ALGEMEEN KIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN BLACKBOy PRUIM TABAK No. 9307 WOENSDAG 5 JUNI 1935 75e Jaargang Binnenland Buitenland N«8 Piet Pruim Peinst: EERSTE BLAD TER NEUZEN, 5 JUNI 1935. Laat de wereld kraken, kreunen, Ik blijf steeds op mijn gemak; Ik vind kracht en troost en kalmte Bij mijn BLACK-BOY Pruimtabak. GESAUSDE ZWARE - «m tmautmaamm WBBWBfc IMLM. Ill I WW NEUZENSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per pest 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar Voor Belgie en Amerika f 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 25. ADVERXENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer 0,20. KLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien lief&t een dag voor de uitgave. DIT BI.AI) VERSCHIJNX IEDEREN M VANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. HINDERWEX. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, maken bekend, dat bet verzoek van de N.V. BATAAESOHE IMPORT MAAT- SOHAPPU Verkoopkantoor van ,,Koninklijke Shell" Producten, gevestigd te 's Gravenhage, Carel van Bijlandtlaan no. 16, om op het per- ceel kadastraal bekend gemeente Ter Neuzen, Sectie E no. 1160, een electrisch gedreven benzineinstallatie te mogen opriohten, door hen is ingewilligd. Ter Neuzen, den 4 Juni 1935. Burgemeester en Wethouders voomoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLESecretaris. DE GEZONDHEIDSTOESTAND VAN PRINSES JULIANA. Naar wij vememen heeft Prinses Juliana in verband met haar gezondheidstoestand zich tot haar leedwezen verplicht gezien af te zien van haar voorgenomen bezoek aan Baarn op 7 dezer. HET KONINKLIJK BEZOEK AAN DEN HELDER. Reeds vroeg had zich Dinsdagmorgen een groote menigte om het havenplein opgesteld, om het monument „Voor hen die vielen". Een donderend gejuich breekt los en een groot enthousiasme maakt zich van de menig te meester, als de Koningin nadert en vlak bij het monument uit de auto stapt, vergezeld van Schout bij Nacht T. L. Kruys, overste J. C. Bentz van den Berg en de burgemeester van Den Helder, den heer Driessen. Onder het geroffel van de tamboers begint dan het defile. De Koningin met gevolg begaf zich hierna naar het front van het monument, en plaatste de lauwerkrans aan den voet van de zuil van het monument. Even verwijlde Zij daar, waama Zij zioh weer naar Haar auto begaf, en naar de Rijks- werf wer-d gereden. Ook hier werd Zij her- haalde malen toegejuicht. Van de Rijkswerf ging het naar de buiten- haven, waar H. M.'s ,,Hertog Hendrik' gepa- voiseerd gereed lag. De officieren en man- schappen zjjn in klein tenue, als rouw over den man naar wi-en het schip is genoemd. Ook hier stond een groote menigte opge steld, kinderen zwaaien met vlaggetjes als de Koningin nadert. Het valt niet te ontkennen, dat er een emstige trek op Haar gelaat ligt als Zij vrien- delijk dankt. Toen H. M. op de loopplank van de ,,Hertog Hendrik" stond, klonk plechtig het Wilhelmus, gevolgd door een duizenvoudig hoera en „Leve de Koningin" van het publiek. Aan boord inspecteerde de Koningin de be- manning. Van de commandobrug af sloeg Zij het vertrek van de „Hertog 'Hendrik" gade. Ook van de brug af groette H. M. nog voort- durend naar de juichende massa op den wal. Langzaam voer de „Hertog Hendrik" bui- tengaats, op de voorplecht stonden de Jantjes kaarsrecht opgesteld. De Koninkl. standaard werd op den oorlogsbodem geheschen en de vlaggetjes der pavoiseering ingenomen. Des namiddags 3 uur heeft H. M. bij de ont- hulling van het monument voor wijlen Z.K.H. Prins Hendrik en dat voor het Reddingswezen, de volgende rede uitgesproken. ,,Mijnheer de voorzitter van het comite voor het monument voor het Nederlandsche Red dingswezen. Alvorens aan uw verzoek te voldoen door het borstbeeld van mijn geliefden gemaal te onthullen en daarna in de plaats van mijn Dochter, die nog niet voldoende hersteld is om hier tegenwoordig te zijn, het monument voor het Nederlandsche Reddingswezen in te wij- den, wensch ik van deze plaats een woord van bijzondere waardeering te richten tot uw comite voor zijn initiatief, in dezen genomen. Moge dit gedienkteeken tot in lengte van .dagen den dank van ons volk vertolken voor de daden van moed, zelfopoffering en naastenliefde, door kloeke redders op onze kust verricht. Te- meer gevoel ik mij gedrongen uiting te geven aan mijn waardeering voor hetgeen u heeft tot stand gebracht, daar ik overtuigd ben daarmede weer te geven de gevoelens van hem, die beschermheer was van uw comite en beide reddingsmaatschappyen, die met warme belangstelling uw arbeid heeft gevolgd en voor wien het heden een groote dag gewegst zou.de zijn. Met ontroering en dankbaarheid hebben mijne Dochter en Ik kennis genomen van uw voomemen, tegenover het monument voor het Nederlandsche Reddingswezen het borstbeeld te plaatsen van onzen echtgenoot en vader, wiens naastenliefde en model-even hem zoo naiuw verbonden met de ziel van ons volk, en het opofferingsgezinde werk van de helden der zee. En thans wensch ik de Nederlandsche red- dangmaatschappij-en en met name de beman- ningen der reddingbooten en reddingssloepen oprecht geluk te wenschen met dezen voor hen alien zoo heugelijken dag. Met groote vol- doening kunnen zij terugzien op een meer dan hondjarigen zegenrijiken arbeid, op de golven verricht, -dank zij de persoonlijke plichtsbe- trachting en durf van hen, die hun leven voor anderen waagden. En nu verzoek ik den aanwezigen met mij pp te staan, teneinde op deze wijze met eenige oogenblikken stilte plechtig te gedenken de velen, die bij him moedige pogingen om schip- breukelingen te redden hun leven gaven. Moge God het schoone voorbeeld van stUle opofferingsgezindiheid en naastenliefde, door kloeke zonen van ons vaderland bij hun red- dingswerk te alien tijde gegeven, in heden en toekomst doen strekken tot bezieling en zegen van ons volk." DE NIEUWE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN. De heer H. C. J. H. Gelissen is 15 Mei 1895 te Venlo geboren. Hij volgde de H.B.S. te Rolduc en studeerde daarna aan de Tech nische Hoogeschool te Delft, waar hij in Janu- ari 1917 op 21-jarigen leeftijd met lof tot schei- i-.n-dig ingenieur werd bevorderd. Voordien was hjj benoemd tot assistent aan de Technische Hoogeschool te Delft en in April 1919 werd hij hoofd-assistent voor schei- kundige technologie. Hij richtte als zoodanig een laboratorium voor het onderzoek van kleurstoffen aan de Technische Hoogeschool in. Verder was hij leeraar in de wis- en na- tu-urkunde aan de H.B.S. met 5-jarige cursus te Katwijk. Inmiddels was hjj benoemd tot lector aan de R.K. Leergangen te Tilburg en toegelaten als privaat-docent aan -de Tech nische Hoogeschool te Delft. In Maart 1920 aanvaardde hij een positie van scheikundig hoofdingenieur by de N.V. Noury en van der Lande, in weike functie hij studies op het gebied der organische peroxy- den verrichtte. Voorts promoveerde hij in September 1925 met lof tot doctor in -de tech nische wetenschap aan de Technische Hooge school te Delft. In Augustus 1926 .werd hjj benoemd tot directeur der N.V. Electrochemische Industrie te Roermond, welke N.V. ten doel heeft, het produceeren van chemische producten langs electrolytischen weg. Voorts werd -hij benoemd tot lector voor scheikundige technologie aan de R.K. Handelshoogeschool te Tilburg. De -heer Gelissen is mede-oprichter van den chemisch technischen raad voor de wasscherij- industrie; als zoodanig heeft hij verschillende bleekmethoden ten behoeve van de wasscherij- indu-strie uitgewerkt. In 1930 werd de heer Gelissen benoemd tot directeur van de Stroomverkoopmaatschappij in Limburg, te Maastricht. In ditzelfde jaar werd hij buitengewoon hoogleeraar in de in- dustrieleer en warenkennis aan de R.K. Han delshoogeschool te Tilburg. Hij heeft studiereizen in vele landen -ge- maakt, Belast met het produceeren van che mische producten langs -electrischen weg heeft hij vooral -de electro-chemische Industrie te Niagara Falls (U.S.A.), bestudeerd. Van de hand van prof. Gelissen, zijn vele publicaties verschenen. Naar de Limburger Koerier vemeemt, zal voor prof. Gelissen, die aan de Koningin zal worden voorgedragen als opvolger van minis ter -Steenberghe, aan de directie van de Stroomverkoop-Maatschappij te Maastricht, voorloopig geen opvolger worden benoemd. De directie zal worden waargenomen door de twee onder-directeuren, ir. H. G. A. Kort- land en ing. V. R. P. J. Blom. Professor Gelissen en zjjn denkbeelden. Men meldt uit Maastricht aan de N. R. Crt. Van de benoeming van prof. Gelissen tot minister van oeconomische zaken zal in Lim burg met voldoening worden kennis genomen. Men heeft hem hier nu een reeks van jaren met een hardnekki-gheid, die ook enkele van nature sceptische menschen overtuigd heeft, voor een verdere industrialisatie zien ijveren als eenig mogelijke nieuwe bron van werkver- schaffing, in een land, welks bevolking blijft toenemen. Zijn lijn is industrie en nog eens industrie. Hij is geen politiek man, die daarbij het groote voordeel heeft van een onafhankelijk oordeel te hebben bewaard tegenover de politiek van zijn omgeving, terwijl hij een geboren optimist is, al hebben -de zeer moeilijke oeconomische omstan-digheden ook op hem hun invloed niet gemist. Maar hij is een snelle werker, die zich met veel 61 an aan de hem opgelegde taak kan wij den, daar door enorm veel werk in korten tijd verzetten kan. Zijn methode is altijd ge- weest de zaak bestudeeren, in het buitenland -gaan kijken, en dan de groote lijnen trekken. Het uitzoeken en regelen van de details laat hij graag aan zijn medewerkers over. Prof. Gelissen is diep overtuigd, dat de jnr dustrieele problemen zich geregeld wijzigen. Oude industrieen moeten zioh steeds weer ver- jongen. Wat, voor een tijd nog, van welhaast eeuwigen duur leek, kon door totaal verander- de omstandigheden of wel grondig ge- wjjzigd, of wel door geheel lets anders vervangen moeten worden. Het proces der industrieele ontwikkeling is er, zijns in- ziens, een van geboren worden en sterven. Toegepaste natuurwetenschappen en behoeften stimuleeren nieuwe industrieen en doen oude verdwijnen. Ook zijn de industrieele proc6d6's aan voortdurende wijziging onderhevig. De industrie moet, evenals de chemie, gereed zijn nieuwe gedachten te aanvaarden en in toepas- sing te bren-gen. Gedurende vijf jaar heeft prof. Gelissen gepreekt over de industralisatiemogelijkheden van Nederland. Zijn ideeen in deze zijn wel- bekend. Thans zal moeten blij-ken, hoeveel medewerking er voor te vinden zal zijn, wat er dus van te verwezenlijken is. Nog onlangs, toen ir. Kessler, directeur van de Staalwerken te IJmuiden, voor de Vereeni- ging van Nederlandsche ingenieurs te Heerlen sprak over de „Wiederankurbelung" van onze industrieele productie, hebben verscheidene Limburgsche in-dustrieelen van hun meening laten blijken. Prof. Gelissen heeft toen doen uitkomen, dat hij het niet eens was met de devaluatie-gedachten van ir. Kessler, maar wel dankbaar was, dat men ook in het Noor- den tot het inzicht gekomen is, dat een stre- ven, dat in Limburg al enkele jaren bestaat, de eenige udtweg is om uit de voor onze finan- cien fnuikende werkloosheid te geraken. Dr. Colijm krijgt in prof. Gelissen een mede- werker, die het in oeconomisch oogpunt geheel met hem eens is. Prof. Gelissen heeft in een omgeving van meest protectionisten nooit onder stoelen of banken gestoken, dat hij prin- cipieel vrijhan-delaar is, en wat zijn opvattin- gen o.a. op monetair gebied betreft, kunnen wij verwijzen naar zijn prae-advies voor de op 28 Juni a.s. te Noordwijk te houden vergade- ring van de Vereeniging van Nederlandsche gemeenten, over het vraagpunt, of het ge- wenscht is, dat de overheid deelneemt aan de oprichting en bedrijfsvoering van industrie- banken; of h-ier pen taak ligt voor de gemeen ten; en zoo ja, welke richtlijnen bij de verwe- zenlijking van die taak molten worden ge volgd. Wij lezen daarin het volgende: „Vooral moet. worden opgemerkt dat elke poging tot verdere industrialisatie en verdere werkverruiming weinig kans op succes heeft zoolang het kosten- en lastenniveau, waarop wrj ons thans in Nederland bevinden, niet verlaagd wordt, hetzij dan door h6rwaardeering, dit wil zeggen overmeten van de waarden, hetzij door wijzi ging van den meter, wat neerkomt op devalua- tie. Omtrent het opbouwendo nationale werk, noodi-g voor 't voeren van 'n actieve industrie- politiek, is een intemationale actie noodig, gericht op werktijdregeling, stabilisatie van de valuta, zoomede voor wat betreft het voeren van een gemeenschappelijk oeconomische politiek. Nationaal herstel in een intematio- naal milieu vraagt herstel van gezonde inter- nationale verhoudingen. Ook wat dit punt betreft is het niet aan ons hier een keuze te doen. Een feit is echter, dat df het een 6f het ander moet worden doorgevoerd". En verder: „Export is slechts mogelijk, in- d-ien men import toelaat. Wordt de onzicht- bare export kleiner, dan moet de import even- eens dalen". Met den landbouw is prof. Gelissen in aan- raking gekomen doordat hij enkele jaren directeur van de superfosfaatfabriek is ge- weest. Het kan overigens geen kwaad, dat onze landbouw met zijn over de behoefte heen- gegroeide nroductiemogelij-kheden eens met industrieele oogen bekeken wordt. Prof. Gelissen heeft het in Limburg altijd met menschen van veel udtaenloopende poli- tieke richtingen uitstekend' kunnen vinden. Hij heeft nooit geschroomd zijn ideeen tegen over die van anderen te plaatsen. Dit heeft niet alleen de persoonlijke betrekkingen niet geschaad, hij heeft door zijn juiste inzichten in tal van zaken anderen voor zijn standpunt weten te winnen. MINISTER SLOTEMAKER DE BRUINE BLIJVEND AAN ONDERWIJS? Naar de Standaard vemeemt is een benoe ming van een minister van Underwijs, Kunsten en Wetenschappen eh een vervulling van de vacture ontstaan door de ontslagname van Mr. H. P. Marchant gedurende de eerste weken nog niet te verwachten. Niettemin moet het niet onmogelrjk worden geacht, dat de tegenwoordige minister van Onderwijs ad interim, prof. dr. J .R. Slote- maker de Bruine blijvend deze plaats zal be- zetten, en dus Sociale Zaken met Onderwijs gaat verwisselen. OUD-MINISTER W. J. COHEN STUART OVERLEDEN. Zondagmidda.g is te 's Gravenhage plotse- ling overleden de heer W. J. Oohen Stuart, oud-zee-officier en oud-Minister van Marine. De heer Cohen Stuart begaf zich omstreeks vijf uur per tram naar de woning van zijn zoon, toen hij door een hartverlaraming ge- troffen werd en in de tram overleed. Hij be- rei-kte den leeftijd van 78 jaar. De heer Cohen Stuart trad als adelborst in dienst der Marine, werd zee-officier en door- liep de verschillende rangen in den zeedienst. In 1904 berei-kte hij den rang van kapitein ter zee. Het volgend jaar echter moest hij den actieven zee-dienst vaarwel zeggen, omdat de heer Goeman Borgesius hem verzocht zitting te nemen in het kabinet-De Meester, dat door hem gevormd was en in 1905 aan de Regeering kwam. De heer Cohen Stuart trad in dit Ministerie als Minister van Marine op en diende het land in die hoedanigheid van 1905 tot 1907. Zijn aftreden in -dat jaar hield verband met de Marinierskwestie. welke toen in de Kamer aanhangig was. Na zijn aftreden als Minister trad hij dade- lijk weer in dienst bij de marine en werd als kapitein ter zee belast met het commando over Hr. Ms. „Friesland". Hij maakte daarmede een toeht naar West-Indie en was ook met de ,,Friesland" -bij het eskader, dat in dien tijd naar Venezuela gezonden was ter hescherming onzer belangen. Na dezen toeht maakte de thans ontslapene nog verschillende studiereizen met de Fries- land" en verliet in 1909 den zeedienst met pensioen. Voor de Marine heeft hij veel gedaan en deze nam bij hem steeds de eerste plaats in. Ook in latere jaren toonde hij hij verschillen de gelegenh-eden een onverflauwde belangstel ling in vraagstukken en kwesties, welke met de Marine verband hielden. Nadat hij den zeedienst had verlaten, wijd-de hij zich in hoofdaaak aan maatschappelijk werk. Zoo had hij bijzondere belangstelling voor het Zeemansfonds en ook deed hij veei voor T.I.B.O. Voorts behoorde hij tot de eer- sten in Nederland, die de Burgerwachten in het leven riepen en ook hielp hij mede bij de oprichting der Nederlandsche padvinderij. De heer Cohen Stuart was ridder in de Orde van den Nederlandschen Leeuw en ridder in de Orde van Oranje Nassau. DE R. V. S. IN 1934. In de dezer dagen gehouden vergadering van aandeelhonders der N.V. Rotterdamsche Verzekeringsocieteiten (R.V.S.) is de balans en verliesrekening goedgekeurd. Aangenomen werd het voorstel van com- missarissen, om aan de winst de volgende bestemming te geven: -uitkeering van 20 dividend op de verplicht en 8 op de onver- plicht gestorte bedragen en de uitkeering op win-stbewijzen f 79,99 per stuk. In het verslag deelt de directie mede, dat 1934 voor de m-aatschappij weer zeer -gunstig was. De extra-reserve werd als gevolg daar- van verhoogd met /l.347.000 en bedraagt thans 6.763.000. De productie van nieuwe verzekeringen was belangrijk hooger dan het jaar te voren f 51.539.000 tegen 45.033.000 in 1933. Als gevolg van den verderen achter- uitgang van den algemeenen economischen toestand in Nederland is het bedrag der ver- vallen verzekeringen eveneens toegenomen. De stand der verzekeringen op 31 December 1934 was 377.681.781. Daarbij kwam het Bel- gische bedrrjf met een eindtotaal van frs. 256.767.799. FRANKRIJK. De verwachting, dat men er nu in Frank- rijk voorloopig was, en aan het werk zou kunnen gaan voor saneering van den toestand, is niet vervuld. Gister heeft het kabinet- Bouisson in de Kamer zijn verklaring afge- legd en de noodige volmacht gevraagd. Deze werd door de financieele commissie van onder zoek met 19 tegen 18 s-temmen aangenomen, doch toen zij in de Kamer in stemming kwam verwurpen met 264 tegen 262 stemmen. De meerderheid, die door haar votum de nieuwe regeering ten val bracht, bestaat uit zeer heterogene groepen, zooals dit veelal het ge- val is. Stond men bij den val van het kabinet- Flandin reeds voor de vraag: wie nu? thans klemt die vraag nog te meer. Er zijn er, die meenen dat president Le Brun Bouisson weer opnieuw met de vorming van een kabinet moet belasten en dat hij thans wel een meerderheid zal verwerven. Er werd ook bericht, dat de regeering inderdaad over een meerderheid zou hebben beschikt, want dat een 12-tal kamerleden zouden hebben te kennen gegeven verkeerd te hebben gestemd. Dit is dan toch al zeer onverantwoordelijk. Ook wordt opgemerkt, dat die heeren die zich vergist(?) zouden hebben blijkbaar zijn terug- geschrikt voor de gevol-gen van him votum. Dat de regeering, van welke men verwachtte dat zij gemakkelijk een meerderheid zou ver werven, ten slotte in de minderheid is geble- ven, wordt ook toegeschreven aan de omstan- digheid, dat de inmiddels ingetreden verbete- ring van de positie van den franc de schrik, die er bij vele afgevaardigden inzat heeft doen verminderen, en zij daarom meenden de regee ring, die hen voor enkele maanden naar huis wilde sturen, om ondertusschen den finan- cieelen en economischen toestand zoo mogelijk te zuiveren, wel te kunnen dwarsboomen. Gisteravond is president Le Brun, nadat hem het ontslag nemen van het ministerie was medegedeeld, nog aan het confereeren ge- gaan, in de eerste plaats met den voorzitter van den Senaat en den waamemend voorzit ter der Kamer. Aan de pers werden geen mededeelingen gedaan, dan alleen: dat zoo vlug mogelijk gehandeld werd. PROVINCIALE STATEN. De heeren Ed. Kalle, te Westdorpe, gekozen op de vrije iKatholieke lijst, en Ant. S. Wisse te Wiaarde, gekozen op de lijst der Staatk. Ger. Partij, hebben hun geloofsbrief niet op tijd ingezonden; in hun plaats zijn gekozen verklaard de heeren P. Bauwens te Hulst en J. A. Meertens te Hoek. DE HEER EM. TH. LOCKEFEER TERUG IN DE TWEEDE KAMER? Naar het Dagbl. v. Zeeland vernam, is het Tweede Kamerlid Fleskens candidaat gesteld op een verkiesbare plaats voor de Eerste Kamer. Doordat de heer Fleskens zeer waarschijn- lij'k lid der Eerste Kamer wordt, zal de heer Em. Th. Lockefeer uit 'Hulst vermoedelijk nog dezen zomer kunnen terugkeeren in de Tweede Kamer. EEN GEZIN SUITGAVENONDERZOEK VAN HET CENTRAAL BUREAU VOOR DE STATISTIEK IN DEN HAAG. Gezinnen uit Goes, Ter Neuzen. Tilburg, Eindhoven, Waalwijk e.o. (Langstraat), Maastricht, Heerlen e.o., Deventer, Goor en Enschede kunnen zich voor het onderzoek opgeven. Door hgt Centraal Bureau voor de Statistiek zal binn-enkort een onderzoek worden inge- stel-d naar de uitgaven van -gezinnen in boven- genoemde gemeenten. Dit onderzoek beoogt inzicht te verkrijgen in het verbruik van ge zinnen van verschillenden welstand. Het is de bedoeling aan de gezinnen, die bereid zijn mede te werken, te verzoeken eer, jaar lang, alle uitgaven, die zij doen, vanaf Zaterdag 29 Juni 1935 te noteeren in huishoud- boekjes, die door het Bureau beschikbaar worden gesteld. Waartoe een gezinsuitgavenonder- zoek o.m. dient. De over een vol jaar verzamelde gegevens zullen o.m. de basis vormen voor de bereke- ning viun z.g. duurtecijfers. Deze duurtecijfers duiden aan de wisselende koopkracht van het geld, dat de gezinnen gebruiken om hun levensonderhoud te betalen; zij geven dus weer de verhouding tusschen de voor een- zelfde hoeveelheid goederen en diensten be- rekende geldbed-ragen op verschillende tijdstip- pen, waarbij dan wordt ultgegaan van het voor 66n dezer tijdstippen berekende bedrag, dat gelijk 100 gesteld wordt. Om duurte cijfers te kunnen berekenen moet men echter eerst beschikken over de resultaten van het gezinsuitgavenonderzoek, waaruit men alle uitgaven der gezinnen benevens het gel-dbe drag voor de totale kosten van levensonder houd der gezinnen leert kennen. Er rest dan nog regelmatig na te gaan, welke verande- ringen -dit totale geldbedrag in den loop der jaren ondergaat tengevolge van prijsverande ringen. Het zou te ver voeren uitvoerig te beschrijven op welke wijze dit geschiedt. Vol WoKlt vervoigd M52 PRODUCT VAN DOUWE EGBERTS TABAKSFABRIEK staan moge worden met de opmerkmg, dat het Bureau de prijsveranderingen van elk artikel geregeld zal moeten opnemen en daar- toe inlichtingen zal moeten inwinnen in de winkels en magazijnen, waarin de gezinnen plegen te koopen. Deze duurtecijfers zijn als ohjectieve maatstaf voor het meten van de koopkracht der loonen van groote beteekenis, o.a. bij loononderhandelingen tusschen werk- gevers en werknemers. BelangTijk is het gezinsuitgavenonderzoek voorts, omdat daaruit voor tal van artik-elen van dagelijksch levensonderhoud kan blijken, in welke mate en tot welke bedragen die arti- kelen door de in het onderzoek betrokken ge zinnen werden gekocht; door omrekening op de -geheele bevolking kan vervolgens het totale verbruik van elk dier artikelen op glo- bale wijze worden berekend. Zulke verbruiks- aanwijzingen zijn voor de verkoop- en pro- ductiepolitiek van hamdel en nijverbeid van groot helang. Ook kan een deel van het in den loop van een vol jaar verzamelde materiaal voor on- derzoekingen op het gebied van de voedings- waarde van niet te onderschatten beteekenis zijn. Alle hier genoemde doeleinden maken het gezinsuitgavenon-derzoek tot een werk van groote sociale en economische beteekenis, ter wijl de gezinnen, die hieraan hun medewer king verleenen, arbeid verrichten, die ver boven het individueele belang uitgaat, omdat hij geschiedt in het belang van de geheele volksgemeenschap. Geheimhouding tegenover derden verzckerd. De medewerkende gezinnen kunnen ervan verzekerd zijn, dat ten aanzien van de door hen verstrekte gegevens door het Bureau vol- strekte geheimhouding tegenover derden (be- iastin-gen, enz.) in acht genomen wordt De gezinnen, die zich tot medewerking be reid verklaren, ontvangen tegen den tijd, dat het onderzoek aanvangt, van het Bureau de noodige stukken (buishoudboekjes en aanwij- zingen voor de invulling der boekjes) Het Centraal Bureau voor de Statistiek zal het zeer op prijs stellen, indien gezinnen, die in dit onderzoek belang stellen en daaraan hun medewerking willen verleenen (normaal samengestelde gezinnen; geen gezinnen met kostgahgers), zich alsnog v6or 15 Juni a.s, aan het Bureau, Oostduinlaan 2 te 's Graven hage, opgeven. AANRESTEDJN G. Bij de heden te Middelburg van wege den Rijkswaterstaat gehouden aanbesteding van het maken van twee groenharthouten midden- deuren voor de Westsluis voor het kanaal door Zuid-Beveland was o.a. ingeschreven door P. F. Voet te Kloosterzande voor 2950 en Adr. Kaan te Ter Neuzen voor 2900. Minste inschrijver was het aannemersbedrijf Samenwerking te Scheveningen, voor 2399. HISTORISOHE {tAPEL TE ST. JANSTEEN. Te St. Jansteen zal mgr. P. Hopmans. bis- schop van Breda, in tegenwoordigheid van mgr. H. Coppieters, bisschop van Gent, op 2 Juli een historische kapel ^nzegenen. Eentgen tijd geleden was het plan opgevat om op dezen historischen bodem de aloude, wijd- vermaarde hedevaartskapel, die tot in de zeventiende eeuw duizenden bedevaartgan- gers uit Vlaanderen trok, te herbouwen. Thans is het bouwwerk nagenoeg voltooid. OPENING STATENZITTING. De eerste zitting van de Provinciale Staten wordt geopend op Dinsdag 2 Juli -des avoncLs te half acht. De verkiezing van leden van Ge-d. Staten zal plaats hebben op Woensdag 3 Juli te 10 uur. Het personeel te Walsoorden. Ged. Staten herinneren aan de motie-De Pauw, waarin zij verzocht werden een vaste

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1935 | | pagina 1