fll fiFMFFM KIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN 9270 VRIJDAG 8 MAART 1935 75e Jaargang De onkerkelijkheid van Nederland. n. Feuilleton De man van Nergenshuizen Binnenland EERSTE BLAD Wie zorgt een buisje Aspirin: bij de hand te hebben, maakt zich over griep geen zorgen meer. De griep dreigt en de griep is een gevaarlijke vijj- and. Maar enkele tabletjes bij een opkomende onge- steldheid zijn in den regel voldoende, om zich in kor— ten tijd weer fit te voelen I jaagt de griep op de vluchff ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,55 per 3 maanden By vooruitbetaling fr. per post j 5,60 per jaar Voor Belgie en Ajnerika 2,overige landen f 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen by vooruitbetaling. UitgeefsterFinna P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TELEFOON No. 25. In het zeer volledige en omstandige boek, dat Dr. J. P. Kruyt in 1933 het licht deed zien over bovenstaand onderwerp, konden de gegevens van de volkstelling van 1930, die toen nog niet in zijn of anderer bezit waren, nog niet worden ver- werkt. Dit was niet wel mogelijk. Maar toch is het aan een kant jammer, want nu moeten zijn tabellen en statistische ge gevens eigenlijk nog worden bijgewerkt en aangevuld. Wij twijfelen geen oogenblik, of tal van conclusies zouden nog positiever en ook nog schrikwekkender hebben ge- luid, indien de schrijver van dat boek ook over deze gegevens nog de beschikking had gehad. Wij zullen onzen lezers veel cijfer- materiaal besparen, maar wii willen wel even memoreeren, dat de onkerkelijkheid van Nederland in de laatste tien jaren schrikbarend is toegenomen, wat over- tuigend blijken kan uit deze cijfers: In 1909 was 4.97 der bevolking van ons land onkerkelijk; in 1920 7.77 maar in 1930 bedroeg dat percentage reeds 14.42, m. a. w. in den loop van tien jaren was dit aantal bijna verdubbeld Van de bijna acht "millioen inwoners, die Neder land telt, waren er in 1930 1.144.000, die tot geen enkele kerkelijke gezindte meer wilden worden gerekend, 614.000 manner en 530.000 vrouwen. Dit zijn cijfers, die te denken geven, en die zeker wel manen tot maatregelen. Kruyt heeft zoo terecht opgemerkt, dat men de onkerkelijkheid niet behoorlijk zal behandelen en bestudeeren, indien men alleen handelt volgens de deductieve methode. Natuurlijk zit er in zoo'n wijze van beschouwen wel iets goeds. Men kan b.v. een analyse geven van de behoeften, waarin kerk en godsdienst in het algemeen bevrediging geven, en daarna, uitgaande van de'behoeftpn der verschillende groe- pen van de huidige menschheid, vaststel- len, dat kerk en geloof minder of meer in- vloed hebben dan vroeger, maar bij deze methode kan er heel gemakkelijk worden gegeneraliseerd, tenzij de gevonden resul- taten voortdurend en ook weer systema- tisch worden getoetst aan de feiten, zoo- dat men dus naast de deductieve methode ook en vooral de inductieve methode volgt. Maar ook hierbij past nog steeds de grootste voorzichtigheid. Want de uit- komsten der telling en zijn niet altijd be- trouwbaar. Men heeft er terecht op ge- wezen, dat niet zelden van grooten invloed is geweest de mentaliteit der volkstellers, n.l. der personen, die overal huis aan huis de kaarten gingen ophalen, en die in niet weinig aevallen assistentie moesten ver- leenen. Er zijn plaatsen en heele streken Ceest, waar meer dan 90 van de ■ten door zulke tellers moest worden ingevuld, en dan was het gevaar lang niet denkbeeldig, dat door deze ondervragers sams onbewust, maar SQms ook wel be- wust, invloed werd uitgeoefend op de cmdervraagden, vooral op het teere punt van de (on)kerkelijkheid. Bij de volkstelling in 1920 was in zeke- pen zin een antwoord, dat de onkerkelijk- ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer 0,20t KLEINE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien by regelabonnement tegen venminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrygbaar is. Intending van advertentien liefst een dag voor de uitgave. DIX BLAD VERSCHIJNX IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. door VICTOR BRIDGES. (Nadruk verboden.) 61) (Vervolg.) Ik was nieuwsgierig, welk figuur ik in de kranten sloeg. Ik kon my voorstellen, dat alle krantenmenscben van deze gelegenheid weer een overmatig gebruik zouden maken en dat mevrouw fantasie weer op haar troon zou altten. Het speet my, dat ik de resultaten van al dat edel pogen niet kon aanschouwen. Daarom vroeg ik den agent, die myn lunch binnen bracht, of het tegen het reglement was, dat er eenige kranten voor my gehaald wer den. Hy keek een beetje twyfelachtig en krabde achter zijn rechteroor. ,,Ik zal het vragen,, mynheer", z'ei hij gewichtig. Welke kranten sou U willen hebben?" „0, breng er maar zooveel mogeiyk", ant woordde ik luchtig. „Het gebeurt niet elken dag, dat er iemand van moord wordt beschul- digd". Een half uur later kwam hij terug met een berg avondbladen onder zijn arm. Ik zag het eerst de „Star" en mijn eerste bHk toonde mij, dat de voorspelling van Gor don, nl., dat ik de beruchtste man van Enge- land was, niet ver bezijden de waarbeid was: HTIJART NORXHCOTE DOODGESTOKEN. De duhbelgangar van den verslagene gearresteerd. Wie is JOHN BURXON Opzienbarcndc, geheinizimiigo geschledenis in de groote wereld,! heid der betrokkenen aan het licht zou brengen, reeds den ondervraagden gemak- kelijk gemaakt. Immers toen luidde de on- gelukkig gestelde vraag: „Of wenscht hij zijniet gerekend te worden te behooren tot eenige godsdienstige gemeenschap j In 1930 zijn de vragen heel wat beter geformuleerd, maar desondanks bleef ook toen de kans op be'fnvloeding bestaan, en j er zijn ook van hier en daar feiten bekend geworden, die hebben bewezen, dat deze I vrees niet ongemotiveerd en niet denk- I beeldig was. Wij willen hier bijvoorbeeld er aan herinneren, hoe de vrijdenkers- vereeniging ,,De Dageraad" kort voor de laatste volkstelling te Amsterdam strooi- biljetten liet bezorgen aan de huizen, waarop aan hen, die innerlijk niet meer tot de kerk behoorden, werd aangeraden in te vuflen „ik behoor tot geen kerkgenoot- schap". Des te meer valt het te begrijpen, dat ook van kerkelijke zijde (b.v. te Gro- ningen (stad) aan de menschen de raad is gegeven om niet zonder noodzaak alle verband met de kerk als verbroken te ver- melden. In Den Haaa is een nauwkeurig onderzoek ingesteld door het Gemeente- bestuur naar aanleiding van ingekomen klachten. en toen moet gebleken zijn wij halen hier de betrokken zinsneden let- terlijk aan dat ,,de onverschilligheid en oppervlakkigheid, welke door een deel van de bevolking ten aanzien van de gods- dienstvraag werd betoond, eenige tellers heeft genoodzaakt om door vragen tot het juiste antwoord te komen.' Een andere, ongewenschte inmenging is deze geweest, dat elders op het raadhuis reeds de kaar ten naar de gegevens van den Burgerlijken Stand werden ingevuld, zoodat ook het antwoord op de vraag betreffende het kergenootschap, te voren reeds vrijwel vast stond. Dit moet o.a. zijn geschied te Vriezenveen, Winkel, Katwijk, Vianen en Gulpen. Wij noemen nu maar niet meer bezwaren, die tegen de juistheid en de objectiviteit der door een volkstelling ver- kregen gegevens pleiten. Laten wij thans ook enkele factoren vermelden, die ongetwiifeld van groote beteekenis zijn geweest bij de toeneming der onkerkelijkheid, ook in ons vaderland, dingen, die ook door Kruyt in zijn studie zijn geaccentueerd. Daar is dan vooreerst de opkomst van het moderne vereenigingsleven. Wij laten nu nog daar de kwestie, dat deze ver- eenigingen zoo vaak een onreligieus, om niet te zeggen een anti-religieus doel na- streefden. Maar ook afgezien daarvan waren vroeger de kerken zoo wat het eenige vereenigingspunt voor de men schen. Daar zag en sprak men elkaar, daar werden belangrijke afkondigingen gedaan, op weg naar en vooral op weg uit de kerk had men gelegenheid elkander te ontmoeten en allerlei belangen met elkan der te bepraten. Langzamerhand is dit anders geworden. De menschen hebben tegenwoordig bijna alien hun vereenigin- gen, die hen eens of meermalen per week uit huis halen. De uithuizigheid, de onhui- selijkheid zijn schrikbarend toegenomen, overal verrezen vereenigingsgebouwen, voor allerlei doeleinden en voor haast elken leeftijd. Men kon (wat dat betreft) de kerk nu voortaan wel missen, in plaats van de wekelijksche kerkgang kwam de wekelijksche of halfwekelijksche vereeni- gingsavond. En daarbij namen ook de ge- iegenheden tot ontwikkeling en ontspan- ning hand over hand toe. Men kan (ook afgezien nog van de radio) over alles en nog wat worden ingelicht. Daar is een stroom van lectuur .,og maar steeds vloeiend, en ook over godsdienstige onder- werpen kan men te kust en te keur gaan. Bovendien, indien vroeger de kerk de hoofdverzorgster was van armen en ge- brekkigen, zoo heeft thans de overheid zelve het leeuwenaandeel gekregen in dit soort ondersteuning. Wij hoorden nog dezer dagen van een nog niet eens zoo erg groote stad, hoe daar de overheid meer dan een millioen jaarlijks alleen aan geldelijke ondersteuning uitgaf, ver- zorging in sanatoria en ziekenhuizen, ondersteuning met brandstof e.d. was daarbij nog niet inbegrepen terwijl de kerkelijke en meer particpliere instellingen van weldadigheid te samen f 300.000 gaven. Zoo is het dus te begrijpen, dat velen tot het inzicht zijn gekomen, dat zij zeker niet bij een kerk behoefden te blij- ven om te kunnen worden gesteund. Die dan bleven, waren menschen, die meer door godsdienstige overwegingen werden geleid. Nu moet zeker dankbaar worden erkend, dat het speciaal aan de Roomsch- Katholieke kerk is gelukt om, dank zij de sterkere discipline en het straffe saam- hoorigheidsqevoel in die kringen, een zeer belangrijk deel van het vereenigingsappa- raat van haar volgelingen onder haar ieiding te krijgen, ja zelfs zijn niet zelden haar priesters de stichters en stuwers voor allerlei vereenigingen geweest. Voor de sociale kwestie en alles wat daarmede samenhangt, zijn speciaal de Protestanten veel te lang blind geweest. Het is dan ook slechts een derde deel van al de georganiseerde arbeiders, dat bij de confessioneele arbeidersbeweging zich heeft aangesloten! In de laatste jaren is dit alles anders en beter geworden, maar er kan terecht worden gevreesd, dat de hierdoor verkregen schade voorloopig niet meer kan worden ingehaald. Vermelden wij vports nog, hoe talloos velen het kerkelijk gekrakeel moe en beu zijn. Wat telkens en telkens uitlekt over al den strijd tusschan menschen, die zich broeders moesten gevoelen, heeft ontzag- lijk veel invloed op de menschen, vooral op de jongeren onder hen. Wij zullen de laatsten zijn om te beweren, dat er geen verschilpunten zouden zijn. ja ook, om te beweren, dat zij maar steeds en in alle omstandigheden moeten worden wegge- doezeld of bedekt. Maar er is zeker onder vele geloovigen een groote mate van onverdraaazaamheid en geprikkeldheid. Men gunt alleen recht en plaats aan eigen tint (het gaat hierbij niet eens over ,,kleuren het gaat over j ,,'tinten"men eischt daarvoor alles en alien op, men kent en erkent de anderen niet meer, en zoo komt het, dat al meer van de kerk worden vervreemd tal van menschen, speciaal dan onder de intellec- tueelen, die overigens voor een gezond kerkelijk leven en voor een goed werkende kerkelijke machinerie zoo bij uitstek ge- schikte krachten zouden kunnen zijn. Men klaagt van allerlei zijden over ,,verbur- gerlijking" van de kerkelijke colleges, al meer vreet de partijsohap in.en door; het zal dringend tijd worden, dat alien die de kerken een goed hart toedragen, en die ook (zij het dan niet alleen van die ker ken, dan toch zeker ook) van haar zegen verwachten voor land en volk, zich op- maken om met alle hun ten dienste staan- de middelen de onkerkelijkheid te be- strijden. Het is zoo'n treffende en be- schamende uitspraak, die wij juist dezer dagen tegenkwamen in de gezamenlijke Seschriften van wijlen Prof. Dr. Is. van ijk, die dit opmerkte (Deel VI, biz. 529): „Ik heb mij eens een heelen morgen aan het rekenen gezet. Alle zwaarklinkende termen, die gewoonlijk van de kerk ge- bezigd worden, heb ik een oogenblik op zij gezet, en toen ben ik tot de ontdek- kende, beschamende conclusie gekomen: in zekeren zin zijn wij zelf de kerk, d.w.z.: wij verdienen de kerk, die wij hebben. Zijn er veel geloovige, veel werkelijk wedergeboren menschen in de kerk, dan zal de kerk zoo goed zijn, als zij hier beneden zijn kan. Zijn er die niet, dan zal ook de kerk niet veel zijn, zij wordt dan licht een twistend gezelschap met druk geventileerde trouw aan ..beginselen", maar. met sterk verkoelde lief de' Of mogen wij het tenslotte zeggen met eigen woorden: Men zal de onkerkelijk heid van Nederland pas goed en recht en afdoende kunnen cureeren, als de kerke- lijken alles doen wat in hun vermogen is om zich ware, echte Christenen te be- toonen. De sensationeele aankondiging besloeg in groote vette letters de geheele breedte van de krant en drie kolommen waren gewijd aan en volgedrukt met de meest sensationeele be- schrijving van bet korte, scbitterende optre- den van Northcote in de voomaamste Lon- denscbe kringen. Met betrekking tot den moord scheen de krant even veel of weinig te weten als ik zelf. Ik vemam ecbter, dat bet lijk van Northcote drie dagen geleden was gevonden in een loge- ment in East-End en dat het zeemanskleeren droeg van de allergewoonste soort. Hij was doodgestoken, doch klaarbiykelijk na een he- vige worsteling, want een spoor van bloed- vlekken toonde aan, in welke richting zijn moordenaar was gevlucht. Behalve dat het slachboffer nog laat bezoek had gehad, kon de logementhouder geen verder licht over de zaak laten s-ehijnen. Hij had niets van een gevecht gehoord en al was dit het geval ge weest, dan nog zou hy er geen notitie van genomen hebben. Vechten werd niet als iets ernstigs beschouwd in een logement van Stepney. Een onderzoek van de papieren, w:lke op het iyk gevonden werden, leidde de politie tot het vermoeden, dat hij niemand anders was, dan Stuart Northcote, de bekende millionair. Zy hadden hun onderzoek met de uiterste ge- heimhouding verricht en het resultaat was mijn sensationeele aanhouding geweest. Het was, zooals de ..Star" in haar hoofdartikel schreef een geheimzinnige zaak van werkelijk schokkende afmetingen. ..Werkelijkheid'", eindigde de redactie haar artikel, „is onwaarschijnlijker dan fantasie en zelfs een Sherlock Holmes zou op het oogenblik met zijn oordeel over deze verbys- terende misdaad verlegen zijn". De gewone kranten wijdden, zij het iets minder dramatisch, ook de noodige aandacht aan de zaak, maar nergens werd meer licht in de duistemis gebracht en in geen enkel blad werd gerept over de ware identiteit van Stuart Northcote, terwijl alleen in „the Globe" in het voorbygaan werd medegedeeld, dat ik bij Maurice te Woodford had gelogeerd, als zijn vermoorde neef. Allen waren het er ech- ter over eens, dat het een verbijsterende en geheimzinnige gebeurtenis was en alien her- haalden de opmerking van de ,,Star", dat „werkelijkheid onwaarschgntyker was dan fantasie". Ik was nieuwsgierig te weten, hoe Mercia over de zaak daeht. Zij moest nu van Billy gehoord hebben, welk werkelijk aandeel ik in deze gsschiedenis had en dat het alleen aan mijn tusschenkomst te danken was, dat de moordenaar van haar vader niet eerder door den „Bond" was gewroken. Ik was overtuigd, dat dit geen verschil in onze verhouding zou teweegbrengen, want indien haar liefde was ontstaan, toen zy geloof de, dat ik Prado was, dan zou diezelfde liefde alle andere bezwaren weten te overwinnen. Ik was meer bezorgd over haar angst, dien zij ongetwpfeld om mii ondervond. Billy zou natuurlgk getracht hebben haar te overtuigen, dat ik volkomen veilig was. Aangezien ik echter wist, dat zij de gevoelen3 van Maurice en Sangatte, ten opzichte van my kende, begreep ik zeer goed, dat zg ongerust zou zijn, of er niet een of ander complot tegen mij gesmeed zou worden, teneinde mij in de moordzaak te betrekken. Ik wilde haar niet schrijven, want ik begreep, dat mijn brieven geopend werden en op zijn minst zou dit de politie aanleiding geven, haar met allerlei onbescheiden vragen lastig te vallen. Nog zat ik over dit probleem te tobben, toen de agent binnenkwam en my mededeelde, dat Billy zicb wederom had aangemeld, en dat, indien ik hem verlangde te spreken, daartegen geen bezwaar hestond. „Ik vrees, dat ik t een lastige klant ben, agsnt", zei ik. „Ik geloof, dat ik een nieuwe bel aan het politiebureau cadeau zal moeten geven, al3 Ik weg ga". Hij antwoordde niet, dan met een koud EERSXE KAMER, Vergadering van Woensdag. Voortgezet wordt de behandeling van de be- grooting van oeconomische zaken voor 1935. De heer Smeenge (a.-r.) vestigt de aandacht op den toestand van de borstelindustrie en de binnensebeepvaart. Spr. waarschuwt tegen een streven om de Kamers van Koophandel uit te scbakelen. De evenredige vrachtver- daeling heeft veel goeds gebracht. De heer Rugge (s.-d.) betoogt, dat de even redige vrachtverdeeling materieele en moreele voordeelen heeft gebracht voor de binnen sebeepvaart. Spr. noemt echter eenige bezwa ren van de tegenwoordige regeling. Spr. wii wetswijziging dienaangaande. De heer Van Lanschot (r.-k.) bepleit een kwalitatief en kwantitatief sterke samenstel- ling van de afdeeling van het departement van oeconomische zaken belast met de onder- handelingen met het buitenland. Spr. geeft een clearing-regeling met Brazilie in over- weging. De heer Wibaut (s.-d.) wenscht, dat men ten aanzien van den crisis-landbouwsteun zoo spoedig mogelijk terugkeert „naar het gezond verstand". De crisissteun aan de groote scheepvaart is totaal onvoldoende. De regee- ring helpe den Kon. Hollandschen Lloyd en de Holland-Amerika Lijn. De heer Otten (v.-d.) dringt aan op meer en betere statistische gegevens betreffende den landbouw. Spr. betreurt de actie tegen den landbouwsteun. Bij het streven naar een lager niveau is de landbouw andere groepen ver voor. De heer Knottenbelt (lib.) beveelt de be langen van commissionairs en handslsagenten bij de regeering aan. Wat den steun aan de groote scheepvaart betreft, zijn spr. de nor- men van de regeering aangaande de ge- wenschte sterkte der handelsvloot niet duide- iyk. Ten aanzien van de binnenvaart vraagt spr. duideiyke en niet verouderde statistische gegevens. glimlachje, maar verliet het vertrek en kwam een minuut later met Billy terug. „Wel, m'n jongen," begon mijn vriend, toen de deur was gesloten, „ben je de verslagen in de krant aan't lezen?" Hij wuifde met zijn hand naar den stapel kranten. ,,Ik heb ze eens doorgekeken, Billy", zei ik. „Voor 'n bescheiden mensch, maak ik nog al opgang". Billy lachte. „0, jij bent in de mode. Jrj hebt de zeeslang verslagen. De geheele stad praat over jou en de krantenmenschen staan in Park-Lane dichter op elkaar gepakt, dan vliegen in een Spaansche slaapstee. Ik moest ze met beide handen wegduwen, om er door- heen te breken, toen ik van huis ging". „Hoe gaat het met Mercia, Billy", vroeg ik. „Zy maakt het best. Er is heel wat noodig om de Solano's van streek te brengen. Ik heb haar de geheele geschiedenis verteld; voor wij naar de rechtbank gingen, maar zij vertrok geen spier. Er zit ras in dat meisje, anders laat ik me hangen". ,,Gaf zij nog een boodschap voor mij mede?" vroeg ik verlangend. ,,Ze zei, dat zij nog niet heelemaal beu van je was; ten minste zoo iets in dien geest was het, maar wy waren te aandachtig, om te hooren wat die detective vertelde, om verder aan minnebriefjes te denken". Hij wachtte even en grinnikte. „Het zal voor dien Sher lock Holmes een tegenvaller zijn, als hy de ware feiten vemeemt. Hij rekent er al op, dat hy je in zijn klauwen heeft". Ik schudde mgn hoofd. „Hy is er niet al te zeker van", zei ik. ,,Hij schrikte er al zoo van, toen ik dien brief aan Lammersfield zond en toen Gordon vanmiddag kwam, werd zijn zelfvertrouwen er niet beter op". ..Gordon!" herhaalde Billy. „Wat! de groote parlementredenaar „Die is het", zei ik. ..Lammersfield heeft hem bij my gestuurd en hij zal het zaakje vooi my opknappen. Dat is waar ook, ik zou het (Ingez. Med. t De heer Ruyter (r.-k.) betoogt, dat de stent voor land- en tuinbouw niet verminderd kzas worden. Minister Steenberghe constateert dat car vele tegen elkaar tngaande wepscben zip» geuit. Over mechanisatie in de sigarenindustrle te een interdepartementaal rapport verschencav dat nog bestudeerd wordt. Spr. zal de bezwa ren in zake de evenredige bevrachting van de binnenvaart onderzoeken. Ten aanzien van de- borstelindustrie overweegt spr. andere maat regelen dan contingenteering. Spr. houdt zoo veel mogelijk rekening met de belangen van. den tusschenhandel Een onderzoek naar clearing met Brazilie is gaande. De onderhan- delingen met het buitenland mogen ill een maar gebaseerd zijn op het nationaal be lang UITZENDING PARTIJCONGKES LIBERATE STAATSPARTIJ. De minister van buitenlandsche zaken heeft aan de Vereeniging van liberale radio-ama teurs (liberale omroep) een byzondere zend- vergunning verleend voor Zaterdag 23 Maait a.s., tot de uitzending van bet partycongres van de liberale staatsparty De Vrijheidsbai*! De uitzending zal 's middags 2% uur aanv«»- gen met de openingsrede, uit te spreken door den voorzitter van de party, mr. W. C. Wea- delEiar. PENSIOEN AFGESTAAN AAN BEHOEFTIGEN. Naar het Handelsblad vemeemt is by de instelling voor Maatschappelijk HulpbeteaE te Purmerend van het Tweede Kamerlid dtat heer Kooiman, de mededeeling ingekomen^ dat hy zijn vergrooting van inkomsten, w»- gens het Kamerlidmaatschap en penskm- neering als lid van Gedeputeerde Staten wenscht af te staan aan de instellingen woor maatschappelijk hulpbetoon in drie gemeea- ten, waar hij vele jaren heeft gewoond en g»- werkt, met het verzoek daarvoor extra uitkee- ring van levensmiddelen te doen aan de «u- dersteunden in die gemeenten. Deze afstand van pensioen zal gelden totdaX een wettelijke regeling dienaangaande zal zipr tot stand gekomen. ONZE NEUTRALITEIT IN DE LDOCBC Men sclhryft ons: Wanneer wij met groot misbaar veihaleai hooren dcen over den aanmaaJk van vliegtai- bijna vergeten, hij heeft gevraagd, of je <ro- middellijk naar zijn kantoor wilt gaan; Jig moet je spreken. Ik heb beloofd, dat je ztmd? komen". ,,Waar kan ik hem vinden", vroeg Billy. ,,Ik weet het niet", zei ik, ,,maar de im- specteur zal je wel op de hoogte brengen"* Toen liet ik myn stem dalen. „Vertel henv vooral niet, dat Lammersfield geld van Pradfc geleend heeft. Ik heb dat verzwegen, w»r de rest kan je hem de waarheid zeggen'" Billy knikte en sprong op van het be«5t waarin hij reeds een aardig kuiltje had g*s- vormd. „In orde", zei hij. ,.Als ik het onderweg niet vergeten ben, zal ik doen wat je gsxegd hebt". „En Billy", vervolgde ik bezorgd, ,,let gooi op Mercia. Ik vrees niet zoozeer Guarez eo zyn bendeGordon zit hen op de hdelea; maar ik denk aan dien schurk van "n San gatte. Nu hij weet, dat ik aan handen voeten gebonden ben, zou het mij niet vw- wonderen, dat hij den een of anderen smerigo* streek zal trachten uit te halen, als by de bnci schoon ziet". „Ik zie in 't geheel niet in, wat hy tans doen", zei Billy. .Mercia is by de TregattocSr* en mij dunkt, dat zij daar volkomen veilig is* „Dat hoop ik", antwoordde ik, ,,maar Bk zou Sangatte niet verder vertrouwen, dan He. hem zag". Billy legde zyn hand geruststellend op m-gm sohouder. „Dat zou ik ook niet, ouwe jongen", cprai hij, ,,maar maak je niet bezorgd. Ik bel feaar op, zoodra ik bij Gordon klaar ben, om my te overtuigen, dat alles in orde is. Morgeaacfc- tend ga ik direct naar "naar toe en neem haar mede naar het gerechtshof, evenals ik vandaa« heb gedaan". (Wordt vervolgd.!

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1935 | | pagina 1