ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN OM DE KONINGIN No. 9165 WOENSDAG 4 JUL! 1934 74e Jaargang Binnenland Buitenland Feuilleton TWEEDE BLAD TER NEUZENSCHE COURANT ZOMERFEEST VAN DE V.A.R.A. Begimstigd door goed weer is Zondag op Birkhoven bij Amersfoort het zomerfeest van de V.A.RA. gehouden. Ongeveer 25 extra-treinen stoppende te Amersfoort en kalte Birkhoven, waren voor dit doel in den gawonen dienst ingelegd. ter- wijl ook de aanvoer per autobus en andere verkeersmiddelen groot was. Het verkeer op den weg werd geleid door de Amersfoortsche politie, bijgestaan door politie uit Soest, Rijks- politie en marechaussde. Alles verliep vlot van stapel. Onize indruk was dat op nog grooter bezoek was gehoopt, hetgeen wel bevestigd werd bij de openingsrede van den tweeden voorzitter van de V.A.R.A., de heer Klaas de Jonge, die o.m. hier naar voren bracbt, dat velen door werkloosheid of andere crisisoorzaken niet in staat waren geweest dit feest te bezoeken. 9pr. wekte alien op den strijd tot bet in stand houden van de V.A.R.A. kraehtig voort te zetten, ook omdat de V.A.R.A. een der oudste omroepvereenigingen is. Spr. besloot zijn rede met een oproep tot steun voor den komenden strijd in de mijn- streek. ffiema .volgde de hoofdscbotel van bet feest n.I. ,,het zomerfeestspel" onder leiding van Martin Gleisner en Piet Tiggers. Die tekst hiervan is geschreven door Martien Bever- sluis, terwijl tot grondslag van dit massaspel beeft gediend bet V.AJt.A.-lied „Hallo, hier Hilversum, Hier is de V.A.R.A." Het spel, dat als een soort reivue is te be- schouiwen. waarin alle medewerkers van de V.AJR.A. ten tooneele komen, bereikte zijn boogtepunt bij het ten tooneele- brengen van de beeltenis van wijlen P. J. Troelstra, het geen met eene ovatie werd begroet. Na afloop van de revue hebben verscheidene sprekers nog bet woord gevoerd, waarvoor de belangstellimg echter niet zoo buitengewoon groot meer was. NEDERLAND OP DE BRUSSELSCHE WERELDTENTOONSTELLING. Naar de correspondent der N. R. Crt. te Brussel meldt wordt, door de leiding van de in 1935 aldaar te houden wereldtentoonstel- ling, binnen een paar weken de offdcdeele mededeeling verwacbt van de benoeming van een Nederlandschen regeeringscommissaris. De Neiderlandsche deelneming aan deze ten- toonsteling zal een oppervlakte beslaan van ongeveer 6000 vierkacte meter. IN DUITSCHLAND. De berichten uit Duitscbland vormen, schrijft de N. R. Crt., slecbts een ruwe en onvolledige schets van gebeurtenissen, waarvan de inboud nog moedlijk te bepalen is. Uiterlijk is het geen gemeld wordt, duidelijk genoeg. Hitler is zijn tegenstanders voor geweest. Zijn ge- beime staatspolitie beeft goed werk gedaan, in zijn soort bewonderenswaardig werk, om dat zij te doen had met tegenstanders, die de techniek van dat wwrk niet minder goed ken- den dan zij zelf. Wat gemeld is, werpt reeds licht Whteruit op bet verleden. Alleriei ge- rucbten krijgen nu bun bevestiging. Men beeft verteld, dat tot de „vacantie" van Roebm en de Sturm-Abteilungen (S.A.) besloten was in den krijgsraad, die Hitler met de leiders van de rijksweer gebouden heeft op zijn be- kenden tocht met een oorlogsschip naar de 26) door VICTOR BRIDGES. (Nadruk verboden.) (Vervolg.) „Precies drie weken! Den dag na dat eerste diner kwam Da Freitas ons wederom bezoeken en deed een formeel aanzoek. Ik verklaarde bem zonder omwegen, dat ik niet wilde, maar dat speelde geen rol. Oom Philip betoogde, dat ik bedeesd was en niet wist wat ik zei en Da Freitas verklaarde op zijn af- schuwelijke zalvende manier, dat hij zeker wist, dat, als ik Pedro beter leerde kennen. ik bem even vurig zou beminnen als bij mij. Ik oordeelde het 't beste, maar niets meer te zeggen en besloot op dat oogenblik, dat ik zou wegloopen". Tony keek baar goedkeurend aan. ,,Je bent buitengewoon practisch", zei hij, ,,voor de dochter van een venbannen koning". „Er bleef mij toch niets anders te doen, niet waar?" antwoordde Isabel, ,,maar het was niet gemakkelijk. U moet weten, ik had geen geld en oom liet mij nooit alleen uit- gaan. Waarheen ik ook ging, altijd was Suzanne, die Frangaise bij mij. De eenige, die mij zou kunnen helpen, zoo dacht ik, was miss Watson. Toen zij vertrok, had zij mij haa adres in Londen gegeven en ik wist, dat zij alles voor mij zou doen, want zij baatte oom Philip bijna even erg als ik. Ik sohreef haar een ibriefje en droeg het dagen ianig tusschen mijn onderkleerem brj mij, maar ik kreeg nooit kans het op de post te doen. Zoo stonden de zaken tot verleden Maandag. Ik gevoelde mij wanbopig, ellendig, want Pedro was den vorigen avond bij ons te dineeren geweest. Hij wilde mij na bet diner kussen en dat beiette ik hem, er ontstond een hevige ruzie, bij vech- noordelijlie wateren. Deze gerucbten hebben nu hua bevestiging en bun verklaring gevon- den. Men heeft ook gesproken van relaties tusschen generaal van Schleicher en den radi- calen vleugel van de S.A., benevens van een groote activiteit van den generaal. Dit leek ongeloofelijk, maar wordt voorloopig ook weer bevestigd door bet naakte feit, van zijn dood. Dat deze groote a! te groote! tacticus zich zou hebben gewaagd aan een avontuur dat zoo groote k an sen van ontdekking en zoo zekere kansen van mislukking had als men het nu achteraf za! toekennen, heeft zekere nadere verklaring noodig. Wrj kunnen die slechts vinden in het verleden van den gene raal, in het bijzonder in de politieke positie, die hij als rijkskanselier in December 1932 was gaan innemen. Eens was hij de verte- genwoordiger geweest van de ,,Herrenklub" en als zoodanig een van de hoofdbewerkers van het verrassende ontslag van Briining, en van het overdragen van de macht aan het conservatieve bewind van Von Papen. Toen Von Papen naar zijn meening te zeer een reactionaire koers .was uitgedreven en al te onbewimpeld dictatoriaie neigingen had ver- toond, was von Schleicher ook weer de bewer- ker van zijn val geworden. Dat had den gene raal het vertrouwen gekost van de Herren- klub, en van vele andere consenvatieven. In de omgeving van den rijikspresident had dit reeds lang niet meer bestaan. Toen hij later zelf ten val kwam, zooals hij Briining ten val had laten komen, was het dit wantrouwen an hochster Stelle", dat men gemobiiiseerd had om hem weg te krijgen. Von Schleicher was tegen het einde van 1932 sterk genoeg geweest om zich zelfs als rijkskanselier aan Hindenburg op te drmgen. Hij was niet sterk genoeg om zich op dien post te handhaven, then men Hindenburg vaster dan ooit te voren geloof had weten in te boezemen in het zeker verzonnen verhaal, dat Schleicher van plan was, op een geschikt oogenblik met troepen uit den omtrek van Berlijn een staatsgreep te ondernemen, en den rijkspresident gevan- gen te nemen. Teekenendvoor deze dingen is het volgend verhaal, dat wij indertijd uit betrouwbare bron vemomen hebben. Von Schleicher was minis ter van oorlog onder Von Papen. Op een goeden dag komt in zijn departement in de Bendlerstrasse te Berlijn, president Von Hin denburg op bezoek. Dit was een heel onge- woon feit, dat haast ontsteltenis verwekte. Hindenburg ging rechtstreeks naar de kamer van von Schleicher. Deze wachtte af, wat het bezoek te beteekenen had. De president liet hem niet wachten. Kwasie schertsend vroeg hij: ,,En, generaal, wanneer laat U de rijksweer tegen mij oprukken?". Von Schlei cher schrok, want hij begreep het gevaarlijke van de daaruit blijkende intrigie, die den presi dent tot hem had gebracht. De generaal antwoordde dus emstig en plechtig: ,,Her General-FeldmarschalT' (opzettelijk dezer miiitairen titel kiezende), ,,ik ben te lang Pruisisch officier geweest om op deze vraag te hoeven antwoorden". Hiermede had bij Hindenburg voorloopig ontwapend. De presi dent lachtte gul, sloeg zijn minister bij het afscheid op den schouder en zeide: „Ik wilde maar v*agen". Deze beschuldiging tegen von Schleicher is in Januari nog eens opgedoken. Toen heeft de rijkspresident zich niet meer op 'joviale wijze vergewist! Men zeide, dat dit de hoofdoorzaak ervan was geweest, dat Hindenburg zijn bekenden afkeer van Hitler overwon en hem rijkskanselier maakte. Von Schleicher speelde in December 1932 een buitengewoon ingewikkeld politiek spel Hij beschouwde zich als vertegenwoordiger van het conservatieve Pruisen en van de ten af en zij waren alien vreeselijk kwaad op mij. Den volgendien morgen begon oom opnieuw tegen mij. Hij zei, dat hij en Da Freitas een stokje zouden steken voor, wat zij noemden, mijn ..nonsens", en dat zij bezig waren schikkingen te treffen voor een onmid- dellijk huwelijk met Pedro. Ik gevoelde mij, zooals ik reeds zei, ellendig, maar ik was niet voornemens met hen te twisten; daarom zei ik niets. Oom Phiip ging dien avond ongeveer half zeven naar Da Freitas en ik bleef met Suzanne alleen in bet huis achter. Zij ver- trouwden mij nooit en lieten mij nunmei alleen. 's nachts werd zelfs mijn slaapkamer afgesloten". r— Zij hield even op, om een weerbarstige koperkleurige haarlok, welke tijdelijk de wijk naar haar voorhoofd had genomen, naar ach- teren te strijken. ,Wij zaten in de huiskamer", vervolgde zij en Suzanne was met haar haakwerkje bezig terwijl ik deed, alsof ik zat te lezen. Terwijl ik zoo zat te peinzen, viel mijn oog toevaliig op een geldstuk een halve kroon dat op den hoek van den schrijftafel tegenover mij lag. Ik denk, dat het aan Suzanne toebe- hoorde. Ik keek er een oogenblik naar en plotseling nam ik een besluit. Ik stond op en liep de kamer door, alsof ik een ander boek uit de boekenkast wilde halen. Toen ik voor- bij de schrijftafel kwam, nam ik het geldstuk op. Ik had een geivoel, of Suzanne naar mij keek, maar ik aarzelde niet. Toen ik bij de boekenkaast stond, zag ik dat zij nog heel kalm zat te haken. Ik wachtte niet langer, liep recht naar de deur en voor zij wist wat er gebeurde, stond ik in de gang en had de deur achter mij op slot gedaan". „Schitterend", riep Tcny opgewonden. „Ik kaii mij haar woede voorstellen". ,,Nu, zij w a s woest", bekende Isabel, ..rnaar ik nam niet veel notitie van haar. Ik wist, dat niemand haar kon hooren, dus liet ik haar schreeuwen en tegen de deur schoppen en vloog direct naar mijn kamer. Ik was te op gewonden om er op te letten, wat ik mede- nam. Ik stopte eenige dingen in mijn koffer- I ■»WHCTg'«°TO».UlUmUII HUIWMMII»M»«.IIW»I —UIW11 lll»ILI»H IJIM nationale opvattingen van de rijksweer in de regeering. Hitler was voor hem de vijand en het gevaar. Dictatuur wilde hij in zoo beperkt mogelijke mate. Hij wilde van de parlementaire methoden redden wat ervan te redden was. In een gesprek dat wij op 7 Januari 1933 te Berlijn met hem hadden, verklaarde hij ons, op zijn cyniseh-openhartige wijze van redeneeren, waarom: „<Dictatuur beteekent burgeroorlog, en wie een burger- oorlog provoceert, verliest dien. Ik wil geen burgeroorlog verliezen". Daarom had hij naar zoo verschillende kanten voelers uitgestoken. Als verdediger van de constitutie en van de sociale instellingen meende "hij, met de vak- vereenigingen tot een accoord te kunnen komen. Hjj zag beter dan de leiders der vak- vereenigdngen in, hoe hun belangen nu samen vielen. Zij vormden voor hem het centrum van de combinatie, waarmede hij het natio- naal-socialsme wilde verslaan. Linkervleugel meost het Zwarte Front van Strasser, de uiterste, radicale groep van de nazi's vormen. Met behuip van deze uiterst merkwaardig samengestelde troepen, bestaande dus uit conservatieve nationalisten, de vertegenwoor- digers der sociale democratic en van de onder- drukte oppositie in de S.A., moest Hitler over- wonnen worden. Geen van deze groepen echter had voldoende vertrouwen, of nog vol- doende vertrouiwen, in den generaal. Zijn de verhalen Juist, die over hem in om- loop waren, en die zeker de oorzaak zijn ge worden van zgn dood, dan heeft hij nu het- zelfde geprobeerd. Hij zou dan de ontevreden- heid van een zekere groep der conservatieven hebben georganiseerd; hij zou weer als storm- ram. waarschijnlijk om dien later ter zijde te werpen, de linksche S.A. hebben willen ge- bruiken. Hij zou op de toenemende sociale ontevredenbeid onder de oude aanhangers der sociaal-democratie hebben gerekend. Verder zou hij waarschijnlijk steun hebben verwacht van zekere trouiwe aanhangers, die hij nog altijd in de rijksiweer had. Heti is zeer wel mogelijk, dat men hem, als een te gevaarlijk man, als iemand die in staat ware geweest het verzet tegen Hitler nu of later te leiden, uit den weg heeft ge- ruimd. De beschuldiging tegen hem zou dan een voorwendsel geweest zijn. Na zijn dood blijven er niet veel mogelijkheden van dien aard over! Maar heelemaal cndenkbaar mo- gen wg het niet noemen, dat hij wederom heeft beproefd, wat hem in December 1932 niet gelukt is. Men kan echter niet. wantrouwig genoeg zijn ten opzichte van hetgeen de bericht- geiving van Berlijn, die door het departement voor propaganda zorgvuldig geschift en ge- leid wordt, ons gelieft te melden. Na den brand in den Rijksdag heeft het waarlijk even- min aan zeer stellige betichtingen, die vol- maakt tendentieus en onhoudibaar. zijn geble- ken, ontbroken. Hoe von Schleicher gestor- ven is Met mevrouw von Schleicher is waar schijnlijk de eenige getuige verdwenen. Dat de generaal, tegen regels, die iedereen te Ber lijn kent, en een revolver zou hebben gegrepen of zelfs een vuurgevecht zou hebben geopend, is een toppunt van onwaarschijnlijkheid. Vol- gens die zelfde regels is het daarentegen hoogst waarschijnlijk, dat mevrouw von Schleicher zich bij haar echtgenoot heeft ge- voegd, toen de arresteerders kwamen. Nooit alleen blijven met degenen, die een huiszoe- king doen of komen om u gevangen te ne men", is een wijsheid, die alle daarvoor in aanmerkitig komende Duitschers en buiten- landers te Berlijn kennen. Men prees dit mild- del aan tegen den dood ,,tengevolge van verzet of zelfmoord bij arrestatie". Er had zich een techniek van beveiliging otitwikkeld, die b.v. tje, sloop daarna naar beneden en verliet het huis".' .Was je niet bang?" vroeg Tony. ,,Niet, voor ik aan het station kwam. Daar vernam ik, dat de trein pas na tien minuten vertrok, en dat was vreeselijk. Ik vreesde, dat oom Philip ieder oogenblik terug zou kunnen komen. Ik verborg mij in de dames- wachtkamer en bleef daar zoo lang mogelijk. Toen de trein voorkwam vloog ik een coupe binnen. De coupe was vol oude vrouwen. Ik voelde dat ik een vreeselijke kleur had en ik was niets op mijn gemak, maar ik was niet van plan in een andere coupe te gaan en dus drcmg ik tusschen hen door en nam plaats. Ik sloot mijn oogen en liet hen maar naar hartelust naar mij staren. „Je moet 't hun maar niet kwalijk nemen", zei Tony. „Oude vrouwen zien ook wel eens graag een jonge kcningin". .,0. ik gaf er niet om. Ik ben er wel aan gewend. In Frankrijk keken de menschen ook zoo naar mij, als ik in den trein kwam". Na even gewacht te hebben vervolgde zij„Hoe het ook zij ik was blij toen wrj aan het Water- loostaticn waren. Ik was zoo opgewonden, dat ik bijna geen adem kon halen voor ik door den uitgang was en toen viel ik bijna in zwijm. Ik weet nu hoe een dier zich moet gevoelen als het uit een val ontsnapt". Zij wendde zich tot Tony. ,,U vindt toch niet, dat ik laf ben, is het wel „Ik geloof, dat je zoo moedig bent, als een leeuw", zei Tony. ,,Ik voelde mij toen toch in het geheel niet zoo", antwoordde zij. ,,Ik beefde over al mijn leden en mijn hart ging geweldig te keer. Ik ging voor eenige oogeoblikken op een bank zitten en toen bedacht ik, dat ik beter in een lunchroom een kop thee kon gaan drinken". „Arm kind", zei Tony aangediaan. ,,Natuur- lijk had je niet gegeten". ..Neen, ik stond op om te kijken of ik een restaurant zag, toen ik plotseling twee man- nen zag, die mij stonden aan te staren als ,,Wat! toch niet onze vrienden uit Long- Acre?" riep Tony vragend. de Amerikaansche autoriteiten te Berlijn theo- retisch badden samengevat in waarschuiwin- gen voor Amerikaansche joumalisten. Over de gebeurtenissen in Duitschland zul- len wij niet veel zeggen. Men kon de uitbarsting zien aankomen. Het is te vermoeden, dat wij nog slechts aan het begin van een reeks gebeurtenissen staan die in snel tempo of met tussohenpoozen elkaar zulien opvolgen. Von Papen's positie lrjkt ons onhoudbaar. Tenminste edn van zijn adjudanten heeft zelfmoord gepleegd; hg zelf bevindt zich in huisarrest, of onder scherp toezicht. Zijn bureau is verzegeld. Kan hij daarbij vice-kanselier blrjven? Dit ware zelfs voor een revolutie al te grotesk. Men weet blijkbaar nog niet hoe verder. Hitler heeft den weg tusschen rechts en links nog niet gevonden. Deze is ook moeiiijk te vinden. Hij hangt nu af van de rijksweer, die uitdrukkelijk haar politieke onzijdigbeid heeft opgegeven. Deze noopt hem, niet te ver links af te wij- ken. Maar de massa's van de S.A., ofschoon gedemobiliseerd, zijn er nog. De reivolution- naire gisting zal niet met een slag zijn ge- bluscht. De toenemende ontevredenbeid van den arbeider en den kleinen man in het alge- meen, en zijn eigen socdalistische prediking zulien Hitler weer dwingen, voorzichtig te zijn met uitwijken naar rechts, voorai nu hij den linkervleugel van zijn partij, die de ideologie van de S.A. en van de partij vertegeniwoor- digde, zoo fel heeft getroffen. Of de ziedelgke zuivering, die nu als recht- vaardiging moet dienen voor den fellen slag het Duitsche publiek zal overtuigen, nadat reeds zoovelen jaren lang aanstoot hadden genomen aan het dulden van afgrijselijke din gen, waarvan iedereen wist, en die nu eerst. nu het te pas komt, worden gwraakt? Zal alleen het thans pas ..ontdekken" dat terreur en wiilekeur is uitgeoefend, het Duitsche volk tot dankbaarheid en bewondering stemmen? Het Duitsche volk kan, zooals ieder ander volk, kritiekloos en volgzaam zijn. Men heeft het in den oorlog gezien. Maar men heeft het ook zien ontwaken. Wat nu gebeurd is, is een gevolg van kenteringsverschijnselen, die reeds lang vielen waar te nemen. Het is zeer denkbaar. dat het gebeurde emstige da- den van verzet voorkomt of tegenhoudt. Een moreele kentering echter kan het temauiwer- nood stuiten. Het Duitsche publiek was reeds weder sceptisch, ja, argwanend gewor den. Waar deze gevoelens wortel hadden ge- vat, zgn niet meer uit te rooien. Misschien laat de openfbare ommekeer nog langen tijld op zich wachten. Maar de roes van geloof en verwachting is aan het vervliegen. Te Essen, waar Hitler was voor hij in den nacht naar Munchen vloog, zal men zijn philippica tegen weelde en verkwisting bij de S.A. met eenige bijgedachten vemomen heb ben. Hg was daar in hoofdzaak voor het hu- welijksfeest van een partijgrootheid. En voor deze particuiiere aangelegenheid was de stad versierd. Nogmaals, de Duitscher is bezig weer critisch te worden. In het ochtendblad vac Zondag stond, tus schen de talrijke kolommen van sensationeel nieuws, een stukje van drie regels, dat voor de naaste ontwikkeling van den toestand in Duitschland haast nog gewichtiger kan zijn, dan heel de luidruchtige rest. Dr. Puppe uit Dusseldorp is tot commissaris van grondstof- fen benoemd. Organisatie van den voorraad, met haar onvermijdelijk gevolg van rantsoe- neering of in ieder geval van bezuiniging, wordt dus voorbereid. Gebrek aan grond- stoffen beteekent duurte en vermeerderimg van werkloosheid of nog verder verdunning van de loonen. De dreigende oeconomisohe nood is het ware gevaar. Het stoken van de liaden, waarvan men er nu zoo velen zonder vorm van proces heeft opgeruimd, was daarbij vergeleken slechts van secundair belang. Zon der de naderende oeoonomische crisis ware het machteloos geweest. Isabel knikte bevestigend. „Ja", zei ze, „dat waren zij. Zij stondien aan den overkant bg een boekenstalletje samen te praten. Zij keerden hun hoofden om, zoodra ik naar hen keek, doch ik bemerkte zeer goad, dat zij nuj gadesloegen. Ik had hen geen van beiden ooit gezien en ik werd vreeselijk bang. Ik bedacht dat oom Philip misschien naar Lon den getelefoneerd kon hebben en dat zij twee politieagenten waren, die mij kwamen in- rekenen". ,,Je kan een Engelsche politie-agent in bur- gerkleeding altgd herkennen", viel Tony haar in de rede. ,,Zrj kijken zoo bedeesd, alsof zij over zichzelf beschaamd zijn". „Dat wist ik niet", zei Isabel. ,,Ik was te opgewonden, om na te denken en toen zij mij an het restaurant volgden, had ik het wel uit kunnen gillen. Ik verwachtte, dat zij mij zou den aanspreken, maar zij deden het niet. Zij hleven zitten, terwijl ik mijn thee gebruikte en daarna volgden zij mij op de stoep. Ik vroeg den portier den kortsten weg naar Long'-Acre en hij ried mij aan, den ondergrondschen trein naar Leicester square te nemen. Ik boopte en trachtte hen kwijit te raken, maar het ge- lukte niet. Zij gingen in denizelfden trein en zelfs in dezelfde coupe als ik en stapten ook bij Leicester square uit". ,,Ik wou, dat ik bij je was geweest, zei Tony spijtig. ,,Ik heb het nog nooit ondervonden, dat iemand mij gevolgd is. Het moet een wonderlijk gevoel bij iemand te weeg bren gen." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1934 | | pagina 5