Burgerlijken Stand
UITSLAG VERKOOPINGEN.
AANBESTEDINGEN, ENZ.
LOOP DER BEVOLKING.
als we nu beleven, niet gewettigd is, uitgaven
nit de gemeentekas te doen voor eenige fees-
telijkheid. Wanneer de commissie die voor
het houden van een feest gelden heeft inge-
zameld voor het onthaal van de schoolkinde-
ren 250 te kort komt, moet zij dan van elk
ander onderdeel van haar programma maar
een stukje afnemen en dan komt zij er ook.
Hij verkiest geen onthaal van schoolkinderen I
van wege de commissie, wij zegt hij
sturen onze kinderen naar school en als ze
onthaald moeten worden, kunnen we dat zelf
ook nog doen. Hij kan er zijn stem niet aan
geven.
De heer VAN DRIED deelt mede, dat zijn
fractie heeft overwogen, dat ze aan inwilli-
ging der vraag, zooals die hier staat, kan
meewerken; zij is genegen de commissie in
de gelegenheid te stellen de schoolkinderen
een tractatie te geven. Er is 25 cent per kind
gevraagd en de voorzitter heeft een tusschen-
voorstel gedaan om 250 te geven. Hij her-
innert, aan de rede die door Mr. Dieleman
ter gelegenheid der officieele herdenking van
het 350-jarig bestaan der stad heeft gehou-
den, en waarvan het jammer is, dat die niet.
door alle ingezetenen kon worden bijgewoond.
Hij is toen veel belangrijks omtrent onze stad
te weten gekomen. Er was wel ajanleiding, om
dat feit nog eens op andere wijze te herden-
ken. Nu heeft zich een comite er voor ge-
spannen, om aan die feestelijke herdenking
leiding te geven. Zij heeft daarvoor ook de
medewerking weten te verkrijgen van alle ge-
zindten. Het is van het jaar 1907 geleden, dat
men de kinderen van alle lagere scholen hier
bijeen zag. Hij wil er aan meewerken om voor
een tractatie dier kinderen het voorgestelde
bedrag uit te trekken en zal dus, in strijd
met de woorden van den heer Van Cadsand,
met genoegen voor het voorstel stemmen.
Dit is nu een gelegenheid, waar zijn frac
tie zonder eenig beizwaar aan mee kan wer-
ken, omdat het een geheel plaatselijke feest-
viering is, zonder eenige politieke beteekenis.
De heer Scheele neemt omtrent deze zaak
een ander standpunt in, en oordeelt, dat we
in dezen slechten tijd niet, veel kunnen mis-
sen. In de vorige vergadering zijn echter
verschillende gelukkige perspeetieven ge-
opend, en spreker meent, dat de kas der ge-
meente dit bedrag best kan dragen. Hij vindt
het wel eigenaardig, dat, nu zijn fractie er
zonder bezwaar aan kan meewerken, de heeren
Scheele en Van Cadsand, die toch vroeger een
ander standpunt innamen als het herden-
kingsdagen van het Oranjehuis betrof, nu bij
dit gemeentelijk herdenkingsfeest een afwij-
zend standpunt innemen.
De heer DE JAGER herinnert er ook aan,
dat enkele maanden geleden in het Concert-
gebouw een groote vergadering is gehouden,
waarin de heer Mr. Dieleman de geschiedenis
der stad besprak. Later zijn er plannen ont-
staan, om dat feit ook nog eens door een al-
gemeene feestviering te herdenken. Het doet
hem aangenaam aan, dat alle kinderen van
alle scholen hieraan willen meewerken. Hij
acht het geen overtollige weelde, om in ver
band daarmede van gemeentewege voor de
schoolkinderen wat te doen, en voor hen
daardoor een aangename herinnering aan dit
feest te scheppen. Hij zal voor stemmen.
De heer OOLSEN kan zich bijna geheel bij
die woorden aansluiten. Alleen wilde hij vra-
gen, of de kinderen van Sluiskil voor die
medewerking in de kom niet zouden kunnen
worden gehaald. Ter gelegenheid van de
Oranjetrein is daarvoor door een commissie
uit Sluiskil ook gezorgd.
De heer DE JONGE meent, dat, nu de leer-
lingen van alle scholen aan het feest zullen
meewerken, dus de kinderen van alle geizind-
tec, het voor dden gemeenteraad een prachtig
moment is, om ook eens iets tot verhooging
der feestvreugde dier kinderen te doen. De
kosten loopen toch zoo hoog niet. Er is ook
geen beizwaar, dat de gemeente die kosten
niet zou kunnen dragen.
ha antwoord op de vraag van den heer Col-
sen kan hij mededeelen, dat de kinderen van
buiten voor rekening van het comit6 zullen
reiizen; van Sluiskil kunnen ook de ouders
per trein de reis voor half geld meemaken.
Voorts zullen de kinderen van Sluiskil en Drie-
wegen, die reeds vroeg op stap moeten en
wat later thuis komen, een afzonderlijke ver-
versching ontvangen, namelijk twee bolussen
en een beker melk.
De heer VAN AKEN is naar de vergadering
gekomen met het voomemen tegen te stem-
men, omdat hij zich de vraag stelt: kan de
gemeente dat wel betalen Er zijn in de
vorige vergadering wel crjfers genoemd, die
er heel mooi uitzien, maar naar men heeft
kunnen lezen, is de wijziging die de Minister
heeft aangekondigd in de verdeeling der kos
ten voor de werkloozen voor de gemeente ook
zeer nadeelig. Onder die omstandigheden is
het volgens hem geen tijd om nu voor een
feestviering 250 uit te geven.
De heer DE BRUIJN houdt veel van de
kinderen, doch beweert, dat de commissie
voor de kinderen rond is geweest. Hij ver-
wondert er zich sterk over, dat de commissie
daarvoor nu bij de gemeente nog geld komt
vragen. We zitten hier reeds met hooge be-
lastingen, en weten niet hoe we de begrooting
in elkaar moeten krijgen. Voor de armen moet
ook gezorgd worden en men kan toch van de
winter niet tegen deze zeggen, dat er geen
geld meer voor hen is, omdat het aan het
feest is uitgegeven. Naar zijn meening kan
de gemeente het niet doen.
De heer DE BAKKER denkt over deze zaak
geheel anders; hij vindt het gelukkig, dat er
nog menschen te vinden zijn, die den lust en
den moed hebben bezeten om er zich voor te
geven zoo'n feestviering in elkaar te zetten.
In de over het algemeen treurige omstandig
heden van dezen tijd, mogen we wel eens een
beetje afleiding hebben. Hij zou daarom over
deze vraag voor een enkelen keer maar eens
willen heenstappen.
De heer DEBS meent, dat in het adres een
verkeerde voorstelling van de zaak wordt ge
geven, alsof dit nu een vraag is speciaal ten
behoeve der kinderen. De heeren die bij hem
geweest zijn met de lijst voor het feest, heb
ben hem verzekerd, dat niet bij de gemeente
zou worden aangeklopt, en daarom heeft hij
ook zijn steun verleend. En nu is de commis
sie toch met een verzoek gekomen. Hij vindt
dat niet netjes. Nu zal men de tegenstem-
mers weer voor bekrompen kunnen uitkrijten.
Het feit is echter, dat de commissie bij de
1000 die ze bij de ingezetenen heeft opge-
haald nog 250 vraagt om kapot te slaan.
Indien de commissie meent, de schoolkinderen
te moeten tracteeren, behoorde ze dit van het
opgehaalde geld te doen, en dan maar iets an
ders te laten vallen, als ze anders de kosten
niet bestrijden kan.
De heer SCHEELE deelt ook de opvatting,
dat de aanvragers hier een lastige kwestie
van hebben gemaakt. Als hij en anderen zich
tegen inwilliging verzetten, wordt de indruk
gewekt, alsof zij minder voor de kinderen ge-
voelen, hetgeen toch niet juist is.
Spreker zou niet zoover willen gaan als de
heer Van Cadsand, die meent dat het niet ge
wettigd zou zijn feest te vieren en daaraan
steun te verleenen. Daartoe kan zeker wel
eens aanleiding zijn. Er kan voorzeker aan
leiding zijn het 350-jarig bestaan der ge
meente feestelijk te herdenken en daardoor de
bevolking kan toonen haar dankbaarheid. De
animo daarvoor, zal bij de een grooter zijn dan
bij de ander, dat kan niet anders.
Nu is op 23 April 1.1. officieel herdacht het
350-jarig bestaan der stad, er is hier receptie
gehouden, er is een spreker geweest, de mu-
ziek heeft zich laten hooren en een kinder-
schaar heeft daarbij meegewerkt. Nu zal men
misschien zeggen dat dit aantal kinderen niet
zoo groot was, dat het niet alle leerlingen der
scholen omvatte, maar die hebben alien toch
kans gehad om mee te doen. Die kinderen
zijn toen ook getracteerd, spreker heeft al-
thans een mandaat geteekend, waarop ten be
hoeve daarvan een bedrag voorkwam. Tegen-
over die kinderen heeft de gemeente dus aan
zijn verplichting voldaan. En nu kunnen an
deren nog wel eens willen feestvieren, maar
nu gaat het toch niet aan, om bij de gemeente
opnieuw voor dat doel aan te kloppen. In dat
opzicht staat spreker aan de zijde van den
heer Van Cadsand, en is hij ook van meening,
dat de feestcommissie, als zij van oordeel is
dat de kinderen getracteerd moeten worden,
daarvoor zelf behoort te zorgen. Dat stand
punt is niet onbillijk, want tgen met een lijst
voor bijdragen werd rondgegaan, waarbij spre
ker zich niet onwillig heeft betoond, hebben
de heeren die er mede k'wamen ook bij spre
ker verklaard, dat men in geen geval bij de
gemeente zou aankloppen en eenigen tijd later
komen ze toch. Dat tracteeren van de kin
deren behoort ook bij het feest, want de hee
ren hebben toch niet gezegd dat ze om geld
kwamen om dat in de lucht te laten vliegen
of om fratsen op de straat te brengen, waar-
mede spreker niet zeggen wil wat verkeerd
of niet verkeerd is, maar het komt er ten
slotte op neer, dat ze, zooals de heer Dees op-
merkte, meer geld wenschen te hebben om
stuk te slaan. En nu is spreker er "wel van
overtuigd, dat hij en zijn medestanders dit
pleit zullen verliezen, maar moet er toch nog
eens op wijzen, dat het niet netjes is, ondanks
de afgelegde belofte, bij de gemeente te komen
met een verzoek om subsidie. Men had dat
nu ten voile uit de bijdragen van particulieren
moeten bekostigen, en geen beroep hebben
gedaan op de openbare kas. Men had dan
nog maar voor de tweede maal een beroep
moeten doen op de burgerij of op iets anders
bezuinigen.
De heer DE JAGER heeft met eenige ver-
wondering gehoord, dat de kinderen al van
wege de gemeente zijn getracteerd en de heer
Scheele daarvoor een mandaat heeft getee
kend. In welke raadszitting is dan daartoe
besloten? Dat is dan toch wel een fout ge-
Weest
De heer SCHEELE herinnert, dat indertijd
gesproken is over de officieele herdenking van
het verkrijgen der stadsrechten. Daarvoor zijn
toen eenige middelen beschikbaar gesteld,
maar het mocht niet te hoog loopen. Burge-
meester en wethouders hebben toen ook niet
geweten, dat die uitbreiding er aan zou gege-
ven worden, en ten koste van de gemeente kin
deren een versnapering zouden ontvangen. Dat
was echter alles bij elkaar gekomen en omdat
het bedrag niet zoo hoog was, heeft spreker
dat mandaatje geteekend.
De VOORZITTER: Dat was een bedrag van
f 15 voor 300 stukken chocolade.
Hij wijst er voorts op, dat het f.oen geen
feest was voor kinderen, alleen heeft toen een
groep kinderen met het muziekgezelschap
meegewerkt voor opluistering van den dag.
Hij meent, dat er uit financieel oogpunt geen
bezwaar is, om de voorgestelde 250 toe te
staan en dat de heeren Scheele en Van Cad
sand wel wat erg pessimistisch zijn in dat op
zicht. 'Hij is van oordeel, dat de gemeenteraad
dit met algemeene stemmen zou kunnen aan-
nemen.
De heer SCHEELE merkt op, dat de heeren
nu in financieel opzicht reuzen zijn, maar dat
ze strakjes wel anders zullen praten.
De heer VAN CADSAND Wijst er den heer
De Jager op, dat deze zoo bout sprak van de
deelneming van alle kinderen, maar dat het
zeer de vraag is, of alle kinderen dat inderdaad
zullen doen. Hij is wel zeker van het tegen-
deel en voegt er aan toe, dat het deelnemen
der scholen aan de feestelijkheden nog wel
eens ver strekkende gevolgen zou kunnen heb
ben, die voor de gemeente nog heel wat nadee-
liger zouden zijn.
En wat de meening van den heer De Jonge
betreft, dat er geen bezwaar is om die 250
toe te kennen, herinnert spreker aan de ver-
gaderingen waarin getracht Werd om van ver
schillende posten nog 5, 10 of 25 af te
krijgen, ten einde de begrooting sluitend te
krijgen. Spreker ziet de toekomst nog niet
zoo gunstig in, dat hij er nu aan kan meewer
ken, om thans maar direct f 250 te voteeren.
Aan den heer De Bakker, die het gelukkig
vindt, dat er nog menschen zijn die zoo'n feest
willen in elkaar zetten, zegt spreker, dat die
particulieren dat zelf moeten weten, maar dat
hij voor zich het niet toelaatbaar acht om
daarvoor fondsen uit de publieke kas beschik
baar te stellen.
De heer DE JAGER verklaart de bedekte
bedreiging van den heer Van Cadsand zeer
goed te begrijpen, maar die zal hem toch niet
van meening kunnen doen veranderen. Dat
dreigement van den heer Van Cadsand hangt,
ondanks dit feest, toch steeds als een zwaard
van Damocles boven het hoofd der gemeente.
Dat zal spreker dus niet van zijn apropos
brengen.
De heer DE BAKKER gevoelt veel voor in
williging van het verzoek en durft dan ook
voor het voorstel stemmen; hij denkt na regen
komt zonneschijn.
De heer DE JONGE is ook van meening,
dat er best een post te vinden is, waaruit deze
uitgaaf zal kunnen worden bestreden.
De heer VAN DRIEL deelt mede, dat zijn
fractie ook nog overwogen heeft, om voor te
stellen het verstrekken eener feestgave aan de
werkloozen, doch dat zij, nu de lijst voor
steunverleening weer verbeterd is, daarvan is
afgezien.
De VOORlZITTER deelt mede, dat bij de
vorige feestviering onder zijn persoonlijke
verantwoording aan een groep kinderen een
extraatje is verstrekt. Er was na bespreking
door burgemeester en wethouders een pro
gramma opgemaakt voor viering van den
23en April. Aan dat programma is onge-
dacht eenige uitbreiding gegeven, doordat een
300tal kinderen hebben meegewerkt aan de
uitvoering van een Kleppermarsch. Spreker
heeft gemeend, dat die kinderen niet geheel
met leege handen moesten worden weggezon-
den en aan hen is een stukje chocolade ge-
schonken. Dit was een uitgaaf van geringe
beteekenis en de heer Scheele heeft dan ook,
als wethouder, geen bezwaar gehad, het man
daat voor die uitgaaf te teekenen. Deze zaak
is zoo coulant mogelijk behandeld. De feest
commissie heeft het onthaal der kinderen be-
sproken en, aangezien zij dit uit hare geld-
middelen onmogelijk kan bestrijden, werd be
sloten deze zaak aan den gemeenteraad voor
te leggen. In de vergadering van burgemees-
ter en wethouders, waar slechts spreker en
de heer Scheele tegenwoordig waren, ver-
klaarde deze er liever niet aan mee te doen.
Spreker denkt er echter anders over, en
meent, dat men op het oogentolik de gemeente
zou te kort doen, wanneer men zich op het
standpunt plaatst, dat deize die f 250 voor dat
doel niet zou kunnen geven. De raad kan
daarover in alle vrijheid beslissen. Wanneer
men ziet de bedragen die in andere plaatsen
voor feestelijkheden worden uitgetrokken,
behoeft de raad zich hierover niet te schamen,
en kan, zooals spreker reeds uitsprak, het
voorstel zonder bezwaar met algemeene stem-
men worden aangenomen.
Het voorstel wordt aangenomen met 9
tegen 5 stemmen.
Voor stemmen de heeren De Jonge, Verjin-
de, De Bakker, Oolsen, Van Driel, Harte,
Van Doeselaar, Geelhoedt en De Jager; tegen
stemmen de heeren Van Aken, De Bruijn,
Van Cadsand, Dees en Scheele.
i. Een adres van den volgenden inhoud:
Ondergeteekende, F. J. van Aalst, handelen-
de in opdracht van den Zeereerwaarden heer
F. B. J. Frencken, directeur van het E. K. en
K. J. V. Werk in het bisdom Breda te Breda,
geeft met verschuLdigden eeribied te kennen:
Dat het Katholieke Meisjes-Jeugdiwerk, ook
van uwe gemeente een steeds grootere uit
breiding verkrijgt en steeds meer in zich om-
vat, zooals zedelijke opvoeding, godsdienstige
en maatschappelijke vorming, teneinde de
meisjes berekend te doen zijn voor de taak,
die haar later als moeder en echtgenoote
wacht;
dat begrijpelijkerwijze in deze tijdgn van
aanhoudende depressie, de particuliere bijdra
gen zoo niet afnemen dan toch zeker niet
strjgen, en zoodoende wegens de uitgebreider
werken de kosten de baten dreigen te over-
schreiden, waardoor de mogelijkheid bestaat,
dat het werk gaat lijden, een omstandigheid,
die wij gaarne voor alles zouden willen voor-
komen;
dat juist in dezen tijd een beroep op de
publieke huishoudingen alleszins gerechtvaar-
digd is, wijl het, hier een werk betreft dat o.a.
de door werkeloosheid getroffen jeugd tracht
te houden in de voor de samenleving best
mogelijke condities; arbeidzaamheid, gods-
dienstigheid en zedelijkheid;
dat onze catechisten zich voor haar heele
leven zonder eenige persoonlijke vergoeding
hebben gewijd aan deze schoone doch zware
taak en dat wij haar nog niet gaarne belas-
ten met de zorg over finantieele tekorten;
dat ook in uwe gemeente onder leiding van
onze catechisten het jeugdwerk wordt bevor-
derd, en dat het centrale jeugdsecretariaat te
Breda mede voor de jeugd.beweging van uwe
gemeente moet worden bekostigd;
redenen, waarom wij uw edelachtbaar col
lege beleefd verzoeken voor het jaar 1935 een
subsidie te willen verleenen van vijftig gulden
zegge f 50.
Dit adres zal worden behandeld bij de vast-
stelling der begrooting.
j. De VOORZITTER deelt mede, dat de
huur der onderwijzerswoning bij school C door
den heer Kaan is opgezegd wegens verhuizing,
en deze dus disponibel komt. Burgemeester
en wethouders hebben nu overwogen, deze te
benutten voor de Anbeidsbeurs. Door de ver-
andering die de plaatselijke toestand daar
heeft ondergaan, verwachten burgemeester
en wethouders dat men er eventueel bij ver-
huring geen hooge huur van zal kunnen ont
vangen, terwijl het ook gewenscht is, dat de
Anbeidsbeurs in een betere lokaliteit wordt
overgebradht. Er zal dan eenige verandering
noodig zijn, en ook een en ander voor de in-
stallatie. Burgemeester en wethouders zou
den daaromtrent overleg willen plegen met
den Minister van Sociale Zaken, om daarna
de financieele gevolgen te kunnen nagaan.
Het is dan echter noodzakelijk, dat de ge
meenteraad zich eerst in beginsel uitspreekt,
of deze genegen is het gebouw daarvoor te
bestemmen. Bij ontkennend antwoord, zou het
ovenbodig zijn om met den Minister te gaan
onderhandelen.
De heer DE JAGER zal thans niet dieper
op de zaak ingaan, maar stelt de vraag, of
burgemeester en wethouders ook niet eens
zwuden kunnen infolrmeeren, of, indien ter
plaatse van de bestaande Anbeidsbeurs een
nieuw lokaal zou herbouwd worden, de Minis
ter ook bereid zou zijn in de kosten daarvan
te betalen en of dit dan niet goedkooper zou
uitkomen.
De VOORZITTER antwoordt, dat die vraag
kan gedaan worden, maar hij veronderstelt,
dat het dan belangrijke kosten zouden zijn.
Nu zal het naar hij vermeent mogelijk zijn
een huur voor het gebouw te bedingen, die
avereenkomt met de waajde.
De heer DE JAGER: U verwacht dus, dat
de waarde in de huur zal worden vercon-
verteerd?
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
De heer VAN DRIEL had hier bij geruchte
al iets van gehoord en meent, dat men dit
gebouw voordeeliger zou verhuren of verkoo-
pen en voor de Arbeidsibeurs een nieuw ge
bouw stichten, volgens de eischen des tijds.
Overigens gevoeld zijn fractie op het oogen-
blik niet de noodizakelijkheid van verande
ring van lokaliteit voor de Anbeidsbeurs. Die
beteekent voor bemiddeling voor werk toch
niets, omdat het gebruik er van eenzijdig is.
Er komen alleen werknemers, maar de pa-
troons blijven er vandaan, in strijd met ge-
dane beloften. Er zijn lijsten aangeplakt, dat
voortaan ook voor het transportwerk werk-
lieden over de beurs zouden worden genomen,
maar de patroons doen het niet, zelfs een
patroon die deel uitmaakt van deze vergade
ring doet het niet. We schieten dus met een
nieuw kantoor ook niets op en hij zou dus
daarmede willen wachten, tot de Minister het
verplichtend stelt.
De VOORZITTER is van meening, dat de
door burgemeester en wethouders in beginsel
voorgestelde oplossing de goedkoopste zal
zijn.
De heer VAN AKEN is met het oog op de
financieele gevolgen bang om er op in te
gaan en verklaart er zich tegen.
De VOORZITTER merkt hem op, dat het
thans nog niet gaat over een definitieve be-
slissing. Alvorens het zoover is, zal een vol-
ledige opgaaf van de kosten kunnen worden
gedaan. Nu gaat het alleen over het begin
sel. Burgemeester en wethouders vragen
alleen hem eens kans te geven.
De heer DE JONGE wil terugkomen op de
woorden van den heer Van Driel en mede
deelen, dat er wel degelijk patroons zijn, die
voor het aannemen van arbeidskrachten van
de beurs gebruik maken. Er zijn hier niet
alleen patroons voor het transpbrtbedrijf,
maar ook andere.
De heer OOLSEN zou er zich wel mee kun
nen vereenigen, maar vraagt, of de woning
niet voor zijn oorspronkelijke bestemming be
schikbaar moet blijven. Zij wordt nu wel
door het tegenwoordig hoofd van school C
verlaten, maar als er later een ander komt,
die een woning vraagt, moet de gemeente dan
daarvoor niet zorgen?
De VOORZITTER: Die verplichting is voor
de gemeente vervallen.
De heer DE BAKKER vermeent, dat de
raad zddveel vertrouwen in burgemeester en
wethouders behoort te hebben, dat het col
lege zal trachten dit op de beste wijze voor
elkaar te krijgen.
De heer VERLINDE geeft te kennen, dat
de zaak waar de heer Van Driel zooeven op
doelde zijn oorzaak heeft gevonden in een
misverstand. Hij heeft zijn medewerking
toegezegd om bij voorkomend geval werklie-
den over de beurs te vragen en is ook voor-
nemens dat woord gestand te doen. Dat dit
in een geval van recenten datum anders is
geloopen, was niet aan hem te wijten.
Hij is van oordeel dat het gebouw dat
thans dienst doet als districtsarbeidsfoeurs op
niets meer trekt en men dit gerust heelemaal
kan afbreken. Zelfs indien de Minister voor
de veranderingen geen subsidie geeft, zal men
er toch uit moeten.
De heer DE JAGER: Het is dus onbe-
woonbaar
De heer VERLINDE acht het voor het
tegenwoordig doel feitelijk niet te gebruiken.
Een andere lokaliteit is noodzakelijk.
De heer SCHEELE is van een ander ge-
voelen en waarschuwt, dat men in dezen tijd
toch moet leeren zijn eischen wat lager te
stellen. Hij vindt het jammer, dat, als men
over zoo iets gaat praten, 0e heeren dadelijk
beginnen met te overdrijven. Hij acht het
tegenwoordig gebouw nog volstrekt niet on-
bewoonbaar en met eenige voorziening is dat
ook nog wel te gebruiken.
De heer DE BAKKER: Jawel, een nieuw
kleedje op de vloer en dan is de zaak weer
in orde!
De heer VAN CADSAND: Dus, de defini
tieve beslissing komt later?
De VOORZITTERJa!
Het voorstel wordt aangenomen met 8
tegen 6 stemmen.
Voor stemmen de heeren De Jonge, Ver-
linde, De Bakker, Colsen, Van Cadsand, Geel
hoedt, Scheele en De Jager; tegen stemmen
de heeren Van Aken, De Bruijn, Van Driel.
Harte, Van Doeselaar en Dees.
k. De VOORZITTER deelt mede, dat'de
heer Geelhoedt thans mededeelingen zal doen,
in de vorige vergadering toegezegd omtrent
verbeterdng van de bestrating der Vlooswijk-
straat en Dijkstraat.
De heer GEELHOEDT deelt mede, dat hij,
in verband met deze onderwerpen een ver
gadering had belegd met de commissie van
bijstand, ten einde een en ander onder de
oogen te zien. Qngelukkiger wijze is die ver
gadering niet kunnen doorgaan en is het daar
door niet mogelijk geWeest aan den raad een
schriftelijk voorstel in te dienen.
Later heeft die vergadering plaats gehad.
Daarin is men tot de conclusie gekomen, dat
een algeheele voorziening van de vernieuwing
der bestrating voor het oogenblik achterwege
zal moeten blijven, in verband met den aan-
leg der waterleiding. Indien men thans de
wegsverharding zou vernieuwen, doch deze
moet na 1% of 2 jaar weer Worden opgebro-
ken voor het leggen van waterleidingsbuizen,
is dat niet alleen lastig voor de beWoners,
aangezien ze dan tweemaal de onaangename
gevolgen van het bestratingswerk ondervin-
den, maar het is bovendien minder goed voor
het bestratingswerk op zichzelf.
Als nu later het leggen der buizen en het
vernieuwen der bestrating tegelijk wordt uit-
gevoerd, heeft men er maar 6en keer last van.
Hij vertrouwt dat de bewoners der Dijkstraat
en der Vlooswijkstraat zullen inzien, dat het
in verband met dien te verwachten buizen-
aanleg, thans niet de gelegenheid is *de straat
te vernieuwen en zij dus nog eenig geduld zul
len moeten oefenen.
Wel meent de commissie, dat er aeen be
zwaar is, om in de VloosWijkstraat thans reeds
te beginnen met het aanleggen van trottoirs.
Die vallen buiten het werk van den buizen-
aanleg en dat werk lijdt dus geen schade. De
palen voor de electrische geleiding zijn aan
de eene zijde al bij voorbaat geplaatst in de
richting die het trottoir zal krijgen. Burge
meester en wethouders vragen dus machti-
ging voorloopig hiermede te beginnen. De
kosten dier trottoirs worden geraamd op
1500.
De heer SCHEELE verklaart, dat hij liever
zou hebben gezien dat de straat ineens in zijn
geheel kon worden in orde gemaakt, doch
geeft, met het oog op het later weer moeten
opbreken, hieraan toegegeven.
De heer BAKKER wou vragen, dat men
voor het uitvoeren van dat werk er een paar
mannetjes bij zal nemen, opdat het vlugger
opschiet en de menschen in die straat er zoo-
lang niet mee zullen zitten. Het gemeente-
personeel heeft al zooveel hooi op zijn vork.
De heer DE JAGER kan zich wel met het
naar voren gebracht plan vereenigen, doch is
belangstellend, hoe burgemeester en wethou
ders zich de dekking van de hiervoor noodige
uitgaaf denken. Er wordt uit den treure ge
zegd, dat men ieder dubbeltje nauwkeurig
moet bekijken voor men het uitgeeft. Doch
hoe zal men dit nu gaan betalen: uit de ge-
wone middelen, of door het sluiten eener lee-
ning? Zelfs indien de gelden uit de gewone
middelen beschikbaar zijn, is spreker van oor
deel, dat voor dergelijk werk moet geleend
worden, aangezien naar zijn meening het na-
geslacht, dat daarvan profiteert, ook in de
lasten daarvan behoort te deelen.
De heer SCHEELE: Wacht ten deze uw
beurt maar af.
De heer VAN CADSAND geloo^fc dat de
heer De Jager zich vergist; er is niet over de
dubbeltjes gesproken. Er is in de commissie
alleen besproken de wenschelijkheid dat de
straat vernieuwd Wordt, doch ook het moei-
lijke om dit nu te gaan doen, in het vooruit-
zicht, dat de straat later voor het leggen van
buizen weer moet worden opgebroken.
De heer DE JAGER heeft dat wel begre-
pen. Maar de wethouder heeft nu ook iets los-
gelaten en hij vertrouwt, dat later, als de vol-
ledige kosten van het werk bekend zijn, de
daarvoor noodige 10.000, misschien f 15.000
zullen geleend worden.
De heer SCHEELE: Het is inderdaad de
bedoeling, de kosten later door een volledige
leening te dekken.
De heer DE JAGER is tevreden gesteld.
De heer DE JONGE vindt het een mooi
plan, maar vraagt, of toch ook de putten in de
Vlooswijkstraat niet tegelijk zouden kunnen
gelicht worden. Hij vraagt, of een der heeren
nog nooit eens in zoo'n put is gevallen.
De heer SCHEELE merkt op, dat de heer
De Jonge nu weer niet moet overdrijven.
De heer DE JONGE voert hier tegen aan,
dat dit wel eens moet geschieden om de zaken
in gang te krijgen, en dat overigens de heer
Scheele in bep«alde richting ook wel eens
overdrijft. Er rijden in de Vlooswijkstraat
groote vrachtwagens en dan is dat met de
groote putten niet zonder gevaar.
De heer GEELHOEDT: Het komt wel in
orde.
Het voorstel om voorloopig in de Vlooswijk
straat trottoirs aan te brengen wordt aange
nomen met algemeene stemmen.
4. Benocmen geneesheer in vasten dienst
te Sluiskil.
In uwe vergadering van den 21 December
1931 werd schrijven burgemeester en wet
houders aan den raad besloten voorloopig
niet te voorzien in de vacature van gemeente-
geneesheer te Sluiskil, welke ingaande 1
Januari 1932 is ontstaan.
Op grond van artikel 11 van de Instructie
voor de geneeskundigen en de vroedvrouwen,
belast met de armenpractijk, hebben wij in
verband hiermede, den gemeente-geneesheer
in de kom, met de waameming van Sluiskil
belast en hem voor meerdere dienstprestatie
uitgekeerd, gedurende den tijd der waame
ming, de jaarwedde aan de vacante betrek-
king verbonden, groot f 400.
Wanneer een tijdelijk amibtenaar als zoo-
danig twee jaar onafgebroken dienst heeft
gedaan, komt hij daarna ingevolge het tweede
lid van artikel 3 der pensioenwet 1922 auto-
matisch onder de werking dier wet; dat wil
zeggen, dat voor hem 15 y2 van zijne jaar
wedde aan het pensioenfonds moet worden
betaald en dat op hem ook het gewone ver-
haal moet worden toegepast.
Deze bepaling is ingaande 1 Januari 1934
op den gemeentegeneesheer van toepassing
geworden.
Waar wij er niet in geslaagd zijn, in de
bestaande vacature te Sluiskil te voorzien,
doordat zich geen ernstige sollicitanten aan-
meldden, het zich niet laat aanzien, dat dit
in de toekomst wel het geval zal zijn, omdat
reeds verschillende dokters aldaar bun prac-
tijk uitoefenen en de geneeskundige armen-
verzorging te Sluiskil door den gemeente
geneesheer in de kom tot geen enkele klacht
heeft aanleiding gegeven, achten wij termen
aanwezig, den gemeente-geneesheer in de
kom ook voor Sluiskil in vasten dienst te
benoemen, nu hij met een vast ambtenaar
moet worden gelijkgesteld.
Wij stellen U voor, daartoe te besluiten en
te bepalen, dat deze benoeming geacht wordt
te zijn ingegaan op 1 Januari 1934.
De heer COLSEN vraagt, of niet met den
te benoemen geneesheer kan worden afge-
sproken, dat, wanneer zich te eeniger tijd te
Sluiskil een geneesheer vestigt, hij zich dan
als gemeente-geneesheer daar zal terugtrek-
ken.
De VOORZITTER deelt mede, dat burge
meester en wethouders de mogelijkheden in
verband met deze zaak uitvoerig hebben be
sproken, doch zij vreezen de door den heer
Colsen geopperde moeilijkheid niet.
De heer DE BAKKER: Als dat voorbehoud
gemaakt werd, dienen we toch de belangen
van de menschen van Sluiskil.
De heer COLSENAls er zich na een paar
jaar eens een vestigde, zou het toch moeilijk
worden. De gemeentegeneesheer is nog jong
en er zou dus naar te verwachten is, in ge-
ruimen tijd geen vacature komen.
De heer SCHEELE zet uiteen, dat de raad
zich thans eenvoudig op het standpunt heeft
te stellen dat hij overeenkomstig door de re-
geering ingestelde regelen moet innemen, dat
iemand, na twee jaar onafgebroken in tijde-
lijken dienst te zyn geweest, een vaste aan-
stelling moet krijgen, omdat hij dan in aan-
merking komt voor de voile pensioenregeling.
De belangen der bevolking Worden hiermede
gediend. Zelfs wanneer zich te Sluiskil een ge
neesheer zou vestigen, zou het toch ook de
vraag zijn, of die daar zou blijven. Hij meent,
dat op het denkbeeld van den heer Colsen
niet kan worden ingegaan.
De heer COLSEN wijst er op, dat men, als
de geneesheer eenmaal definitief voor Sluiskil
benoemd is, deze toch niet meer kan ontslaan.
De heer DE BAKKER meent, dat de raad,
door een voorbehoud te maken, de bevolking
van Sluiskil zou dienen; de dokter speelt geen
rol.
De VOORZITTER is overtuigd, dat door
het voorstel de verschillende hierbij betrokken
belangen worden gediend, en dat men overi
gens het verloop aan de toekomst moet over-
laten.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
(Wordt vervolgd.
STOPPELDIJK.
Door den heer A. de Clercq, architect te Ter
Neuzen, werd aanbesteed het sloopen van het
voormalige Tolhuis en het ter plaatse bouwen
van een cafd met woning voor rekening van
den heer J. Bogaert.
Voor het metselwerk was de laagste in-
schrijver C. en A. van de Brande te Hulst voor
2725, de hoogste inschrrjver was J. de Vos
te Zaamslag voor /3495.
Voor het timmerWerk was de laagste in
schrrjver P. van Duise te Graau'w voor 1822
en de hoogste inschrijver Blommaart, van
Hulst, voor f 2299.
Voor het loodgieterswerk was de laagste
inschrijver A. Rombout, van Hulst, voor f 577
en de hoogste inschrijver P. Jansen, van Hulst,
voor f 690.
Voor het schilderwerk was de laagste in
schrijver A. van JoleGoethals, van Honte-
nisse, voor f 307,75 en de hoogste inschrijver
Gebr. van Kerkhoven, van Hontenisse, voor
460.
De gunning werd aangehouden.
HONTENISSE.
Huwelijks-aangiften. 13 Sept. Rene Alphon-
sus Christiaan Hendriks (van Stoppeldijk),
oud 29 j., jm. en Angela Paulina Cammaart,
oud 22 j., jd. Josephus Judocus Pardon, oud
29 j., jm. en Angela Cornelia Cappendijk, oud
26 j., jd.
Huwelijks-voltrekkingen. 12 Sept. Leon van
Loo (van Moerbeke, B.oud 31 j., jm. en
Helena Octavie Pladet, oud 30 j., jd. 14 Sept.
Hippolytus van Overmeeren (van St. Jan-
steen), oud 24 j., jm. en Maria Catharina
Vioen, oud 28 j., jd.
Geboorten. 4 Sept. Josephus Lucas, z. van
Franoiscus El. Maas en van Elisabeth Joh.
Baart. 5 Sept. Petrus Gerardus, z. van Ge-
rardus Sponselee en van Johanna Cath. Arens.
Overlijden. 2 Sept. Jeanette Johanna van
den Bergen, oud 49 j., echtg. van Desiderius
Hub. de Waal.
HONTENISSE.
Gedurende het tijdvak 115 Sept. hebben
zich in deze gemeente gevestigd:
Petrus de Bakker, Kruisdorp, van Ter
Neuzen.
Angela Robijn, Lamswaarde, van Stoppel
dijk.
Vertrokken:
Barber. Am. Stallaert, Kruisdorp, naar
Lierop.
Arthus D. P. van den Ende, Lamswaarde,
naar Dordrecht.
Alfons J. de Backer, Walsoorden, naar
Baarle-Nassau.
Elisabeth P. Hiel, Walsoorden, naar Roer-
mond,
Hubert P. van Leeuwe, Kloosterzande, naar
Nijmegen.
Albert J. P. van Dorsselaer, Kuitaart, naar
Clinge (Z.
Julius E. Verdurmen, Kloosterzande, naar
Nijmegen.
Alphonsus M. T. Cornelissens, Terhole, naar
Amsterdam.
Maria J. C. Michielsen, Lamswaarde, naar
Etten en Leur.
Rene J. T. de Dalie, Kuitaart, naar Osse-
nisse.
Julia Buise, Groenendijk, naar Breda.
Petrus J. A. de Waal, Kloosterzande, naar
Tilburg.
Helena C. Pladet, Kloosterzande, naar Ste-
kene (B.).
Martha Bun, Kloosterzande, naar Roosen-
daal.