ipp^y/fllP ff|| fgp
Dam- en Schaakrubriek
m 4tm....HI
Feuilleton-vertellingen
DAMMEN.
SCHAKEN.
I o
M..
wm WB
tueele nleuwe overeenkomst v66r 1 Maart a.s.
ztin gesloten.
Het algemeen mijnwerkersfonds voor de
steenkolenmijnen in Limburg, is niet genegen
de duur der leening te verlengen, noch de
rente te verlagen. Deze leening is in 1941
vervroegd aflosbaar. Wg stellan u thans voor
aan de woningbouwvereeniging en bet woning-
bedrflf toe te staan een anmiiteit te betalen
berekend naar een duur van 75 jaren. De
boogere aflossingsbedragen die de gemeente
aan bet Mijnwerkersfonds heeft te betalen.
kunnen tot 1941 op de kapltaaldienst worden
verantwoord. Tegenover deze kapitaalsuit-
gaven kan als inkomst een geldleening worden
geraamd. Wordt in 1941 tot vervroegde af
lossing van de geheele leening besloten dan
kan de extra aflossing die de gemeente direct
voor zijn rekening heeft genomen, worden
bijgeleend.
Wij meenen er u evenwel op te moeten wg-
zen, dat door deze financiering de gemeente
een zeker risico op zich neemt, daar het niet
zeker is dat in 1941 een leening kan worden
gesloten met een looptijd van pl.m. 55 jaar,
tegen een gelijke of lagere rentevergoedmg
als de thans loopende.
Wanneer Uw college besluit:
le. tot conversie van de leening met
gemeente-crediet
2e. de financiering van de leeningen van
het Mijnwerkersfonds zoodanig te regslen, dat
de aflossing der leeningen van de woningbouw
vereeniging en het woningbedrijf met 25 jaar
wordt verlengd, stellen wij u voor ons college
te machtigen in overeenstemming met den
minister van sociale zaken tot huurverlaging
voor de verschillende complexen over te gaan.
WO zullen trachten te bereiken dat deze
huurverlaging zal ingaan per 1 Januari laatst-
leden. In de huurverlaging zal rekening ge-
houden worden met de kosten van de water-
leidlng.
In verband met het vorenstaande stellen wij
u voor het volgende besluit te nemen:
De gemeenteraad van Ter Neuzen:
gelezen het voorstel van burgemeester en
wethouders van 29 Januari 1935 no. 240,
besluit:
1. in afwijking van het raadsbesluit d.d. 2
April 1931, goedgekeurd door gedeputeer-
de staten 16 April d.a.v. no. 66, le afd.,
wordt het volgende bepaald:
Vanaf 1 Januari 193530 Juni 1935
wordt van het restant van de leening oor-
spronkelijk groot f 195.863,70 per rest
groot S 188.706,62 een half jaar rente be-
taald tegen 4% zgnde 4010,02.
Op 30 Juni 1935 wordt gesloten een
geldleening groot 188.706,62 tegen een
60-jarige annuiteit berekend naar een
rentevergoeding van 4
Op 31 December van elk jaar kan het
saldo der leening geheel worden afgelost,
mlts aan de N.V. Mij voor gemeentecrediet
minstens twee maanden tevoren van het
voornemen hiertoe is kennis gegeven en
1 vergoeding van het saldo wordt be-
taald indien deze extra aflossing voor 31
December 1941 geschiedt.
Als vergoeding voor deze transactie
wordt aan de N.V. Mij voor gemeente
crediet een boete betaald van 1 van het
restant der schuld ad 188.706,62.
aan de woningbouwvereeniging „Werk-
mamsbelang" te Ter Neuzen en het wo
ningbedrijf der gemeente wordt toege-
staan vanaf 1 Januari 1935 aan de ge
meente te betalen ten behoeve van de
leeningen, aan gegaan bij het algemeen
mijnwerkersfonds voor de steenkolen-
mijnen in Limburg, oorspronkelijk groot
102.446,65 en 139.540,17 een annuiteit
te betalen berekend op een langere loop
tijd van 25 jaar dan met het algemeen
mijnwerkersfonds is overeengekomen en
het verschil in de door de gemeente te
betalen annuiteiten en de annu'iteiten
welke worden ontvangen tot en met 1941
op de kapltaaldienst te financieren;
burgemeester en wethouders te machti
gen de woninghuren, in overeenstemming
met den minister van sociale zaken, te
verlagen.
De heer DE BAKKER vraagt of niet de
mogelijkheid bestaat de conversie te doen ge-
schieden tegen een lagere provisie.
De VOORZHTER deelt mede, hiertoe po-
glngen te zullen aanwenden.
De heer VAN DRIEL vraagt of het niet
mogelijk is, omtrent de huurverlaging zelf
nadere mededeelingen te doen.
De VOORZITTER antwoordt, dat zulks
nog niet mogelijk is.
2
3
Met algemeene stemmen wordt overeen-
komstig het voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
17. Vaststelling suppletoir-kohier honden-
belasting 1934.
Voorgesteld wordt, het suppletoir kohier
hondenbelasting dienst 1934 vast te stellen op
een bedrag van 144,50.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
18. Benoeming raadsconimissies.
Ter benoeming worden aanbevolen:
Voor de commlssie van Bijstand voor de
gemeentewerken de aftredende leden de heeren
De Bakker, Van Cadsand en Verlinde;
voor de Financieele Commissie:
de aftredende leden de heeren Van Aken en
M. de Jonge, 1 vacature.
Commissie van Bijstand.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer De Bakker 13
stemmen, 1 stem is bianco.
Is alzoo gekozen de heer P. F. de Bakker.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer Van Cadzand 13
stemmen, 1 stem is bianco.
Is alzoo gekozen de heer P. van Cadsand.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer Verlinde 13 stem-
men, 1 stem bianco.
Is alzoo gekozen de heer C. A. Verlinde.
Financieele Commissie.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer Van Aken 13
stemmen, 1 stem is bianco.
Is alzoo gekozen de heer D. van Aken.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer M. de Jonge 13
stemmen, 1 stem is bianco.
Is alzoo gekozen de heer M. de Jonge.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgt de heer G. Dees 7, de hee-
J. van Doeselaar 3, Van Driel 2, De Bruijn 1
en Colsen 1 stem.
Daar geen der leden de volstrekte meerder-
heid heeft verkregen volgt een tweede vrije
stemming.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Hiervan verkrijgen de heeren G. Dees 9,
Van Driel 2, De Bruijn 1 en Van Doeselaar 1
stem, terwijl 1 briefje bianco is.
Is alzoo gekozen de heer G. Dees.
19. Onderzoek geloofsbrief J. den Hamer.
De VOORZITTER verzoekt de heeren De
Jonge en Hamelink bjjgestaan door den
Secretaris, over te gaan tot onderzoek van
den geloofsbrief van het In de vacature, ont-
staan door het overlijden van den heer J. J
de Jager, gekozen lid, den heer J. den Hamer.
Hij schorst hiertoe de vergadering.
Na heropening der vergadering deelt de
commissie bij monde van den heer DE JONGE
mede, dat de geloofsbrief en de vereischte bg-
lagen in orde zijn bevonden en de commissie
tot toelating van den benoemde adviseert.
Met algemeene stemmen wordt aldus
besloten.
19. Omvraag.
De heer DE BAKKER vestigt er de aan-
dacht op, dat het veelvuldig voorkomt, da.
menschen bij wie de ooievaar een bezoek zal
komen brengen bij het Burgerlijk Armbestuur
een bewijs gaan halen voor het verkrijgen van
kostelooze behandeling, hetgeen dan voor de
\^rloskundige voldoende moet zijn om die zaak
kosteloos af te werken.
Nu blijkt in sommige gevallen, dat voor de
behandeling door de verloskundige toch nog
een zeker bedrag wordt gevraagd. Gezien het
feit, dat een bewijs voor het verkrijgen van
kostelooze behandeling voor haar voldoende
moet zijn, verzoekt spreker hiemaar een on
derzoek te willen instellen, want het past niet,
dat zg voor de behandeling toch nog geld
vraagt, als overigens alle voorwaarden zijn
vervuld.
Toch komt het voor, dat van menschen die
verlegen zitten, voor deze gevallen nog geld
wordt gevraagd. Spreker is van meening, dat
het van belang is, hierop de aandacht te ves-
tigen, omdat de menschen hierdoor in moeilijk-
heden komen. Het zijn in het algemeen de
arbeiders die de grootste gezinnen hebben, en
indien eenigszins mogelijk, zou spreker het
toejuichen, dat hiervcor een regelingwerd ge-
troffen, daar een arbeider, die maar een zeker
bedrag aan inkomen heeft, in aanmerking
komt voor kostelooze behandeling. lets an-
ders is het, of het salaris van de verloskundige
in overeenstemming is met de verplichte
prestaties, dit echter laat spreker ter beoor-
deeling over aan burgemeester en wethouders.
Zeker, er wordt van partieuliere zijde heel
wat gedaan, doch hoevelen kennen de omstan-
digheden die zich bij sommige menschen voor-
doen?
Naar sprekers meening wordt hiervoor te
weinig gedaan, en indien het dan waar is, dat
we leven in de eeuw van het kind, en dat het
kind de toekomst heeft, is sprekers meening,
dat eerder zal mogen worden gesproken van
de eeuw tegen het kind.
Het komt hem voor, dat een regeling zeer
noodzakelijk is, ook wat de doktershulp enz.
betreft. Hij spreekt zich niet erover uit of het
salaris van de verloskundige al dan niet vol
doende is, doch legt er den nadruk op, dat het
noodig is, voor deze gevallen een regeling te
treffen, en zou het daarom op prijs stellen,
indien naar de door hem geuite klacht een on
derzoek werd ingesteld, en een goede regeling
werd getroffen. Dat ligt naar zijn meening
op den weg der overheid.
De VOORZITTER antwoordt, dat het al
meer is voorgekcmen, dat omtrent de door
den heer De Bakker gewraakte omstandigheid
klachten bij burgemeester en wethouders zijn
ingediend. Daarbij bleek steeds, dat door het
burgerlijk armbestuur aan degenen die ervoor
in aanmerking kwamen, op royale wijze hulp
werd verleend. Hij geeft den heer De Bakker
den raad, de personen die bij hem met klach
ten zijn gekomen, te adviseeren, een schrifte-
lijke klacht in te dienen bij burgemeester en
wethouders, dan pas kan verder worden ge-
werkt, en kunnen burgemeester en wethou
ders die klacht onderzoeken en naar bevind
van omstandigheden hun maatregelen nemen.
Hg zegt: Mgnheer De Bakker, wees zoo vrien-
delijk en ga naar die menschen toe, en indien
ze een schriftelijke klacht indienen bij burge
meester en wethouders, kan deze worden on-
derzocht.
De heer DE BAKKER verklaart, hiermede
niet accoord te gaan. Hij bljjft erbij, dat het
noodzakelijk is, voor deze gevallen een rege
ling in te stellen. Het moet naar zijn meening
al voldoende zijn, dat die menschen die het
burgerlijk armbestuur zijn gepasseerd en kos
telooze hulp wenschen, die geen eten en geen
centen hebben, kosteloos worden geholpen, en
hun niet nog geld wordt gevraagd. Daarom
kan het ook geen bezwaar zijn, in deze zaak
een regeling tot stand te brengen.
De VOORZITTER deelt als antwoord hier
op mede, dat indien een dergelijk feit zou zijn
gebeurd, door de verloskundige iets is gedaan
wat zij niet mocht doen. Dit zou een feit zijn,
waarover burgemeester en wethouders hun
afkeuring hadden uit te spreken. Doch burge
meester en wethouders kunnen niet hun af
keuring uitspreken, indien geen schriftelijke
klacht ingediend wordt en zjj dus niet weten
waar zij staan.
De heer DE BAKKER: Neen man, daar
komt immers niks van, om die menschen een
schriftelijke klacht te laten indienen? Welke
van die menschen zullen een schriftelijke
De heer HAMELINK: Dan kan ook geen
regeling worden getroffen!
De heer VAN DRIEL wil hieromtrent ook
nog wel een en ander zeggen. Het is voor
•hem een eenigszins pgnlijke geschiedenis, want
v66r 8 jaar heeft hg een soortgelijk geval bij
de hand gehad, met hetzelfde resultaat.
Naderhand heeft hg daarover gezwegen.
Indien het briefje bijtijds bg de verloskun
dige wordt ingediend, is deze verplicht, koste
loos het geval te behandelen, doch dan moet
ook de eisch gesteld worden, dat dit briefje
tevoren bij haar ingeleverd wordt, en niet op
den negenden dag, zooals ook al is voorge-
komen, zoodat zrj weet dat zij hiervoor geen
betaling krijgt, en deze zaak voor haar aan-
stelling moet afhandelen. Dan behoort ook
het vooronderzoek op normale wijze te hebben
plaats gehad, en mag door haar geen nabe-
taling worden gevraagd. Toch zijn spreker
ook enkele gevallen bekend, waarin door haar
betaling is gevraagd, en wel een geval, dat de
betrokkene zijn „schuld" met 6<5n gulden ge-
lijk betaalde. Ook is er een geval geweest,
waarin als tegenprestatie een zekere arbeid is
verricht. Naar sprekers meening zijn dit din-
gen die niet uitkomen. Hiertegenover staat
echter, dat de persoon in kwestie bezwaar
heeft tegen haar salaris. Door spreker zijn
herhaaldelijk pogingen aangewend om die
900 te verhoogen, doch deze voorstellen wer-
den regelmatig afgewezen, zoodat men weet,
dat de meerderheid van den raad voor ver-
hooging niet te vinden is. In ieder geval dient
de gemeentelijke verloskundige de gevallen
van het burgerlijk armbestuur kosteloos af te
handelen, en daaraan op normale wijze uit-
voering te geven. Indien de heer De Bakker
in de vergadering van burgemeester en wet
houders met klachten komt, zullen deze ook
worden behandeld, doch dan dienen deze ba-
hoorlijk te zijn omschreven, en moeten die
klachten steekhoudend zijn.
Er zijn ook gevallen geweest, dat de juf-
frouw werd geroepen bij een geval voor het
burgerlijk armbestuur, waarbij bleek, dat de
betrokkenen nog oude schuld staan hadden.
Dan is het haar niet euvel te duiden, dat zij
tracht, deze te innen. Spreker wil hiermede
maar zeggen, dat het niet allemaal de schuld
van de juffrouw is. Hij moet ook toestemmen,
dat het pijnlgk aandoet, dat geld wordt ge
vraagd van hen die met een briefje van het
armbestuur om kostelooze behandeling komen
verzoeken. Indien iemand lang in de steun-
regeling loopt, zooals hem gevallen bekend
zgn van menschen die 2 en 3 jaar niet ge-
werkt hebben, is het vrijwel hopeloos voor die
menschen, indien er een gezinsvermeerdering
moet komen. Naar spreker meent, zijn er in
den afgeloopen jaargang 7 A 8 gevallen van
kostelooze behandeling geweest, en is hg van
meening, dat het er niet teveel zijn.
De heer COLSEN merkt op, dat hij dit aan-
tal gevallen weinig vindt.
De heer VAN DRIEL is van meening, dat
het erop neerkomt, dat het salaris van de
verloskundige nauw aangezet is. Bij de be-
kiacht indienen? Daar bereik je immers niets j grooting is er van afgezien, dit salaris te ver-
- j-!- hoogen, zoodat men verplicht zal zgn, dezen
OCCLXXVII.
aanleiding der partij in onze vorige
Naar
rubriek ontvingen we een schrijven van den
heer J. M. de Pooter te Zaamslag, die er zeer
terecht onze aandacht op vestigt, dat wit na
de 19e zet van zwart in genoemde partij een
eenvoudige damzet over het hoofd gezien
heeft. Het betreft de volgende stand:
Zwart: 2, 3, 5, 8, 9, 10, 12, 13, 14, 16, 18,
19. 20, 21, 23, 26.
Wit: 25, 27, 28, 30, 32, 35, 37, 38. 39, 41,
42, 43, 44, 47, 48, 49.
Ziwarts laatste zet was 1520 geweest.
Wit had nu een damzet kunnen uitvoeren door
2722, 3833 en 3024! In plaats daarvan
speelde wit 3933, waarmee hij een mooie
kans voorbg liet gaan, hetgeen zich intussen
later nog eens zou herhalen (zie vorige
rubriek).
We zeggen den heer J. M. de Pooter dank
voor zijn juiste opmerking, die bewijst, hoe
nauWkeurig men de damrubrieken napluist.
Dit was trouwens al lang geen geheim meer
voor ons. Alleen vernamen we van hier en
daar de klacht, dat de stof, die behandeld
wordt, af en toe voor beginners te hoog gaat.
Om daaraan tegemoet te komen, stellen we
ons voor, binnenkort een aanvang te maken
met een speciale damcursus voor beginners.
Naast de notatie en het damreglement worden
daarin behandeld de voomaamste openingen,
slagzetten in de opening, belangrijke type-
zetten in het middenspel en eindspelen.
Om voorts een ieder met de notatie, met de
bepalingen van het damreglement en met het
eohibinatiespel enigszins vertrouwd te maken,
zullen we bg genoegzame deelname een wed-
strjjd organiseeren in het oplossen van dam-
prdblemen, waarvoor 4 k 5 prgzen beschik-
baar zijn.
Alvorens die plannen ten uitvoer te bren
gen, zouden wij het zeer op prijs stellen, als
wtj van onze ongetwijfeld talrijke lezers be-
wijzen van instemming mochten ontvangen.
Een briefkaart of een naamkaartje is al vol
doende! Op het adres vermelden het woord:
Damrubriek. Hoe meer tekenen van mede-
leven, hoe interessanter en veelzijdiger de stof
en des te meer prijzen!
En laat ieder dan tegelijk een propagandist
worden voor het damspel, natuurlijk voor het
damspel, zoals het gespeeld moet worden!
Dan hebben wij gegronde hoop, dat de huis-, 1
tuin- en keukendammers (en die zgn er veel!)
van doelloze schuivers ook nog eens dammers
zullen worden, dammers, zoals wg dat bedoe-
len en zeggen en schrijven.
Het diepzinnige damspel met zijn sugtiele
positiemogelgkheden, zijn verbijsterende slag-
wendingen en zijn ongeevenaarde eindspelen
verdient immers beter dan in waardeloze
schuifpartijtjes verknoeid en mishandeld te
worden!
Het is de plicht van de overheid, hier in
te grijpen.
De heer DEES kan, als lid van het burger-
lgk armbestuur, mededeelen, dat, indien zich
bij dit college menschen aanmelden en vragen
om onderstand wegens ziekte, operatie, of be-
vailing, door het burgerlijk armbestuur alle
mogelijke hulp wordt geboden. Op een daar-
toe strekkende vraag wordt nooit een weige-
rend antwoord gegeven. In die gevallen is dan
ook betalen voor de hulp, die voor het arm
bestuur moet worden verricht, niet aan de
orde, dat moeten de menschen niet doen, ze
mogen daarvoor niet betalen.
De heer SCHEELE merkt op, dat thans in
openbare zitting een klacht ter tafel wordt
gebracht door de groote ,,men". Men kan hier
op als college van burgemeester en wethou
ders toch niet ingaan? Laten die menschen
een briefje schrijven, dan kan hun klacht on-
derzocht worden, en kunnen burgemeester en
wethouders hiermede later rekening houden.
Hij beschouwt het zoo, dat, indien mocht
blijken, dat een dergelijke klacht bij onderzoek
gegrond bleek te zgn, dit muisje voor bepaalde
personen inderdaad een staartje zou kunnen
hebben.
Laten de menschen dus met een klacht
komen, het gaat hier toch over ons geld, over
dat der gemeente, en dan moeten wij weten
bij wie zich deze gevallen voordeden, dan moet
niet de man van de straat een klacht indie
nen. Laten de belanghebbenden hun klacht
op het papier zetten, dan pas kan door bur
gemeester en wethouders reeel werk worden
geleverd.
De heer DE BAKKER: Dat krgg je immers
niet gedaan!
jaargang door te sukkelen. Indien haar dan
een verhooging kon worden gegeven van 100
was zulks naar zijn meening billijk geregeld.
Dan kon ook op een redelijke behandeling aan-
spraak gemaakt worden, en is spreker ervan
overtuigd, dat een regeling zou zijn bereikt,
waardoor dergelijke pijnlijke f si ten zich niet
meer voordeden.
De heer DE BAKKER: Mijnheer de Voor-
zitter
De VOORZITTER: Laat ons nu niet in de
ruimte praten. Indien een schriftelijke klacht
wordt ingediend zal den betrokkene recht
wedervaren. Wat er verder gel?, iren moet,
daarover zullen wg dan later brc^ adslagen.
De heer DE BAKKER: Die krgg je immers
niet, klachten!
Indien een klacht zou worden ingediend,
moeten immers degenen die die indienen een
volgende keer ook weer behandeld worden.
De heer COLSEN spreekt als zgn meening
uit, dat dat hiermede niets heeft te maken.
De heer DEES kan inlichten, dat er in het
afgeloopen jaar inderdaad 7 h 8 gevallen van
kostelooze behandeling zijn geweest. Het is
wel gebeurd dat een aanvraag kwam, toen de
kleins er al was. Dan gaat men zich afvra-
gen: Wat moet men nu in zoo'n geval doen?
Indien echter een aanvraag op de juiste wgze
wordt ingediend, kan hij mededeelen, dat deze
wordt behandeld, en dat iedere keer, dat een
aanvrage ingediend werd, een briefje is ver-
strekt.
De heer VAN DRIEL spreekt als zijn mee
ning uit, dat in dezen het burgerlgk armbe
stuur vrguit gaat.
In antwoord op enige desbetreffende vra
gen kunnen we de volgende goedkoope werk-
jes aan beginnende dammers ter bestudering
aanbevelen:
1. „Inleiding tot het Damspel" door J. W.
van Dartelen (prgs 0,45).
2. „Dammen" door I. Meger (/0,50).
Duurder, maar dan ook naar verhouding
uitvoeriger zgn:
3. „Zwart-Wit" door A. K. W. Damme
1,25).
4. „Voor het Dambord" met de Haas en
Battefeld (/1,50).
Daarnaast zal een abonnement op het
maandblad „Het Damspel" goede diensten
bewijzen. Abonnementsprijs 3 per jaar; door
onze bemiddeling evenwel slechts 1,50 per
jaar. Men vrage inlichtingen!
Reglementen van het damspel zijn bij schrij-
ver dezes verkrijgbaar A 0,10 per stuk.
Wie nadere inlichtingen wil, vrage die ge-
rust! Verder houden we ons aanbevolen voor
toezending van partgen, slagzetten of protble-
men van onze lezers.
Correspondentie
S. J. B. te Zuidz. Dank voor partjjen. Wor
den spoedig geplaatst.
G. te
L.
Gortmans.
J. P. G.
Verzoeke terugzending brief-
Maandag verhinderd!
Indische Opening.
Wit: E. Spanjaard. Zwart: S. Landau.
Gespeeld in 1930.
1. d2d4 Pg8f6
2. c2-c4 e7e6
3. Pblc3
De Nimzowitsch-variant.
4. Dblb3 Dd8e7
Gebruikelijk is c7ic5.
5. Rclf4
Aangezien blijkt, dat Wit pion c7 toch niet
goed kan nemen, is deze zet niet sterk. In
aanmerking kwamalles wat men maar
wil: Rg5, f3 en e4, Pf3.
5Pf6e4
Indien nu Rc7: dan Pc6. 7. e3, d6. 8. d5
(gedwongen) Rc3:t- 9. bc3: Dc710. dc6:
Dc6: of misschien nog sterker bc6:
6. f2—f3 Pe4X«3
7. b2Xc3 Rb4a5
8. e2e4 Pb8c6
Zeer modern! Wit heeft een meer dan
levensgroot centrum, bestaande uit vijf pion-
nen; Zwart gaat dit centrum aanvaUen.
9. Rf4e3
Pd4: moest worden verhinderd. In aan
merking komen 000.
9d7d5!
Nu blijkt, hoe slecht de raadsheer op e3
staat: cd, ed en ed kan niet wegens De3:j.
Wit had nu het allerbest alles kunnen laten
staan en Rd3, Pe2 en 00 spelen, zoo hem
daarvoor tijd gelaten wordt.
Het bezit van een centrum brengt, zooals
ieder bezit. verplichtingen met zich mee,
welke Wit in deze partij niet kan nakomen.
10. e4e5
Dit doorschuiven is (in tegenstelling met
wat beginners plegen te meenen) in het alge-
men niet sterk.
RflXc4
g2—g3
d5Xc4
De7h4j
Pc6Xd4
Rf8b4
'//'A'/M]
c d e t
Stand na 12. Pd4:
Op Rd4: volgt Dd4:
Op gh4: volgt Pb3: ab3: Rc3:t-
13. Db3—b5j Rc8id7
14. Db5Xa5
Of Dd7:t Kd7gh4: Rc3:t en wint de qua-
liteit.
Schijnbaar is Wit nu in het voordeel, want
hoe zal Zwart, die al een stuk achter is, nog
het paard en de dame redden?
1 4Pd4Xc2j
Op het te verwachten Dc4: volgt nu Kc2:
1 5Pc2Xe3!
Dit was na Kdl of Kfl met schaak gebeurd,
terwijl na Ke2, Dc4:f was geschied. Nu staat
de koning op d2 66k slecht, want op gh4:
volgt Pc4:f en Pa5: De combinatie is dus
blijkbaar correct en levert minstens een pion
op; dit moest alles op den twaalfden zet uit-
gerekend worden!
16. Kd2 X e3Dh4Xc*
Eindelijk verplaatst zich de dame, na vier
zetten lang ingestaan te hebben.
17. Taldl b7—b6
18. Da5a3 c7—c5
19. Pgl—h3 Rd7b5
20. Ph3g5
Op Thl—el volgt 00 en Tfd8, waama Wit
niets meer heeft in te brengen. Hg begint
daarom een wanhopig avontuur.
het veld f3 gedekt
20Dc4e2t
21. Ke3f4 f7f6
22. e5Xf6 g7Xf6
23. Pg5e4 Ke8e7
24. g3g4 ti7h5
25. g4g5 e6e5t
26. Kf4g3 h5h4t
27. Kg3g4 De2g2t
28. Pe4g3
Wit kan aldoor n
houden.
28. Ke7e6
hg3kan ook, maar Zwart wil sterker spelen.
Er dreigt nu f5 mat. Op gf6: volgt Tag8 mat.
29. g5g6 Ta8g8
30. Da3b3j c5—c4
31. Db3bl
Nu is net Tg6: mat verhinderd.
31Th8h6
Nu dreigt weer Tg8Xg6, wat wel niet tot
mat, maar wel tot dameverlies leidt.
32. Dbl—f5t Ke6e7
33. Df5—bl Tg8Xg6t
Te laat merkt Wit, dat nu op Kf5, Df3: mat
volgt. Er zit niets anders op dan Dg6: met
het vervolg:
34. DblXg6 Th6Xg6t
35. Kg4h5
Op Kf5 volgt Tg5t en hg3.
De heer DE BAKKER wenscht omtrent <Ht
punt bespreking in besloten vergadering.
Aldus wordt besloten.
De VOORZITTER schorst de vergadering,
die overgaat in eene zitting met gesloten
deuren.
Na heropening der vergadering wordt:
a. Met algemeene stemmen besloten af-
wjjzend te beschikken op het verzoek van den
Algemeenen Nederlandschen Politiebond, in
zake den oud-agent van politie Bierens.
De VOORZITTER deelt mede, dat, Indien
burgemeester en wethouders aan den oud-
agent geschikten arbeid zullen kunnen opdra-
gen, dit geschieden zal.
b. Met algemeene stemmen wordt aange-
nomen het voorstel van burgemeester en wet
houders betreffende het toekennen eener tege-
moetkoming uit de gemeentekas overeenkom-
stig art. 13 der L. O. wet aan K. Hamelink.
Vervolgens deelt de VOORZITTER mede,
dat de werken tot verbetering der afwatering
van Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen, uit te
voeren door het waterschap Hulster- en
Axelerambacht in werkverschaffing zullen
geschieden en dat de raad besloten heeft daar
aan ook van wege de gemeente Ter Neuzen
medewerking te verleenen.
Hjj sluit de vergadering.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
Ulvenhout, 12 Februari 1935,
Menier,
't Is beloofd en
belofte maakt
schuld. Maar hoe
ik m'n eigen deur
de dinges van
deuze week henen
mot schrijven, ol-
lee, da zal 'nen
toer zgn. Waant
't gaat over den
Janus en dan wit
ge 'r alles van,
amico.
Waant den Ja~n,
- officiesl: ,,Adria-
nus van den Heu-
vel, veldwachter van Ulvenhout", Janus
staat kollesaal op zijnen ponteneur.
En dat zit 'm nie zoozeer in den Jaan zel-
vers, waant van z'n eigen is ie eigenlgk veui
te goeiertrouw. Maar 't zit 'm in zijnen stiel
In zijn ambacht van gezagspersoon. Daar zit
ten twee Janussen in zijnen borstrok. Janus,
onzen kameraad en Janus 't gezag. En die
twee Janussen liggen geregeld mee malkaar
overhoop, wa veur den Jaan nouw ok zoo lol-
lig nie is!
Veurai nie, omdat den Blaauwe die twee
Janen geregeld teugen malkaar opkoetst! En
wel z66 erg, dat op 't lest den eenen Janus
teugen den aanderen te murmereeren staat.
'k Wil er maar mee zeggen: 't kan daar
gruwelijk spoken, binnen Janus zijnen borst
rok, as lent en gezag malkaar op de vingers
staan te kijken.
Janus is dus eigenlgk mee z'n tweeen.
In z'n ziel is ie 'n lits-jumaux en toch ok
weer 'nen „twgfel66r".
Wij zijn dat allemaal, amico!
Maar as ge deuze tijen gezag uitoefent,
al is 't dan maar mee 66nen verroesten sabel
Janus zijnen gootsteen lgdt veul aan ver-
stopplngs, ik zeg: as ge deuze tijen gezag
uitoefent veur oewen bottram, dan kan't daar-
binnenin wel 's spoken.
Afijn. 'k Hoef werendig gin amparte studle
van den Jaan z'n ziel te geven; as ge altfl
m'n brieven goed gelezen hebt, dan zult ge
den Jaan bekaanst net zoo goed kennen, as ik.
Waant 'k heb er dikkels over verwonderd ge-
staan, hoe lezers veul meer uit oew geschrijf
weten te halen, dan da 'k er zelvers docht in-
gelegen te hebben
Wa gin nuuwke is!
Ziet alleen maar 's naar den schoonsten,
wgsten boek, die ooit geschreven wier: Het
Boek der Boeken, waarveur de stof wier in-
gegeven deur Onzen Heer Zelvers!
Twintig eeuwen laank wordt daar in al ge-
studeerd, wa-fout is, naar mgn gedacht.
As ik dorst heb, drink ik! Dan gaai ik nie
over den beker water zitten piekeren mee 'n
vergrootglas. Waant dan zou ik op den duur
t water nie meer lusten, en vergaan van dorst.
Ik zeg: twintig eeuwen laank wordt daar al
in den Bijbel gestudeerd en vandaag zijn er
duuzenden Gelooven en 66n groot Heidendom.
Maar genogt. Ik zouw veul te wijd afdwalen
van mgn chapiterke van deuze week:
Janus zijn geweer!
Daar hebben we heel wa spuls mee g*ad!
Ge herinnert oew eigen wel van mrjnen vori-
gen brief, hoe we Janus mee da kindergewirke
op pad gestuurd hadden.
Na zgnen rumoerigen entree in de ,,Gou-
wen" waar me te proppen zatten, mocht den
Jaan, na 'nen kollesalen tweestrgd tusschen
n braandewgntje of 'n verbaal teugen den
35Rd7e8
36. Kh5Xh4 Tg6h6t
37. Kh5—g4 Re8h5t
38. Kg4h4
Of Kf5, Df3: mat.
38.
39. Pg3h5
Oplossing No. 8.
1. Deld2 dreigt Pc4Xe3 mat
I. ed2: 2. e4 mat
H. Te6: 2. Pc7: mat
HI. Kc4: 2. Dd4: mat
IV. Rc4: 2. Pc3 mat
Men lette op, hoe het pinnen van stukken
in telkens andere variaties voorkomt.
Goede oplossingen: P. J. Benjaminse.
Nagekomen goede oplossingen: P. J. Benja
minse (no. 6 en 7); A. Will (no. 6 en 7); A.
de Zeeuw (no. 6).
Probleem No. 9.
J. B. Verdonk.
Rh5Xf3t
Dg2—g4 mat
1
a b c d e f g h
Wit begint en geeft mat in 2 zetten.
Oplossingen in te zenden v66r of op 21 Febr.