ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN MET ELKANDER VOOR EEN ANDER! Zoo'n erge Hoofdpijn? AKKER.CACHETS No. 9234 WOENSDAG 12 DECEMBER 1934 74e Jaargang Binnenland Buitenland Feuilleton De man van Nergenshuizen EERSTE BLAD Kerstinzameling door de Zeeuwsche Pers. "AKKERTJES" TER NEUZEN, 12 DECEMBER 1934. Bart®ten 'WW NEUZENSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen i. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar vI,,p Betgie en Amerika 2,overige ianden 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor bet buitenland alleen bij voorultbeta.ing. TTItgecfsterFirm a P. J. VAN BE SANDF. GIRO 38150 TELEFOON No. 25. ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,2O Kl.F.rvir. ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekeud. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tanef, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst Aon dag voor de nltgave. DIT BLAB VERSCHIJNT IEBEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND. kUVWRMim GU GU GU G1J wien niet de nood der tijden in zrjn greep genomen heeft die met wat minder, maar tocb nog behoorlijk leeft wien nog een kleine boterham voor het daag'.lijksch leven rest gij zijt de uitverkoor'nen hebt het in deez tijd nog best! Maar op U rust thans een dure - ja zeer dure Christenplicht 't Is het schenken van Uw gave die des and'ren last verlicht. ,,Met elkander voor een ander" dit zij krachtig onze wensch „Voor een ander met elkander" den verarmden medemensch! HA-VBE-WEE. Sedert de vorige opgave ontvingen wij in dank voor de a.s. Kerstgave alsnog de vol- gende giften voor TER NEUZEN N. N. 1,T. B. /2,50; Mevr. Wed. J. 2,50; M. M. /'5,—L. J. G. 10,—. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag. De beer Sneevliet (Rev. Soc.) vraagt verlof, de ministers van buitenlandsche zaken en defensie te interpelleeren over de zending van een contingent Nederlandsche troepen naar het Saargebied. Hierover zal heden worden beslist. Ahn de orde is de begrooting van Water- staat. De heer Van Braambeek (S.jD.) betoogt, dat de minister zoo goed als niets heeft ge- daan voor cobrdinatie van de verkeersmid- delen. De heer Van Dis (St. Ger.) komt ten be- hoeve van land- en tuinbouw op tegen ver- dere beperking van het vraehtautoverkeer. De beer Krijger (C.-H.klaagt over de sobere toelichting van de begrooting. Er is te weinig gedaan voor de oplossing van het verkeersvraagstuk. De heer Van Kempen lib.vraagt inlich- tingen over de benoeming van bureelambte- naren. De beer Ebels (V.-D.) bepleit aanleg van tertiaire wegen en dringt aan op beter bevaar- baarmaking van kanalen in Groningen. De heer Duymaer van Twist (A.-R.) sluit zich bij dit laatste aan. Bruggelden te beffen van de seheepvaart is cnbillijk. Auto's en vrachtwagens beschadigen het brugdek. Spr. dringt aan op afschaffing van soheiepvaart- redhten. De heer Drop (S.-D.) dringt er wederom op aan, rfialeving van oollectieve arbeidscon- tracten in bestekken verplicht te stellen. Minister Kalff acht het onbillijk hem te verwijten, dat hij nog niet kiaar is. De cen- trale commissie is nog maar een paar dagen oud. Vrachtauto's zullen niet door een on- billijke beperking worden getroffen. SCHERPER TOEZICHT OP DE CRISISORGANISATIES. Uit Den Haag wordt gemeld: Na de reorganisatie voor de verschillende provinciale landbouwcrisisorgaanisaties en van de hoofdcentrale heeft de minister van eco- nomische zaken thans de crisisaccountant- dienst opnieuw georganiseerd. Er zijn drie aparte afdeelingen gevormd. Deze reorgani satie zal het den minister mogelijk makien, om scherper toezicht op de crisis-instellingen uit te oefenen. DE NEDERLANDSCHE TROEPENMACHT NAAR HET SAARGEBIED. Naar wij vernemen heeft de Nederlandsche regeering definitief besloten gevolg te geven aan de uitnoodiging van den Raad van den Volkenbond om een Nedsrlandsch contingent te zenden voor een Internationale troepen- macht voor handhaving van de orde in het Saargebied v66r, tijdens en na de volks- stemming. Dit contingent zal bestaan uit mariniers met officieren en kader, ten ge- tale van pl.m. 250 man. Als vertegenwoor- diger van Nederland in het sub-comity, het welk binnen zoo kort mogelijken tijd maat- regelen zal moeten bestudeeren, betreffende organisatie en werkwijze van de intemationale troepenmacht en dienaangaande voorstellen zal moeten doen. is aangewezen generaal- majoor J. J. Baron van Voorst tot Voorst, commandant der 4e divisie. Hem zal verge- zellen de kapitein der mariniers W. A. J. Roelofsen. Bij de besprekingen van het sub- comity zal het tijdstip van het vertrek van het contingent naar het Saargebied omstreeks Kerstmis nader worden vastgesteld. De be- reidverklaring van Nederland zal ter kennis van den Volkenbond worden gebracht in de raadszitting, welke heden zal plaats vinden door onzen permanenten vdrtegenwoordiger bij den Volkenbond, den heer Mr. C. Ridder van Rappart, buitengewoon gezant en gevol- machtigd minister te Bern. Hi door VICTOR BRIDGES. (Nadruk verboden.) (Vervolg.) „Zoo, Milford, dat is een eigenaardige ma- nier van doen, voor een ziekie", zei ik. Hij leunde tegen den muur, om zich recht te houden en ik zag dat de voorkant van zijn nachthemd vol bloedvlekken was. „Ben je gewond?" vroeg ik eenigszins ver- schrikt. Hij sohudde zijn hoofd. „Neen, neen, mijn- heer. Dat bloed is van dien anderen man; zijn gelaat bloedde vreeselijk". Ik wendde mij tot de verpleegster, wie ik een nadere verklaring meende schuldig te zijn. „Het was een poging tot diefstal", zei ik brutaal. „Ik heb gisteren een nieuwen huis knecht in dienst genomen en hij moet hier met vooropgezette booze plannen gekomen zijn. Hoe bet ook zij, toen ik wakker werd, was hij in mijn kamer en ik liet mij natuurlijk niet onbetuigd. Ik veronderstel, dat U be- neden het leven gehoord heeft". De verpleegster, die over bijzonder veei zelfbeheersching scheen te bescbikken, knikte. „Mijn patient hoorde het", sprak zij, terwijl zij een sjaal om de schouders van Milford verschikte. „Ik trachtte hem in bed te hou den. doch tevergeefs. Hij duwde mij terzijde en v'oog zooals bij was de trap op. Het eenige, wat ik kon doen, was hem te volgen en de kaarsen aansteken. „U kon niets beters gedaan hebben", zei ik. ,God weet, wat er van ons geworden zou zrjn zonder die kaarsen. De booswicht heeft natuurlijk aan het electrisch licht geknoeid." „Ik was in de hal, toen U voorbij vloog. Toen U weg was, ben ik vlug naar boven ge- gaan en vond daar mijn patient, die op weg was U te volgen. Ik hoop dat ik er goed aan gedaan heb hem tegen te houden. Het scheen mij toe, dat U niet veel hulp noodig hadt. OOGST TE GENeVE. Men heeft, schrijft de N. R. Cnt., veel van den geest van Gen&ve gesproken en daarmede een voorstelling van blanke liefelijkheid ver- toonden gelijk de liefelijkheid der duiven. Maandag heeft Geneve weer eens voortreffe- lijk werk gedaan. De geest van Gen&ve heeft zich op zijn krachtiigst gemanifesteerd. Men moge dien geest dan, ook zoo nog liefelijk vinden, hij manifesteerde zich dan toch in een trant, zooals in het Hooglied te lezen staat: Ich ben swart doch lieflijck. De publieke ver- gadering van den Yolkenibondsraad heeft er weer eens toe geleid, overkropte diplomatdeke gemoederen gelegenheid te geven om in het openbaar uit te razen. Dit is nu juist de deugd van Geneve, dat dit geen onigelukken veroor- zaakt, maar integendeel ongelukken voor- komt. Wij komen steeds meer tot de overtui- ging nu bet eigenlijke geheim van Geneve te hebben ontdekt. Het overdreven prestigebe- grip der staten heeflt vroeger veel onheil ge- stidht. Volken zijn verbloed aan de duniheid van huid hunner ddplomaten. Te Genyve nu hebben die huiden, in den loop der jaren, door diiplomatie in de open lucht, een nuttig ver- harddngspraces ondergaan. Het is prachtig, wat zij nu reeds kunnen verdragen. De man- nen, die daar voor bun landen strijden, lijiken wel alien ,/verihoomde Siegfried's te zijn ge worden. Geneve als bad in drakenibloed, is dat niet een wonderbaar 1 ijke schoone, en siplintemieuwe formule Wij vragen er geen patent op. Niet openbare diplomatie, zooals Wilson heeft geiwild, is de methode van Geneve ge worden. Want er wordt daar met veel pleizier en ook met veel vrucht, in het geheim verga- derd. Maar: opembare aggressieve diplomatie dat is er de kuns.t. De rede, die Titulescu Maandag heeft ge- houden is daaivan een kras voorbeeld ge- weest. Hij is zijn Hongaarsche tegenstander op de felste wijze, tot in het persoonlijike toe, te lijf gegaan. Onze correspondent te Geneve heeft er, zooals vele aiidere toeschouwers, het hoofd bij geschud. „Titulescu toonde in deze opnieuw, toch geen volkomen gentleman te zijn", heeft hij gezegd. Wij zouden deze uit- spraak niet graag overnemen, omdat zij te weinig rekening houdt met zeden en gewoon- ten, die hun deugdelijkheid bewezen hebben, maar alleen afwijken van de zeden en ge- iwoonten, die een zeer welopgevoed Nederlan- der in zijn omgeving heeft geleerd. Vergelijkt men bet verschil der omstandigheden, heeft dan Barthou, tijdens de laatste bijeenkomst van het bureau van de ontwapeningsconfe- rentie, Sir John Simon en Henderson veel zachter behandeld? Het was niet in het open baar, dat moet erkenid worden, maar in de halve openbaariheid van gesloten vergaderin- gen, waaruit men ieder gesproken woord ver- nam. Dergelijike hartige taal schijnt toen de vnienidischap der heeren geen kwaad te heb ben gedaan. Men heeft Sir John Simon zijn hoffelijkheden soms meer kwalijk genomen dan Barthou zijn waarlijik schrdikwekkende loslippdgheid. Nu was Titulescu Maandag nog veel feller, maar de zaak was ook emstdger en eischte een nog krachtiger behanideling. De hevigste kanonnades zijn die, welke een aftocht moe ten dekken. Tibor von Eckhardt heeft zoo goed toegeluisterd, dat hij de liefelijkheden aan zijn adres wellicht ternauwemood heeft opgemerkt. Zie, dat is diplomatie, moderne diplomatie wel te verstaan. Het schudm van de branding liet hrj over zich* heenslaan. Maar wat was de krachit van het eigenlijke water? De Kleine Entente trok zich, gelijk onze cor respondent reeds heeft opgemerkt, terug uit het omhoudlbare voorterrein van de recht- streeksche beschuldigingen van medeplichtig- heid tegen het officieele Hongarije, achter het veel veiliger gedekte verwijt, dat onder- geschdikte overtoeidsorganen medewerking hadiden verleend, en dat deze organen van boven af, ondanks alle vertoogen van Zuid- Slavischen kant, te weinig in toom waren gehouden. Titulescu mocht nog zoo fel zijn, dit was de voor de Hongaren verzoenende beteekenis van zijn rede. Er is dus dit gebeurd: Zudd-Slavie beeft een heel erge aanklacht ingediend, waarvoor het geen bewijs vermocht te leveren. Honga rije heeft daartegenover een onschuld voor- gewend, waarvan het niemand innerlijk kon overtuigen. Dat waren de twee uitgangspun- ten. Zijn beiden zoover gegaan, om elkaar ergens in het midden te kunnen ontmoeten? Daar is het nu op neer gkomen. Ieder heeft zijn zin gekregen. Nadat Jeftitsj erin was ge- slaagd, eindelijk den toorn van zijn landgenoo- j ten, zooals de buitenlandsche politdek dat eischte, van Italie af te leiden en op Honga rije te concentreeren, stelde die concentratie aan hem dan ook bijzondere eisohen van ver- toon van felheid. De kracht van dien gecon- centreerden toom is Jeftitsj uit de handen ge- glipt. Wij hadden ondershandis reeds ver- nomen, dat niemand erger geschrokken is van de uitzetting van Hongaren, uit Zuid-Slavie dan hij zelf, die niets van dergelijke plannen geweten had. Hij moest dat ongedaan ma ken, maar mocht vooral zelf te Genfeve niet in felheid tekort sohieten. De Kleine Entente vocht om haar bestaan. Zou Jeftitsj de zijnen niet kunnen bevredigen, of zouden die het gevoel krijgen door hun beide bondgenooten in de steek te zijn ge- laten, dan had de oude vrees van koning Natuurlijk heeft U er goed aan gedaan", zei ik. Daarop richtte ik mij tot Milford en legde mijn hand op zijn schouder. „Je bent een trouwe vriend", vervolgde ik, ,,maar je bent een Iastige patient. Je moet nu dadelijk naar bed gaan." Hij glimlachte flauwtjes, doch gaf geen antwoord. Ik hielp hem opstaan en onder- steunde hem met mijn arm, waama wij lang- zaam de trap afgingen; de verpleegster volg- de ons. Juist toen wij beneden kwamen, ging het electrisch licht aan en zagen wij het kamermeisje. „Wij hebben het gevonden, mijnheer", sprak zij; ,,de hoofdschakelaar was omgedraaid." ,,Zoo, dan is het weer in orde", zei ik. „Ga maar gauw naar bed en de keukenmeid ook. Er is nu niets meer aan de hand. Het was alleen maar een poging tot diefstal van den nieuwen huisknecht. Hij is nu gevlucht en wij kunnen voor morgen toch niets meer doen." Eenige minuten later, nadat ik Milford in bed gebracht en in de zorg van de verpleeg ster had aanbevolen, ging ik terug naar de hal, waar ik de deuren grendelde en de kaar sen benevens het electrisch licht uitdeed. Mijn bezoeker had overal op het tapijt sporen van bloed achtergelaten en ik zag op de trap overal vlekken van dezelfde vloeistof, waaruit duidelijk bleek, dat zijn kennismaking met mjjn kunstvoorwerp even degelijk als kort was geweest. Eenigszins voldaan over deze ontdekking, keerde ik naar mijn kamer terug en sloot, na het licht opgedraaid te hebben, de deur. Er heerschte een vermakelrjke verwarring, want behalve een mengeling van stookgereedschap, gebroken glas, en fragmenten van een schil- derjj, lag de omver geworpen tafel, plus al wat er op had gestaan, kwistig over den grand verspreid. Zoo goed en kwaad als het ging, raapte ik de verschillende voorwerpen op, daama be- schouwde ik met eenige belangstelling de plaatsen welke door de nuttelooze aanvallen van mijn bezoeker waren geraakt. Welk wapen hij had gehanteerd, was niet met zekerheid te zeggen, maar gezien de souve nirs welke het had achtergelaten, leek het mij iets te zijn, als een houweel. Mijn hoofd- kussen was letterlijk in tweeen gekloofd, ter wijl het gat in den muur mij met een gevoel van dankbaarheid vervulde, dat mijn hoofd opdat oogenblik niet op die plaats was ge weest. Na die fragmenten van de straat, welke zich aan mijn bloote voeten hadden vastgehecht te hebben verwijderd, ging ik naar bed, keer de mijn kussen op de andere zijde en trok de dekens over mjj heen. Ik liet bet licht overal branden, want het in donker slapen had opgehouden eenige be- koring op mij uit te oefenen. Daama stopte ik mijzelf nog eens goed toe en legde mij met het aangename gevoel van een welbesteden dag, ter ruste. Binnen vijf minuten sliep ik als een marmot. Een flinke, korte lichaamsoefening in de eerste nachtelijke uren, moet, dunkt mij, een uitstekende maatregel voor de gezondheid zrjn. In ieder geval, zoo veel is zeker, dat ik den volgenden morgen frisch en vroolijk wak ker werd en aan het ontbijt een eetlust aan den dag legde, welke die, van den vorigen dag verre overtrof. Mijn gestel heeft altijd behoefte gevoeld aan toevallige opwinding en het had er alien schijn van, dat ik bij de grap. welke ik had ondemomen, weinig kans had, van deze luxe gespeend te worden. Het spijt mij te moeten zeggen, dat het knappe kamermeisje in dit opzicht minder gelukkig was. Toen zij mij wekte, was ik te slaperig, om haar gade te slaan, doch later bij het ontbijt, toen zij de eieren en ham bin- nenbracht, merkte ik, dat zij zwarte kringen om haar oogen had en een algemeene uit- drukking, die aantoonde, dat zij een slechten nacht had gehad. „Ik vrees, dat je niet al te best hebt ge- slapen", zed ik. Zij schudde haar hoofd. Ik heb geen oog dicht gehad vannacht en de keukenmeid ook niet", antwoordde zij eenigszins verwijtend. ,rDat spijt me", zei ik; ,,jelui moeten van- avond maar vroeg naar bed gaan, om je schade in te halen. Heb je al gehoord, hoe het met Milford is?" De laatste woorden waren nauwelijks over Alexander voor het bestaan van het bonidge- nootschap wel eens bewaarheid ktmnen wor den. Maar Benesj, en ook Titulescu hebben hun best gedaan. Zoo is het te begrijpen dat Titulescu, juist toen hij dinigen ging zeggen weermede de Hongaren tenslotte vrede kon- den nemen, feller dan ooit gefulmineerd heeft. Het slot is bevredigend geweest, werkelijk bevrediigend. Hongarije zal nu achteraf nog eens een onderzoek gaan instellen of er ten- opzichte van Janika Puszta, en de dingen, die daarmede verband houden, tocb eigenlijk niet door zekere ins tan ties te kort geschoten is. Wat daarbij te voorschijn komt, doet er min der toe, als dirt onderzoek maar een waar- schuwing aan de betrokkenen is voor de toe- komst. Er moet een einde komen aan deze dingen, en niet alleen in Hongarije. Men gaat de kwestie nu intematdonaal behandelen. Dit was ook noodig, daar de nieuwe omstandig heden nieuwe maatregelen eischen. Aan dat begunstigen door de eene regeering van ge- konkel in haar gebied tegen andere regeerin- gen, moet een einde komen. Daarover zullen tenslotte alien te Geneve het wel eens zijn geweest. De moord op koning Alexander is een effect van dit stelsel geweest, waarvan alle betrokkenen blijkbaar zeer geschrokken zijn. Maar het africhten van terroristen ge- schiedt nu eemmaal gewoonlijk niet met het voomemen, geen misdaden te begaan. Zooals gezegd, voor den Volkenbond is dit een mooi succes geweest, het tweede binnen korten tijd, nadat men een week te voren de Saarkwestie tot algemeene tevredenheid haar girtanden had uitgetrokken. In September was algemeen onder de toeschouwers te Ge neve de indruk gewekt, dat de Volkenbond op grand van „nieuwe zakelijkheid", over zijn ergste crisis heen raakte. Als het iemand of iets goed gaat, dan komt gewoonlijk alles tegelijk, zooals ook in het tegenovergestelde geval. Men moest b.v. constateeren, dat in vele jaren de contributies en achterstallige gelden niet zoo goed waren binnengekomen, als in dezen berfst. Nu heeft men, volgens de nieuwe methode van ruige diplomatie der par- tijen, en vriendelijk gesehik en geplooi van de niet rechtstreeks betrokkenen, gevaarlijke kwesties voorloopig op orde gebracht. President Wilson heeft wel kunnen vermoe- den, waar zijn schepping g>ed voor kon zijn. Hoe zij dat zou kunnen bereiken, daarvan heeft hij minder een vermoeden kunnen hebben ROOSEVELT EN DE STRIJD TEGEN HET BANDIETISME. In een vergadering ter bestrijding van de misdaad in de Vereenigde Staten, waaraan cieelnameti gouverneurs van Amerikaansche staten, talrijke burgemeesters, advocaten en commissarissen van politie, heeft president Roosevelt gesproken. Hij drong aan op samenwerking tusschen alle autoritelten van het land en van de af- zonderlijke staten, alsmede de steun aan alle burgers, inclusief de jeugd. De misdadigers, aldus de president, zijn soms beter uitgerust en georganiseerd, dan de autoriteiten. De sterke toeneming der misdaden is een teeken van de sociale wanorde. Roosevelt gaf vervolgens een overzicht van de ernstige misdaden die gepleegd zijn en zeide, dat de gevallen van lynch-justitie niet meer tot een enkel deel des lands beperkt bleven. De vergadering werd bijgewoond door tal rijke vertegenwoordigers van het onderwijs, alsmede door leden der Amerikaansche vrou- wenbcnden. mijn lippen, toen ik de auto van dr. Ritchie voor mijn huis zag stilhouden, waar de ge- neesheer zelf uitstapte. „Daar is de dokter", riep ik, van tafel op- staande. „Vraag, of de dokter even binnen wil komen." Zij ging been en ik hoorde haar de deur open doen. Een minuut later trad de dokter binnen, gekleed in onberispelijke grijize jas en zijn hoogen zijden hoed in zijn hand. „Goeden morgen, mijnheer Northcote", sprak hij, terwijl hij mij zijn hand toestak, welke ik hartelijk schudde. ,,En hoe is het van morgen met den patient?" „Om dien reden, dokter, heb ik juist ver- zocht U eerst te spreken, alvorens U hem bezoekt. Wij hebben een avontuurlijken nacht beleefd." Hij trok zijn wenkbrauwen vragender wijze omho-og en ik vertelde hem nu zonder blikken of blozen, dezelfde leugen, welke reeds voor de verpleegster bad dienst gedaan. „Het was inbraak, of liever poging tot in- braak", zei ik. „Ik had ter vervanging van Milford een anderen huisknecht gehuurd. Ik werd vannacht wakker en zag hem in mijn kamer, terwijl hij bezig was aan mijn bureau." (Deze laatste omstandigheid, meende ik, was zeer gelukkig gekozen.) „Wel allemachtig!" riep de dokter ver- schrikt. Natuurlijk greep ik hem", vervolgde ik, „maar hij maakte ongelukkigerwijze zoo'n kabaal, dat Milford er wakker van werd. Niettegenstaande het verbod van de verpleeg ster. wilde de kranige man met alle geweld naar boven en juist toen bij boven op de gang kwam, ontsnapte de dief aan mijn greep en vloog naar de deur. Er ontstond een worste- ling op de gang en Milford raakte onder den voet." „Genadige hemel", riep de dokter. ,,Had hij letsel bekomen!" „Neen", zei ik, „en dat is juist het eigen aardige van het geval. Wetende hoe ziek hij was, verwachtte ik hem dood te vinden, maar juist het tegenovergestelde was het geval, hj scheen er niet het minst last van te hebben. Binnen een kwartier kunl Ge die vergelen zijn en U als herboren voelen door een of twee van die (aikker Volgens recept van Apotheker Dumont EMERITAAT. Ds. S. Groeneveld, predikant bij de Geref. Kerk te Ter Neuzen, heeft tegen 1 Juli a.s. eervol emeritaat aatigevraagd en verkregen. HULPPREDIKER VOOR SLUISKIL De kerkeraad der Ned. Herv. Gem. heeft tot hulpprediker benoemd voor 't werk te Sluiskil, de heer H. J. Plaggemars, theol. kand. te Zutfen. Deze zal op Zondag 23 Dec. D.V. ingeleid worden tot zijn werk. In ver band hiermee zal de heer Dek z'n werk neer- leggen. A.s. Zondagmiddag zal hij in Sluiskil 'n af- scheidswoord spreken. BEDRIJFSONGEVAL. Hedenmorgen is de 60-jarige werkmcm W. L., werkzaam in de kimstmest aan de dokken, doordat een laadbak naar beneden viel, daaronder terecht gekomen, waarbij hij inwendig werd gekneusd. Zijn collega's wis- ten hem spoedig uit zijn benarde positie te bevrijden. Per auto is hij naar zijn woning vervoerd. HET 40-JARIG AMBTSJUBILEUM VAN DS. S. GROENEVELD. Na een zeer druk bezochte receptie op Maandag 11 December in het gymnastiek- lokaal van de M.U.L.O.-school, was het gisteren wel een hoogdag voor den jubileeren- den predikant van de Gereformeerde Kerk, Ds S. Groeneveld. Veleei waren in het kerk- gebouw aanwezig om met hun Herder en Leeraar God te danken voor wat Hij in Zijn gunst aan predikant en gemeente schonk. Toen wij in het kerkgebouw kwamen, wer- den we al dadelijk getroffen door den bijzon- deren aanblik die het podium te aanschouwen gaf. Men had er de familie Groeneveld danig „in de bloemetjes gezet", zoowel met praehtigie bloemstukken van zijn kerkeraad en die van zijn vorige gemeente Oenkerk, als van parti- culieren. De leiding van dezen avond berusbte bij den heer M. van der Gouwe, ouderling, die, nadat de bijeenkomst was geopend met het zingen van Ps. 135 1 en 12 en voorlezing van Ps. 138, voorging in gebed. In welgekozen woorden richtte deze zich toen tot den jubilaris en zijn familie, zijn blijdschap uitende om het vele goede uit Gods hand ontvangen. Van de 40 jaar ambtsbedie- ning mocht de jubilaris er ruim 18% in Ter Neuzen arbeiden. Er zijn banden gelegd tusschen jubilaris en gemeente, banden, welke des te meer gevoeld worden nu de tijd nadert, dat eerstgenoemde zijn werk zal neer- leggen, wijl hrj met ingang van 1 Juli 1935 eervol emeritaat heeft aangevraagd en ver kregen. Als eerste in de rij der sprekers trad nu Ritchie knikte. ,,'t Is zeer goed mogelijk", zei hij. ,,Een of andere schok is misschien juist datgene. wat hij noodig had, alhoewel het een paardenmiddel is en zeer gewaagd. En waar is de dief gebleven?" „Die is, jammer genoeg, ontsnapt", zei ik. ,,'t Is een buitengewoon geval, omdat ik hem door bemiddeling van Seagrave heb gekregen. en de getuigen uitstekend waren. Ik ga er nu direct heen om mijn beklag te doen." ,,Dat zou ik zeker", zei Ritchie en wat meer is, ik zou de zaak in handen van de politie geven." ,,Dat zal ik zeker", zei ik hartelijk instem- mend, ofschoon dit het laatste was, wat ik van plan was te doen. En met dit extra leu- gentje ging ik den geneesheer voor naar be neden. Het nachtelijk avontuur scheen in het ge- heel geen nadeelige uitwerking op hem ge had te hebben, want wij vcnden den dapperen Milford in bed opzitten, bezig met veel eet lust een bord broodpap te verwerken. „Zoo, Milford", zei ik, ,,dat ziet er boopvol uit." De trouwe kerel grinnikte. „Ik gevoel mij werkelijk veel beter vandaag, mijnheer, ik ge- loof, dat ik wel kan opstaan en weer aan het werk gaan." ,,Ik weet niet, wat ik er van denken moet", lachte de dokter, ,,maar het schijnt, dat jouw gestel behoefte heeft om met inbrekers te worstelen, laat mij je pols eens voelen." De verpleegster, die inmiddels het Iedige bord had weggenomen, decide mede, dat de patient direct nadat hij naar bed was ge bracht in slaap was gevallen en gedurende den nacht geen enkele maal was wakker ge worden. „0, hij is ontegenzeggelijk veel beter", ver- klaarde de dokter. „Ik geloof werkelijk, dat bet hem goed zal doen, als hij opstaat. Na tuurlijk moet hij de eerste paar dagen rust houden, maar overlgens kunnen wij hem voor genezen beschouwen. Als ik in bet vervolg weer zoo'n twijfelaohtig geval moet behande len, zal ik 's nachts een inbreker zenden." (Wordt vervolgd.i

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1934 | | pagina 1