Ter Neuzensche Courant
Binnenland
Buiteniand
Oe itaiiaarssch-Ab^ssiuische
oorlog.
Maandag 3 Fabruari 1938. Mo. 9409
TWEEDE BLAD
VAN
KONINGIN EN PKINSES NAAR TIROL
VERTROKKEN.
Koningin Wilhelmma en Prinses Juliana
zijn Vrijdagavond met den trein van 18 uur
11 van net station D. P. te Rotterdam naar
Tirol vertrokken. Er was, ondamks het slech-
te weer groote belanigstelling. Aan den nor-
malen trein was een extra-slaapwagen voo
de beide vorstelijke person:n toegevceg
weike wagen voor in den trein, vlak achter
den schutwagen liep.
Tegen zes uur arriveerden de Koningin en
de Prinses per auto uit Den Haag. Op het'
afgezette deel van het perron bevond zich o.a.
de Rotterdamsche burgemeester, mr. P.
Droogleever Fortuyn. Uit het publiek steec
een luid en hartelijk g.ejuich op. Er werd
herhaalde malen Leve de Koningin en Leve
de Prinses geroepen. Minzaam wuivende
dankten de Koningin en de Prinses voor dit
huldbetoon. Op het perron onderhielden zij
zich geruimen tijd met den burgemeester. Om
vijf minuten over zes stapten zij in den trein
en opnieuw werd er hartelijk gejuicht. Even
later werd van het extra rijtuig een raampje
neergelaten en de Koningin en de Prinses
bogen zich naar buiten. Zoodra beiden van
het perron af zichtbaar werden werd er luid-
hoera geroepen, hoeden en petten gingen af
en er werd druk ge2?waaid.
Stipt op tijd zette de trein zich in beweging
en opnieuw werden beide vorstelijke personen
hartelijk toegejuicht.
De Koningin droeg een grijs mantelcostuum
met daaroverheen een grijze reismantel; zij
had een hoed van dezelfde kleur op. De Prin
ses droeg een donkerblauwe japon, met daar-
over een zwarten bontmantel; zij had een
zwarten hoed op.
DE CHRISTELIJKE SCHIPPERSBONDEN
IN FRIESLAND.
De afd. Friesland van den Protestantsch-
chr. schippersbond heeft Zaterdagmiddag te
Leeuwarden een vergadering gehouden, waar
de heer J. M. Krijger, lid van de Tweede
Kamer, over de toesitanden in het schippers-
bedrijf heeft gesproken. Doel dezer bijeen-
komst, is zeide spreker, om bij de regeering
aan te dringen op grondige verbetering in de
wet op de evenredige vrachtverdeeling en haar
toepassing. De uitvoering ervan moet in han-
den van de schippersorganisatie komen en
niet opgedragen worden tian de Kamers van
Koophandel. Den bevrachtingscommissies
moet de autonomie ontnomen worden.
De steun voor de schippers is in alle ge-
meenten zeer laag. Spr. achtte een nationaal
fonds voor steun-beslist noodig. Evenals het
boerenbadrijf inept het schippensbedrijf ge-
steimd worden. De schepen vertegenwoord'i-
gen 5 millioen. Dit kapitaal mag niet ver-
loren gaan.
De heer W. Kleine, tweede voorzitter van
den bond hield eveneens een rede over de
moeilijkheden, waarin de schippers verkeeren.
Op aandrang van het hoofdbestuur (opdat
het volkomen op de hoogte geraakt met de
toestanden in Friesland) deelden enkele aan-
wezigen hun ervarirgen en grieven mee.
In isen andere lokaliteit is de Protestantsch-
christelijke schippersbond in Friesland Duy-
maer van Twist opgericht, welke bond bestaat
uit leden die uit den Nederlandschen bond
getreden zijn. Als voorzitter is gekozen de
heer H. Algra, hoofdredacteur van het Frie-
sche Dagblad.
DE TOEPASSING VAN DEN ZOMERTIJD.
IN BELGIe.
Naar de correspondent van de N. R. Crt. te
Brussel meldt, zal de zomertijdregeling dit
jaar in Belgie nogal laat in toepassing tre-
dem. Voor 1936 is de keuze gevallen op den
eersten Zondag na Paschen, d.i. 19 April des
ochtends 2 uur.
DE VERLAGING VAN DE HEFFING
OP SPIJSOLIeN.
Van officieele zijde wordt gemeld:
Daar gebleken is, dat de prijzen van sla-olie
den laatsten tijd op een zoodanig peil zijn,
dat het voor velen moeilijk is zich in voldoende
mate van dat artikel te voorzien, heeft de
regeering besloten maatregelen te nemen om
te zorgen, dat spijsolie gemakkelijker binnen
het bereik van het publiek zal komen.
In overleg met de fabrikanten is een rege-
ling ontworpen, welke het mogelijk zal maken
dat binnenkort (soja)olie van( uitstakende
kwaliteit voor het publiek verkrijgbaar wordt
gesteld voor den prijs van 0,55 per heele
fleisch. Hiervoor is het noodig, dat de hef-
fing op spijsolie, welke thansf 0,30 per K.G.
bedraagt, wordt teruggebracht op 0,24 per
K.G.
Deze verlaging is heden voor alle spijsolien
in wenking getreden.
DE JONGSTE KORTING OP DE
AMBTENAARSSALARISSEN.
Bij de Tweede Kamer is een wetsontwerp
ingediend, houdende nadere wijziging van de
regelingen, houdende vaststelling van de be-
zoldiging van den' Raad van State, de Alge-
meene Re'kenkamer, de rechtertijke macht en
de militair-rechterlijke macht.
In de memorie van antiwoord aan de Tweede
Kamer betreffende het Iste Hoofdstuk der
Rijkshegrooting 1936 is mededeeling gedaan
van het besfluit der regeering, op de bezoldi-
ging van de ambtenaren in Rijks dienst, wier
wedden zich geregeld in het Bezoldigings-
besluit Burgsrlijke Rijksambtenaren, een ver-
mindering van 5 ten honderd toe te passen.
In verband daarmede behoort deze venminde-
ring ook te worden aangebracht op het
safaris van de ambtenaren, wier wedden bij
de wet zijn geregeld.
Daartoe strekt het onderhavige wetsont
werp.
WINNING VAN PETROLEUM IN HET
OOSTEN DES LANDS.
De heer Van der Waerden heeft aan den
Minister van Waterstaat de volgende vragen
gesteld:
1. Is de Minister beneid mede te deelen,
of, en zoo ja welke, aanvragen zijn ingeko-
men op grond van art. 1 al. 1 van de wet van
1 Nov. 1933 (Staatsblad 568) tot tijdelijke
beperking van de vrijheid van opsporing van
delfstoffen door boringen, nopens het verkrij-
gen van vergunning
2. Is de Minister, gezien de noodzaikelijk-
heid otm allerwege de mogslijkheid van in-
dustrialisatie te gebruiken, hereid meer be-
kendheid te geven aan de bedoelde wet aan
een ieder geopsnde gelegemheid tot het indie-
nen van aanvragen om vergunning tot het
verrichten van boringen voor het opsporen
van delfstoffen
3 is de Minister bereid, indien ook dan
nog aanvragen uitblijven, al dan met in ove. -
leg en samenwerking met zijn ambtgenoot
van ban del, nijverheid en scheepvaart, het
initiatief te nemen tot het doen verrichten
van bedoelde boringen, temeinde zekerheid te
verkrijgen aangaande de oeconomische moge-
lijkheid van de winning van petroleum in het
Oosten des Lands?
GROND WETSHERZIENING.
De Staatscommissie voor de grondwetsher-
ziening zal Vrijdag 7 Februari a.s., des na-
middags te half vier in de groote zaal van
't departement van binnenlandsche zaken
worden ge'installeerd.
CHAPERONNE VAN KONINGIN TEN
GRAVE GEDRAGEN.
Router meldt uit Londen, dat Zaterdag het
stoffelijk O'\{fcrsehot van de oud-chaperonne
van H. M. Koninigin Wilhelmina is ten grave
Tcdra^en. H. H. had cer. krans van paarrc
en witte tiulpen gezonden met een gekroonde
W in het goud op wit zijden lint. H. M. was
vertegenwoordigd door den eersten legatie-
secretaris Teixeira de Mattos.
GEEN HEFFING VAN EEN CRISIS-
IN K M ST EN B E L A ST IN G
De Minister van Financien, de heer Oud,
heeft aan den voorzitter van de Tweede Ka
mer medegedeeld, het bij K. B. van 8 Februai i
1934 aangeboden wetsontwerp tot heffing van
een crisisinkomstenbelasting, daartoe door de
Koningin gemachtigd, te hebben ingetrokken.
MAATREGELEN VOOR KLOMPEN-
INDUSTRIE.
Een deputatie, bestaande uit afgevaardig-
den van alle organisaties in de Ned. Klompen-
industrie, is ter audientie bij den Minister van
Handel, Nijverheid en Scheepvaart geweest.
Na den Minister allereerst dank te hebben
gebracht voor de nieuwe maatregelen, die
waren genomen n.l.
a. 50 invoer van 1935 (voorheen 70
van 1934)
b. de verstrekking van invoerbewijzen per
3 maanden (voorheen per half jaar);
c. de omrekeningen van het contingent in
kilogrammen (voorheen in bossen), drong de
deputatie er bij den Minister met kracht op
aan:
le. om te Ikornen tot een ventverbod van
rijkswege,
2e. om een verbod uit te vaardlgen van
het tewerkstellen van nieuwe machines.
3e. eveneens van den vrijen in|voer van
gezaagde blokken hout, kennelijk bestemd
voor de vervaardiging van klompen, daar die
invoer een sabotage beteekende van de maat
regelen betreffende den klompeninvoer tot
groot nadeel van de Ned. Klompenindustrie.
DE VERLAGING VAN DEN RICHTPRIJS
VOOR DE TARWE.
Geen wijziging systeem van land-
bouw-crisissteun.
Het Tweede Kamerlid Van den Heuvel had
den Minister van Landbouw en Visscherij
schriftelijl^e vragen gesteld naar aanileiding
van het door de Regeering genomen besluit
tot verlaging van den ri'chtprijs voor tarwe
De Minister heeft hierop thans om. het
volgende geantwoord
Ten einde de kleine land.bouwe.rs en een
nog' nader te omschrijven groep noodlijdende
tuinders te helpen, heeft de Minister beslo
ten am him eenige tegemoetkoming te ge
ven, welke niet in direct verband staat met
de door hen voortgebraehte producten, doch
wel rekening houdt met het bedrijf, dat zij
uitoefenen. Juist het feit, dat geen of slechts
zear weinig producten werden voortgebracht,
deed in vele gevallen de noodljjdiendheid ont-
staan en maakte hulp onontbeerlijlk. Mede
am de voor dit doel benoodigde fondsen te
verkrijgen, heeft de Minister zich genoodzaakt
jgezien, den richtprijis voor tarwe voor het
oogstjaar 1936 te verlagen.
De meening van de centrale commissie vol-
gens de Landbouw-Crisiswet 1933 is niet ge-
vraagd.
De bestudeering van het vraagstuk der
kleine bedrijven, met hetdoel op de een of
andere wijze te komen tot een tegemoetko
ming aan het kleine bedrijf, buiten en behalve
hetgeen reeds op het gebied der teeltregeling
is geschied, had reeds lang geduurd, zonder
dat dit onderzoek eenig uitvoerbaar uitzicht
opende.
Hoewel de Minister van meening is, dat de
moeilijkheden yan *het kleine bedrijf goed-
deels veroorzaakt worden door verloren ge-
gane mogelij,kheid tot het verrichten van
productieven arbeid en dus de zorg hiervoor
eigenlij'k niet past in het kader van den tot
nu toe gevolgden landbouwcrisiissteim, staat
het voor hem vast, dat de toestand dezer
bedrijven geen langer luitstel gedoogt.
Geziian oolk de voorbesprekingen, die reed's
over deze aangelegenheden hadden plaats ge-
had en gelet op de noodzakelijkheid, dat
met de voorbereiding wordt begonnen, zal
de steun der betrokkenen nog tijdig bereiken,
was langer uitstel niet toelaatbaar, zoodat
van het speciale raadplegen der commissie
moest worden afgezien.
Daar het vraagstuk van het kleinbedrijf in
de vergaderingen "van het college van regee-
ringscommissarissen met de centrale land-
bouworganisaties meermalen is behandeld,
was het standpunt dier organisaties den mi
nister bekend.
Geen wijziging van systeem.
De verleende uitkeeringen aan kleine land-
bouwers en tuinders mogen niet worden be-
scliouwd als een wijziging van het systeem
van den landbouwcrisissteun. Het geldt hier
een op zich zelf staanden maatregel, noodig
om tegemoet te komen aan een inderdaad
hoog gestegen nood.
Hoewel de toestand ten aanzien van de
tarweprijzen niet overal zoo lernstig is, als
in de vraag wordt te .kennen gegeven, is het
den minister bekend, dat de strooprijzen sterk
zijn gedaald.
Ongetwijfeld is de toestand van de bedrij
ven, waar tarwe wordt verbouwd, van al
de typen van landbouwbedhijven in het alge-
meen gedurende de laatste jaren het gun- j
stigst geweesit, hetgeen o.a. blijkt uit de
koop- en pachtprijzen dier bedrijven. De i
Minister kan derhalve niet inzien, dat het j
noodzakelijk is, de vermindering van inkom-
sten op de loonen van de arbeiders te ver-
halen. v
De Minister is van meening, dat een ver-
hooging, van de monopolierechten op tarwe
alleen, de onderlinge prijsverhooging der ver-
schillende granen zoiu verbreken.
Verhooging der heffing op tarwe zou dus
een verhooging der heffing op andere granen
en voedermiddelen medebrengen, waartegen
zich emstige bezwaren verzetten.
VERLAGING VAN DE OPENBARE
UITGAVEN VOOR HET ONDERYVIJS.
Aan het voorloopig verslag van de Eerste
Kamer over het wetsontwerp verlaging van de
openbare uitgaven voor het onderwijs wordt
het volgende ontleend:
Sommige leden had het bevreemd en tdeur-
esteld, dat de regeering, na haar uitlatingen
"edurende de laatste jaren, ten aanzien van
paragraaf 12 niet voet bij stu'k heeft gehouden.
Naar het gevoelen dezer leden is thans de
schijn gewekt, dat de meeste voorstanders
van bijzOnder onderwijs concentratie van open-
bare scholen niet ongaame zien, doch daartoe
ten aanzien van bijeondere scholen niet wen-
schen mede te wenken.
Hoewel niet blind voor de groote moeilijk
heden, waarvoor concentratie van bijzondere
scholen de besturen dier jnrichtingen kan stel-
len, meenden deze leden toch, dat, daar het
openbaar onderwijs reeds een belangrijk deel
in de bezuiniging heeft bijgedragen, nu ook
van het bijzonder onderwijs een offer mocht
worden gervorderd.
Andere leden wenschten weliswaar over de
terugneming van paragraaf 12 hun leedweeen
uit te npr ksyi, loch kcnidfen niet nalaten tevens
te verklaren. dat naar hun inzicht bij de be-
handeling van het wetsontwerp in de Tweede
Kamer inderdaad krachtige argumenten voor
het verzet tegen de daarin vervatte regelmg
waren aangervoerd. Deze ieden waren van
meening dat voordat met de concentratie by
het openlbaar onderwijs werd aangevangen,
aan een regelmg te dezen ook voor het bijzon
der onderwijs voldoenlde aandaoht had moeten
zijn gescbonken.
In dit veiband laakten deze leden het be-
leid van den ambtsvoorganger van den minis
ter van onlderwijs, hetwelk naar hun meening
ook ten aanzien van het concentratiewraag-
stuk aanleiding heeft gegeven tot conflict n,
welke in het algemeen belanig hadden moeten
en kunnen zijn voorkomen.
Somimige leden verklaarden in te stemmen
met het in de Tweede Kamer tegen paragraaf
12 gerezen verzet, wijl de daarin voorgestelde
regeling in strijd moet worden geacht met de
vrijheid van het bijzonder onderwijs. Van ach-
terstelling van het openbaar onderwijs is te
dezen in het gefheel geen sprake.
Andere leden stemden in met het gevoeuen
van de regeering, dat het bijzondere onder
wijs evenals het openlbaar onderwijs in de con
centratie zal moeten deelen, al wil dit aller-
minst zeggen, hetgeen de regeering ook met
bedoelt, dat beide soorten van onderwijs in
dit opzicht over een kam zouden kunnen wor
den geschoren. Zij hoopten tsn zeerste, dat e
in te stellen commissie een wettelijke regelmg
zou weten te ontwerpen, die wezenlijke bevre-
diging zou geven.
Eenige leden wenschten er op te wijzen, dat
wioor vele gemeenten de voorgestelde regelmg
betreffende de bijdragen van buitengemeenten
in de kosten van gymnasia en hoogere bur-
srerscholen zeer onbevredigend zal zijn. Zij se-
treurden ten zeerste, dat een eigenlijke oplos-
sing van de bezwaren, welke steeds tegen de
bijdrage-regeling door de gemeenten worden
gevoeld, geenszins wordt gebracht. Zulk een
oplossing zou kunnen zijn verkregen, indien
de voorgestelde wettelijke regelmg een ver-
lichting van de gemeentelijke mtgayenhad
gebracht, doch instede daarvan komt de re
geering nu met een voorstel, dat in zijn ge
heel genomen een ernstige verzwarmg betee-
kent voor de gemeentelijke budgetten.
Het verdiende, naar het oordeel van deze
leden, aanibeveling, dat de regeering, vddrdat
zij de inwerkingtreding van deze paragraaf be
vordert, deze aangelegenheid nader onder
oogen zag. Het rijk zou dan weHicht j?e€I!v®"
hooging van onkosten verkrijgen, doch dit be
hoeft op zich zelf geen bezwaar te ^n' V^"
mits als strekking van het ontwerp toch is be-
doeM verlaging van de openbare uitgaven en
niet verschuiving van openbare uitgaven van
het rijk naar de gemeenten.
iSommige leden maakten er bezwaai te„en
dat een belangrijk deel der verlaging van de
openbare onderwijs-uitgaven zal worden e
vonden door veihooging van de leerlingen-
schaal bij het gewoon en uitgebreid lager o -
derwijs. Het platteland zal in hit bijzonder de
nadeelige gevoigen hiervan ondervmden. Bo-
vendien kan het naar de meenmg dezer leden
schier niet anders, of de resultaten van he
ondenwijs zuilen door deze ver.ioogmg lan
leerlingens.chaal emstig worden geschaad.
Dat tengevolge van deze voorgestelde vei
hooging der schaal 900 onderwijzers op wacht-
aeld zuilen moeten komen, voelden deze
leden ten slotte als een zeer ernstig bezwaar
tegen dezen maatregel.
Eenige leden bleven ten aanzien van de
voorgestelde regeling van de schoolgeldneffmg
voor het lager onderwijs als een ernstig oe-
zwaar gevoelen, dat deze heffing zal plaats
hebhen naar de zgn. gemengde boofdsom van
gemeentefonds- en vermogensbelastmg. Dit
tocb kan aanleiding geven tot groote onbil-
lijkheden ten opzicbte van hen, wier inkomen
uitsluitend of voor een overwegend deel uit
vermogen ajfkomstig is.
Ten slotte vroegen deze leden, wat er op
het, door de Kroon te bepalen, tijdstip van de
inwerkingtreding van deze regelmg zal moe
ten geschieden met de bestaande schoolgela-
verordeningen. Deze hebben dan haar wette
lijke basis verloren. Het zal evenwel niet mo
gelijk zijn, alle schoolgeldverordeningen op
korten termijn te herzien.
ISommige leden betreurden, dat de invoermg
van de lichamelijke oefening als verplicht
leervak op de lagere scholen opnieuw zal wor
den uitgesteld.
Ten slotte merkten eenige leden op, dat Oil
wetsontwerp voor arbeidsverschaffmg aan
wachtgelders en werklooze onderwijzers slechts
weinig heteieikenis zal hebhen.
zeide vijf maanden geleden. Er i« zelfs een
prik van 380 kilometers ergens in de Ahes-
sijnsche huid, die grooten indruk maakt in de
Europeesche gesprekken en die het hart moet
doen kloppen van talrijke Ahessijnsche mili-
tairen die nog werkloos zijn aan den rand van
de centrale hoogvlakte.
Die uitlooper heeft het expeditiecorps tot
in het hart van de Borana gebracht, niet ver
van de historische plekken, waar Vittorio
Bottego, gelijk alle ontdekkingsreizigers van
zijn tijd, de iniboorlingen ingewikkelde, maar
geldige verdragen liet teekenen, waarhij land-
streken zoo groot als de Bourgogne voor 25
franken onder de driekleur kwamen.
Het avontuur van Bottego is ontroerend.
Men zie den datum van dat. arme vodje pa
pier, waarop de chefs Soebboe van Tertale of
Gon'a van Liben hun vingers zetten, verstard
door niiet begrijpen: Men leest er Maart 1896,
eenige dagen na Adioea (1 Maart). Men zoeke
ook in de boeken den datum van het laatste
gevecht van dezen mgn m.:t de krijgers van
Dedjaz Djoto. Maart 1897. Een jaar na Adoea.
Bottego had den oorlog geheel alleen voort-
gezet.
Men heeft de asoh van Bottgeo teruggevon-
den. Men gaat die organiseeren. Men gaat
zonder twijfel ook een geheel cordon van stel-
lingem organiseeren, die het meest Zuidelijke
leger zuilen verbinden met dat hetwelk niet
na kan laten tbans naar Harrar te Snellen,
ten Noorden van den sector van Graziam.
Want er mogen niet te veel leegten in het
stelsel zijn, anders gaat .het spel van de om-
trekkendie bewegingen beginnen, anders zou
de inspanning tot niets gediend hebben; daar
het voor alles er am ging den linkerarm van
het corps vam de Ogaden vrij te maken.
En dan?
Dan zal men zeker zeer interessante dmgen
gaan meemaken; de sector waar men van uit-
ging tussohen Dolo en het Bngelsoh-Ita-
liaansch-Ethiopisch knooppunt van het Noor
den, telde ongerveer in de 700 kilometers. Dat
was al heel wat. Thans moet die sector als
men de kranten er op gelooft, loopen van een
punt ten Zuiden van het dor.p waar Bottego
zijn verdragen sloot tot aan de grens van En-
gelsch Somaliland. Men trekke nu welke lijn
men ook wil van dat punt tot aan die grens,
men late die lijn bijvoonbeeld tusschen Daga-
boer en Wal-Wal doorgaan, het resultaat is
altrjd hetizelfde1000 kilometer. Laat ons ter
verduidelijiking en om den lezer geen verkeerd
idee te geven zeggen: van Perpignan tot Rot
terdam. Een Perpignan-Rotterdam, dat op bet
oogeniblik hard is. En Perpignan-Rotterdam
dat over vijftien weken week zal zijn.
Men behoeft geen wegiwerker te zijn om de
gegevens van het probleem te begrijpen.
Men behoeft geen generaal te zijn am het
begin van het slot te bespeuren; men behoeft
slechts te Suez rond te slenteren en daar in
de richting van het Zuiden, naar de Poort der
Troosteloosheid, de achterstevens te zien ver-
dwijnen van de Italiaansche schepen, vol met
helmen, waarmee niet meer in de lucht ge-
zwaaid wordt. Met den gang, waar dat me.e
gaat, zal er weldra geen werklooze meer in
het schiereiland zijn. Men vraagt zich zelfs
af of er werkloozen genoeg zuilen zijn voor
het plaveien van het geheele Zuidelijke front,
dat Graiziani ontwikkeld heeft.
En wanneer alles georganiseerd, met prik-
keldraad voorzien, uitgegravien zal zijn, zal
men slechts beschut behoeven te gaan zitten,
om te wachten tot October, am te wachten op
het nieuiwe droge seiizoen. Tegen dien tijd zui
len de wegen en huipbruggen alle opnieuw ge-
bouwd moeten worden.
Men moet ook niet vergeten, dat hiet kli-
maat van deze streek ongezond is, dat het
heelemaal niet te vergelijken is met dat van
het Noordelijike front, waar de hoogte een uit-
stekendie waarhorg tegen de malaria is.
Verder zuilen de Abessiniers, die op de
hoogvlakte op de wacht zuilen liggen, den
.vijand zoo bij de hand hebben. Een klein uit-
stapje naar beneden en men krijgt contact.
Als men genoeg van de streek gezien heeft,
trekt men weer naar boven, naar huis, waar
het koel is.
Maar, zal men zeggen, de mtooorlingenhoof-
den van Borana hebih:n zich onderworpen, zij
zuilen meedioen aan de beweging tegen Addis
Abeba.
Voor het forum met de heele wereld als toe-
hoorster zijn zij nog niet geschikt.
Duitschland wil, in ieder geval naar het
Westen, voorloopig rust en vrede. En daar-
voor ware het niet dienstig thans de kwestie
van de demilitarisatie der- Rijnzone of den
eisch van kolonden tot openbaar propaganda-
onderwerp te maken. Wil Duitschland iets
bereiken, dan zal het dit noeh door v.errassing,
noch door afdreigiing kunnen bewerken, zon
der den vrede, waaraan zoowel regeering als
rijksweer thans groote waarde hechten, in ge-
vaar te brengen. Druik, voorzichtig en met
tact uitgeoefemd, maakt het voor de anderen
steeds gemakkelijker, eoncessdes te doen. Wil
Duitschland echter geen ommiddellijk, knallend
succes in beide vraagstukken, maar zich met
geduld wapenen, dan leent ook deze houding
zich niet voor luide aankondiging. Een luid-
ruchtig verkondigde vredelievendheid vindt,
vooral na de ervaringen met dergelijke ont-
boezemingen in .verband met de wapening van
Duitschland, niet onfeilbaar vertrouwen naar
buiten. Verder kan men, voor discreet aan
geboden insc'ai'kkelijkheidvan de verheugd
tegenpartij altijd wel iets van waarde in mil
krijgen. Dat Berlijn inizicht heeft voor deze
diploimatieke waarheid blijkt uit de zeniding
van Von Neurath alleen, zelfs zonder von
Ribbentrop, naar Londen. Want ook von Rib-
bentrop heeft reeds uitgewerkt. Alleen het
oude, beproefde, door von Neurath en von
Hoesch vertegeniwoordigd, heeft nog zijn
kracht behouden. Het inzicht te Berlijn in
deze waarheid was kort geleden reeds gable-
ken, bij de opschuivingen in het diplomatieke
corps. Het was of er niets veranderd was in
Duitschland, zoo zagen de benoemingen er uit.
Mussolini heeft herhaaldelijk verkondigd, dat
het fascisme geen artikel voor uitvoer was.
Te Berlijn heeft men hetzelfde gezegd van
het nationaal-socialisme. In hoever men dit
meende, is een vraag op ziohzelf, gegeven de
inspanning die men zich getroost voor buiten-
landsche propaganda. Die is zeker ten deele
defensief, maar tocb slechts ten deele. Dit
echter gaat men blijktoaar meer en meer be-
A T-» J A- 1A n 1 inoVio Imnhrc
seffen: Dat nationaal-socialistische leiders geen
artikel voor uitvoer zijn.
In den loop van bet aanstaande voorjaar zal
weer een referendum gehouden worden in
Duitschland. Dit kon men met stelligheid ver-
wachten. Immers, Hitler heeft indertijd be-
loofd dat, ter demonstratie van het democra-
tischen grondslag van zijn bewind, ieder jaar
een volksstemming zou worden gehouden. In
1935 echter heeft men het plabiseiet overge-
slagen. Nu moet men er weer aan gaan den-
ken. Het is geen gemakkelijike taak, zelfs
niet met de hulp van gestapo, S.A. en S.S.,
een dergelijke stemming te organiseeren, zon
der risico van een teleurstelling. Niet slechts
een nederlaag, maar ook teleurstelling moet
worden vermeden, wil het plebisciet zin heb
ben. Hoe de punten te vinden, waarop bijna
alle mopperende huismoeders, ontevreden
werkloozen en werkenden, „ja" zuilen willen
zeggen
Het nationaal-socialistisch bewind stelt in
dit opzicht hoogere eischen dan iedere andere
regeerng. Welk bewind zou niet verheugd
zijn met een meerderheid van tw.eederde der
stemmen? Voor het Duitsche nationaal-socia
lisme zou dit een moreele nederlaag zijn, zoo-
als het in werkelijkheid niet te vreezen heeft.
Het heeft reeds cijfers van 90 pet. bereikt, en
een nieuw plebisciet zou moeten aantoonen,
dat zelfs de rest aan oppositde nog weer ver
der afgebrokkeld is. Naar het heet, heeft de
gestapo reeds lang verklaard. voor een bevre-
digend resultaat van een volksstemming niet
meer te kunnen instaan. Daarom zou het ple
bisciet van 1935 achterwege zijn getaleven.
Moet dit echter niet nog moeilijker zijn aan
het einde van een winter, die verre van een
gemakkelijken winter is geweest voor het ge-
deelte van de bevoiking, dat nog het grifst
voor zijn oppositioneele geizinclheid durft uit-
komen
iHet is dus een moeilijke taak, die minister
Goeblbels wordt opgelegd, de volksstemming
op een hevredigende en succes verzeker.c-nde
wijze te organiseeren. De vraag, die de Zur-
oher Zeitung als ondsrwerp aankondigde, lijkt
ons te eenvoudigOf het Duitsc'he volk al dan
niet met zijn regeering instemt in het verlan-
Mem weet wat zulke onderwerpingen waard j gen naar koion,ien. Slechts fanatieke geloo
44U«zi<urf+ rviOTI PPniCP \7flTl H(I P WflWll- 5 4_ 1 rtnrotol 1 in cron \X7Pl Vo IT. TVT PIT
DE OPMARSCH VAN GENERAAL
GRAZIANI-
,,Een mooi front", zoo luidt de titel van het
artikel, dat Marcel Griaule in het Fransche
weekblad Marianne aan de krijgsverrichtingen
op het ZuMelijk front in Abessinie wijdt.
Marcel Griaule is de Fransche ontdekkmgs-
rteiziger en ettonoloog die voor een van de beste
kenners van Abessinie doorgaat en die ook
wordt aangehaald in bet Italiaansche memo
randum, dat in September ts Geneve bij den
Volkenbond werd ingediend.
In een voriig artikel had Griaule gezegd zich
nog niet te willen uitspreken over de beteeke-
nis van de jongste krijgsverrichtingen op het
Zuidelijk front, omdat hij nog nadere bench-
ten wiilde afiwachten. Thans sctorijft hij over
dat onmetelijke front:
,,tRas Desta heEft toch zijn doel bereikt, on-
danks den schijn, ondanks de kranten, ondanks
de propaganda van de tegenpartij; hij heeft
den vijand binnengebaald in dat Rusland zon
der sneeuw, dat de pnovineien van het Zuid-
Westen zjjn.
Hij heeft, uit onhandigheid misschien, uit
snoeverij misschien, of uit bereikening het
vijandelijke leger genoodzaakt, in deze stieek
een program te ontwikkelen, dat door de Ita-
lianen reeds lang voorziien was, maar dat
vanwege de onimetelijkheid van het front ge-
wijzigd was bij het begin van de vijandelijk-
heden.
De communique's roepen victone door aan
te kondigen, het eene dat men 120, het andere
dal men 200 kilometer vooruit gekomen is m
de goede aarde van de Borana, in die prach-
tige aarde, waarvan men alle mogelijke slechts
zijn. Reeds heeft men eenige van die welwil-
lenden, die strategische bewegingen uitvoer-
den, moeten afimaken.
De kwadratuur van den cirkel?
En verder vraagt men zich af, waarom Gra-
zianii zoo laat overgegaan is tot dit offensief,
dat hij in November had kunnen voeren, op
een tijdstip toen de weg vrij ,en toen hij, zon
der geschiedenissen, tot aan de groote meren
had kunnen komen. Men vraagt zich af, waar
om hij zoo lang gewacht heeft.
Het was een valstrik, zal men zeggen. Hij
wilde een grooten slag op den vlakken grond,
hij heeft hern ge.iad. Hij h;eft hem gewonnen.
Een valstrik! Dat is duidelijk.
Het valt nog te bezien.
Er is ook een andere valstrik, die er in be
staat den vijanid te doen besluiten tot onvoor-
zichbigheden, die er uitzien als groote daden.
Een vooruitgang van 380 kilometers als
zij juist is. is in deze streken slechts de
schijn van sen succes. En Graziani weet dat
heel goed. Maar wat te doen? De verovering
van Abessinie, dat is de kwadratuur van den
cirkel. Onoploslbaar probleem.
En ras Desta weet dat ook, al heeft hij niet
de krijgsschool afgeloopen.
NAAR EEN PLEBISCIET?
Te Berlijn heeft men schrijft de N. R. Crt.,
Doniderdag de „Machtergreifung" van het j
nationaal-socialisme herdacht. De term is niet
heelemaal juist. Op 30 Januari 1933 heeft
Hitler de macht nog niet „ergriffen". Hij is
toen, na den val van Von Schleicher, door i
Hindenburg tot rijkskanselier benoemi, op
aanibeveling van Hugenberg en Von Papen
van Von Papen vooral die hem als mede- j
werikers werden toebedeeld, om hem in toom
te houden, gelijk zij Hindenburg hadden be-
loofd. De macht heeft Hitler dus niet uit de
iiamden van Hindenburg „gegrfepen". Toch is
deze term niet on juist, maar zij werd eerst
toepasselijk, toen Hitler zich van zijn beide
„lvoogden" de facto ontdeed. Dit was na 30
Januari 1933, maar ook weer vroeger dan de
datum, waarop Von Papen eindelijk begreep,
dat zijn tijd voorbij was.
Het is volkomen juist, dat de nationaal-
socialisten den 30sten Januari vieren als de
geboortedag van de heerschappij van hun
stelsel. Op dien datum werden de toegangs-
poorten tot de macht, die een maand tevoren
nog vaster dan ooit voor hen toegegrendeld
schenen, wijid voor hen opengezet. Die datum
was volstrekt beslissend. Maar het is jam
mer; dat men, uit voorliefde voor heroieke
termen, ,een benaming voor den feestdag kiest
die niet ons gevoel voor werkelijikheid, maar
wel onzen zin voor historische juiistheid
kwetst.
Belangrijike redevoeringen zijn Donderdag
voor de gelegenheid niet gehouden. Wel had
daartoe de mogelijikheid bestaan, omdat ge-
wichtiige dingen cp het gebied der Internatio
nale politiek thans aan de orde zijn. Ma.r i
men heeft er, volkomen terecht, de voorkeur
aan gegevrn, ze in de discrete atmosfeer van
diplomatieke kabinetten te laten bespreken.
vigen in alle leerstellingen welike in Mein
Kampf verkondigd zijn, Hitleriaan|pher dan
Hitler zelf, kunnen daartegen nog beziwaar
maken. Een meerderheid op deze leuze ware
dus in geen geval inxlrukwakkend, zelfs als
zij de 100 pet. nadeide.
"Bovendien, de internationale uitwerking van
een dergelijik plebisciet, en vooral van de pro
paganda, die erwoor gehouden zou worden, zou
zeer schadelijk kunnen blijken. Von Neurath
zal willen getuigen, dat zij noch bevorderlijk
zou zijn ivoor het doel, noch tot versterking
van Duitschland's positie in Europa zou die-
nen. Zelfs Italie, dat in Duitschland op een
zeer ongewenscht oogeniblik een concurrent
moest zien, zou er allioht geen behagen in
vinden.
In den slag aan de Takazze zouden
de Abessyniers een groote overwin-
ning hebben behaald.
Volgens een uit het Abessynsch hoofdkwar-
tier te Dessie te Aiddis Abeba ontvangen be-
richt, is de groote slag aan het Noordelijke
front, die op 21 Januari was begonnen, thans
geeindigd.
Volgens deze berichten is de geheele zwart-
hemden divisie ,,28 October" vernietigd.
In het verloop der gevechten in Teirnbien
en bij Makalle zouden 3000 Italianen zijn ge-
sneuveld en 4000 gewonld.
De Abyssiniers zoulden 30 stukken veldge-
schut, 175 machinegeweren, 2653 geweren en
18 tanks hebben buitgeanaakt.
De verlieizen der Abessyniers zouden bijna
1200 man bedragen. De meeste Abessyniers
zouden zijn gevallen bij de bestorming van de
3 Italiaansche verdedigingswerken, die thans
zouden zijn bezet door Abessynische sciherp-
scbutters en machine-geweerafdeelingen.
Het Abessynische hoofdkwartier verklaart
een volkomen overwinning te hebben behaald,
in wat zij den grootsten veldslag noemen, die
sedert het begin van den oorlog heeft plaats
gehad en die op 21 Januari is begonnen en in
den loop der volgende 10 dagen een uiterst
wisseirvalUg verloop heeft gehad. De Abessy
niers hadden ondianks het vernietigende Ita
liaansche vuur met groot elan den aanval on-
demomen en een reeks posities ver voor hun
tot dusver bezette stellingen bezet.
Eenige dagen daarna is daarop het Ita
liaansche tegenoffensief begonnen, met woe-
dende aanvallen, gesteund door tanks en veld-
geschut.
Na aaruvankelijke Italiaansche successes
wierpen de Abessyniers zich opnieuw net
groote veibittering op de Italianen, nog voor
dat deze hun offensief tot voile ontplooiing
hadden kunnen brengen.
De geheele divisie zwarthenr.den icon met
m»er stand he-uden en sloeg cp de v.uicht. De
hen acht,rvolgende Abessyniers hebben alle
Italianen, die in hun handen vielen, gedood.
In korten tijd was het slagveld volkomen