ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Keem 'n "AKKERTJE" No. 9248 WOENSDAG 16 JANUARI 1935 75® Jaargang Binneniand Feuilleton De man van Nergenshuizen EERSTE BLAD onto 38150 TELEFOON No. 25. ])IT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. DE GEMEENTEN EN DE KAMERS VAN KOOPHANDEL. uil zoo'n nieuw handig zakdoosje bij Gevalte kou, Griep, Influenza. ENSCHE ABONNEMJ5NT8PKIJSBinnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen per post 1.55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar BeigiP en /Uoerika 2.overige ianden 2,35 per 3 maanden fr. per post j\ r>,jrinr'i)enTen voor het buiteniana aileen by vooruitbetaling. 1. )'v,-tTe(.evFuraa t'. J. VAN OE 8ANDE ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer 0,20 KLE1NE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clichc's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen vermlnderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentlen liefst fen dag voor de nltgave. HET DEPAKTEMENT VAN WATERSTAAT. Bij Kon. besluit is tijdens de ootstentenis van een Minister van Waterstaat het beheer van het departement van Waterstaat ad in terim opgedragen aan Dr. H. Colijn, Minister van Staat, Minister van Kolonien, voorzitter van den raad van Ministers. MINISTER KALFF. f Hoewel aanvankelijk is beridht, dat in over- eemstemming met den wensch van Minister Kalff bij de teraardebestelling van diens stof- felijk overschot geen toespraken zouden wor den gehouden, heeft, naar nader gemeld wordt, de familie gemeend uitzondering te mogen maken voor Minister Oolijn en voor Dr. H. van Manen, directeur der Nederland sche Spoorwegen, die dus op de begraafplaats bun gevoelens zullen vertolken. De besturen van de Kamers van Koophandel hebben zich bij den Minister van Economische Zaken beklaagd over het feit, dat bun in den loop der jaren maar al te weinig om advies wordt gevraagd door de gemeentebepturen over ontwerpen van uit te vaardigen verorde- ningen, waaronder in het bijzonder die veror- deningen verstaan worden, welke aangelegen- heden van handel en nijverheid betreffen. De Minister van Justitie heeft daarin aan- leidig gevonden om zich te dezer zake te wen- den tot de verschillende colleges van Ged. Staten met verzoek de gemeentebesturen de adviseerenide fimctie van voornoemde Kamer in herinnerinig te brengen. OONTINGENTEERING INVOER LINT, ELASTIEK ENZ. In de memorie van antwoord inzake boven- genoemd wetsontwerp merkt de Minister op, dat de uitvoer der Nederlandsche industrie steeds meer verminderde en ook in het ver- bruik geenszins een vermeerdering viel te oonstateeren, terwijl de invoerstijging een be- iangr -te vermindering van de bedrijvigheid in de binnenlandsche bandindustrie ten gevolge had. Tijdens de thans verstreken periode was ook de invoer van zijden en kunstzijden lint en band aan beperking onderworpen. Aangezien den Minister is gebleken, dat dit onderdeel der onderhavige contingenteering groote be- zwaren voor de verbruikers meebracbt, daar een belangrijk deel der bedoelde goederen niet van de binnenlandscbe industrie kan worden betrokken, is de invoerbeperking van zijden en kunstzijden lint, band en veters niet ge- bandhaafd. Het ligt in de bedoeling, het systeem der uitgifte van de vergunningen aldus te vormen, daf een juiste wijze van gebruik van de ver- gunningen, mede in verband met industrieele belangen, noodzakelijk wordt. BESTRIJDING VAN AARDAPPELZIEKTE. Ingediend is een wetsontwerp, houdende nieuwe bepalingen tot voorkoming en bestrij- ding van ziekten van aardappelen. De aardappelwratziekte, aldus de toelich- ting, vormt een voortdurende bedreiging voor een niet onbelangrijk deel van onzen land- bouwuitvoer. De thans geldende Aardappel- wet onthoudt aan de regeering twee belang rijke middelen, n.l. het verbieden van den ver- bouw van voor wratziekte vatbare aardappel- rassen en het aan beperkende bepalingen on- derwerpen van de teelt van andere gewassen dan aardappelen. Het wetsontwerp strekt in de eerste plaats tot het verleenen van de be- voegdheid aan de regeering om deze middelen aan te wendea. Onder de hier te lande verbouwde aardappel- rassen zijn er eenige, welke een zeer groote ontvankelijkheid voor de wratziekte vertoonen. Hiertoe behooren o.a. Bravo's, De Wet en Kampioen. De Ned. Alg. Keuringsdienst heeft sinds 1928 deze rassen van de keuring voor den uitvoer van pootaardappelen uitgesloten. Nu werd de hoop gekoesterd, dat na dezen maatregel ook de Nederlandsche verbouwer zou inzlen, dat zijn eigen welbegrepen belang medebracht den verbouw van dergelijke rassen te staken. Sleobts een gering aantal verbou- wers liet zich echter overtuigen. Het voordeel, dat de gunstige positie op de binnenlandsche markt van de door een ver- bouwverbod te treffen rassen aan een deel der verbouwers biedt, weegt niet op tegen de kwade kansen, welke de geheele groep van aardappeltelers en bovendien de groepen van boom- en bloembollen-kweekers erdoor loopen en wordt ten koste van deze genoten. Art. 2 van het ontwerp luidt: „Bij of kraohtens algemeenen maatregel van bestuur kan het verbouwen van bepaald aangewezeci voor aardappelwratziekte vatbare aardappelrassen worden verboden of niet dan voorwaardelijk worden toegestaan." De toelichting wijst er nog op, dat de be- voegdheid om de teelt van andere gewassen dan aardappelen aan beperkende bepalingen te onderwerpen, noodig is am de mogelijkheid eener aan alle gestelde eischenvoldoende con- trole op den uitvoer dezer gewassen te ver- zekeren. DE NEDERLANDSCHE VOORZITTERS VAN STEMBUREAUX IN HET SAARGEBIED. De extra trein met de 365 Nederlandsche voorzitters van stembureaux in bet Saarge bied is Dinsdagmiddag te 13.15 uur van het hoofdstation te Saarbriicken vertrokken. De Nederlandsche Spoorwegen hadden ge-' zorgd voor een trein, bestaande uit tien D- treinrijtuigen eerste en tweede klasse en twee restauratiewagens. De helft van eon trein ging rechtstreeks naar Amsterdam, de andere helft naar Zwolle. Alle deelnemers waren on- danks het feit, dat zij bijna geen nachtrust genoten hadden en zeer vermoeiend werk ach- ter den rug hadden, in de beste stemming. Zij verklaarden zich ten zeerste voldaan over de ontvangst, die zij in het Saargebied hadden ge vonden en de indruklten die zij hadden opge- daan. Men had alles gedaan om het hun zoo aangenaam mogelijk te maken. Op het station was de Nederlandsche kolo- nie aanwezig, evenals de commandant van de Nederlandsche marinetroepen in het Saarge bied, kapitein De Bruijne met zijn adjudant en andere officieren. Voor het vertrek van den trein speelden zich opgewekte tooneelen af, die mede hun aanleiding vonden in de geestdrift van de in feeststemming verkeerende bevolking, die ook de vertrekkende Nederlanders hartelijk toe- juichte. Het resultaat was, dat er uit den trein teruggewuifd werd en de meeste Neder landsche reizigers uit de raampjes bleven wuiven toen de trein het station reeds ver- laten had. HET INZAMELEN VAN GEIJJEN VOOR DOELEINDEN VAN ALGEMEEN BELANG. Staatsblad no. 1 bevat een Koninklijk be sluit van 2 Januard 1935, houdende het ver leenen van medewerking door het Staatsbe- drijf der Fosterijen, Telegrafie en Telefonie bij het inzamelen van gelden voor doeleinden van algemeen belang. In het eenig artikel van dit Koninklijk besluit wordt bepaald, dat, in- dien ten behoeve van nationale instellingen, welke een doel van algemeen belang nastre- ven, met den dir^cteur-generaal der Fosterijen, Telegrafie en Telefonie, coder goedkeuring van den Minister' van Binnenlandsche Zaken, een regeling wordt getroffen, krachtens welke voor dat doel gelden worden ingezameld met bebulp van postzegels, het geldswaardig be- drag dezer zegels, na aftrek van het voor die stukken verscbuldigde port, of port en recht, en van de aan de afrekening verbonden on- door VICTOR BRIDGES. (Nadruk verboden.) 30) Vervolg. Het mag een boevallige samenloop geweest zijn, doch hoe het ook zij, dit kleine voorval liet een etgenaardiig, onbehaaglijk gevoel bij mij achter. Mijn gemoedsrust herstelde zich niet, want telkens, als de anderen niet keken, begunisitigde Lady Baradell mij met een meer dan vriendelijken gddmlach. Het sdheen, alsof iik onihewust in een andere vreeselijke compli- cattie was verward geraakt. Ik sipeelde echter kalm tot het einde door en juist bij den laatsten stoat kiwam Maurice teruig. Wij verwiaselden toen het potspel voor een ander soort potspel voor vijf ipersonen, terwiji sir George Vane en tante Mary gingen pdketten. Qm half elf werden er eenige dranken op een blad binnen gedragen en nadat wij. er ietis van gebruikt hadden, vertolkte tante Mary de meening, dat goeden-nachtwenschen haar een zeer heilzaam voorstel toescheen. T>at vinden wij aliemaal", stemde miss York in, zeer beleefd een onlbescheiden geeuw in bediwanig houdend. „Ik kan mijn ooigen toaast niet open toouden. Wij zullen de heeren maar aan zichzelf overlaten, dan kunnen zij zich met bridge of hoe die andere vreeselijk- heden mogen heeten, ruineeren, als wij weg eijn." „Mijn vreeselij'kheid", antwoordde haar broeder, ,,zal den bescheiden vorm aannemen kosten door den directeur-generaal der Fos terijen, Telegrafie en Telefonie aan deze instel lingen wordt uitgekeerd. WETTELIJKE REGELING BEDRIJFS- KINDERBIJ SLAG. De voorzitter van den Hoogen Raad van Arbeid heeft benoemd tot voorzitter en leden van de commissie, welke aan den raad prae- advies zal uitbrengen omtrent het vooront- werp inzake wettelijke regeling bedrijfskinder- bijslag: tot lid en voorzitter Prof. Mr. C. P. M. Romme en tot leden de heeren S. de la Bella Jr. (N.V.V.), H. B. Berghuys (N.V.C.), Prof. Dr. H. W. C. Bordewijk, B. van Eesteren (Chr. Werkgevers Ver.), Mr. A. M. Engels, J. Gemen (R.K.W.V.), Prof. Mr. P. S. Ger- brandy, Mr. A. Haex (Ver. behartiging be langen Limb, mijnindustrie), Mr. J. A. G. M. van Hellenberg Hubar (Ned. R.K. Midden- standsbond), Mr. F. B. M. Janssens (Alg. R.K. Werkg. Ver,), F. van Meurs (N.V.V.), A. van der Meys (R.K.W.V.), H. van der Putt, Mr. Dr. A. L. Scholtens, Mr. B. C. Slotemaker (Verb. Ned. Werkgevers), Mr. B. J. M. van Spaendonck (Alg. R.K. Werkgevers Ver.), A. Stapelkamp (C.N.V.), Dr. J. van den Tempel en Prof. Mr. F. de Vries. EEN ONDERHOUD MET DEN COMMANDANT DER NEDERLANDSCHE TROEPEN. Een speciale verslaggever van V.D. te Saar briicken schrijft: Voor een groote poort van een gebouwen- complex in de Bleichstrasse, nabij de Saar te Saarbriicken, staat een Nederlandsche mari- nier op post en boven de poort staat een bord, in de Nederlandsche kleuren, dat melding maakt van de aanwezigheid van de troepen, die de eer hebben, het Nederlandsche volk als politie-orgaan van den Volkenbond in het Saargebied, te vertegenwoordigen. Op het binnenhof achter de poort staat een langgerekt gebouw, dat eens een chemiscshe fabriek herbergde. Thans is het de ge'impro- viseerde kazerne der Nederlandsche troepen, De Nederlandsche commandant, kapitein M. R. de Bruijne, ontvangt mij zeer vriendelijk en zegt, dat de Nederlandsche militairen, van militair standpunt bezien, gedurende hun ver- bljjf in het Saargebied, zwaren dienst hebben gedaan. In den korta! mogelijken tijd was bet noodig, een betrekkelijk groot gebied in vele dag- en nachtoefeningen zoo goed te leeren kennen, dat officieren en manschappen zich er vokomen vertrouwd voelen. De commandant wijst er daarbij op, dat er in dit mooie land weliswaar tal van hoofawegen zijn, doch wei nig dwarswegen. Vooral door de nachtelijke oefeningen hebben de manschappen het gebied echter zeer goed leeren kennen. Het was hem bij de oefeningen opgevallen, dat de bewoners vooral van dit gedeelte van het Saargebied vriendelijke menschen zijn, die steeds bereid bleken, de noodige inlichtingen te verschaffen, wanneer de troepen zich omtrent verbinding op de hoogte wilden stellen. Kapitein de Bruijne vertelde, dat zijn man schappen volkomen overtuigd zijn, voor welke belangrijke zaak zij in het vreemde land zijn en welke delicate, doch ook eervolle opd'racht zij hebben te vervulleci. Hij kon niet mede- deelen, hoe lang deze taak zou duren. „Wij zijn slechts soldaten", merkte hij lachend op, „en hebben onze bevelen op te vol- gen. Overigens hebben wij in deze in politie- ken zin zoo opwindende dagen onze manschap pen zooveel mogelijk terug gehouden. Zij en de officieren zijn nauwelijks in aanraking ge- komen met de burgerlijke bevolking, omdat wij alles wilden vermijden, wat tot ordever- storingen aanleiding zou kunnen geven. Wan neer echter eerst de volksstemming achter den rug is en de opwinding is gaan liggen, hopen wij ook met de bevolking in vriendschappelijk verkeer te komen en het mooie gebied te leeren kennen, waarin wij ons op hoog bevel bevinden". Kapitein de Bruijne gaf vervolgens nog eenige inlichtingen omtrent bet verblijf van het andere deel van zijn troepen in het slot Kraemer te St. Ingbert. Hij vertelde, hoe ver.- vallen dit verblijf er bij aankomst uitzag en hoeveel werk noodig was, om het voor het ver blijf van de offipieren en manschappen ge- schikt te maken. Alles zat dik onder bet stof. De troepen die er liggen, zijn thans echter zeer tevreden. Over de betrekkingen tot de troepen van de andere landen verklaarde de commandant, dat de internationale troepen een uitstekenden op- perbevelhebber in generaal Brind en zijn mede- werkers hebben, zoodat een zeer goede ver- standhouding tusschen de opperste leiding en de territoriale commandanten bestaat. Ook bij de Engelschen, in wier sector kapitein de Bruijne zijn zetel heeft, verklaarde hij zeer goede vrienden te hebben gevonden. Deze uit- stekende verhouding tusschen de verschillen de troepen, vergemakkelijkt natuurlijk de taak en zal ook op de bevolking een prettigen in- druk maken. Onder leiding van een der officieren kon ik daama de verblijven der manschappen be- zichtigen, waarover reeds eerder is gesproken. De zalen, waar vroeger de machines stonden, en waar de mannen thans op eenvoudige veld- bedden met stroozakken slapen, zien er keu- rig uit. Alles is eenvoudig, doch goed ver- zorgd. Het is er behagelijk warm en de sol daten zullen, naar het zich laat aanzien, zeker later met genoegen aan hun ,,oorlogstocht' naar de Saar terug denken. INDISCHE LEGERAVOND TE s-GRAVENHAGE. Van het Nationaal Jongeren Verbond, In de geheel bezette schouwburgzaal van bet Gebouw van Kunsten en Wetenschappen te 's-Gravenhage, is Zaterdag de Indische legeravond gehouden, welke was georgani- seerd door de afd. Den Haag van het Natio naal Jongeren Verbond. Nationale kleuren sierden bet podium en de ballustrades. Tal van autoriteiten waren aanwezig, o.w. de Minister van Defensie, mr. dr. L. N. Deckers, de oud-gouverneur-generaal van Ned. Indie mr, D. Fock, Staatsraad Muller Massis, oud-oommandant van het veldleger, oud-minister Welter, luit.-generaal jhr. W. Roell, gouvemeur der Residentie en comman dant van het veldleger, vice-admiraal De Graaff, chef van den Marinestaf, generaal H. N. A. Swart en tal van oudere opper-, vlag- (Ingez. Med.) Heutz, aan wiens krachtig beleid het is te danken, dat het geheele Atjeh-gebied tot <m- derwerping werd gebracht. Koninklijk was het optreden van dien. staatsman, koninklijk was het werk van het Indische leger bij verscheidene geheurtenis- sen, het optreden van zoovele militairen van hoog tot laag, die meer dan hun plicht deden., onder zedr moeilijke omstandigheden, Wanneer er te velde soms geen voedsel was voor den soldaat, dan was het er ook niet voor den officier, die naast hem in de modder lag-. Toch werd geen enkele klaeht van zoovele helden vemomen. Bovenal gold de leuze: ,,Ik dien". Zij zal voor het Indische leger blrjven gelden en daar nevens het „Je maintiendrai", Ik zal hand- haven. (Langdurig applaus). De algemeen voorzitter van het N.J.V., Mr, W. de Vries, hield na de pauze een rede, waar in hij doel en streven van het Verbond uiteen- zette. Kapitein A. Struyvenberg van den Gene- ralen Staf van bet Kon. Ned. Ind. Leger die als laatste spreker optrad, gewaagde met vreug- de van de toenemende belangstelling hier te lande voor volk en weermacht in Indie. Aan het eind van den avond gaf het deta- chement van de Koloniale Reserve een oefe- ning ,,colonne geweer". HET ITITVERKOOPEN EN OPRUIMEN IN HET WINKELBEDRIJF. Een wetsontwerp is ingediend, houdende regeling betreffende het uitverkoopen en op- ruimen in het winkelbedrijf. De toelichting wijst op de klacht over ex- cessen op het gebied van uitverkoopen en op- ruimingen in den detailhandel, in midden- standskringen vemomen. De geopperde be- zwaren richten zich bepaaldelijk tegen die ge- vallen, waarin uitverkoopen of opruimingen ontijdig worden aangekondigd of wel onder. voorwendsels, die aan het publiek ten onrechte den indruk van een hijzonder voordeelige aan- bieding geven. Het euvel geeft tot voort durende verwarring aanleiding. Het van de hand doen van moeilijk verkoopbare artikelep wel het ontij- 1 UUUCi v ui/wva j O j hoofdofficieren v„ he. N.d.rl.ndsoh._« van een welriekend sigaretje. Lady Baradell heeft mij dezen mildidag doen loopen, tot ik niet meer kon." iledereen lachte en Maurice ging naar het tafeltje, om de kaarsen aan te stefken. ,,Wel terusten", zei Lady Baradell, terwijl zij York en sir George een hand gaf. „Ik ge- loof, dat ik de eenige ben, die niet venmoeid is". Toen zij mij pa.sseerde zei ze: „Goeden nadht, mijnheer North cote", en daama zoo zacht, dat niemand anders dan ik het hoorde, slechts deze twee woorden: ,,au revoir". Het was een saltuatie, welke 'n zeker soort heeren" met geestdrift zou hebben vervuld; i'k voor mij bleef er oniverschilliig voor. Ik be- antwoordde het sipecdale zadht haniddirukje en zei i „Goeden nacht, Lady Baradell Ofschoon mijn bedoeling was, geen bijzondere toenade- ring aan den dag te leggen, zei ik het toch zoo vriendelijik mogelijk. Onder de gegeven omisitanidigheden kon ik toch bezwaarlijk an ders hanidelen. Ik gelioof niet, dat ik gedurende het half uur, dat volgde, erg spraakzaam was. De an dere heeren hadiden ihet druk over paarden en wedrennen. Afgezien van het feit, dat ik niet op de hoogte was van de Engelsehe paarden- sport, hieiden andere onderwerpen van meer delicaten aard mijn gedachten bezig. Het zal mdissdhien vreemd schijnen, dat het gedrag van die dame mij zoo van mijn stuk bnacht (wat zou Billy mij helblben uitgelac.hen)maar ik voorzag allerlei nieuwe moedlijkheden en verwikkelingen. Maurice, die al een paar maal nieufwagierig naar mij had gekeken, vroeg ter- loops of ik sorns slaap had. „lk verlamg hard naar bed", zei ik. ,,'t Is vannacht ellendig laat geworden bij San- igatite." ,,Ik ga ook naar boven", viel York hierop in. „Wij zullen Vane en Fumivall maar over de sport laten boomen." Ik nam afscheid van de heeren en ging de trap op met York, wien ik op den overloop goeden nacht wenschite; daama begaf ik mij naar de andere gang, die naar mijn kamer leidde. Toen dk voorbij de kamer van Lady Baradell ging, hoorde ik den kruk van haar deur omdraaien en een oogenlblik later hoor de ik haar met sterke fluisterstem roepen: ,,Stuart!'.' XIV. Ik keerde mij verrast om en daar s.tond zij met uitgestoken handen voor mij. Zij droeg een lange blauwizijden ochtendjapon en was blootsvoets, terwijl haar weelderige bronzen haren de schoonheid van haar knap gezichtje verh(K>g(icnIk wist niet, wat iik doen moest en ik geloof niet, dat ik mij ooit in mijn leven zoo onbeholpen heb gevoeld, als op dat oogeh- blik. Ik zei niets, doch keek haar vragend aan. Ik zag nu achterdocht en woede geleide- lijk in haar opwellen; einidelijik deed zij een stap achterwaarts en balde haar handen. „Waaram tradht je mij te bedriegen?" brak zij hartistodhtelijk fluisterend los. „Ib er iemand anders tusschen gekomen Zeg mij de waaihedd, Stuart, direct!" Aangezien de waarheid juist datgene was, wat iik haar niet wenschite te zeggen, bewaar- de ik een pijnlijk stilizwijgen. „0, je behoeft niets te zeiggen", vervolgd- de zij bitter. „Ik ken je maar al te goed". Toen vlaimde er plotseldng woede, neen, moord- zuchitige orfbediwingfbare razemij in haar oogen. ,,Dwaas, die je bent. Meen je dat ik tot dat soort vrouwen behoor, die zich door een mannengril laten aannemen en weer wegwer- pen? Zou je je slechts een oogenlblik kunnen verlbeelden, dat je mij kunlt bedriegen?" ,,Neen", bekende ik somber, ,,dat kan ik niet." Zij lachte onaangenaam bitter; toen streek Ned.-Indische Leger, leden van hooge colleges, van het college van Burg, en Weth. der Resi dentie, vertegenwoordigers van bevriende organisaties, afdeelingen van het N.J.V. uit tal van plaatsen des lands. Het orkest van den Ned. Toonkunstenaarsbond, bestaande uit werklooze musici, onder leiding van Henri Zeldenrust, verleende medewerking. Te acht uur kwamen H. M. de Koningin en H. K. H. Prinses Juliana binnen, terwijl het muziekkorps het Wilhelmus deed hooren. Mr Th M. Bautz, voorzitter van de afd. Den Haag van het N.J.V. sprak woorden van welkom in de eerste plaats tot de beide Vorstelijke Personen en voorts tot den Minis ter-President Dr. H. Oolijn, den Minister van Defensie en verdere autoriteiten en belang- stellenden. Spr. herdacht den dezer dager overleden luitenant-generaal Gerth van vyijk Vervolgens zette de heer Bautz met enkele woorden het doel van dezen Indischen leger- avond uiteen. Hierna werd wederom het Wilhelmus ge- speeld, gevolgd door een driewerf hoezee voor Koningin en Prinses. Generaal-majoor M. Boerstra sprak namen. het Ned.-Indische Leger. De Minister van Kolonien, Minister-Piesidert Dr H. Colijn, daarna het woord verkrijgend, bracht versohillende groote figuren uit de historie van het Indische Leger in hennnermg en noemde in het bijzonder generaal Von ZD mingen e.d. Het gevolg van deze praktijk waarbij enkelingen tal van vakgenooten met zich medesleepen en hun zoodoende vaak aan- zienlijke verliezen berokkenen, doet ook bij de produoenten en groothandelaren zijn schade- lijken invloed gevoelen. Naar het den Minister voorkomt, is een regeling bij de wet de eenige uitweg. Uit bet einde Augustus 1933 door den Middenstands- raad uitgebrachte advies is hem gebleken. dat in de kringen van belanghebbenden de ver- eischte eenstemmigheid aanwezig is. wesbalve hij niet aarzelt de onderhavige regeling, welke in hoofdzaak rust op de door den genoemden raad aangegeven grondslagen, aanhangig te maken. Het is de bedoeling, in de wet niet anders dan de hoofdlijnen der beoogde regeling vast te leggen. De practische uitvoering wordt overgelaten aan de Kamers van Koophandel. Aan art. 2 ligt het vergunningsstelsei ten grondslag: Vergunningen voor het aankomii- gen van een verkoop als uitverkoop of als op- ruiming zullen worden afgegeven door de Kamers van Koophandel. Art. 3 bevat een belangrijke afwijking van het vergunnitigsstelsel voor wat betreft de periodiek terugkeerende verkoopen, verband houdende met jaars- of seizoenswisseling - aankondiging van deze verkoopen worden niet afhankelijk gesteld van een vergunning. Ten haar lokken, die naar voren waren geval- len teruig en keek mij met starende oogen j vla'k in het gelaait; een prachtige tijgerin gelrj'k. Stuart, ik bemin je", sprak zij nu kalm, vagtberaden. „Ik bemin je, zooals naar ik ge loof, niet veel vrouwen ooit een man bemind hebben, maar eerder zal ik je dooden, dan je door een andere vrouw te laten bezitten Dan keerde zij zich, zonder verder een woord te spreken, om en ginig haar kamer binnen. Ik stond voor een oogembLik wezenloos naar de pas gesloiten deur te staren. Ik bad een gevoel als iemanid, die onibewust een dynamiet- patroon had doen ontploffen. Ik sloop naar mijn kamer en deed de deur op slot. Wat ook de juiste waarde van haar laatste bedreiging mocht zijn, ik wist tenimlnste ze ker, dat ik een ivijandiin had, die gevaarlijker was, dan alien die Northcote tot nu toe op mijn dak had gestuund en uit den grond van mijn hart vervloekte ik mijn duibbelganger en al zijn gedragingen. Eenigszins opigelucht door deze ontboeze- ming begaf ik mij naar bed. Als slaapdrankje vond ik Lady Baradell echter een totale mis- lukking. Ik moet gedurende minstens twee uren onrustig gewoeld hebben, vol gedachten aan de nieuiwe geschiedenis, waardoor mijn dan toch al hachelijk bestaan nog errrstiger iwerd bedreigd. Het was werkelijfc slechts lichame- lijke vermoeidhieid, welke tenislotte mijn oogen sloot en mij in welkome beiwusteloosheid dompelde. Slaap, hoe kort ook, heeft op mij steeds de aangename uitwerkinig, mij mijn naituurlijke vroolijke stemminig terug te geven. Ik ontwaakte den volgenden morgen zoo frisch en opgewekit, alsof geen nachtelijke tete a tete imlbreuk op mijn gewone acht uren had gemaakt. De morgenizon schittende door het geopen- de venslter in mijn kamer en ik zag een be scheiden huiisknecht, die mijn bad in ot* „Wensicht U 't warm of koud, mijnheer" vroeg hij. ,,Geef het maar koud", zei ik. ,,Hoe Saat onttoijten wij „Om negen uur, mijnheer; 't is nu kwart voor achiten." „Goed", zed ik met een tevreden knikje. Ik had dus volop tijd mij behoorlijk te kleeden en daarna Billy op den straatweg te onfimoa- ten, alvorens de overige gasten op hun sptie- geleieren met ham zouden aan vail en. Precies half 9, volgens de pendule op den schoorsteen- manitel, verliet ik mijn kamer. Ik ging sta sa vlug de trap af, want ik gevoelde geen uist,. Maurice of iemand anders tegen het njf loopen. Diwars door den tuin en door een klein zijhek kwam ik op den hoofdweg- De vogeis zongen blijde hun morgenlded en van uit het blauwe hemelgewelf straalde de zon een wldadiige warrnte af. Ik gevoelde mij be~ sl'ist ,,lekker". Billy zat bij de eerste kromiminig van den weg op een bank zijn pijp te rooken. Hij wirif - de mij, reeds van verre armslingerend, toe- „Zoo, ze heblben je dus vannacht geen kopje- kleiner gemaakt", lachte hij met voldoening. ,,Integendeel, Biilly", zei ik. ,,Ik heh niets- vriendelijikheid en hartelijikhedd onder- vonden." Ik zette mij naast hem neder en haalde critisch mijn neus op. „Ik kan je geen compliment maken over Je Varinas", zed ik lachend. ,,'t Is de beste tabak, welke in ,,de Ploeg te krijgen is", verweerde Billy zich, ,,maar j§ bent ook zoo reuzen verwend!" Hij Mopte mij op m'n schouder. ,,Jack", sprak hij, ,,ik hefo succes gehad, ik kan Sherlock Holmes een -goede voorgift geven en hem nog in de eerste- ronde kloppen." (Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1935 | | pagina 1