u i te nemen: goeda Handelszaak
Predikbeurten
Gemengde Berichten
Feuilleton-vertellingen
HITLER-TOREN TE OFFENBACH.
TER NEUZEN, 4 JANUARI 1935.
HOEK.
AXEL.
(met gekend merk), gelegen in commercieele
straat, Centrum Gent. Gemak van betaling.
Schrijven: Publieiteit HEENE, Eecloo (B.).
(Ing. Med.)
gram te verwezenlijken, mag de hoop worden
gekoesterd, dat de situatie zal verbeteren, te
meer daar de intemationale politiek, die zoo'n
diepgaanden invloed op de economische con-
junotuur uitoefent, bij het begin van 't nieilwe
jaar er wat bemoedigender uitziet. Nochtans
zal het zonder een herstel van het algemeene
vertrouwen niet mogelijk zijn het schip in een
veilige haven te brengen.
Belgie moet opnieuw vertrouwen krijgea in
zijn kracht en mogelijkheden. Het beschikt
zelf over alles wat noodig is om een herste'
te bewerken, zelfs over de financieele mid-
delen, doch te veel landgenooten potten ge-
daehtenloos op. Zij, die, hun geld improductief
laten liggen, maken een onhandige berekening.
Zij verliezen niet alleen de rente van hun geld,
maar op zijn minst genomen is het absurd
zijn vertrouwen in het Belgische bankbiljet te
stellen en aan de Belgische staatsfondsen te
twijfelen, terwijl deze twee toch nauw met
elkaar verbonden zijn.
De regeering zal alles in het werk stellen
om de spaarders het vertrouwen terug te
geven. Indien het kapitaal opnieuw in circu-
latie komt, zal het in 1935 het begin van een
oplevingsperiode inluiden.
DE NEUTRALE VOORZITTERS 1)111
STEMBUREAUX.
De 950 personen uit neutrale landen, o.w.
350 Zwitsers, 350 Nederlanders, en 250 Lu-
xemburgers, die zijn gekozen tot voorzitters
deT stembureaux bij de volksstemming op 13
Januari, zullen op 10 Januari te Saarbrucken
aankomen,. vanwaar zij zich na den eed voor
de plebisciet-commissie te hebben afgelegd
naar de stemdistricten zullen begeven, die hun
zijn aangewezen.
BEWARING VAN PRINSES HELENA.
De villa Sparta te Florence, de verblijfplaats
van prinses Helena van Roemenie, waar
momenteel de Roemeensche kroonprins, prins
Michael, zijn moeder bezoekt, wordt als een
militaire versterking bewaakt. De Italiaan-
sche autoriteiten wenschen geen enkel risico
te loopen en derhalve staan de villa en het
park onder strenge bewaking en lossen politie-
posten elkaar voortdurend af. Niemand mag
het park betreden, zonder vergunning vein de
ipolitie te Florence, die pas na nauwkeurig
onderzoek een dergelijke vergunning geeft.
GEEN VERTROUWEN IN EEN ROOD
BE WIND.
Het consortium van Zwitsersche bankiers
heeft geweigerd, nieuwe credieten te verstrek-
ken aan de kantonnale regeering van Geneve
op grond van het feit, dat de bankiers geen
vertrouwen stellen in het socialistische be-
wind.
De financieele toestand van Genfrve is
thans zeer emstig geworden, aangezien de
schatkist zoodanig is uitgeput, dat de salaris-
sen der ambtenaren deze maand niet ten voile
kunnen worden uitbetaald.
In November moest met de ambtenaren een
regaling voor de betaling der salarissen in
termijnen worden getroffen, en de weigering,
van de banken, om verdere credieten te ver-
strekken, heeft groote beroering bij de ambte
naren verwekt.
Kort geleden heeft het kantonnale parle-
ment het aftreden geeischt van het hoofd der
socialistische regeering, Nicole. Nicole wei-
gerde evenwel af te treden en verklaarde, dat
het parlementsvotum hem volgens de grond-
wet niet bindt. Intusschen verluidt, dat de
politieke tegenstanders van Nicole thans ver-
langen dat een volsstemming over zijn aftre
den zal worden gehouden.
MILLIOENEN NOODLIJDENDEN IN DE
V. S. ONTVANGEN STEUN.
De administrateur voor de steunverleening
Harry Hopkins verklaarde, dat de staats-
en plaatselijke steunfondsen in de eerste tien
maanden van 1934 bijna 30 pCt. grooter waren
dan in de overeenkomstige periode van 1933.
De regeeriag is thans belast met de zorg voor
ongeveer 19 millioen personen. De leider van
de Nationale Steunactie Donald Richberg,
vferwachtte in den afgeloopen zomer, dat het
aantal steuntrekkenden in Februari 1935 zijn
hoogtepunt zou bereiken. Hij had geen speciaal
cijfer genoemd, doch verwachtte, dat de fede-
rale regeering tegen dien tijd voor ongeveer
23 millioen personen zou moeten zorgen.
Voor de steunverleening over de maand
Januari zouden de staten de beschikking
krrjgen over een bedrag van 136.791.263 dol
lar. Het totale bedrag, dat in de maand No
vember door de regeering, de staten en de
plaatselijke instanties voor steunverleening
was besteed, was in November 12.1 pCt.
hooger dan in October j.l.
Te Offenbach is zoo juist de eerste ,,Hitler-
toren" in Duitschland gereed gekomen.
Van de 537 ,,Bismaxck-torens", die aan
den grooten staatsman van het keizerrijk
herinneren, werd er niet een gedurende Bis
marck's leven gebouwd, daar zulks niet in
overeenstemming met diens wil was. Hitler
heeft daarentegen in September 1933 toestem-
ming gegeven tot het bouwen van den eersten
Hitler-toren".
Het volledig bouwwerk is 41 meter hoog en
weegt 500 ton. De bouw er van heeft eer.
jaar en vijftien dagen geduurd. Volgens de
bladen, zijn de bouwkosten uitsluitend door
het publiek opgebracht.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
In de week van 23 tot en met 29 December
zijn in onze provincie voorgekomen 2 gevallen
van roodvonk, nl. 1 te Nieuw- en St. Joos-
land en 1 te Wemeldinge.
VAN HET SMOf-UiELFRONT.
Te Selzaete, waar in den laatsten tijd de
smokkelaars steeds met meer stoutmoedigheid
optreden, zijn de tolbeambten naar het ,,Dagbl.
v N.-Br." meldt, er in geslaagd een gepant-
serde auto in beslag te nemen, waarmee de
smokkelaars werkten.
De douaniers lagen om vijf uur 's morgens
in hinderlaag te Selzaete, toen de verwachte
auto de polderstraat kwam ingereden, in de
richting van de Nederlandsche grens.
De sokkel, dat is het ijzeren tuig met tan-
den, werd midden op den weg geworpen en
door een poging om het te ontwijken, reed de
bestuurder van den smokkelwagen op een
boom. De wagen, hoewel nog al gehavend,
bleef in handen van de beambten, terwijl de
chauffeur nog kon ontsnappen.
Den volgenden nacht hadden de beambten
van Hauwe en Lybaert, van Wachtebeke,
twee verdachte personenauto's langs den
Wachtebeekschen steeniweg zien rijiden zonder
licht, en ze besloten de wagens bij den terug-
keer af te wachten.
Twee uren later verscheen een van de
auto's inderdaad opnieuw. Terwijl een van de
beambten een teeken deed om te stoppen,
plaatste de ander de sokkels op den weg.
De autobestuurder stopte niet en reed met
geweld op de sokkels. Twee pinnen braken
af en de auto stopte. De drie inzittenden
kozen het hazenpad. De tweede auto, die
volgde, kon den hinderpaal ontwijken en ont-
snapte.
De douaniers deden toch een goede vangst,
want de auto was nieuw. Zij heeft slechts
9000 kilometer geredem en was volledig ge-
pantserd. Volgens het onderzoek moest er
een groote partij koffie mee vervoerd geweest
zijn. De papieren in het voertuig werden ook
in beslag genomen. Ze zijn gesteld op naam
van een zekeren S. N., uit St. Jansteen.
De Christelijke Zangvereeniging alhier hield
op 3 Januari haar jaarvergadering op de
Gehoorzaal.
Om 7 uur werd de vergadering geopend
door den voorzitter den heer C. Zegers. Hij
laat zingeci Ps. 66 1, leest Ps. 33 waarna hij
voorgaat in gebed. Hiema spreekt hij een
openingswoord, een woord van welkom aan
leden en begunstigers en wekt de leden op tot
meer ijver nog en degenen die geen lid of be-
gunstiger zijn om dit alsnog te worden.
Een woord van waardeering voor het werk
der directeuren de heeren De Blaaij van Hoek
en Van der Peijl uit Ter Neuzen blijft niet
achterwege.
Alsnu geeft de zangvereeniging enkele num-
mers ten beste, onder leiding van den heer F.
v. d. Peijl uit Ter Neuzen. Enkele zangers uit
Ter Neuzen verleenen hierbij him medewer-
king.
De secretaris, de heer M. de Blaaij, leest uit
het jaarverslag over het afgeloopen jaar voor.
Op 2 Januari 1933 werd deze vereeniging op-
gericht, die spoedig tot 25 leden klom. Hij
schetst oprichting, doel en wederwaardig-
heden der vereeniging. Wekt de 17 begunsti
gers op trouw hun medewerking te blijven
verleenen.
De penningmeester, de heer P. Zegers Czn.,
leest nu het financieele jaarverslag voor. In-
kamsten bedroegen f 90,51, uitgaven f 83,27,
alzoo was er een goed slot van 7,24.
Hiema werd enkele oogeinblikken gepau-
zeerd.
Na de pauze gaf de zangvereeniging weer
enkele nummers ten gehoore die zeer in den
smaak vielen en waarin duidelijk uitkwam de
goede vorderingen die in dit 66ne jaar tijds
gemaakt zijn.
De afgevaardigde van de zangvereeniging
„De Heere is onze Banier" te Ter Neuzen, de
heer Wisse, spreekt een woord van geluk-
wensch namens zijn vereeniging. Ook de
voorzitter van Ter Neuzen, de heer Verschel-
ling, spreekt nu enkele woorden van geluk-
wensch en wekt de jeugdigen op om lid te
worden. Er zijn nog sopraans gebrek. Werkt
alien mee.
De voorzitter van Hoek beantwoord de af-
gevaardigden, waarna weer enkele oogenblik-
ken wordt gepauzeerd. Tijdens de pauze zor
gen enkele jonge dames voor ververschingen.
De heer K. de Blaaij leest een gedicht voor
getiteld: ,De roemende Christen".
Op het podium verschenen nu weer de zan
gers, om ons van hun kunst te doen genieten.
Een ider begunstigers gaf nu een voor-
dracht ten beste getiteld: ,,De snelle Kerst-
vlucht".
Nadat de zangvereeniging nog gezongen
heeft spreekt de voorzitter een kort slot-
woord. Hij wijst er op, dat de kunst, dus ook
de zangkunst staan moet in dienst van den
Schepper van alle goede gaven en volmaakte
giften. Alle aanwezigen ten getale van on
geveer vijftig brengt hij dank voor hun be-
wijs van medeleven.
Nadat gezongen is Ps. 89 1 sluit de voor
zitter de vergadering met dankg.ebed. De
Chr. Zangvereeniging van Hoek kan met ge-
noegen op dezen avond terugzien. Hij is ge
slaagd. Moge het een aansporing zijn voor
anderen om lid of begunstiger van deze jonge
vereeniging te worden.
Het Centrum.
,,Malle Gevallen."
Nu de premiere van deze film in Zeeuwsch-
Vlaanderen reeds liep en in deze rubriek uit-
voerig werd geresenseerd zouden wij het over-
bodig kunnen achten nog veel ter aanfoeveling
neer te schrijiven voor een bezoek aan „Het
Centrum", waar vanaf morgen deze dol ver-
makelij'ke, studentikoze avonturenreeks op het
witte doek zal verschijnen.
Geizien het enorme succes van ,,De Jan-
tjes" en Bleeke Bet" hier ter plaatse kunnen
wij niet nalaten ook deze derde nationale film
even onder de loupe te nemen, omdat hier ook
maar al te waar bleek het woord: Een Hol-
landsche zin gaat er veel beter in, dan een
heel lang verhaal in een andere taal.
Degenen die de film reeds elders zagen of
Hans Martin's boek lazen vormen in Axel
verre de minderheid. En zij zullen natuurlijk
in de eerste plaats de lotgevallen van een
Bram van Booven, die elf jaar lang de col
lege's in de medicijnen aan de Leidsche Uni-
versiteit volgt met zijn vrienden Boy en Hans
en hun meisjes Kitty, Toos en Loeki gaan
aanschouiwen, zoo goed als diegenen voor wie
de vertooning hier een weikome reprise zal
zijn. En hun zal blijken dat onze nationale
filmproducbie zich in opgaande lijn beweegt.
Van de Sleutelstad verplaatst het beeld op
het doek ons al ras na de kenndsmaking met
de drie genoemde schoonen, die een openbaring
voor het driemanschap is, naar de Residentie
en Scheveningen en daar volgen de talrijke
verwikkelingen zich in een snel tempo op. De
iiefdesillusies dreigen verstoord te worden,
doordat een arroganten nietsnutter, bijge-
naaimd ,,de Klit", welke Kitty door zijn
attentie's wil veroveren, roet in het eten dreigt
te strooien. Om dit alles spelen zich allerlei
pikante scene's af, zooals een ontmoeting van
Hans met een secretaresse op een redactie-
toureau, waar hij een manuscript van zijn hand
komt aanbieden en door zijn onhandigheid in
botsing met het meisje komt, waardoor haar
fraaie jurk door inktspatten bedorven wordt,
een avontuurlijke tocht op de Kagerplassen en
last not least de altijd terugkeerende fatale
„Klit" welke laatste ontmoeting eindigt met
een vechtpartij en zelfs bijna met een duel. Als
edndelijk een anonieme brief, die tenslotte door
den fatterigen „Klit" blijkt geschreven te zijn
en die de liefdeshbanden dreigde te verbreken,
toch een verizoenende uitwerking heeft, is
spoedig het einde daar. Het einde waarbij de
liefde triumfeert, behalve dan ten opzichte
van Bram, den eeuwige student die wij als bij
het begin zijn roes vinden uitslapen bij het
standbeeld van den groote Boerhave. Een
rolprent van echte gezelligheid, joilijt, vreugde
en geconden humor, met tekst en liedjes in
moedertaal.
,3reng ze levend mee".
Als tweede hoofdfilm een geheel ander
genre, maar een genre dat gewild is en de
spanning en emotde in ,,Het Centrum" tot een
hoogtepunt zal opvoeren. Een echter Tarzan-
film, die met een onuitputtelijik geduld en uit-
houdingsivermogen in den kamp met klimaat
en vele andere moeilijkheden is venvaardigd.
Elen natuurfilm van unieke waarde waardoor
elk spoor van slangen, tijgers en krokodillen
naulwkeurig moest worden gevolgd, daar men
uit envaring weet, dat de drinkplaats in het
oerwoud steeds het punt is waarheen de die-
ren na hunne rooftochten vermoeid terug-
keeren en die opgenomen werd in de wilder-
nissen van Sumatra.
De onverschrokkene Frank Buck, leider
van een oerwoud-filmexpeditie is de held van
dlit machtiig natuurwerik en zijn motto als
ontdekkingsreiziger en dderenvanger voor de
zoologische tuinen en menagerieen der Ver-
eenigde Staten was steeds: ,,Breng ze levend
mee!..." In Singapore kwam Mr. Buck's
trouiwe bediende Ali met een zestai andere
inboorlingen zich bij de expeditie voegen, die
achtereemvolgens per kleine stoomboot, trein,
kano en daama per olifant redsde. De expe
ditie trachtte uit te vorschen waar zich
groote pythons ophielden en hoorde toen van
inlanders dat zij behalve een enorme reptiel
ook een zeldzame zwarte panter hadden ge-
zien. Alle tentopeninjgen werden met ijizer-
draad bespannen; want alleen geluk kan een
ontdekkingsreiziger tegen bezoek van slangen
en groote roofdieren vrijwaren... En zoo ver-
toont zich aan ons oog dit natuurdrama,
waarbij kondngstijger en zwarte panter hun
strijd strijden, de strijd van alle tijden, zoo-
lang de wereld bestaat. In het gevecht tus-
schen tijger en pythoon breekt de eeuwige
haat tusschen reptiel en viervoeter zich baan.
In dit mysterie van de wildemis zijn dit hoog-
tepimten. De film heeft groote pedagogische
waarde en leert dat de concurrentie in de die-
renwereld even onmeedoogenloos is als onder
de menschen. Zonder genade verslinden zij
elkaar als het er op aankomt hun prooi of
voedsel wat vlugger tusschen de klauwen te
krggen.
Voor de eerste maal wordt in Axel op dit
gebied vertoont waartoe de lens in staat is.
ZONDAG 6 JANUARI 1935.
Ned. Hervormde Kerk.
TER NEUZEN. 9.30 u., Dr. L. J. Cazemier,
voorber. H. A.; 2 u., Dr. L. J. Cazemier,
bed. H. Doop.
SLUISKTTi. 9,30 u. en 2 u., de heer H. J.
iPlaggemars.
AXEL. 9.30 u. en 2 u., Ds. Van Oeveren.
HOEK. 9 u. en 2 u., Ds. E. Raams
ZAAMSDAG. 9 u. en 2 u., Ds. G. van Dis.
SAS VAN GENT. 9.30 u., Ds. Akersloot van
Houten Roos.
PHILIPPINE. 2 u., Ds. Akersloot van Houten
Roos.
Gereformeerde Kerk.
TER NEUZEN. 9.30 u. en 2 u., Ds. S. Groene-
veld.
AXEL. 9.30 u. en 2 u., Ds. Post.
HOEK. 9.30 u. en 2 u., leesdienst.
ZAAMSLAG. 9 u. en 2 u., Ds. Kok.
Chr. Gereformeerde Kerk.
ZAAMSLAG. 9 u. en 2 u., Ds. Tolsma.
Gereformeerde Gemeente.
TER NEUZEN. 9 u., 2 u. en 5.30 u., leesdienst.
AXEL. 9 u. en 2 u., leesdienst.
Nederduitsch Gereformeerde Gemeente.
TER NEUZEN. 9 u., 2 u. en 5.30 u., leesdienst.
Lokaal „Eben-Haezer".
Dekkerstraat Ter Neuzen.
Nam. 6 u., de heer Huizinga.
Roomsch-Katholieke Kerk.
TER NEUZEN. 7 u., 8.30 u. en 10 u., H.H.
Dienst; 2.30 u., Lof.
VVAARSOHUWINGEN.
In het Algemeen Politietolad geeft de bur-
gemeester van Best iedereen, doch speciaal
grossiers en winkeliers in overweging niet in
handelsreilatie te treden met P. Biermann,
wonende te Best D 45.
De Commdssaris van Poldtie te Apeldoorn
vestigt de aandacht van belanghebbenden op
de omstandigheid, dat sommige gewezen col
porteurs van het Adiministratie-Kantoor van
Aflosbare Waarden te Amsterdam, thans
werkzaam zijnde voor het Apeldoomsche Ad-
ministratiekantoor voor aflosbare waarden
(thans genaamd Nationaal Kantoor voor af
losbare waarden), dirCCteur Schram, op een
vermoedelij'k misleidende wijze de clienten
van het in liquidatde zijnde Amsterdamsche
Administratie-kantoor trachten over te halen
him verdere aibetalingen niet aan het Am-
sterdamsche, doch aan het Apeldoomsche
flantoor te doen.
Het gevolg daarvan is, dat zij, die zich lie-
ten overhalen, door beide kantoren voor be
taling worden aangesproken.
Men zij op zijn hoede.
KRANIG WERK VAN NESD®RLANDSCHE
y.F.F.T.TF.DF.N.
Van de zijde van L. Smit Co's Interna
tionale Sleepdienst wordt het volgende mee-
gedeeld omtrent een staaltje van uitstekend
zeemanswerk, dat dezer dagen Nederlandsche
zeelieden op den Atlantischen Oceaan ten
beste hebben gegeven.
Het Noorsche stoomschip ,,Sisto", op reis
van Detroit naar Belfast, is op 19 December
tijdens zwaar stonmiweer in zinkenden toe-
stand midden op den Atlantischen Oceaan
door de bemianming verlaten.
De bemanninig werd door het Duitsdhe s.s.
New York gered en in Amerika aan land
gezet.
De Nederlandsche motorsleeplboot Zwarte
Zee heeft meer dan een week gezoeht, ten-
einde vast te steillen, of het schip werkelijk
gezonken was.
Op Oudejaarsdiag heeft de Zwarte Zee het
schip nog drijvende aangetroffen op 51 4'
N. en 16° 39' W. De brug was geheel wegge-
slagen en het schip had zware slagzij.
Door de hooge zee was het onmogelijk, het
schip te bemannen, teneinde een sleeptros
over te geven.
De Zwarte Zee is steeds bij het schip ge-
bleven; het is ten slotte gelukt in den mdddag
van Nieuwjaarsdag de sleeptros te bevestigen.
De Zwarte Zee sleept thans het zwaar bescha-
digde vaartuig langzaam Oostwaarts.
Er stond nog een hooge zee, zoodat het
sieepen van het geheel onhandelbare vaartuig
met veel risico en zorg gepaard gaat.
DOODGEVALLEN.
Maandag is een jongeman die in een per-
ceel aan de St. Willibrordusstraat te Rotter
dam een antenne plaatste, van de derde ver-
dieping naar beneden gevallen. De man was
op slag dood.
GEVAARLIJK SPEL.
Kinderen, die met brandende iucifers speel-
den, gooiden Dinsdag te Berlijn een brandende
Iucifers in een gat, waar werklieden bezig
waren met het herstellen van gasbuizen. Er
volgde een geweldige ontploffing, waardoor
een 14jarig meisje werd gedood. Vier andere
kinderen zijn zwaar gewond.
BRABANTSCHE BRIEVEN.
Ulvenhout, 2 Januari 1935.
Menier,
De feestk55rs-
kens zijn gedoofd!
Och5rm!
Ocherm, ja,
't is zoow rap
veurbij weer, dieen
schoonen tijd
waaraan gid end
leek te komen, as
ie nog beginner,
moest.
En toch, ze
zijn deur onze
vingers geglejen,
die serie schoone
levensmomenten,
ze zijn vergaan, as assie.
Niks is meer over, dan die stompkes k&fers,
die 'n bietje triest verspreid liggen op den
mesthoop. 'n Droog mastentakske, 'n kerst-
glinsterke... hier en daar lee nog zo'n afge-
daankt brokske, triestig op den mesthoop en
in den vuilnisbak.
Neee, 'k heb 't verkeeTd gezeed, as ik
sprak: ,,nikske is meer over." Waant nog 'n
belaangrijk dink is ons gelaten, amico!
De herinnerink!
Nog staat 't schoone tij in nagloei in m'n
ziel te smeulen.
De was van de ke^rskens is versmolten,
maar 't licht da gevoeid wier deur dieen was,
da licht beeft nog na in ons ziel, waarin die
feestdagen bewaard liggen, as 'n boeketje in
den kerkboek.
'k Heb nie veul lust tot schrijven nou!
Waant m'n oogen zijn aan den duster van den
grauwen Januaridag nog maar slecht gewend.
Ze trillen nog 'n bietje na, van den gouwen
gloei, die dagenlaank gescbemerd en gewemeld
hee, ieveraans waar ik kwam.
D'n nuuwjaarsdag is nog wa nuchter, amico.
Sjuust as op 'nen Heiligendag is da, wanneer
ge 's mergens, in oew Zondagsche pak uit de
kerk komt en ge oew eigen maar gin veur-
stelling maken kunt, da ge tdch over 'n uurke
gespannen woTdt in de burries van den zwa-
ren groentenwagel
Ocherm!
D'n mensch blijft in zulken aard van dingen
kind!
En waarom nie?
'k Ben 'n bietje ,,Maandaghouwer", horre,
da meugde gerust weten.
's Zaterdags, as den wagel toch zwaarder
gelajen is, dan 's Maandagsmergens, dan
douwt ie t6ch veul loch ter!
Neee, 'k heb nie veul lust in schrijven nou
en 't zal 'n kort briefke worren, jonk!
De kinders zijn weer vertrokken.
Dr6 in is mee z'n vader en moeder mee
naar Amsterdam; ons huiske is weer stillekes
geworren.
Trui en ik, we zijn weer veur laangen
tijd alleen. Wa leek van den mergen, bij ons
ontbijt, die tafel sakkerjabels groot.
'k Heb maar niks gezeed.
Trui hee nie veul noodig nou, om ze 'n bietje
broerd te maken. Ze zette zelfs veuls te veul
bordengerei op tafel.
Van den stapel nam ze 'r twee af en 'n
bietje bevend zette zij den stapel terug In de
kast.
Ocherm! Ok heur oogskes kunnen den
nuchteren dag nog nie verdragen
En toch, amico, ollee, 'nen goeien tijd
brikt aan!
We gaan weer dagelijiks 'n stukske meer
naar 't licht.
Veul kan 'k er nog nie van zeggen. D'n
winter van deus jaar doet zoo maar keutelig
aan. Maar we zijn over de helft van 't ergste
tij.
W.e schuiven weer naar 't zonneke, da nou
maar gauw komen mot.
Zonnelicht is 't ennigste dat ons 't kSfersen-
licht kan doen vergeten.
We hebben allemaal zo'n brokske zon ge-
tooverd in onzen kerstboom, da namaakzon-
neke lee nouw in gruzeltjes op den mesthoop,
- nouw snakken we naar 't echte zonneke as
'nen koortsigen mensch naar drinken.
Waant
As ik zoo denk aan 't eerste sneeuwklokske
dat al aan 't werken is onder den grond, as
ik denk aan 't eerste madelieveke, dat binnen-
kort hier en daar al Veur den dag zal komen,
as ik denk aan 't lelieke der dalen, dat bij ons
in Maart al in ons Ulvenhoutsche bosch te
bloeien begint, oilee, dan zit ik al te rijen
op mijnen stoel.
Dan zou 'k gaan staampen, lijk m'n goeie
perdje nou en dan doet, as ik 'm te laank op
stal gelaten heb!
Zooas op den tweeden Kerstdag. t Beest
had al drie dagen gestald gestaan. Wier stijf
in z'n knieen.
„Heurt toch dieen Bles 's staan stampen",
zee Trui, die er zenuwachtig van wier!
Toen ben 'k effen d'r op uitgegaan. 'k Heb
'm 't Zondagsche zaal opgeleed en ben effen
mee 'm gaan draven deur de bosschen.
Amico, da's zo'n schoon werk, jonk! Wat
hinnekte m'n brave perdje, as ie weer 's dag-
licht zag, as ie weer 's frissche lucht in z'n
sterke borst kost slurpen.
Hij sohaterde zijnen hinnik uit, dat ie
echode tusschen de boomen. Hij schaterde zij
nen hinnik uit, dat ie trilde over de stille
velden.
'k Heb gedraafd, ollee, as 'nen jongkearel,
die afgeexerceerd is bij de Veld. En die 't
genot van ruitersport pas hee leeren kennen.
We hebben slootjes genomen, struikgewas
en gevelde boomen, dat onzen asem veur ons
uit krulde, den mistigen dag in.
D'n ouwen Bles en den ouwen Dr6, ze aten
da stuk Kerstmis op, as 'nen sappigen appel,
die eten en drinken tegelijk is.
En as me wijd in de bosschen zatten, as me
niks aanders meer teugenkwamen dan de
Stilte van dieen Kerstmiddag, dan viel den
duster met den mist, zwaar op eerde, krin-
gelde tusschen 't gebomte, viel op de wegels,
da ge 'm om oew henen vullde kroelen as 'n
kouw laken.
Bles z'nen gaank klotste dof de stilte aan
klonters. '.t Maantje begost te klimmen boven
't donkere sparregroen uit. Watertielder glom
't tusschen 't wolkenrag, da dunnekes veurbij
stoof.
,,En nouw gaauw op huis-aan, Bleske!" Da
verstond ie. Z'n vel schokte evenkes over de
spieren, die hij spande, z'n huid glaansde on
der 't zulveren manelicht en n6g 's hinnekte-
n-ie den verdwenen dag na, die opgezogen
scheen in den zwarten duster van de bosschen
laankszij.
In stagen draf klotsten wij de wegels af.
Amico!
Da moeste gij 's meemaken, jonk!
Op zo'nen oogenbllk, alleenig in den plecto-
tig-stillen Kerst, daarbuiten temidden van
Gods schoone scheppitig, mee de zulveren
maar boven oew hoofd mee zul'vren
manelicht teugen de ouwe boomreuzen aan,
dravend op oew brave pAerd, dat oew ver-
staat as ge met 'm praat, dat oew knieSn
jouw verlangen voelt om thuis te komen weer,
ah! da's 'n genieting die 'k nie beschrjjven
kan.
Zoo op huis aan, op oew gestrekte peerd, dat
as 'n mannestraal veurt-schuift in 't heilig
Kerstedonker, da's 'nen tocht uit 'n sprook.
Zoo den ,,stal-ruuken", gijzelvers en oew
perdje, ah daar is 'n heele Fordfabriek 'nen
blekslagerswinkel bij!
Zoo te draven naar oew huiske, dat ergeus
aan 't end van de bosschen te drijven lee in
den mistigen avond, naar oew huiske, waar-
binnen Dr6 III te wachten zit brj 't stalleke
op zijnen Opa, da's 'n Kerstmomentda
misschient met de Kerstgedacht-zelvers nie
veul te maken hee maar acimo, 't is een
van de oogenblikken die nou nog nagloren in
m'n ziel waarin 'nen heelen Kerstboom te
braanden staat op den olie van deher
innerink
Ik zeg: „da misschient met de Kerstge
dacht-zelvers nie veul te maken hee." En da
raakt zoow uit m'n potlood, jah!
Nie heelegaar toevallig!
Ik heb critiek gelezen op's menschen Kerst-
viering.
Zooas teugeswoorig ieveraans critiek op is.
Zooas teugeswoorig alles en alles gemoevd
wordt, deur lui, die schrijven en spreken mee
d'r harssens, mee d'r vertroebelde harsons.
en nie mee d'r werme, d'T kloppende ziel.
't Zijn de dieven van de leste warden, die
den mensch gelaten wieren.
Alles moest ie afgeven.
Z'n vertrouwen in menschen, z'n geld en
z'n goed, z'n hoop, z'n liefde, z'ngeloof
dikkels!
Een ding bleef 'm.
De zuute stemming van oogenblikken as
Kerstmis, opgewekt dikkels mee 'n onnooeel
k&irseke, mee 'n prullig glinsterke, mee "n
brokske klatergoud, mee 'n vroegtjjdig bloed-
ermoeiig tulpke.
Mot al da leste nog afgenomen worren deur
judasserige dikdoenders, die niks meer k*n-
nen prijzen, niks meer kunnen waardeeren
dand'r eigen bestofte, zwarte, wire
brein?
'k Kwam deuze dagen in 'n groot winkei-
paleis. Daar sting 'nen Kerstboom, zoo groot
as ze bij ons in de bosschen maar groeien.
Van boven tot onder was deuzen reuzeo-
spar opgesierd mee zulveren prullen en ge
kunt nie galeuven wa-d-'n weelde aan 't ver-
gfaauwde oog, da gin blom of licht meer ge
wend was, wat 'n weelde dieen Kerstboom
spreidde onder z'n takkCn aan de menschen...
van goeien wil.
Met open mond stond ik te kijken. Dank-
baar veur den winkelier, die z6o de komende
dagen, op zijn manier, aan de menschen deel-
achtig mokte.
'Nen meneer, van zestig omtrent, mee bolle.
uitpuilende oogen, 'nen slordigen (artisten!)
hoed op zijn hooft, gooide dieen kop heelegaar
achterover, z66 hoog was den boom, en
zee teugen zijn dochter, turend naar den
boom,,stompzinnig!"
Ik schoot vol vuur.
„Ellendeling," zee ik: „bederf 't nie veur
oew dochterke; bij heur glom de versiering
sjuust in d'r oogskes en nouw staan die oogs
kes dof en leeg!
Stompzinnig
Gij, menier den artist, die schoonheid zoekt,
waar ze nie te vinden Is! In 'n kist verf, in
'nen stommen bonk klei, in 'n blad muziek-
noten of weet ik veul? Gij zijt stompzinnig!"
„Welviel ie uit!
„Nog efkes, artiest! Stompzinnig is den
mensch, die de sfeer nie bespeurt. Die al
leenig tuurt naar foutjes in 'n bladzrj schrift,
in 'n doek mee verf, in 'n melodic. En veur
de rest: zalige Kerstmis bij 't stompzinnige
stalleke, dat al millioenen menschen gelukkig
mokte, geluksdief!"
„Hoor 'szee-t-ie.
„Ja?"
,,Weet je wie ik ben?"
,,Zekers!"
,,Zoo, wie dan?"
„Ge zijt den modernen duuvel, huichel66r en
veur de rest, nog eens: zalige Kerstmis en
den wensch da ge die dagen oew eigen tot ge-
nogt stompzinnigheid kunt verheffen, om ge-
gelukkig te zijn as 'n kind. Saluut!"
Ik liet 'm verders staan.
'k Had 't gevoel of ik 'n verken geslaCht
had.
Amico!
Da moest ik 's kwijt.
'k Heb de leste jaren veul zien vemielen
deur modeme critiek.
'k Heb altti zoo meugelijk, daar teugen 't
opgenomen.
'k Ben ok altij alleen gebleven, daarin. Ge
kunt dus nie zeggen, da 'k hulp zocht veur
m'n brieven.
Ge kunt dus veilig zijn veur misseljjke
streberei van mijnen kant.
Ge kunt me dus...... geleuven! Waant ik
verdien er wezenlijk niks aan.
Zoo gaan we weer 't nuuwe jaar in. Vol
moed! Vol moed achter den zwaren wagel,
teugen den wind op, over hellende wegen,
laanks de pingelende menschheid!
En we hopen den wagel weer netjes en
prontjes't ouwejaar uit te rijen, naar't ouwe,
steeds nuuwe geluk, da 'k zoo g&ren bezit,
da 'k de dieven er van steeds In de gaten
houw, al is 't maar in 'nen winkel mee 'nen
„stompzinnigen kerstboom".
'n Bietje meer stompzinnigheid, 'n bietje
minder scherpzinnigheid, wa zou't mensch-
dom veul gelukkiger en veul vrediger gestemd
zijn in deus moeilijke weareld, mee de zware
groentenwagels, die we allemaal te douwen
hebben! Ok descherpzinnige gladjanus-
sen!
Amico vol. Veul groeten van Trui en as al
tij gin horke minder van oewen
toet a voe
DR6.