ALGEMEIN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Neem 'n "AKKERTJE" No. 9255 VR1JDAG 1 FEBRUARI 1935 75e Jaargang Binnenland Feuilleton De man van Nergenshuizen TWEEDE BLAD NEDERLANDSCHE MATROZEN BIJ DEN PAUS. uil zoo'n nieuw hendig zakdoosje bii Migraine, "Kaler", Hooidpijn. iB«2BKS221Qarao ■nBMWTTTMiOTBrmwniiry 1 r""""*—1 "~r 1 1 NEUZENSCHE CO U RANT DIEN SPUCHT. Inspectie. Behoudens onvoorziene omstandigheden za. In Juni a.s. het jaarlrjks onderzcek plaats hebben voor de gewone dienstplichtigen der iandmacht van de lichtingen 1923 en 1926. Plaats en tijd van bet onderzoek zullen oader worden bekend gemaakt. Ter Neuzen, 30 Januari 1035. De Burgemeester van Ter Neuzen. J. HUIZINGA. PERSOONLIJK SCHRIJVEN VAN PRESIDENT ROOSEVELT AAN DE KONINGIN. H.M. de Koningin heeft Dinsdagmiddag te kwart over zes ten paleize Huis ten Boscb den heer Grenville T. Emmet, buitengewoon ge- zant en gevolmachtigd minister der Vereenig- de Staten van Amerika, in geboor ontvangen. Bij deze gelegenbeid heeft de gezant H. M. een persoonlijk schrijven van president Roose velt overhandigd. VOOR HET KONINGIN-MOEDER HERDENKINGSFONDS VOOR TUBER- CULOSEBESTRIJDING. Dinsdagavond heeft de Minister van Sociale Zaken, Prof. Dr. Slotemaker de Bruine voor de radio een rede uitgesproken ten bate van het Nationaal Koningin-Moeder Herdenkings- fonds, uit welk fonds on- en minvermogenden Eullen kunnen worden gesteund als de tuber- culose hen bedreigt. De Minister sprak in het kort aldus Er wordt een gave van U gevraagd. Dat is niet verrassend; want zooiets gebeurt on- ophoudelijk. De indruk zou dan ook kunnen zjjn, dat men moet ophouden voor nieuwe din- gen te vragen. De indruk kan echter ook wezen, dat de belangstelling moet worden ver- deeld, omdat de behoefte al grooter wordt. Ik bepleit het laatste. Inderdaad kloppen velerlei behoeften bij ons volk aan: kunst en cultuur; humanitair en re- dasseerend werk; kerkelijke, sociale, hygieni- sche vragen. Indien daardoor de aandacht wordt verdeeld, zal de toewijding grooter wor den en zullen wy alien ontdekken, dat wij nog wel iets meer konden geven. Voorwaarde daarvoor is dan echter zeker dat het onder- werp telkens scherp omlijnd is. Over zulk een scherp omlijnd onderwerp spreek ik thans en voor ddn maal vraag ik uw hulp, opdat een fonds worde gevormd tot steun van on- en minvermogende t.b.c.-lijders. Hun verpleging blijft noodig, omdat het gevaar blyft rond- sluipen. Een opwekking tot steun biedt te eerder kans, omdat deze gevreesde ziekte ge- neesbaar is. Nieuwe inspanning om geld be- schikbaar te krijgen, is uiterst aanbevelens- waardig, omdat de inkomsten worden bedreigd. Indien gij meehelpt om het fonds te vormen, past gij uw daad in het werk, dat zeer velen op het terrein der tuberculosebestrijding reeds verrichten. Gij werkt bovendien mede om een stuk levensarbeid van de Koningin-Moeder te be- stendigen. Wij willen Haar dankbaar blijven gedenken; maar het is al te goedkoop, wan- neer wy dit niet doen door middel van een daad, dat is van een geldelijk offer. Aanplak- biljetten vragen uw aandacht; in de verschil- lende plaatsen zal men u de kans bieden om mee te helpen. Allerlea kringen en overtuigingen werken hier samen. Groote giften zijn welkom en kleine worden geenszins versmaad. Ik doe een beroep op u om de nagedachtenis van Koningin Emma; om het mooie werk der tuberculose bestrijding; en terwille van zoovelen, die hun teradhten en hun kunde ter beschlkking stel- len van dezen schoonen arbeid en die het ver- dienen, dat gij met de daad hen schraagt. MINISTER SLOTEMAKER MET VERLOF. De Minister van Sociale Zaken, Prof. Dr. Slotemaker de Bruine, zal enkele dagen wegens familie-omstandigheden met buiten- landsch verlof afwezig zijn. IR MUSSERT AANVAAROT GEEN KAMERC ANDID ATU lit In een Zaterdagavond te Harlingen gehou- den vergadering van de N. S. B., waar als spreker optrad Ir. A. A. Mussert, heeft deze medegedeeld, dat hij zelf geen candidatuur voor de Tweede Kamerverkiezingen zal aan- vaarden, omdat hij zich geheel wil blijven wy- den aan den uitbouw der beweging. VERDWAZING Blykens het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer nopens de begrooting van waterstaat hebben verscheiden leden de vraag gesteld, of de regeering niet iets kan doen tegen uitingen van verdwazing als bij de huldiging van de „Uiver"-bemanning na de vlucht naar Austra lia. De prestaties en organisatie der K. L. M. hoogwaardeerende en overtuigd, dat de be- manning zeer lofwaardig haar plicht heeft vervuld, meenden zij toch, dat de huldiging soberder en eeuvoudiger had kunnen geschie- den. Zij zouden het op prijs stellen, als er bij de KL-M.-directie op werd aangedrongen, zulks voortaan niet meer zoo overdreven toe te laten. Sommige leden vroegen zich af, of de bij de K. L. M. heerschende strenge opvatting van „op tyd vliegen" met ,,de regelmaat van de klok" wel overeenstemt met baar andere stel- regel: „safety first". Verscheidene leden betreurden, dat veertien Douglasmachines in Amerika zijn besteld. De Nederlandsche industrie kan zulke orders zeer goed gebruiken. Uit Rome wordt gemeld, dat de Paus dertig matrozen, behoorende tot de bemanningen van de Nederlandsche onderzeeers K XVI en de K XVH tot den handkus heeft toegelaten. Beide onderzeebooten waren Zaterdag te Napels gearriveerd, op weg naar Nederl.- Indie. De Paus herinnerde in een toespraak aan den roem der Koninklijke Nederlandsche marine. In het bijzonder wees de Paus op de beteekenis van admiraal Maarten Harpertsz. Tromp. WAT IS ORDENING? Bij de bespreking van de vraag: „Wat is ordening" betoogt de heer J. A. Bakker, lid van de Tweede Kamer, in het Christelijk His- torisch Weekblad ,,Land en Volk", dat op dit terrein iedere architect zijn eigen bestek heeft gemaakt, zoodat door de veeiheid dier bestek^ ken bijna nlemand weet, wat nu eigenlyK {Jre- cies met ordening bedoeld wordt. „Wij komen bij het bestudeeren van veel wat over ordening geschreven wordt en waar naar gestreefd wordt, meermalen tot de con- clusie, aldus genoemd blad, dat het groeps- egolsme en de poiitiek daarbij vaak een hartig woordje meespreken. Het scbijnt n.l. dat de tegenwoordige schreeuw naar bedrijfsorgani- saties aan de poiitiek en dat groeps-ego'isme niet vreemd staat en wanneer men nu werke- lijk meent, dat het scheppen van bsdrijfsorga- nisaties, welke de macht verkrijgen om de productiekosten op de gemeenschap af te wen- telen, zonder meer maatschappelijke ordening genoemd kan worden in den goeden zin van bet woord, dan merken wij in alle bescheiden- heid op, dat men dan ver de plank misslaat. Blijft het daarbij, dan is het niet denkbeeldig en de practijkspreekt in dit opzicht reeds op de meest duidelijke wijze, dat langs dezen weg ten doode gedoemde bedrijven weer op de been worden geholpen en de beter gesitueerde be drijven daardoor des te grooter winst maken, omdat bij de vaststelling der productieprijzen gerekend wordt met hetgeen de zwakke be drijven noodig hebben, terwijl de consumenten dat alles kunnen betalen. Wanneer men dit ordening noemt dan vree- zen wij, dat dit de ondergang wordt van onzen Staat, omdat dan daartoS twee belangrijke factoren, aanleiding moeten geven, n.l. schen- ding van het recht en de hooge kosten van door VICTOR BRIDGES (Nadruk verboden.) 36) (Vervolg.) Was de avond, kalm geweest, de dag beloof- de beweging genoeg met zich mede te bren- gen. Met deze overweging troostte ik mij en stelde mij, gerust gesteld, ter dispositie van Morpheus. Onze gang naar het politiebureau werd den volgenden morgen aan het ontbijt zeer han- dig ter sprake gebracht. „Zeg, Stuart, ik moet voor zaken even naar Woodford", kondigde Maurice aan. Er volgde een koor van protesten in den dam'eshoek. „Ja, maar wij hebben hun beloofd, revanche te geven op het tennisveld", zei Miss York. „Ik wist niet, dat er in Woodford iets op zakelyk gebied te doen was. Ik d'aoht, dat de menschen er niets anders deden dan op de hoeken van de straten over poiitiek praten", zei Lady Baradell. „0, 't is niet zoo'n tjjdroovende hoodschap", zei Maurice. ,,Wij rijden er met het wagentje been en om elf uur zijn wy weer terug." ,,Als je gaat", zed tante Mary, „wil je dan tolj Oooper marmelade bestellen. Je wilt het hem wel helpen onthouden nietwaar, Stuart? Maurice vergeet alles." Ik gaf de stellige belofte, dat de marme lade prompt op tijd heaorgd zou worden en met deze twee zoo uiteenloopende bood- schappen voor ons, gingen wij na het ontbijt met de dogear er op uit. Maurice, mende en echeen zeer weinig haast te maken. „Ik hoop, dat de politie er in slagen zal, de sctburken te pakken, zonder veel ophef over de zaak te maken", zei hij, terwyl hij het paard een harden slag met de zrweep gaf. levensonderhoud. Daarbij treedt nog de ver- schrikkelijke derde op den voorgrond in den sbrijd, die op deze wijze tusschen de bedrijfs- organisaties onderling bestea't en nog zal ont- staan, waardoor ons volksleven evenals door de klassenstrijdleer uiteangescheurd dreigt te worden. Tevens zullen in een dergelijke maat- schappij de onbeschutte bedrijven met den on dergang bedreigd worden. Indien men dit or dening noemt, dan verfoeien wy die, omdat deze dan onrechtvaardig en daarom onchriste- lijk is. Wij wenschen alleen een ordening. waarbij, zooals dat in een rechtsstaat een eerste vereischte is, vooral gerekend zou moe ten worden met de rechten en de draagkracht der consumenten, terwijl wij bovendien daar bij den regel stelden, dat samenwerking tus schen de bedrijfsorganen daartoe tevens een eerste vereischte behcorde te wezen. Wij meenden tot deze eindconclusie te moe ten komen omdat wy als Christelyk-Histori- schen krachtens ons beginsel geen andere maatschappelyke ordening kunnen noch mo- gen zien. Alleen wanneer samenwerking tot stand kan komen tusschen producent en con- sument en tevens tusschen alle bedrijfsorga nen, dan zal de eenheid van ons volk in maat- schappelyken zin kunnen worden bevorderd. Wat velen onder ordening verstaan, is daar om o.i. niet een vraagstuk van de eerste orde. doch een ordening, waardoor de saamhoorig- heid in het bedrijfsleven tot stand kan worden gebracht, is een ideaal, dat wij moeten vast- houden. Dit alles moet groeien en wij hebben dien groei te bevorderen, doch tevens dient de overheid op de meest voorzichtige wijze den weg naar de verwezenlyking van dat ideaal te banen Wat zich nu onder den naam van ordening aandient, en waardoor het sterke collectivisme, het zwakke met ondergang be dreigt, is een ordening, welke tot wanorde, tot rechtskrenking, tot ondergang van het saam- hoorigheidsgevoel leidt en onze Staat zou brengen aan de vosten van het groeps- egoisme. God beware ons voor dergelijke maatschappelijke ordening, welke niets anders is dan wanorde en waart-oe deze in een staat kan leiden, daarvan getuigt menige zwarte bladzijde in de geschiedenis van vele volken". UITVOER VAN POOTAARDAPPELEN. De Minister van Economische Zaken heeft goedgekeurd het besluit van het dagelijksch bestuur der Nederlandsche Akkerbouw Cen- trale betreffende den uitvoer van pootaard- appelen (Luiksche Tongen). De Nederlandsche Akkerbouw Oentrale heeft besloten dat de stichting bij monopolie- overeenkomst ongekeurde pootaardappelen 'Luiksche tongen" met reehtstreeksche be- stemming naar Belgie, by uitvoer zal verkoo- -pen voor een prijs, welke /0,60 per 100 K.G. hooger is dan die voor welken zij deze pro- ducten zal hebben gekocht. De hierboven bedoelde pootaardappelen mogen niet worden voorzien van eenige plom- be, terwijl bij uitvoer deze ongekeurde poot aardappelen voorzien moeten zijn van een door den inspecteur, hoofd van den Planten- ziektenkundigen Dienst afgegeven certificaat. Deze bepalingen gelden alleen voor die par- tyen, waarvan de uitvoer voor 1 Maart 1935 geschiedt. Dit besluit is Woensdag in werking ge- treden. HET VERKEERSATJAAGSTUK. Aan het Voorloopig Verslag van de Eerste Kamer over de Rijksbegrooting van Water staat wordt ontleend: Verscheidene leden betoogden de noodzake- lijkheid van onverwijlde regeling in het ver- keersvraagstuk. Andere leden betreurden, dat in het einde lijk ingediende wetsontwerp tot herziening in de motor- en rijwielwet met vele verkeers- desiderata nog geen rekening is gehouden. De ingevoerde wijziging van het motor- en rrjwiel reglement heeft onnooniig'e moeilijkheden en onzekerheid gebracht. Het voorrangartikel van het motor- en rij- wielreglement behoeft dringend wijziging. Andere leden wenschten afdoende maat- regelen tegen de wilde busdlensten en taxi- „Het is niet noodig, dat de kranten er de hand op leggen." Ik twijfelde er geenszins aan, dat niets hem meer zou ergeren. „Wij zullen er het beste maar van hopen", zei ik vriendeiijk. ,,Ik zie niet tegen een wei- nigje moeite op, als ik je kan helpen, deze omgeving van dat gespuis te zuiveren." Ik twijfelde er niet aan, of hij was dank baar voor rnijn grootmoedigheid, maar hij bracht zijn gevoelens niet onder woorden. Wij spraken onderweg niet veel meer en hadden weldra het politiebureau van Wood ford bereikt, waar een agent, die de wacbt scheen te hebben, het trottoir overstak en het paard bij den teugel greep. Juist kwam er een hoofdagent met een tamelijk sufferig gezicht den hoofdingang uitslenteren. Hy bracht langzaam twee vingers in contact met zyn helm, toen hij Maurice herkende. T« de commissaris hinnen?" vroeg mijn neef. De politieman werd opeens wakker. „Zeker, mynheer, juist gekomen, een halve minuut geleden. Wenscht U hem te spreken, myn heer?" Maurice knikte en stapte uit het rijtuig; ik volgde hem en samen gingen wy, voorafge- gaan door den dienaar der orde het gebouw der gerechtigheid binnen. De commissaris, een groote man met een zeer gezond voo.rkomen, zat aan een bureau ijverig te schrijven. Toen wy binnenkwamen legde hij zijn pen met een zucht neer en veeg- de zijn vingers op dat gedeelte van zijn broek af, dat door de slippen van zijn jas bedekt werd. Goeden morgen, mijnheer Furnivall", sprak hij. „Waarmede kan ik U heden van dienst zijn?" En toen zag hij mij schijnbaar pas. „Goeden morgen, mijnheer", voegde hij er toen met een lichte hoofdneiging aan toe. ,iGoeden morgen, mijnheer de commissaris", zei Maurice, „wij hebben een vry erastig ge- val aan de hand." De commissaris zette zich, naar het mij voorkwam, in hetgeen hij duidelijk wilde laten uitkomen, een officieele houding. Hij legde zyn handen op zyn knieen, gaf de pun- ten van zyn schoenen een buitenwaartsche richting en keek ons in voorovergehogen hou ding tamelyk barsch aan. ,,Verklaar U eens nader, mijnheer". zei hij gewichtig. Ik wilde juist beginnen, toen Maurice al het woord nam en in het kort en oogenschijnlyk verontwaardigd een beschrijving gaf van het schandelijk vergryp, dat den vorigen avond had plaats gehad. Telkens wendde hij zich naar mij, om zijn aanklacht te bevestigen, hetgeen automatisch door een hoofdknik mij- nerzijds werd gevolgd. „Stroopers en wilddreven kan ik zelf wel behandeien", besloot bij, „maar als het zoo ver komt, dat er een koelbloedige moord- aansiag op een van mijn gasten wordt ge- pleegd, dan geloof ik, dat het tijd wordt, dat de politie tussehenbeide komt." Ik heb nooit iemand zoo versteld zien staan, als dien armen commissaris. Hij hoorde de geschiedenis aan met een verbijstering, die aan het aandoenlijke grensde en toen Maurice ophield, haalde hij een rood katoenen zakdoek van bijna vlagafmeting voor den dag en begon zijn voorhoofd van overtollig vocht te ontdoen. ,.De hemel bewaar me, mijnheer Furnivall!" zuchtte by, toen zijn hoofd, dank zij de capil- iaire kraoht van het dundoek, weer behoorlijk toonbaar was. ,,Wie had zoo iets durver. denken Toen naar. zijn ambtsinstinct de overhand. „Ik zal, terwijl het nog versch in mijn ge- heugen ligt. een paar notities maken", sprak hij, terwijl hij een groot register opensloeg. ,.Hoe laat heeft de aanslag plaate gehad?" „De aanslag had plaats ongeveer om kwart voor zessen", antwoordde ik. ,,0", zei hij, terwijl hij schreef, ,,en zou mijn heer in staat zijn, de daders te herkennen?" Ik schudde. mijn hoofd. ,,Daar twijfel ik aan", zei ik, „het begon al eenigszins te sche- meren en ik verkeerde niet in een toestand, om hen te kunnen opnemen. U zou het beter aan dien heer kunnen vragen, die in ,,de Ploeg" logeert en die mij te hulp is gekomen." „0", zei de commissaris, „hoe heet hij?" ,,F.h Loman", antwoordde ik, -,,ten- minste zooiets." De commissaris ischreef het op en sloot het boek vervolgens met een flinken klap. ondernemingen, die ongeregelde diensten ver- vullen. Anderzijds werd gewezsn op de rechtspraak in den Hoogen Raad, die krachtig opt red en tegen wilde autodiensten mogelijk maakt. Andere leden drongen aan op den meest mogelijken spoed bij de wettelijke regeling in den arbeidstijd van chauffeurs. In de oorspronkelijke begrooting van het opgeheven wegenfonds van 1935 was nog ge rekend op een bijdrage in 6 ton uit de alge- meene middelen en vroeger was dit bedrag nog gefixeerd op 4 h 5 millioen. In de waterstaats- hegrooting wordt zulk een bijdrage niet meer aangetroffen. Maar heeft het wegverkeer op dit bedrag niet ten voile een moreel recht? Eenige leden wezen op de emstige bezwa- ren in het onverlicht zijn van enkele zeer drukke wegen, als van Amsterdam naar Laren en Haarlem en van Den Haag naar Rotterdam. Eenige leden vroegen of aan de gemeenten geen vergoeding kan worden toegekend voor het onderhoud van de traversen in haar ge bied. DE RIJKSBEGROOTING VAN FINANCIeN. Blykens het voorloopig verslag van de Eer ste Kamer inzake de Begrooting van Finan- j cien voor 1935, gaven vele leden uiting aan hun waardeering voor de werkkracht van den i Minister van Financien en voor de door hem betoonde bereidwilligheid tot samenwerking met de Staten-Generaal. Enkele leden stelden ook bij dit begrootings- hoofdstuk de vraag, of de uitspraak der Re geering, dat belastingverbooging uitgesloten is, thans werkelijk haar laatste woord moet zyn. i Andere leden waren van oordeel, dat een versterking van de financien, zij het tijdelijk, zou zijn te vinden in verhooging van de ver- mogensbelasting. Hiertegenover betoogden verscheidene andere leden dat naar hun mee- i ning deze belasting reeds te hoog is opgevoerd. Vele leden wezen op het ongewenschte ver- schijnsel, dat allerwege in den lande kasteelen en landhuizen worden verlaten, voornamelijk tengevolge van te hooge belastingen. Gevraagd werd of de Minister voornemens is, verdere maatregelen te nemen tegen belas- tingontduikers. De leden, hier aan het woord, meenden dat met het oog hierop opheffing van het bankgeheim noodzakelijk is. Ver scheidene andere leden waarschuwden tegen dezen maatregel. Enkele leden wezen op de h.i. onpractische uitvoering van de wegenbelasting en de rij- i wielbelastingwet. Deze leden betoogden o.m. dat het aantal der overtredingen hier te lande schrlkbarend toeneemt. DE STEMMING IN HET SAARGEBIED. Men schryft uit Emmen aan de N. R. Crt. De afvaardiging van Nederlandsche burge- meesters naar het Saargebied, om daar als voorzitters van stembureaux te fungeeren, heeft voor den burgemeester van Emmen en de anti-rev. poiitiek in Drenthe onaangename gevolgen. Onder degenen, die zich beschikbaar stel den, was ook bedoelde burgemeester, Mr. J. L. Bouma, voorzitter van het provinciale comitd Drenthe der Anti-Rev. Party. De A.R. Kiesvereeniging te Klazianaveen nam reeds voor Januari een motie aan, waarin de deelneming van de a.r. aan de werkzaamheden der stembureaux werd afgekeurd, omdat deze op Zondag moesten worden verricht. Ook in de Centrale van Anti-Rev. Kiesvereenigingen in de gemeente Emmen werd nadien zulk een motie aangenomen. In een onderhoud, dat Mr. Bouma na terug- komst uit het Saargebied had met een redac- teur van de Emmer Courant, verklaarde hij zich op het standpmnt te stellen, dat voor hem de uitnoodiging van de regeering om zich be schikbaar te stellen, opdat aan een vereerend verzoek van den Volkenbond kon worden vol- daan, gelyk stond met een bevel. ,,Het gold hier burgerlyken politiedienst en dien moet ik desnoodig ook van mijn ambtenaren vergen op Zondagen, ook als het geld anti-rev. amb tenaren. Wie zulken Zondagsdienst weigert, is ongeschikt voor zijn functie. En ik kan van ,,Ik zal de zaak onmiddellijk in behandeling nemen, heeren", sprak hij ernstig. „Ik kan natuurlijik niets beloven, maar ik reken, dat wij er morgen wel iets naders van zullen weten. 't Is een ruwe bende, die moerasjagers. maar dit zal een goede les voor hen zijn. Ik zal ze leeren, dat ze zoo maar niet ongestraft op heeren kunnen schieten, zoolang ik com missaris ben." „Ik dank U zeer", zei ik. ,,Ik ben er zeker van, dat de zaak in geen betere handen kan berusten. Ik zal nu even naar „de Ploeg" gaan en dien mijnheer Loman, of hoe hij ook beet, zeggen, dat hij bij U komt, om over die zaak te spreken." Wij gingen naar buiten, waar de agent nog steeds trouw op zijn post, met het leidsel in zijn hand, bij den kop van het paard stond. ,,Ga je met mij mee?" vroeg ik Maurice; „ik zou je graag aan mijn redder willen voor- stellen, 't schijnt een fatsoenlijk mensch te zijn. Maurice schudde zijn hoofd, naar mijn mee- ning ietwat norsch. „Ik moet naar huis, am te tennissen", zei hij. „Vraag je vriend of hij morgen naar Ashton komt, misschien ziet hij graag cricketten." Begrijpende, dat hij Billy aansprakelijk stel de, voor het mislukken van zijn snood plan, vond ik zyn voorstel wel vermakelijk. „Je hebt gelijk", zei ik. ,,Ik zal tevens van de gelegenbeid gebruik maken om te zien. of de auto al gerepareerd is; je ziet dus wel wan neer ik terugkom. Wat ik zeggen wil, is er van avond niet ergens een theepartytje of zoo lets?" Maurice knikte. „De familie Cuthbert geeft een tuinfeestje en ik geloof, dat tante Mary graag had, dat eenigen van ons er ook even been zcuden gaan, maar laat dit geen beletsel voor je zijn, als je soms andere afspraken hebt." Dit laatste zei hij met een geibaar, dat mij duidelijk aantoonde, dat hij op Lady Bara dell zinspeelde. ,,Wel bedankt", zei ik koeltjes. „Je bent een ideaal van een gastheer, Maurice." Ik liet hem alleen om, zoo hij wilde, dit compliment uit te leggen zooals hij zelf verkcos, en sien- terde naar „de Ploeg". Billy zat alleen in de gelagkamer de krant te lezen, hetgeen hij afwisselde met nu en dan (Ing. niemand iets verlangen, dat ik zelf in gelijke omstandigheden weiger. Daarom heb ik ge- meend, de protestmoties naast mij te mogen. neerleggen". De redeneering heeft blijkihaar weinig indrolr. gemaakt, want toen na de publicatie van het bedoelde persgesprek de eandidaatstelling voor de Provinciale Staten van de A.-R. Oentrale aan de orde kwam, werd Mr. Bouma gepas- seerd. Wel werd hij als lid van het centraal comitd herkozen, maar dit geschiedde bij ac- clamatie, tegelrjk met twee andere aftreden - den. Het niet candideeren van den heer Bouma dreigt nu splitsing te brengen onder de anti- rev., want in de plaatselijke pers kondigt ,,een groep anti-revolutionnairen" een tegen-actie aan, indien de candidatenlijst niet wordt her- zien. DISTRIBUTIE VAN GKOENTEN AAN WERKIjOOZEN. De in November van het vorig jaar door den Minister van Sociale Zaken in uitzicht gestel- de distributie van goedkoope groenten aan werkloozen is door de Nederlandsche Groen ten- en Fruitcentrale ter hand genomen. Voorloopig werd een proef genomen in en kele gemeenten. In de paar weken, dat het distributie-systeem thans werkt, is gebleken, dat het systeem voldoet en dat de proef als geslaaga kan worden beschouwd. De Nederlandsche Groenten- en Fruit centrale levert de producten in een ruime aor- teering en in prima hoedanigheid aan de ge meenten. Op dit oogenblik worden zes ver- schillende soorten beschikbaar gesteld, zoodat er voldoende variatie in het menu gebracht kan worden. De kwaliteit van het geleverde product wordt door de uitvoerders der distri butie zoowel als door de werkloozen geroemd.. Zooals indertijd door den Minister is mede gedeeld, worden de goedkoope groenten uit- sluitend gedistribueerd voor de gesteunden. Het is de taak der gemeenten nauwkeurig toe te zien, dat alleen de menschen, die door hun lage inkomsten practisch niet in staat zyn. groenten te koopen, van de goedkoope groen ten gebruik kunnen maken. Bij het thans in enkele gemeenten beproefde systeem is dit bereikt door het uitgeven van bons aan de werkloozen. Alleen op deze bons zijn de groen ten verkrijgbaar. De practische ervaring van de enkele weken. heeft geleerd, dat het welslagen van de distri butie verzekerd is, als de werkloozen zelf en. de gemeenten die voor de distributie moeten. zorgen hun voile medewerking verleenen. Verwacht mag worden, dat spoedig uitbrei- ding aan het plan kan gegeven worden, zoo- dra meer gemeenten eraan deel nemen. Twee, ideeele dingen worden er mede bereikt: sen voedzaam volksvoedsel wordt verdeeld ddir waar het gehruikt kan worden en de tuinder vindt een afzet voor zyn dikwijls onverkoop- baar product. DE STERFTE IN 1933. Het Centraal Bureau voor de Statistiek gaf den jaargang 1933 der publicatie van de sterfte naar den leeftrjd en de oorzaken van. den dood in het licht. Aan de inleiding waarin de voomaamste verschijnselen der sterfte in beschouwing zijn genomen, wordt het navolgende ontleend: De sterfte beweegt zich in dalende richting Van 26.56 per 1000 inwoners in de jaren 1840/49 daalde het sterftecijfers tot 8.75 in 1933; laatstgenoemd cijfer is het laagste dat ooit werd bereikt. Tegenover het zeer gunstige cijfer van 1932 8.99 per 1000 inwoners! blykt, dat van 1933 nog met 0.24 per 1000 inwoners te zijn gedaald. Aan deze daling namen niet alle pro vincdes deel. De provincien Noord-Holland,' Overijssel, Groningen en Drenthe wijzen, zi| het niet in hooge mate, op stijging. een teug uit een kan ale te nemen. ,,Ik hoop niet, dat ik je in je ontbijt stoor. Billy", zei ik. Hij sprong glimlachend overeind en gooide de krant op zijn stoel. „Ik had er een voorgevoel van, dat je vroeg zou komen", zei hij, op zijn oude joviale manier. ,jDan voelde je meer dan ik", lachte ik. ,,Wat ben je geheimzinnig." Hij liep naar het buffet en haalde tusschen de flesschen een enveloppe vandoan, welke hij mij toewierp. ..Hier is je minnebrief, m'n jongen", zei hy „Ik heb tegen het buffetmeisje gezegd, dat je vanmorgen aan zou komen." Ik nam de enveloppe van de tafel op, waar zij was neergekomen en met een plotselinge vreugdetriiiing herinnerde ik mij, dat ik Mer- cia had geschreven. „Wanneer is hij bezorgd, Billy?" vroeg ik „Hij is gisterenavond om half tien door een kleinen jongen hier gebracht. Toevallig was ik juist tbuis en vertelde hem, dat je op Ash ton logeerd'e, rriaar dat je zeker van morgen. na het ontbijt hier zou komen. Goed gezegd, is het niet? Van wien komt het? Van het dametje met het pistool?" Ik scheurde de enveloppe open en las haas- tig den inhoud: „Om vier uur ben ik in den ouden wind— molen even voorbij Barham Bridge". Er stond geen handteekening onder, maar die had ik ook niet noodig. „Sedert jy voor detective speelt, Billy, leer je de kunst van gevolgtrekkingen maken hoe langer boe beter." Hij grinnikte en kwam achter het btrffet vandaan, waarna hij de glazen deur opende „Laten wij in den tuin gaan", zei hij, ik heb wagonladingen nieuws voor je en het buf fetmeisje komt aanstonds terug." Wy gingen het trapje af, dat naar het vier- kante grasveld achter het buds voerde en namen plaats op een oude houten bank in den zonneschijn. (Wordt vervolgd. t,

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1935 | | pagina 5