ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
OooecuascA on uaat
itb peobaadk
N00RD-STE
Tk
BEST
BILLIJK/
No. 9220
VRIJDAG 9 NOVEMBER 1934
74e Jaargang
m
Binnenland
Feuilleton
De man van Nergenshuizen
EERSTE BLAD
Borgemesster en Wethouders van TER NEUZEN
N EUZENSCH E
ABONNKMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen J 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
ir. per post f 1,55 per 3 maanden Eg vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige ianden 2,35 per I
AbonnemenT en voor het bultenland alleen bij vooruitbetaling.
maanden fr. per post
CltgeefsterFtnna P. J. VAN DE 8A.VOK
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0.20,
Ki i ixi, ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrqgbaar Is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de nitgave.
DET BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAA ONI).
doen te weten, dat door de Raad dier gerneen-
te in zijn vergadering van den 30 Augustus
1934 is vastgesteld de volgemde verordening
VERORDENING krachtens artikel 31
duodecies, Par. 2, tweede lid, der
wet op de personeele belasting 1896.
Artikel 1.
tte perceelen of gedeelten van perceelen,
ulbsluitend dienemde tot uitoefening van het
bedrijf van houder van een koffiehuis, restau
rant of andere inricbting tot het gebruiken
van epijzen en dranken tegen betaling wor
den, met toepassing van het bepaalde in
artikel 31 duodecies, Par. 2, tweede lid, der
wet op de personeele belasting 1896, voor deze
germeente gelijkgesteld met perceelen of ge
deelten van perceelen, vallende onder artikel
IS, Par. 3, eerste lid, letter a dier wet.
Artikel 2.
Deze verordening treedt in werking met
tngitng van het belastingjaar 1935.
Vastgesteld door den Raad der gemeente
Ter Neuzen in de openbare vergadering van
30 Augustus 1934.
(get.) J. HUIZINGA, Voorzitter.
(get.) B. I. ZONNEVULLE, Secretaris.
Zijnde aan deze verordening goedkeuring
verleend bij Koninklijk Besluit van 16 October
1934, no. 18. En is hiervan afkondiging ge-
schied waar bet behoort den 9 November 1934.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
HENDERWET.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN brengen ter openbare kennis, dat
ter Gemeente-Secretarie ter inzage ligt een
verzoek met bijlagen van de Gebr. W. S. en
S. W. VERLINDE alhier om vergunning tot
het uitbreiden van hun smederij-werkplaats
in het perceel kadastraal bekend in Sectie L.
No. 2343, gelegen aan de Schoolweg no. 11,
alhier.
Op Dinsdag 20 November a.s., des na-
middags te drie uur, zal in het Gemeentehuis
gelegenheid bestaan om bezwaren tegen de
inwilliging van dit verzoek in te brengen en
deze mon deling en schriftelijk toe te lichten.
Zoowel de verzoeker, als zij die bezwaren
hebben, kunnen gedurende drie dagen, voor het
bovengemelde tijdstip, ter Secretarie der ge
meente kennis nemen van de ter zake inge-
komen schrifturen.
De aandacht van belanghebbenden wordt er
op gevestigd, dat volgens de bestaande juris-
prudentie niet tot beroep gerechtigd zrjn, zij,
die niet overeenkomstig artikel 7 der Hinder-
wet op den bovenbepaalden dag voor bet ge-
meentebestuur zijn verschenen, teneinde hunne
bezwaren mondeling toe te lichten.
Ter Neuzen, 6 November 1934.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
Voortgezet worden de algemeene beschou-
wjngen over de rijksbegrooting voor 1935.
De heer Arts (r.-k.) betoogt, dat het beleid
der regeering een fiasco is. Spr. wenscht op-
heffing van het bankgeheim, van cumulatie
van inkomens en heffing ineens, een prernie-
leening van 200 millioen met langen looptijd.
De heer De Geer (c.-h.) constateert, dat er
in de nationaal-socialistische beweging steeds
meer verdeeldheid heerscht en dat er een
nationale opleving is. Ondanks den oecono-
mischen nood is onze staatkundige toestand
relatief gezond. De uitsluiting van de N.S.B.
uit rijksbetrekkingen behoort te worden opge-
heven zoodra deze legale wegen bewandelt.
De leuze zij: Trouw aan de vrijheid tot in de
N.S.B.
De Tweede Kamer heeft het wetsontwerp
tot wijziging van de Ziektewet z. h. s. aan-
genomen.
EEN DIRECTEUR-GENERAAL VAN DEN
I.ANT) BO l"W.
Eenige maanden geleden is op het departe-
ment van economische zaken een scheiding
aangebracht tusschen den crisisarbeid en den
niet-crisis arbeid in den landbouw. De mi
nister heeft den crisisarbeid opgedragen aan
het college van regeeringsoommissarissen
onder voorzitterschap van den secretaris-
generaal van het departement. De directie
van den landbouw behartigt den niet-crisis
arbeid.
Deze werkverdeeling, die noodzakelijk is
geworden door de groote uitgebreidheid van
het te verrichten werk, heeft een alleszins
bevredigend resultaat opgeleverd. Op de
directie van den landbouw evenwel ontbrak
de directeur-generaal. Het ligt in het voor-
nemen van den minister om daartoe de be-
noeming te bevorderen van den heer ir. A. L.
H. Roebroek, lid van de directie der Wierin-
germeerpolder te Alkmaar.
DE ACHTERUITGANG VAN DE
INKOMENS.
Blijkens de Statistdsche Mededeelingen
(No. 9) uitgegeven door het Bureau van Sta-
tistiek der gemeente Amsterdam is, verge-
leken bij 19301931, het toaal der inkomens
in 1933-'34, achteruitgegaan met 210.458.900.
Het totale bedrag aan hoofdsom en opcen-
ten, dat in het gemeentefonds dvordt gestort,
bedroeg 11.317.021,26. Het is, ondanks de
heffing der opcenten lager dan het in 1931-'32
geheven bedrag van 11.786.870,35, doch dank
zij dien opcenten, hooger dan dat van 1932-'33
10.095.436,20).
Het bedrag der door het Rrjk voor de
gemeente geinde opcenten ging achteruit van
7.457.735,01 over 1932-'33 tot 6.541.498,71
over 1933-'34, niettegenstaande het aantal
daarvan, dat voor 1932-'33 74 bedroeg, voor
1933-'34 tot 78 werd verhoogd.
DE STEUN UIT WERKLOOZENKASSEN.
Een nieuwe regeling.
Ingevolge artikel 7 van de steunregeling
moeten, wanneer in een gezin, waarvan de
kostwinner steun trekt, een of m66r leden
uitkeering uit een werkloozenkas ontvangen,
deze uitkeeringen als inkomsten niet uit ar
beid verkregen, ten voile op het steunbedrag
van den kostwinner in mindering gebracht
worden.
Daar de hier bedoelde gezinsleden, wanneer
ze uit een werkloozenkas trekken, in den
regel de bijdrage voor die kas moeten beta-
len, heeft een aftrek op den steun tot het
voile bedrag der kasuitkeering tot gevolg, dat
aan het gezin minder steun ten goede komt,
dan wanneer daarin geen leden waren, die zich
hebben verzekerd tegen de geldelijke gevol-
gen van werkloosheid. Om dit nu te voor-
komen, heeft de Minister van Sociale Zaken
bepaald, aldus de „N. R. Crt.", dat voortaan
op den steun van den kostwinner van een gezin
waarvan een of meer inwonende leden uit-
5)
door
VICTOR BRIDGES.
(Nadruk verboden.)
(Vervolg.
„Mijn ondervinding als vervalscher is zeer
beperkt", lachte ik, „maar ik geloof dat het
met een beetje oefenen wel zal lukken. Wat
Is U van plan zelf met uw geld te doen?"
lachte.
,jk heb reeds eenigen tijd geleden mijn
maatregelen genomen. Ik heb alleen maar
gewacht op de gelegenheid, ze in practijk te
brengen".
Er werd aan de deur geklopt.
Northcote stak het chequeboek in zijn zak
en liep dwars door de kamer naar de deur,
waama hq den sieutel omdraaide. De ober-
kellner kwam binnen en bleef met een ver-
omtschuldigende buiging op de mat staan.
„Iklkwam even vragen, of U nog iets noodig
heeft, mijnheer".
„Ik geloof het niet", antwoordde Northcote
op kouden toon. „Of ja, geef mij de nota
maar. Ik veronderstel", vervolgde hq, „dat
er geen bezwaar bestaat, om deze kamer nog
een poosje te gebruiken. Wij moeten nog
eenige zaken afdoen".
De ober boog. „Zeker niet, mijnheer. Om
half een behoeven wij pas te sluiten en zelfs
daama kunt U nog van een slaapkamer ge-
bruik maken".
„Dan hebben wij nog tijd in overvloed",
onderbrak hem Northcote.
Hij nam een bankbiljet van 5 pond en gaf
het den kellner, wiens aanbod, het te gaan
wisselen, door een onverschillig handgebaar
werd afgewezen. Bijna stom van verrassing
aver deze koninklijke fooi, mamipelde de man
eenige onverstaanbare woorden van dank en
keeringen uit een werkloozenkas ontvangen.
niet meer de voile kas-uitkeeringen over de
betrokken week, doch de kasuitkeeringen,
verminderd met een bedrag van 50 cent per
week, moeten worden gekort.
Om practische redenen is de bijdrage voor
alle werkloozenkassen ^epaald op 50 cent per
week, terwijl de kc^tlng niet zal plaats-
vinden voor de weken, waarin de betrokken
arbeiders van de betaling van de bijdrage
voor de werkloozenkas zijn vrijgesteld.
Steunuitkeeringen leden seizoen-
kassen.
Bepaalde groepen van tegen werkloosheid
verzekerden kunnen slechts gedurende een ge-
deelte van het jaar uit hun werkloozenkas
trekken (landarbeiders, steenfabrieks-arbei-
ders, enz.). Het betreft hier de z.g. seizoen-
kassen. Nu kan het voorkomen, dat een tot
deze groepen behoorende arbeider, doordat hij
in de uitkeeringsperiode in het vrije bedrijf
heeft gewerkt, niet uitgetrokken geraakt, om-
dat hij niet over het maximum-aantal dagen
uitkeering uit de werkloozenkas kon beschik-
ken. Tot dusverre werden genoemde werk-
loozen niet als uitgetrokkenen gesteund, maar
als nog niet-trekgerechtigden. De Minister
van Sociale Zaken heeft nu aan de gemeente-
besturen medegedeeld, dat hij heeft goedge-
vonden, dat de tot de hierboven bedoelde
groepen behoorende arbeiders, die, doordat
hij tijdens de uitkeeringsperiode hunner werk
loozenkas in het vrije bedrijf hebben gewerkt,
niet uitgetrokken zrjn geraakt, bij de steum-
verleening als uitgetrokkenen worden be-
schouwd, althans voor zoqver zij daarvoor
volgens de thans geldende bdpalingen in aan-
merking komen. Is hetlaatste niet het ge-
val, dan dient de ondersteuning te geschieden
volgens het tarief van, steunverleening voor
de dubbeluitgetrokkenec.
NEDERLANDERS IN SAARGEBIED.
Naar gemeld wordt is bjj de Nederlandsche
regeering een verzoek van den Volkenbond
ingekomen om een voordracht in te dienen met
namen van Nederlanders die eventueel be-
noemd zullen worden tot voorzitter van een
stembureau tijdens het Saarplebiseiet. In elke
gemeente in het Saargebied zal een stem-
burau worden gevestigd, terwijl in de groote
gemeenten mddr stembureaux in functie zullen
zijn. In totaal zijn dngeveer 800 voorzitters
noodig. Hiervan zoU Nederland er een paar
honderd mogen leveren.
Op het oogenblik is overleg gaande tusschen
het departement van Buitenlandsche Zaken
en dat van Binnenlandsche Zaken tot het op-
maken van de gevraSTgde .voordracht. In de
eerste plaats zullen die Nederlanders in aan-
merking worden gebracht;, die op dit gebied
ervaring hebben.
DE „UIVER" TE ^OERABAJA
AANGEKDMEN-
a-net a seinde Woensdag uit Soerabaja.
Hedenmorgen te 10 uur 17 kwam de ,,Uiver"
te Soerabaja aan. De 1 belangstelling op het
vliegveld was overweldigend.
Het enthousiasme van het publiek bij den
terugkeer na de roemrijike LondenMelbour-
ne-vlucht was, zoo mogelijk, nog grooter dan
bij de eerste landing van de winnaars van de
handicap-race op Indischen bodem, op de uit-
reis te Tjililitan, eenige weken geleden.
Van de ochtendschemering af had de politie
handen vol werk om de duizenden en duizen-
den die uit het met vlaggen getooide Soera
baja en uit de omgeving waren aangekomen,
in bedwang te houden. Met alle mogelijke
verkeersmiddelen was de menigte naar het
vliegveld Darmo getogen en de bewaarders
der orde moesten alles in het werk stellen om
het verkeer langs de smalle paden, die naar
het vliegveld leiden, zoo geregeld mogelijk te
doen plaats hebben. De meeste winkels en
kantoren waren gesloten en ook de school-
jeugd had vrij-af. Verder waren uit de om-
liggende plaatsen duizenden naar Soerabaja
getrokken.
Bijna alle uittrekkenden waren gewapend
met speciale „Uiver-vlaggetjes", welke ten
bate van de werkloozen werden verkocht.
Ook het vliegveld Darmo zelf had een
uiterst feestelijk aanzien; de Marine-kapel
speelde vroolijke wijsjes en een half uur voor
de aankomst stonden langs alle zijden van het
Darmo-aerodroom dichte hagen van menscher
zoowel uit de Europeesche, Inheemsche als
uit alle andere bevolkingsgroepen.
Alle militaire, burgerlijke, plaatselijke en
andere autorite,iten waren aanwezig. De Gou-
i verneur van Oost-Java was door ziekte ver-
1 hinderd.
Aanvamkelijk dreigde de feestvreugde ver-
stoord te worden door de dikke regendruppels,
die uit grijze wolkenmassa's nederdaalden,
later aangroeiend tot een kletterende tropi-
sche regenbui, doch tegen den tijd van aan
komst klaarde de lucht op en lokte een frisch
briesje het vriendelijk zonnetje terug.
Wat men op Tjililitan had beleefd gebeurde
ook op het vliegveld Darmo: Ieder vogeltje,
dat uit de verte kwam aanvliegen, werd voor
de „Uiver" aangezien, hetgeen telkens een
luid gejuich van de menschenzee ontlokte.
Op het terrein stonden 520 politie-ndannen
gereed om onmiddellijk na aankomst een cor
don te trekken, terwijl voor eventueele moge-
lijkheden nog mariniers in reserve waren ge-
houden. i A
De „Uiver' In zicht.
Om 10 uur 10 Java-tijd kwam de grijze
vogel in zicht, om echter spoedig weer met
groote snelheid in de richting .van het cen
trum der stad te verdwijnen. Vijf minuten
later kwam de „Uiver" weer terug, maakte
eenige eere-rondjes boven het vliegveld om
vervolgens op majestueuze wijze te ianden.
Toen Parmentier zijn tosstel langzaam over
het veld liet taxien en aan de grens van het
terrein tot stilstand bracht, barstte een or-
kaan van enthousiasme los.
Het publiek was door het dolle heen. Men
juichte, sprong en danste.
De vrees, dat de militaire en politioneele
afzetting de ontstuimig opdringende menigte
niet lang zou kunnen houden, werd spoedig
bewaarheid. Het cordon van 520 politie-man-
P
TOt 30 NOVEMBER 1934 ONTVANGT U,
TEGEN INLEVERING VAN 60*VO.ORZIJDEN VAN
PRESTO-PAKJES AAN ONS ADRES TE AMERS
FOORT, GRATIS EEN PRACTISCH GESCHENK
vertrok geruischloos als een geest. North
cote deed de deur weer op slot en keerde naar
de tafel terug.
„Ik hen klaar", zei hij kortaf.
In een oogwenk had ik mijn kleeren uit en
zijne aan. Behalve zijn mooie schoenen, die
een half nummer te klein waren, paste alles
buitengewoon; het zat alles als aan mijn lijf
gegoten. Toen ik klaar was beschouwde ik
mij zelf met niet weinig voldoening in den
spiegel. Voor zoover ik kon oordeelen was
de gelijkenis misleidend juist.
Northcote, die inmiddels mijn verschoten
blauwe jas had aangetrokken, vertoonde
dezelfde merkwaardige verandering. Hij was
hetzelfde beeld, dat ik elken morgen in mijn
spiegel boven de waschtafel zag. Ik ging naar
de tafel en schonk twee glaasjes van den
heerlijken brandy in.
„Op onze verdwijning", zei ik.
Northcote deed mijn toast bescheid en dronk
het glaasje leeg; daama overhandigde hij mij
het chequeboek en zijn huissleutel. Ik stak
een en ander in mijn zakken met de bank-
biljetten.
De laatste woorden van Voltaire schoten mij
onwiliekeurig te binnen: ,,En nu naar het
groote onbekende", zei ik vToolijk.
„Wij zouden er beter aan doen, niet tegelijk
hier vandaan te gaan'', zei Northcote.
Vervolgens zweeg hij eenige oogenblikken.
„Goeden dag", sprak hij dan. ,,Ik veronder
stel niet, dat wq elkaar ooit zullen wederzien".
Ik nam de lange gele regenjas van de sofa,
legde haar over mijn arm en stapte naar de
i deur; toen draaide ik den sleteul om en keer-
de mij naar mijn idubbelganger. Northcote
stond nog op dezelfde plaats, met over elkaar
gestagen armen en dien vreemden, vreugde-
loozen glimlach op zijn gelaat.
„Goeden dag", zei ik, „en leef gelukkig".
Dan verliet ik het vertrek en sloot de deur
achter mq.
Ik wandelde bedaard door de lange gang
van het hotel en berikte den ingang, waardoor
ik binnen was gekomen. Een man in livrei.
die als portier dienst deed, trad op mij toe en
vroeg beleefd:
Wenscht U een taxi, mijnheer?"
)yJa", zei ik „dat is goed".
Hij ging even in zijn glazen hokje, om de
taxi-standplaats oip te bellen en binnen twee
minuten stond het voertuig voor de deur.
Ik gevoelde mij in het geheei niet opga-
wonden, ofschoon mijn hart iets sneller klopte
dan gewoonlijk. Dit was in elk geval een
aangenamer bezigheid dan kapitalisten bezoe-
ken of langs het aok slenteren, om een vrijen
overtocht naar Amerika te krqgen. Toen ik
instapte, gaf ik den portier een shilling en
den chauffeur het adres in Park-Lane; dan
aette ik mij welgemoed in de gemakkelijke
kussens.
Ziezoo, nu begon het spel, daar was geen
twijfel aan. Tenzij ik mijn gegeven woord
aan Northcote brak, zou ik den eersten tijd
in zoo'n o,pwindend:e geschiedenis gewikkeld
worden, als de meest ondememende geest
maar kon verlangen. Bebalve het aangename
vooruitzicht van een mes tusschen mijn rib,ben j
te huisvesten, stond ik voor de kollosale taak,
mqzelven drie weken lang onder de identiteit
van een ander schuil te houden. Toen kwam
de gedachte bij mij op aan de mogelijkheid, j
dat Northcote een krankzinnige zou zijn, of
dat hij zich ten mijnen koste een misplaatste
grap had veroorloofd. Ik liet het geheele
onderhoud nog eens, van het begin tot het
einde, aan mijn geest voorbijgaan. Neen, er
had zich geen enkel teeken van verstands- j
verbijstering bij hem voorgedaan, als tenmin-
ste zq'n zeldzaam aanbod niet als zoodanig
mocht worden aangemerkt. En indien de
geheele zaak een grap was, nu, dan was het
voor den aanlegger toch een tamelijk dure.
Bovendien voelde ik, dat de man in levens-
gevaar verkeerde of tenminste in de veronder-
stelling leefde, dat hij' het was. Zijn plotse-
linge handbeweging naar zijn zak op de kade
liet daaromtrent niet den minsten twijfel over.
Ik haalde het papier, dat hij mij had ge-
geven, uit mijn zak en stak een waslucifer
aan, teneinde het te: bestudeeren, om den weg I
in huis eenigszins te ieeren. Het leek mij
eenvoudig genoeg. Ik had alleen maar de
trap op te gaan en zou dan de deur van mijn
slaapkamer vlak voor mij hebben. De ramen
zouden vermoedelijk op het park uitzien. Deze
1iiaed.)
kennis was, naar mij dacht, voldoende voor
den nacht. De bestudeering van de rest der
teekening kon tot den volgenden morgen
wachten.
Inmiddels hadden wij den hoek van Hyde-
Park bereikt; de chauffeur stak den weg over
en draaide naar rechts Park-Lane op. Behalve
het nummer wist ik niets van het huis, waar
Northcote woonde en ik kreeg een inwendigen
schok, toen wij voor een prachtig, indrukwek-
kend huis, slechts een honderd meter voorbij
Apsley-House stopten.
,,Allemachtig", mompelde ik. ,,Ik hoop
niet, dat het een vergissing is".
In alle gevallen, het nummer op de deurpost
kon niet missen en de chauffeur scheen vol-
komen zeker te zijn, dat hij het o.pgegeven
adres had bereikt. Ik zette mij dus schrap.
stapte op het trottoir en gaf den chauffeur
een halve kroon.
Hij bracht, eerbiedig dankend, zijn hand
aan zijn pet, zette zich weer achter zijn stuur-
rad en reed langzaam in de richting van
Oxfordstreet.
Ik aarzelde misschien slechts dertig secon-
den, dan stapte ik de breede steenen trap op
en stak mijn huissleutel in het slot. De deur
ging met aristocratische deftigtoeid gemakke-
lijk en geruischloos open en met een diepen
zucht stapte ik over den drempel naar binnen.
Ik bevond mij in een groote ronde hal, om-
ringd door een aantal steenen pilaren; in het
midden hing een electrische kroon. Mooie
palmen langs de wanden en bloeiende haag-
planten in bloemhangers gaven de ruimte een
zeer weelderig aanzien, hetgeen nog werd ver
hoogd door de roodlederen fauteuils en mooie
tafeltjes die tot een zitje uitnoodigden. Tot
zoover ging alles nag goed in mijn nieuw
tehuis.
Juist had ik de buitendeur gesloten en liep
ik over het zware Turksche tapijt geruischloos
dwars door de hal, toen ik het geluid van
voetstappen hoorde en er plotseling een man
van achter een draperie te voorschijn kwam.
Hij was een rustig uitziende, nette verschij-
ning van ongeveer vijf en veertig, met een
levendig, gladgeschoren gelaat en haar, dat
in zijn beginstadium van grijsworden was.
nen vele mariniers moest zwichten voor de al
gemeene run naar het toestel, zoodat de keu-
rig georganiseerde officieele ontvangst vol-
komen in het honderd liep.
Programme door enthousiasme
verstoord.
Volgens het protocol zouden de bemanning
en de passagiers naar de microfoon van de
N.I.R.O.M., welke op het terrein was opge-
steld, worden geleid, doch dit was een volsla-
gen onmogeiijkheid.
Het geheele veld was een deinende men
schenzee, waar bovenuit de blauw geuniform-
de vier van de Uiver op de schouders van
enkele krachtigen zichtbaar waren. Allen
waren min of meer beduusd.
De muziek zette het Wilhelmus in, dat door
alien uit voile borst werd meegezongen.
De menschenzee droeg vervolgens de ,,vier
van de Uiver" naar de hangar, waar zij ten-
slotte op de vleugels van een amateur-Pander-
toestelletje belandden om buiten het program-
ma om door het uitgelaten publiek gehuldigd
te worden.
Ondertusschen hadden de mariniers een ge-
reserveerd terrein vrijgemaakt, waarop ten-
slotte alsnog de officieele ontvangst kon
plaats vinden.
Nadat het voortdurend gejuich eenigszins
bedaard was, werd bet eerst gesproken door
den burgemeester van Soerabaja, den heer
van Helsdingen, die namens de Soerabajasche
burgerij den Uiver-mannen een hartelijk wel-
kom op Java toeriep.
»,Tienduizenden die tegenwoordig zijn en
tienduizenden die graag tegenwoordig hadden
willen zijn", zoo sprak de burgemeester van
Soerabaja, ,,volgden van dag tot dag, van
uur tot uur den tocht van de Uiver".
Spreker herinnerde aan den gedenkwaar-
digen avand toen aan den nachtelijken hemel
de lichtende driehoek over Soerabaja heen-
snelde; aan de angst, welke men voor de nood-
landing had gekoesterd, aan de algemeene
vreugde, welke heerschte toen de tocht was
j volbracht.
Spreker achtte het een voorrecht am, naast
den welverdienden prijs voor de handicap,
namens de Soerabajasche burgerij een blijk
van waardeering te mogen aanbieden.
Spreker betrok ook de K. L. M. in zijn hulde.
Hiema nam de burgemeester van Malang,
de heer Lakeman, het woord.
Deze releveerde o.a. hoe Holland er geen
behoefte aan heeft om zijn eigen cultuur aan
andere volken op te dringen. „Maar", zoo
zeide hij, „als veel geschreven en gesproken
wordt over de voortreffelijkheden op allerlei
gebied van andere naties, zeggen wij bij ons
zelf: „We zijn er ook nog".
Met dezen geest moeten de vliegers bezield
Zijn kleeding was die, van een deftigen Engel-
schen huisknecht.
„Dat", zei ik bij mijzelf, .gnoeit Milfond
zijn".
Ik zette mijn hoed af, zoodat het licht op
mijn gelaat viel.
,,Zijn er nog brieven gekomen, Milford?"
vroeg ik op den meest natuurlijken toon.
Ik lette scherp op hem, terwijl ik sprak, of
ik soms den minsten glimp van verrassing
over iets ongewoons in mijn voorkomen kon
waarnemen. Maar niets kon natuuxlijkier
zijn, dan de manier waarop hij naar mij toe-
kwam en mijn hoed en jas aannam.
„Er zijn eenige brieven met de laatste post
aangekomen, mijnheer", sprak hij. ,,Ik heb
ze op uw schrijftafel gelegd".
„Dank je wel", zei ik en ging naar de trap.
„Wil ik den brandy en soda nu boven bren
gen, mijnheer?" vroeg hij,
Ik had absoluut geen trek meer in bran
dy, want ik had in restaurant Milan mijzelven
reeds buitengewoon edelmoedig bediend. Aan
gezien ik echter vermoedde, dat dit slaap-
mutsje een gewoonte van Northcote was, vond
ik het maar beter in dien levensregel geen
verandering te brengen.
,,Ja", zei ik, ,,doe dat maar".
Ik ging de breede trap op, die met een
even weelderigen looper was bekleed, als de
hal en deed de deur, die volgens de teekening
tot de studeerkamer toegang gaf, open. De
electrische schakelaar bevond zich aan den
deurpost; ik draaide hem am en oogenblikke-
lijk werd het vertrek door onzichtbare Iampen,
zacht veriicht. Welke fouten Northcote ook
moge gehad hebben, de verwaarloozing van
zijn eigen comfort behoorde daar zeker niet
onder. Vanaf de gebeeldhouwde boekenkasten
en de groote gemakkelijke stoelen tot aan de
drie kleine schemerlampjes, die op verschil-
lende tafeltjes geplaatst waren, scheen daar
alles aanwezig te zijn wat luxe eischte en
vemuft had weten te bedenksn. Ik stond
met mijn rug naar den roodbetegelden haard
en staarde naar al dit schoon met een blik
waarin onverhoien goedkeuring was uitge-
drukt.
(Wordt vervoigd.