ALfiEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Tweede Blad Arbeidsbemiddeling. buitinlabd No. 9045 VRIJDAG 22 SEPTEMBER 1933 73e JAARGANG BIHHENLAND LUXOR THEATER. NEUZENSCHE COURANT A. Noodig werk. Men zou haast niet durven zeggen, dat arbeidsbemiddeling een noodig werk is, als men bedenkt, dat het 1888 heeft moe- ten worden voor en aleer er in ons land op dit gebied iets werd gedaan of ook maar beproefd. Laten wij eerst een paar definities geven van deze zaak De Staatscommissie over de Werkloosheid heeft het in'haar verslag van 1914 aldus geformuleerd: Arbeidsbemiddeling is de geregelde bemoeiing van personen of in- stellingen tot het elkaar doen ontmoeten van vraag en aanbod op de arbeids- markt". Een ander, Detiger, Directeur van de Arbeidsbeurs te Amsterdam, spreekt van ,,de juiste plaatsing van den arbeider" en van het ,,voldoen der aan- vraag met het daarvoor meest geeigende aanbod terwijl Van Delft, Dir. van de Arbeidsbeurs te Tilburg, nog verder gaat, als hij arbeidsbemiddeling omschrijft als het brengen van den reonten man op de rechte plaats. Maar hoeveel gemis en hoeveel mis- bruik was er niet op dit gebied! Nagenoeg de geheele Nederlandsehe arbeidsbemiddeling van een halve eeuw geleden was er een uit winsflbejag. Er waren toen haast niet anders dan beroeps- bemiddelaars, die zich meestal slechts met een vak of een bepaalde branche bezig hielden. Nu eens waren het dienstboden, dan weer scheepsgezellen of bakkers- knechts, waarover zij hun zorgen uitstrek- ten, en zoo leek het dan uit ae verte wel een beetje op de moderne vakafdeelingen op de arbeidersbeurzen. Het heele ijveren dezer lieden was slechts om het geld. Hoe meer er gewisseld werd, hoe liever het hun was, want elke bemiddeling bracht nieuwe winst. Reeds dadelijk moest er bij de ,,inschrijving" een zeker bedrag wor den betaald, en na de aanstelling gleed er dan nog een bepaald loonpercentage in de zak van den ,,placeur". Ook wist deze dan zijn klanten nog op andere wijze te binden. Kroeghouders gaven hun bezoe kers crediet, winkeliers kwamen met hun werklooze klanten overeen. dat zij, waren zij eenmaal aan werk geholpen, hun in- koopen nooit meer elders zouden doen. Ook werden er werkzoekenden in den kost genomen, en als men te Amsterdam ,,commensaals" hieltl, dan had dat meestal breederen z,in. Dat het bemiddelingsbedrijf groote winsten afwierp, staat vast. Toen omstreeks 1884 een groote werk loosheid ons land teisterde, is men er over gaan denken om de werkwijze van de ,,Verein fiir Arbeitsnachweis" te Berlijn te gaan navolgen, en het gevolg is ae- weest, dat de ..Maatschappij voor den Werkenden Stand" te Amsterdam de op richting en het beheer van een arbeids beurs ernstig in overweging nam. Op 1 September 1886 werd de eerste beurs in ons land aeopend. Het was dus ook niet geheel billijk, toen in 1888 in dat zelfde Amsterdam een zekere Rommerts zich er over beklaagde, dat hij aenoodzaakt werd ,,om als een Duitsche leergast ten tijde der gilden, met zijn gereedschap onder den arm, van plaats tot plaats te trekken, op goed geluk af, of hij hier of daar werk zou vinden." Hrj zou 't in elk geval in zijn woonplaats eerst nog eens hebben kunnen probeeren bij de reeds bestaande organisatie. Als er dan maar eerst een schaap over de brug is, volgen er straks meer. Tus- schen ae jaren 1900 en 1908 het jaar, waarin de Vereeniging van Nederland sehe Arbeidsbeurzen werd opgericht zetten tal van gemeentcbesturen hun be- langstelling voor deze zaak om in daden, en ook daarbij ging Amsterdam voor. Te Schiedam kwam de eerste gemeentelijke arbeidsbeurs tot stand. C)an volgden Maastricht en Haarlem, in 1910 waren er al 24 beurzen, waarvan 18 gemeentelijke en 6 particuliere. En van de Haagsche arbeidsbeurs is het initiatief uitgegaan tot samenwerking tussthen de arbeidsbeur zen onderling. Een belangrijke verandering was al dadelijk, dat de bemiddeling thans koste- loos plaats vond. Maar de rechte en grootste uitbreiding kwam toch pas tijdens en na de oorlogsjaren. Vlak voor den oorlog (19 Juni 1914) kwam de Neder landsehe Werkloosheidsraad tot stand, en toen op 3 Aug. 1914 sterk onder den indruk van den uitgebroken wereld- oorlog in de gebouwen der Directie van den Arbeid te s Gravenhage een Centrale Arbeidsbeurs in het leven was geroepen, was er een centraal punt, zij het ook vooralsnog met een officieus cachet. Deze centrale beurs is toen op 5 Oct. 1914 tot een tijdelijke Rijks-instelling ge- proclameerd, en 14 April 1917 werd de Centrale Rijksarbeidsbeurs van een tijde- lijk tot een blijvend instituut, terwijl daar- na de tot standkoming van een algeheele rijksregeling het geheele gebouw heeft voltooid en bekroond. B. Moeilijk werk. Het moeilijkste bij heel dit werk is de - kwestie van de persoon van den bemidde- laar. Dat deze arbeid vaak aan onder- gesohikte personen werd opgedragen, die in anderen arbeid hun hoofdbetrekking vonden, maakte niet zelden, dat het werk niet met de noodige energie en zeker niet met de zoo noodige kennis van zaken werd verricht. Een goed arbeidsbemidde- laar moet veel menschenkennis en tevens een ferme mate van gemakkelijkheid in den omgang bezitten. Bovendien is er nogal wat verschil van opvatting ten aanzien van de taak der arbeidsbemiddeling. Het gaat vooral om de kwestie of de arbeidsbeurs een passief instituut is, dat zich er mede tevreden stelt om werkgever en werk- nemer tot elkander te brengen. dan wel of de arbeidsbeurs behalve een soort registratiekantoor te zijn voor vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, ook nog zal trachten den rechten man te brengen op de rechte plaats. Men zie het verschil vooral goed. Bijeen-doen-komen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt heeft immers in hoofd- zaak administratieve beteekenis, maar wanneer men bovendien nog iets anders wil bereiken, wordt de taak veel moei- lijker en ingewikkelder. En nu is het ons opgevallen bij het doorwerken van een der meest volledige boeken op dit terrein (Mr. Dr. C. J. Goedhart en Mr. A. Roe- terink: De ontwikkeling der Arbeids bemiddeling in Nederlanddat men aan de bereiking van dit sociaal ideaal niet durfde denken. Zeker kan men toegeven, dat de praktijk altijd beneden de theorie zal blijven, en men mag zeker ook wel verschil maken tusschen hoogere en lagere functies bij den arbeid maar wij zou den toch niet gaarne het ideaal geheel willen prijsgeven, ook n,iet bij de minder ingewikkelde vakken. Er is nog een reden, die wij reeds even noemden, waarom dit werk als moeilijk moet worden gekenschetst. De menschen van de Arbeidsbeurs moeten toch wel goed op de hooate zijn van aard en om standigheden aer verschillende vakken. en niet zelden zullen zij bij arbeidsconflic ten in een lastig parket geraken. Ook moet de vraag onder het oog worden ge zien, of en zoo ja in hoeverre er rekening moet worden gehouden met de gods dienstige overturning en de politieke rich ting van hen die bemiddeling inroepen. De Staatscommissie over de Werkloos heid heeft onzes inziens hierbij het juiste standpunt ingenomen, toen zij uifcmaakte, dat een Arbeidsbeurs ten deze van geen enkele voorkeur mag doen blijk.en. Af wijking van dezen regel is slechts geoor- loofd, wanneer een bepaald patroon of werkzoekende persoonlijk van voorkeur heeft doen blijken. Als de openbare beur zen hiermede geen rekening willen hou- den, zou de opkomst van ..sectarische' beurzen te zeer in de hand worden ge- werkt. C. Mooi werk. Nu moest schrijver dezes eigenlijk iemand zijn, die midden in de praktijk staat van de arbeidsbemiddeling. Dan toch zou hij zeker met klem en kracht de schoonheid van dezen arbeid kunnen in het licht stellen, terwijl hij er thans alleen maar meer uit de verte over kan mee spreken. Wij willen daarom aanstonds op een zaak hier wijzen. Hoe algemeener de deelname wordt des te vruchtbaarder zal het werk der Arbeidsbeurzen zijn. Nog maar al te vaak komt het voor (vooral bij vrouwelijke arbeidskrachten, maar toch ook wel bij mannelijke), dat werkloozen zich niet laten inschrijven, en aldus de mogelijkheid van hulp en uit- komst moeten missen. Het volledige nut van dezen arbeid kan eerst goed worden beoordeeld, als er meer algemeen van de tusschenkomst der Arbeidsbeurzen ge- bruik wordt gemaakt. De geholpenen, die niet werden overgeleverd aan slechts op eigenbelang beluste slimmelingen, maar die vaak op het onverwachtst uitkomst zagen dagen, zouden zelf de beste en sterkste getuigen zijn, maar die zullen slechts zelden het erkennen, dat zij ge holpen zijn. De personen, die aan dit mooie werk hun beste krachten wijden. zullen echter (als alle werkers op geeste- lijk en sociaal gebied) niet het meeste zien op wat openbaar wordt. Het zal hun de hoogste voldoening zijn en blijven, als zij anderen tot nut en zegen zijn ge- worden. TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. De voorzitter aanvaart zijn ambt met de volgende rede: Geachte medeleden Nu mij opnieuw door Hare Majesteit de Ko- ningin op uwe door mij zeer gewaardeerde voordracht het voorzitterschap der Kamer werd opgedragen, past mij allereerst een woord van dank voor het in mij gestelde ver- trouwen. Voor hem, wien het voorrecht te beurt valt uwe beraadslagingen te leiden, is op dit oogen- blik zelfbeperking meer dan ooit plicht. Slechts over den vorm, waarin, over de wijize, waarop de Kamer haar werk zal ver- riehten, moge ik een woord tot u spreken. De vertrouwenscrisis, die de wereld teis- tert, heeft ook het parlementaire stelsel niet onverlet gelaten. De schade aan dat stelsel toegebracht, kan slechts worden hersteld, wanneer de parle- menten het bewijs leveren, dat met hunne medewerking het algemeen belang naar den eisch van dezen zwaren trjd kan worden ge- diend. Noodig is, dat alles worde vermeden, waar- door wetgevende en uitvoerende macht in hare taak worden belemmerd. De Kamer moge door daden bewijzen, dat zij de plaats haar in ons staatsstelsel toege- dacht, op waardige wijze weet in te nemen. Zaakkundige bondigheid bondige zakelijk- heid, zij ook in de komende maanden ons ^Vachtwoord. Met den wensch, dat Gods zegen onzen ar beid vergezelle, aanivaard ik uw voorzitter schap. Besloten wordt tot instelling van vaste com- missies voor privaat- en strafrecht, voor be- lastingen, voor openbare werken, verkeer en waterstaatsaangelegenheden, voor overleg met de regeering omtrent handelspolitieke aange- legeaheden. Besloten wordt Dinsdag 3 Oct. het afdee- lingsonderzoek van de rijksbegrooting 1934 aan te vangen. /Voorts is besloten op 12 October weder in openbare vergadering bijeen te komen. De ver gadering wordt daama gesloten. EERSTE KAMER. Vergadering van Donderdag. De Eerste Kamer is Donderdag bijeengeko- men. Het adres van antwoord op de Troonrede werd vastgesteld. Aan de orde was het voorstel van den heer Wibaut tot wijiziging van het reglement van orde in dien zin, dat de Kamer en niet de voor zitter voortaan beslissen kan over het al of niet in behandeling nemen van een bepaald wetsontwerp. Na een verklardng van den voorzitter, dat z.i. de Kamer deze bevoegdheid dient te ver- krijgen, werd het voorstel z.h.st. goedgekeurd. De Kamer, die hierna in de afdeelingen ging, zal Dinsdag of Woensdag a.s. weder bijeen- komen. KONINKLIJKE NEDERLANDSCHE MIDDENSTANDSBOND. De Koninkljjke Nederlandsehe Midden- standsbond heeft Woensdagmiddag in den Dierentuin te 's Gravenhage een groote lan- delijke demonstratie gehouden om den nood van den middenstand ter kennis te brengen van de regeering. De belangstelling was zoo groot, dat twee groote zalen geheel gevuld werden. Minstens 3000 personen woonden de vergadering bij. De voorzitter der vergadeking in de tooneel- zaal ,de heer Ed. Schurmann, zeide in zijn openingswoord, dat verschillende standen zijn gesteund, waaraan de middenstand meebe- taalde. De middenstand werd zelf niet ge holpen. De vorige regeering is in gebreke gebleven. Wij willen ons hier uitspreken, opdat de nieuwe regeering wete, hoe onze toestand is en zij niet zal kunnen zeggen: „Wij hebben het niet geweten" (applaus). Wiiji vragen: ,,Geef ons gelegenheid om door werk ons brood te verdienen". De heer J. C. Blankert uit Utrecht heeft het woord gevoerd. De middenstand, aldus spreker, heeft grooteljjks reden tot ontevre- denheid. Aan den alleenwerkenden patroon moet vrijheid worden gelaten om te werken. Wij zijn ontevreden. aldus spreker, over de werking van het rijksinkoopbureau, over de personeele belasting, de tabaksbelasting, de omzetbelasting, enz. enz. Ook over gemeen tebedrijven, die in huurkoop verkoopen en die een middenstander, die hard moet werken om aan den kost te komen, niet op zijn weg moet vinden. Vervolgens sprak de heer A. van Kesteren uit Den Haag over de moeilijkheden van den ambachtspatroon. Spreker zeide, dat het zwaartepunt van de politiek moet worden verlegd naar het eco- nomisch terrein. Mr. dr. H. F. A. Vollmar uit Den Haag besprak als rechtsgeleerd raadsman van het comit<§ van actie van de vrije margariae- handelaren de moeilijkheden der vrije mar- garine-handelaren. Zeventien margarme- fabrikanten hebben een kartel gevormd en maken een winst, die een goudmiijin is. De fabrikanten hebben filiaalwinkels en het laat hen onverschillig of die winkels winst maken, omdat zij als fabrikant al genoeg winst maken. De heer Jos. ten Berg uit Utrecht sprak over beteugeling van het cadeaustelsel, ver klarende, dat, als aan dit stelsel geen eind komt, vele bedrijven te gronde zullen gaan. Ten slotte betoogde spreker de noodzake- lijkheid van maatregelen tegen gefingeerde uitverkoopen die een misleiding zijn van het publiek en een benadeeling van het algemeen belang. Volgende spreker was de heer A. J. ten Hope, van Rotterdam, die de komende wet inzake een vergunningsstelsel voor vracht- autodiensten besprak. De heer W. .Lubberink uit Haarlem hield vervolgens een beschouwing naar aanleiding van ,,land en volk in crisis". Men heeft ens gek en dol gemaakt met leuzen en frazen, maar nu heft'en wij aan als wapenkreet het woord der Koningin: „Wij willen onszelf zijn en blijven". Spreker betoogde voorts, dat na den geest van haat en afgunst, die ons kleine, goede volk jarenlang vergiftigd heeftT nu een geest van eenheid over ons volk is gekomen, die blijven moet. Hierna sprak de heer G. D. Hoekstra uit Huizum over: midden stands toestand en op het platteland". Spreker betoogde, dat niet is uitgekomen de voorspelling, dat, als de boerenbedrijven gesteund werden dezen het den middenstanders wel ten goede zouden laten komen. De heer J. Koopmeiners uit Rotterdam sprak over: „verruiming der winkelsluitings wet voor die bedrijven, welke zulks behoe ven". Hiji keurde af de vemietiging van ge meentelijke verordeningen, waarbij rekening is gehouden met de bijzondere behoeften van groepen winkeliers, als die in koek en cho colade, in fruit, visch, enz. Onder gefluit vanuit de vergadering besprak spreker de nalatigheid der regeering op dit punt. De heer A. Ingenool, directeur van het K. N. .M. bondsbureau, las daarop de volgende resolutie voor: De groote vergaderingen van Nederland sehe middenstanders, onder leiding van,den Koninklijken Nederlandschen Middenstands- bond op 20 September 1933, in het gebouw van den Dierentuin te 's-Gravenhage bijeen, gehoord de inleidingen, spreken als haar oordeel uit, dat regeering en openbare meening blijken niet door- drongen te zrjn van den emstigen toestand waarin talrijke middenstanders tengevolge van de crisis zijn komen te verkeeren; maken ernstig bezwaar tegen het feit, dat den middenstand steeds nieuwe lasten wor den opgelegd zonder dat eenige compensatie daartegenover staat; achten het tegenover duizenden nijvere burgers een niet te rechtvaardigen daad, dat zoowel ten aanzien van het verleenen van buitengewone credieten aan door crisis ge- troffen middenstandsbedrijven als ten op- zichte van de herziening der Winkelsluitings- wet ten behoeve van sommige bednijfsgroe- pen door de regeering gedane toezeggingen met gereedelijk worden nagekomen waardoor talloozen in groote moeilijkheden zijn komen te verkeeren; betreuren het dat evenmin iets gedaan is om noodljjdende middenstanders, hetzij door een buitengewone steunverleening, hetzij door het verschaffen van opdrachten van overheidswege, voor den ondergang te behoe- den en achten het te veroordeelen, dat derge- Ijjke personen worden verwezen naar armen- zorg of werkverschaffing; stellen vast, dat tal van redelijke en recht- matige verlangens van den middenstand op het gebied van de wetgeving, inzonderheid waar het de bescherming tegen de bedrijven ondermijnende euvelen betreft ondanks herhaalden aandrang der organisaties, even eens onvervuld blijven; concludeeren, dat deze toestand onhoud- baar is en derhalve apoedige verbetering door ingnijpende maatregelen vereischt is; dragen het bestuur van den K.N.M.B. op deze verlangens met kracht en klem onder de aandacht van regeering, pers en openbare meening te brengen. Toen deze resolutie was voorgelezen, werd vanuit de zaal, op de vraag, of men er ac- coord mee ging, met krachtig geluid geant woord: Neen! niet „verlangen", „eischen! Vanaf de bestuurstafel werd opgemerkt, dat vergadering in de kleine zaal, waar de- de zelfde sprekers waren opgetreden, de reso lutie had goedgekeurd. Maar opnieuw werd vanuit de zaal geroepen: :„Eischen! Eischen!" Iemand riep: „De arbeiders heb ben altijd geeischt!" (Daverend applaus.) De voorzitter zeide: „Als de vergadering verlangt, dat wij zullen spreken van „eischen' en niet van verlangens"Het slot van zijn woorden ging verlorem in een lang aan houdend applaus en gejuich in de zaal. De vergaderden waren van hun stoelen opgestaan. Toen zette de muziek het Wil- helmus in, dat de menigte geestdriftig mee- zong. Het slot was, dat de resolutie werd aange- nomen met de door de vergadering ge- wenschte verandering. DE ECONOMISCHE PROEFNEM1NG IN DE VEREENIGDE STATEN. Twee maanden geleden heeft, schrijft de N. R. Crt., generaal Johnson, de chef van den grooten staf waarmee president Roosevelt zijn strategischen aanval op de crisis Jeidt, verkon- digd: „Over zestig dagen zullen wij weten of het herstelprogram zal slagen dan wel of wij op weg zijn naar de economische hel". Die fatale termijn is thans verstreken en of- schoon de officieele instanties zich optimistisch blijven uitlaten over de uitkomsten van het eerste stadium, zullen maar weinigen innerlijk overtuigd zijn van het uiteindelijk succes van de proefneming. Ongetwijfeld is er een en an der bereikt bij het streven van hoogerhand om den werktijd te bekorten, de loonen op te voe- ren en werkloozen aan den slag te helpen. Het is echter de vraag of het bereikte niet te duur wordt gekocht met de afbraak van den dollar, de verontrustende onzekerheid waarin het za- kenleven van dag tot dag verkeert en de vrees dat een zoo kunstmatige verlevendiging van bedrijf en nering toch niet van duur kan zijn. In vertrouwelijke gesprekken, ook met over- heidspersonen, merkt men die vrees voort- durend, verzekert Gordon Lennoij, de speciale vertegenwoordiger van de Daily Telegraph te Washington. Kringen die in nauw contact met Roosevelt staan, zeiden hem: ,,Wij weten niet waar wij heengaan" en de Engelsche journa list voegt hieraan toe dat de zin voor het avontuurlijke en de haast jongensachtige min- achting voor den last der verantwoordelijk- heid, welke hem kenmerken, de groot prikkels zijn die den president bewegen, het experiment voort te zetten, hoewel er vele redenen voor staking zouden zijn aan te voeren. Hrj wijst tot staving van deze meening in de eerste plaats op den fellen strijd, die in tal van bedrijfstak- ken kapitaal en arbeid is ontketend, op den terugslag na aanvankelijk Snellen aanwas in de omzetten bij groot- en kleinhandel, die een gevolg is van de onmacht van het publiek om de sterk toegenomen productie af te nemen en zich ook uit in vermindering van de vraag naar vervoermiddelen. Om die stagnate in de kunstmatige opstu- wing van het bedrijfsleven te boven te komen, heeft Johnson thans een propaganda-campag- ne onder het motto ,,Koopt nu!" ingezet. Zij heeft ten doel de bevolking te suggereeren dat ieder die niet aanstonds koopt wat hij voor najaar en winter noodig heeft, zichzelf te kort doet omdat de prijzen hoogstwaarschijnlijk zullen gaan stijgen en men dus duurder te- recht moet naarmate men langer wacht. Het spreekt vanzelf dat deze propaganda alleen betrekking heeft op zaken, die den ,,blauwen adelaar" mogen voeren. Hoe het met deze tweede faze van het her stelprogram zal gaan, ligt nog volkomen in het duister. Het is een uiterst belangwekkende proef, deze reusachtige reclameveldtocht, door de regeering van een groote mogendheid on- demomen. De groote vraag is maar of het publiek inderdaad koopkracht genoeg heeft om ,,nu te koopen". Van koopen op crediet of op afbetaling heeft de Amerikaansche klein handel door de droevige ervaringen tijdens de •crisis meer dan genoeg gekregen. Geld bij de visch is sindsdien zijn leuze geworden en het gaat er dus om of er wel genoeg contanten in de zakken van de aspirant-koopers zitten. Voorstanders van inflatie zullen die vraag niet van beslissende beteekenis vinden. De re geering kan immers de bankbiljettenpers aan het werk zetten en zoo geld onder de menschen brengen. Een enquete van den democratischen senator Thomas uit Oklahoma moet aan het licht hebben gebracht, dat er onder de leden van het Congres een zeer sterke strooming bestaat voor een dollar-inflatie, doch dat Roo sevelt aarzelt zich op dien hellenden weg te wagen. Terwijl uit Wallstreet het bericht komt dat de president, als hij tot inflatie overgaat, de voorkeur zal geven aan een crediet-inflatie, die den vorm zou krijgen van een aankoop door de federale reservebanken en schatkistbiljet- ten ten bedrage van 3 milliard dollar, ver- neemt de correspondent van de Daily Tel. dien we boven reeds hebben geciteerd, dat Roose velt wel geneigd ware de goudwaarde van den dollar met 43 pet. te verlagen en het betaal- middel dan verder te koppelen aan den prijs- index, met herziening van maand tot maand. mits Engeland tot denzelfden maatregel met het pond sterling zou willen overgaan. De En- Engelsche journalist heeft daarvan wel geen officieele bevestiging kunnen krijgen, maar „menschen van groot gezag" achten het bijna zeker dat Roosevelt een dergelijk voorstel aan Engeland zal doen bij de onderhandelingen welke begin October over de oorlogsschuld beginnen. Voor aanvaarding van dat voorstel zou hij bereid zijn Engeland een zeer gunstige schikking voor de oorlogsschuld toe te kennen. TER NEUZEN, 22 September 1933. STICHTING „WOLFHEZE". Evenals voorgaande jaren zal door de stichting „Wolfheze" in de eerstvolgende weken in de gemeente Hoek en Ter Neuzen weer een collecte gehouden worden. Het behoeft geen ibetoog, dat een offertje gebracht aan deze zeer nuttige stichting, niet renteloos zal zjjn. Deze stichting wordt ge heel door giften in stand gehouden. Zie de advertentie in dit nummer. V.mWEDSTRIJD. Op de deze week te 's Hertogenbosch ge houden nationale vakwedstrijd voor bakkers, waaraan zeer druk werd deelgenomen, wer den door onzen stadgenoot den heer J. Bonte- van Mossevelde de volgende prijzen behaald: le prijs een zilveren beker en 25 voor bitter- koekjes; le prijs een zilveren beker en 25 voor Weespermoppen; le prijs verguld zilve ren eere-kruis en 25 voor vanillenootjes; 3e prijs groote bronzen medaille en 10 voor boter-cake; zeer eervolle vermelding voor Brusselsch Palcisbanket en een eervolle ver melding voor tulband. Naar men ens mededeelde, de deelname in aanmerking nemende, een mooie prestatie. HET NEDERL. TOONEEEGEZEESCHAF. Dir. Beuknian De Boer. Bij de j.l. Woensdag door bovengenoemd ge- zelschap gegeven opvoering van Mooie Juultje van Volendam", levensschets in 5 bedrijven door Jan Lemaire, bleek, dat de directie weer een groep goede artisten rondom zich heeft geschaard. De uitvoering viel in alle opzich- ten te loven. In de eerste plaats noemen wij. Mies Peyters in de titelrol, voorts Bets van den Heuvel als haar moeder, en de heeren Joh. de Boer, haar vader, Toon Gerlach als Piet Zandman en Beukman als dronken Toon, die in hunne rol meer op den voorgrond traden, terwijl ook de overige rollen in goede handen bleken. Alle bezoekers waren vol lof over het gebo- dene. Men dient te bedenken dat, om goede gezelschappen hier te krijgen, men het streven van de Directie krachtig dient te steunen. Het Concertgebouw was goed bezet maar het had een uitverkocht huis moeten zijn, hetgeen zeer zeker ten voile verdiend was. Gisteravond werd door het gezelschap op- gevoerd het blijspel George wil wel", dat ook weer vlot gespeeld werd en groot lachsucces verwekte en de roep van het gezelschap vol komen handhaafde. Vanaf heden tot en met Maandagavond heeft het Luxor Theater een pracht kermis- programma ingesteld. In ons vorig nummer hebben wij reeds een recensie van de Haag sche Courant opgenomen over het schitterend filmwerk „Das Lied einer Nacht", waarbij wij kennis maken met den Poolschen tenor Jan Kiepura. Deze phenomenalen zanger te hooren is alleen reeds een gang naar het Luxor Thea ter ten voile waard, voeg daarbij nog de suiblieme film met haar schitterende natuur- opnamen en men heeft een avond van waar kunstgenot. Als tweede film gaat „De vliegende omni bus" met de rasechte komieken Watt en \2 Watt. Wij raden een ieder aan dit prachtprogram- ma te gaan bewonderen. WATERSTAATSBEGROOTING. Electrificatie bruggen te Sluiskil en Sas van Gent. Bid kens de toelichting op de waterstaats- begrooting ligt het in het voomemen einde- lijk over te gaan tot electrificatie der brug gen over het kanaal te Sluiskil en Sas van Gent, waarop in het belang van het verkeer te land reeds sinds jaren is aangedrongen. Voor de uitvoering dier electrificatie is 42.000 aangevraagd. Weg PhilippineDriekwart. Als bijdrage aan de provincie Zeeland in

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1933 | | pagina 5