De Negus tevreden over de
Volkenbondsbesluiten.
De beteekenis der sancties voor Italie.
Terug naar Adoea.
Addis Abeba zwijgt.
TERNEUZEN, 16 OCTOBER 1935.
SMOKKELARIJ VAN TRICOTAGE.
SLUISKIL.
ZAAMSLAG.
regelen zij genomen heeft in overeenstemming
met bovengenoemde bepalingen.
De voorzitter, De Vasconcelles, heeft na de
aanneming van deze resolutie nog verklaard,
dat de verbodsbepalingen niet betrekking heb-
ben op betalingen voor een humanitair doel en
dat betalingen aan godsdienstige instellingen
geacht moeten worden in deze uitzonderings-
categorie te vallen.
De Pans kan niet ingrypen.
De hoogste Roomsch-IKatholieke autoriteit
in Engeland aartsbisschop dr. Hinsley, heeft
tijdens een te Londen gehouden preek in
scherpe bewoordingen deri Italiaanschen aan-
val op Abessinie veroordeeld.
De bevering, dat het Vatikaan den Italiaan
schen veldtocht zou steunen, is onjuist. De
Paus kan geen nabuurstaat, die met alle mo-
derne machtsmiddelen is uitgerust, veroor-
deelen. Zou de Paus de ex-communicatie uit-
spreken, dan zou hij daarmede een oorlog met
den naburigen dictatuurstaat onvermijdelijk
maken en tegelijkertyd den vrede en het ge-
weten der groote massa in Italie verstoren,
hetgeen weder een groote, de Kerk vijandige
actie tengevolge zou hebben. Verder kan de
Paus in het Italiaansch-Abessinische conflict
geen oordeel uitspreken, daar hij door geen
der partijen is uitgenoodigd het geschil te be-
slechten.
Bovendien heeft het geiheim verdrag van
Londen, dateerend van 1915, den Paus uit-
drukkelijk van verdere deelneming aan vredes-
onderhandelingen uitgesloten.
Uitvoerverboden van wapenen naar
Abessinie opgeheven.
De opheffing van het wapenembargo voor
Abessinie door Groot-Brittannie is stiizwijgend
geschiedt; het werd niet noodig geoordeeld,
dit formeel bekend te maken.
Indien Britsche exporteurs vergunning aan-
vragen voor uitvoer -naar Abessinie, zullen
deze aanvragen door het ministerie van hanidlel
worden overwogen.
De „Bvening Standard" meldt, dat de regee
ring van Abessinie onlangs by de Bank van
Egypte een bedrag van 600.000 pd. st. heeft
gedeponeerd voor den aankoop van wapenen.
Niet alleen Engeland maar ook Zweden zal
overeenkomstig de .aanbeveling van den Vol
kenbond het uitvoerverbod van wapenen naar
Abessinie opheffen.
In verband hiermede wordt opgemerkt, dat
in Zweden een algemeen verbad van uitvoer
van wapenen geldt, en dat voor iederen uit
voer een speciale vergunning noodig is.
Ook Belgie heft wapenembargo op.
Krachtens een verandering van 19 Augustus
1935 was de uitvoer van wapenen in Belgie
aan een bijzondere vergunning onderwOrpen.
Naar thans officieus wordt medegedeeld,
zal de regeering thans overeenkomstig de door
den Volkenbond aangenomen voorstellen ver
gunning geven tot wajpen- en munitie-export
naar Ethiopie.
Onbeantwoon) saiuut.
Het Zondagsblad Voce d'ltalia schrijft, dat
de Engelsche oorlogsschepen op de Middel-
landsche Zee het saiuut der Italiaansche
schepen niet beantwoorden.
De Italiaansch-Abessijnsche koloniale oor
log is reeds tot een wereldvraagstuk gewor-
den, aangezien, aldus het blad, een beweging
tegen het fascistische Italie gaande is. Men
wil, aldus besluit het blad, Italie slecihts ver-
nietigen, omdat het weer een staat is gewor-
den, welke zich bewust is van rechten en
kracht.
Een Italiaansch admiraal zendt zijn
Engelsche onderscheiding terug.
Admiraal Giuliano Pini heeft de medaille,
die hem verleend was als onderscheiding voor
zyn hulp bij de verdediging van Britsch-iSoma-
liland tegen een intooorlingen-opstand in 1902/
1904, teruggezonden naar Engeland uit pro
test tegen de hiouding, -die thans door Engeland
in het Italiaansch-Abessijnsche conflict wordt
aangenomen.
Has Gugsa, „lam van het evangelie",
bij den kapper.
De Excelsior verneemt van een Europeesch
medicus, die lang in Abessinie gewoond heeft:
Addis Abeba was tot de laatste dagen toe van
meening, dat de Tigre-provincie twee prinsen
rijk was, den avonturier en den idioot.
De avonturier was Syoem, de idioot Gugsa.
Men beschouwde dezen om te zien knappen
jonkman van 24 jaar als een „halve gare'',
omdat hij den bijbel en mystieke geschriften
las en met de onthouding den terugkeer tot
een primitief christelijk geloof predikte zonder
winst, roem en strijd. Men had hem ook de
bijnaam „het lam van het evangelie" gegeven!
Met Syoem gooide het eentrale bewind het
op een accoordje: hem was de ware militaire
en bestuuriyike macht over het genoemde ge-
bied geschonken. Met Gugsa meende de negus
minder omslag te kunnen maken; hij verleende
hem den titel hoogheid en huwde hem aan
zijn dochter Zannetovork uit. Maar onder het
uiterlijk van een droomer en een apostel ver-
borg de idioot van de Tigre" een levendig
verstand en een uitgesproken zin voor humor.
Bij zijn huwelijk verbaasde hij de omgeving
van den negus door te weigeren mede te drin-
ken, maar een jaar later bewees hij bij machte
te zijn den ,,leeuw van Juda" den loef af te
steken.
Kwade tongen zeggen, dat Gugsa na den
dood van zijn vrouw het lijk aan haar vader,
den negus, zond met de lakonieke boodschap
in de Tigre sterft men even „spontaan" als in
de stad van de Nieuwe Bloem.
Daarmee zinspeelde hij op de sterfgevallen
die ras Taffari op zijn geweten zou hebben.
Een ander oorlogscorrespondent heeft Gugsa
bij den kapper te Asmara ontmoet. Gene is
blijkbaar niet zoo ascetisch of hij stelt het op
hoogen prijs door zijn capitulatie weer de
geuren van reukwaar en poeder in plaats van
kruitdamp in te snuiven. Deze kapperszaak
wordt gehouden door signor Marinella, die te
New-York en San Francisco gewoond heeft.
Toen de correspondent er was om zich aan
de behandeling met mes en schaar te onder-
werpen, vergenoegde de ,,verrader" zich er-
mee, aan vele flacons den neus te zetten en
er drie te koopen benevens een vaporisator
van verguld metaa.1, verscheidene scheermes-
sen en een groot pak lemmettem. En de cor
respondent voegt er ondeugend bij, dat hij
zeker eenige geschenken insloeg voor een
vriendin te MakalliS, waar het in de mode
zijnde parfum ranzig schaapsvet is, waarmee
de schoonen zich de haren inwrijven! Hij werd
vergezeld door een adjudant nog iemand in
burger en leden van het Italiaansche gezant-
schap, die den correspondent niet toestonden
met ras Gugsa in gesprek te treden. Hij droeg
een prachtige khaki-uniform met een band
dwars over de toorst, een ruime broek met
noode bies en een reusachtig pistool. Zijn glim-
lach, terwijl hij in een Italiaanschen auto door
de stad reed, bewees duidelijk, hoezeer hij de
beschaving waardeert.
Dezelfde correspondent verneemt, dat de
vrouw van Gugsa, die in Zwitserland was op-
gevoed, longontsteking gekregen had, maar
de priesters wilden niet, dat er een Europeesch
geneesheer bij kwam. Ze holde achteruit en
toen Gugsa eindelijik per vliegtuig een dokter
uit Addis Abeba ontbood, was het te laat.
Ten slotte heeft een Ziwitsersch ingenieur,
die uit het binnenland kwam, waar de men-
schen behalve wapens, olie en lucifers, nog als
in de prehisto-rie leven, het land met kromme
stukken hout bewerken en zich noodt van een
spijker bedienen, verteld, dat onder deskun-
dige leiding aver ongeveer 250 mijl van Addis
Abeba naar Makalle een rijweg is aangelegd,
die den Italianen bij hun opmarsch zeer te
stade moet komen.
Teleurstelling en woede over het verraad
van Ras Goegsa.
(V.PjB.-kabelbrief
Addis Abeba, 14 Oct. 1935.
De opheffing van het wapenuitvoerverbod
heeft niet nagelaten het groote vertrouwen,
dat de Abessijnsche regeering in den Volken
bond stelt, nog te versterken. Een hoog Abes-
sijnsch ambtenaar met wien ik over dit onder-
werp sprak, verklaarde mij, dat volgens hem
dit succes geheel te danken was aan de diplo-
matieke tactiek van den negus. Ieder oogen-
blik vragen dan ook hooggeplaatste Abessij-
nen om by den negus toegelaten te worden
om hem geluk te wenschen met de successen
van zijn buitenlandsche politiek. Geen Abes-
sijn heeft overigens meer vertrouwen in den
goeden wil van den volkenbond dan de keizer
zelf. En bij elk gunstig bericht uit Geneve
wordt zijn liefde voor den Volkembond nog
grooter. Toen het besluit over het wapenem
bargo hem ter core kwam, was hij volgens
Mr. Colson, zijn Aimerikaansche adviseur,
zichtbaar bewogen. Tegenover de buitenland
sche correspondents verklaarde hij, dat hij
steeds had geweten, dat God, die Abessinie
door alle eeuwen heen beschermd had, het
land ook thans niet in den steek zou laten.
Bijzonder dankbaar was hij voor het feit, dat
zijn dappere soldaten door de Geneefsche be-
sluiten den moreelen steun ontvingen, waarop
zij recht hadden. Even onveranderlijk als de
souvereiniteit en vrijheid van Abessinie, zou
de Ethiopische politiek zich ook in de toe-
komst op Geneve steunen.
Het verraad van Ras Goegsa.
Intusschen wordt dit Abessijnsche optimis-
me wat overschaduwd door de teleurstelling
en woede, die het verraad van Ras Goegsa
heeft opgewekt. Wei had de negus nooit veel
vertrouwen in dezen ras gehad, die al eens
als afstammeling van keizer Johannes een
greep naar den troon van den koning der ko-
ningin had willen doen, maar dat hij de heilige
Abessijnsche zaak op zoo'n snoode wijze zou
verraden, had men nimmer gedacht. Men had
hem dan ook, evenals aan de andere feodale
heerschers in het noorden, wapens en muni-
tie voor zijn troepen ter verdediging tegen
Italie gezonden. Met al dit materiaal, waar-
aan in Abessinie toch reeds zoo'n groote be-
hoefte bestaat, is hij naar de Italianen over-
geloopen, die hem waarschijnlijk als belooning
voor zijn verraad den troon van Salomo heb
ben beloofd.
Door dit verraad is het den Italiaanschen
troepen thans mogelijk zonder eenige tegen-
stand 160 kilometer verder het land binnen te
rukken. Het gebied van Ras Goegsa strekt zich
namelijk 160 kilometer ten zuiden van Adi-
grat door het vruchtbare Mescicdal uit.
Ik vroeg hier aan een hooggeplaatst Abes-
sijn, of het naar den vrjand overloopen van
Ras Goegsa voor andere ontevreden stam-
hoofden geen aanleiding zou kunnen zijn,
diens voorbeeld op te volgen. Volgens mijn
zegsman bestond daartoe eehter geen vrees.
De min of meer onafhankelijke gouvemeurs
van de noordelijke provincies hadden, buiten
Ras Goegsa, bij den strijd om Adoea reeds
alien blijk gegeven hun keizer onomstootelijk
trouw te zijn, terwijl de gouvemeursposten in
het zuiden door den negus aangestelde
ambtenaren worden bekleed, die uit den aard
van de zaak den keizer geheel zijn toegedaan.
Copyright V.P.B. ANDRd LATEILLADE.
(Nadruk verboden.)
Vrees voor ineenstorting van de Lira.
Onze V.P.B.^correspondent vestigt
de aandacht op de noodlottige ge-
voigen, welke de sanctie-politiek
voor Italie kan hebben, en den in-
vloed daarvan op het economische
beeld van de wereld.
Londen, 15 Oct. 1935 (V.P.B.) Aan Enge-
land's vasten wil, om Italie met alle moge-
lijke middelen te verhinderen, om den oorlog
in Abessynie voort te zetten, kan niet meer
de minste twijfel bestaan. Men gaat hier zelfs
zoo ver, aan een wereldboycot van Italie te
denken. Dat de financieele sancties tot het
uiterste zullen worden doorgevoerd, staat wel
vast, dank zij de ijverige bemoeiingen van
Eden, die thans reeds de Volkenbonds-dicta-
tor" wordt genoemd. Dit alleen kan reeds
voldoende zijn, om een grondige wijziging te
weeg te brengen in Italie's situatie in het
economische wereldbestel. De eerste vinger-
wijzing in die richting kan men reeds zien in
de zitting der directies van de verschillende
banken, die gerechtigd zijn om bankpapier uit
te geven, bij gelegenheid van de vergadering
der bank voor intemationale betalingen.
Het vertrouwen in d,e Lira geschokt.
Naar het schijnt heeft men het minder ge
had over het onderwerp, dat officieel was
aangegeven, dan wel over het feit dat door
den oorlog als zoodanig en door de maat-
regelen, getroffen door de leden van den Vol
kenbond, de Lira zou kunnen worden aange-
tast. Op het einde van de vorige maand be-
schikte Italie nog over 4,3 milliard lire aan
goud; doch de Italiaansche vertegenwoordiger
te Bazel heeft er op gewezen, dat de inbeslag-
neming der buitenlandsche valuta en gelds-
waardige papieren Italie in het bezit heeft
gabracht van rond 8 milliard lire. Voorloopig
zou het dus nog over een aanzienlijken voor-
raad goud en deviezen beschikken. Dit neemt
evenwel niet weg, dat de financieele sancties
wel eens hun uitwerking konden doen gevoe-
len op de Lira, vooral omdat de circulatie van
bankpapier aanzienlijk is toegenomen, terwijl
de goud-dekking is gedaald van 41.55 op
29.46 Niet alleen, dat een aanval op de
stabiliteit van de valuta Italie zelf schade zou
doen, doch ook de andere landen zouden er
den terugslag van ondervinden, al was het
slechts dat op die wijze voorloopig geen sprake
zou kunnen zijn van een nivelleering van de
valuta over de geheele wereld.
Er schenen den laatsten tijd teekenen te
zijn, die er op wezen, dat men dien kant uit
wilde; doch aan die hoop is door den oorlog
tusschen Italie en Abessynie de bodem inge-
slagen.
Verschuivingen tengevolge van de econo
mische sancties.
Naast de financieele worden ook economi
sche sancties overwogen. De toepassing daar
van is slechts een kwestie van tijd. Op de
wereldmarkt maken zich de gevolgen van den
oorlog reeds voelbaar. Oorlogsmateriaal,
waamaar veel vraag is, doch ook levensmid-
delen, zijn schaarscher geworden en in prijs
gestagen. Zoo bestond er de laatste dagen op
de Engelsche markt een zeker gebrek aan
boter.
De uitwerking van sancties, onverschillig of
deze betrekking hebben op den in- of den uit
voer, moet noodzakelijkerwijze haar terug
slag doen gevoelen op den economischen toe-
stand van de wereld. In het jaar 1933 bedroeg
Italie's aandeel aan den geheelen wereld-
handel rond 3 Dit percentage heeft op
zichzelf nu niet zoaveel te be teekenen; doch
van meer gewicht is het feit, dat Italie een
betrekkelijk groot aandeel had aan den in- en
uitvoer van bepaalde landen. Zoo ging b.v.
ruim 20 van den uitvoer van Joegoslavie
naar Italie. Valt Italie als kooper uit, dan zal
Joegoslavie moeten zien, elders zijn goederen
te plaatsen. Dit land betrok ongeveer 15
van zijn invoer uit Italie; hiervoor zou dus
ook een ander land (of landen) moeten in-
vallen.
In Zuid-Amerika en in het Verne Oosten,
waar Italie zich flinke afzetgebieden had ver-
zekerd, zal een en ander groote wijzigingen
te weeg brengen. De eerste, die hiervan zal
pnofiteeren, is Japan.
De Italiaansche scheepvaart lijdt ook onder
de sancties.
Niet alleen het goederenverkeer lijdt onder
de toepassing der economische sancties. Bij
een krachtige toepassing daarvan zou een
groot deel van Italie's koopvaardijvloot moeten
worden opgelegd in de havens. Thans reeds
valt het op, dat Italiaansche schepen niet zoo
gemakkelijk vracht vinden; in het passagiers-
verkeer worden de Italiaansche schepen zelfs
reeds beslist gemeden. Het toeristenverkeer
naar Italie neemt eveneens sterk af; andere
landen trekken de reizigers tot zich. Waar-
heen men het oog ook wendt, ziet men, dat
deze oorlog ver strekkende gevolgen heeft
nil reeds. En zelfs, als de oorlog morgen aan
den dag een einde nam, zou Italie maar niet
dadelijk de markten, die het thans verliest,
terug kunnen winnen. Onder die omstandig-
heden kan het dan ook gebeuren, dat de wereld
in economisch opzicht na afloop van den oor
log een heel ander beeld zal vertoonen, dan
thans.
(Nadruk verboden.)
Water uit verdachte bron.
De verbinding met het achterland.
(Telegrafisch via Asmara en Rome.)
ADOEA, 15 Oct. 1935. (V.P.B.) Dit is de
onaangenaamste verrassing, die mij gedurende
mijn geheele verblijf aan het front is over-
komen. Namens den opperbevelhebber der
troepen in dezen sector werd mij en enkelen
mijner collega's op detjen vooruitgeschoven
post aangezegd, dat wij een tiental kilometers
achterwaarts zouden worden gevoerd. Verzoe-
ken nog protesten baatten: het was eenmaal
zoo besloten en daar foleef het bij. Men was
evenwel zoo vriendelijk er by te voegen, dat
deze maatregel niets persoonlyks had, m.a.w.
dat er geen bijzondere aanleiding toe gegeven
was van onze zijde. Tevergeefs trachtten wij
een beroep te doen op generaal Maravigna;
het consigne was formeel, en wij hadden ons
er aan te onderwerpen.
Gedwongen terugtocht.
Wij kregen de beschikking over een der
militaire vracht-auto's, die terugging om den
voorraad ammunitie aan te vullen. Ook dit
versterkte my in de meening, reeds in mijn
vorigen brief geuit, dat er bijzondere voor-
vallen op til zijn aan dit front. Trouwens,
mijn collega's en ik waren het er over eens,
dat dit wel de oorzaak zou zyn van onzen
gedwongen terugtocht.
De strenge keuring, waaraan ook wij ons
hadden moeten onderwerpen om de vergunning
te erlangen, zoo ver naar voren te mogen
doordringen, hadden wij met goed gevolg door-
staan. Het is begrypelijk, dat deze keuring
geldt voor alien, die zich in de eerste linies
bevinden; zieke menschen kan de geneeskun-
dige staf wel missen, en vooral, wanneer het
vreemdelingen betreft, al is de verhouding
zeer vriendschappelijk.
Wat de gezondheidstoestand betreft, daarop
wordt streng gelet. Zoo is het den soldaten
oa. ook streng verboden, om water te drinken
uit de in den omtrek aanwezige putten, met
het oog op de mogelijkheid dat de terugtrek-
kende Abessinische troepen deze op een of
andere wijze onbruikbaar kunnen hebben ge-
maakt. Nu wilde het geval een dezer dagen,
dat een drietal soldaten dit cogsigne hadden
overtreden. Zij bevonden zich in de nabijheid
van een der drinkputten en konden hun donst
niet bedwingen, terwijl hun drinkflesch leeg
was.
Zij laafden zich dus aan het verboden vocht,
met het gevolg, dat twee hunner den volgen-
den dag ,,ziek" werden gerapporteerd; spoe-
dig daarop werd ook de derde ziek. Natuurlijk
lag het vermoeden voor de hand, dat het
water vergiftigde bestanddeelen had bevat.
Dit bleek echter niet het geval te zijn. Het
moet dus aan een toeval worden toegeschre-
ven, dat juist deze drie mannen ziek waren
geworden. Him ongesteldheid bleek evenwel
niet van emstigen aard.
Langs de nieuwe wegen.
Het eenige voordeel, dat wij van onzen
terugtocht hadden, was, dat wij ons nu met
eigen oogen rekenschap konden geven van de
snelheid en het inzicht, waarmede de nieuwe
wegen in den rug van de troepen worden aan
gelegd. Hiertoe gabruikt men zoowel blanke
als inheemsche krachten, maar natuurlijk
onder leiding van Italianen.
Deze nieuwe wegen zijn bewonderenswaar-
dig. Gndanks het zvyare verkeer, dat er over
wordt geleid, houden zij zich uitstekend. Wij
zagen een aantal wegwerkers, die speciaal
waren belast met het in orde houden. Elke
kuil, die zich in het wegdek vertoont, wordt
onmiddellijk aangevuld met steenslag.
Nu wij toch eenmaal onderweg waren, gaven
wij er de voorkeur aan om een kijkje te gaan
nemen in Adoea. Het duurde dan ook niet
lang, of wij reden de plaats binnen. Veel ver-
tier is er niet. Wel is waar is de mlandsche
bevolking er grootendeels gehleven, of na een
korte vlucht teruggekeerd, maar zij schijnt
zich het liefste binnen te houden. Wel zagen
wij er natuurlijk een groot aantal troepen,
Italianen zoowel als inheemsche soldaten.
Hierover meer in een volgende brief.
Toebereidselen voor den verderen
opmarsch.
Het is niet te verwonderen, dat de wegen
zoo goed onderhouden worden. De linie Adri-
gatAdoeaAksoem moet dienen als basis
voor den opmarsch naar het Zuiden. Want
Italie laat zich door niets weerhouden, om het
doel te bereiken, dat het zich heeft gesteld.
Het gebied rond Adoea is door generaal
De Bono tot Italiaansch gebied verklaard.
Overal ziet men Italiaansche vlaggen.
Lang zal het niet meer duren, of de op
marsch naar het Zuiden neemt een aanvang.
Men wacht evenwel op de aankomst van
maarschalk Badoglio.
SVEN OLA'FSON,
Oorlogscorrespondent aan het
Italiaansche front.
(Nadruk verboden.)
Ras Seyoem, de onverschrokkene.
V.P.B.-kabelbrief.)
Addis Abeba, 15 Oct. 1935.
In het keizerlijk paleis heerscht nog steeds
een stilzwijgen. Alle inlichtingen worden ge-
weigerd en men beweert van het front geen
belangrijke berichten ontvangen te hebben.
'Het is mogelijk, dat deze houding zijn aan
leiding vindt in het feit, dat door eenige cor-
respondenten wat al te veel onjuiste berich
ten in de wereld gezonden zijn. De meesten
van deze berichten heeft de regeering van den
negus zelf gedementeerd. Toch doet dit stil-
zwijgen wat/"' eigenaardig aan, temeer daar
Uiw correspondent uit een onderhoud met Mr.
Colson, een zeer invloedrijk Amerikaan aan
het hof van den keizer, den indruk kreeg, dat
men er daar steeds zeer goed van op de hoogte
is, wat er in het land en aan de fronten ge-
beurt. Toch schijnen deze berichten niet ach-
ter gehouden te worden, omdat zy voor de
Abessijnen ongunstig zouden zijn. Veeleer
schijnt het, dat de buitenlandsche pers uit
hoofde van tactische overwegingen zoo stief-
moederlijk behandeld wordt. Men wil blijkbaar
eerst eenige successen van beslissende waarde
behaald hebben, om eerst daarna de stemming
gunstig te beinvloeden.
iDe eenige berichten, die men prompt en in
alle uitvoerigheid ontvangt, zijn die uit Ge-
neve. Alles, wat Geneve op het oogenblik doet
heeft voor den negus en zijn zaak in eigen
land groote moreele waarde. Reeds in een
vorigen brief heeft Uw correspondent daarop
gewezen.
Groot vertrouwen in Ras Seyoem.
Juist omdat de keizerlijke Gibbi zwijgt, doen
in Addis Abeba de meest oncontroleerbare
geruchten de ronde. Zoo weet de bevolking
hier zeer goed, dat het noorden van het land,
en door het verraad van ras Goegsa ook een
deel van het oosten, in handen van de Italia
nen gevallen is. Maar even zeker zegt men
hier te weten, dat bij den strijd in het noor
den en in het zuiden duizenden Italianen ge-
vangen en gedood zijn, alsmede dat honderden
geweren en machinegeweren zijn buit ge-
maakt. En het is eigenlijk tragisch om te
zien hoe de Abessijnsche soldaten in Addis
Abeba zich over deze beweerde successen van
hun wapenbroeders aan het front verheugen.
Men heeft het immers altijd geweten: De
Abessijnsche soldaten zyn nog net eender als
veertig jaren geleden veel betere strijders dan
de Italianen. Wanneer de nacht de oogen van
de vijanden met sluiters bedekt zoo drukte
een sergeant van de keizerlijke garde, waar ik
een praatje mee maakte, zich uit en niet
kanonnen en bommen, maar speer en dolk in
den strijd om leven en dood beslissen, dan
wee den indringer!
In alle geruchten hoort men steeds weer
den naam van ras Seyoem. Geheel Addis
Abeba heeft gelachen, toen de Italianen
meldden, dat hij met zijn krijgslieden gevlucht
was. Men weet hier, dat ras Seyoem tot aan
zijn dood zal vechten. Hij is overmoedig, en
dat is misschien het eenige, waarover men
zich hier zorgen maakt. Men vreest namelijk,
dat zijn al te groote ijver en de onderschat-
ting van den vijand, hem op zekeren dag wel
eens in een gevaarlijke situatie zouden kun
nen brengen. Hij is ook te zelfstandig en be-
kommert zich niet al te zeer om de plannen
van den Abessijnschen generalen staf en om
de gegeven orders. Zijn troepen hebben ech
ter een enorm vertrouwen in hem en bewonde-
ren zijn grooten moed.
Stryld in het dal van de Takkazo?
In verband met het feit, dat op het oogen
blik in Addis Abeba geruchten de ronde doen
over een hevigen stryd in het Noord-Westen
van het land, wendde Uw correspondent zich
tot het regeerings-persbureau. Hier werd
hem echter medegedeeld, dat geen officieele
berichten over een stryd aan dit deel van het
front binnengekomen waren. Sinds zes dagen
zouden de verbindingen tusschen de hoofd-
stad en het front onderbroken zijn en daar-
aan is het te wijten, dat hier geen berichten
over den eigenlijken strijd te krijgen zijn, Voor
de buitenlandsche cdrrespondenten hier is dit
een groote handicap, maar er valt niets tegen
te doen dan zich in de omstandigheden te
schikken.
Copyright V.P.B. ANDRe LATEILLADE.
(Nadruk verboden.)
GEREF. GEMEENTE.
Door de Geref. Gemeente alhier is beroepen
Ds. W. C. Lamain te Rotterdam-Zuid.
TOONEELVEREENIGING.
Bij het intreden van de lange avonden komt
het vereenigingsleven weer meer tot zijn recht
en zoekt men na gedanen arbeid zich een aan-
gename ontspanning. Zoo vememen wij, dat
alhier is opgericht de tooneelvereeniging
„Ernst en Luim", die in den loop van dezen
winter voor het voetlicht hoopt te treden.
NIEUWE TELEFOONAANSLUITJNGEN.
Rijkstelefoondienst Neuzen.
85X. J. Meertens, landbouwer en aannemer,
Wulpenbek C 121.
85IJ. W. de Bokx, aannemer, Wulpenbek
C 50.
316. W. de Bruijn, aannemer, Axelsche-
straat 59.
318. A. Ooninx, kantonrechter, woonhuis
Scheldekade 60.
319. J. van Brakel, hoofdcontroleur eentrale
crisis-controledienst, Schutterhofw. 10.
320. A. Gelderland, slagerij, Axelschestr. 150.
Hulptelefoonkantoor Sluiskil.
17. Gebrs. de Smit, vrachtrijders, Kanaal-
straat 83.
Hulptelefoonkantoor Biervliet.
15X. E. Bauwens, hoofdeontr. suikerfabriek,
Driewegen 437.
15IJ. J. Rijnbergi cafd, Driewegen 445.
24. Th. A. Maat, slager, Markt 223.
Hulptelefoonkantoor Zaamslag.
8. Gemeentelijke Arbeidsbemiddeling, A 19.
Hulptelefoonkantoor IJzendijke.
34. L. Goethalsde Witte, landbouwwerk-
tuigen, Nassaustraat 123.
Publiek telefoonstation Hoek
3. H. Wagenaar, commissionnair, Knol C 75.
EEN GESLAAGDE REIS.
Een tiweetal Russische stoomschepen, de
Anadyr" en de Stalingrad" zyn er inge-
slaagd de eerste handelsreis via de Berin^;-
straat en de Noordelijke IJszee te volvoeren.
Eerstgenoemd stoomschip was bestemd voor
Gent en is Zondag in de haven van Ter Neu
zen aangekomen terwijl laatstgenoemde boot
inmiddels te Londen is binnengeloopen.
In een onderhoud dat we met eenige leden
der bemanning hadden, deelde men ons het
volgende mede:
De pogingen die in het werk gesteld zijn
om de reis van Buropa naar Oost-Azie via de
Noordelijke route te volbrengen, dateeren niet
van den jongsten tijd. Zoo hebben de Neder-
lanaere Barendsz, Heemskerk en de Rijp reeds
ruim drie henderd jaar geleden getracht de
Poolzee door te zeilen. Een poging die echter
schipbreuk leed en eindigde met de overwin
tering op Nova Zembla. Het zou tot op het
einde van de negentiende eeuw duren alvorens
de Fin Nordenskjold, die in Zweedschen dienst
was, erin slaagde Oost-Azie via de Noordelijke
route te bereiken. Ook Ammundsen heeft
dezen tocht gemaakt. Dat deze vaarweg ech
ter voor den handel van practisch nut zou
kunnen zijn was ten eenenmale uitgesloten.
De modeme techniek die reeds zoovele dingen
mogelijk heeft gemaakt heeft hier ook een
handje geholpen. De Russische regeering heeft
reeds gedurende eenige jaren expeditie toch-
ten naar den Noordelijfcen zeeweg uitgerust.
Radiostations werden opgericht, vliegtochten
boven het gebied ondemomen. En met deze
modeme middelen, de radio en het vliegtuig
zijn wy erin geslaagd de eerste ..commercial
trip" langs Beringzee en Noordelijke Uszee
uit te voeren.
Ook in het jaar 1933 tracbtte een Russische
vrachtboot, de „Chiluskin" de zeeweg door de
Poolzee te volgen. De tocht ging voorspoedig,
doch in de gevaarlijke Beringstraat verging
het schip. De ruim honderd opvarenden wer
den middels vliegtuigen gered.
Op den 23sten Juni 1935 vertrokken de
„iS'talingrad" en de Anadyr" van Wladiwostok
om via de Japansche zee, en de zee van
Ochotsk naar het schiereiland Kamtsjatka te
varen, waar den 2en Juli gebunkerd werd en
versch water alsmede lading werd ingenomen.
Op den lOden Juli werd de Poolcirkel gepas-
seerd. In de Beringstraat aangekomen, kregen
we te kampen met ijsgang, mist en storm-
weder. Het schip hield zich goed, hoewel het
af en toe tusschen het opkruiende ijs dreigde
te verpletteren, wat ook eenige jaren geleden
met de ,,Chiluskin" was gebeurd.
Om op alle gebeurlijkheden voorbereid te
zijn hadden we aan board een complete houten
woning, die in tijd van nood op het ijs neer-
gezet had kunnen worden. De bemanning was
uitgerust met Eskimomutsen en gewatteerde
pakken wat in verband met de aldaar heer-
schende strenge koude, noodzakelijk is.
Veel hulp ondervond men van de vliegtui
gen en de radiostations. Eerstgenoemde zoch-
ten de plaatsen op, waar zich „kanalen" tus
schen het ijs gevormd hadden en waar we dus
konden doorvaren. De radiostations hielpen
onzen koers bepalen tijdens mistig weder. In
de Beringstraat worden vele wrakken aange-
troffen van schepen die hier gezonken zijn,
wat het navigeeren uiterst bemoeilykt. Dik-
wjjls moest gewacht worden tot de wind en
de zon het drijf- en pakijs verstrooiden. On-
danks dit alles is men zeer tevreden over de
behaalde resultaten.
Op den 19en Juli liet men het anker vallen
te Kolyma, een plaatsje gelegen op het schier
eiland Chukotski waar een gedeelte der lading
werd gelost. Hier verbleef men een negental
dagen waarna de reis werd voortgezet naar
Tiksi Harbour. Op den veertienden Augustus
vertrok men met bestemming Chiluskin Point
dat op 76 graden Noorderbreedte ligt. Van
hier werd gestcomd naar Igarca, een nog
jonge stad van ongeveer 15.000 inwoners, dat
ongeveer 1000 KjM. landwaarts ligt. Voordat
Igarca werd bereikt kwam het schip in een
benarde positie daar een storm het ijs land
waarts dreef en het schip dreigde te stranden.
Men slaagde erin dieper zeewaarts te koersen,
zoodat dit ongeval geen noodlottige gevolgen
had. Te Igarca werd een lading hout inge
nomen voor Moermansk waar men den lien
September aankwam. Het laatste ijs werd
ontmoet ten Zuiden van het Barendseiland en
toen men eenmaal te Moermansk was, kon
men zeggen dat de reis door de Noord-Ooste-
lijke doorvaart goedgeslaagd was.
In totaal was afgelegd van Wladiwostok
naar Moermansk een afstand van 10.000 mij-
len in een tijdsbestek van 76 dagen, waar-
onder 30 ligdagen.
In de Noordzee gekomen kreeg men te kam
pen met hevigen wind die weldra in een storm
ontaardde. Het schip helde hierbij soms 52
graden over. Doch al deze moeilijkheden wer
den overwonnen en op den dertienden dezer
liep het schip de haven van Ter Neuzen bin
nen, vanwaar naar Gent werd vertrokken om
de te Moermansk ingenomen lading fosfaat af
te leveren.
Op onze vraag of deze reis uit economisch
en financieel oogpunt goed was geweest deel
de men mede dat zulks zeer zeker het geval
was. Van de voorraad bunkerkolen die te
Kamsjatka was ingenomen, kon men te Moer
mansk nog een gedeelte verkoopen.
Men was er dan ook van overtuigd, dat
voortaan geregeld langs de Noordelijke route
gevaren zou worden, al zou dit ook slechts
gedurende ongeveer drie maanden per jaar
kunnen geschieden.
LIJK GEVONDEN.
Zondagmiddag werd aan den Rijksweg te
Rilland-Bath ter hoogte van den Langendijk
een lijk drijvend in het Vinkenissegat gezien.
Bij nader onderzoek door de politie ingesteld,
bleek het te zijn het lijk van den heer M. N.,
in leven hoofd der O. L. school te Krabben-
dijke, welke op Zaterdag 28 Sept. j.l. de Bel-
gische grens was overgetrokken, doch op
Donderdag 3 October, des morgens vroeg, door
een inwoner van Krabbendijke in de omgeving
van wachtpost 19 alhier, voor het laatst was
gezien. Het lijk is overgebracht naar het
Hjkenhuisje op de Algem. Begraafplaats te
Krabbendijke.
De marechaussee te Hulst heeft een partij
tricotage, ter waarde van 2500, in beslag ge-
nomen, die frauduleus uit Belgie was ingevoerd
door den landbouwer N. uit Clinge. Ook paard
en kar, waarmede het vervoer was geschied,
zijn in beslag genomen.
De marechaussee stelt een uitgebreid on
derzoek in, daar vermoed wordt, dat deze
smokkelarij op vrij groote schaal wordt gie-
dreven.
Met ingang van 24 dezer, wordt de heer
J. Blokland, wachtmeester der Kon. ma
rechaussee, van de brigade Sluiskil, overge-
plaatst naar Hansweert.
Gemeenteraad.
In de Maandag as., des namiddags 1% ure,
alhier te houden openbare vergadering van den
gemeenteraad> komen de volgende punten in
behandeling
1. Opening.
la. Beeediging lid A. Haak.
2. Notulen.
S. Mededeelingen.
4. Ingekomen stukken en zoo noodig
daarover besluiten.
5. Vaststelling suppletoir kohier Honden-
belasting, dienst 1935.
6. Voorstel van Burg, en Weth. tot wijzi
ging der begrooting, dienst 1935.
7. Aanbieding gemeente-begrooting, dienst
1936.
8. Behandeling reclames schoolgelden.
9. Omvraag.