ALGEMEEN KIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
OM DE KONINGIN
No. 9204
WOENSDAG 3 OCTOBER 1934
74® Jaargang
Binnenland
Feuilleton
EERSTE BLAD
xxn.
TER NEUZENSCHE COURANT
Buiten Ter Neuzen
ABONNEMENTSPRIJSBinneu Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden
fr. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige ianden 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen by vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150
TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer J 0.2O.
KLEINE ADVERTENTIeN: per 5 regels 50 cent by vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertent.ien liefst een dag voor de nitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
ROlfW BORD PRINS HENDRIK.
Naar gemela wurdit, beeft het die Koaiingin
behaagd, een door den heraldicus Marten N.
Damstra te Utrecht geschilderd gedieinkbord
op het overlijden van den Prins der Neder-
landen te aauvaa.rden.
Het bord met het wapen van Z. K. H. is
uitgevoerd in den geest van een z.g. rouwibord,
doch in afwrjking van het gebruikelijke zwart
zijn in verband met het verlangen van Z. K. H.
achtergrond en omlrj-sting in witte kleu-r ge-
houden, waardoor het geheel, mede door de
fraaie kleuren en de rijkelijke hewerking met
goud, een voomamen in-druk maakt.
PRINSES JULIANA BRUIDSMEISJE.
Volgens n bericht in de Sunday Dispatch"
zou Prinses Juliana worden uitgenoodigd am
een der bruidsmeisjes te zijn bij het aan-staan-
de huwelijk tusschen prins George van Huge-,
land en prinses Marina, dat op 29 Novem
ber a.s. te Looden zal worden voltrokken.
DE OPROEP VAN HET NATIONAAL
CRISIS-COMITe.
Diiosdagavond was de groote oproep tot
steim aan het Nationaal Crisis-Comite. Prin
ses Juliana heeft daarbij, evenals vorige jajren,
haar stem doen hooren, voorafgegaan door
redevoeringen van den minister van sociale
zaken, prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine
en den voorzitter van de Tweede Kamer, jhr.
mr. Ch. C. M. Ruys de Beerenbrouck.
Minister Slotemaker de Bruine sprak een
inlaid end woord, waaraan het volgende is
ontleend:
Het Nationaal Crisis-Comite is zijn arbeid
begonnem in November 1931. Wij gaan- dus
thans het vierde jaar in. Het doel was van
den aanvang af het lenigen, zooveel mogelijk
in samenwerking met bestaande instellingen,
van individheelen mood, welke het gevolg is
van crisisverschijnselen. Aan twee onder-
worpen werd vooral aandacht gewijd:
a. het verleenen van aanvullenden en op-
heffenoen steun aan hen. dale tengevolge van
crisisverschijnselen in moeilijkheden verkee-
ren en in wier nood door instellingen van wel-
uadigheid of andere in den lamde werkcndte
organisaties niet of niet in voldoende mate
kan worden voorzien;
b. het verleenen van aanvullenden steun,
uitsluitend in natura, aan ondersteunde werk-
loozen of hij een werkverschaffimg tewerk-
gestelden, in wier gezinnen emstige achter-
stand aan kleeding, dekking en schoeisiel
bestaat.
Men had dus het oog op allerlei kringen.
Ik kan dit alleen maar toejuichem, want de
nood wordt inderdaad gevoeld door een aamtial
groepen, niet alleen dbor een of twee; en het
is goed, dat wij dan als volik aan die alien
onze aandlacht wijden. De B-steun zal worden
bestreden uit een subsidie van mijn departe-
ment, ten bedrage van 850.000 en een onge-
veer gelijk /bedrag, dat door de gemeenten
wordt opgehracht. Naast deze 1.7 millioen is
echter veel noodig voor andere groepen en het
daarvoor bemoodigde geld wordt verwacht
van de luisteraars van dit oogenhlik. Daarbij
wijs ik er op, dat steun hoe langer hoe noodi-
ger wordt, naarmate de druk der toestamden
langer duurt. En het lijkt mij een zeer ge
lukkig verschijtnsel in ons volkslevem, diat voor
het Nationaal Crisis-Comite een samenwer
king gaamde is van omderscheidene richtingem-,
roepen star) cten en klassen, dat wij telkens
beter gaan beseffen hoezeer wij tezamen
moeten optreden.
Terwijl aldus het Comite ons fert, het ge
heel in het oog te vatten, vervalt het im-tus-
schen niet in de fout van slechts in
algemeenheden te denken. Het let op een
aantal speciale behoeften. Ik noem enkel als
voorbeeM en om te doen zien hoe breed men
inderdaad werkt, den steun, die gegeven wordt
aan wartklooze kunsteniaars. Het Comite
heeft zijn medewerking verleemd bij het tref-
fen van een blijvende oplossimg van dit vraag-
stuk, door het scheppen van een vorm van
sociale verzekering van rij kswege. Daarnaast
noem ik het kampwerk voor de jeugd.
Nog weoier een ander onderwerp noem ik.
Er zijn groenten gedistribueerd, die anders
weiliclrt niet tot voedsel zouden hebben ge-
strekt. Niet alleen het Crisis-Comite heeft
hier work gedaan, ook amderen hebben ge-
holpen, maar de zaak heeft dan toch haar
weld-adig verloop gehad. Ik kan enbij voegen, s
dat mrjn anrbtgenoot van oeconomische zaken
en ik in overleg zijn omtrent een zekere uit-
breidirg van deze maatregalen. Imdi-en dat
overleg tot een gunstig resultaat leidt, zal
ook hier het Crisis-Comite zeker wel ten deele
meaewerken en zult gij, luisteraars wel in de
gelegenheid zijn om door uwe gaven ook dit
werk weder te doen gelukken.
Ik mag niet eindigen, zonder met dankbaar-
heid te vermelden, dat het Centmle Comite
en de plaatselijke comitd's in drie jaar tijds
meer dan 5% millioen hebben bijeengehracht.
En dit ailles moge u dirimgen om ook thans
weder te helpen, opdiat slage wat slechts met
aller medewerking slagen kan.
Daarop bracht bet Hollandsche vocaal
kwartet, bestaande uit Jo Vincent, Suze
Luger, Louis van Tulder en; Willem Ravelli;
eenige liederen uit Valerius' Gedenkklank ten
gehoore: n.l.: Wilt heden nu treden; O, Heer,
die daar des Hemels tente spreyt en Gelukkig
is het land dat God de Heer toeschermt.
Rede jhr. mr. C. J. M. Ruys de
Beerenbrouck.
De volgende spreker, jhr. mr. C. J. M. Ruys
de Beerenbrouck, sprak o.m. als volgt;
Cnze tijd kenmerkt zich door een gelukkig
streven naar sociaile voorzieningen, door een
ijveren voor de oplossing van tal van belang-
rijke en drimgemde sociale vragen. Eln al wordt
door de hevighedd van de heerschende oeco
nomische crisis, dat pogen nieit weinig bemoei-
lijkt, het stemt tot verheugenis, dat bij velem
in den lamde het inzicht in het sociale vraag-
stuk wordt verbreed en verdiept.
Evenwijdig met dat sociale streven, loopt
de sociale liefde van den mensch tot mensch,
die ons verplicht tot de minder foedeelden te
gaan en belamgstelling te toonen in hun
ievens- en gezinsomstandigheden
Maar wiil leniging van hun stoffelijke noodr
druft mogelijk zrjn, dan moet de voorraad-
schuur van stoffelijke hulpmiddelen worden
gevulid.
Aan den vooravond van het grooto inizame-
lingswerk van het Nationaal Crisis-Comito en
de plaatselijke crisis-oomite's moge daarom
een oproep klinken tot alle landgenootenwier
omstandigheden medewerking hunnerzijds
toelaten.
Op velerlei gebiied worden ook van over-
heidswege maatregelen genomen om de ge-
volgen van de crisis zooveel mogelijk te onder-
vamgen. Toch zijn er nog velen, die niet
onder deze maatregeilen vallen; evenmin kun-
nen zij gerekend worden tot hen die door de
bestaande organen van Maatschappelijk Hulp-
betoon of andere instellingen van weldadigheid
gesteund worden. Daarom juist vormt het
Nationaal Crisis-Comite een onmisbare scha-
kel in de algemeene steumverleening. Gedu-
rende een drie-jarige werkzaamheid hebben
het Nationaal Crisis-Comito en de ongeveer
800 plaatselijke oomito's meer d0n 5% millioen
gulden besteed, waarvan 46 pet. in geld en
54 pet. in natura.
In breederm kring dan voorheen het geval
was, heeft zich een geest van verteedterimg
en barmhartigheid geopenbaard, „Draagt
elkanders lasten" moge in deze dagen over
ons vaderland gehoord en in toepassing wor
den gebracht. Het onderhoudietn van het
gebod der naastenliefde is het diepste ken-
rnerk van het leerlimg zijn van den Christus.
Het zullen geven van zich zelf en van zijn
gaven, en het blijde ontvangen van het ge-
schonkene is dientengevolge het beste opbou-
wende element van het menschdiom tot de
heerschappij van den vrede.
Mogen de gifton, die in de komende week
worden ingezameld, uitingen zijn van een
geest van barmhartigheid ter eere Gods ver-
richt.
Wankelmoedigen dreigen in onze zorgelijke
dagen wel eens even ander den indTuk te
komen, dat zelfs onze onverstoorhare volks-
aara de nedging vertoont den moed te laten
zinken, ais had zijn taaie spankracht geleden.
Voor de wankelmoedigen is het goed er aan
te herinneren, dat in ens land het water nooit
bciO£ genoeg gestegen is, of het is gekeerd'.
Maar het zal slechts gekeerd worden, indien
met inspanning van alii krachten de noodige
hulp geboden wordt.
Lan dgenxjotenStelt door uwe milde bij-
dragen het Nationaal Crisis-Comite en de
plaatselijke oomito's tot het bieden van die
hulp ir staat. Gij doet daarmede een vader-
landlievend werk.
Hierop volgt een concert van de Christelijke
orat jrium-vereendging te Utrecht, onder Itel-
fiing van Anthon v. d. Horst. Gezongen wer-
dJert: Ik hef tot U, Die in den Hemel zit;
Beveel gerust uw wegen; 'k He,b geloofd en
daaorm zing ik en Mijn Schild ende Betrou-
wen.
Waama Prinses Juliana dit gedeelto van
de uitzending besloot met de volgende toe-
spraak;
Rede Prinses Juliana.
Het is mij een groot genoegen, dezen avond
een woord van welgemeenden dank te kunmem
richten in de eerste plaiats tot al degenee,
die zich beijverd hebben en samenwenken am
deze radio-uitzemding voor het Nationaal
Crisis-Comite vruchtbaar te maken.
Vervolgems maak ik van deze gelegenheid
gebruik, dat te doen tot alle autoriteiteni,
ambLenaren, organisaties en instellingen, die
op een zoo lofwaardige manier met raad en
daaa hun medewerking aan het N.C.C. ver
leenen.
En dan ini het ibijzonder een woord van zeer
waardeerenden dank aan hen, op wier werk
het Crisis-Comite voomamelijk steunt; aan de
laden van de plaatselijke comito's, want zij
ondenhouden en zoeken het contact met de
personen, die emstig door de crisis getroffen
zijn. Leden van de plaatselijke comite's, al
komen "wij niet met U alien persoonlijk in
aanraking, tocih wordt Uw dikiwijls onuitput-
telrjke toewijding hier op den hoogsten prijs
gesteld.
Ook denk ik dankbaar aan alien, die hier
te Ian.de of in de overzeesche gewesten ons
Oomito geldelijk bijstaan, ten eerste aan die-
genen, die, omdanks misschien eigen moeilijke
omstandigheden, een deel van hun verdiensten
geregeld afzonideren. Wij hebben legioenen
van onbekende gevers die ons sons op schit-
terende wijze steunen.
Miet groote waardeering nemen wij steeds
kennis van hetgeen tot leniging van crisisnood
in Oost en West plaats heeft Het was voor
het N. C. C. steeds een v.reugde, ook aan dit
weilk in bijzondere gevallen eenigen steun te
mogen verleenen.
Nu staat opnieuw een winter voor de deur
en het Nationaal Crisis-Comito ziet zich ge-
noodzaakt, een iberoep te doen op de landge
nooten om opnieuw het geld daarvoor te ver-
schaffen. Weliswaar. kan ons Comito, zoo al
ooit, dan na een drie-jarig bestaan geen aan-
spraak meer maken op het aantrekkelijke
van een onbekend en nieuw streveen; maar
dat heeft er niets mee te maken, dat de ruood-
zakelijkheid. dat het N.C.C. bestaat, iblrjtflt.
En toch evenzeer blijft het saamhoorigheids-
gevoel, dat maakt, dat wij elkanders lasten
zouden willen dragen.
De crisis is groot, maar grooter zal onze
hardnekkigheid zijn, waarmee wij haar weer-
staan. Aan den persooniijken crisisnood van
de enkelingen oeconomisch en ook moreel
- zooveel mogelijk eenigszins tegemoet te
komen, is het streven van het Nationaal
Crisis-Comito.
Om dien naar vermogen te bestrijiden, daar
voor reikt het U de behulpzame hand, in het
bifzonder in de komende week. Het is een
gelegenheid, een steentje bij te dragen voor
den bouw van een betere toekomst.
Hiema werd nog eeei hocn-spel uitgezooden
met als doel een verkeersprxjsvraag van het
N. C. C.
INZAMELING VAN HET CRISIS-COMITe.
Stjjgende behoefte naast dalende
inkomston.
Op een persconferentie van het Nationaal
Crisiscamito deelde de voorzitter, jhr. mr. S.
van Citters mee, dat tegenover een steeds
toenemende behoefte aan hulp een verminde-
ring van inkomsten staat. Ter verstorking
der geldmiddelen organiseert het comite nu
een landelijke inzameling.
Over de driejarige werkzaamheid deelde de
voorzitter nog mee, dat het Centrale Comite
voor de algemeene steumverleening over de
afgeloopen periode 1.500.000 gulden heeft be
steed, in hoofdzaak aanvullende steun aan
plaatselijke afdeelingen. Volgens raming kan
worden aamgenomen, dat door de plaatselijke
ocanite's zelve naast den genoemden steun
van het Centrale Comite ongeveer 4.200.000
gulden en door de geheele organisatie van
het Comito gezamenlijk meer dan 5% mil
lioen gulden werd besteed.
De uitkeeringen geschieden voOr de groote
gemeenten meestal in geld en overigens zoo
veel mogelijk in natura. Aan deze natura-
uitkeerimgen heeft het Centraal Comite al
leen een hedrag van ongeveer 600.000 be
steed, waamaast geldelijke uitkeeringen
staan ten bedrage van f 900.000.
Voor extra hulp aan werkloozen kan aan-
genomen tvorden, dat in 1932 en 1933 het
Nationaal Crisiscomito en de gemeenten te
zamen 1.400.000 jaarlijks hebben besteed.
DE FINANCIeELE VERHOUDING
TUSSCHEN HET RIJK EN DE
GEMEENTEN.
Allies van de Vereenjging van
Nederlandsche gemeenten aan d,e
Tweede Kamer.
De Vereeniging van Nederlandsche Ge
meenten heeft een uitvoerig adres aan de
Tweede Kamer gezonden naar aanleiding van
de wetsontwerpen betreffende wijziging der
wet op de financiieele verhouding tusschen
het Rijk en de Gemeenten en betreffende
voorziening-en inzake van Gemeentelijke kos-
ten van werkloosheidszorg.
Wat het eerstgemoemde ontwerp betreft,
wordt betoogd, dat een der hoofddioeleinden,
verlichting van 's Rij.ks lasten, slechts kan
worden bereikt door daarmede een evenreddge
verzwaring van de financieele positie van een
groot aantal gemeenten gepaard te doen gaan.
In den gedachtengamg, dat de wetgever van
1929 een zoo scherpe daling van het niveau
van het Gemeenitefomds evenmin voor vol
gende 5-jaarhjksche periode als voor het
eerste 5-jaarlijksche uitkeeringstijdvak ten
koste van het Rijk als ten madeele van de
Gemeenten heeft gewild, zou het hebben ge-
past, indien de Regeering orisds-opcenten op
fonds- en vermogenshelasting als inkomsten
van het Gemeentefomds zou hebben gehand-
haafd. Andere inkomsten worden er niet voor
in de plaats gesteld.
Vervolgens wordt betoogd, dat belangrijk
afbreuk wordt gedaan aan de in 1929 toege-
paste tempering der verschillen in ibelasting-
druk.
De uitkeeringen uit het Gemeentefonda zul
len dan ook in de toekomst haar wezemlijke
fumetie in het financieele bestel der gemeen
ten, welke de wetgever van 1929 haar heeft
gegeven, alleen kunnep vervullen, wannleelr
de inkomsten van dit fonds zoodamlige uit-
breiding verkrijgesn, dat zij in de gelegenheid
stellen aan de Gemeenten uitkeeringen te
doen, welke in totaal ongeveer 14 pCt. van
het na redelijke bezuiniglng verkregen be-
loop d'er gewone uitgaven van de Gemeenten
in het uitkeeringsjaar dekketi.
De uitbreiding van de middelen van het
fonds zou, naar de meeniing van adressanten,
in dezen zin moeten geschieden, dat hieirvoor
ibelastitigen zouden worden gekozen, die
minder gevoelig voor de conjunctuur zijn dan
de heffingen, waarvan de opbrengst thans in
het fonds vJoeit.
Voorts worden opmerkingen gemaakt over
de voorgestelae garan'tie- en limietbepalin-
gen. De uitkeeringen per inwoner zullen d'oor
twee oorzaken gewijzigd worden, n.l. ten
eerste door de zeer belamgrijke daling van het
ter verdeeling beschikbare bedrag en ten
tweede door eenige wijzigingem in de formule.
De voorgesbelde overgangstijd van tien jaar
is geenszins in alle gevallen voldoende. Daar
om wordt bepleit, de groote vermindering
door
f VICTOR BRIDGES.
(Nadruk verboden.
62) (Vervolg.)
Toegang tot Isabel verkregen.
Bijna een half uur later legde de sloep van
de .Betty" meesterlrjk bestuurd door den
tweeden stuurman, bij het uiterste haven-
hoof d aan. Onmiddellijk klommen Tony,
Jimmy en Molly er uit; de laatste had een
klein kerkhoek in haar hand en gaf aan het
gezelschap een zeer achtenswaardig voor-
komen. Braxa ibaadde in heerlijke kalmfce;
de eenige levende wezens op den geplaveiden
weg waren een paar zomderlinge heeren, die
over de iage borstwering geleund de aam-
kamst van de sloep hadden gadegeslagen,
terwijl zjj van tijd tot tijid in zee spuwden.
Deze twee oogden de nieuwaangekomenen
met gretige nieuwsgierigheid na, doch tbehalve
dat, schonken zij verder geen aandacht aan
hetgeen zij deden.
.Jlet verbaast mij", zei Tony terwijl hij in
het rond keek, „hoe iemand den slechben
smaak aan den dag kan leggen, om hier een
revolutie te hewerken, het lijikt veel naar
ruzie zoeken op een kerkhof."
ifja, maar, je moet Livadia niet naar dit
doipje beoordeeden", protesteerde Jimmy. ,,Er
zijn genoeg schurken te Portriga om het te
kort van het geheele land te dekken. Kom
mee", voegde hij er bij. ,,Als wij hier blijven
slenterem, krijgen wij waarschijnlijk de politie
van Saltero op ons dak."
Hij ging hen voor op het havemihoofd naar
een ruw houten schuur, welke zich op enkele
meters afstand van het strand ibevond. Hij
haalde een roestigen sleutel uit zijn zak en
maakte de deur open. Binnen de schuur
stond, to midden van een warboel van visch-
netten een bespatte auto met staalgewapende
banden. Hij was in goede conditie, want bij
de eerste inschakeling snorde de motor. Jim
my zette zich achter het stuurrad en reed
kalm over den geplaveiden weg naar eem
zandweg, die op den hoofdweg uitkwam.
„E!en penny, -de geheele rit", zei hij vroo-
lijk. „Zijn er nog meer passagiers voor Chan
cery Lane of the Bank of England?"
Tony maakte de deur van de schuur dicht
en deed haar op slot.
Zij namen plaats in de tonneau; Jimmy
zette zijn motor op de -tweede versnieliing en
met buitengewoon verrassen-de, zooal niet be-
amgstigende snelheid vlogen zij heen.
Op de plaats waar de zandweg op den
hoofdweg uitkwam, slenterddn eenige der
meer energieke inbooriingen van Braxa in den
weldadigen zonnescbijn. Toen de auto nader-
bij kwam rekten zij zich uit, tenemde de in-
zittenden nauwkeurig te kumnen opnemen.
Een van hen, een forsch gebouwd man m
uniform met een sahel op zij, ging in officieele
houding midden op den weg staan en s-tak zijn
hand omhoog.
Indien hij overtuigd was, hierdoor de auto
tot stilstand te brengen, moet hij zich bitter
teleurgesteld gevoeld hebben. Zonder een sig-
naal te geven of zelfs maar lets van zijn
vaart te doen vemiimderen, stuurde Jimmy
de auto met een zwaai langs hem heen, zoo-
dat hij op vijf centimeters na een lijk zou ge-
weest zijn. Nu echter de eeuwigheid nog niet
voor hem was begonnen, bleef hem, na van
den eersten schrik op adem gekomen te zijn
niets anders over, dan als middelpunt van een
geweldige stofwolk, het wegrazende voertuig
na te schreeuwen en te venwenschen.
lets verderop waar de weg zich landwaarts
omboog, keek Jimmy over zijn schouder naar
zijn twee passagiers, die achterin zaten.
,,Wij hebben het nu ve-rbruid", zei hij met
zelfvoldaanheid. „Dat was een van de politie-
agienten."
Tony knikte. „Dat dacht ik wel", verklaar-
de hij. „Hij zag er -zoo weldoorvoed uit."
„Zou hij ons kwaad kunnen berokkenen?"
vroeg Molly, „afgezien nog van het in-beslag-
ncmen van de Betty?"
,,Hij zou naar Portriga kunnen telegrafeeren
om instructies", antwoordlde Jimmy. „Het
hangt er maar van af, of -hij achterdochtig is.'
Hij wijdde nu weer zijn voile aandacht aan
de motor.
Toen zij een kwartier bijna zonder te spre-
ken hadden gereden, wendde Molly zich glim-
lachend tot Tony. ,,Ik zit juist over de hlnder-
laag te Valona te denken", zei ze. „Ik hoop
dat het er nog al comfdrtabel is, want zij
zullen lang geduld moeten hebben, als zij op
mij wachben."
Al'lemachtigzei Tony, terwijl hi) met een
mk recht ging zitten. „Wij, hebben over dat
punt in het geheel niet gesproken. Wat denk
je to doen in verb and met de mogelrjkheid,
dat je dien weg langs moet?"
„Ja, zi-e je", zei Molly vrien-delijk, ,,als ailes
goed gaat, zal ik eenvoudig het escorte be-
velen, mij langs een anderen weg naar Por
triga te brengen. Ik ben er niets op gesteld,
vlak voor mijn huwelijk in een gevecht gewik-
keld te worden." Zij lachte vroolijk. ,,Ik zou
wel eens willen hoanen, wat Saltero van je
zegt, Tony", voegde zij er aan toe. ,,Hij zal jou
overal de schuld van geven."
Tony knikte. ,,Het staat mij werkelijk
tegen, dat ik hem zoo moest behandeien", zei
hij eenigszin-s verdrietig, ,,moar er is werke
lijk niets aan to doen. In een grooto crisis
moeten de kleinere deugden altijd aan de
grootere opgeofferd worden."
„Dat moet je hem eens uitleggen", zei
Molly, „als je hem ooit in je leven nog eens
ontmoet. Het zal hem geen gertnge troost
verschaffen."
Het was een lamige vervelende weg; -behalve
van tijd tot tijd een boerenvrouw die een koe
liet grazen, was de wieg ahsoluut verlaten,
hetgeen voot Jimmy een reden was, om zijn
auto de uiterste grens van snelheid te doen
bereiken.
Het eenige afwisselende in dit eentonige
landschap waren de heuvels, waarheen hun
weg voerde. Zij verhieven zich, scherp tegen
deti onbewolkten hemel afteekenend, op be-
tiekkelijk korten afstand van de reizi-gers,
die reikhalsden ze to bereiken, om dat het
kasteel van Saint Anna daar in de nabijheid
was.
Eindelijk verminderde Jimmy zijn vaart en
keek aamdachtig naair de omgeving.
,,Ik zou me zachtjes aan maar op den strijd
voonbereiden", zei hij. „Een halve mijl verder-
geleidelijiker te doen plaats hehhen. Dit zou
te bereiken zijn door een bepaling van d'eze
strekking, dat voor gemeenten, waar die ver
mindering der uitkeering volgens de fomrule
meer bedraagt dan een bepaald percentage
van dte oude uitkeering, de overgangstijd
wordt verlengd tot b.v. 20 jaar.
Voorts wordt betoogd, dat de voorgestoldie
limi-etbepaling niet past in de gedachte van
het wetsontwerp. Op schrapping daarvan
wordt aangedromgen.
Ten aanzien van de uitgavenfactor wondt
thans een beperking voorgesteld, hierin -be
staande, dat -de uitgaven voor voorziening-en.
togien werklooshei-d niet meer in aanme-rking
zull-en komen. Het komt adr. gewenscbt voor
om, wanneer de "voor een duur van twee jaar
gedachte wettelijke regeling terzake van ge
meentelijke kosten van werkloosheidszorg be-
eindigd is, de uitgaven terzake van
werkloosheid weer in den factor op to nemen.
Wat het wetsontwerp betreffende de voor
zieningen terzake van gemeentelijke kosten
van werkloosheidszorg betreft herumert a<dr.
aan haar standpunt, dat de weilkloosheid een
nationaal verschijmsel is en niiet langer als een
gemeentelijke aangelegenheid kan -warden
beschouwd.
Het wetsontwerp betoekenit slechts een stap
in de richting van een gelijker verdeeling van
de werkloosheid-slastien over alle burgers.
Met handhaving nu van de grondgedachte
van het ontwerp ware intusschen reeds een
meer bevredigende toestan-d te verkrijgen,
wanneer in de voeding van het fonds eenige
wijzigingen werden aangebracht. In navol-
ging van de regeling, zooals deze o.m. op een
verwant gebied n.l. ten aanzien van het sub
sidie aan werkloozenkassen, is vastgelegd in
het werkioosheidshesluit 1917, ware in de wet
te stellen, dat ook wat de hier aan de orde
zijniae kosten van werkloosheidszorg betreft,
het Rijk en de gemeenten ieder de helft daar
van zullen dragen. Neemt men met de Regee
ring aan, -dat het totaal bedrag dier kosten
over het jaar 1935, vermeerderd met het 1/i0
gedeelte der uit de begrootingen voor het
jaar 1934 gestooten crisisuitgaven, geraamd
mag worden op J 111 millioen, dan zou ten
laste van 's Rijkskas ikomen de heift van dit
hedrag is 55,5 millioen en ten -laste van de
gemeenten de andere f 55,5 millioen.
In den opzet van het wetsontwerp
wordt nu de financiering aldus gedacht, dat
de totale kosten van 111 millioen tot een be
drag van j 90 millioen worden bestreden uit
de inkomsten van het in to stellen Werkloos-
heidssibsidiefondsterwijl de rest 20 mil-
hoem) zal worden gedragen door de gemeen
ten individueel. Zou niu ton laste van het Rijk
worden gebracht de helft van de totale kos
ten, dan moet van Rijkswege in het fonds
worden gestort niet 46 millioen, gelijk
blijkens de memorie van toelichting in het
voom-emen ligt, maar 55,5 milihoen, der-
halvc f 9,5 millioen meer. Hierbij valt ter-
stonid te bedenkec, dat deze verhoogde Rijks-
brjdragen in het fonds ten deeLe zou worden
opgevangen door een besparing op den steun
aan moodlijdende gemeenten, omdat de ver
hoogde Rijksbijid'rage in een aantal gevallen
noodlijidendheld van gemeenten zal kunnen
voor komen.
Met even genoemd bedrag van 9,5 mil
lioen ware dan de opbrengst van de andere
voedingsbron van het fonids, n.l. 'de voorhef-
fing in de gemeenten, to verminideiren'.
MISTHOORN VOOR DE ONBEWAAKTE
OVERWEGEN.
Sinds eenige dagen worden bij de spoor-
wegen proeven genomen met misthoorns. die
in geval van mist of bij slecht zicht, wan
neer een onibewaakte overweg wordt ge-
naderd, in werking kunnen worden gesteid.
Ook Maa.nc.ag zuUen treiureizigers tijdens den.
rit of op -de stations de signaler van deze
misthoorns vemomem hebben. De booms
geven een zwaar en doordringend geluid.
Deze hoorns, die zoowel bij electrische als
bij stoomtredneo zijln aangebracht. worden
vanaf heden in gebruik genomen.
HET COMMUNISTISCHE INCIDENT IN
DE RIDDERZAAL.
Het Tweede Kamerli-d De Visser heeft dien
Minister van Kolonien, voorzitter van dien
raad van ministers, de voigen-de schriftelijke
vragen gesteld1;
op is een bocht in den weg en honderd tegen
een, dat zij daar een patrouiile gestationeerd.
hebben."
Tony cn-tving en bev-estigde de inlichtingen
met een geruststellend gebaar van zijn hand;
Molly opende, na zich een waardige houding
gegeven te hebben, het kerkboek op goed ge-
MiK af en verdiepte zich in de ,,Zeven Boet-
psalmen" met een emst welke geheel in over-
eenstemming met haar kleeding was.
Jimmy reed rustig door tot den zijweg.
waarvan hij gesproken had, in het gezicht
kwam. Als een geel lint silingard-e hij naar
rechts en kronkelde grillig het gebergte in.
Op het punt waar die twee wegen samen-
kwamen stond een onregelmatig boschje eifcen;
kreupelhout. Voor een niets kwaads vermoe-
dende was er niets, dat eenig gevaar aanwees,
doch toen de auto op ongeveer honderd meter
afstand was genaderd, veranderde plotseling
de vreedzame aanhlik op verbazingwekkende
wijze. Er volgde een gekraak van takken en
een gekletter van wapenen en op eens sproug
een aantal mihtairen op den weg en vormden
met den geweerkolf aan hun schouder een
cordon, waar geen doortuffen aan was. Jimmy
liet de auto zeer langzaam op eigen vaart
doorrrjden. Dan wenidid-e hij zich met een on-
derd'anige bulging tot Tony en zei: ,,Lo,rd
Haverstock, ik geloof, dat wij zullten moeten
stoppen. Ik denk, dat zij ginds mat den
stoomwals aan het werk zijn.
(Wordt vervolgd.