NIEUWS
De verhoogde benzinebelasting
ASPIRIN
K
Zeeuwsch-Vlaanderen ende
v e r e n over de Wester-Schelde
De abonne's
van het Geillustreerd Zondagsblad,
H H. Kantoorhouders
Onze abonne's in het Buitenland
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
fr. per post 1,50 per 6 maanoen oy vwi uawc^uu6 r
Voor Belgie en Amerika 2,—, overige tan den 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abocnementen voor het buitenland alleen bii vooruiti etaling.
Bltgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
Grootere letters en cliche s worden naar piaatsruimie ueretteuu.
Handelsadvertentien bij regelabonnement teg en verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgavo.
DIT BEAD VERSCHIJfNT LEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
die bet blad per post ontvangen, worden
verzocht, hun abonnementsgeld voor 1 April
a.*, in te zenden daar er anders over bescbikt
wordt met verhooging van 15 cent.
1 DE UTTGEEFSTER.
u—_1XU—IIBIIBIM—IIII1MIIIHI—II»IUW - aMBHOHHBaBHHBM
worden verzocbt het abonnementsgeld over
het le kiwartaal 1936 van de Ter Neuzensche
CJourant v6or 1 April a-s. in te zenden.
Wij vestigen er de aandacht van onze
abonne's op, dat wij bij terug-ontvangst van
eene onbetaalde kwitantie, onmiddellijk de
toezending van het blad zullen staken.
DE UTTGEEFSTER
wxjrden dringend verzocht, net verschuldigde
a/bonnamentsgeld v66r 1 April a.s. in te zen
den. Bij niet-ontvangst v66r dien datum wordt
bet abonnement gestaakt.
Abonnementen voor het buitenland worden
slechts aangenomen bij vooruitbetaling.
DE UITGEEFSTER.
doen te weten, dat door den Raad dier ge-
meente in zijn vergaderingen van 16 Maart
1922 en 24 Januari 1929 is vastgesteld de
volgende verordening.
VERORDENING op de keuring van waren.
Artikel 1.
Deze verordening verstaat onder waren"
hetzelfde wat artikel 1 van de Warenwet,
Staatsblad 1919, no. 581, daaronder verstaat.
Met „verkoopen" wordt in deze verordening
gelijk gesteld:
a. het ten verkoop of ter aflevering in
voorraad hebben;
b. het afleveren;
o. het uitstallen;
4. het vervoeren;
e. het te koop of in ruil aanbieden;
f. het uitdeelen;
g. het aanwezig hebben op markten;
h. het aanwezig hebben in winkels, wonin-
gen, bergplaatsen, werkplaatsen, fabrie-
ken, stallen, voer- of vaartuigen of op
erven bij fabrikanten, kooplieden, melk-
veehouders, winkeliers, slijters of venters
in gebruik.
Het aanwezig hebben van waren in wonin-
gen of stallen wordt met verkoopen met ge
lijk gesteld voor zoover de onder letter h ge-
noemde personen aannemelijk kunnen maken,
dat de aanwezige waren uitsluitend bestemd
zijn voor eigen gebruik.
Artikel 2.
Het is verboden waren te verkoopen, die
ondeugdelijk van samenstelling zijn of die in
ondeugdelijken toestand verkeeren.
Artikel 3.
Het is verboden waren te verkoopen, die bij
gebruik overeenkomstig de bestemming voor
het leven of de gezondheid schadelijk zijn of
kunnen zjjn.
Artikel 4.
Het is verboden waren te. verkoopen, die
niet voldoen aan de eischen, of ten aanzien
waarvan niet voldaan is of wordt aan de
eischen, gesteld krachtens de Warenwet,
Staatsblad 1919, no. 581, met uitzondering van
artikel 16 dezer wet.
Het is verboden met betrekking tot waren
iets te doen of na te laten in strijd met de
voorschriften krachtens de Warenwet (Staats
blad 1919 no. 581) met uitzondering van arti
kel 16 dezer wet.
Artikel 5.
Hij, die waren verkoopt of die voor het be-
reiden van waren grondstoffen bewerkt of
verwerkt, is verplicht aan de ambtenaren, be-
doeld in -artikel 7 op aanvrage onmiddellijk
die waren en die grondstoffen, alsmede de
zelfstandigheden, voorwerpen of gereedschap-
pen, die bij den verkoop, de bereiding, ver-
vaardiging, samenstelling, verpakking, bewa
ring, behandeling of het vervoer van waren
gebmikt worden, te vertoonen en desverlangd
ter hand te stellen.
Artikel 6.
Overtreding van eenige bepaling dezer ver
ordening wordt gestraft met hechtenis van
ten hocgste zes maanden of geldboete van ten
boogste twee duizend gulden. De waren, met
betrekking waartoe de overtreding is begaan,
kunnen worden verbeurd verklaard.
Artikel 7.
Met het opsporen van overtredingen, bij
deze verordening strafbaar gesteld, zijn be-
last de ambtenaren, bedoeld in artikel 18 der
Warenwet (Staatsblad 1919, no. 581).
Artikel 8.
Deze verordening kan worden aangehaald
als keuringsverordening voor de gemeente
Ter Neuzen.
Artikel 9.
Deze verordening treedt in werking op den
derden dag na dien, waarop zjj is afgekon-
digd.
Zijnde deze verordening bij Koninklijk Be-
sluit van 22 Februhri 1936 no. 168 goedge-
keurd.
En is hiervan afkondiging geschied waar
het bshoort den 18 Maart 1936.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Zooals in ons vorig nummer is gemeld, is
het wetsontwerp tot financiering van den ver
snelden bruggen'bouw, door verhooging der
tij'delijke heffing van het bijzonder invoerrecht
op benzine in de vergadering der Tweede
Kamer op Vrijdag aangenomen.
Bij de bespreking van het wetsontwerp, in
de vergadering van Donderdag, kwam in ver-
band daar-mede meermalen de vei'binding van
Zeeuwsch-Vlaanderen met het overig deel van
Nederland ter spra'ke.
Wij herinneren, dat indertijd de Kamer van
Koophandel en Fabrieken voor Zeeuwsch-
Vlaanderen aan de Tweede Kamer een adres
zond, waarin werd verzocht, am, nu het begin-
sel bleek te zullen worden aanvaard. dat de
passage over de rivieren, middels bruggen, die
toch ook aanzienlijke offers van de gemeen-
schap vorderen, tolvrij behoort te kunnen ge-
schieden, de Regeering te willen verzoeken, te
bevorderen, dat, met name de tarieven voor de
passage over de veren der Wester-Schelde
die toch ook als een verlenging der wegen
moeten worden beschouwd beduidend zul
len worden verlaagd, hetgeen dan als een bil-
lijke tegemoetkoming kan worden beschouwd,
tegenover de financieele offers, die de benzine-
ge'bruikers (automdbielverkeer) van Zeeuwsch-
Vlaanderen bij aanvaarding van het wetsont
werp zullen moeten brengen, terwijl zij over
het algemeen weinig gebruik zullen maken
van de bruggen in het centrum des lands en
daartoe ook alleen in de gelegenheid zijn, na
eerst zeer hooge kosten te hebben gemaakt
(nader omschreven in een bijgevoegd adres)
om de .Schelde over te steken.
De Kamer ontving van Ged. Staten van
Zeeland, op hare mededeeling van dat adres
een missive waatibij was gevoegd een afschrift
van een door dat college aan den Minister van
Waterstaat gericht uitvoerig gemotiveerd ver-
zoek, waarin steun werd verlecnd aan het
streven der Kamer.
Bij de behandeling in. de fdeeiingan is het
verzoek der Zeeuwsch-V'laamsche Kaaner niet
onopgemerkt gelaten en in zijn memorie van
antwoord heeft de Minister meegedeeld, be-
reid te zijn verlaging van tarief voor passage
over de Schelde te willen bevorderen voor de
bezdtters van auto's in Zeeuwsch-Vlaanderen. j
In de openhare zitting is gebleken, dat al'le
sprekers zich verklaarden vodr tolvrije brug
gen, doeh dat de excentrisch gelegen gebieden j
daarvan weinig nut zullen hebben, terwijl zij
zelf met hooge tollen blijven zitten. In het
Noordoosten van het land zit men zij het
dan cp andere wijze dan Zeeuwsch-Vlaanderen
iblijkbaar ook nog met hooge tollen.
De hear VAN BRAAMJBEEK aanvaardt het
ontwerp, ofschoon daaraan belangrijke bezwa-
ren zijn verbonden. Maar er zijn vervolgde
hij ook nog enkele bezwaren van anderen
aard, die wij op den koop toe helbtoen te nemen.
Deze verhoogde benzinebelasting zal over het
geheele land gelijk werken. Wij hebben ech-
ter b.v. in Zeeuwsch-Vlaanderen het geval
is bok in het Voorloopig Verslag genoemd
een toestand, waarbij eigenlijk de autohouders
zeer weinig of geen belang hebben bij het af-
bouiwen van deze groote bruggen. Het idee is
gecpperd om deze menschen buiten deze ver
hooging te laten; de Re gee ring heeft gezegd:
wij zullen daaraan tegemoet komen door aan
de houders van auto's in Zeeuwsch-Vlaanderen
verlaging van de veergelden over de Schelde
toe te staan. Maar er zijn nog andere groepen
menschen, die onder soortgelijke osnstandig-
heden verkeeren en ook laten zien, dat dit
systeem toch niet in elk opzicht de billijkheid
betracht. Ik noem b.v. de Wiaddeneilanden.
Texel had het vorige jaar nog 293 auto's, Vlie-
land 9, Terschelling 59, Ameland 28 en Schier-
monnikoog 10, totaal een kleine 400, waarvan
de gebruikers zoo good als geen enkel voordeel
genieten van den af'bouw dezer bruggen en
nochtans daarvoor evenveel zullen moeten be-
talen als ieder ander. Hetzelfde geval doet
zich voor bij de stadsauto's, de taxi's; het taxi-
bedrijf in de groote steden bepaalt zich zoo
goed als geheel tot het vervoer binnen de
stadsgrenzen en even daarbuitcntoch zullen
ook deze ondememers extra kosten voor deze
bruggen moeten betalen, voor iets dus, waar-
aan ze zoo goed als niets hebben. Maar ook
dit bezwaar zijn wij bereid op den koop toe te
nemen.
De heer L.OOKEFEER juichte, ter wille van
de groote nationale belangen, gelegen in het
bezit van tolvrije bruggen, verkregen door de
verhooging van de benzinebelasting, dit wets
ontwerp toe. Niettemin achtte hij hetgeen in
de Memorie van Antwoord geschreven is, over
een te constateeren stijgend automobielver-
keer, in strijd met de feiten. Hij schrijft ech-
ter de achteruitgang van het automobielver-
keer niet toe aan de hooge benzinebelasting,
doch in hoofdzaak aan de zeer zware wegen-
belasting, vooral die op vrachtwagens, zwaar-
dere personenwagens en vooral op luxe auto-
bussen zoo geweldig drukt, dat voor de on-
dernemers een rendabel bedrijf niet meer mo-
gelijk is, omdat de wegenbelasting, die ge-
heven wordt naar het gewicht, zoo drukkend
is dat het de ondergang beteekent van vele
kleine menschen, die in dat bedrijf hun brood-
winning moeten zoeken.
Men zij daarom vervolgde spreker op
zijn hoede en make niet tot waarheid het
spreekwoord, dat men met het zoeken naar de
gouden eieren, ook de kip slacht en dus op
die wijze van den wal in de sloot raakt. Want
er is een grens en deze is, vooral in dozen
kommervollen tijd, ook wat betreft de draag-
kracht der autohouders, reeds overschreden.
Mijn hoofdbezwaar, naast alle voorkeur en
naast de liefde, die ik heb om dit wetsontwerp
te zien tot stand komen, tegen het wetsont
werp is wel voomamelijk, dat tal van benzine-
verbruikers ik sluit mij wat dit betreft aan
bij den geachten afgevaardigde den heer Ebels
in het land voor den versnelden bouw 0,60
per 100 K.G. benzine aan verhoogde belasting
zullen moeten opbrengen, terwijl zij geen of
bijna geen voordeel zullen hebben en zelden of
nooit van de bruggen gebruik zullen maken.
Daartegenover staat natuurlijk, dat degenen,
die geregeld van de bruggen gebruik moeten
maken te zwaar zouden worden belast bij het
stelsel van tolheffing. Indien ik dan ter wille
van de solidariteit onder de burgers van een
zelfde land van dit bezwaar zou afzien, dan
moet de Regeering voor de minst bedeelde
landsgebieden op het gebied van verkeers-
mogelijkheden ook grootmoedig zijn.
De positie van een streek in ons land, die
mij zeer wel bekend is, van Zeeuwsch-Vlaan
deren, van de Zeeuwsch-Vlaamsche bevolking
en van de autogebruikers, die slechts ten koste
van groote moeilijkheden van het andere
Nederlandsche wegennet kunnen gebruik
maken en die ook ten koste van vele moeilijk
heden van die bruggen in de toekomst ge
bruik zullen kunnen maken, is zeer ongunstig.
In het algemeen heeft men daar zeer weinig
voordeel van de vruchten der opbrengst der
motorrijtuigenbelasting. Men is daar gedwon-
gen, wanneer men naar Nederland wil of via
Belgie te rijden of wel de zware veerbelasting
te betalen voor de ponten over de Schelde.
Zoo kost b.v. een ritje met een luxe auto over
de Schelde f 2 heen en terug. Per persoon be-
taalt men bovendien f 0,65, zoodat men, wan
neer men met een gezin, een man, een vrouw
en drie kinderen, over de Schelde gaat, 7,50
moet betalen. Ik geloof, dat men zich in dezen
tijd wel tweemaal bedenkt, voordat men met
zijn auto een reis maakt over de Schelde. Men
gaat bij voorkeur door den tunnel van Ant-
werpen en dan betauxit men heen en terug 1.
Vrachtauto's betalen ook zeer hooge kosten,
wanneer zij over de Schelde gaan. Zoo kost
b.v. een tientonner geladen 14,50 enkele reis.
Er is een tijd geweest, dat het veel hooger
was, maar men begreep, dat met dergelijke
heffingen het vrachtautoverkeer tusschen
Zeeuwsch-Vlaanderen en de rest van Neder
land zeker niet zou toenemen, dat de banden
tusschen Nederland en Zeeuwsch-Vlaanderen
losser zouden worden gemaakt en dat men de
bevolking op die manier verder zou dringen
naar Belgie.
Het is aileszins redelijk, dat aan dezen on-
billijken toestand een einde wordt gemaakt.
Zeeuwsch-Vlaanderen kan niet tot voile ont-
.wikkeling komen, indien deze zware belasting
op de veerponten blijft drukken. De Zeeuwsch-
Vlamingen zijn daardoor gedwongen zich te
veel op Belgie te orienteeren en wanneer zij,
zooals ik reeds gezegd heb, van auto's gebruik
maken, dan gaan zij bij voorkeur over Bel-
gische wegen, omdat het Nederlandsche
wegennet voor hen bijna onbereikbaar is. Het
is een groot nationaal belang, dat men de
Zeeuwsch-Vlamingen meer aan Nederland
bindt. Er is een tijd geweest, toen vreemde
oogen begeerig en verliefd naar Zeeuwsch-
Vlaanderen loerden, dat de Regeering tot de
grootste tegemoetkomingen en tot groote
faciliteiten op verkeersgebied bereid was.
Helaas, deze liefde is niet bestendig van duur
en thans moet men weer bidden en smeeken
om een zeer billijke verlaging der veerkosten
te verkrijgen. Het Rijk geeft 80 pet. in het
tekort der provinciale bootverbindingen over
de Schelde. Natuurlijk wordt zulks gewaar-
deerd, maar om de Zeeuwsch-Vlamingen, die
o-oede Nederlanders zijn, meer te orienteeren
naar het moederland, is deze tegemoetkoming
onvoldoende. De Regeering zij waakzaam en
late zich niet te dikwijls waarschuwen. Wat
ik hier zeg, is een vrij algemeene opime in
Zeeuwsch-Vlaanderen. Het bootverkeer over
de Schelde moet voor auto's en voor het per-
sonenvervoer 6f gebeel vrij zijn of tot een mi
nimum van kosten gereduceerd worden. Onge-
twijfeld zal zulks de Regeering geld kosten,
maar de groote nationale belangen, die op het
spel staan, wettigen de uitgaven volkomen.
De gelegenheid om het geld te vinden doet
zich thans voor, want uit de opbrengst dezer
verhoogde benzinebelasting kunnen de kosten,
die daaraan besteed moeten worden, voor een
zeker gedeelte betaald worden. Nuttiger dan
voor het door mij bepleite doel kan een ge
deelte van de opbrengst volgens mijn beschei-
den meening moeilijk besteed worden.
Nu geeft de Minister in de Memorie van
Antwoord de toezegging, dat hij in verband
met de verhooging der benzinebelasting een
verlaging van de veergelden voor auto's over
de Wester-Schelde zal bevorderen, voor zoover
deze auto's gehouden worden door bewoners
van Zeeuwsch-Vlaanderen.
Deze oplossing is toch geheel onvoldoende.
Waarom wordt de verlaging alleen toegepast
voor Zeeuwsch-Vlaamsche auto's? Waarom
niet voor auto's van geheel Zeeland? Men
moet toch de bevolking van geheel Zeeland
tot elkaar brengen. En waarom niet voor
auto's van de rest van Nederland? Men dient
beide gebieden, Zeeuwsch-Vlaanderen en de
rest tot elkaar te brengen. De auto is toch
een van de hoofdmiddelen van vervoer van
den tegenwoordigen tijd, en men dient het
autoverk'eer tusschen beide gebieden te bevor
deren, zooveel mogelijk langs Nederlandsche
wegen en over de Nederlandsche Schelde, en
niet langs het buitenland.
Het zou- bovendien een zeer verkeerden m-
druk maken, dat alleen de Zeeuwsch-Vlamin
gen voordeeliger over de Schelde kunnen
komen. Het verkeer moet zich wederkeerig
ontwikkelen en niet eenzijdig. Men klaagt er
in Zeeuwsch-Vlaanderen aanhoudend over, dat
het door de overige Nederlanders te weinig
bezocht wordt. Ik geloof, dat zeer vele van
mijn oollega's in de Kamer Zeeuwsch-Vlaan
deren nog nooit gezien hebben. (Protesten.)
Mijnheer de Voorzitter! Uit de ontstemming
van mijn collega's, die er heerscht, blijkt, dat
ik mij vergist heb; het blijkt dus voor mijn
collega's wel een aantrekkelijk gebied te zijn,
maar ik kan toch wel zeggen, dat vele Nader-
landers Zeeuwsch-Vlaanderen nooit bezocht of
gezien hebben. Dat zal men toch niet kunnen
tegenspreken. Wellicht komt de tijd, dat de
Regeering de veerponten beschouwen zal als
verlengstukken der Nederlandsche spoorwegen
of als bruggen in dien zin, dat geen afzonder-
lijke tarieven zullen worden geheven, evenmin
als op de bruggen.
Als een goede toezegging van de zijde der
beide Ministers van Waterstaat en van Finan-
cien zou ik het beschouwen, wanneer mij de
verzekering zou gegeven worden, dat zij zul
len medewerken om de tarieven van de veer
ponten over de Schelde en voor auto's en voor
personen aanmerkelijk te verlagen, opdat deze
verhoogde benzinebelasting de mogelijkheid
scheppe, dat de banden tusschen Zeeuwsch-
Vlaanderen en overig Nederland nauwer wor
den aangehaald.
De heer BIEREMA veronderstelde, dat vele
belanghetotbenden een zucht van verlichting
hebben geslaakt, toen bekend werd, dat de
Regeering althans voorloopig had afgezien
van haar denkibeeld, om tol te gaan heffen o.p
de bruggen over de groote rivieren. Hij heeft
er zich, ondanks de bezwaren die zich ook bij
dit voorstel voordoen, over verheugd.
De Regeering zegt, dat uit een verkeerstel-
ling is gebleken, dat van de overbruggingen
over de groote rivieren door het doorgaand
verkeer een grooter geibruik wordt gemaakt
dan men indertijd heeft gemeend te mogen
veronderstellen. Ik zal dat natuurlijk niet
tegenspreken, het zal wel juist zijn, maar aan
den anderen kant is ook niet te ontkennen,
dat „doorgaand verkeer" natuurlijk een be-
trekkelijk begrip is. Wanneer men eens na-
gaat hoevele van de getelde automobielen
thuisbehooren in de verst afgelegem provin-
cien, bijv. in het noofden van het land, waar
op ook de heer Ebels heeft gewezen, komt men
tot de conclusie, dat dat een zeer gering per
centage is. Zoo is gebleken, dat van die ge
telde automobielen 1% pet. thuisbehoorde in
Groningen, slechts 1 pet. in Friesland en
pet. in Drenthe. Te z-amen dus slechts onge-
veer 3% pet. behoonde tot de noordelijke pro-
vincien. 'Het is daarom begrijpelijk, dat men
in die provineien, ja sterker nog, in die deelen
van het land, waarop ook de heeren van
Braambeek en Uockefeer hebben gewezen,
waar men in het geheel niet van de bruggen
kan profiteeren, als Zeeuwsch-Vlaanderen en
de Wadden-eilanden, het gevoel heeft gekre-
gen, -dat men nu moet bijdragen om anderen
vrij te stellen van tolheffing. Dit gevoel is des
te schrijnender, wanneer men woont in een
gebied, waar men allerminst van tolheffing is
vrijgesteld. Ik doel hier op de veertkolonien,
waar men zucht onder zware tolheffingen, niet
alien op de landwegen, maar evenzeer op de
waterwegen. Men heeft in den loop der jaren
htm el en aarde bewogen om daarin eenige ver
lichting te krijgen en men heeft gemeend het
doel: verlaging van de tolheffingen t-en aan
zien van de heffingen op de waterwegen, ein-
delijk bereikt te hebben.
Maar als ik goed ben ingelicht, is er thans
weer nieuwe stagnatie gekomen en is men
met dat vraagstuk niet verder gekomen. Ik
sluit mij daarom gaarne aan bij het betoog van
den heer Ebels, waar hij een beroep heeft ge-
daan op den Minister van Wlaterstaat, om nu
eindelijk verlichting te brengen van de zware
heffingen in deze streek, zoowel ten aanzien
van de land- als van de waterwegen. De Re
geering stelt nu voor, een algemeene heffing
te leg-gen op het .geheele land, door de benzine
belasting te verzwaren. Men kan betoogen,
dat dit slechts een geringe verzwaring van
den druk is, maar het is toch niet te ontken
nen, dat men het motorverkeer zoo langza-
merhand is gaan beschouwen als een pakezel.
waarop maar steeds z-waardere lasten gelegd
kunnen worden. Ik vrees echter, dat de tijd
wel eens zou kunnen komen. dat dit dier daar
onder zal bezwijken. In den vorm van diverse
belastingen toch heeft het motorverkeer in
1935 niet minder dan 65 millioen opgebracht,
waaraan nu een nieuwe heffing van circa 2 V2
millioen zal worden toegevoegd. Nu kan -men
daarover meer of minder optimistisc-h denken,
maar feit blijft, dat in den laatsten tijd uit
de telling is gebleken, dat het aantal perso
nen- en vrachtauto's terugloopend is.
Daarnaast kan men als een bezwaar aan-
voeren, dat er veel auto's zijn, die nooit ge
bruik zullen maken van deze overbruggingen.
Ik wijs op de taxi's in de groote steden, en de
autcbussen. Wij hebben een adres gekregen
van de N.V. Gemengd bedrijf Haagsche Tram-
weg Maatschappij, waaruit blijkt, dat men zich
bezwaard gevoelt, dat deze lasten nog weer
verhoogd worden, waardoor de tekorten van
dit bedrijf weer toenemen. Voorts zal het ben-
zinegebruik getroffen worden van motoren
die in geheel andere bedrijfstakken gebruikt
worden en uiteraard nooit van deze bruggen
kunnen profiteeren, zooals de benizinemotoren.
in gebruik bij den landbouw, de soheepvaart
en de visscherij, zoo bijv. de garnalenvisscherij
in Zoutkamp, die gebruik maakt van kleine
scireepjes gedreven door benzinemotoren. Dat
is een noodlijdend bedrijf, dat de Regeering
zich verplicht heeft gezien te steunen, maar
nu is het merkwaardige, dat het bedra-g van
dezen steun kleiner is dan de bijdrage die deze
visschers zelf leveren in den vorm van belas
ting op de door hen gebruikte benzine.
Men moet daarom over het bezwaar van
belastingverhooging, al is het betrekkelijk
gering, dat dit voorstel meebrengt, niet te
komt
I Aspirin
het bloed naar de
wrichten en spieren. I
verdrijft de schadeli
m stoften en doet daardoor
a rheumatische pijnen ver-
dwijnen. Dus voor elken
/JF rheumatieklijder: Neerr
'het product van vertrouwen
"uult.nd varkrijgbaa, In de o'anje-bandbu.^sv*l
>abl. 70 Os. en oranjezakjes van 2 tabi. a
(Ingez. Med.)
licht denken.
Een ander bezwaar is, dat men gedwongen
zal worden meer en meer over te gaan tot het
gebruik van Dieselmotoren. Ik betwijfel of dat
een vooruitgang zal zijn, want niet alleen dat
de fiscus daarvan groote schade zal onder-
vinden, maar ook de gezondheid, vooral in
onze groote steden. Als een Dieselvoertuig pas-
seert, dan waarschuwen de reuk-organen direct
dat een Dieselmotor voorbijgaat, in veel ster
ker mate dan dit het geval is -bij benizinemo
toren.
Ik geloof daarom, dat het voor de gezond
heid volstrekt niet onbedenkelijk zou zijn, wan
neer in onze groote steden op groote schaal
gebruik zou worden gemaakt van dieselmoto
ren, en die rich ting gaat het uit; wij hebben
hedenmorgen in de oouranten kunnen lezen,
dat hier in den Haag 12 auto'bussen zijn be-
steld met dieselmotoren. De zware heffing op
de benzine dringt in deize richting. Men doet
dat zoowel met autobussen als met zware
vrachtauto's. Dit voorstel zal een stimulans
zijn om in deze riching verder te gaan.
De Regeering acht het leggen van een druk
op het geheele land ook daardoor gemotiveerd
dat door dit voorstel feitelijk het geheele land
zal worden -gebaat, naar zij zegt. Het centrum
wordt gebaat doordat men wordt vrijgesteld
van de tot dusverre dreigende tolheffing. Het
noorden van het land profiteert van het leg
gen van den afsluitdijk. Ik vrees, dat men in
het noorden van het land niet het gevoel zal
helbben, dat hierin inderdaad een voldoende
compensatie wordt gevonden. Natuurlijk, men
waaideert het, dat men nu en dan gebruik kan
maken van den grooten weg langs den af
sluitdijk, maar verreweg het grootste deel van
de auto's in het noorden des land's maakt van
dien weg nooit gebruik. Daarom sta ik, even-
als de heer Ebels, sceptisch tegenover dit aan
het noorden des lands toegfedachte voordeel.
Noordholland zal profiteeren, doordat het bij
Velsen een ibrug of een tunnel zal krijgen. Zoo
zou dan in den gedachtengang der Regeering
het geheele land kunnen prrhiteeren van dat-
gene, wat op Rijkskosten is tot stand ge-
bracht, maar dan vraag ik mij toch af, met
den heer Dockefeer, in hoeverre dan Zeeland
zal profiteeren. Het verkeer in Zeeland is bui-
tengewoon moeilijk en beizwaarlijk en gaat
met groote kosten gepaard. Dit geldt met
name voor Zeeuwsch-Vlaanderen. Het is toch
moeilijk te ontkennen, dat cp het oogenblik
feitelijk Zeeuwsch-Vlaanderen, door de prac-
tijk gedwongen, zich meer en meer gaat orien
teeren op Belgie -en op de Belgische steden.
Uiit een nationaal oogpunt betreur ik dit in
hooge mate, maar het is begrijpelijk, wanneer
men zich realiseert, welke belachelijk hooge
tarieven moeten worden betaald cim met een
auto over de Westerschelde te komen. Wan
neer men voor een be lad en auto meer dan
14 veergeeld moet betalen, dan spreekt het
wel vanEelf, dat -dit elk verkeer uitsluit en on-
mogelijk maakt.
Ik ondersteun gaarne het betoog van den
heer Lockefeer om maatregelen te treffen, om
dit verkeer over de Wiestersehelde goed'kooper
te maken. Of dit alleen zal gelden voor de
houders van auto's, die wonen in Zeeuwsch-
Vlaanderen, dan wel *001- het algemeen ver
keer, is een vraag, die men nader onder de
oogen zal moeten zien. Het wil mij voorkomen
dat dit niet alleen voor de bewoners van Z.-
Vlaanderen zou moeten gelden. In elk geval,
ik heb mij verheugd, dat de Regeering reeds
in de Memorie van Antwoord heeft gezegd, dat
zij een verlaging van het veergeld zal bevor
deren. Ik hoop, dat op dit punt de Regeering
een echt liberale verkeerspolitiek zal gaan
voeren.
De heer DE GEER hield een uitvoerig be
toog over het principe der wet en wees er op,
dat er ten slotte grenzen zijn aan de draag-
kracht van een object, waarboven men niet
mag gaan, omdat er grenzen zijn aan het nut-
tig rendement van een belastingheffing.
Hij deed overigens een beroep op de
Regeering om den bruggenbouw met kracht
door te zetten, zonder verder den auto met de
gouden eieren te slachten.
De heer VAN DIJK wees er op, dat de
Regeering zich, wegens de emstige bezwaren
die daartegen zijn ingebracht, heeft losge-
maakt van het systeem van tolheffing en een
geheel ander stelsel heeft gekozen om den
versnelden bruggenbouw te kunnen financie-
ren. Bij dit nieuwe stelsel doen zich eveneens
bezwaren voor. De verhoogde heffing van
benzine drukt op tal van groepen, die van het
verbeterde verkeer geen gebruik zullen Of
kunnen maken. Hij eindigde aldus:
Ten slotte een enkel woord ten behoeve van
Zeeuwsch-Vlaanderen. In paragraaf 10 van