ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Myn Eiland
H
Weer Griep?
No. 9097
WOENSDAG 24 JANUARI 1934
74® Jaargang
Binnenland
Feuiileton
Buitenland
EERSTE BLAD
DE DEMOCRATIE MOET UIT HAAR
HOEK KOMEN.
Rillerig, koortsig en onbehaaglijk
Stuit die aanval direct. Ga naar
bed en gebruik "AKKERTJES". Ge
zult verbaasd en verheugd zijn de
bijzonder krachlige werking van
AKKER-CACHETS te ondervinden.
Voordat Ge '1 weet is alle narigheid
vergeten. Ze kosten slechts 50 cent
per 12 stuks. Overal verkrijgbaar.
TER NEUZENSCHE COURANT
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige landen f 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer f 0,20-
KLEINE ADVERTENTIeNper 5 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- EN VRIJDAGAVOND.
DE OMZETBELASTING.
In artikel 8 van bet Uitvoerinigsbesluit
Qmzetbelasting is bepaald, dat voor zoover
betreft leveringen van partijen goederen,
welke regelmatig aan bepaalde afnemers
worden geleverd, op verzoek van den fabri-
kant door of namens den Minister van Finan
cien kan worden toegestaan, dat volstaan
wondt met uitreiking van den factuur voor
alle in een bepaald tijdstip geleverde goederen.
Thans beeft de Minister van Financien de
inspecteurs der invoerrecbten en accijnzen ge-
machtigd deize vergunningen te verleenen
met dien verstande, dat de maximumduur van
het toedoelde tijdstip een maand niet mag
avers chrijden.
De fabrikant, die van een vergunning als
bier bedoeld gebruik wenscbt te maken,
moet zich met een ongezegeld verzoek tot
den ibetreffende inspecteur wenden.
DISTRIBUTEE VAN RUNDVLEESOH
IN BLIK.
De Minister van Binnenlandscbe Zaken
beeft aan de gemeentebesturen ten ver-
volge op het mimisterieel scbrijven van 4 Nov.
jX betreffende distributie van rundvleesch,
medegedeeld:
Onder steuntrekkenden zullen naast de
in de circulaire van 4 November genoemde
groepen ten aanzien van de distributie van
rundvleescb in blik door de Crisis-rundvee-
centrale voortaan ook geaciht worden te
behooren: personen, die uitkeering ont
vangen uit de werkloozenkas hunner orga-
nisatie.
Voorts deel ik u mede, dat onder „arm-
lastigen", die voor verkrijging van het
rundivleesch in blik in aanmerking komen,
uitsluitend worden verstaan: personen, die
op 6dn of anidere wijze steun ontvangen,
doch die niet onder de „steuntrekkenden"
vallen. Hierbij wordt o.m. gedacht aan per
sonen, die steun ontvangen van diaconieen
of anidere particuiiere instellingen van liefda-
digbeid. In deize gevallen zal de distributie
eveneens door of vanwege de gemeentebestu
ren moeten plaats bebben, zoodat voorkomen
wordt, dat dubbele distributie aan een bepaald
persoon plaats vindt. Het is in geen geval
geoorloofd, het rundrvleesch in blik aan de be-
trokken lichamen zelf voor distributie ter be-
schikking te stellen. In bijzondere omstandig-
heden kan echter, nadat daartoe voor ieder
geval afzonderlijke toestemming van de Crisis-
rundveecentrale verkregen is, rundvleesoh in
blik uitgereikt worden aan vereenigingen of
andere lichamen met een liefdadige doelstel-
ling voor gebruik bij de gratis of tegen zeer
lage vergoeding verkrijgbaar te stellen warme
maaltijden.
DUITSCH-N EDERLANDSCH
TRANSFERVERDRAG.
Men meldt uit Berlijn aan de N. R. Crt.
Van bevoegde zijde werd Dinsdag mede
gedeeld, dat men het bij de thans ongeveer
een week durende Duitsch-Nederlandsche
transferbesprekingen, welke op het einde van
de vorige week voor een paar dagen waren
onderbroken, in principe eens is geworden.
Alleen de lijst der goederen, welke voor den
Zusatzexport van Duitschland naar Neder-
lanid in aanmerking komen, moet nog worden
opgesteld. De overeenkomst, welke spoedig
zal worden gesloten, zal in de verlenging van
het bestaande Duitsch-Nederlandsche trans-
ferverdrag voorzien, met dit verschil dat de
basis voor het bepalen van het transfer en de
Duitsche Zusatzexporten van 50 tot 70 pet. der
rentebedragen zal worden verhoogd.
EEN MONUMENT
VOOR WLLLEM VAN ORANJE.
Onder dit opschrift werd in eenige dag-
bladen een bericht opgenomen, waarin mede-
door
VICTOR BRIDGES.
I
(Nadruk verboden.)
64) (Vervolg.)
Op de grasvlakte by de aanlegplaats liet
Ohristine zich vlug naar beneden glijden.
In het licht van de maan zagen we de
motorboot een meter of tien uit den wal liggen
en op den steiger een stoere figuur, 'n don-
kere silhouet tegen den glanzemden water-
achitergrond, die de wacht hield bij een kleine
sloep.
„Daar hebben we Jenkins", zei Bobby te-
vreden.
By het hooren van zijn stem draaide de man
zich met een ruft om. Maar toen hij ons her-
kende, ging hrj in de houding staan en
salueerde.
,,Is er iets gebeurd!" vroeg Boibby.
,,ABes in orde, m'neer", was het korte ant-
woord.
JDan erin!" zei Bobby, met een handlbewe-
ging naar de sloep.
Meteen keerde hij zich om naar Jenkins, die
de vanglijn stond los te maken.
„We moeten die motorboot inhalen, Jen
kins", zei hij. Je hebt haar waarschijnlijk wel
geZien, toen we hier naartoe gingen. Ze zet
koers naar Rotterdam en al kost 't den motor
zijn laatste kraohten, inhalen moeten we haar,
voor ze er is."
,,Ja, m'neer", zei Jenkins onverschillig.
Hij bleef wachten, tot we alle vier zaten
gedeeld is, dat de koopsom voor het portret
van den Vader des Vaderlands, dat in den af-
geloopen zomer in het Rijksmuseum te Am
sterdam is tentoongesteld geiweest, nog altijd
niet bijeen zou zijn en waarin het publiek ver-
zocht wordt, voor het behoud van dit schUderrj
voor Nederland een bedrag op de postrekening
van den hoofddirecteur van dat museum te
storten.
In verband hiermede vemeemt de N. R. Crt.,
van bevoegde zijde, dat dit portret reeds op
29 December j.l. door den staat ten behoeve
van het Rijksmuseum aangekocht is.
GUNSTIGE REGELING OM ONJUISTE
BELASTINGAANGIFTE TE VERBETEREN.
Naar de N. R. Crt. van bevoegde zijde ver-
neemt, heeft de Minister van Financien aan
de inspecteurs der belastingen medegedeeld,
dat alle aanschrijvingen worden ingetrokken,
waarbij bun werd opgedragen een tegemoet-
komende houding aan te nemen tegenover
personen, die de belastingadministratie met de
door hen begane ontduikingen van inkomsten-
belasting en van vermogensbelasting geheel
uit edgen beweging in kemnis stellen. Dit vindt
zijn grond hierin, dat bij de uitvoering van de
reeds tot stand gekomen of in uitzicht gestel-
de nieuwe belastingen (b.v. omzetbelasting,
belasting naar het vermogen van instellingen
van de doode hand) gegevens ter kennis van
de belasting-admindstratie zullen komen, die
dienstbaar zullen worden gemaakt aan de con-
trole van de aangiften, voor de belastingen
naar het inkomen en vermogen. Deze con-
trole kan voor hen, die in het verleden onjuiste
aangiften van hun inkomen of vermogen heb
ben gedaan en die de tot nu toe geboden ge
legenheid om bun aangiften „vryiwillig" te
verbeteren, ongebruikt lieten voorbij gaan,
emstige gevolgen hebben. Niet alleen zal bij
ontdekiking van de fraude de te weinig ge-
heven belasting met viervoudige verhooging
worden nagevorderd, maar bovendien loopen
zij de kans, dat een strafvervolging tegen hen
zal worden ingesteld.
De Minister van Financien heeft echter ge-
meend, nog voor ednmaal de gelegenheid te
moeten geven om, onder zoo weinig mogelijk
bezwarende omstandigheden, onjuiste aangif
ten te verbeteren. Van alien, die in het ver
leden onjuiste aangiften mochten hebben ge
daan en hun fout v66r 1 Maart 1934 herstel-
len door van de ontduiking mededeeling te
doen aan den Inspecteur, zal niet meer wor
den gevorderd, dan de enkelvoudige belasting
over het belastingjaar of de belastingjaren,
waarvoor de aangifte onjuist is geweest.
Daarbij zal niet verder worden teruggegaan
dan tot het belastingjaar 1931/32. Heffing
van verhooging blijft dus achterwe'ge, terwijl
strafvervolging niet zal worden ingesteld. Dit
zal ook het geval zijn, indien op het tijdstip,
waarop de medetdeeling van de ontduiking
wordt gedaan, de Inspecteur de onjuistheid
van de aangifte reeds vermoedide of op het
spoor mocht zijn gekomen en den belasting-
plichtige tot het verstrekken van inlichtingen
of tot het geven van inzage van boeken en be-
scheiden mocht hebben uitgenoodigd en zeifs
ook dan, indien de verbetering een aangifte
van een overledene zou betreffen, en de on
juistheid uit een in te dienen s,uceessie-memo-
rie aan het licht zou komen. Men vestigt er
echter nadrukkelijk onze aandacht op, dat op
deze gunstige regeling geen aanspraak zal
kunnen maken:
a. hij, tegen wien, blijkens door den In
specteur gedane sehriftelijke mededeeling, een
navordering van belasting loopende is;
b. hij, te wiens aanzien het openbaar
ministerie is verwittigd, dat de aangifte op-
zettelijk onjuist of onvolledig is gedaan;
c. hij, die zich op of na 1 Maart 1934 aan-
meldt;
d. hij, die zich vodr dien datum heeft aan-
gemeld, doch zijn betrekking tot den fiscus
toch nog niet geheel in het reine heeft ge-
hracht.
daama gooide hij het touw los en nam de
riemen. Een half dozijn kraohtige slagen
brachten ons bij de motorboot. Bobby hield
de verschansing vast, terwijl wij, voor twee-
vijfde van het gezelschap onhandig, aan boord
klauterden.
Ik deponeerde Christine en Campbell in de
cockpit en leende daarna de helpende hand bij
het weggaan.
Vijf minuten, nadat onze voeten het dek
geraakt hadden, was het anker opgehaald en
tuften we, met het zwarte water in twee rim-
pelingen aan weerskanten van onzen boeg.
recht de baai over.
Bobby stood achter het stuur toen ik op
een gegeven oogenblik zijn kant opkeek,
wenkte hij me, bij hem te komen.
,,In de kajuit ligt een nachtkijker", vertelde
hij me, toen ik naast hem stond. „Ga voorop
zitten en kijk uit, wil je?"
Ik knikte. ,,Misschien heh je een revolver
te veel" opperde ik, „dan leen ik 'm van je.
Ik ben niet gewapend."
„In een van de kastjes moeten een paar
Wamibleys liggen," was zijn aintwoord. „Vraag
Jenkins er maar naar. En geef de tweede dan
aan Campbell."
Ik liet me in de kajuit zakken, zocht en
vond den kijker, ging ermee naar voren, waar
Jenkins met den motor bezig was, en bracbt
hem het verzoek van Bobby over. Hij ver-
dween op zijn beurt in de kajuit en kwam
even later weer te voorschijn met twee zake-
lijk uitziende revolvers, die hij mij gaf. Ge
wapend daarmee ging ik weer terug naar de
oockpit.
Daar vonid ik Christine en Campbell genoeg-
lijk samen zitten praten, als twee oude vrien-
den, naast elkaar op het bankje.
„Je mag kiezen, Campbell", zei ik, terwijl
ik hem de twee revolvers toestak. „Ik heb je
een interessante jacht op waterwild beloofd
en alles wijst erop, dat 't heel interessant zal
worden."
Kan de belastingplichtlge het bedrag van de
te weinig geheven belasting bezwaarlijk dade-
lijk en ineens voidoen, dan kan hij in overleg
treden met den ontvanger om heit verschuldig-
de op eenigszins langen termijn aan te zui-
veren.
De Labourlord Allen of Hurtwood, een van
de trouwste ajanhangers van den premier Mac-
Donald, heeft in een rede te Albury de regee-
ring aangespoord een eind te maken aan het
optreden van mannen als sir Oswald Mosley,
den leider van de Britsche fascisten, en van
sir Stafford Cripps, den president van het
Britsche socialiistisch verbond, welke laatste
blijkens zijn uitlatingen ook niet terugschrikt
voor dictatuur, in dit geval een dictatuur van
links. Lord Allen of Hurtwood meende dat de
regeering terstond de bevoegdheid moest krij-
gen, alle organisaties om particuiiere onoffi-
eieele legers te vormen, te onderdrukken, on
verschillig onder welke leiding zij zouden
staan, die van sir Oswald Mosley of die van
sir Stafford Cripps. Hij meende dat Groot-
Brittannie aan de wereld de leiding had ge
geven in democratiseh bestuur en dat Groot-
Brittannie dit opnieuw kon doen. Maar men
moest niet aarzelen zulke heeren als sir Os
wald Mosley en sir Stafford Cripps van den
aanvang af te doen beseffen dat de natie een
hedhaling van de wreedhedcn en de tyrannie
elders niet zal duLden.
Overigens erkende de lord d^.t de democra
tic niet kan worden bawaard door slechts een
beginnende dictatuur te onderdrukken. De
democratie moest op een nieuwte wijze voor-
waarts gaan en de wereld toonen dat zij beter
dan dictaturen de menschheid kon helpen aan
een oplossing van de problemen, welke haar in
dezen tijd bezig houden. President Roosevelt
had getoond, hoe dit moest worden aangepakt
en indien de huidige regeering in Groot-Brit-
tannie in gebreke bleef leiding te geven van
de soort als die Roosevelt in Amerika gaf, dan
moest die taak worden overgegeven aan een
andere groep van politic!
GEMIDDELD 19 DOODEN EN 593
GEWONDEN PER DAG.
Volgens de voorloopige cijfers van het mini
sterie van binnenlandsohe zaken zijn in Groot-
Brittannie in 1933 bij verkeersongelukken
7125 personen gedood en 216.401 gewond,
tegen 6667 dooden en 206.450 gewonden in
1932.
De cijfers voor 1933 komen dus neer op ge-
middeld 19 dooden en 593 geiwonden per dag.
BEVOLKING VAN EUROPA.
Op de laatste gazondheidstentoonstelling te
Berlijn werd aan de hand van statistieken en
tabellen aangetoond, dat als gevolg van het
sterfte-overschot in 1975 de viermillioenenstad
Berlijn geen millioen inwoners meer zal heb
ben als het zoo doorgaat en de bevol-
kmg van Duitschland niet grooter zal zijn, dan
tijidens den Fransch-Duitschen oorlog. Ook in
Frankrijk is de bsvolking aan het dalen en
wel in versterkte mate. In de eerste 8 maan
den van 1933 bedroeg het aantal nieuwe men-
schen 33.125 minder, dan in 1932 en dat jaar
daalde het totaal aantal nieuwen tot beneden
de 700.000, terwijl het in 1932 nog 722.246
had bedragen tegen meer dan 800.000 in 1921.
900.000 in 1901 en meer dan een millioen in
1861.
DE HAVEN VAN PORTSMOUTH.
Het linieschip „Nelson", dat sedert Zondag
in de haven van Portsmouth wacht op een ge
legenheid om uit te varen, was hiertoe ook
Donderdag wegens het aanhouden van den
Ingez. Med.
Met een veelbeteekenenid gebaar beklopte
Campbell zijn rechterheup.
„Niet noodig", zei hij. „Als dr. Manning
gaat argumenteeren heb ik hier een ouden
vrlend, die het woord voor me doet."
Christine stak haar hand uit.
Dan neem ik de tweede," zei ze beslist.
Even leek het, of Campbell tusscheribeide
wilde komen, maar hij was te laat, om nog
iets te bereiken.
,,Maak u maar niet ongerust over mij,"
stelde Ohristine hem gerust. „Ik heb veel met
een revolver geschoten."
,,Dat geloof ik graag," was bet antwoord.
,,Maar als 't een sdhietwedstrijid wordt, is uw
plaats todh in de kajuit."
„Daar heeft hij gelijk in, Christine," zei ik.
„Riskeer in's hemels naam ndets zoek asje-
bliieft dekking, als we langszij komen."
Ze keek me gretig aan.
,,Dus je denkt, dat we ze zullen inhalen?"
,,Natuurlijk," was mijn antwoord. ,,'t Is niet
waarschijnlijk dat zij meer dan twintig kun
nen loopen, en deize ouide karkas van Bobby
haalt de veertig, als 't moet>'''>; In de beschut-
tende dudstemis gaf ik 'haar een bemoedigend
kneepje in haar hand.
,,Ik ga nu voorop op den uitkijk zitten,"
ging ik voort. ,,Zoo gauw je me hoort gillen,
weet je, dat ze in zicht zijn."
Op dat oogenblik bad Campbell rechts van
hem iets te zien, dat al zijn aandacht in he-
slag nam wat buitengewoon tactvol van
hem was en nadat ik van de gelegenheid
een gepast gebruik had gemaakt, stapte ik
aan dek en ging naar voren.
We sneden nu als een mes door het water
de houten huis trilde en sidderde door het
geweldige werken van den motor. Aan weers
kanten van den boeg streepte een hooge ge-
kuifde golf in de duistemis weg em achter de
boot glansde een breede strook schuimend zog
in het kille witte maanlicht.
Ik kroop zoo ver mogelijk naar voren, zocht
zwaren zuidwestar-storm niet in de gelegen
heid. Dit geeft de Morning Post aanleiding
het felt te constateerem, dat Engelaad's groot-
ste en sterkste linieschip zes dagen lang door
slecht weer in een haven kan worden vastge-
houden. Zulks moet emstige hezorgdheid te-
iweeg brengen en rechtvaardigt de vraag, of
een haven als die van Portsmouth voor groote
linieschepen wel geschikt is. Portsmouth heeft
een zeer nauwe havenopening. Het thans reeds
sedert zes dagen aanhouidende slechte weer
kan in dezen tijid van het jaar niet iets onge-
woons genoemd worden. Vertraging in het
vertrek zou echter in geval van nood uood-
lottig kunnen worden, vooral waimeer men
bedenkt, dat een enkel linieschip op het oogen
blik bijna tien procent van de geheele oorlogs-
vloot uitmaakt. Bovendien zou een enkel
schip, die in de toegang van de haven blijft
steken, andere oorlogsschepen in de haven
kunnen opsluiten en men kan zich voorstellen,
wat dit beteekent, wanneer deze schepen
dringenld noodig zijn.
DE MONARCHIE IN DUITSCHLAND.
De nationaal-socialisten bekennen schrijft
de N. R. Crt. - kleur inzake de monarchic.
Onze Beriijnsche correspondent heeft van ver-
schillende verklaringen, tegen den terugkeer
van den keiizer gericht, melding gemaakt en
daarbij de venwadhting uitgesproken, dat meer
van dien aard nog zou volgen. Bijzonder dui-
delijk is staatsraad Gorlizer geweest in een
rede, die hij voor den Rijksbond van Ambte-
naren gehouden heeft. Hij noemide het niet
aanbevelenswaardig, dat de ex-keizer naar
Duitschland zou terugkeeren. ,,Wij wenschen
ervan verschoond te blijven", zoo zei hij, „dat
de hooge heer te Doom in een brief schrijft,
dat men ervoor werken moet om Duitschland,
door den terugkeer van de monarchie, voor-
goed weer gelukkig te maken. Wij zullen de
menschen, die al te gaame iets dergelijks zou
den probeeren, precies behandelen als de an-
deren. die meenden, voor Moskou propaganda
te moeten maken. Zij zijn zeifs nog gevaar-
lijker, omiaat zij de mtellectueelen bewerken
en bruikbare menschen van de samenwerking
met ons afhouiden".
De rede was toch nog niet heelemaal af-
doende. Want zij bevatte nog het zinnetje:
,,De staatsvorm is voor ons, nationaal-socia
listen ,,egal"." In werkelijkheid is de staats
vorm den goeden aanhangers van Hitler vol-
strekt niet onverschillig. Wij hebben reeds
vaak gelegenheid gehad dit op te merken.
Het is al wel vier jaar geleden dat wij van
nationaal-socialistische Duitsche studenten,
een steun tegen de lage verschansing en ver-
kende den omtrek door de lenzen van Bobby's
nachtkijker.
Ik zag geen spoor van ons wild en dus moes-
ten ze de baai al uit zijn. Manning had waar
schijnlijk Boibby's boot den riiviermond in zien
komen en had geen oogenblik getalmd met
weggaan, toen hij op „De Laurieren" Chris
tine's vlucht ontdekt had. Maar dan kon hij
ons op zijn hoogst een mijl of zes voor zijn.
Als de maan ons nu maar bleef helpen, kre-
gen we hem beslist in zicht zoo gauw we den
hoek om kwamen, maar ongerust keek ik
naar de donkere bank, die in het zuidoosten
oplowam.
Voort ging het, door het water heen, dat al
ruwer werd naarmate wij krachtiger tegen
den stroom van den opkomeniden vloed op-
werkten.
Hoe langer hoe meer draaide de kust rechts
van ons weg en ten slotte passeerden we de
groep boomen, die het uiterste punt van het
land ten ziuiden van ons markeerde.
Op mijn hurken tegen de verschansing, om
bij het wilde deinen geen kans te loopen over-
boord te slaan, bracht ik den kijker weer voor
de oogen. In een regen van schuim en ondeel-
baar-fijne waterdroppeis scboten we de voile
zee in en op hetzelfde oogenblik uitte ik een
luiden kreet van triomf.
Geen halve mijl voor ons uit zag ik ons
wild. Ze lag, met haar stuurboordzijde naar
ons toe, in het heldere maanlicht te deinen
en den blik was voldoende am me te doen zien,
dat ze een motordefect had. Zeifs op dien
betrekkelijk grooten afstand oniderscheidde ik
twee bezige figuren bij den motor en een in-
eengedoken gedaante in de cockpit.
„We hebben ze!" juichte Bobby boven het
ronken van den motor uit.
Hij draaide het stuur een heelen slag om en
met een sierlijke, snelle bocht scboten we als
een jachthond, die wild ruikt, op onze hulpe-
looze prooi af.
waaronder er waren uit hoog adellrjk geslacht,
meeningen vernamen, die ons toen zeer ver-
baasden. Volgens deize jongelieden vond de
Duitsche jeugd het een achterlijk standpimt,
dat men alle macht toevertrouwde aan een
persoon, die daartoe niet uitgezocht, maar
eenvoudig door een erfrecht daarvoor aange-
weizen was. Later hebben wij dat nog veel
krasser, en bovendien aanzienlijk gezagheb-
bender gehoord. Het was in 1932. Eenige
weken lang ontmoetten wij geregeld een
groepje representatieve nationaal-socialisti
sche intellectueelen. Wij spraken veel over
intemationale politick, waarover zij gaame
met den buitenlander discussieerden. Op een
avond vroeg ik, te midden van dit gezelschap:
„En hoe staat gij nationaal-socialisten nu
tegenover de monarchie?" Niemand ant-
woordde, alien keken verlegen. ,,Dat is blijk-
baar een pijnlijke vraag," polste ik lachend
verder. Toen barstte de jongste van het ge
zelschap los: ,,Als u het dan precies we ten
wil wij zijn van meening dat alleen de Russen
dit vraagstnk bevredigen'd hebben opgelost.
Die kunnen er geen last meer van hebben".
De anderen zwegen, bij deze felle uiting. Maar
er viel niet aan te tiwijfelen: wat zij ook dach-
ten van de formuleering, zij hadden geen lust
am te protesteeren. En met hun zichtbare in-
stemming ging de ontstuimige jonge man
verder: „Wij maken het de repuiblikeinsche re-
geeringen tot een verwijt dat zij de verschil-
lende Duitsche staten ontzaglijke financieele
lasten hebben opgelegd om de vorsteliji
families sohadeloos te stellen".
Dit was duidelijk. Men mocht dan zeg
dat Duitschland een republi'ek zomder repu-
blikeinen geweest was, nu waren er toch wel
republikeinen, ook buiten het marxistische
kamp, te vinden.
Duidelijk is echter het beleid van de party
als zoodanig nooit geweest. Zij had den steun
en de sympathie van monarchistische kringen
al te zeer noodig, in haar gelederen bevonden
zich al te veel monarchistisch gezinde officie-
ren of jonge lieden uit monarchistischen huize.
Rijke vorstelijke families droegenz66veel bij tot
de strijdkas, dat zij eerst den strijd van Hitler
ten voile mogelijk maakten. Him financieele
hulp kon tegen die der groote industrieelen in
het binnen- en buitenland op. De mensche-
lijke kortzichtigheid kent nu eenmaal geen
grenzen. Als zekere lieden gelooven willen,
dan is hun de onwaarschijnlijkste verzekering
genoeg! Men zag dynastien de revolutionaire,
en in haar wezen aniti-monarchale partij van
een volkstribuun, en groote indiustrieele en fi
nancieele persoonlijkheden en lichamen een
sociaal uiterst radicale partij steunen. Vooral
bij deze laatste groep is de ontnuohtering
reeds lang ingetredem.
CICCIU
telijke
eggen
Het republikanisme in Duitschland is altijd
iets heel eigenaardigs geweest. De eerste re-
geerders der repuibliek, menschen als Ebert en
Scheidemann, zouden de Hohenzollem aooit
verdreven hebben als de loop van zaken dat
niet voor hen gedaan had. Zij wenschten
slechts, zooals haast heel Duitschland, een
verandering op den troon door het terzijde
schuiven van twee generaties. Aarzelend zijn
de burgerlijke partijen tot de republiek ge
komen. Zeifs een man als Rathenau noemde'
zich gaame monarchist. De republiek is noo
dig om het Duitsche volk voor de mcnarchie
op te voeden", was een van de rake opmer-
kingen die wij zelf eens, in een gesprek, van
hem hehben gehoord. Stresemann leerde
langzaam aan zich met de republiek verzoe-
nen. Een gedeelte van het centrum was repu-
blikeinsch, een groot gedeelte echter niet. Een
man, dien wij zich eens onstuimig republikein
hebben hooren noemen was Hugo Stinnes.
Maar het was in een gesprek, waarin hij ver
telde hoe groot zijn antipathie steeds geweest
was tegen den laatsten drager van de Duit
sche keizerskroon. Het was republikanisme
uit persoonlijke gevoelens.
Op hetzelfde oogenblik merkte ik, dat
Campbell, met zyn revolver in de hand, naast
me stond.
,,Als ze zich verzetten," zei hij kalm,
,,schiet dan onmididellijk! Geef ze geen seoon-
de tijid. Jij neemt Oraill en ik Manning."
Ik had 't graag andersom gehad, maar tijd
am dat te bepleiten was er niet meer.
Terwijl Campbell sprak, zag ik, dat Man
ning zijn nu nutteloozen sleutel neergooide en
terwijl hij zijn handen kalm aan een prop
poetskatoen afveegde, naar den achtersteven
ging. Craill volgde zijn voorbeeld maar zijn
nijdige, oer-leelijke kap vormde een eigenaar-
dlg contrast met de glimlachende kalmte van
zijn heer en meester.
Bobby verminderde op het juiste oogenblik
vaart en bracht zijn boot met onnavolgbare
behenidigheid langszij.
Met zijn oogen strak op zijn twee tegen-
standers, boog Campbell zich iets voorover.
,,Doe geen moedte, dokter," zei hij. ..Dezen
keer gaat u er aan."
Met een afschuwelijk geluid, half een snik
en half een gil, dook de groote, magere ge-
staite van de Roda uit de oockpit op. Een.
stroom van Spaansche vloeken ontstroomide
zijn mond hij liet het zakje diamanten, dat
hij tegen zijn borst geklemd had, vallen. en
wankelde in een aanval van waanzinnige woe-
de met gebalde vuisten naar de verschansing.
Ik hoorde een zachten jammerkreet naast
me en toen iik me half omkeerde, zag ik, dat
Manning en Craill bijna gelijktijidig bliksem-
snel him revolvers te voorschijn haalden.
Ik geloof, dat we alle vijf tegelijk vuurden.
Maar het eenige, dat ik me werkeiijk herin-
ner, is een oogverblindend licht en een gewel-
digen slag op zij van mijn hoofd. En het vol-
genide oogenblik lag ik voorover op het dek.
(Slot volgt.