!" Nou, ge verstaat: daar wierd over niks anders meer gesproken. Wat we alweer dagen verzwegen hadden, in zwellender krop, kwam los. Eindelijk zei ik: „Waar zijn ze gebleven... veertig jaren... Trui, als ik zoo rondkijk, deur m'n huiske, 't is of ik er pas mee jou binnen- stapte". Ik droomde nog wat verder voor m'n eigen hardop: „en wat is er toch veul gebeurd ookons kinders, onsklein- kinderkensons Paula, terug uit de Mis- sie; onzen Dorus, weduwmanwat wor- ren we oud, oud Trui. Ons ouweluikens dood, ooms en tantes weg, juliien Jan, ons Kee... de tijen hebben nie stil gestaan, wefke!" De klok tikte, tikte. Tikte weg den tijd, in krumelstukskes door de stilte Van den huis, waarin alleen t suizen van den water- ketel te hooren was. ,,En 't is Trui, 't is: of ik nog pas hier bin- nenstapte mee jou en tochveertig jaren... we zijn lillijk over de helft, toeteloeris ,,Ge kunt anders deksels goed zien, dat wij hier veertig jaren hebben rondgesjokt, zeg!" snapte Trui., En met 'n trek van afkeuring om beuren mond keek ze door den huis. Vlak bjj m'n voeten bleven heur oogen op den rond- gang steken. Ik keek ook 'ns. Oem, 'n paar kapotte plavuizen oem, bedoelt ze 't z6o Ze zweeg even. Ik trok aan m'n nieuwe pijpke. Blaasde wat smook voor de scheuren. Toen eindelijk: ,,mooi ee?" ,,'n Pracbtig pepke, Trui!'' „Ik bedoel, dieen gescheurden vloer, potd...! „Nou, mensch, maakt oe nie zoo dik! Da zal 'k laten repareeren, natuuriyk!" ,En dan denkte gij, da ge 'r mee klaar zijt, zeker?" „Oem, 'k zal denken wa 'k wil". Toen sprong ze op, amico, liep naar 't op- kamerke en schudde aan 't leuninske van den trap. Nou, onder ons, dat stond erg zwak, amico. „Stond", ja, want Trui schudde nog 'ns en toen hield ze 't beele paalje in de hand, ter- wijl ik sjuust gezegd had: „daar slaan we wel 'nen spyker in". Ze hield 't paatje vlak voor m'n neus. Zo6 dicht, da'k onwillekeurig m'n hoofd achteruit trok. „Mokte da mee 'nen spijker goed vroeg ze. Mensch, gaat mee da paaltje by m'n boofd weg; dadeiyk stoot ge 'r den lesten tand uit!" Toen ging ze, gedank, weer zitten, zette 't paaltje naast den stoel. „En kekt da verfwerk 'ns aan! Kaal, kaal as 'n luis. De durpelsOf ze nooit verf gezien hebben!" Ik zweeg. Wou iets zeggen. M'n oog viel op m'n nieuwe pijpkeik zweeg. ,,Ik schaanl me veur ons kinders! Veural veur d'aangetrouwden...!" (Ze begost op m'n geweten te werken). „En veur m'n eigen familie, die altij gedocht hee, da'k 't zoo goed had Nou gq, amico! ,,En m'n muren?" ,,Die zien er nog net zoo goed uit, as mijn muren", zei ik. En da bovenlieht? Al twee jaren zit ik teugen die barst aan te kijken!" ,Had da nou eerder gezeed, wijf, dan badden wij van plots verruild! Ik zit er mee m'n gewitwel naar toe!" „Veur 't lest! Wordt de boel gerepareerd, gescbilderd en gewit ,of mot ik op mijnen trouwdag veur scbandaal staan Of motten we ons huiske as veurbeeld kunnen stellen aan kinders, familie en kermissen". zg de leegstaande woning boven haar etage wild en huren, tijdens haar afwezigheid de drie door haar IbeWoonde kleine vertrekken door- zocht, waarbij hun aandacht al zeer spoedig gevestigd moest zijn op de kachel, aangfezien deze door een deken was afgedekt. Behalve het geld hebben zij ook nog een gouden sieraad meegenomen. De bes.tolene heeft de vermissing reeds in het begin der vorige week ontdekt, doch pas eenige dagen later aangifte gedaan, zoodat er weinig kans is, dat zij ha,ar bezittingen zal terug zien. SLAAPMIDDEL ONTPLOFT. In een chemisohe fabriek te Grindsted in Jutland is een mengsel voor een slaapmiddel ontploft. De zware vijzel, waarin het slaap- poeder werd vervoerd, vloog als een projec- tiel door de lucht en doorboorde de betonnen zoldering van het lokaal. Drie personen wer den zwaar gewond. ,,Trui, windt oe nie zoo op! Anders loop ik nog gevaar van alleen de veertigjarige te motten vieren. Maar lustert goed naar twee dingskes: 1°. Daar wordt geschilderd, gewit, gerepa reerd, kortom: alles wordt vemieuwd!" ,,En ten tweede, Dr6?" „Ten tweede Trui, is ditte 'n verroest duur pepke!" Of denkte gij er anders over, amico? Kom, ik schei er af. M'n velleke is stamp- vol en ge hoort er nog veul meer van! Veul groeten van Trui en as alty geen haarke minder van oewen toet a voe DRe. Dat een oogenschynlijk goed gekozen berg- plaats voor een geldschat soms weinig waarde heeft, is de bibtere ervaring geweest van een 70-jarige vrouw die geheel alleen op de boven- verdieping van een perceel in de Korte Hout- straat te Amsterdam woont en haar spaar- duitjes ten bedrage van ruim /700 verstopt had in een kachel, die nooit gestookt werd. Waarsiohijnlijk hebben twee tot dusiver onbe- kend gebleven personen, die de vrouw op het Waterloopletn, waar zij sigaren verkoopt, bad den aangesproken onder het voorwendsel, dat VV'OL VENPLAAG. In de streek van Gorki heeft de platte- landsbevolking zeer te lijden onder de aanval- len van troepen hongerige wolven, die zelfs by klaarlichten dag de doipen binnendringen. In een der dorpen zijn vijftien bewoners door bonderden der ondieren aangevallen en ge- dood. GRIEPEPIDEMIE TE HELSINGFORS. In Helsingfors heerscbt een uitgebreide griepepidemie. Zonder overdrijving kan ge zegd worden, dat de belft der bevolking ziek ligt. De meeste scbolen zijn gesloten. De ziekenhuizen zijn overvol, en kunnen geen nieuwe patienten meer opnemen. Het bedrijfs- leven heeft zeer onder de epidemie te lijden. De banken bebben bijna de helft barer loket- ten moeten sluiten wegens gebrek aan ar- beidskrachten. De tram rydt zonder bijwagens daar verscheidene bonderden conducteurs ziek zijn. Intusscben zijn de meeste griepgevallen van licbten aard. TRAM RIJDT OP POLITIEMANNEN IN. In een der boofdstraten van Bogota (Co lumbia) is 'n tramwagen op een groep politie- agenten ingereden. Volgens ooggetuigen gaf de bestuurder geen signalen; de wagen kwam eerst tot stilstand, toen 20 agenten waren overreden of aangereden. De tram moest worden opgevijzeld om een deel der slacht- offers te kunnen bevrijden. Andere agenten, die na het ongeluk kwa men toesnellen, wilden den bestuurder te lpf gaan, doch een officier voorkwam erger. De bestuurder verklaarde, dat by de voor hem marcbeerende mannen niet had gezien door de weerkaatsing van het licht binnen in den wagen. Hij en de conducteur zpn ge- arresteerd. VIJFHONDERD MENSCHEN VERBRAND. In China bebben twee branden gewoed een in een theater te Toelioetsjen en een aan f boord van een jonk die buitengewoon noodiottige gevolgen hebben gehad. In totaal zyn bij beide branden circa vijfhonderd per sonen om bet leven gekomen. De theaterbrand was te Toelioetsjen, dat op circa dertig kilometer afstand van Tient sin is gelegen. Hij eischte ongeveer 220 dooden, terwijl het aantal gewonden nog niet kon worden vastgesteld. De oorzaak van den brand is niet bekend. De schouwburg was geen permanent gebouw, doch bestond uit een geraamte van bamboe- stokken dat bedekt was met matten. De voor- stelling was juist aan den gang, toen de brand uitbrak. Het theater was tjokvol bezoe- kers, waaronder een paniek ontstond toen de vlammen zich met razende snelheid in het brandbare materiaal voortplantten. In weini- ge seconden was de geheele toeschouwers- ruimte een ziedende vuurzee, waaruit naar alle zijden de bezoekers in doodsangst vlucht- ten. Velen hunner werden in het angstwek- kend gedrang, onder de voeten geloopen en kwamen op die wijze om bet leven. Boven- dien steeg bet doodencyfer van de ramp nog aanzieniyk doordat vele menschen, die met brandende kleeren uit het theater badden we- ten te ontsnappen, zich in de vlak langs het theater stroomende rivier stortten en daar de verdrinkingsdood vonden. De tweede brand, die een nog grooter aan tal dooden eischte, brak uit aan boord van 'n jonk die zich tusschen Honkong en Joeh- tsjeng bevond. Het vaartuig vervoerde een groot aantal pelgnms, van wie er in de vuur zee driehonderd om bet leven zijn gekomen. Het meerendeel der slachtoffers bestond uit vrouwen en kinderen. OPTOCHT VAN DEN VETTEN OS. Te Parijs is, meldt bet „Handelsblad", een oude traditie, welke jaren lang niet meer gevolgd werd, in eere hersteld: de optocht van den vetten os. Het ,,Comite du Boeuf Gras" beeft Jeanjan een feeststoet laten samenstellen vol humoristische tableaux, wel ke eenigszins aan een carnavals-optocht doet denken, en welke de Parijzenaars beden in de voomaamste straten van het centrum van bun stad zullen kunnen toejuichen. De stoet begint met een groep soldaten in uniformen van alle tijden, soepterrines dragend; dan volgen de soepgroenten: prei en kool. Een rookende os, in zyn geheel gestoofd, wordt ge volgd door wandelende uien, tomaten en een olie- en azijnstel. Er komt dan een groote kar met een reusacbtigen ketel erop, waarin een geheel rund wordt gebraden, een zeeroo- verscbip met zwelgende piraten, een kinder- wagen met een mansgroote wynflescb, de ,zeven magere koeien", de „boeuf snr le toit" „la vacbe enragee" en tenslotte de praalwagen van den vetten os. Zooals men ziet een soort camavalsoptocht, waarin ook zinspelingen op actualiteiten voorkomen men ziet byvoorbeeld een uiterst verzwakte pa tient op een draagbaar voorbij torsen: „la Bourse" De boeuf gras" 1936 heet „Thibault" en weegt 1190 kilogram. Het zal zijn taak zijn, zyn opwacbting te maken bp den president van het parlement van Parijs en verder het volk van Parijs tijdens den optocht van be- wondering te vervullen voor den omvang van zijn taille. De traditie van den optocbt van den „boeuf gras" schijnt al terug te gaan tot het oude Egypte. Het feest van den vetten os viel in den tijd van de Pharao's ongeveer samen met de komst van de lente, zoo ongeveer ons Paschen. Het feest was in dien tijd zeer bloe- dig: jongelingen vertoonden de kunst" een os met 6en enkelen dolksteek te dooden. De Gal- liers namen dit feest van ossenslachten over en verbonden er allerlei spelen en vermaken aan. Later namen de slagers de leiding van de feestelijkheden en werd het gewoonte het volk de mooiste exemplaren van bet slacbtvee te vertoonen. In de 18e eeuw werd een kind aangewezen om, gekleed in een koninklpk costuum, de ver- makelijkheden te presideeren. In dien tpd gaf men den optocht het doel dat thans weer zal gelden; men leidde den vetsten os naar het paleis van den president van het parlement van Parijs, bij wijze van betuiging van eer- bied, waarop de presidenten in dien tyd erg gesteld schenen te zijn. De resolutie deed den vetten os uit Parijs verdwijnen maar in Fe- bruari 1805 herstelde Bonaparte bp decreet dit feest, dat echter meer verliep en tenslotte niet meer gevierd werd. Heden zal men echter een poging wagen het oude gebruik te her- stellen. UNCLE SAM, DE MODERNE MIDAS. Nu de goudvoorraad van de Amerikaansche schatkist sinds kort tot meer dan tien milliard dollar is aangegroeid, kan Uncle Sam als de gelukkige bezitter van de helft van bet in de wereld aanwezige goud worden beschouwd, aldns meldt de United Press. De National Geographie Society heeft eenige vergelpkingen opgesteld om te doen uitkomen, wat een ge- weldige hoeveelheid goud tien milliard dollar eigenlijk is een bedrag, dat wel nooit eer der in het bezit van een enkele regeering ge weest zal zijn. De Inka Atahuallpa, zoo voert de National Geographie Society o.a. aan, bracht de wereld in verbazing door zijn rpkdom aan goud, toen hp den Conquistador Francisco Pizarro zijn vrpheid trachtte af te koopen, door een ver- trek van 20 voet lengte en 20 voet breedte tot manshoogte met het gele metaaLte vullen. De huidige goudvoorraden van Amerika ech ter zouden een kubus, wanrvan de zpden 36 meter lang en breed zpn, kunnen vullen, d.i. een huis van twaalf verdiepingen. Deze mas- sieve kubus zou uit 715.000 gouden tegels, ongeveer ter grootte van een gewone tegel, bestaan .waarvan elk 400 ounces (1 ounce is 24.6 gram) zou wegen en een waarde van 14.000 dollar zou vertegenwoordigen. Als men dit goud zou gebruiken om er een straat met een vierduims luxe-wegdek van te voorzien, dan zou het toereikend zijn om een 16 voet breeden dubbelen rpweg van New- York naar Chicago, een derde van den weg dwars door bet Noord-Amerikaansche conti nent, mee te plaveien. Deze goudscbat wordt uiteraard met de grootste zorgzaamheid, bewaakt, dichtbp Fort Knox in Kentucky, bijna duizend kilo meter van de kust verwpderd, wordt thans een ware vesting van staal en beton gebouwd, waarin een groot deel van bet goud in hyper- moderne, inbraakvrije stalen kluizen zal wor den ondergebracht, bewaakt door de nieuwste, gemotoriseerde cavalerie-eskadrons van bet fort. Een ander deel van de goudvoorraden is van San Francisco naar Denver overge- bracbt, dus eveneens diep naar het binnen- land, watat ofschoon het gevaar voor een invasie niet meer dan denkbeeldig is, wil de Amerikaansche regeering toch liever niets riskeeren. De National Geographie Society verklaart dat het onmogelpk is, met juistheid bet be drag van het in de wereld beschikbare goud vast te stellen. De gouden munten en goud- reserves, die in verschillende landen als dek- king van de valuta dienen, beloopen in totaal 633.400.000 ounces; waarscbpnlpk is er een zelfde hoeveelheid goud in den vorm van gou den sieraden, vullingen in tanden en kiezen, kerk-, moskee- en tempelomamenten, blad- goudversieringen en -letters, alsook van parti- culiere goudschatten in de wereld verspreid. Vooral in Britsch-Indie bevinden zich nog on- metelijke goudschatten, die de fabelachtige rijke Indi-sche vorsten in den loop der eeuwen hebben vergaard. Het meerendeel van bet goud, waarover de wereld thans beschikt, is in den lateren tijd geproduceerd. Zuid-Afrifea produceerde in 1935 9.900.000 ounces, Sov- jet-Rusland 3.900.000, Amerika 3.3000.000 en Canada 3.000.000. EEN BEZOEK AAN 's WERELDS GROOTSTE EN MODERNSTE ZIEKENHUIS. Men sohrijft uit Lois Angeles: Het is onize bedoeling in dezen brief iets te vertellen over het County Hospital" of „Ge- neral Hospital" te Los Angeles. Wp hebben reeds vele uren in dit ziekenhuis vertoefd, dat naar men beweert, niet alleen bet grootste, doch, wat de inrichting betreft, ook het mo- dernste ziekenhuis ter wereld is. Wiij kunnen dit natuurlijk niet nagaan, maar wel weten we, dat hoe vaker wp deze reus- aehtige ,,stad der zieken en lpdenden" bezoe- ken, hoe meer het tot ons doordringt, welk een verbazingwekkenden vooruitgang de me- disohe wetenschap in de laatste jaren heeft gemaakt. Dit monumentale ziekenhuis kan men beschouwen als een voorbeeld van wat men op het gelbied der modeme ziekenverple- gimg heeft bereikt en wij kunnen niet nalaten eenige interessante bijzonderheden betreffen- de dit hospitaal te geven. iDe plannen voor het gebouw zpn in 1922 ge reed gekomen. Het was echter 1927 voor dat men met den bouw er van began. Zes jaar later, den 12en December 1933, werd het zie kenhuis officiecl geopend en reeds na enkele weken waren er honderden patienten ter ver- pleging opgenomen. De (bouiwltosten van bet gebouw beliepen 13 millioen dollar (zegige en schrijve 13 millioen dollar) en ongetwijfeld hebben de moderne meubileering en de medi- scbe inrichting eenizelfde bedrag gekost. Het hoofdigehouw is 19 verdiepingen hoog en het eigenaardige er van is, dat alle ziekenzalen, groot en klein, ramen naar buiten hebben. De vloeren van deze negentiem verdiepingen heb ben een gezamenlijke oppervlakte van niet minder dan 31 acres, welke geheel belegd is met het zoogenaamde ..battleship linoleum". In totaal heeft men plaats voor ongeveer 4000 patienten en tijdens ons bezoek waren er 3000 ter verpdeging opgenomen. Op de 15e verdie- ping bevinden zich 16 groote, naar de eischen des tp'dis ingerichte operatiezalen, alsmede een groot ,,operatie-ampitheater", waar 200 stu- denten, die daar aanschouiwelpk onderwps ontvangen, plaats kunnen vinden. Aan het ziekenhuis zijn 750 doktoren en 1650 verpleegsters verbonden, terwpl het ge heele dienstdoende personeel bestaat uit 3500 mannen en vrouwen. De voeding en verzor- ging van al deze menschen, patienten en per soneel is een probleem op zich zelf, maar ook op dit gebied beschikt men over moderne mid- delen. De keukens hebben een vloeropper- vlakte van meer dan een acre en ondanks het feit, dat er iederen dag 10.500 schoteis moeten worden opgedischt, bereikt het voedsel de leden van de groote ,,huishouding" binnen 15 minu- ten, nadat bet de keuken heeft verlaten. In deze ,,stad der lijdende menschheid" huldigt men trouwens een bewonderensiwaardig sys- teem, dat bovendien met feillooze zekerheid werkt. De kennismaking met den geneeskundigen staf en met de verpleegsters was van zeer aangenamen aard en leidde er toe, dat de hooge dunk, dien wij van den vooruitgang van de medische wetenschap en van de zie- kemverzorging reeds hadden, nog versterkt werd. Dit monumentale ziekenhuis is hiervan een schitterend voorbeeld.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1936 | | pagina 7