ALfiEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Tweede Blad
Arbeidsbemiddeling.
buitinlabd
No. 9045
VRIJDAG 22 SEPTEMBER 1933
73e JAARGANG
BIHHENLAND
LUXOR THEATER.
NEUZENSCHE COURANT
A. Noodig werk.
Men zou haast niet durven zeggen, dat
arbeidsbemiddeling een noodig werk is,
als men bedenkt, dat het 1888 heeft moe-
ten worden voor en aleer er in ons land
op dit gebied iets werd gedaan of ook
maar beproefd. Laten wij eerst een paar
definities geven van deze zaak De
Staatscommissie over de Werkloosheid
heeft het in'haar verslag van 1914 aldus
geformuleerd: Arbeidsbemiddeling is de
geregelde bemoeiing van personen of in-
stellingen tot het elkaar doen ontmoeten
van vraag en aanbod op de arbeids-
markt". Een ander, Detiger, Directeur
van de Arbeidsbeurs te Amsterdam,
spreekt van ,,de juiste plaatsing van den
arbeider" en van het ,,voldoen der aan-
vraag met het daarvoor meest geeigende
aanbod terwijl Van Delft, Dir. van de
Arbeidsbeurs te Tilburg, nog verder gaat,
als hij arbeidsbemiddeling omschrijft als
het brengen van den reonten man op de
rechte plaats.
Maar hoeveel gemis en hoeveel mis-
bruik was er niet op dit gebied!
Nagenoeg de geheele Nederlandsehe
arbeidsbemiddeling van een halve eeuw
geleden was er een uit winsflbejag. Er
waren toen haast niet anders dan beroeps-
bemiddelaars, die zich meestal slechts met
een vak of een bepaalde branche bezig
hielden. Nu eens waren het dienstboden,
dan weer scheepsgezellen of bakkers-
knechts, waarover zij hun zorgen uitstrek-
ten, en zoo leek het dan uit ae verte wel
een beetje op de moderne vakafdeelingen
op de arbeidersbeurzen. Het heele ijveren
dezer lieden was slechts om het geld.
Hoe meer er gewisseld werd, hoe liever het
hun was, want elke bemiddeling bracht
nieuwe winst. Reeds dadelijk moest er bij
de ,,inschrijving" een zeker bedrag wor
den betaald, en na de aanstelling gleed
er dan nog een bepaald loonpercentage in
de zak van den ,,placeur". Ook wist deze
dan zijn klanten nog op andere wijze te
binden. Kroeghouders gaven hun bezoe
kers crediet, winkeliers kwamen met hun
werklooze klanten overeen. dat zij, waren
zij eenmaal aan werk geholpen, hun in-
koopen nooit meer elders zouden doen.
Ook werden er werkzoekenden in den
kost genomen, en als men te Amsterdam
,,commensaals" hieltl, dan had dat meestal
breederen z,in.
Dat het bemiddelingsbedrijf groote
winsten afwierp, staat vast.
Toen omstreeks 1884 een groote werk
loosheid ons land teisterde, is men er over
gaan denken om de werkwijze van de
,,Verein fiir Arbeitsnachweis" te Berlijn
te gaan navolgen, en het gevolg is ae-
weest, dat de ..Maatschappij voor den
Werkenden Stand" te Amsterdam de op
richting en het beheer van een arbeids
beurs ernstig in overweging nam. Op 1
September 1886 werd de eerste beurs in
ons land aeopend. Het was dus ook niet
geheel billijk, toen in 1888 in dat zelfde
Amsterdam een zekere Rommerts zich er
over beklaagde, dat hij aenoodzaakt werd
,,om als een Duitsche leergast ten tijde
der gilden, met zijn gereedschap onder
den arm, van plaats tot plaats te trekken,
op goed geluk af, of hij hier of daar
werk zou vinden." Hrj zou 't in elk geval
in zijn woonplaats eerst nog eens hebben
kunnen probeeren bij de reeds bestaande
organisatie.
Als er dan maar eerst een schaap over
de brug is, volgen er straks meer. Tus-
schen ae jaren 1900 en 1908 het jaar,
waarin de Vereeniging van Nederland
sehe Arbeidsbeurzen werd opgericht
zetten tal van gemeentcbesturen hun be-
langstelling voor deze zaak om in daden,
en ook daarbij ging Amsterdam voor. Te
Schiedam kwam de eerste gemeentelijke
arbeidsbeurs tot stand. C)an volgden
Maastricht en Haarlem, in 1910 waren er
al 24 beurzen, waarvan 18 gemeentelijke
en 6 particuliere. En van de Haagsche
arbeidsbeurs is het initiatief uitgegaan tot
samenwerking tussthen de arbeidsbeur
zen onderling.
Een belangrijke verandering was al
dadelijk, dat de bemiddeling thans koste-
loos plaats vond. Maar de rechte en
grootste uitbreiding kwam toch pas tijdens
en na de oorlogsjaren. Vlak voor den
oorlog (19 Juni 1914) kwam de Neder
landsehe Werkloosheidsraad tot stand,
en toen op 3 Aug. 1914 sterk onder
den indruk van den uitgebroken wereld-
oorlog in de gebouwen der Directie
van den Arbeid te s Gravenhage een
Centrale Arbeidsbeurs in het leven was
geroepen, was er een centraal punt, zij het
ook vooralsnog met een officieus cachet.
Deze centrale beurs is toen op 5 Oct.
1914 tot een tijdelijke Rijks-instelling ge-
proclameerd, en 14 April 1917 werd de
Centrale Rijksarbeidsbeurs van een tijde-
lijk tot een blijvend instituut, terwijl daar-
na de tot standkoming van een algeheele
rijksregeling het geheele gebouw heeft
voltooid en bekroond.
B. Moeilijk werk.
Het moeilijkste bij heel dit werk is de
- kwestie van de persoon van den bemidde-
laar. Dat deze arbeid vaak aan onder-
gesohikte personen werd opgedragen, die
in anderen arbeid hun hoofdbetrekking
vonden, maakte niet zelden, dat het werk
niet met de noodige energie en zeker niet
met de zoo noodige kennis van zaken
werd verricht. Een goed arbeidsbemidde-
laar moet veel menschenkennis en tevens
een ferme mate van gemakkelijkheid in
den omgang bezitten.
Bovendien is er nogal wat verschil van
opvatting ten aanzien van de taak der
arbeidsbemiddeling. Het gaat vooral
om de kwestie of de arbeidsbeurs een
passief instituut is, dat zich er mede
tevreden stelt om werkgever en werk-
nemer tot elkander te brengen. dan wel
of de arbeidsbeurs behalve een soort
registratiekantoor te zijn voor vraag
en aanbod op de arbeidsmarkt, ook nog
zal trachten den rechten man te brengen
op de rechte plaats.
Men zie het verschil vooral goed.
Bijeen-doen-komen van vraag en aanbod
op de arbeidsmarkt heeft immers in hoofd-
zaak administratieve beteekenis, maar
wanneer men bovendien nog iets anders
wil bereiken, wordt de taak veel moei-
lijker en ingewikkelder. En nu is het ons
opgevallen bij het doorwerken van een
der meest volledige boeken op dit terrein
(Mr. Dr. C. J. Goedhart en Mr. A. Roe-
terink: De ontwikkeling der Arbeids
bemiddeling in Nederlanddat men aan
de bereiking van dit sociaal ideaal niet
durfde denken. Zeker kan men toegeven,
dat de praktijk altijd beneden de theorie
zal blijven, en men mag zeker ook wel
verschil maken tusschen hoogere en lagere
functies bij den arbeid maar wij zou
den toch niet gaarne het ideaal geheel
willen prijsgeven, ook n,iet bij de minder
ingewikkelde vakken.
Er is nog een reden, die wij reeds even
noemden, waarom dit werk als moeilijk
moet worden gekenschetst. De menschen
van de Arbeidsbeurs moeten toch wel
goed op de hooate zijn van aard en om
standigheden aer verschillende vakken.
en niet zelden zullen zij bij arbeidsconflic
ten in een lastig parket geraken. Ook
moet de vraag onder het oog worden ge
zien, of en zoo ja in hoeverre er rekening
moet worden gehouden met de gods
dienstige overturning en de politieke rich
ting van hen die bemiddeling inroepen.
De Staatscommissie over de Werkloos
heid heeft onzes inziens hierbij het juiste
standpunt ingenomen, toen zij uifcmaakte,
dat een Arbeidsbeurs ten deze van geen
enkele voorkeur mag doen blijk.en. Af
wijking van dezen regel is slechts geoor-
loofd, wanneer een bepaald patroon of
werkzoekende persoonlijk van voorkeur
heeft doen blijken. Als de openbare beur
zen hiermede geen rekening willen hou-
den, zou de opkomst van ..sectarische'
beurzen te zeer in de hand worden ge-
werkt.
C. Mooi werk.
Nu moest schrijver dezes eigenlijk
iemand zijn, die midden in de praktijk
staat van de arbeidsbemiddeling. Dan
toch zou hij zeker met klem en kracht de
schoonheid van dezen arbeid kunnen in
het licht stellen, terwijl hij er thans alleen
maar meer uit de verte over kan mee
spreken.
Wij willen daarom aanstonds op een
zaak hier wijzen. Hoe algemeener de
deelname wordt des te vruchtbaarder
zal het werk der Arbeidsbeurzen zijn.
Nog maar al te vaak komt het voor
(vooral bij vrouwelijke arbeidskrachten,
maar toch ook wel bij mannelijke), dat
werkloozen zich niet laten inschrijven, en
aldus de mogelijkheid van hulp en uit-
komst moeten missen. Het volledige nut
van dezen arbeid kan eerst goed worden
beoordeeld, als er meer algemeen van de
tusschenkomst der Arbeidsbeurzen ge-
bruik wordt gemaakt. De geholpenen, die
niet werden overgeleverd aan slechts op
eigenbelang beluste slimmelingen, maar
die vaak op het onverwachtst uitkomst
zagen dagen, zouden zelf de beste en
sterkste getuigen zijn, maar die zullen
slechts zelden het erkennen, dat zij ge
holpen zijn. De personen, die aan dit
mooie werk hun beste krachten wijden.
zullen echter (als alle werkers op geeste-
lijk en sociaal gebied) niet het meeste
zien op wat openbaar wordt. Het zal
hun de hoogste voldoening zijn en blijven,
als zij anderen tot nut en zegen zijn ge-
worden.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
De voorzitter aanvaart zijn ambt met de
volgende rede:
Geachte medeleden
Nu mij opnieuw door Hare Majesteit de Ko-
ningin op uwe door mij zeer gewaardeerde
voordracht het voorzitterschap der Kamer
werd opgedragen, past mij allereerst een
woord van dank voor het in mij gestelde ver-
trouwen.
Voor hem, wien het voorrecht te beurt valt
uwe beraadslagingen te leiden, is op dit oogen-
blik zelfbeperking meer dan ooit plicht.
Slechts over den vorm, waarin, over de
wijize, waarop de Kamer haar werk zal ver-
riehten, moge ik een woord tot u spreken.
De vertrouwenscrisis, die de wereld teis-
tert, heeft ook het parlementaire stelsel niet
onverlet gelaten.
De schade aan dat stelsel toegebracht, kan
slechts worden hersteld, wanneer de parle-
menten het bewijs leveren, dat met hunne
medewerking het algemeen belang naar den
eisch van dezen zwaren trjd kan worden ge-
diend.
Noodig is, dat alles worde vermeden, waar-
door wetgevende en uitvoerende macht in
hare taak worden belemmerd.
De Kamer moge door daden bewijzen, dat
zij de plaats haar in ons staatsstelsel toege-
dacht, op waardige wijze weet in te nemen.
Zaakkundige bondigheid bondige zakelijk-
heid, zij ook in de komende maanden ons
^Vachtwoord.
Met den wensch, dat Gods zegen onzen ar
beid vergezelle, aanivaard ik uw voorzitter
schap.
Besloten wordt tot instelling van vaste com-
missies voor privaat- en strafrecht, voor be-
lastingen, voor openbare werken, verkeer en
waterstaatsaangelegenheden, voor overleg met
de regeering omtrent handelspolitieke aange-
legeaheden.
Besloten wordt Dinsdag 3 Oct. het afdee-
lingsonderzoek van de rijksbegrooting 1934 aan
te vangen.
/Voorts is besloten op 12 October weder in
openbare vergadering bijeen te komen. De ver
gadering wordt daama gesloten.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
De Eerste Kamer is Donderdag bijeengeko-
men.
Het adres van antwoord op de Troonrede
werd vastgesteld.
Aan de orde was het voorstel van den heer
Wibaut tot wijiziging van het reglement van
orde in dien zin, dat de Kamer en niet de voor
zitter voortaan beslissen kan over het al of
niet in behandeling nemen van een bepaald
wetsontwerp.
Na een verklardng van den voorzitter, dat
z.i. de Kamer deze bevoegdheid dient te ver-
krijgen, werd het voorstel z.h.st. goedgekeurd.
De Kamer, die hierna in de afdeelingen ging,
zal Dinsdag of Woensdag a.s. weder bijeen-
komen.
KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE
MIDDENSTANDSBOND.
De Koninkljjke Nederlandsehe Midden-
standsbond heeft Woensdagmiddag in den
Dierentuin te 's Gravenhage een groote lan-
delijke demonstratie gehouden om den nood
van den middenstand ter kennis te brengen
van de regeering. De belangstelling was zoo
groot, dat twee groote zalen geheel gevuld
werden. Minstens 3000 personen woonden de
vergadering bij.
De voorzitter der vergadeking in de tooneel-
zaal ,de heer Ed. Schurmann, zeide in zijn
openingswoord, dat verschillende standen zijn
gesteund, waaraan de middenstand meebe-
taalde. De middenstand werd zelf niet ge
holpen. De vorige regeering is in gebreke
gebleven. Wij willen ons hier uitspreken,
opdat de nieuwe regeering wete, hoe onze
toestand is en zij niet zal kunnen zeggen:
„Wij hebben het niet geweten" (applaus).
Wiiji vragen: ,,Geef ons gelegenheid om door
werk ons brood te verdienen".
De heer J. C. Blankert uit Utrecht heeft
het woord gevoerd. De middenstand, aldus
spreker, heeft grooteljjks reden tot ontevre-
denheid. Aan den alleenwerkenden patroon
moet vrijheid worden gelaten om te werken.
Wij zijn ontevreden. aldus spreker, over de
werking van het rijksinkoopbureau, over de
personeele belasting, de tabaksbelasting, de
omzetbelasting, enz. enz. Ook over gemeen
tebedrijven, die in huurkoop verkoopen en
die een middenstander, die hard moet werken
om aan den kost te komen, niet op zijn weg
moet vinden.
Vervolgens sprak de heer A. van Kesteren
uit Den Haag over de moeilijkheden van den
ambachtspatroon.
Spreker zeide, dat het zwaartepunt van de
politiek moet worden verlegd naar het eco-
nomisch terrein.
Mr. dr. H. F. A. Vollmar uit Den Haag
besprak als rechtsgeleerd raadsman van het
comit<§ van actie van de vrije margariae-
handelaren de moeilijkheden der vrije mar-
garine-handelaren. Zeventien margarme-
fabrikanten hebben een kartel gevormd en
maken een winst, die een goudmiijin is. De
fabrikanten hebben filiaalwinkels en het
laat hen onverschillig of die winkels winst
maken, omdat zij als fabrikant al genoeg
winst maken.
De heer Jos. ten Berg uit Utrecht sprak
over beteugeling van het cadeaustelsel, ver
klarende, dat, als aan dit stelsel geen eind
komt, vele bedrijven te gronde zullen gaan.
Ten slotte betoogde spreker de noodzake-
lijkheid van maatregelen tegen gefingeerde
uitverkoopen die een misleiding zijn van het
publiek en een benadeeling van het algemeen
belang.
Volgende spreker was de heer A. J. ten
Hope, van Rotterdam, die de komende wet
inzake een vergunningsstelsel voor vracht-
autodiensten besprak.
De heer W. .Lubberink uit Haarlem hield
vervolgens een beschouwing naar aanleiding
van ,,land en volk in crisis". Men heeft ens
gek en dol gemaakt met leuzen en frazen,
maar nu heft'en wij aan als wapenkreet het
woord der Koningin: „Wij willen onszelf zijn
en blijven". Spreker betoogde voorts, dat na
den geest van haat en afgunst, die ons kleine,
goede volk jarenlang vergiftigd heeftT nu een
geest van eenheid over ons volk is gekomen,
die blijven moet.
Hierna sprak de heer G. D. Hoekstra uit
Huizum over: midden stands toestand en op
het platteland". Spreker betoogde, dat niet
is uitgekomen de voorspelling, dat, als de
boerenbedrijven gesteund werden dezen het
den middenstanders wel ten goede zouden
laten komen.
De heer J. Koopmeiners uit Rotterdam
sprak over: „verruiming der winkelsluitings
wet voor die bedrijven, welke zulks behoe
ven". Hiji keurde af de vemietiging van ge
meentelijke verordeningen, waarbij rekening
is gehouden met de bijzondere behoeften van
groepen winkeliers, als die in koek en cho
colade, in fruit, visch, enz. Onder gefluit
vanuit de vergadering besprak spreker de
nalatigheid der regeering op dit punt.
De heer A. Ingenool, directeur van het K.
N. .M. bondsbureau, las daarop de volgende
resolutie voor:
De groote vergaderingen van Nederland
sehe middenstanders, onder leiding van,den
Koninklijken Nederlandschen Middenstands-
bond op 20 September 1933, in het gebouw
van den Dierentuin te 's-Gravenhage bijeen,
gehoord de inleidingen,
spreken als haar oordeel uit, dat regeering
en openbare meening blijken niet door-
drongen te zrjn van den emstigen toestand
waarin talrijke middenstanders tengevolge
van de crisis zijn komen te verkeeren;
maken ernstig bezwaar tegen het feit, dat
den middenstand steeds nieuwe lasten wor
den opgelegd zonder dat eenige compensatie
daartegenover staat;
achten het tegenover duizenden nijvere
burgers een niet te rechtvaardigen daad, dat
zoowel ten aanzien van het verleenen van
buitengewone credieten aan door crisis ge-
troffen middenstandsbedrijven als ten op-
zichte van de herziening der Winkelsluitings-
wet ten behoeve van sommige bednijfsgroe-
pen door de regeering gedane toezeggingen
met gereedelijk worden nagekomen waardoor
talloozen in groote moeilijkheden zijn komen
te verkeeren;
betreuren het dat evenmin iets gedaan is
om noodljjdende middenstanders, hetzij door
een buitengewone steunverleening, hetzij
door het verschaffen van opdrachten van
overheidswege, voor den ondergang te behoe-
den en achten het te veroordeelen, dat derge-
Ijjke personen worden verwezen naar armen-
zorg of werkverschaffing;
stellen vast, dat tal van redelijke en recht-
matige verlangens van den middenstand op
het gebied van de wetgeving, inzonderheid
waar het de bescherming tegen de bedrijven
ondermijnende euvelen betreft ondanks
herhaalden aandrang der organisaties, even
eens onvervuld blijven;
concludeeren, dat deze toestand onhoud-
baar is en derhalve apoedige verbetering door
ingnijpende maatregelen vereischt is;
dragen het bestuur van den K.N.M.B. op
deze verlangens met kracht en klem onder
de aandacht van regeering, pers en openbare
meening te brengen.
Toen deze resolutie was voorgelezen, werd
vanuit de zaal, op de vraag, of men er ac-
coord mee ging, met krachtig geluid geant
woord: Neen! niet „verlangen", „eischen!
Vanaf de bestuurstafel werd opgemerkt, dat
vergadering in de kleine zaal, waar de-
de
zelfde sprekers waren opgetreden, de reso
lutie had goedgekeurd. Maar opnieuw werd
vanuit de zaal geroepen: :„Eischen!
Eischen!" Iemand riep: „De arbeiders heb
ben altijd geeischt!" (Daverend applaus.)
De voorzitter zeide: „Als de vergadering
verlangt, dat wij zullen spreken van „eischen'
en niet van verlangens"Het slot van
zijn woorden ging verlorem in een lang aan
houdend applaus en gejuich in de zaal.
De vergaderden waren van hun stoelen
opgestaan. Toen zette de muziek het Wil-
helmus in, dat de menigte geestdriftig mee-
zong.
Het slot was, dat de resolutie werd aange-
nomen met de door de vergadering ge-
wenschte verandering.
DE ECONOMISCHE PROEFNEM1NG IN DE
VEREENIGDE STATEN.
Twee maanden geleden heeft, schrijft de N.
R. Crt., generaal Johnson, de chef van den
grooten staf waarmee president Roosevelt zijn
strategischen aanval op de crisis Jeidt, verkon-
digd: „Over zestig dagen zullen wij weten of
het herstelprogram zal slagen dan wel of wij
op weg zijn naar de economische hel".
Die fatale termijn is thans verstreken en of-
schoon de officieele instanties zich optimistisch
blijven uitlaten over de uitkomsten van het
eerste stadium, zullen maar weinigen innerlijk
overtuigd zijn van het uiteindelijk succes van
de proefneming. Ongetwijfeld is er een en an
der bereikt bij het streven van hoogerhand om
den werktijd te bekorten, de loonen op te voe-
ren en werkloozen aan den slag te helpen. Het
is echter de vraag of het bereikte niet te duur
wordt gekocht met de afbraak van den dollar,
de verontrustende onzekerheid waarin het za-
kenleven van dag tot dag verkeert en de
vrees dat een zoo kunstmatige verlevendiging
van bedrijf en nering toch niet van duur kan
zijn.
In vertrouwelijke gesprekken, ook met over-
heidspersonen, merkt men die vrees voort-
durend, verzekert Gordon Lennoij, de speciale
vertegenwoordiger van de Daily Telegraph te
Washington. Kringen die in nauw contact met
Roosevelt staan, zeiden hem: ,,Wij weten niet
waar wij heengaan" en de Engelsche journa
list voegt hieraan toe dat de zin voor het
avontuurlijke en de haast jongensachtige min-
achting voor den last der verantwoordelijk-
heid, welke hem kenmerken, de groot prikkels
zijn die den president bewegen, het experiment
voort te zetten, hoewel er vele redenen voor
staking zouden zijn aan te voeren. Hrj wijst tot
staving van deze meening in de eerste plaats
op den fellen strijd, die in tal van bedrijfstak-
ken kapitaal en arbeid is ontketend, op den
terugslag na aanvankelijk Snellen aanwas in
de omzetten bij groot- en kleinhandel, die een
gevolg is van de onmacht van het publiek om
de sterk toegenomen productie af te nemen
en zich ook uit in vermindering van de vraag
naar vervoermiddelen.
Om die stagnate in de kunstmatige opstu-
wing van het bedrijfsleven te boven te komen,
heeft Johnson thans een propaganda-campag-
ne onder het motto ,,Koopt nu!" ingezet. Zij
heeft ten doel de bevolking te suggereeren dat
ieder die niet aanstonds koopt wat hij voor
najaar en winter noodig heeft, zichzelf te kort
doet omdat de prijzen hoogstwaarschijnlijk
zullen gaan stijgen en men dus duurder te-
recht moet naarmate men langer wacht. Het
spreekt vanzelf dat deze propaganda alleen
betrekking heeft op zaken, die den ,,blauwen
adelaar" mogen voeren.
Hoe het met deze tweede faze van het her
stelprogram zal gaan, ligt nog volkomen in
het duister. Het is een uiterst belangwekkende
proef, deze reusachtige reclameveldtocht, door
de regeering van een groote mogendheid on-
demomen. De groote vraag is maar of het
publiek inderdaad koopkracht genoeg heeft
om ,,nu te koopen". Van koopen op crediet of
op afbetaling heeft de Amerikaansche klein
handel door de droevige ervaringen tijdens de
•crisis meer dan genoeg gekregen. Geld bij de
visch is sindsdien zijn leuze geworden en het
gaat er dus om of er wel genoeg contanten
in de zakken van de aspirant-koopers zitten.
Voorstanders van inflatie zullen die vraag
niet van beslissende beteekenis vinden. De re
geering kan immers de bankbiljettenpers aan
het werk zetten en zoo geld onder de menschen
brengen. Een enquete van den democratischen
senator Thomas uit Oklahoma moet aan het
licht hebben gebracht, dat er onder de leden
van het Congres een zeer sterke strooming
bestaat voor een dollar-inflatie, doch dat Roo
sevelt aarzelt zich op dien hellenden weg te
wagen.
Terwijl uit Wallstreet het bericht komt dat
de president, als hij tot inflatie overgaat, de
voorkeur zal geven aan een crediet-inflatie,
die den vorm zou krijgen van een aankoop door
de federale reservebanken en schatkistbiljet-
ten ten bedrage van 3 milliard dollar, ver-
neemt de correspondent van de Daily Tel. dien
we boven reeds hebben geciteerd, dat Roose
velt wel geneigd ware de goudwaarde van den
dollar met 43 pet. te verlagen en het betaal-
middel dan verder te koppelen aan den prijs-
index, met herziening van maand tot maand.
mits Engeland tot denzelfden maatregel met
het pond sterling zou willen overgaan. De En-
Engelsche journalist heeft daarvan wel geen
officieele bevestiging kunnen krijgen, maar
„menschen van groot gezag" achten het bijna
zeker dat Roosevelt een dergelijk voorstel aan
Engeland zal doen bij de onderhandelingen
welke begin October over de oorlogsschuld
beginnen. Voor aanvaarding van dat voorstel
zou hij bereid zijn Engeland een zeer gunstige
schikking voor de oorlogsschuld toe te kennen.
TER NEUZEN, 22 September 1933.
STICHTING „WOLFHEZE".
Evenals voorgaande jaren zal door de
stichting „Wolfheze" in de eerstvolgende
weken in de gemeente Hoek en Ter Neuzen
weer een collecte gehouden worden.
Het behoeft geen ibetoog, dat een offertje
gebracht aan deze zeer nuttige stichting, niet
renteloos zal zjjn. Deze stichting wordt ge
heel door giften in stand gehouden. Zie de
advertentie in dit nummer.
V.mWEDSTRIJD.
Op de deze week te 's Hertogenbosch ge
houden nationale vakwedstrijd voor bakkers,
waaraan zeer druk werd deelgenomen, wer
den door onzen stadgenoot den heer J. Bonte-
van Mossevelde de volgende prijzen behaald:
le prijs een zilveren beker en 25 voor bitter-
koekjes; le prijs een zilveren beker en 25
voor Weespermoppen; le prijs verguld zilve
ren eere-kruis en 25 voor vanillenootjes; 3e
prijs groote bronzen medaille en 10 voor
boter-cake; zeer eervolle vermelding voor
Brusselsch Palcisbanket en een eervolle ver
melding voor tulband.
Naar men ens mededeelde, de deelname in
aanmerking nemende, een mooie prestatie.
HET NEDERL. TOONEEEGEZEESCHAF.
Dir. Beuknian De Boer.
Bij de j.l. Woensdag door bovengenoemd ge-
zelschap gegeven opvoering van Mooie Juultje
van Volendam", levensschets in 5 bedrijven
door Jan Lemaire, bleek, dat de directie weer
een groep goede artisten rondom zich heeft
geschaard. De uitvoering viel in alle opzich-
ten te loven. In de eerste plaats noemen wij.
Mies Peyters in de titelrol, voorts Bets van
den Heuvel als haar moeder, en de heeren Joh.
de Boer, haar vader, Toon Gerlach als Piet
Zandman en Beukman als dronken Toon, die
in hunne rol meer op den voorgrond traden,
terwijl ook de overige rollen in goede handen
bleken.
Alle bezoekers waren vol lof over het gebo-
dene. Men dient te bedenken dat, om goede
gezelschappen hier te krijgen, men het streven
van de Directie krachtig dient te steunen. Het
Concertgebouw was goed bezet maar het had
een uitverkocht huis moeten zijn, hetgeen zeer
zeker ten voile verdiend was.
Gisteravond werd door het gezelschap op-
gevoerd het blijspel George wil wel", dat ook
weer vlot gespeeld werd en groot lachsucces
verwekte en de roep van het gezelschap vol
komen handhaafde.
Vanaf heden tot en met Maandagavond
heeft het Luxor Theater een pracht kermis-
programma ingesteld. In ons vorig nummer
hebben wij reeds een recensie van de Haag
sche Courant opgenomen over het schitterend
filmwerk „Das Lied einer Nacht", waarbij
wij kennis maken met den Poolschen tenor
Jan Kiepura.
Deze phenomenalen zanger te hooren is
alleen reeds een gang naar het Luxor Thea
ter ten voile waard, voeg daarbij nog de
suiblieme film met haar schitterende natuur-
opnamen en men heeft een avond van waar
kunstgenot.
Als tweede film gaat „De vliegende omni
bus" met de rasechte komieken Watt en \2
Watt.
Wij raden een ieder aan dit prachtprogram-
ma te gaan bewonderen.
WATERSTAATSBEGROOTING.
Electrificatie bruggen te Sluiskil
en Sas van Gent.
Bid kens de toelichting op de waterstaats-
begrooting ligt het in het voomemen einde-
lijk over te gaan tot electrificatie der brug
gen over het kanaal te Sluiskil en Sas van
Gent, waarop in het belang van het verkeer
te land reeds sinds jaren is aangedrongen.
Voor de uitvoering dier electrificatie is
42.000 aangevraagd.
Weg PhilippineDriekwart.
Als bijdrage aan de provincie Zeeland in