«i RCMrrw KIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
BLACKBOY
ka>a£i&it:
No. 9423
VR1JOAG 6 MAART 1936
76e Jaargang
Binnenland
Feuilleton
Een liefde in China.
EERSTE BLAD
ZWARE PRUIM
rjanv W ■■'TifSkjmrnc vwr
NEUZENSCHE COURANT
jrik^hlC &MGHMH - aIItati rpffP.l
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1.25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr per post f 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,-, overige lan den 2,35 per 3 maanden fr. per post
Ataonnementen voor het buitenland alleen bij vooruiti etaling.
IJitgeefsterFirma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 33150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer 0,20
KT.F.rVF, ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clich6's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, betwelk op aanvraag
!o Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgavc.
verkrijgbaar is.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJD AG A VOND
STAATSCOMMISSIE VOOR DE
ONDERWIJSCONOENTRATIE.
De minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen, prof. dr. Slotemaker de
Bruine, heeft hedenochtend te 11 uur in een
der zalen van het departement van Binnenl.
2a)ken de Staatscommissie voor de Onderwijs-
concentratie geinstalleerd.
De minister heeft daarbrj de volgende rede
gehouden:
„Ik heet U welkom in deze eerste vergade
ring van onze Staatscommissie en betuig U
den warmen dank der regeering, dat U zich
naast het vele werk, dat reeds op Uw schou-
ders rust, voor dezen arbeid hebt willen be-
sebikbaai stellen.
Het is volgens het Kon. besluit tot instelling
van deze commissie onze taak:
1. te onderzoeken, of een wettelijke rege-
ling kan worden getroffen om de concentratie
van bjjzondere scholen voor algemeen vor-
mend lager onderwijs te verwezenlijken op een
vrijze, die de bezwaren tegen paragraaf 12 van
bet bij Koninklijke Boodschap van 6 Augustus
1936 ingediende wetsontwerp ondervangt; en
eventueel voorstellen in die rich ting te doen;
2. voorstellen te doen, welke betrekking
hetoben op de materie, geregeld in de wet van
4 Augustus 1933, Staatsbl. no. 414.
Ik moge er al aanstonds op wijzen, dat deze
taak, hoewel beperkt van omvang, niettemin
van zeer principieele beteekenis is, aangezien
aij ons doet werkzaam zijn op het erf der pa
cificatie inzake bet algemeen vormend lager
onderwijs. Na jaren van strijd, van dikwijls
zeer fellen strijd tusschen rechts en links
werd een oplossing verkregen en in de grond-
wet vastgelegd, die beide partijen bevredigde
en die den weg baande voor de vrienden van
bet openbaar en die van het bij'zonder lager
onderwijs om voortaan met vermijding van
hetgeen tot dusver den strijd beheerscht had
werkzaam te zijn aan de verbeffing van bet
algemeen vormend lager onderwijs als geheel
beschouwd. Ik ben overtuigd, dat het ons aller
emstige begeerte is, deze in 1917 verkregen
uitkomst ongerept te bewaren. Dat niet enkel
in het verleden deze uitkomst wel bestreden
is, doch dat in de toekomst ongetwijfeld het
verkregene op nieuwe wijze zal worden aange-
vochten, moge ons alien te sterker aansporen
om de verkregen pacificatie te bewaren en om
met dit doelwit voor oogen eendrachtig een
antwoord te zoeken op de vragen, die tbans
aan ons gezamenlijk ter bearbeiding zijn voor-
gelegd Daarbrj wordt ons werk niet weinig
vereenvoudigd doordat het beginsel der lager
onderwijswet 1920, dat de pacificatie uitwerkte
buiten onze bestudeering valt en doordat de
regeering geen oogenblik wil getomd zien aan
de overtuiging, dat het der overheid niet t-oe-
komt zich een oordeel te veroorloven omtrent
de vraag, in hoeverre bepaalde riohtingen in
het bijzonder onderwijs reden van bestaan
hebben naast andere ricbtingen, ook naast
soodanige, die den buitenstaander voorkomen
wel zeer verwant te zijn. Van de zijde der over
head moet dit element van de geestelijke vrij-
heid ongerept worden bewaard.
Het is nu aan de hand van deze richtlijnen
waarvan ik wel met voldoening mag vast-
stellen, dat zij in deze commissie door alle
leden worden aanvaard dat een antwoord
gevonden moet worden op twee vragen.
De eene wil onderzocht zien in hoeverre er
aanleiding bestaat om, met het oog op de
grootste soberheid in bet besteden der open-
bare geldmiddelen, welke bij voortduring is
gefooden, de voorscbriften der wet van 4 Aug.
1934, Staatsbl. no. 414, al dan niet gewijzigd,
ook na 31 December 1936 te handhaven, in het
bijzonder voor zooverre daardoor de stichting
van nieuwe scholen, zoo voor het openbaar
als voor bet bijzonder onderwijs, in sterke
mate wordt geremd. De andere vraag luidt:
op welke wijze een concentratie van bestaande
bijzondere scholen, eveneens ter vermindering
van overheidsuitgaven, kan worden verkregen,
gezien nude hetgeen met bestaande openbare
scholen is geschied. De behandeling van deze
laatste vraag zal zeer bepaald moeten reke-
nen met de bezwaren, die op 19 December 1935
in de Tweede Kamer zijn ingebracht tegen het
regeeringsvoorstel, vervat in par. 12 van het
ontwerp tot verlaging der openbare uitgaven
voor het onderwijs. Deze bezwaren gelden
zij bet ook, dat zij niet op geheel gelijke Wijze
worden geformuleerd en geadstrueerd met
name de verhooging der minima, de dispensa-
tiebevoegdheid van de Kroon of den minister,
de te vei wachten bezuiniging, het onderscheid
in de regeling Voor het openbaar en bet bij
zonder onderwijs.
Met een zij het overbodig beroep op
Uw aller medewerking en met den ernstigen
wensch, dat wij op korten termijn, zooals de
regeering vroeg op 20 December, onze op-
dracht zullen volvoerd hebben, verklaar ik de
eerste vergadering der staatscommissie, inge-
steld bij Kon. besluit van 11 Februari 1936,
no. 15, te zijn geopend."
NEDERLANDSCHE KAMER VAN
KOOFHANDEL IN BELGIe.
Tijdens de te Brussel gehouden vergadering
van de Nederlandsche Kamer van Koophandel
in Belgie, waarin devoorzitter van het Ver-
bond van Nederlandsche Werkgevers de heer
H. P. Gelderman C.Mzn., zijn rede over indus-
trialisatie heeft gehouden, werd tot eerelid van
de Kamer benoemd oud-minister Verschuur,
commissaris-generaal van Nederland op de
Brusselsche Untoonstelling in 1935.
Onder de aanwezigen, die de uiteenzetting
van den heer Gelderman volgden, werden op-
gemerkt de Belgische minister van Economi-
sche Zaken van Isacker, de Nederlandsche
zaakgelastigde jhr. W. F. van Lennep, de Ne
derlandsche consul-generaal mr. H. van Rom-
burgh, de beer van Roozendael, voorzitter van
den Bond van Nederlandsche Vereenigingen in
Belgie en vele andere autoriteiten.
DE BLUE BAND-RECLAME.
Naar aanleiding van de weigering van
minister Slingenberg om het door het lid der
Eerste Kamer mr. Van Vessem gevraagde on
derzoek naar de gestie van het Rijks-Instituut
voor de Volksgezondheid in verband met de
reclame voor Blue Band-margarine in te stel
len, zulks ondanks het in de vergadering der
Kamer van 26 Februari herhaalde verzoek,
welke weigering door den minister gemoti-
veerd is met door hem uitgeoefende kritiek op
de radactie van de desbetreffende schriftelijke
vraag, wordt medegedeeld, dat omtrent de
door mr. Van Vessem aan den minister ge-
stelde schriftelijke vragen tusschen den voor
zitter der Eerste Kamer en mr. Van Vessem
■overleg had plaats gevonden en dat de redac-
tie der vragen, in den vorm, waarin deze aan
den minister zijn medegedeeld en zooals deze
zijn gepubliceerd, in overeenstemming is met
een door den voorzitter der Eerste Kamer
voorgestelde redactiewijziging, waarmede mr.
Van Vessem zich had vereenigd.
Wij herinneren er aan, dat mr. Van Vessem
gevraagd had, of de minister bereid was te
onderzoeken „door welke invloeden" de direc-
teur van bet Rijks-Instituut voor de Volksge
zondheid er toe gekomen was, de geadverteer-
de verklaring omtrent de Blue Band-marga
rine af te geven.
RAAD VAN KATHOLIEKEN DER N. S. B.
De bisschop van 's-Hertogenbosch, mgr. A.
F. Diepen, iheeft een verbod uitgevaardigd ten
aanzien van de deelneming aan en het behulp-
zaam zijn van den ,,raad van katholieken" der
N. S. B.
Mgr. Diepen acbt de leiding van de N. S. B.
volstrekt onbevoegd, zich in kerkelijke aan-
gelegenheden te mengen.
DE VOE'DINJGSTOESTAND VAN
SOHOOLKINDEHEN.
De Minister van Sooiale Zaken zal een com
missie van vijf leden instellen met de opdracht
een voor het geheele land bruikbare methode
aan te geven, volgens welke het onderzoek
naar den voedings toestand van schoolkinderen
en de verwerking van $e verkregen gegevens
moet plaats bebben.
Naar vernomen wordt zijn de navolgende
beeren aangezocht in die commissie zitting te
nemen, nl. dr. C. L. Deyll, dr. J. C. Streng en
dr. G. D. Swanenburg de Veye, resp. leiders
van den school arts cndienst te Amsterdam,
Den Haag en Veendam, benevens de heeren dr.
E. H. J. van der Heijden, directeur van den
gemeentelijken geneeskundigen- en gezond-
heidsdienst te Maastricht en prof. dr. N. Tin-
foergen.
DE KWESTIE VAN STEUN .AAN DE
BINNENSCHIPPERS.
Op vragen van den heer Duymaer van Twist
betreffende h-t verleenen van financieelen
steun van regeeringswege aan de binnen-
schippers, heeft de minister van handel, nij-
verheid en soheepvaart geantwoord:
1. De ondergeteekende heeft kennis geno-
men van bet voornenun van zijn ambtgenoot
van landbouw en visscherij om bepaalde kleine
boeren en tuinders voor een geldelijke uitkee-
ring in aanmerking te aoen komen, welke uit-
keering een incidenteel karakter draagt en zal
worden bekostigd uit het Landbouwcrisis-
fonds.
2. In afwachting van het advies van de
subcommissie voor de binnenvaart van de Cen-
trale Commissie van Advies en Bijstand voor
het Verkeersfonds, daartoe uitgebreid met
verschillende deskundigen, welke subcommissie
met haar onderzoek n;],ar de werking van de
Wet op de Evenredige Vrachtverdeeling nog
niet gereed is, meent de ondergeteekende zich
zijn oordeel ten aanzien van eventueel te tref-
fen maatregelen met betrekking tot de binnen
vaart te moeten voorbehouden.
Uit het Engelsch door BEN BOLT.
(Nadruk verboden.)
46Vervolg.
"Hij maakte den zin niet af, zich blijkbaar
nu de dorpelingen weer herinnerend, die nog
steeds in het stof gebogen lagen. Hij riep een
■van zijn dienaren, gaf hem een kort bevel, en
een halve minuut later stonden alien overeind
•n holden naar huis. Nang-Kung's vader
staarde hen na.
,,Dwazen", klonk bet medelijdend. „Groote
dwazenMaar dat kunt ge verwaonten dr.
Forsyth wanneer mannen als ik zelf onze
dochter kunnen martelen op het altaar der
oucte, ingeroeste gewoonten Maar ik beb me
bij de vooruitstrevende beweging aangesloten
en waar ik kan, zal ik me tegen zulke dwaas-
beden verzetten. Hier in de westelijke pro-
vincie heeft dat starre conservatisme nog de
overhand, maar als gouvemeur zal ik veel
kunnen doen. Ik beb mijn vriend dr. Burritt
gescbreven, om zijn zendingsstation naar mijn
koofdstad over te brengen."
,Jlan zal Burritt dat doen", verklaarde For
syth met overtuiging.
De mandarijn, die heelemaal vervuld was
geweest van de onverwacbte ontmoeting, dacht
■u aan zijn koelies, gaf hun order den stoel
*eer te zetten en steeg uit.
„Kom dokter, wij zullen in deze ,,Gelukster"
afstappen en tenwijl mijn bedienden het kamp
opslaan, zsult u me vertellen, wat u zoover van
Yong-Foo doet."
Terwijl iForsyth het verhaal deed, luisterde
de gouvemeur met al die vreemde onbewogen-
heid, zijn ras eigen en pas aan bet einde deed
hij een kiesche vraag:
En het meisje, wat is zij u, mijn vriend?"
AUes!"
.Dat veronderstelde ik al!" Het was eea»
oogenlblik stil en de mandarijn sprak verder:
„Yong-iFoo is een gesloten poort voor u en
miss Barrington, zoolang Li Weng-Ho daar
heer en meester is, waarom komt ge niet met
Burritt naar Yunnan Daar houd ik, een
vriend, d* teugels van bet bewind en zult ge
van harxe welkom zijn, u en Kathleen."
Een lachje danste in de oogen van den
mandarijn, toen hij dien naam gebruikte.' Die
vrijheid is onder vrienden veroorloofd, niet-
waar? Zoo spreken Nang-Kung en ik altijd
over de edele dame, die haar kinderlijke vrees
verjoeg. U zult naar Yunnan komen, For
syth? Ik verlang het zeer!"
De amicale manier, waarop de mandarijn
hem toesprak, roerde den jongeman diep, „als
het uw wensch is dan gaarne", antwoordde
hij,,maar ik moet eerst naar Canton rap
port uitbrengen."
„Dat wil zeggen, v6or alles naar Yunnan",
verbeterde de mandarvjn opgewekt. „Daar sta
ik op. Vergeet niet, dat u zich in mijn pro-
vincie bevindt en u zich dus niet tegen mijn
voorsohriften verzetten moogt!"
iEn zoo gebcurde het dat ze naar Yunnan-Fu
trokken, langzaam reizend door rustige, vrien-
delijke streken. Ten laatste, op een zonnigen
middag, bereikten ze den Yam en van den gou
vemeur, saamgedromde burgers gaven den
weg aan, en buiten de poorten van het paleis
was de gebmikelijke verzameling misdadigers
vastgebonden met de zware houten halsban-
den die een deel van hun tuchtiging uitmaak-
ten.' Uit zijn stoel liet Forsyth een meewari-
gen tblik langs hen glijden, toen hij plotseling
een gezicht opmerkte, vastgezet in een schand-
blok met spijkers en verbaasde schrik zich van
hem meester maakte. De oogen van den ge-
strafte ontmoetten de zijnen. Hij zag dat de
man hem herkende en toen hij door de Yamen-
poort ging, wist hij zeker, dat hij zich zooeven
niet vergist had.
XXIX.
In veilige haven.
Zoodra het hem mogelijk was, ging For
syth weer naar buiten. De ongelukkige schel-
men, die den schandpaal moesten doorstaan,
waren er nog, en zonder aarzeling liep Forsyth
op den gestrafte toe, dien hij straks opge-
merkt had. De man had een gegroefd gezicht,
INDUSTRIE-FINANCIERING.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging
en verhooging van het tiende hoofdstuk der
Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1936. (In
dustrie-financiering).
Aan de Staten-Generaal is reeds ter over-
weging aangeboden een ontwerp van wet tot
oprichting van een naamlooze venpootschap
N.V. Maatschappij voor Industrie-financiering.
De noodige gelden voor de deelneming in het
aandeelenkapitaal van deze vennootschap
worden bij het onderhavige wetsontwerp aan-
gevraagd. Tevens zijn hierbij memorieposten
opgenomen voor een bijdrage aan genoemde
N.V. in eventueele verliezen op verstrekte
eredieten of op deelneming in het kapitaal
van industrieele ondernemingen resp. voor het
verstrekken van een geldleening aan deze N.V.
VRAGEN AAN DEN MINISTER VAN
JUSTITIE INZAKE „DER STiiRMER".
Het Tweede Kamerlid Boon heeft den Mi
nister van Justitie gevraagd, of het hem be-
kend is, dat in het perceel Kalverstraat 7 te
Amsterdam, waar sinds begin Januari 1936
gevestigd is de sigarenwinkel ,,Het Neder
landsche Sigarenbedrijf deDriehoek", naast
N.S.B.-materiaal en uitgaven van de Duitsche
Moederbeweging ook verkrijgbaar is bet
Duitsche weekblad „Der Sturmer" van Julius
Streicher te Numberg, dat daar wekelijks in
talrijike exemplaren voorradig is en voor de
somma van 15 cents aan het publiek geleverd
wordt in een achter den winkel gelegen ver-
trek.
Is het den Minister bekend, dat de Duitsche
regeering in den inhoud van dit weekblad aan
leiding heeft gevonden, den uitvoer daarvan
naar het buitenland te vehbieden? aldus vra-
ger, die voorts wijst op een voor de Joden be-
leedigend onderschrift onder een plaat in een
nummer van Febmari.
Is de Minister niet van oordeel, zoo vraagt
hij dan, dat tegen de verkoopers een straf-
vervolging dient te worden ingesteld op grond
van de Wet van 19 Juli 1934, houdende nadere i
voorzieningen ter besoherming van de open-
bare orde?
Is de Minister voorts bereid zich in ver-
binding te stellen met zijn ambtsgenoot van
buitenlandsche zaken, met verzoek of deze
door bemiddeling van Harer Majasteits ge-
zant te Berlijn aan de Duitsche regeering in-
liohtingen wil vragen naar de motieven, waar
om blijkbaar de uitvoer van dit orgaan wel
wordt toegestaan, indien de verkoop in Neder
land gesehiedt door personen, die functies be-
kleeden in de Nationaal Socialistische Bewe
ging, leider Ir. A. A. Mussert, en daarbij
kenibaar te maken, dat verspreiding van dit
weekblad hen evenals iederen anderen ver-
kooper in Nederland aan een strafvervolging
blootstelt
CREDIETEN VOOR WERKVERRUIMING.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijziging
en verhooging van het zevende hoofdstuk B
der Rijksbegrooting voor het dienstjaar 1935.
(Crediet voor werkverruiming)
Aan de toelichting hiervan is ontleend:
Gelijk uit het aan de Staten-Generaal toe-
gezonden driemaandelijksche verslag van het
Werkfonds 1934, loopende van 16 September
tot en met 16 December 1935, blijkt, is ten
.taste van den begrootingspost van het Werk
fonds 1934 rond 61,2 millioen geblokkeerd,
waarvan rond /17.7 millioen bestemd voor
zgn. industrieele projecten. Inmiddels zijn
deze bedragen (midden Februari 1966) op
respectievelijk rond 64.2 en 17.9 millioen
te stellen.
Laatstgenoemde som zal worden overge-
bracht naar de op den kapitaaldienst van
Hoofdstuk X uit te trekken post voor te ver
strekken geldleeningen aan de N.V. Maat
schappij voor Industriefinanciering.
Als gevolg daarvan blijft dan van het toe-
a
Product van DOUWE EGBERTS Tabaksfabn
Ingez. Med.
gestaan crediet ad f 60.000.000 rond f 13.7
millioen beschikibaar voor nieuwe plannen voor
openbare werken. De regeering acht het
echter wenschelrjk, dat Voor dit doel de be-
schikking worde verkregen over een som van
in totaal 20 millioen. Vandaar, dat bij 'het
bij deze memorie behoorend wetsontwerp een
nieuw crediet wordt aangevraagd, ten beloope
van het verschil tusschen deze twee bedragen,
zijnde 6.3 millioen.
PROPAGANDA VOOR DEVALUATIE.
Onlangs werd voor de afd. Maastricht van
de Ned. Maatschappij voor Nijverheid en Han
del een rede gehouden, waarbij de spreker, de
heer Bernsem uit Velp, een pleidooi hield om
den beschikbaren arbeid in ons land over een
grooter aantal menschen te verdeelen, om al
dus een einde te maken aan den geesel der
werkloosheid, terwijl dan de vrijgekomen
steungelden eerst als toeslag op de (natuurtijk
sterk verlaagde) loonen zouden kunnen ge-
bruikt worden, om het later geleidelijk-weg te
gebruiken ter verlaging van de vaste lasten.
zoodat de kosten van levensonderhoud kunnen
dalen en de arbeiders met een kleiner geldloon.
toch in koopkracht weinig aehteruit zouden
gaan.
Naar aanleiding hiervan schrijft ce
burger Koerier" (r.k.
iDe, spreker zag voorbij, dat de grens der
loonsverlaging in vele bedrijven reeds is oe-
reikt. De loonen zijn, in vele takken van be-
,,IK BIED U MIJN D/ENSTEN AAN VOOR 17\CTS. PER WEEKI
En toch zal ik voor dit lage loon mijn uiterste best doenIk zal Uw wasch
prachtig helder maken I U zult verrukt zijn over mijn veilige werkwijze. Zelfs de
teerste iveefsels worden door my niet aangetast!
H.Z. ZELFWERKEND WASCHMIDDEL; 17'12 CTS. PER OROOT PAK
(Ingez. Med.l
dat met een kleurstof bewerkt was om een
Chineeschen teint te krijgen; zijn wenkbrau-
wen waren donker gemaakt, maar zijn oogen
waren blauw; de blauwe oogen van een Euro-
peaan, en Forsyth zag dat ze met bloed door-
loopen waren... tengevolge van zenuwover-
spanning en pijn waarschijnlijk.
,,In 's hemelsnaam, Forsyth
,,Dus zoover is het met u gekomen, Leland
Barrington!"
,,Zeg liever met wat er van Leland Barring-
ton over is", gaf de handelaar ten antwoord. j
,,Vijf dagen heb ik in deze Chineesche hel ge- i
leefd en de boef, dien ik-,heb betaald, om me
te voeden, is er vandaag niet geweest. Nog
een dag en ik word gek."
Forsyth beschouwde hem aandachtig. Bar-
rington's toestand was meelijwekkend genoeg.
De houten kraag verainderde hem te gaan
liggen of achterover te leunen, maakte het
htm zelfs onmogelijk zijn voedsel naar den
mond te brengen.
,,'Hoe kom je in -dezen toestand?" infor-
meerde Forsyth.
Opium smokkelen! De plaatsvervangende
gouvemeur is jong en een dienstklopper. Ik
werd gesnapt en omdat ik in Chineesche klee-
ren was en mijn gezicht geverfd had, hield
hij me voor een halftoloed, denk ik. In iedsr
geval, ik heb er vijf dagen van gelust en nog
zoon dag..."
,,Wat is er inmiddels van je dochter ge-
worden?"
Een loerende blik krwam in de met bloed
doorloopen oogen.
O. die maakt het best! Ze zit in Young-
Foo."
„Weet je dat zeker?"
,,Natuurlrjk! Waar zou ze anders zijn
Forsyth vond het niet noodig hem in te
lichten. Die gemeene manier van kijken
leverde het duidelijke bewijs, dat Leland Bar
rington m£er wist dan hij wenschte los te
laten en de quasie-onschuldige luchtige toon,
waarop hij had geantwoord, was die van
iemand, die een leugen met bluf denkt te
kunnen bemantelen. Vol walging wendde de
jonge dokter zich af.
..Forsyth", schroeuwde de handelaar. ,,ln
's hemelsnaam, je bent toch niet van plan me
hier zoo te laten staan
,,Neen", was het antwoord. ,,Ik zal je wel
helpen." I
Zonder Leland Barrington verder em blik j
waardig te keuren, ging Dick den Yamen
weer binnen en zocht den gouvemeur op, dien
hij van zijn wonderlijke ontmoeting verteld
,,Wat wilt ge, dat ik doen zal, vriend?"
vroeg de mandarijn.
,,Hem in vrijheid stellen, natuurlijk."
„En hem hier laten komen, om zijn dochter
te zien?"
,yNeen", weerde Forsyth snel af. ,,Hij is
een door-en-door slecht mensch. Ik geloof
niet dat Kathleen hem ooit verlangt terug te
zien. U herinnert zich wat ik u over Li Weng-
Ho vertelde. Hoe deze ontaarde vader
„In herinner het me. De vraag is nu maar:
wat zal ik met hem doen?"
,/Zorgen dat hij uit China verdwijnt, als u
dat mogelijk is
„Dat is mij zeker mogelijk dat wil zeg
gen, ik kan in ieder geval maken, dat het niet
veilig voor hem is zijn gezicht buiten de ver-
dragshavens te laten zien. Hij is bekend als
opium-smokkelaar, en de nieuwe wetten zijn
heel streng op dat punt. De schandpaal is
maar een lichte straf ik zou het volste
recht hebben een doo'dvonnis over hem uit te
spreken."
„Zegt u hem dat, misschien kunt u hem zoo
den angst op het lijf jagen, dat hij de wijste
partij kiest en China heelemaal verlaat."
,'Dat zal ik doen voor u, Forsyth en Kath
leen. Ik zal hem nu meteen laten halen."
Forsyth was niet bij het onderhoud tegen-
wcordig, wilde er ook niet bij zijn, maar een
uur later hoorde hij het resultaat.
.Leland Barrington is weg zoo mak als
een lam! Drie soldaten en een van mijn
civiele ambtenaren begeleiden hem. Hij gaat
eerst naar Yong-Foo, om zijn huis te verkoo-
pen en vervolgens naar Hongkong, waar hij
zich naar Engeland zal inschepen, we behoe-
ven niet ongerust te zijn, dat hij dit niet zal
doen want de ambtenaar heeft een brief bij
zich,'die naar den Engelschen gouvemeur gaat
als Barrington niet per eerste gelegenhnd ver-
trekt. Hij heeft den brief gezien en ik ver-
zeker u, dat hij eieren voor zijn geld zal
kiezien."
„Ik ben u heel dankbaar
Tusschen ons mag geen sprake zijn van
dank, mijn vriend. Ik beschouw vet al3 een
voorrecht den man van dienst te kunnen zijn,
die gemaakt heeft, dat mijn kind zingt al een
lrjster. Wel, daar hoor ik mijn Nang-Kung
en uw Kathleen!"
Ze kwamen nader de armen om elkaar heen:
beide stralend van gelukkige jeugd en juist
even voor zij binnentraden, duwde de manda
rijn Forsyth een brief in den hand.
,,Neem dien, mijn vriend. Hij is van Bar
rington en voor Kathleen bestemd", zei bij
haastig en met gedempte stem. Maar leest
hem eerst zelf en geef hem haar, wanneer
het u wenschelijk voorkomt. Ik weet wat
erin staat", de mandarijn pauzeerde even en
met een glimlach: „ik heb hem gedicteerd en
me overtuigd, Aat hij alles woordelijk he-ft
opgeschreven.
Forsyth liet den brief in zijn zak glijden en
las hem, zoodra zich een gescuikte geiegen-
heid voordeed. Hij was heel kort ;n Deves-
tigde, dat de schrijver China onmiddellijk ver-
liet en gaf verder uiting aan de hoop, dat
Kathleen, die, zooals Barrington mededeelde
te hebben gehoord, binnenkort met Forsyth in
het huwelijk zou treden, heel gelukkig zou
worden. Dat was alles., want de mandarijn
had -hem gedwongen, zich bij de hoofdzaak te
houden en alles wat naar leugenachtig ver-
toon van gevoel zweemde, te vermijden.
Tien dagen later huwden dr. Richard For
syth en Kathleen Barrington van den Yamsn
uit, in de kapel van het Ameiikaansche zen-
din'gsstation. De kleine Nang Kung stond
gedurende de plechtigheid als aan Kathleen's
zijde, een vorstelijk figuurtje in brocaatzijde,
als geen Engelsch hmidsmeisje ooit droeg.
Maar ook het gewaad dat de bmid droeg.
behoorde tot het allermooiste en fijnste uit de
eeuwenoude schatten van de Yamen. En ze
had er in moeten berusten dat ze, naar Chi
neesche zede, getooid werd met de scharlaken-
roode bmidsluier, die in wijde plooien naar alle
kanten van het hoofd tot de voeten afihing,
zoodat Dick Forsyth, die naast haar stond,
haar lief, gelukkig gezicht, als door een rozige
wolk zag.
(Slot volgt.)