ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Hel jaar 1935
ASPIRIN
No. 9398
WOENSDAG 8 JANUARI 1936
76e Jaargang
FeuiMeton
Een liefde in China.
Binneniand
A. J. VAN DE
EERSTE BLAD
negen abonnementsrijwielen
Nieuwstr. 36. Tel. 290. TER NEUZEN
INKOOP vanoudGoudenZilver
kondigt zich
de griep aan:
Een gevoel van moeheid,
pijn in de ledematen.
Dan direct naar bed en
tot de dokter komt
van tijd tot tijd:
het product van vertrouwen m
9 flsicr.vwuinanfletoroieivnj.'Yi
taSKK&'S rT'-i- i
NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1.25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20
KLEINE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgavo.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG- WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
LEVERING RI.JWTELEN VOOR
DE POLITIE.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN vragen vodr of op 20 Januari 1936,
des namiddags 2 uur, Prijsopgaaf voor de
levering van
ten dienste van de politie.
Nadere inlichtingen zijn te bekomen bij den
heer Inspecteur van Politie.
Ter Neuzen, 7 Januari 1936.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Voorzitter.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
VI. Slot.
In het Vredespaleis leerde de Carnegie-
tentoonstelling op Carnegie's lOOsten geboor-
tedag (25 November 1935) welke beteekenis-
volle figuur deze kleine Schotsche Amerikaan
is geweest en hoe zijn weldoende hand de ont-
wikkeling van den geest door geheel de wereld
heeft bevorderd. De Camegie-tentoonstelling
werd gehouden in het gebouw van de Aca
demic voor intemationaal recht, waarbij de
Carnegie Stiohting die het Vredespaleis be-
heert, indirect is betrokken. De Carnegie
Stichting verloor haren president, den hoog
bejaarden Staatsman Mr. P. W. A. Cort van
der Linden, en het Permanente Hof van In
tern. Justitie, kortweg het Hof van den Vol-
kenbond genaamd, dat de voomaamste be-
woner van dit ruime huis is, zag zich zijn oud
eerste-president, den heer Loder, door den
dood ontvallen.
Onze Koningin vertoefde gedurende enkele
weken van dit jaar, vooral ter herstel van ge-
zondheid, in Schotland, waarheen haar de
Prinses volgde. Vorstelijke gasten van Neder-
land waren dit jaar de beide Belgdsche
Koningskinderen, die een tijd lang bij den Bur
gemeester van Noordwijk woonden ten einde
er zich in het Hollandsch te bekwamen.
Koningin en Prinses lieten niet na tijdens hun
verblijf de Koningskinderen te bezoeken, die
door den onverwaehten tragischen dood van
hun Moeder we] zwaar werden getroffen.
Het Nederlandsche Roode Kruis, der tradi-
tie getrouw, bracht, spoedig na het uitbreken
van den oorlog in Abessynie, gelde i bijeen
voor de uitzending van een ambulance, welke
de bijzondere aandacht van de Prinses, als op-
volgster van Haar Vader opgetreden als
Vioorzitster van het Nederlandsche Roode
Kruis, had.
Trouwens, waar het maar eenigszins kon en
noodig was, teneinde een blijk van belangstel-
ling te geven, was de Prinses aanwezig. Zij
vergezelde Haar Moeder bij het gebruikelijk
bezoek aan Amsterdam, gedurende hetwelk
het monument voor Generaal van Heutsz werd
onthuld, en aan Rotterdam, dat diende om
zich op de hoogte te stellen van de moeilijke
toestanden in het havenbedrijf, die daar heer-
schen.
Het kan niet verbazen, dat in tijden als
deze, dat de oorlogsgeruchten steeds opleven,
gedacht wordt aan datgene wat ter bescher-
ming van de bevolking tegen den luchtoorlog
gedaan kan worden. Of de luchtbescherming
zoodanig georganiseerd kan worden, dat deze
perfect is, is moeilijk te zeggen, dat intus-
schen gedaan moet worden wat binnen het
bereik van de beschikbare middelen staat,
spreekt vanzelf. De wetgever, die hiervoor
regelen zal hebben te treffen, slaagde er ook
in het ontwerp vast te stellen, dat mede zal
werken ,tot het beeindigen, in elk geval ver-
zachten van den weinig aanlokkelijken strijd,
die zich in den aether reeds sedert jaren voor-
doet. Het is te hopen, dat het radio-ontwerp
in deze moeilijke materie een betrouwbare
gids zal blijken.
Uit het Engelsch door BEN BOLT.
(Nadruk verboden.)
23)
(Vervolg.)
Hij realiseerde zich welk een haast boven-
menschelijke taak hij te vervullen had. Vijf-
en-twintig mijl in een dichtbevolkte streek
scbeidden hem van de Yam en van Li Weng-
Ho in Pi-Chow en als hij Kathleen wilde ba-
vrijden moest dezen afstand onverwijld wor
den afgelegd. Daar zijn ontsnapping bekend
geworden was, hoefde hij er niet aan te twij-
felen, of de bevolking was gewaarschuwd een
oog op hem te houden. De gevaren en moei-
lijkheden waren niet te tellen.
Vastbesloten klemde hij de tanden op el-
kaar. Hij mocht niet falen en hjj zou niet
falen.
iHij wendde het hoofd af van de goudglan-
zende daken van Pi-Chow en nam opmerk-
zaam het dichterbij liggende landschap in
oogenschouw. Nog geen halve mijl verwijderd,
glinsterde op een uitlooper van een heuvel
een kleine pagode in het zonlicht en daar-
onder lag een groot dorp, waar Ohing onge
twijfeld in een winkel de levensmiddelen had
opgedaan. Ver weg links, als een geel lint,
liep de straatweg, die zich verloor in de heu-
vels. Langs dezen weg, zoo vermoedde hij,
werd Kathleen Barrington thans naar haar
gruwelijke bestemming. gevoerd.
Zijn oogen zochten den weg af, of hij wel-
licht eenig spoor van haar zou kunnen ontdek-
ken, zonder resultaat echter en geen twee
Klanken, die een eenigszins opgewekten
toon hadden, kwamen uit Nederl.-Indie tot
ons. Niet dat daar cultures en handel reeds
opbloeien en zich hersteld hebben van de
groote inzinking der economische crisis; in-
tegendeel. Maar Indie met zijn grootendeels
inlandsche bevolking, die uitermate sobere
behoeften heeft; Indie met zijn Volksraad, die
niet de macht en de beteekenis heeft van een
Parlement; Indie met het eigenaardig aan-
passingsvermogen, dat het ten alien tij.de
heeft getoond, kon gemakkelijker zich her-
stellen van de slagen, die het op te vangen
kreeg, dan het Moederland. De Indische be-
grooting is nog niet sluitend, maar er wordt
op aangestuurd. Men zag in den loop van
dit jaar de met Japan gevoerde economische
en speciale scheepvaart onderhandelingen mis-
lukken, gevolg van den eisch, door de hoog
te paard zittende Japansche delegatie is ge-
steld. Maar toch trad eenige verlevendiging
in de Indische handelsbeweging in. Zij die de
cultuurmarkten nauwkeurig volgen, hebben
verbetering waargenomen bij de rubber, bij
de suiker, voor welker reorganisatie geheel een
ontwerp is samengesteld; zij hebben het ook
waargenomen bij tin. En de verbetering moge
schijnbaar gering zijn tegenover de vooraf-
gaande inzinking, reeds het feit op zichzelf
dat het laagste punt schijnt gekomen, brengt
verademing. Met groote belangstelling ziet
men naar Indie, en hoopt men op betere cijfers
vandaar, die ongetwijfeld ook aan Nederland
zullen ten goede komen. Voor het overige
leefde Indie zijn moeilijk leven ongestoord
vender, niet door buitengewone voorvallen
geschokt. De leider der N.S.B., de heer Mus-
sert, bezooht land en volk, en heeft zoowel bij
komen als gaan de onderscheiding van een
particuliere audientie bij den Gouvemeur-
Generaal mogen genieten, waarover in en
buiten de pers heel wat te doen is geweest.
De vele en velerlei banden, die Nederland
met Indie verbinden, zijn er dit jaar niet
zwakker op geworden. Integendeel, de we-
reldreis van de K. XVHI, met den geleerden
professor Vening Meinesz aan boord, heeft,
dank zij ook de gevoerde radiogesprekken, die
banden nog aangehaald; de ontvangst in Indie
liet aan hartelijkheid zeker niets te wenschen
over. Doch het gejuich over de moeilijke en
gevaarvolle tocht van de K. XVIII was nau-
welijks verstomd of Nederland werd door een
drietal vliegrampen getroffen, die een oogen-
blik schenen het vertrouwen in de toekomst
der toeristische luchtvaart volkomen te zullen
schokken. Aan het eind van het vorig jaar
kwam de Uiver, met Kerstpost voor Indie aan
boord, op onopgehelderde wijze om. Een vlieg-
tuig, op den terugweg na de opening, met
verschillende plechtigheden, van de lijn, die
Amsterdam en Praag verbindt, werd met den
zoon van den Amsterdamschen Burgemeester
aan boord, doodelijk getroffen. Op een zon-
nigen zomermorgen trachtte een def vlieg-
tuigen van de K.L.M. voor den tocht naar de
Scandinavische landen op te stijgen, doch de
start mislukte en de passagiers brachten er
slechts ten deele het leven af. In dezelfde
week verbrandde op de Indie-route onverwacht
een der vliegtuigen. En alsof het noodlot
met de K.LJVE. speelde, nog voordat de week
teneinde was, verongelukte een vliegtuig, dat
den dienst tusschen Milaan en Nederland on-
derhield, en liet ook tal van dooden en ge-
wonden na. Het was een moeilijke tijd voor
de leiders van het toch reeds moeilijk bedrijf
der K.L.M., waarin zij konden gewaar worden,
dat volksgunst een twijfelachtig goed is. Maar
de maatregelen, genomen teneinde het ver
trouwen opnieuw te verkrijgen; de zekerheid
dat nog altijd bij de K.L.M. veiligheid voor
alles gaat, hebben de oploopende cijfers van
het toeristenverkeer weer teruggebracht en
doen de toekomst met vertrouwen tegemoet
zien.
Ja, wel verspreidde ook in Nederland het
jaar 1935 licht en schaduw met kwistige hand.
Daar is op justitieel gebied het betreurens-
waardige feit, dat jaren achtereen in een be-
trekkelijk kleine en rustige plaats als Oss
minuten later werd hij opgeschrikt door het
plotseling roffelen van een trom in het dorp
onder hem.
Vanwaar hij stond kon hij de plaats bijna in
vogelvlucht overzien en toen het trommelen
aanhield, zag hij de bewoners uit hun huizen
en winkels te voorschijn schieten en samen-
scholen rondom een open plek, waar de trom-
melslager zich moest bevinden. De reden
waarom op dit vroege uur de rust van het
stille oord gesboord werd, liet zich niet moei
lijk raden: tien tegen een, dat de dorpelingen
werden aangespoord jacht op Ching en hem
zelf te maken.
Toen deze gedachte door zijn brein flitste,
spoedde hij zich terug naar het kluizenaars-
hol. Hij vond zijn metgezel in diepen slaap,
maar toen hij hem schudde was Ching met-
een klaar wakker.
/Ching", kondigde hij aan, ,,we moeten er
direct vandoor. De jacht is geopend."
Snel vertelde hij wat hij gehoord en gezien
had en Ching knikte begrijpend.
Onverwijld verlieten zij de beschuttende
ruimte en Ching, die op zijn fouragetocht de
omgeving bestudeerd had, nam den weg langs
den heuvelkant, links aanhoudende in de rich-
ting van den grooten bergpas.
,,Wij gaan dwars over den grooten weg naar
de heuvels", legde hij uit. Zoeken ons daar
niet. Zij denken, wij boven op den kruisweg.
Maken eerst jacht aan dien kant en wij glip-
pen door, weet u?"
,,Juist. Het sch\jnt de verstandigste route,
maar wanneer we over de heuvels gaan, kost
het ons verschrikkelijk veel tijd, Ching, en
als we miss Barrington willen helpen, hebben
we geen tqd te verspillen."
,,We verspillen geen tijd", antwobrdde de
Chinees. „.Steken weg over en houden heu
vels overdag, maar als donker wordt glippen
wij naar den weg en gaan vlug als vogeltjes.
zich een bende kon schuilhouden, die voor
geen enkele misdaad terugdeinsde, maar daar
staat tegenover de verheugenis, dat dank zp
het krachtig optreden van de daarmede be-
laste manschappen der marechaussees goed is
ingegrepen en de rechtbank te 's-Hertogen-
bosch in staat is gesteld om de voornaamste
leden dezer benden en hun helpers aan de
samenleving te onttrekken. Moeilijke toestan
den scheppen voor Nederland de komst hier
te lande van vluchtelingen en uitgewekanen
ven den meest uiteenloopenden aard, slacht-
offers in het bijzonder van de houding, die
Duitschland tegenover het Jodendom aan-
neeimt. Moeilijkheden, die zich in onze eco
nomische en wettelijke verhoudingen met
Duitschland reeds doen gevoelen, moeilijk
heden, die zooveel te grooter zijn, omdat voor
elk land, Nederland zeker niet uitgezonderd,
de omstandigheden steeds bezwaarlrjker wor
den. Met bijna geen land zijn de betrekkingen
meer volkomen nofmaal, en in het verkeer
met bijna geen land ook worden niet stoomis-
sen ondervonden, die kunstmatig mogen wor
den geacht. Licht is er daartegenover weer,
wanneer wij denken aan prestaties op velerlei
gebied; wanneer wij ook dit jaar mochten ge
waar worden, dat voor wetenschappelijken
arbeid als die van Vening Meinesz belangstel
ling aanwezig is; dat Nederland op bijna elk
sportgebied een schare van uitnemende ver-
tegenwoordigers en vertegenwoordigsters telt,
getuige onze Nederlandsche ruiters en voet-
ballers, getuige het even eenvoudige als kra-
nige zwemstertje Willy den Ouden, dat voor
't eerst Nederland in dr. Max Euwe een we-
reldschaakkamplioen bezit. Schaduwen zien
wij weer, wanneer wij denken aan de tal van
ongelukken, die steeds meer met het snelver-
keer verband houden, die somtijds door de
goede wegen meer schijnen te worden uitge-
lokt dan tegengehouden. Een schaduw is er
ongetwijfeld, wanneer wij denken aan den
moeilijken toestand, waarin geheel het spoor-
wegbedrijf en bijkans alle groote tramsbedrij-
ven verkeeren; toestand, ten deele gevolg van
de crisis, ten deele ook van weinig soepel beleid,
ten deele van de gemakkelijke wijze, waarop
de auto ter beschikking staat van de groote
massa. Het verkeersvraagstuk is, zeker in
een land als Nederland, dat ondanks zijn klei-
nen omvang, wellicht juvt daardoor, een
intens verkeer heeft, een vraagstuk van
groote beteekenis geworden, waarvan de op-
lossing echter niet gemakkelijk zal zijn.
Ook voor Nederland en voor de Overzeesche
bezittingen zoowel in de Oost als in de West,
waarheen voor het eerst een vliegverbinding
op kranige wijze werd tot stand gebracht,
wordt vurig naar een verbetering van den
heerschende toestanden verlangd. Ongetwij
feld, die toestand zal niet vanzelf worden ver-
kregen, er zal nog krachtig moeten worden
aangepakt en volhard in de reeds genomen
maatregelen, maar het afgeloopen jaar heeft
dit lichtpunt gebracht, dat wij schijnen het
laagste punt te hebben overschreden, dat er,
hoe gering in omvang en beteekenis ook, voor-
uitgang is, die weer moed en hoop en kracht
schenkt.
Moge 1936 iets van die hoopvolle verwach-
tingen verwezenlijken.
KONINGIN EN PRINSES OP EXPOSITIE
VAN DE WERKLOOZEN TE AMSTERDAM.
Hare Majesteit de Koningin en H. K. H.
Prinses Juliana hebben DinSdagmiddag met
klein gevolg een bezoek gebracht aan de in
de voormalige Sint Catharinakerk aan den
Singel bij het Koningsplein ingerichte tentoon-
stelling, welke een zoo voortreffelijk beeld
geeft van den zegenrijken arbeid, door het
Amsterdamsch Comite voor jongere werkloo-
zen verricht ten bate van eenige duizenden
jongelieden van alle gezindten, die tengevolge
van de crisis geen werk kunnen vinden, maar
dank zij het initiatief van dit Comitd met al
Komen vast en zeker morgen bjj missie Bar
rington."
„Morgen echode Forsyth teleurgesteld.
Den directen weg nemend, zou Kathleen
vandaag nog op de Yamen kunnen aan-
komen!
„Ching", hemam hij, ,,we moeten zooveel
haast maken als we kunnen en desnoods iets
riskeeren. Als het ook maar eenigszins moge-
lpk is, moeten we voor het vallen van den
avond in Pi-Chow zijn."
„Kan niet", gaf de Chinees met philosofi-
sche kalmte te kennen, en als wij riskeeren
en zij ons pakken, wat zal missie Barrington
dan doen? Als zij ons dood maken, heeft mis
sie Barrington niet aan. Kunnen haar beter
uit de Yamen halen, weet u?"
Ondanks zijn angst en ongeduld moest Dick
Forsyth toegeven, dat de Chinees gelijk had.
Kathleen's eenige kans op redding lag in
Ching en hemzelf en deze door onvoorzichtig-
heid te verspelen was erger dan dwaasheid.
Zoolang het licht was moesten zij langs stille
paden gaan en bevolkte centra vermijden.
Zooveel mogelijk gebruik makend van de
dekking die de heuvel bood en zonder iemand
te ontmoeten, daalden zij af naar den weg,
staken dezen over en beklommen de tamelijk
steile helling aan de overzijde. Toen wendden
zij het gezicht naar de richting Pi-Chow. Door j
de heuvels liep geen pad; zij zorgden echter, J
parallel met den weg te blijven, zonder in het
gezicht ervan te komen en bereikten twee uur j
later een kleine vallei, waarin een armelijk j
boerderijtje lag en waar zij zich neerzetten j
om uit te rusten.
,/Honger", kondigde Ohing aan. ,,Ga rijst
koopen."
Gezeten tusschen een perk azalea's, zag
Forsyth zijn metgezel naar beneden gaan en
in de boerderij verdwijnen. Er gingen vijf
minuten voorbij en Ching was nog niet weer
zijn geledingen door practischen arbeid in
staat worden gesteld, hun vakbekwaamheid
op de best mogelijke wijze te onderhouden.
MINISTER DECKERS IN DENEMARKEN.
Naar gemeldt wordt vertoeft de Minister
van Landbouw en Visscherij, Mr. Dr. L. N.
j Deckers, op het oogenblik in Denemarken, ter
bestudeering van de landbouwcrisismaat-
regelen in dat lapd.
Het ligt in het voomemen van Minister
Deckers om na zijn bezoek aan Kopenhagen,
dat op 9 Januari eindigt, naar Polen te gaan
met hetzelfide doel.
DE UITOEFENKNG VAN DE MOSSEL-
TEELT.
Nu door de werkizaajmbjaden van het Cen-
traal Venkoopkantoor van moisselen de toe
stand van het mosselibedrijf is verfbeterd, be-
staat er een mogelijkhedd, dat men zich in
grooten getale thans op dit bedrijf zal willen
gaan boeleggen.
Aamgeizien tengevolge van een te groote
uitbreiding de bereikte resultaten teniet zullen
Wonden gedaan, werden maatregelen overwo-
gen, waardoor ongewenschte uitbreiding kan
worden voorkomen.
Hen die zich op het mosselibedrijf willen
gaan toelaggen wordt, ter voorkoming van
teleurstiellingen, geadviseerd hiermede te
wachten en geen onkosten te maken voor
deze maatregelen, welkie zich in een verge-
vord'erd stadium van voorhereiding bevinden,
zijn bekend gemaakt.
Inlichtingen worden desgewenscht verstrekt
door de Nederlandsche Visscherij Centrale,
"s Gravenhage.
NEDERLANDSCHE AMBULANCE
NAAR DESSIe.
Reuter meldt uit Addis Abeba d.d. 5 Jan.,
dat de Nederlandsche ambulance, waanbij zich
zes artsen bevinden, op het punt staat Addis
Aibeba te verlaten am ziclh naar Dessie te be-
geven.
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE
NEDE1RL. AMBULANCE.
In het gebeurde met de Zweedsche Roode
Kruis-ambulance in Abessinie heeft de Minis
ter van Buitenlandsehe Zaken, Jhr. Mr. A. C.
de Graeff, aanleiding gevonden, zich, met het
oog op de aanwezigheid van de Nederlandsche
Roode Kruis-ambulance daar te lande, telegra-
fisch in verbinding te stellen met den Fran-
schen gezant te Addis Abeba, den heer Bo-
dard, wien, naar men weet, de behartiging van
de belangen van de Niederlanidsche onderdanen
in Abessinie is toevertrouwd.
De Minister heeft in de gegeven omstandig
heden de bijzondere aandacht gevraagd van
den heer Bodard, den gewezen Franschen con-
sul-generaal te Batavia, met wien Z. Exc.
sinds vele jaren in persoonlijke relatie staat,
voor de belangeii der Nederlandsche Roode
Kruis-ambulance.
Onder dagteekening van 2 Januari is hierop
het volgfende antwoord binnengekomen:
„De Nederlandsche missie heeft Addis
Abeba, waar zij in veiligheid verkeert, nog niet
verlaten, De heer Bodard laat alle noodige
voorzorgsmaatregelen nemen, welke strekken
kunnen om te Voorkomen, dat de missie on-
noodig zal worden blootgesteld, wanneer zij
het terrein der militaire operaties zal hebben
bereikt.
HET CONFLICT BIJ HET LANDROUW-
CRISISBUREAU.
Omtrent het resultaat van het door den
Minister van Landbouw aan den raadsheer in
den Hoogen Raad Mr. J. C. H. Schepel opge-
(Ingez. Med.)
verschenen; het werden tien minuten en For
syth begon een beetje ongerust te worden.
Toen er een kwartier verloopen was, overviel
hem een koortsachtige vrees, totdat tot zijn
groote verlichting, Ching achter het huis zicht-
baar werd met een teenen mandje aan zijn
hand.
Hij ging echter niet rechtstreeks naar de
plek waar de dokter achtergebleven was, doch
beschreef een halven cirkel en was voor het
oogenblik door een haag boomen aan het ge
zicht onttrokken zoowel voor zijn reisgenoot
als voor iemand die hem uit het huis met de
oogen zou volgen. Het duurde niet lang of
Forsyth ontdekte de oorzaak van Ching's
voorzorg, want buiten het boerderijtje stonden
twee mannen te kijken in de richting waarin
de bezoeker van zooeven weggelipt was.
Dick Forsyth's aandacht werd in feen an-
dere richting getrokken, doordat uit het bosch
achter hem een sissend gefluister klonk.
,,Dr. Forsyth! Dr. Forsyth!"
Op handen en voeten kroop hij door het
struikgewas, en was een oogenblik later aan
Ching's zijde. Met een handbeweging wees
de Chinees naar de twee mannen beneden.
„Soldaten", luidde de onheilspellende mede-
deeling.
,,Aha! Achtervolgen ze ons, Ching?"
,Jk weet niet. Afwachten!"
Ze wachtten en zagen de beide soldgiten
snel op het bosch afkomen, waarin Ching aan
hun opmerkzaamheid was ontsnapt.
„Zij achtervolgen ons, Ching", constateerde
Forsyth.
Ching knikte en gaf kalmpjes ten antwoord:
,,Tijd dat wij vertrekken, zij vallei op, wij val
lei af." Eep minachtend lachje speelde om zijn
mond, terwijl hij sprak, en overeind komend,
begon hij in de richting van den straatweg te
loopen, parallel met de vallei.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 tabi. 70 cts. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ctt.
(Ingez. Med.)
dragen onderzoek inzake het conflict, dat zich
einde September heeft voorgedaan tusschen
vier juridische ambtenaren van het regeerings-
bureau en een met de leiding belasten amb-
tenaar van het Landbouw-crisisbureau is in
het perscommuniaue niets of al heel weinig
medegedeeld.
Deze zaak had de openbare aandacht ge
trokken, omdat bij zuivere toestanden in het
ambtenaarscorps de openbare zedsn zijn be
trokken. Het moest wel aanstoot wekken,
dat hier een leidende functie (leiding van het
Landbouw-crisisbureau en fungeerend secreta
ris van het college van regeeringscommis-
sarissen) was opgedragen aan iemand, die in
Februari 1932 door de rechtbank te Alkmaar
was veroordeeld tot een gevangenisstraf van
1 jaar en 6 maanden, „wegens verduistering
meermalen gepleegd, van effecten van het
Huis van Zessen (R. K. instelling van lief-
dadigheid te Alkmaar) en van ruim 79.000
aan gelden van het bestuur der bijzondere
meisjesscholen".
Men steile zich nu eens voor, dat een jong
jurist, met al zijn idealen de maatschappij
binnentredende en aan een regeeringsbureau
geplaatst, allengs in feitelijk ondergeschikte
positie geraakt van iemand met het hierboven
genoemde verleden, een ondergeschiktheid, die
zich langzamerhand uitbreidt en die in ver
band mei deze uitbreiding en andere omstan
digheden steeds moeilijker te verduren valt.
Totdat eindelijk de laatste druppel het vat
van onbeha-aglijkheid laat overloopen.
Omtrent hetgeen zich in dit cpzicht alles
heeft afgespeeld, zijn verschillende geruchten
in omloop, doch het perscommunique ver-
spreidt daarover niet het minste licht. De
minister van landbouw is tot de conclusie
gekomen, dat een dringende reden om de
dienstbetrekking zonder inachtneming van
den opzeggingstermijn te beeindigen, voor de
vier juridische ambtenaren van het regeerings
bureau niet aanwezig was. Bij aanwezigheid
van een dergelijke dringende reden waren
namelijk die ambtenaren krachtens artikel
1639o van het Burgerlijk Wetboek wel g rech-
tigd geweest hun dliehstbetrekking volgens
het arbeidscontract zonder inachtneming van
den termijn te verbreken. Het is nu niet na
te gaan of de conclusie van den minister juist
is. In de bestaande sfeer en hij een dienst,
die zooveel vertrouwen eischt, zou echter het
opkomen van een dringende reden, waardoor
men zich zelf een: „tot hier toe en niet ver-
der" toeroept, op zichzelf niet onmogelijk zijn.
Ten aanzien van den leidenden ambtenaar
van het Landbouw-crisisbureau heeft de Mi
nister nog medegedeeld, dat hij uitvoering
heeft gegeven aan het voomemen dat hij
reeds voor het uitbreken van het conflict
„Ching", vroeg Forsyth, „gaan we retiree-
ren gaan we terug?"
„Neen", de Chinees schudde energiek het
hoofd. ,,In vijf, neen tien minuten steken wij
vallei over en gaan rechtdoor naar Pi-Chow.
Deze mannstjes van den mandarijn zoeken ons
hee'en middag op den heuvel, terwijl wij voor-
waarts mareheeren!"
Vijfhonderd voet verder naar omlaag maak-
te de vallei een bocht, die hen van de boerderij
af onzichtbaar maakte, en toen ze dat punt
voorbij waren, staken ze over en zochten dek
king aan de andere zijde. Halt houden voor
een ma il tijd was thans te riskant, daarom
aten zij, terwijl zij in zoo recht mogelijke lijn
doorstapten naar Pi-Chow.
Verscheidene malen ontmoetten zij wonin-
gen, verscholen tusschen de beboschte heu
vels, die ze echter gemakkelijk konden ver
mijden en zonder ongelukken en zonder on
gewenschte avonturen, gingen zij voort tot
ongeveer een uur voor zonsondergang, toen
Ching zich op den met dennennaalden be-
zaaidcn grond van een ddcht dennenbosch neer-
viijde.
„Nu een slaapje tot 't heelemaal donker is;
dan naar den straatweg en vlug aan loopen."
Op het dikke naaldtapijt sliepen ze, na de
vermoeienissen van den inspannenden dag
weldra in. Na een uur of drie werden ze wak
ker en na een korte beraadslaging, daalden
ze naar den straatweg af. De maan was nog
niet op en een barmhartige duisternis be-
schutte hen tegen al te waakzame blikken,
zoodat ofschoon er vrij veel verkeer langs den
weg was, niemand op hen lette. Forsyth trok
Wang-Li's gewaad dicht om zich heen en
zeeende ziin gestemte. dat hii dezen mantel
had geleend, toen hij naar Barrington's huis
ging-
(Wordt vervolgd.)