%STER
AXEL.
ZAAMSLAG.
SAS VAN GENT.
HONTENISSE.
per '/a ons
THEODORUS NIEMEIJER GRONINGEN
aanstelling te verleenen in dienst der provin-
cie aan den pontonknecht te Walsoorden tot
lieden in dienst van den agent, welke motie
door de Prov. Staten is aangenomen.
Ged. Staten deelen mede tot heden nag niet
aan de uitnoodiging vervat in de motie te
hebben voldaan. Ten eerste zou het gevraagde
toed ook moeten gelden voor den goederen-
•klerk die reeds 15 jaar in dienst is tegen de
pontonknecht 5 jaar. Maar voomamer is het,
dat de steiger te Walsoorden niet uitsluitend
strekt ten dienste van den Prov. stoomboot-
dienst, doch ook andere maatschappijen en
particuiieren er gebruik van maken. Daar
door is het personeel niet uitsluitend ten dien
ste van de Provincie werkzaam en is het
volkomen verklaarbaar, dat de agent het
meerdere personeel, waaraan hij goeddeels
als gevolg van het komen en gaan van niet-
provinciale vaartuigen en van de vervoermid-
deien die dc lading daarvoor aan- en afvoeren
behoefte had in eigen dienst nam en daar-
tegenover van de Provincie een geldelijke
tegemoetkoming ontving, als erkenning dat
dit personeel ook voor de Prov. stoomboot-
diensten wel werkzaamheden verricht.
Zou men nu hierin verandering willen bren-
gen dan zou voor deze personen de regeling
toch niet kunnen gelden als voor gelijksoor-
tige betrekkingen. Als de menschen ook mo-
gen blijiven werken voor niet-provinciale vaar
tuigen, dan zal dit in hun belooning tot uiting
moeten komen, of wel de agent zou een nader
te foepalen bedrag aan de Provincie moeten
terugbetalen. Of tenslotte zou de agent naast
het nu aanwezige personeel nog personeel voor
het bedienen van de niet-Provinciale vaartui
gen moeten aanstellen. Zulk een uitbreiding
van personeel zou aan geen der daarbij betrok-
fcen personen ten goede komen. De belooning
van het personeel van den agent, nj. 125 per
maand voor den goederenklerk en 19 per
week voor den pontonknecht komt Ged. Sta
ten voldoende voor. Zij erkennen, dat de be-
trokkenen inzaka de voorziening van den
ouden dag in minder gunstigen toestand ver-
keeren dan het eigenlijk Prov. personeel, doch
zij zijn bereid wanneer zeer concrete gevallen
voordoan, metterdaad steun te verleenen.
Ged. Staten oordeelen een definitieve rege
ling slechts mogelijk als de haven In den Perk-
polder in gebruik zal zijn genomen m,a.w. als
het aldaar aanwezige personeel uitsluitend
ten dienste der Provincie zal werkzaam zijn.
Zij hopen. dat de Staten er in zullen willen be-
rusben dat de motie-De Pauw vooralsnog niet
is uitgevoerd.
Bestrijding van iepenziekte.
Ged. Staten stellen aan de Prov. Staten voor
evenals over de jaren 19301934 ook voor de
jaren 1935, 1936 en 1937 aan het Comite in
zake Bestudeering van Iepenziekte sen subsi
de van 100 per jaar toe te kennen.
Geen subsidie.
De heer J. L. van Prummel, hotelhouder te
Renesse deelde in een schrijven van Prov.
Staten mede, dat hij zijn hotel ,,Het Wapen
van Zeeland" wenscht te verbouwen met be-
houd van de bestaande 17e eeuwsche gevel,
voorkomende op de Voorloopige Lijst der
Nederlandsche monumenten. Hij verzoekt
eene subsidie van de provincie en deelt mede,
dat de extra kosten wegens het behoud van
-dien gevel door het Rijksbureau voor Monu-
mentenzorg wordt geschat op 1000 en hem
door den Minister 500 rijkssubsidie is toe-
gezegd, dat dus meer is dan de gebruikelijke
40
Ged. Staten zijn van oordeel, dat de restau-
ratie van gebouwen van particuiieren als regel
niet tot het gebied der herstellingswerken be-
hoort, waarvoor de Provincie eene bijdrage
dient te verleenen. Zij kunnen dan ook geen
vrijheid vinden voor te stellen een bijdrage
voor dit restauratiewerk te verleenen.
Provinciaal wegenfonds.
Ged. Staten stellen aan de Prov. Staten voor
de rekening van het Provinciaal wegenfonds
over 1935 vast te stellen in ontvang op
f 3.071.649,l«y2 en in uitgaaf 2.955.470,55 y2,
alzoo een goed slot van 116.178,63.
VERGUNNING VERKOOP, VERVOER EN
HANDEL IN OONSUMPTIEMELK.
Men deelt ons mede, dat de Nederlandsche
Zuivel Centrale besloot, dat waar in Zeeland
de toeperking der melksteun over het aantal
gehouden melkkoeien, zal worden berekend,
buiten het wettelijk consumptiemelkgebied
Walcheren, voor den verkoop van consumptie-
melk en voor alle vervoer van en handel in
consumptiemelk geen vergunning zal noodig
zijn.
Alle verkoopers van consumptiemelk, melk-
handelaren en winkeliers buiten Walcheren,
kunnen zich dus ontheven achten van de ver-
plichting daarvoor vergunning aan te vragen.
GEVONDEN VOORWERPEN.
De Inspecteur van politie alhier maakt be-
kend dat omtrent ondervolgende gevonden
voorwerpen, inliohtingen te bekomen zijn aan
de daar achter vermelde adressen
Een paar beige kousen, W. A. Riemens,
Mart. Eijkestraat 5.
Portemonnaie met inhoud, R. van Kouteren,
2e Kortestraat 2.
Belastingmerk, M. Smallegange, Zaamslag,
Othene D 83.
Rozenkrans, Van Kerkvoort, Steenkamp-
laa.n 65.
Dude jongensjasjes, Joh. Dooms, Kerkhof-
laan 9.
Kosteloos belastingmerk, J. B. Dooms,
Steenkamplaan 35.
Padvindersriem, Wed. v. d. Est, Dekker-
straat 17.
1 K.G.-gewioht, P. F. Doppegieter, Tuin-
straat 20.
Ring met sleutels, bureau van politie.
Ring met sleutels, P. Harms, Tholensstr. 35.
Vouwstoel in etui, I. Kaan, Van Boven-
straat 38.
Sleuteltje, Sanni Haars, Marech.-kazeme.
Meisjesboed, C. Bareldse, Markt 14.
Kosteloos Belastingmerk, C. v. d. Klooster,
Dijkstraat 51.
Zilveren rozenkrans, F. van Meir, Donze-
Visserstraat 126.
Bijbeltje, J. Meeuwsen, v. Steenbergenl. 49.
Portemonnaie met inhoud, E. de Putter,
Axelschestraat 72.
Bij een afscheid en een installatie.
(Het was voor alles wat leeft en zich be-
weegt om den kring van de Chr. Lagere
Landbouwschool te Axel gisteren een dag van
bijzondere beteekenis. De algemeen gewaar-
deerde en beminde directeur dezer school had,
naar bekend is, reeds eenige maanden geleden
wegens het bereiken van den pensioengerech-
tigden leeftijd eervol ontslag gevraagd. En
nu was dan de dag gekomen, waarop dit af
scheid op officieele wijze zou plaats hebben.
(Gezien den eervollen staat van dienst van
den heer le Feber kon dit feit onmogelijk on-
opgemerkt voorbijgaan en al is deze wars
van alle uiterlijk vertoon op de meest tref-
femde wijze is hem op dezen dag, welke voor
hem een mijlpaal op den levensweg is, dan
ook uiting gebracht aan de gevoelens van
hartgrondigen dank en hulde, die zijn leer-
lingen, de autoriteiten en de collega's bezie-
len. Het feestelijk versierde interieur getuig-
de daarvan.
Reeds lang voor 2 uur heerschte er een on-
gewone drukte voor het gebouw, waar vele
tientallen van belangstellenden, genoodigden,
autoriteiten, leerlingen en oud-leerlingen, die
spoedig aangroeiden tot honderden het oogen-
blik afwachten waarop de deuren zouden wor
den geopend voor de ontvangst. Toch droeg
deze afsoheidsplechtigheid nog een ander
karakter. Zij zou n.l. gevolgd worden door
de officieele installatie van de nieuw benoem-
de directeur, de heer K. Booy uit Dalfsen (O.).
iRuim een kwartier na den vastgestelden
tijd opende de voorzitter van de afdeeling van
den Chr. Boeren- en Tuindersbond, de heer
C. de Putter, na voorlezing van Psalm 33
(onberijmd), de dichtbezette vergadering met
het verzoek tot het zingen van Psalm 75 1,
waarop deze den aanwezigen een hartelijk
welkom toeriep. In de eerste plaats richtte
hij zich tot den Inspecteur van het Landbouw-
onderwijs, de heer Huizingai de heer Mesu van
de Prov. commissie van toezicht op het Land-
bouwonderwijs, de heeren Dominicus en Voge-
laar van het hoofdbestuur van de C.B.T.B.,
Quaak, van de afd. Zeeuwsch-Vlaanderen
(West, deel), de oud-voorzitter van deze
Kring, oud-burgemeester Johs de Feijter van
Zaamslag, de heeren Haak en J. de Putter Jz.,
vertegenwoordigers van de Z.L.M., de burge-
meesters van Axel en Zaamslag en anderen.
Hij achtte het goed gezien om van deze dag
een bijzondere dag met een bijzonder karakter
te maken en nu eens geen gewone vergade
ring te houden waarop met meerderheid van
stemmen besluiten worden genomen, al zou er
dan ook in deze bijeenkomst iets gebeuren dat
als een feit geacht kan worden van beteekenis.
De heer le Feber moet toch deze stonde ge-
voelen als een mijlpaal op zijn levensweg. De
belangen van het Chr. Landbouwonderwijs
waren vanaf de dag der oprichting in zijn hand
veilig. Daamaast zal zijn opvolger, de heer
Booy heden worden geinstalleerd en ook deze
gebeurtenis is van groot gewicht, waarom hij
de hoop uitspreekt dat men samen een be-
vredigende middag zal hebben en daama het
woord gaame verleend aan het scheidende
•hoofd.
De heer le Feber richt zich daarop in de
eerste plaats tot de voorzitter en de autori
teiten, maar vooral tot de jongens, tot welke
hij zich het meest aangetrokken gevoelt. Het
belangrijke oogenblik waarop hij afscheid zal
nemen van zijn levenswerk, het landbouwon
derwijs, is aangebroken. Dit afscheid wijst
ook heen naar het einde van zijn leven.
iSpreker wilde daarom dit oogenblik aan-
grijpen tot het voor den geest terugroepen
van eenige beelden uit het verre verleden, van
zijn eerste schooldag op zoo'n echte ouder-
wetsche 66nmans-school, op welke een onbe-
schrijfelijke wanorde heerschte ondanks's hee
ren Prins hardhandige leiding, maar waar
men toch wat leerde lezen, sehrijven en reke-
nen. Een beetje van de kaart was iets wat
in de meeste gevallen tot de onvervulbare
wenschen behoorde. Maar lezen leerde men
toch! En dat heeft hij dan als jongen van 10
tot 16 jaar ook ongelooflijk veel gedaan. „Een
zevental reizen naar Oost-Indie", ,,Het behou-
den huis op Nova Zembla" en andere verha-
len, het werden door hem in manuscripten
uitgewerkte geschiedkundlge feiten. In den
loop der tijden zijn deze jammer genoeg zoek
geraakt op zijn zolder en de daders daarvan
zitten dicht in zijn nabijheid.
In den zomer moest spreker bij Kootje
Sagrijn het bouweel hanteeren, delven en
„rieen". Welke toestanden heerschten er toen
en wat heeft hij in die tijd niet meegemaakt.
Verder dan 50 cent per dag kon hij het nooit
brengen! Bieten werden in die dagen nog ge-
wogen met een handbascule, enz. Aardige
anecdotische herinneringen haalt hij op uit die
dagen, toen hij samen arbeidde met Jan
Kwast, die er zich heel wat op liet voorstaan
dat hij in 1811 Napoleon in Breskens had zlen
aankomen. In 1886 werd hij kweekeling aan
de school te Groede en men vraagt zich af,
hoe dit mogelijk was, doch hieruit blijkt (daar
spreker dit zelf niet in geuren en kleuren ver-
telde), dat hij een ,,self made" man is. Zijn
eerste tractement dat hij als onderwijzer aan
de Chr. school in de Molenstraat te Groede
ontving bedroeg 400, hetwelk in gedeelten
van 50 werd uitbetaald. Toen spreker even-
wel vemam dat men in Axel en Ter Neuzen
leerkrachten opriep op een salaris van 525,
solliciteerde hij onmiddellijk en werd na een
bezoek van den heer Koelmans uit Ter Neu
zen dan ook al spoedig benoemd. De heer
Koelmans was toen vergezeld van een Axel-
sche boer, de eerste die hij tot op dat
moment in zijn leven gezien had en weinig
kon hij op dat oogenblik bevroeden, dat zijn
verder leven als het ware zou zijn samenge-
weven met dat van de Axelsche boeren. Zoo
kwam hij 43 jaar geleden hier in Axel. Het
was zwaar werk, maar de heer Van Vliet was
een echte ouderwetsche superieur onder wie
het aangenaam werken was. En dat heeft hij
dan ook gedaan en de waardeering bleek bij
zijn 25-jarig jubileum! De derde periode van
zijn leven werd dan die van het landbouwon
derwijs. Bij de eerste 10 die hiervoor een
onderwijs-akte behaalden, was ook spreker en
welk een voldoening heeft dit onderwijs, waar
aan hij zijn hart verpand heeft, hem gegsven!
Oursussen voor volwassenen, voor meisjes en
jongens, hier, op Zaamslag, Zuiddorpe, Stop-
peldijk en tot in Kloosterzande toe, met de
daaraan verbonden fietstochten bij slecht weer
en ontij op vaak ongeloofelijk siechte wegen,
het zijn herinneringen die bij hem stof zijn
tot dank, daar zij naderhand gevolgd werden
door bekroning met succes.
In de mo'billsatie ward men overal verdre-
ven uit de leslokaliteiten. Hier in Axel ver-
zeilden wij in de oude Normaalschool, te Hulsl
zeer deftig in de Burgemeesterskamer,
maar op de meeste plaatsen waren de lokali-
teiten minder eomfortabel. Spreker herinnert
aan de prettige samenwerking met de Z. L. M.,
daardoor gaf hij samen met de heer Zonne-
vijle cursuss'en. Totaal heeft hij aan een 600
cursisten les gegeven. Er waren daaronder
wel enkeien die aan leeren een broertje dood
hadden, doch dat e<5ne procentje vergeet hij
maar liever. De voorgeschiedenis der Chr.
Lagere Landbouwschool zal hij niet nader
releveeren. Hij stond daar meer buiten maar
diesondanks werd hp zonder te solliciteeren be
noemd tot hoofd. Zooals licht te begrijpen is
aanvaardde hij deze benoeming niet zonder
schroom. Was er wel behoefte aan „Chr."
Landbouwonderwijs immers, zoo rees de vraag
bij velen. Er was wel een schema uit Den
Haag en omtrent meubileering, enz. kreeg hij
zeer deskundige adviezen van de heeren Kake-
beeke en Dr. v. d. Zande, maar temeer waar
Axel e6n van de 10 proefscholen was, mocht
schuchterheid ook geboden worden geacht.
Wanneer spr. nu zegt, dat hij geenerlei kri-
tiek heeft gehad op zijn veelomvattend werk,
is hij hierin niet schuldig aan zelfverheffing,
daar hij zelf bewust is tal van fouten te heb
ben gemaakt en er geen morgen of middag
aanbrak waarop hij zich niet afvroeg: ,,Zou
ik niet te kort schieten?"
GelukMg begreep de Regeering dat deze
taak den vollen mensch vraagt. Tot twee-
maal toe had spr. zich op het kantje af over-
werkt. Hij heeft met aankbaarheid ervaren,
dat het vooral aankomt op de paedagogische
eigenschappen indien het onderwijs kans van
slagen hebben zal. Het lijntje moet niet al
te strak zijn, een enkele grap ook kan geen
kwaad en voor het vele dat aan zijn werk
overigens ontbrak vraagt hij God nederig om
vergeving, terwijl hij ook hoopt om hetgeen
goed was daarin te worden gezegend. Schoon
spreker vervult is van de woorden: „'k Zal
eeuwig zingen van Gods goedertierenheen" is
hij met Prof. Diepenhorst van meening, dat
de Chr. Landbouwschool geen politiek insti-
tuut mag zijn en ook geen separistische in-
stellmg wil zijn! Hij wenscjit de inrichting
nog lang toebetrouwd aan de goede zorgen
van het bestuur, wenscht ook het beste voor
hun gezinnen en zegen op hun arbeid en be-
drijf, brengt dank aan de autoriteiten, inzon-
derheid aan de heer Stevens en het Hoofdbe
stuur van de C. B. T. B. en de Z. L. M. als-
ook aan de oud-leerlingen. Nooit heeft hij tot
de laatsten gezegd dat hij hen zou leeren boe
ren en daarom mag hij terecht zeggen in be-
scheidenheid slechts een plicht te hebben ver-
vuld en niets meer. Tenslotte wendt hij zich
tot zijn opvolger, de heer Booy. Hoewel niet
van plan zijnde zich nog met de school te be-
moeien is hij steeds bereid hem met raad en
daad bij te staan. Hij eindigt met een „Soli
Deo Gloria" (aan God alleen zij de eer!). (Al-
gemeene instemming.)
De voorzitter bracht daarop namens 't be
stuur dank aan den scheidenden functionaris
in welke hij als zijn persoonlijke ervaring
mocht zien een man die gestaald door ener-
gieke kracht en wil, vaak zeggende: Jongens,
je moeten echte ijzervreters worden willen
jullie slagen!" nacht en dag aan zijm taak
die hij eenmaal opgenomen had, zich gaf. Hij
was echter steeds zoo bescheiden nooit te zeg
gen dat hij zelf de ,,grootste ijzervreter" was.
In volharding en met noesten werklust hebt
gi) Uw levenswerk volbracht. En daar gij nu
straks veel tijd zult hebben bij het genot van
den huiselpken haard en in het midden van
Uwe echtgenoote en kinderen, bied ik U na
mens het bestuur dit souvenir aan, dat U zal
belpen veel van dezen vrijen tijd nuttig te
maken.
De heer le Feber was niet bevredigd eer hij
wist van welke hoedanigheid het zorgvuldig
verpakte geschenk was. Het bleek een prach-
tig fototoestel te zijn, waarvoor hij de voor
zitter zijn hartgrondigen dank bracht.
Het woord was hierna aan den heer Huizinga,
die reeds over 30 jaar van wijlen den heer
Kakebeeke te weten kwam dat hier in Z.-
Vlaanderen een der meest vooruitstrevende
centra van landbouwbevolking was. Hij her
innert dezer dagen een soortgelijke gebeurte
nis te hebben medegemaakt met den directeur
van de Landbouwwinterschool te Groningen,
die ook mocht bogen op een veeljarige arbeid
sinds 1883. Hij dankte den heer le Feber voor
datgene wat hij presteerde en richt zich ook
met een persoonlijk woord van gelukwensch
tot diens opvolger, wien hij reeds tevoren op
het Departement feliciteerde. Hij is gesterkt
door de wetenschap dat het bestuur met de
benoeming niet over e§n nacht ij.s is gegaan
en bijna voor de voile 100 verzekerd is, dat
hij voor zijn taak zal berekend zijn. Hij moge
de school verder maken en uitbouwen tot een
middelpunt van ontwikkelinig, groei en voor-
uitgang.
De heer Mesu, sprekende namens de Prov.
Commissie van Toezicht, spreekt zijn bewon-
dering uit over de noeste werkkracht van den
scheidende die er voor zijn leeftijd buitenge-
woon kras uitziet en dien hij 30 jaar geleden
voor het eerst ontmoette. Hij meent dat hij
hem onlangs heeft hooren zeggen nog geen 50
dagen ziek te zijn geweest in al dien tijd en
herinnert ook aan de gezonde geest van hem,
die blijikt uit al de verslagen der vergaderin-
gen die hij met hem heeft medegemaakt. Tal-
rijke malen toch was hij een der graag en
met belangstelling gehoorde woordvoerders
die o.a. ook de ,,bemesting met keukenzout" in
het licht stelde. Zijn order was: „up to date"
af, wanneer hij opwekte om ijzervreters te
worden vergat hij zelf de grootste te zijn ge
weest. Hij was op zijn gebied een vuurtoren!
Wat het licht van Westkapelle voor de sche-
pelingen is, was hij voor ieder die zijn raad
of inlichtingen noodig had. Hij wenscht hem
nog vele gezonde jaren in den kring zijner
familie.
De heer Johs. de Feijter, de ex-voorzitter
van de C. B. T. B. wijst eveneens op de groote
beteekenis van dezen dag. Het zegt wat, dat
in Zeeuwsch-Vlaanderen, dit uiterste hoekje
van ons vaderland de tweede of derde Chr.
Lagere Landbouwschool tot stand kon komen.
Spreker sohetst wat daarvoor noodig was. Hij
was het die met de helaas te vroeg ontslapen
heer de Kraker naar den Minister toog en
van dezen liberalen bewindsman toen het gun-
stige woord kreeg. In 3 weken tijds werden
daarop 100 aandeelen van 100 geplaatst, ge
noeg om de oude ,,Vlasbeurs" over te nemen.
In de keuze van onderwijzer slaagde men won-
dergoed. In den heer le Feber ikwam de rechte
man op de rechte plaats in wie het besef leeft,
dat er naast bet natuuronderwijs een Hoogere
Levende Kracht is, die vaak na een inspannen-
de morgen van onderwijs moest erkennen, dat
hij dat eene ding niet wist, n.l. hoe het leven
in de planten kwam. Dan bleek telkens de on-
amstootelijke waarheid dat daar de Schepper
van het heelal is. Bij het voorrecht dat ons
dit onderwijs wordt geschonken, waaruit wij
kunnen leeren de beste oogst te verkrijgen en
onze beste dieren te fokken moeten wij altijd
weer onze afhankelijkheid van God erkennen-
de, zeggen: „Het is al goed, wat Vader doet!"
Moge de heer Booy op dezelfde wijze voort-
gaan.
De heer Van Dijk, hoofd der Lagere Land
bouwschool te Schoondijke, had het verlangen
kenbaar gemaakt bij dit afscheid tegenwoor-
dig te zijn. Hij is daarbij gedachtig aan het
Fransche woord, hetwelk beteekent „vertrek-
ken is een weinig sterven". Dat laatste moge
vandaag geen aanleiding zijn tot al te wee-
moedige stemming; want in een ander Fransch
gedicht verluidt, dat hij, wiens levensavond
gekomen is zich in de zon moge koesteren.
Hij wenscht de heer le Feber die bij in 1911
leerde kennen in zijn levensavond veel zonnig-
heid! Hij heeft de jongens geleerd ook wat
verder te zien dan het kleine agrarische
kringetje en getracht boeren van hen te
maken. Moge zijn opvolger, collega Booy, op
dezelfde wijze en in denzeifden geest voort-
werken.
De heer A. Haak brengt namens de Z. L. M.
hulde voor de wijsheid en ensrgie waarmede de
heer le Feber heeft gearbeid in het belang van
den boerenstand en wenscht hem een levens
avond rijk aan heil en zegen.
Burgemeester Blok herinnert met genoegen
aan de prettige verhouding die gedurende 13
jaar zich mocht vormen. Het verheugt hem
den heer le Feber als burger van Axel te
mogen behouden; want hij is 6en zijner beste
burgers, die het gezag hoog helpt houden, het
geen maar al te vaak anders is in deze dagen.
Hij sluit zich met de beste wenschen aan bij
vorige sprekers.
De heer S. van Hoeve, burgemeester van
Zaamslag heeft ook woorden van buitenge-
wone waardeering. Het grootste deel der
landbouwers in deze streek werd hier gevormd.
Namens het Dag. Bestuur van Zaamslag en
iedere landman in zijn gemeente brengt hij
dank en bidt hij den scheidenden directeur een
rustige levensavond toe. „De Heere, onze
God, zij U nabij", eindigt spreker.
De penningmeester van de C.B.T.B., de heer
C. de Kraker te Zaamslag> sloot zich eveneens
bij de vorige sprekers aan en wees uitvoerig
op den tact die de heer le Feber steeds bij het
onderwijs gebruikte, zoodat het een lust was
van hem te worden onderwezen. „De genade
onzes Heeren Jezus Christus zij met U" waren
zijn slotwoorden.
Namens de commissie van toezicht sprak de
heer K. de Kraker van Zaamslag (Veer) en
prees de scheidende leeraar en directeur als
de rechte man op de rechte plaats in een ten
deele berijmde toespraak.
De heer Abr. van Hoeve Sz., van Ter Ne>
zen, sprak als oud-leerling namens vele andeie
oud-leerlingen „meester le Feber" toe.
De heer J. Ramondt te Sas van Gent zeide
over geen redenaarstalent te beschikken maar
is niettemin vervuld met dank voor al de les
sen die zijn 4'hier aanwezige zoons van hem
ontvingen en de diploma's die zij, dank hem
konden verwerven. Als zijn weg hem in zijn
vrije tijd langs een mooie asphaitweg voert in
de richting van Sas van Gent zal hij op huize
Ramondt altijd een geopende deur vinden.
De heer le Feber dankte met een kort en
bescheiden woord. Hij is getroffen door zoo-
veel eer. Te veel eer, zegt hij, want eigenlijk
had hij er liefst j.l. Vrijdag maar een punt
achter gezet na de laatste door hem gegeven
les. Hij heeft met groote liefde zijn werk
gedaan doch beschouwt dit slechts als zijn
plicht en niets meer.
De voorzitter verzocht daarop te zingen
Ps. 121 4.
In de hierop volgende pauze werden verver-
schingen rondgediend door bereidwillige land-
bouwersdochters.
Het tweede gedeelte was gewijd aan de in
stallatie van de nieuwbenoemde directeur, de
heer K. Booy. De voorzitter richtte zich tot
deze door hem geluk te wenschen met de
officieel geschiedde benoeming en hem te wij-
zen op zijn verantwoordelijkheid. De over-
gang is nogal ingrijpend en dat maant tot
emst. Van Overijssel naar Zeeuwsch-Vlaan
deren, van het zand naar de klei, het is voor-
waar een groot verschil. Hij zal hier aantref-
fen een school met 4 goed bezette klassen en
een nieuwe met 22 leerlingen. Namens het
bestuur wil hij hem het werk opdragen en ver-
klaart hp hem aan deze school verbonden.
Moge hij in wijsheid en voorzichtigheid vele
jaren hier arbeiden en behooren tot die ar-
beiders die aan Gods koninkrijk bouwende niet
tevergeefs werken, Hij wenscht hem tot in
lengte van dagen met zijn gezin geluk en vol
doening in den nieuwen werkkring.
De heer Booy, daarop het woord verkrij-
gende, richt zich tot den voorzitter, "t bestuur,
de autoriteiten en de vergadering voor de
goede wenschen waar ook hij rijk in deelde.
Hij hoopt dat het voor hem geen afscheidsdag
van den heer le Feber zal zijn. Zijn gastvrij-
heid en voorkomendheid geven hem reeds nu,
veel stof tot dank en zijn thans daardoor
reeds vriendschapsbanden ontstaan. „God al
leen zij de eer" heeft de heer le Feber gezegd
en hij voegt daaraan toe: ,,Maar gij mijn ziel,
het ga zoo 't wil, Stel U gerust zwijg Gode
stil". De heer le Feber was uw landbouw-
onderwijzer, een vaderlijke vriend wien hij op
zijn lauweren rustende, goede gezondheid toe-
wenscht. De rust die er overblijft voor het
volk van God worde hem deelachtig. Meester
le Feber was je meester, zegt hij tot de leer
lingen. Ik ben maar een meester, ik moet het
nog worden. Ik acht hem hoog en zou het
prettig vinden dat jullie hem je eere-meester
noemden. Eere-hoofd der Chr. Landbouw
school!
(Het afscheid van den heer le Feber beziet hij
in het licht, zijn installatie in de schaduw.
Onder de zegen des Heeren hoopt hij hier met
voldoening te werken, van een meester de
meester en later je meester te worden. Hij
dankt dat hij als een der aanwezigen hier on
der hen is opgenomen nu hij uit verre oorden
naar het zoele Zuiden werd geroepen en de
school onder zijn leiding moge groeien en
bloeien.
De voorzitter dankte voor deze woorden en
beval het hoofd bij de leerlingen aan, hen aan-
sporende zich aan zijn leiding te onderwer-
pen opdat theoretische kennis zich aan de
practische bekwaamheid moge paren.
De heer Huizinga feliciteerde de nieuw be-
noemde andermaal en herinnerde aan de tijd
van 30 jaar terug toen men minder dan thans
en nog 15 jaar vroeger toen men op zijn dorp,
(eveneens in een welvarende landbouwstreek
gelegen) nog schier geen kunstmest gebruikte.
De eenige die het wel deed was de dorpssmid
en op zekeren dag leidde dit tot het misver-
stand dat de „super" bij den bakker en de
bruine suiker bij den smid werd gebracht
(hilariteit). Spreker is overtuigd dat hier
de voile mensch gevraagd wordt voor het werk
dat wacht en hoopt dat de heer Booy hier met
voldoening moge werken.
De heeren Mesu en Ovinge sloten zieh in het
kort bierbij aan. De laatste achtte zich niet
oompetent om in eerste instantie het woord
te voeren. In navolging van wijlen de heer I.
G. J. Kakebeeke en den heer Stevens hoopt
hij in goede harmonie samen te werken.
De heer Dominicus hield daama een tref-
fende toespraak en zeide dat men terecht had
gesproken van een dag van gemengde gevoe
lens. Hier is iets weemoedigs van den oude-
jaarsavond, maar ook de stemming van de
nieuwjaarsochtend. De belangstelling gaat
nu uit naar wat de „nieuwe Meester" brengen
zal. En deze belangstelling betreft drie gene-
ratie's. Burgemeester de Feijter behoort met
den scheidenden Dir. tot de eerste en wij
weten alien dat de berg langzaam wordt be-
klommen, maar dan gaat het veel vlugger
bergafwaartsDeze school heeft de liefde
van Uw hart gehad, 't was steels een genoe
gen met Uw jongens Uwe lessen te beluisteren,
Uw jongens, waaronder nu reeds een burge
meester wordt geteld! Moge Uw levenszon
slechts langzaam ondergaan en gij achter de
coulissen nog wel eens van Uw ervaring doen
blijken. Daarop richt hij zich tot de generatie
van den heer Booy die voor de klas staande uit
het land van beuk en berkebosch gekomen is
naar de zware Zeeuwsche 'klei met de vette
tarwe. Spreker zou zeggen van de Berkelbeek
naar de Axelsche kreek. Het Ohristelijk vak-
onderwijs acht hij een zeer groot belang, moge
Gods naam daarbij evenals een Jutton deed,
die het hoofd ontblootte, slechts met eerbied
worden uitgesproken. Een Pascal boog de
knieen als hij over zijn God sprak. Ook in de
heer de Putter ziet hij e6n van die mannen
uit de tweede generatie. Tenslotte de jonge-
ren tot wie hij zelf zoo gaame nog zou be
hooren. Hoe dwaas wordt door hen vaak ver-
langd om ouder te zijn. Bedenkt dat gij zijt
de „spes patriae" en moet verzamelen wijs
heid en kracht. Wat er ook gebeure even-
wel, boeren moeten er altijd zijn en reeds in de
dagen van Rome's keizerschap was onder de
tempel van Saturnus, de God van den land-
bouw, ook de schatkist. Hij diankt voor de
gelegenheid hem geboden in het midden der
vergadering te zijn.
De heer Vogelaar sprak namens het hoofd
bestuur in denzeifden geest. De landbouw
blijft altijd het fundament van den Staat. Zoo
pare zich aan de practische kennis de weten
schap teneinde „ordening" te scheppen, zoo
als men heden veel geliefd te zeggen. Spreker
wijst op de komende moeilijke tijd. Gelukkig
hebben wij een voorsprong, waarbij wij op het
gebied van het landbouwonderwijs in ons
werelddeel aan de spits staan. Hij wijst erop,
dat de heer le Feber in een mooie tijd is be-
gonnen en in een tijd van depressie is geein-
digd. De jongeren mogen de evolutie's in het
maatschappelijk gebeuren aanschouwen tot
het noodzakelijk4 van ijzeren pliehtsbesef.
De heer Quaak feliciteerde de heer Booy
nog namens de afd. Z.-Vl. W. D., waarbij de
heeren Haak (Z. L. M.), Burgemeester Blok
en Van Dijk zich nog in het kort aansloten.
De heer C. de Putter dankte tenslotte alien
voor de vele goede woorden en bracht dank
aan hen die aan het welslagen hadden mede-
gewerkt, inzonderheid ook de meisjes voor wat
de bediening betreft. Daarop sloot hij als voor
zitter na het zingen van Psalm 72 1 deze
belangrijke vergadering met dankgebed.
'Onderscheiding.
Bij Koniniklijk besluit is de eere-medaille,
verbonden aan de orde van Oranje-Nassau
toegekend in brons aan E. H. Schoof, knecht
in het hotel „Het vergulde vlies" alhier.
Een zwakke mand.
Toen de dienstbode van den landbouwer J.
M. alhier, gistervoormiddag een groote mand
met eieren uit den kelder zou halen, deed zich
het eigenaardige geval voor, dat, terwijl zij
met den zwaren last bijna boven was, de bo-
dem der mand blijkbaar geen weerstand kon
bieden aan den druk der talrijke eieren, waar-
door deze terug naar den kelder verhuisden,
doch in zoodanigen toestand, dat het meeren-
deel der eieren tengevolge van dezen val be-
zweken, waarmede is aangetoond, dat een
zwakke mand rare gevolgen kan hebben.
De man in de ton.
De Sassenaren maken aanspraak op de
reputatie echte waterratten te zijn. In de
dagen van Olim, toen de politieverordening
nog niet streng werd toegepast, kon men op
warme zomeravonden de watertrappers op de
brugleuning zien klauteren, om na een triom-
phantelijken rondblik met sierlijken auik-
sprong in het lauwe kanaalwater de noodige
verfrissing te zoeken. Het was zoo de ge-
woonte van altersher; de brug was de puhlieke
tribune, van waar de aanmoedigingskreten
opstegen om de menschelijke dolfijnen in him
aquatieke prestaties tot hooger inspanning
aan te moedigen.
Toen kwam de politieverordening enunaakte
op korten termijn aan het waterballet een
plotseling einde. Het baden langs den publie-
ken weg was taboe geworden tot groot leed-
wezen van degenen, die van den wallekant
zich graag in dat nixenspel verlustigden, tot
verontwaardiging van de Neptunissen, die
zich den toegang tot het natte element ont-
zegd zagen.
Gelukkig kwamen eenige voorstanders van
de natte sport op het denkbeeld een zwem-
inrichting in het leven te roepen, aldus aan
de zucht tot het beoefenen van evoluties in
het element der visschen tegemoet komend.
In navolging van andere plaatsen kwam
ook de kanovaart langzamerhand in zwang.
Maar deze sport wordt slechts sporadisch be-
oefend.
Nu kwam Maandag 1.1. een oude waterrot
onverwacht met zijn waterton de beoefenaren
van de watersport een lesje geven en tege-
lgkertijd aan vele honderden kijkers een ver-
tooning ten beste geven hoe er op dat gebied
ook al een thema met variaties te water kan
gespeeld worden.
Met zijn zeilbon in een rubberpak gehuld
voerde hij allerlei griezelingwekkende toeren
uit en onderhield bovendien nog door het af-
steken van redevoeringen de menschen eenige
uren heel genoeglijk over de avonturen, die hij
in den loop van zijn watersportcarriere oe-
leefd heeft.
Dobberend in zijn tonnetje vertelde hij van
zijn overtocht over het Kanaal van Calais
naar Dover op zijn waterfiets en zijn kennis-
makiug met de Engelsche gevangenis, waar
mede die roemruchte prestatie eindigde.
En verder hoe hij verleden jaar met Pink-
steren in zijn primitief vaartuigje het zeegat
uittoog om later te Scheveningen behouden
aan wal te stappen.
Dat alles verteld met de noodige verve was
wel geschikt om het belangstellend publiek te
bekoren. Het werkte dan ook op de massa in
goedgunstigen zin, zoodat de kaarten spoedig
en ruimschoots betaald van de hand gingen.
Was ons land nu maar een Niagarawater-
val of zelfs maar een waterval van Schaff-
hausen rijk, misschien dat deze koene zee-
vaarder daar zijn kunsten zou gaan vertoonen.
Als het waar is, wat de goegemeente na
het volgen van deze vertooning rondstrooit,
zou in het komende seizoen reeds een concur
rent van dezen dobberaar op een autoband
over het kanaal gaan toeren.
Men merkt, ook in de watersport wordt ge-
slreefd naar afwisseling, om de eentonigheid
te verdrijven.
Gemeente raadsverkiezing.
De Dlnsdag gehouden stemming gaf het
volgende resultaat:
1. Lijst-Dankaert 84 stemmen; geen zetel.
'2. Lijst-Staal 256 stemmen; 'gekozen J. A.
M. Staal (aftr.).
3. Lijst-AdriaanssensBuijsrogge 343 st.,
gekozen A. Adriaanssens (aftr.), en P. A.
Stallaert.
4. Lijst-Jansen 295 stemmen; gekozen Jac.
J. Jansen (aftr.) en H. H. A. Baron Oollot
d'Escury.
5. Lijst-Voet 901 stemmen; gekozen P. F.
Voet (aftr.), Em. Ivens (aftr.), Th. C. Ver-
eecken (aftr.), P. J. Adriaanssens-Van Haelst
(aftr.) en Em. F. Vaal (aftr.).
6. Lijst-iComelissens 81 stemmen, geen
zetel.
7. Lijst-Asselman 451 stemmen; gekozen
Jos. F. Asselman (aftr.) en Al. J. Goossen.
Als nieuwe leden treden alzoo in den raad
de heeren P. A. Stallaert, H. H. A. Baron
Collot d'Escury en Al. J. Goossen.
Het aftredend raadslid de heer P. A. de
Klerk heeft zich niet meer beschikbaar ge-
steld, terwijl niet herkozen zijn de heeren Alp.
Weesepoel en E. F. Vael.