ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
OM DE KONINGIN
No. 9205
VRIJDAG 5 OCTOBER 1934
74® Jaargang
Kinderrecht en Kinderzorg
Feuilleton
Binnenland
fleTfedoc&LnjdscJvzjlajidf^^
EERSTE BLAD
hi.
Het was omstreeks 1890. dat zich over-
al een diepgaande ontevredenheid begon
te openbaren. Eerst zal het ons misschien
verwonderen, dat men reeds enkele jaren
na de invoering van het nieuwe strafrecht
zoo slecht tevreden bleek te zijn met rege-
len, die bijna een eeuw zonder tegenspraak
hadden gegolden, en die kort te voren
zoo goed als zonder tegenstand waren
overgenomen. Maar dit kwam hierdoor,
dat men hoogere eischen ging stellen aan
het leven en aan de opvoeding, en dat
men meer verlanade van den Staat.
Bovendien golden thans allerlei opvattin-
gen omtrent verantwoordelijkheid en
schuld, omtrent ouderplicht en ouderrecht
niet meer als vanzelfsprekend en geheel
onaantastbaar. Het volksgeweten bleek
door den arbeid der echte kindervrienden
werkelijk ontwaakt te zijn; dan kwam er
een steeds toenemende vrees voor het be-
derf van het jonge geslacht en voor de al
maar wassende criminaliteit, terwijl er
bovendien een sterk geloof was in de
waarde eener goede opvoeding.
Probeer ze....en ook Gij zult zeggem
is onbetwistbaar de beste-
TELE
FUN
KEN
1 WRVIMHH UBWOM
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post 1,55 per 3 maanden Bjj vooruitbetaling fr. per post /5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige ianden 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet bultenland aUeen by vooruitbetaling. -
I'ltgeefstor: Flrma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVac 1 tot 4 regels 0,80 Voor eiken regel meer 0,20,
KLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent by vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekecd.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen vermlnderd tarief, betwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst Aen dag voor de nlt.gave.
BIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAAVDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAG A V OND.
OPENSTELLING WEG.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN maken bekend, dat bet wegvak
tussen dijk van Remoortere- en Vergaart-
poldei en de spoorwegovergang met ingang
van 4 October 1934 voor het verkeer is open-
gesteld.
Ter Neuzen, 3 October 1934.
Burgemeester en Wethouders voornoerpd,
J. HUTZ1NGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVULLE, Secretaris.
Wij vertellen nu nog iets over het derde
tijdperk, hetzelfde als waarin wij nu nog
leven.
Vooreerst begon men er nu op aan te
dringen, dat de Staat enkele veranderin-
gen in de wetgeving zou aanbrengen,
waardoor er een einde zou komen aan de
verkeerde gevolgen van een te groote
vaderlijke macht; dan zou er ook een
andere methode moeten komen in het
straffen van jeugdige misdadigers. De
regeering luisterde, en als de Kinderwet-
ten klaar zijn, geven zij een stuk wet-
gevenden arbeid te zien, dat het verre
wint van alles, wat het buitenland tot op
dien tijd had voortgebracht; nergens was
de kinderwetgeving zoo volledig en zoo
algemeen; nergens was het onderling ver-
band der onderdeelen en de aansluiting
bij het andere, verdere recht zoo punctueel
in orde.
De Staat had nu eiaener bewegina zijn
eigen taak aanmerkelijk uitgebreid, en
toch zonder inbreuk te maken op de vrij-
heid zijner onderdanen. Men heeft nu ge
heel verlaten de vroegere opvatting, dat
de Staat zich met deze dingen niet te be-
moeien heeft; dat hij er althans niets voor
te betalen heeft. En heel onbekrompen
trad de regeering op in die dagen kon
dat de geheele kinderzorg werd zoo
breed opgezet, dat de werkzaamheden der
burgers nog wel sterk mochten toenemen.
wilde men naar behooren kunnen voor-
«,3)
door
VICTOR BRIDGES.
(Nadruk verboden.)
Vervolg.
Nog voor Tony kon antwoorden, kwam ©an
wild uitziend man, die officier bleek te zijn,
maair voren en gaf op hijgend fluisteremiden
toon eenige bevelen, waarop eenige soldatan,
hun geweren nog steeds aan dan schouder,
hem volgden in de richting van de auto, die
mi geheel stilstccid.
De drie inzittenden wachtten htm komst
met onnavolgbare waardigheid af. Jimmy zat
stijf recht op, met zijn hainden aan het stuur-
rad, Tony leunde me# een uitdrukking van
verveling achteTOvar in zijn kussens, terwijl
Molly, na een nieiuwsgierigen blik op het
tooneel geworpen te hebben, zich weer in de
nnderbroken overwegiing der ...aeven iboet-
psaimen" verdiepte. Op eenige meters af-
stand liet de officier zijn manschappen halt
bouden. Toen stapte hij zelf naar den zij-
kant van de auto, liet de punt van zijn scheede
met een dlreigend gerinkal op den grond neer-
komen en ond d e zich vervolgens tot Jimmy.
Aangesien hij Livadiaansch sprak, was het
Tony onmogelijik te verstaan wat hij zei. Hit
zijn mauler van gesticuleeren was het echter
gemakkelijk op te maken, dat hij vroeg, wie
zij waren an met welk doel zij zich hier be-
vcnden. Ilet was dus vrij dtudelijk, dat hij
niet voomemens was zich voor den gek te
laten hcuden en dat de eerste poging tot ont-
snapping een salvo van de soldaten tengevolge
zou hebben. Jimmy luistarde zwjjgend, tot
de onvriendelijk scherpe toespraak was afge-
stoken. Dan, boog hij zich voorover naar zrjn
andervrager en gaf hem op gedempten toon
in dezelfde taal iets ten antwoorid. Het
scheen betrekking te hebben op de wensche-
lijkheid, dat diit geval niet al te puibliek werd,
zien in al de behoeften, die nu aan den
dag trad en. Om een woord van Lloyd
George aan te halen; ,,de Staat gaat als
Christus de straat op om de nooddruftigen
te helpen' Het was niet zoo, dat de Staat
alles deed; de Staat zorgde alleen; de
Staat nam nergens den mehschen het
werk uit handen; veeleer was het zoo: dat
de Staat den menschen werk in handen
gaf. En nu ging men ook nog ernstiger
dan vroeger de vraag onder het oog zien,
hoe men de kinderen kon opvoeden tot
goede staatsburgers, het recht van den
vader werd achtergesteld bij laten wij
niet zeggen: het recht van het kind, maar
zeggen wij liever: bij het recht van den
Staat.
De eerste Kinderwet machtigde de over-
heid in dit geval: den rechter om
kinderen aan slechte ouders te ontnemen,
teneinde ze aan andere, betere verzorgers
toe te vertrouwen. En de tweede Kinder-
wet voegde in het wetboek van strafrecht
een reeks artikelen in, die den strafrechter
de macht gaven tot het nemen van allerlei
beschikkingen omtrent misdadige kinde
ren. Deze beide wetten traden in wer-
king 1 December 1905. Voor- en ook
tegenstanders spraken het uit, dat deze
wetten gingen in de lijn van de zooge-
naamd nieuwe richting", op deze wijze,
dat zij den jeugdigen misdadiger niet wil-
den straffen, maar maatregelen van op
voeding, verbetering en maatschappelijke
beveiiging tegen hem wilden nemen.
Een zaak, die thans geheel en voor-
goed uit het strafrecht verdween, was het
onderzoek naar het oordeel des onder-
scheids bij den jeugdigen wetsovertreder.
Men voelde, dat dit onderzoek toch niets
uitwerkte. Bij een kind is het bizonder
moeilijk om vast te stellen, wanneer zoo'n
kind aansprakelijk is. Een kind is zoo'n
wonderlijk mengsel van onschuld en on-
deugd, een kind is tegelijk open en on-
doorgrondelijk; m. a.w.: vaak een raadsel.
De wetgever ging er van uit, dat een kind
in het algemeen wel zooveel besef van
zijn daden heeft, dat een gestreng optre-
den van de overheid gerechtvaardigd is.
Van kinderen zonder oordeel des onder-
scheids, van kinderen, wier becjeeren nog
niet mag heeten een ,,willenen wier
doen nog niet een ,,handelen" heeten mag.
wil de wet niet weten, en de wetgever
ging er van uit, dat kinderen beneden de
10 jaar, kinderen van 4, ja van 2x/2 jaar
oud, reeds zoo verdorven konden zijn,
dat de overheid hun wandaden niet als
een droevig geval mocht voorbijgaan.
maar krachtig diende in te grijpen. En
dan kreeg de rechter een ruime keus in
allerlei maatregelen en straffen.
Sinds de wetswijziging worden veel
meer kinderen schuldig geoordeeld, en zij
worden ook strenger behandeld al wil
dat niet zeggen, dat zij meer werden ge-
straft. En ook voerde de wet voorwaar-
delijke veroordeeling tot straf in met twee
voorschriften, waarvan het eene verbete
ring door vrees, en het andere beveiliging
der maatschappij beoogde. Het eerste
was bedoeld voor hen, die gestraft moes-
ten worden: aan de berisping kon kracht
en klem worden bijgezet door een voor-
waardelijke veroordeeling tot tuchtschool-
wunt na eenige aarzeling draaide de officier
op zijn hakken rond en beval zijn manschap
pen zich een paar meter verder op te stellen.
Daarna wendde hij zich wederom met buiten-
gewoom emstig en achterdochtag gelaat tot
Jimmy.
Wat dit jonigmensch vertelde, was voor
Tony natuurlijk even omverstaanbaar als de
vorige vragen. Het was echter duidelijk, te
oordeelen naair de woordien lord Haverstock
uit Londen en kasteel Saint Anna, dat Jim
my het verhaaltje aan het opdisschen was,
dac zr dien morgen op de „Befcty" hadden
verzormien. Afgaande op zijn gebarem en
ge'.aatsuitdrukking leed het geen twijfel, dat
hij zijn fantasie en ovorredingstalent in die
mate liet werken, zooals dait van iemand, die
eenige jaren in den autohandel is gdweest,
mag \erwacht worden.
De uitwerking van zijn verhaal op den
officier liet niet den minsten twijfel over. De
dreigende, vijandelijke trek op zijn gelaat
luwde, naar mate bet gesprek vordlerde, om
over te gaan in een uitdrukking van venras-
sing, veimengd met een zekeren onderdamgen
eerbied. Toen hij dan ook wederom begon te
spreken was zijn toon, ofschoon nog niet ge
heel ontdaan van eenige verdtenking, toch
geheel veraniderd. Het gesprek zette zich nog
eenige minuten voort, toen Jimmy zich plot-
s cling omkeerde en met eerbiedig gebaar
Tony aansprak.
Bit if majoor Paqueta van het konmkhjk
lcger", zei hij.
Tony boog zijn hoofd tot dat beleefde
e^nigszins hooghartig knikje, dat alleen maar
een echt Emgelscb edelman eigen is. Deze
groet werd door majoor Paqueta met een
stijve militaire buiging beantiwoord.
,Hij zou gaame den koninklijken brief
w lien iuzien", vervolgde Jimmy. „Ik heb
heni het gevaJ uitgelegd, maar hij heeft beve.
ontvangen niemand dezen hoek te laten
passeeren-'.
Met een zweempje van aristocratische mm-
zaamheid haalde Tony het bewuste document
uit zijn zak en gaf het aan Jimmy, die het op
zijn beurt aan den majoor ovenreikte.
De ciappere militair ontvouwde het papier
straf. Van al deze middelen was stellig
het voornaamste dit, dat de jonge men
schen ter beschikking konden worden ge-
steld van de regeering.
Voor preventieve hechtenis kon nu de
wonina van zoo'n l eklaagde of een an
dere beschikbare plaats worden aange-
wezen; zoodat opsluiting in een huis van
bewaring kon worden vermeden.
Ook zou den jeugdigen beklaagde zoo
spoedig mogeliik een raadsman ter zijde
worden gesteld, en zijn ouders of voogd
zouden telkens worden opgeroepen om in
de gelegenheid te zijn bij ieder verhoor
datgene in het midden te brengen, wat
tot zijn verdediging zou kunnen dienen.
Gevangenis en hechtenis werden voor
deze t jeugdige misdadigers geheel afge-
schaft; de kinderstraffen, die er voor in
de plaats werden gesteld, waren voort-
aan: berisping en tuphtschool.
In de rijksopvoedirtg werden twee be-
langrijke wijzigingen aangebracht. Ge-
opend werd de mogelijkheid, dat het ter
beschikking van de regeering gestelde
kind onmiddellijk aan een vereeniging kon
worden toevertrouwd, want in aanmerking
nemend, hoe groote beteekenis de gods-
dienstige sfeer voor de zedelijke vorming
heeft, begreep de regeering, dat bijzon-
dere gestichten uiteraard beter geschikt
zouden zijn dan de rijksgestichten, waar
voor alle gezindten plaats moest wezen, en
waar geen godsdienst of richting over-
heerschen mocht. Bovendien voelde men
heel goed, dat de vereenigingen, die een
deel van dezen arbeid op zich namen, de
zware taak van de regeering aanmerke
lijk zouden verlichten. "Zij zouden ,,des-
verlangd" toeslag ontvangen.
Verder was het van groot gewicht, dat
het bereiken van den achttienjarigen leef-
tijd niet meer het eind der staatszorg en
teruggegeven worden aan veelal slechte
ouders met zich zou brengen. Tot aan de
meerderjarigheid zou de voorziening in
hun opvoeding kunnen voortduren.
Wij moeten nu ook nog melding maken
van de instelling van voogdijraden, in
ieder arrondissement minstens een. Het
is door deze raden, samengesteld uit
,,vroede mannen", onbezoldigd, dat de
Staat het toezicht geoefend wilde zien
over de opvoeding der kinderen. De
voogdijraad verleent zijn bemiddeling in
de verschillende moeilijkheden, die voor
en bij ontzetting en ontheffing konden
rijzen; hij moet worden gehoord. voordat
in het gezinsverband ingrijpende beslis-
singen genomen werden; het verzoek tot
ontheffing kan voorts van den voogdij
raad uitgaan. In geval het gewenscht
mocht zijn onmiddellijk de oefening van de
macht of voogdij aan een ouder of voogd
te ontnemen, kon de rechtbank den voog
dijraad voorloopig verschillende bevoegd-
heden ten aanzien van de betrokken kin
deren verleenen, en ook kon de Officier
van Justitie hen aan den Voogdijraad toe-
vertrouwen.
De Staat heeft door al dit werk iets
heel moois en goeds gedaan. Eerst nu
staat al dit werk voor de misdeelde en
misdadige kinderen in het teeken der voile
samenwerking tusschen Staat en particu-
iieren. Iemand, die van dit alles een
breede studie heeft gemaakt, heeft het
heel aardig en juist aldus uitgedrukt:
,,Het persoonlijk werk nam nu tevens toe.
Het is te vergelijken met een weelderige
klimplant, die ver in alle richtingen haar
loten uitschiet om zich vast te hechten aan
de muren van het nieuwe gebouw, en die
de harde vormen en strakke lijnen der
administratieve regeling onder haar na-
tuurlijken wasdom zoekt te verbergen.
Het persoonlijke werk krijgt in het groote
geheel zulk een belangrijke taak, dat het
meer en meer stelselmatig ^eleid en tot
ontwikkeling gebracht wordt".
Nederlana is het eerste land geweest,
dat het .onderzoek naar het oordeel des
onderscheids" uit het wetboek van straf
recht heeft geschrapt. Maar daarnaast
waren we hier ook terdege streng. Door
nadrukkelijk van .kinderstraffen" te spre
ken, heeft de Nederlandsche wet getoond,
dat zij vasthoudt aan de voile verantwoor
delijkheid van het kind voor zijn daden.
De ontwikkeling van kinderrecht en
kinderzorg in Neaerland, geeft een blik
op het karakter van het Nederlandsche
volk. Wat wij hierin bezitten, is geboren
uit ons volk, wij hebben het niet te dan-
ken aan eenig staatsman, niet aan enkele
philantropen, maar aan een groot aantal
mannen en vrouwen. De oorlog en de
finantieele moeilijkheden, die daarop ge-
volgd zijn, hebben dezen arbeid gewel-
dadig onderbroken. Het werk der kin
derzorg is moeilijker geworden, maar des
te noodiger is het daarom om het nut en
goed recht van dezen arbeid in te zien
en vast te houden, tot heil van de jeugd
en zoodoende obk tot heil van heel ons
volk.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
Aan de orde is het wetsontwerp tot hef-
finjg van een belasting naar het vermogen
van instellingen van de doode hand.
De heer Van Lansdhot (r.k.) wijst op de
moeiltj'kheid van de kwestie der vrijstellingen.
Beheerders van allerlei instellingen zullen
voor geiwetensconflicten komen te staan in
verlband met hun plioht tot geheimhouding.
(lugez. Med.)
Alles, bestemd voor den openibaren dienst,
behoort te worden vrijgesteld.
Spr. hecht geen waarde aan het argument,,
dat de belasting maar vrjf jaren za! gelden
De heer Blomjous (r.k.) zegt, dat de Kerk
een eigen maatschappij is; het kerkelijk leven.
moet van belasting zijn vrijgesteld.
De heer Van der Uoeven (c.h.) heeft even-
eens bezfwaren tegen dit wetsontwerp. Kerk-
genootschappen zijn dikwijls sledhts in. schijn
draagkrachtig. Predikanten, die voor hun in-
komen afhankelijk zijn van de opbrengst der
pastoralia, worden door deze belasting onbil-
lijk getroffen.
Spreker zet uiteen, dat de social® zorgen
der kerken den staat van groote uitgaven
ontlasten. De kerk behoort in de eerste plaats
te zijn vrijgesteld. Spr. geeft de voorkeur aan
een geringe verhooging van de bestaande he-
las tingen.
De heer Siingeniberg (v.d.) zegt, dat er
tegen elke nieuwe belasting bezwaren be-
staan. Voor de voorgestelde belasting echter
is zeker een rechtsgrond aanwezig. Er zijn
bezwaren tegen het ontiwerp, doch niet zoo
emstig am tegen te stemznen.
De hefcr Briet (a.r.) betoogt, dat de con-
sequentie behoort te zijn in het stelsel der
vrijstellingen. Hier kan niet gesproken wor
den van een noodoffer.
Het wetsontwerp werd, na verdediging door
minister Oud, met 30 tegen 18 stemmen aan-
genomen. Voor stemden de S.D.A.P., de lifoe-
ralen, de vrijz.-dem. en de heeren de Bruijn
(r.k.), Serrarens (r.k.), Aneima (a.r.), van
Citters (a.r.), Diepenhorst (a.r.), Janssen de
Liimpens (r.k.) Van Asoh van Wijck (a.r.),
Sohoemaker (r.k.), Janssen (r.k.), en de
voorzitter (c.h.). Tegen stemden de katho-
lieken Heerkens Thijssen, Steger, Ruiten.
Visser, van Lansehot, de Jong, Blomjous,
Miohiel van Kessenich en van Sasse van IJs-
selt; de christelijk-historisdhen v. d. Hoeven.
ter Haar, de Gijselaar, Polleima, de Vos van
Steenjwijk en de Savomin Lohman en de a.r
Briet.
REGEERINGSSTIEUN .AAN DEN
THINBOUW.
Naar vernomen wordt bestaat bij de be
trokken Regeeringsinstanties het voornemen,
om thans op korten termijn over te gaan tot
gedeeltelijke uitibetaling van den steun aan
den tuinbouw. Het bescihikbare bedrag van
circa 3.5 millioen gulden zou kunnen worden
venhoogd met 1.000.000, hetwelk beschik-
baar komt uit bet fruitmonopolie, terwijl
voorts het voornemen zou bestaan, uit het
Landibouwcrisisfonds een uitkeering extra te
doen.
Naar verluidt, zou uit dit fonds een he-
en las met aandacht den inhoud. Men kon
cp zijn gelaat lezen, dat het zeejr veel indiruk
op hem maakte, maar toch flitste er een trek
van twijfel en aarzeling in zjjn blik, toen hij
opkeek en wederom tot Jimmy het woord
richtte.
Er volgde een kort gesprek en wederom
wemdde de chauffeur zicih tot Tony.
„De zaak is zoo, lord Haverstock. Majoor
Paqueta twijffelt er niet aan dat de brief
onht is, maar zijn orders zijn zeer scherp. Hij
zegt dat indien wij naar het kasteel van Saint
Anna willen. wij hem moeten mode nemen".
„Zeker, natuurlijk", amtwoordde Tony zon
der de minste aarzeling. „Zeg majoor Pa
queta, dat ik door zijn geleide bijzonder ver-
eerd ben en dat, als hij straks itarug ml gaan,
wrj hem weer zullen laten mederijdien. Ten-
minste", voegde hij er diroogjes hij, „ik hoop,
dat wij er toe in staat zulilen zijn'
Jimmy bracht deze boodschap over en
voor de tweede maal boog de majoor ibeleefd.
Vervolgens liet hij, na eenige woorden van
opheldering, zijn manschappen aantreden en
marcheerde met hen tot aan den hoek, ge-
volgd door de auto, die als een slak over den
weg kroop. Hier gaf hij zijn commando aan
een bloeddbrstig uitziendem sergeant over en
na dezen nog eenige emstige vermaningen
gegeven te hebben, nam hij naast Jimmy
plaats.
Zij reden nu onder dit officieel geleide met
bekwamen spoed den zij weg in naar hun doel.
Er werd weinig gesproken, want Jimmy had
ail zijn oplettendheid noodig om de diepe wa-
gensporen te vermijden. Hij bepaalde zich
dan ook tot zeer koirte antwoorden op de
vragen en opmerkingen van zijn nieuwen
vriend, terwyl Molly, andabks het hotsien van
den wagen, hi haar boetstudien verzonken
bleef. Zij keek slechts eenmaal op naar
Tony, die haar aansitootte, doch zij legde zoo
veel geestelijke waardigheid en ingetogenueid
aan den dag, dat verdere pogingen in die
richting geen aanmoedigimg ondeirvonden.
Ongeveer elke halve mijl passeerden zij
troepjes soldaten, die langs den weg patrouil-
lrerden. Allen stelden zij zich in het geweer
zoodra de auto naderde. Telkens echter was
het zien van majoor Paqueta, die zoo stijf ais
een laadstok voordn zat, voldoende, om hen
zonder bezwaar door te laten rij-den. Klaar-
biijkelyk was Paqueta bevelvoerdier in dit
district
Naarmate de weg in het gebargte stee^
werden de patrouilles talryker en Tony vond,
dat de bewering van Saltero betreffende de
rnoePijkheid om het kasteel met geweld te
overrompelen in geen geval overdreven was.
Trouwens met een handje vol goed gewapendte
soldaten had men het in deze omgeving tegen
een geheel leger kunnen uithoudeo, want de
reusachtige rotswanden ter weerszijden van
den weg boden voldoende dekking.
Eindelijik, na ongeveer twee mijlen wegop-
waarts, reden zij over den kruin van een lange
nauwe bergpas en verrees plotseling als bij
tooverslag het kasteel van Saint Anna voor
hun verbaasde gezichten.
Het stand op den top van den naastbijzijn-
den heuvel een groot kasteelachtig gebouw
van witten steen; eenige kleine er bij behoo-
rmde boerderijen lagen in het dal verspreid.
Het lag niet verder dan een mijl verwijdterd
en niettegenstaamde zijn natuurlijke kalmte,
ging er Tony een trilling door het hart, toen
hij de korte ruimbe overzag, welke hem van
Isabel scheidde.
XXHI.
Hoe de bmid werd ontvoerd.
Binnen weieiige minuten bestegen zij den
zig-zagvormigen weg, welke de eenige toe-
gang tot het kasteel scheen te zijn. De weg
was goed bewaakt door een menig.be sol
daten, die nieuwsgiarig d'e ibezoekers gade-
sloegen. Het gezicht van majoor Paqueta,
die zich aan het hoofd had geplaatst, scheen
voor ieder voldoende, waarborg te zijn, dat
zij personen van aanzien waren. Den gehee-
len weg was een anophoudelijk groeten en
salueeren, hetgeen Tony van tijd tot tijd be-
antwoordde d'Mir met een zekere aristocra
tische matheiid met zijn hand te wuiven. Dit
scheen een diepen indruk op de soldlaten te
maken, want zij bleven buitengewoon lang in
saluutpostuur staan.
Eerst toen zij de hoofdingang bereikten
een groote steenen poort met dubbele ijzeren
hekken - werd er een poging gedaan om htm
het voortgaan te beletten. Op deze plaats
traden twee gewapende schildwachlca naar
voren, hetgeen Jimmy aan lei ding gaf om tie
stoppen. Bijna op hetzelfde oogenlblik ging"
een klein deurtje in de zijwamd van de poort
open en kwam er een officier in groot uni
form naar hen toe.
Hij groette majoor Paqueta en gednrende
eenige oogenblikken ontspon zich een zew
geanimeerd gesprek en het bleek uit hun
gebaren, dat zij niet van hetzelfde gevoelesn
waren. Hoe dat ook zij, op bevel van den
majoor werden de zware ijzeren hekken lang-
zaam geopend, waama Jimmy zijn auto onder
de poort door stuurde.
Zij bevonden zich nu op een groote binn-eo-
plaats welke aan drie zijden door versdut-
lende gedeelten van het kasteel werd om sto
len en als mididenversiering 'n ruiterstand-
beeld had, voorstellende 'n zwaargebouwd
man die dreigend 'n zwaard in de richting van
den hemel zwaaide. Jimmy besohreef 'n sier-
lijke bodht om dezen wreedaard en hield stil
voor de ingang van 't huis twee zwaarmet
ijzer beslagen deuiren, waartoe een steenen
trap toegang gaf.
Majoor Paqueta stapte uit de auto. Hun
aankomst scheen blijkbaar reeds opgemerkt,
want zoodra hij was uitgestapt, ging een van
die deuren open en verscheen een bejaarde'
huisknecht. geflankoerd door twee jonge vak-
genooten op den drempel.
De majoor hield even stil, om iets in het
Livadiaansch tegen Jimmy te zeggen en ver
volgens ging hij, na een vormelijke en schijn-
baar verontschuldigend'e buiging voor Tony
gemaakt te hebben. de trap op en het huis-
binnen.
,,Hij is gaan zien, wie er tbuis is", helderde
Jirnmy op. „Hij zegt, dat hij ons nieit. tang;
zal laten wachten".
Tony knikite. „Wij hebben ons best gedaan.
en moeten nu maar vertrouwen."
Wordt vervolgd. v