s Dam- an Sehaakmbriek. Plaimwe-Bubriek. DAMMEN. GEMEEN TERAAD VAN ZAAMSLAG. SCHAKEN. der jaarw$kje, ook,, niet bij de voorstellers, doch of d£ tfierisi.i9.ren in los verband door- gebracht, al of riiet voor periodieke verhoo ging in aanmerking zullen komen. Men ge- lieve echter wel te bedenken, dat men, dit doende, iets zou doen, dat in de toekomst door anderen als, een precedent zou kunnen worden beschouwd. De heer Jarisen was tot hiertoe in lossen dienst. Het moet voor hem reeds als een voorrecht beschouwd worden, dat hij nu in vaste dienst komt, waardoor zijn toekomst verzekerd is. Het voorstel van bur gemeester en wethouders is geregeld in over- leg met den rijksdienst. En het is naar spre ker meent onjuist, om nu de regeling te ver- zvjaren, uit overweging dat de last die daar- van op de gemeente zal drukken zoo gering is. We moeten ook billijk blijven tegenover ons zelf, en wanneer besloten wordt, dat van den heer Jansen de tijdelijke dienstjaren zullen meetellen, zullen in de toekomst anderen zich daarop beroepen. Burgemeester en wethou ders hebben gemeend de jaarwedde van den klerk te moeten stellen van f 1200 tot 1600, in verband met de jaarwedde van den direc- teur. Indien ipon nu aan den heer Jansen ineens het maximum zou geven op grond van zjjn tijdelijke dienstjaren, zou dat dan billijik zijn tegenover anderen Dan zou de heer Brinckman ook wel verhooging wegens dienst jaren die hij feejl^ -doorbracht kunnen vragen, en straks anderep, die in vasten dienst be- noemd worden ev^neens. Er moet ook reke- ning gehouden worden met den toestand der financien, en dat" de heer Jansen, vroeger in lossen dienst, tkms^zal bezoldigd worden als vaste kracht. Qft grond van een en ander be- veelt hij aannemmg van het voorstel van bur gemeester en wftj&ouders aan. De heer VAik AjKEN was aanvankelijk voomemens, zijn.&tepa te geven aan het voor stel der heeren £>riel c.s., doch de woor- den van den wefjjouder hebben hem een an der inzicht op df^e zaak doen krijgen. De heer Scheele heeft,,terecht opgemerkt, dat dan de heer Brinckmfiri ook verhooging zou kun nen vragen .yoor jaren in los verband doorge- bracht, en dat dit ook op ander gebied kan voor komen. Het zou dan onbillijk worden, als men in dit upzicht onderscheid maakte. Hij had eerst oqk nog gedacht, om 2 ver- hoogingen tog te kgnnen, maar per slot van rekening wil hij o6k dat denkbeeld laten zak- ken, omdat er over de voorgestelde regeling met den rijksdienst reeds overleg is gepleegd. De heer COLS EN verklaart, zich met het voorstel van de heeren Van Driel c.s. te kun nen vereepigen. DeLeer Jansen heeft hier vele jaren gezeten en werk voor. de ge meente verricht tegen een te laag loon. Nu gaat het niet op, om, wanneer wordt voorge- steld zijn positie iets beter te maken, den heer Brinckman tegenover hem uit te spelen, want die heeft geen dienst in deze gemeente ver richt, doch wel in Groningen. Die verkeert dus niet in dezelfde positie als de klerk bij de arbeidsbeurs, van wie alle leden overtuigd zijn, dat hjj al die jaren te weinig salaris heeft gehad. De heer DE BAKKER acht het ook een moeilijkheid, dat, wanneer de tijdelijke dienst van den heer Jansen in aanmerking werd ge- bracht voor periodieke verhoogingen, men zich ook vastzet tegenover anderen, die nog in de toekomst vast zullen aangesteld worden en ook reeds tijdqiijke dienstjaren hebben, zoo- als het bij de gemeentewerklieden voorkomt. Het gaat er bij spreker niet over of de heer Jansen het niet verdiend heeft, maar hij heeft dan nu toch een vaste positie. Bovendien weten burgemeester en wethouders nu hoever ze, na de onderhandelingen met den rijksdienst staan. Laat de raad dit voorstel aannemen en dan eens verder zien, anders zet men zich voor de toekomst Vast. De VOORZITTER wijst er op, dat, indien de raad het voorstel der heeren Van Driel c.s. zou aannemen, burgemeester en wethouders weer met den Minister zouden moeten gaan onderhandelen. Voorts is in de naaste toe komst te verwachten de aanstelling van 2 ge meentewerklieden, die ook al geruimen tijd in tijdelijken dienst zijn. Dan zou men ge- bonden zijn, die ook voor hen voor verhooging in rekening te brengen. Burgemeester en wethouders hebbefr, in verband met het bedrag dat hun billijk voorkwam, gemeend een perio dieke verhooging te moeten geven. Ze zijn tot die berekening gekomen door in aanmerking be nemen zijn vroeger salaris plus die f 250, waar ze boven wenschte te gaan. Ze oordeel- den, dat de heer Jansen dan in een vooruit- gaande lijn kwam. Waardeering voor den ar- beid van den heer Jansen, behoeft nog niet in te houden mindere waardeering van den afgetreden directeur. Er zijn op de arbeids beurs verschillende afdeelingen. De heer Jan sen heeft het geluk gehad dat hij zich daar heeft kunnen inwerken in de afdeeling werk- loozenzorg, waardoor hij met de omstandig- OCCXI. De vacantie treft overigens heel fatsoenlijke jongens soms in een baldadige stemming aan! Hoe zou de witspeler. in onderstaande partij er anders toe gekomen zijn, een ,,kampioen" uit te noodigen tot een partijtje dam? Het is een gedprfde strijd geworden met wisselende kansen,-z66 spannend, dat zwart halverwege nog aan het noteeren toog. Wit: R. H. dais 1. 3328 i^gioob 2. 3933 -aoreiBb 3. 44—39 4. 50—44 5. 34—30 6. 30—24 Zwart: K. 18—23 12—18 7—12 1—7 20—25 9. 36 X24 10. 28X1$ >v ao&L OS gc JlOO De witspeler, v^r wie de theorie een ge- sloten boek is, speelt hier als Springer vaak deed in deze stand- Dammen is niet mogelijk zonder aanleg, zeggen de Franschen. Het schijnt waar te zijn! 6. ho h' 19x30 7. 35X24, 14-19 Op 2329 volgt 2420 en 2822. De tekst- zet 1419 houdt de aanval op schijf 24 vast. 8. 40—35 19X30 9—14! 14X23 11. 33—28 17—22!! Dwingt tot 28X17, daar op 28X19 schijf- winst voor zwart volgt door 2228, enz. 12. 28X17 11X22 13. 3228 22X33 Het lijkt wel wat op de nieuyste studies van Damme in de Fransche opening. Het systeem in dit partijtje is even kansrijk. 14. 39X19 ~49 15. 143—39 Het beste, daar straks schijf 24 verdedigd moet worden. Deze zet is weer een bewijs van aanleg! 15. 914 16. 4440 14X23 17. 49—44 7—11 18. 4842 10—14 'Wit krijgt nu lastig spel. 19. 31—27 5—10 heden vanverschillende mensohen op de hoogte kwam. Het is gewenscht gebleken, dat de leiding .van die zorg bij een man be- rust en daarom is-.ihe.t secretariaat van Het Orgaan aan.fiem. opgedragen. Door den heer Hamelink is geinformeerd, of dat werk nu binnen de kantooruren zal kunnen worden uitgevoerd. Toen burgemees ter en wethouders hun voorstel voorbereidden hebben zij overwogen dat zij, nu zijn positie vast gemaakt werd, het uitkeeren van extra- bazoldiging moesten afschaffen. Zij wensch- ten in de eerste plaats zijn positie vast te maken en in de tweede plaats dat hij ook financieel zou vooruitgaan. Dit wordt door him voorstel bereikt, terwijl hij in de eerst- volgende jaren nog beter wordt. Zij meen- den hem beter een vaste verhooging te kun nen geven, dan hem bezoldigen voor extxra- diensten. Of hij voor het secretariaat van Het Orgaan niets meer van zijn vrijen tijd zal moeten opofferen zou spreker niet durven toezeggen, maar toch vermeent hij dat er op het kantoor meer gelegenheid zal zijn een dee! van die werken uit te voeren dan tot nu toe het geval was. Overigens vraagt de werkloo- zenzorg optreden op ongeregelde tijden, er moet al eens onderzoek worden ingesteld, en dat kan niet altijd binnen het raam der kan tooruren worden uitgevoerd. Misschien echter dat straks de werkzaamheden wat toenemen en die zorg eenigszins kan verminderen. De heer HAMELINK is na dit antwoord van meaning, dat er dan een andere oplossing voor de salarieering zou moeten worden voorgesteld, want dat er uit b 1 ijkIdat hij toch nog even goed als vroeger van zijn vrijen tijd ten dienste van Het Orgaan zal moeten op offeren. De heer SCHEELE merkt op, dat het ande ren toch ook wel overkomt dat ze door een of andere omstandigheid ook nog buiten hun vrijen tijd werk moeten verrichten. De heer HAMELINK stemt dit toe, maar wijst er op, dat de klerk der arbeidsbeurs als secretaris van Het Orgaan een bijzondere taak te vervullen heeft, waarvoor hij misschien veel vrijen tijd moet opofferen. In plaats van die fi50 geheel af te trekken, zou het mis schien billijker zijn hem een gratificatie toe te kennen van f 125 en het andere dan zoo te laten, dan blijft men buiten precedenten. Iemand van wie te voren vaststaat dat hij werkzaamheden in zijn vrijen tijd zal moeten verrichten, behoeft dat toch niet belangeloos te doen. De heer VAN DRIEL erkent, dat nu wel de vaste positie van den heer Jansen ge regeld wordt, maar dat daartegenover toch staat, dat anderen, ook met een vaste positie, voor overuren uibbetaling kregen. Zijn positie behoort nu goed geregeld te worden, daar het toch vaststaat, dat hij het werk dat hij nuj doet, zal moeten blijven uitvoeren. En wit het denkbeeld van den heer Hamelink betreft, het toekennen van een gratificatie, uit be- ginsel gevoelt sprekers fractie niet veel voor fooien. Hij houdt dus aan zijn voorstel vast, doch zal, als daarvoor geen meerderheid aanwezig is, ook een toelage aanvaarden. Hij verwacht van zijn voorstel geen prece dent in de toekomst, aangezien de regeling wordt voorgesteld, met het oog op den vollen werkkring van den betrokkene, en hij dus onbetaalde overuren zal hebben, hetgeen bij anderen niet het geval is. Hij dringt er bij vemieuwing op aan de 8 jaar terstond in rekening te brengen, daar de financieele zijde daarvoor geen bezwaar kan zijn. Het betee- kent voor de gemeente maar een klein som- metje. In het voorstel zijn de bronnen daar voor aangewezen, en al was het dat er belas- tingverhooging voor noodig was, dan kan spreker die er voor aanvaarden. Als de minis ter die regeling wil goedkeuren, is het boven dien voor ieder niet zooveel. Wanneer hij verhooging van het bedrag gevraagd had, was het wat anders, het is nu in hoofdzaak een kwestie van billijkheid, om vergoeding te geven tegenover de te verwachten opoffering van vrge uren. Spreker wil de vergoeding daarvoor in de regeling vastleggen. De heer SCHEELE wil, in antwoord op de opmerkingen van den heer Hamelink er op wijzen, dat er nu een geheele reorganisatie in het werk komt, waaraan ten grondslag ligt het werken in de vrjje uren zooveel mogelijk uit te schakelen. Het werk voor Het Orgaan kan dan op de beurs, tijdens de kantooruren gedaan worden. Men moet ook vertrouwen hebben in het beleid, en andere heeren zullen buiten hun gewone uren ook wel eens iets moeten doen. Hij gelooft niet, dat het in het algemeen belang zou zijn om verder te gaan dan het voorstel van burgemeester en wet houders beoogt, ook niet om de helft van de tegenwoordige toelage, of 125 aan gratifi catie toe te kennen. Het is zeer wel moge lijk, dat in de toekomst alien tevreden zullen 20. 40—34 14—20 21. *4440 20X29 22. 39—33 10—14 23. 33X24 Evenals drie zetten terug dreigt wit nu 27—22 en 34—30. 23. 14—19 24. 43—39 19X30 25. 140—35 3—9 26. 35 X 24 9—14?? Een blunder. Wit kan nu laten volgen 27—21, 24—20 34—30 en 37X10. 27. 4540? Wit ziet het zetje niet. 27. 1117 28. 3731 6—11 29. 42—37 1722 30. 47—42 11—17! Zwart stak hier een pijp op, z66 gerust was hij er op, dat wit niet meer aan schijfverlies kon ontkomen. Immers op 3126 volgt 22X31 en 17—21! Op 3732 volgt 1721 en de dreiging 2328 is niet te ontgaan. Op 38—33 volgt 16—21, 22—27 en 12—17. Zwart had echter een typisch zetje overzien dat wit er keurig uithaalde en nu nog wel moeilijker te zien was dan bij de 27e zet van wit (zie diagram). Stand na 30 zetten: ZWART 1 WIT 47 48 49 50 zrjm met het thans voorgestelde en hij zou zeggen: houdt u daanaan. De heer VERLINDE zou, om de partijen bij elkaar te brengen getioegefl kunnen nemen met een voorstel om 2 verhoogingen toe te kennen, nu burgemeester en wethouders de toelage van 250 wenschen te laten vervallen. De heer HAMELINK gelooft toch, dat het voorstel door hem gedaan beter is. De voor gestelde regeling is reeds met den rijksdienst besproken. Wanneer daarin wijziging wordt gabraeht, moet daarmede weer opnieuw ge- sproken worden. Bij het verleenen van een gratificatie blijft die er buiten. En het staat vast, dat er buiten kantoortijid zal moeten worden gewerkt, aangezien de vergaderingen van Het Orgaan buiten die uren vallen. Men schept dan ook geen precedent en blijft zui- verder staan tegenover anderen. De heer VERLINDE is voor dit laatste niet zoo bang, want zou toch elk geval op zichzelf wenschen te beschouwen. Het komt er meer op aan, hoe de raad er over denkt. Hij vindt het ook niet zoo erg, als er af en toe eens een uur moet overgewerkt worden, want dat komt bij andere kaatoren ook wel voor, ddrir kan men niet te nauw naar kijken. In het vrije bedrijf komt het ook menigwerf voor, dat men om 5 uur een kantoor niet kan stop zetten en dat er nog moet gewerkt worden zonder dat daarvoor terstond overuren wor den betaald. En wat de kwestie betreft om een vergoeding te geven- voor de werkzaam heden voor Het Orgaan, hg verwacht, dat dit in de toekomst miniem zal zijn. Hij kan zich wel vereenigen met het toe kennen van 2 verhoogingen. De heeren DE JQNGE en VAN AKEN steunen dit voorstel. De heer VAN DRIEL merkt op, dat dit voorstel toch op hetzelfde principe berust als het zijne; het is alleen minder ver gaand, maar er moet toch ook voor bij den minister worden aangeklopt om goedkeuring. De VOORZITTER zou op die kwestie niet willen vooruitloopen, maar merkt op, dat de betaling voor buitengewonen dienst, nu in de regeling vastzit. De heer HAMELINK wijst er op, dat het werk voor Het Orgaan toch een afzonder- lijken tak van dienst is; ten minste de voor- zitter heeft die indertfid als zoodanig zelf aangebracht. Dan is het ook logisch, dat daarvoor afzonderlijk wordt betaald en de rijksdienst blijft daar dan buiten. De heer VERLINDE meent, dat die op die 6ene verhooging meer niet zoo zal staan. De heer HAMELINK; Maar ik acht mijn voorstel ook in het belang der zaak beter. De VOORZITTER geeft te kennen, dat hij het voorstel indertijd ook heeft gedaan met het doel de positie van den heer Jansen wat te verbeteren, al was hetgeen hij daarvoor aanvoerde juist. De heer SCHEELE wijst er op, dat er op dezen dienst thans een 30 zou overblijven, doch indien men het voorstel z6<5 zou formu- leeren dat het alleen zal doorgaan, wanneer de rijksdienst er goedkeuring aan hecht, en indien dit niet het geval is het voorstel van burgemeester en wethouders als aangenomen wordt beschouwd, kan hij er in toestemmen het voorstel van den heer Verlinde over te nemen. De VOORZITTER vraagt den heer Van Driel of deze, gezien de besprekingen, zijn voorstel dan wil intrekken. De heer VAN DRIEL wenscht over zijn voorstel stemming; wordt dit verworpen, dan wil hij het andere aanvaarden. De heer VAN CADSAND wil nog verkla- ren dat, als er geen ander voorstel gekomen was, hij zich v66r dat van den heer Van Driel zou hehben verklaard, doch nu zal Mem- men voor het voorstel-Verlinde. Het voorstel van de heeren Van Driel c.s. wordt verworpen met 11 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Driel, Harte en Van Doeselaar; tegen stemmen de heeren Van Cadsand, Huijssen, Hamelink, Scheele, De Jager, De Jonge, Verlinde, Van Aken, De Bruijn, De Bakker en Colsen. Het voorstel van den heer Verlinde wordt aangenomen met algemeene stemmen. (Wordt vervolgd.) Vergadering van Woensdag 23 Aug. 1933, des voormiddags 9% uur. Voorzitter de heer Joh. de Feij-ter, Burge meester. Tegenwoordig de heeren D. G. Koopman, S. Buijze, C. Maas, K. Hamelink, A. Haak, C. H. H. Wisse, D. Dees Azn., A. de Feijter, Positioneel is wit in de diagramstand wel- licht verloren. De combinatie geeft nu een ge heel andere wending aan het spel. Wit liet nu tamelijk verrassend volgen: 31. 24—20 15X24 32. 34—30! 25X21 33. 31—27! 22X31 34. 136X27 21X32 35. 37X10 Het is wel duur, maar in elk geval heeft wit dam. 35. 17—22! 36. 10—5 dam 2—7 1 37. 41—37 13—19!! (Een Turksche slag in de partij. Dit komt niet dikwijls voor. De witspeler wilde eerst de schijven wegnemen en dan dddrslaan naar 30 of 35 over schijf 24. Natuurlijk werd hem dit vriendschappelijk belet! 38. 5X13 18X9 waama de partij spoedig remise liep. Wij geven hier twee partijen, die belang- wekkend zfln om den eenen speler. Wit: Madame de R^muset. Zwart: Napoleon Bonaparte. Jaar en plaats onbekend. 1. d2d8 Pg8f6 2. e2—e4 Pb8c6 Bij partijen van zoo lang geleden is een cri- tiek van de opening meestal niet op zijn plaats. Wel is op te merken, dat Napoleon een op- vallende voorkeur schijnt te hebben voor paar- den. 3. f2f4 Natuurlijk! Wit bezet het centrum dat Zwart hem overlaat. 3. e7e5 4. f4Xe5 Pc6Xe5 5. Pblc3 Als de witspeelster uit beleefdheid de partij cadeau had willen geven, had zij hier 5. d4 Pe4: 6. de5: Dh4t kunnen voortzetten, waar- na vroeg of laat de witte koning wel mat gaat. 5Pf6—g4 H. Bakker, A. Dees Azn. en later ook S. van Hoeve. Secretaris de heer J. Stolk, Lzm 1. Opening. De VOORZITTER opent de vergadering door het uitspreken van het gebedsformulier. 2. Benoeming van een hoofd dqr openbare lagere school te O these, wegens het niet aannemen der benoeming door den heer A. Bouterse. De VOORZITTER deelt mede, dat bericht is ingekomen van den heer A. Bouterse, dat hij de benoeming niet aanneemt, vermits hij ergens anders is benoemd. Maandagavotid is daarop met den Imspec- teur van het L. O. geccnfereerd over het op- maken van eene nieuwe voordracht. In die conferentie is o.a. overeengekomen dat de Inspecteur een nader onderzoek zou instellen, tengevolge waarvan hij Dinsdag- middag heeft getelefoneerd, dat hij meent een geschikte candidaat te hebben gevonden in den heer G. J. van der Bent, onderwijzer te Rotterdam, die met ingang van 2 September a.s. op wachtgeld komt. De heer A. HAAK: Is de nu voorgedragene tijdelijk door Burgemeester en Wethouders benoemd, hij verklaart daar wel voor geweest te zijn. De heer DE FEIJTER: Neen, want dit was niet mogelijk omdat deze eerst met in gang van 2 September a.s. op wachtgeld komt. De heer VAN HOEVE (ter vergadering komende) zegt, dat omstandigheden buiten zijn wil oorzaak zijn, dat hij eerst heden ter vergadering kon verschjjnen, hij herinnert er aan dat Burgemeester en Wethouders Maandagavond laatstleden hebben vergaderd en toen een anderen candidaat naar voren hebben gebracht om die tijdelijk te benoemen. De heer KOOPMAN: Het is voor de raad moeilijk eene benoeming te doen, de verant- woordelijkheid berust nu gehee! bij de In- spectie, was het nu niet mogelijk geweest b.v. het op het dorp tijdelijk werkzaam ge weest zijnde hoofd de heer Bakker ook tijde lijk te benoemen te Othene. De heer VAN HOEVE: Dit was niet mo gelijk omdat Bakker geen wachtgelder is en de kosten dan geheel voor rekening der ge meente zouden zijn geweest. De heer D. DEES: Het te benoemen hoofd moet toch in de gemeente wonen? De VOORZITTER: Dat is reeds in eene vorige vergadering bepaald. Ojvergaand© tot stemming worden uitge- braoht 11 stemmen, waarvan 2 in bianco en 9 op den heer G. J. van der Bent, zoodat de heer G. J. van der Bent te Rotterdam met ingang van 2 September 1933 is benoemd tot hoofd de openbare 1 age re school te Otherie. 3. Omvraag. fkijid a. De heer KOOPMAN vestigt er de aan- dacht op, dat de menschen in de buurt van de Kwakkel klagen over den slechten staat waarin het -voetpad verkeert dat loopt over het land van den heer M. Dekker, kan van gemeentewege niet wat sintels beschikibaar worden gesteld. De VOORZITTER deelt mede, dat dit geen publiek voetpad is en de eigenaar de toegang kan weigeren, het gaat dus niet aan om van gemeentewege sintels beschikbaar te stellen. b. De heer HAMELINK vraagt of het bekend is, dat de P. Z. E. M. reeds overeen- stemming heeft verkregen met de bewoners van de Kwakkel en van Poonhaven over aan- sluiting aan het electrisch net. De heer VAN HOEVE verklaart dat het niet onmogelijk is dat de vroegere plannen nog worden uitgewerkt, officieel is daar echter niets van bekend. Niets meer te behandelen zijnde sluit de VOORZITTER de vergadering door het uit spreken van het dankgebed. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze abonn^'s worden gezonden aan Dr. Te Hennepe, Diergaardesingel 96a--te Rotterdam. Postzegel voor antwoord insluiten en blad vermelden. ad HET WERK VOOR DEN A.S. WINTER. De nieuwe plannen in Duitschland. Hoewel ik deze week een artikel had willen schrijven over mijn ervaringen te Berlijn, waar ik vorige week een bezoek bracht, wil ik eerst een paar andere zaken van praktisch belang bespreken, daar we anders gevaar loo- pen in het vuur van ons betoog ze over het hoofd te zien. 6. d3—d4 Deze poging om een stuk te winnen is nu even slecht als op den vorigen zet. 6Dd8h4t 7. g2—g3 Dh4f6 Door het tempoverlies Dd8h4f6 is veld f3 verzwakt en de verdedigingszet Pf3 onmo gelijk geworden. 8. Pgl—h3 Pe5f3t 9. Kel—e2 Pf3Xd4f 10. Ke2—d3 Minder akelig lijkt Kel. 10Pg4e5t 11. Kd3Xd4 Het was vroeger de gewoonte, dat men een offer aannam, als het niet onmiddellijk tot verlies leidde. Men offerde toen gewoonlijk „op het gevoel", niet na nauwkeurige bereke ning, en ook de verdediging achtte men niet een nauwkeurige berekening waard. 1 1Rf8—c5f 12. Kd4Xc5 Maar hier zou de zwakste speler tegenwoor dig het offer niet meer aannemen. Het spel is dan ook wel verloren, maar niet zoo gauw. Er kan dan n.l. volgen: 12. Kc3!, Pf3f(Kb3, Db6f, Kc3, Db4f13. Kd3, Dd4f, 14. Ke2, De4 mat. 1 2Df6—b6t 13. Kc5—d5 Db6—d6 mat Wit: Napoleon Bonaparte. Zwart: Maarschalk Bertrand. 1. e2e4 e7e5 2. Pgl—f3 Pb8c6 3. d2—d4 Pc6Xd4 Beter is ed4:. Wit had nu kunnen antwoor- den Pe5:. 4. Pf3Xd4 e5Xd4 5. Rfl—c4 Rf8c5 Op dergelijke wijze een pion te versmaden was vroeger iets zeer gewoons: 6. c2c3 DdSe7 Zeer goed gedacht; Pf6, e5, d5! was overi gens nog sterker. Met dc3:, Pc3: wordt het witte spel ontwikkeld, terwijl nu Wit moei- lijkheden krijgt. 7. 0—0! De7e5 Zwart moet niet tot iederen prrjs den pion willen houden: dan was dc3: trouwens even goed. Nu volgt een goed gevoeld, maar niet correct offer. 3i im- Allereerst dan de kwestr? vags^}huisves- ting der jonge hennen. We wgten,-dat alles wat niet te best gelegd heeft opgeruimd moet worden eri velen zullen, zoodra de rui doorzet, een aantal oude hennen opruimen. Er komt dan ruimte vrij voor de jonge hennen- die nu een eind op streek zijn. Voor 6en ding moet ik echter waarschuwen: plaats geen jonge hennen in de hokken die door de oude ontruimd zijn alvorens deze hokken aan een grondige schoonmaak en ontsmetting onderworpen te hebben. Er zijn heel wat ziekten waarvan de oude hennen de smetstoffen bij zich dragen zonder er zelf veel last van te hebben. Niet alleen de smetstoffen in den vorm van bacte- rien (cholera-bacillen, Klein'sche ziektebacil- len) ook z.g. filtreerbare, onzichtbare smet stoffen (diphtherie) en allerlei parasieten (coc- cidien, wormen). Wat zien we dan -yaak ge- beuren? De jonge dieren zyn prachtig opge- groeid, hadden weinig last van ziekte en zoo dra ze dan een poosje in de winterverblijven zitten treedt allerlei misere op. Dat- kunnen we voor een groot deel voorkomen door de hokken en rennen grondig te reipigen. Bij kleine rennetjes is het gqgd deze een voet diep uit te graven en te vervangen door versch wit zand. Als we wat oude kippen aanhouden en de jonge er tusschen gaan zet ten, wat veel stadskippenhoud^fg gaan doen, dan is het verstandig om de ouj^.kippen eerst een wormkuur te doen ondejggan. Geef ze gedurende eenige dagen in ^e^ meelvoer on- geveer 1 gram tabaksstof per..h#u, of vermeng het meelvoer met 2 tabaksstof, De hen nen zullen ongeveer 55 gram mpelvoer en 55 gram graanvoer per dag eten, .(ijus krijgen ze op die manier ook hun portie .t^bak binnen. Daardoor zullen veel wormen afgerireven wor den. Na een week wordt dari de grond uit de ren weggenomen en men is veel smetstof kwijt. Denk nu ook eens om het fioit' zelf. In den loop van den zomer kunnen planken losgegaan of gekrompen zijn, kan d^'dakbedekking losgeraakt zijn, zijn misschien ruiten ge- scheurd. Kijk dat alles nu e§fi§"' grondig na. In den zomer is zoo'n kiertje zoo erg niet, in den herfst en winter kan het ndodlottig wor den. Zorg daarom dat uw huisvesting gereed is voor den winter. Let voordif'rip het dak. Denk ook om de verlichting als gij die hebt. Krjk de geleidingen van electrische lampen na of er niet iets hapert, maak benzinelampen schoon en zorg dat ze weer goed werken. Laat vooral geen dieren in de winterverblij ven toe waar iets hapert! Jammer genoeg heerscht er thans veel verlamming d&ler de jonge hennen. Houdt dergelijke dieren niet aan, probeer niet ze te genezen, loop geen en- kel risico, de verlamming is een emstige ziekte wier besmettelijk karakter meer en meer blijkt en zelfs als een dier geneest blijft het gevaar- lijk. Zorg voor prima dieren als gij plezier van uw kippen hebben wilt en van een ziekte genezen dieren zijn geen prima dieren. Denk daar voortaan dus goed aan en om u dat goed te doen onthouden vertel ik de volgende mop van een Schot. Zooals bekend zijn de Schot- ten berucht om hun geweldige zuinigheid en bestaan hierover duizenden moppen. Een aar- dige op ons gebied is deze: Een Schot invi- teert zich zelf bij een vriend ten eten en zegt: Ik kom Zondag en zal een fijne haan mee- brengen. De vriend is erg gelukkig over de bout die hem te wachten staat eri ontvangt zijn vriend den volgenden Zondag met open armen. Deze heeft echter den beloofden bout niet bij zich en als hij er om vraagt komt het lakonieke antwoord: ,,Ja, ik Wou hem ook meebrengen, maar... hij is weer bfeter gewor den!" Kijk, de mop is goed, maar de Schot die wel den zieken haan cadeau wou doen, doch hem hield toen hij weer beter was ge worden, was tooh niet slim, want zoo'n haan deugt niet! Ruim op wat ziek is, wacht geen genezing af, dat is heusch het beste en waar gij op den duur het verste mee komt. We beleven nu den tijd waarin ook de pluimveestapel ingekrompen zal moeten wor den. Van alle kanten wordt er geadviseerd om geen dieren aan te houden die-miet goed voor den leg zijn en dat is heel nuttig, maar minstens even nuttig is het ook geen enkel dier aan te houden dat niet kerngezond is. We weten niet wat er later weer komen zal maar voorloopig weet ik wel 4at een onzer grootste afnemers, Duitschland, hard zijn best doet den invoer ;Zoo sterk mogelijk te beper- ken. Dat geldt zoowel voor eieren als voor geslacht pluimvee en de nieuwe leiders op pluimveegebied, die ik deze week te Berlijn sprak, steken hun plannen in geen enkel op- zicht onder stoelen of banken. Het geheele organisatiewezen op pluimveegebied is gereor- ganiseerd en gecentraliseerd onder edn leider, die weer drie chefs onder zich heeft voor de volgende afdeelingen: bedrrjfspluimvee, ten- toonstellingswezen, stamboekwezen. In het kort komt het toekomstplan op het volgende neer: De boeren-pluimveehouderij moet rendabel worden en om dit met succes te kunnen doen moeten aan de boeren alleen dieren van goede afstamming geleverd wor den. Teneinde de belangstelling voor de pluim- veehouderij te bevorderen moet het tentoon- stellingswezen te hulp geroepen worden en al- dus moeten de drie groote afdeelingen samen werken om de pluimveehouderij vooruit te hel- pen en import onnoodig te maken. 1 Dr. TE HENNEPE. ■;gso ef 8. f2-f4 t nr-d4Xc3t 9. Kgl—hi X 1^58 Xb2? Dat is het offer. Als Zwart nu 9. Dd4 of 9. c2 speelde kwam de partij VTtjwel gelijk te staan, maar volgens de geasfeivian den tijd neemt Zwart het offer aan. 10. Rc4Xf7t K«8 -d8 Natuurlijk niet Kf7:, fe5f en Rb2 11. f4Xe5 7c£XalD 12. Rf 7 X g8 ,J5&c5—e7 Op Tg8: volgt Dd5, Te8, Dc5 li6, Pc3 en de dreiging Rg5t is vrjjwel doodelijk. 13. Ddlb3 *"a7 -a5 Na De5: is Wit qualiteit en twee pionnen achter, maar zet den aanval riiet Rb2, Dg5, Df7, waarmee weer het een en ahdSr heroverd wordt. Met De5 zou Zwart den volgenden zet verhinderen. 8^ 14. Rclg5 Er dreigt nu Tf8 mat; op Rg5 •'•volgt Tf8t en Df7 mat. 14. d7^d6 15. Tfl—f8t! Kd8—d7 16. Rg8e6t Kd7sfl 17. Re6d5t Kc6—c5 Op Kd7 volgt e6 mat. De mooie combinatie is sterker dan bjjv. 15. Re7waarmee Wit een stuk wint (want Zwart kan wegens mat niet terugnemen. 18. Rg5e3t Dal—d4 19. Db3— c4f Wit wil het te mooi maken; op Rd4:t, Kd4: volgt Dc3 mat. 19Kc5—b6 20. Re3Xd4t Zwart geeft op, daar- mee de voortzetting 20. c5, 21. ed6:!, Rd6:! (cd4:, dan Dc7t, Ka7, de7:) Th8: (er is niets beters) voorkomende. Men krijgt niet den indruk, dat de maar schalk den keizer ,,maar heeft laten winnen"; in ieder geval is het spel van Wit de moeite waard.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1933 | | pagina 3