AL6EMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
De Vier
DEESSE
f4 yrP
No. 9022
MAANDAG
31 JULI 1933
73e Jaargang.
BINIEI11I1
FEUILLETON
HONDENBELAST1NG 1933.]
Daar /helpen/steeds
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per pest /1,55 per 3 maanden.Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,overige lan den /2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling.
UltgeefsterFirma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 38150 TEDEFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels f 0,80
Voor elken regel meer f 0,20.
KLEENE ADVERTENTIeN per 5 regels 50 cent bfl vooruitbetaling.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrygbaar is. Intending van advertentien liefst 6en dag voor de nitgave.
DIT BI.AI) VERSCHIJNT IEDEKEN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOSD
Ondergeteekende brengt in herinnering, dat
deze belasting 1 Augustus a.s. betaald moet
zijn.
Ter Neuzen, 1 Augustus 1933.
De Gemeente-Ontvanger,
J. OLIJSLAGER.
FIN AN CIEELE PLANNEN DER
REGEERING.
Hefflng van nieuwe belastingen
en verdere bezuiniging op den
Staatsdienst.
De Minister van Financien heeft bij de
schriftelyke bebandeling en het daarna ge-
volgde mondelinge overleg in het afdeelings-
onderzoek over het wetsontwerp tot heffing
van een Qmzetbelasting gelegenheid gevonden,
eenige mededeelingen te doen over de plannen
der regeering op financieel gebied.
Kort samengevat komen deze hierop neer:
Onomstootelijk staat vast, dat bij handhaving
van alle bestaande tijdelijke heffingen reeds
op een tekort van omstreeks 100 millioen op
de begrooting 1934 zal zijn te rekenen. Daar-
naast zal de crisisdienst aan die begrooting
zeer zware eischen gaan stellen, omdat de
financiering van deze uitgaven nu ten laste
van het gewone budget komt.
Opbrengst der Omzetbelasting, inclusief
weeldeverteringisbelastdng, wordt voor 1934
geraamd op 80 millioen.
De Regeering overweegt:
lo. Maatregelen om het spoorwegtekort zoo
mogelijk te doen verdwijnen;
2o. heffing van een crisisinkomstenbelasting;
3o. invoering van een couponbelasting;
4o. verdere bezuiniging op den Staats
dienst (o.m. op salarissen
Aan het vraagstuk der belasting van het
vermogen in de doode hand wordt mede aan-
dacht geschonken.
Een voorstel tot heffing-in-eens over te
gaan, is van de regeering niet te verwachten.
Naar aanleiddng van het felt, dat verschei-
dene leden uiting geven aan hun bevreemding
over de omstanddgheid, dat het nieuw opge-
treden Kabinet gemeend heeft na daarin
de eveneens aanhangige weeldeverteringsbe-
lasting te hebben ingelascht een spoedige
behandeling van het ontwerp-omzetbelasting
te moeten bevorderen, terwiji van de verdere
plannen der regeering op financieel gebied nog
niets bekend is, zegt de Minister dat een be-
langTijke versterking der inkomsten van het
Rijk in de hoogste mate urgent is.
In het plaii van dekkingsmaatregelen, dat
hij by de indiening der begrooting voor 1934
aan de Staten-Generaal hoopt voor te leggen,
zal de omzetbelasting niet kunnen worden ge-
mist.
De vorige Minister van Financien is er van
uitgegaan, dat het tekort op de begrooting
voor 1934, vergeleken brj dat van 1933 een
teruggang zal aanwijzen van byna 50 millioen,
zijndie het over 1933 aanwezige tekort van 30
millioen, vermeerderd met het bedrag van 18
millioen, dat voor 1934 niet meer uit het
reservefonds zal zijn te putten. Aan dit be-
door
FRANCIS BEEDING
(Nadruk verboden.)
63)
(Slot.)
Gedurende een paar oogenblikken bleef bet
stil. De voorizitter keek zijti medeleden aan.
De Britsche vertegenwoordiger knikte.
„Als het lid van den Raad, dat punt twaalf
op de agenda geplaatst heeft", zei hij, „hab
ik nu de eer voor te stellen, dat het geschenk
van Mr. Haizelrig aangenomen wordt. En ik
geef verder in overweging, dat de maat
regelen, te nemen tot het ten uitivoer leggen
van hetgeen ons toevertrouwd is, overgelaten
worde aan onzen voorzitter, die de noodige
stappen zal doen in overleg met den secre-
taris-generaai.
Ik stand nog steeds Mendoza aan te kliken.
Hij zag nu heel bleek en opeens keerde hij
zich om en ging naar de deur. Granby ging
opzij, om hem te laten passeeren. Gedurende
een seconde grepen de iblikken van de twee
mannen ineen. Dan boog Mendoza, schoof het
gordijn opzij en ging de deur uit.
De voorzitter stond weer te spreken. Uit
naam van zijn collega's bedankte hij Mr. Ha-
zelrig voor zijn edelmoedige gift. De tijdelijke
bewoners van de perstribune hadden het
druk. Ze zaten te schrijven, of hun leven ervan
af hing. De zaal zoemde en gonsde je
voelde de opwinding, de verbazing in de
atmosfeer.
Opeens merkte ik, dat mijm knieen trilden.
Ik had een gevoel, of ik een vermoeiende race
achter den rug had.
,,En nu, jonge man", zei de stem van
Granby vlak bij mijn oor, „nu moeten we ons
66n, twee, drie met de autoriteiten in verbin-
ding stellen".
,,Met de autoriteiten?" herhaalde ik ver-
baasd.
drag van 50 millioen moet aanstonds worden
toegevoegd, een bedrag van 10 millioen, als
opbrengst der weeldeverteringsbelasting, waar-
op bij het opmaken der begrooting voor 1933
was gerekend, dioch welke belasting tot dus-
ver niet is tot stand gekomen.
Dit tekort van 60 millioen zal echter nog
aanzienlijk grooter moeten worden. Na de in
diening van het wetsontwerp zijn toch de
financieele omstandigheden aanmerkelijk oci-
gunstiger geworden.
Die teruggang zal op ongeveer 30 millioen
zijn te stellen. Voorts zal zijn te rekenen met
een stijging der uitgaven wegens toeneming
en eonsoLidatie van vlottiende schuld.van by'na
20 millioen.
De regeering overweegt maatregelen om het
spoorwegtekort zoo spoedig mogelijk te doen
verdwijnen.
Doch, ook als die hoop in vervulling gaat,
zal voor het jaar 1934 nog op een bijdrage
uit de algemeene middelen van omstreeks 10
millioen voor dit dioel zijn te rekenen. In het
gunstigsite geval zal de vermindering van het
spoorwegtekort, dat over het laatst verloopen
boekjaar 26 millioen bedraagt, dus 15 millioen
beloopen.
Uit het bovenstaamde volgt, dat thans reeds
onomstootelijk vaststaat, dat bij handhaving
van alle bestaande tijdelijke heffingen reeds
op een tekort van omstreeks 100 millioen zal
zyn te rekenen.
Bij dit alles komt, dat de crisisdienst aan
de begrooting voor 1934 zeer zware eischen
zal gaan stellen.
Het is beslist noodzakelyk de financiering
van de orisisudtgaven straks te doen geschie-
den ten laste van het geiwone budget.
De Minister heeft het percentage der om
zetbelasting vastgesteld op een zoodanig cijfer,
dat hij ventrouwt van het ontwerp in zijn ge-
heel een opbrengst te mogen verwachten, die
15 millioen uitgaat boven het bedrag van
f 70 millioen 60 millioen voor de omzet
belasting en 10 millioen voor de weelde
verteringsbelasting dat zijn ambtsvoor-
ganger met de door hem ingediende ontwer-
pen hoopte te bereiken.
De meening van enkele leden, dat gestreefd
moet worden naar een juiste verhouding tus-
schen de direote en de indirecte belastingen,
onderschrijft de Minister ten voile. Men moet
echter, aldus de Minister, bij het bezigen van
de termen ddrecte en indirecte belastingen
eenige voorzichtigheid betrachten.
De Minister wil niet zeggen, dat iedere ver
dere verhooging van de inkomsten- en ver-
moigensbelasting by voorbaat moet worden
uitgesloten, doch wel, dat de voorstelling als-
of de direote belastingen op het oogenblik ab-
normaal laag zouden zijn, vergeleken bij den
toestand v66r 1926, feitelijken grondslag mist.
De onmagelijkheid, met de directe belastin
gen veel verder te gaan, verplicht de onmis-
bare versterking der middelen te zoeken in een
verzwaring der indirecte heffingen. Voorzoo-
ver die verzwaring er toe leidt, dat ook de
weinig draagkrachtiige groepen der bevolking
daarin meer moeten bijdragen, is dit in hooge
mate onaangenaam. Het is echter onvermij-
delijk om te komen tot een sluitende be
grooting.
Wat de verder te nemen belastingmaatrege-
len betreft, kan de Minister thans reeds mede-
deelen, dait bij hem in overweging zijn het
heffen van een crisis-inkoimstenbelasting, zij
het in anderen vorm dan in het verslag der
Commissie bepleit, en het invoeren van een
couponbelasting, terwiji hij ook zijn aandacht
„Jaer is een vergissihg begaan", zei
Granby. Hij schudde bedenkelijk bet hoofd,
maar zijn oogen schitterden ondeugend.
„En half uur geleden hebben ze me ge-
arresteend wegens moord tezamen met den
achtenswaardigen burger van de Vereenigde
Statem, die op het oogenblik in zulke warme
bewoordingen door den voorzitter gecompli-
menteerd wordt. Maar ik denk niet, dat Zijne
Excellentie de Hertog Van Mendoza stipte
naleving van de wet zal eischen".
NASCHRIFT.
Dienizelfden avond, toen we met ons vieren
om een keurig gedekte tafel in de Vino y P.
zaten, gaf Granby me goedgunstig uitleg van
zijn plotseiing verschijnen in de Raadzaal,
nadat hij, een half uur te voren, wegens
moord gearresteerd was. Na het tooneel in
het Senaatsgebouw was ik hem kwijtgeraakt.
Uren zoo leek het me had hij met den
Britschen Minister van Buitenlandsche Zaken
geconfereerd. Hoeveel van onze wederwaar
digheden hij daarbij verteld had, ben ik nooit
te weten gekomen, maar ik durf er alles en
nog wat onder verwedden, dat 't niet meer
geweest is dan het hoognoodige juist ge-
noeg om ons voor verdere attentie van den
kant der Madridsche politie te vrijwaren. Ik
kan er dan ook mee volstaan met te zeggen,
dat we na die paar uren of zoolang als 't
dan inderdaad geweest is vrij waren en den
volgenden morgen ongehinderd naar Geneve
zouden kunnen vertrekken.
V66r het diner, toen we ons samen ver-
kleedden, had ik Granby nog even gesproken,
maar hij had pertinent geweigerd met iets van
zijn wonderbaarlijke ontsnapping te vertellen.
Julia was tien minuten te voren, stoffig en
moe, met de Cadillac uit Vittoria aangeko-
men, maar ze stond erop vertelde haar
vader, ons per telefoon om het ,,eind-goed-
al-goed" feestelijk te vieren. En dus hadden
we hals over kop een dineetje met ons vieren
in elkaar gedraaid. Granby houdt er niet van,
een verhaal twee keer te moeten vertellen en
dus moest ik mijn nieuwsgierigheid tot de
soep en hors d'oeuvre ,,opzouten".
,,'t Wordt nu tijd", zei ik, toen eea van de
schotels, een zonderlinge mengelmoes van
vleesch, uien en kleine groene augurken, rond-
ging, ,,dat we 't verhaal van je avonturen
hooren. Vindt u ook niet, Mr. Haizelrig?
schenkt aan het vraagstuk der belasting van
het vermogen in de doode hand.
De illussie, dat uit deze belasitingen met
name uit de couponbelasting de aanzien-
lijke bedragen zullen kunnen worden verkre-
gen, die enkele leden verwachten, moet hij
hun echter ontnemen. Dat het arbeidlooze in-
komen niet moet worden ontzien, oniderschryft
hij gaame. Dit arbeidlooze inkomen wordt
echter in den vorm van vermogensbelasting
met opcenten en verdedigingsbelasting reeds
in belangrijke mate extra getroffen. Deze be
lastingen hebben tegenover een couponbelas
ting het voordeel, dat zij rekening houden
met de persoonlijke omstandigheden van den
beiastingplichtige, met name, doordat zij hem
toestaan zijn schulden in mindering te bren-
gen. Het is een der onmiskenbare nadeelen
van een couponbelasting, dat zij daartoe de
gelegenheid niet biedt. De nood der schatkist
kan dwingen om ever dit bezwaar heen te
stappen, doch men moet daarbij dan ook ma-
tiging hlijven betrachten. Doet men dit niet,
dan loopt men gevaar in groote onbillrjkheden
te vervallen.
Ten aanzien van het vraagstuk der belas
ting van naamlooze vennootischappen, die
onderworpen zijn aan de dividend- en tanfieme-
belasting, is de minister bezig te onderzoeken
of het mogelijk is, dat ook zonder tot een ver
zwaring van den belasitingdruk over te gaan,
tot een hoogere opbrengst te geraken door
maatregelen, die een einde maken aan maar
al te dikwijls toegepaste methoden, om dpor
kunstvaardige constiructies aan de heffing
van belasting te ontkomen.
Een voorstel voor heffing in eens tot dek-
king van crisisuitgaven is van den minister
niet te verwachten. Hij onderschrijft volkomen
het oordeel van de leden, die een aantasting
van het vermogen in het huidig tijdsgewricht
minder dan ooit achten aan te bevelen.
Gelijk door het Kabinet aanstonds na zijn
optreden is verklaard, is de Regeering van
oordeel, dat bij de bezuiniging zoover mogelijk
zal moeten worden gegaan. Daarbij zullen ook
de uitgaven voor leger en vloot niet buiten be-
schouwing worden gelaten.
De zienswijze, dat zonder belastingverhoo-
ging de oplossing hier zou zijn te vinden door
inkrimping van het Overbeidisapparaat en ver-
laging van de salarissen kan de minister al-
lerminst deelen. Inkrimping van het Over-
heidsapparaat zal zeker onvermijdelijk zijn,
doch de problemen, waarvoor zij de Regee
ring stelit, zyn allerminst zoo eenvoudig, als
de betrokken leden schijnen te meenen.
Ook zie men niet voorbij dat zoowel in 1931
als in 1932 maatregelen zijn genomen tot een
niet onaanzienlijke vermindering van de sala
rissen van het Rijkspersoneel. Bij den zorge-
lijken financieelen toestand zal een verdere
verlaging onvermijdelijk zijn, doch hier is het
dan ook na alles wat in de vorige jaren reeds
geschied is, alleen in de onvermijdelijkheid,
dat de rechtvaardiging van dezen maaitregel
zal kunnen zijn gelegen.
Op de vraag van enkele leden of het moge
lijk zal zijn, door een wijziging van de inkom-
stenbelasting tegemoet te komen aan de
groote gezinnen, zou de minister op dit oogen
blik het antwoord schuldig willen bltjven. Hij
is bereid aan dit vraagstuk zijn emstige aan
dacht te geven, wanneer hij de voorbereiddng
zal ter hand nemen van het wetsontwerp, dat
de voortzetting der heffing in eventueel ge-
wijzigden vorm van de tijdelijke opcenten op
de inkomstenbelasting en de gemeentefonds-
belasting zal hebben te regelen.
Granby is gewoon hopeloos en ik beb u sinds
vanmiddag evenmin te pakken kunnca
krijgen".
,,Vooruit Alistair'1, beval Hazelrig. ,,Trek
van leer".
Granby zat Julia aan te kijken. Die bezig-
beid vond hij blijkbaar genoeg. Het laatste
half uur had hij ongeveer niets anders ge-
daao.
„Er is werkelijk niet veel te vertellen",
begon hij. ,,Toen we jou vanmiddag afgezet
hadden, zijn we naar het hotel gereden, om
ons in andere todden te steken. Toen dat ge-
beurd was, kwam Mr. Hazelrig me in de be-
wuste auto weer halen. We trokken op het
Senaatsgebouw af, maar toen we de Calle de
Alcala inreden, dook de poiitie op, hield de
auto tegen en arresteerde ons. Ze waren be-
leefd, maar heel beslist, en ze bevalen ons,
mee te gaan naar het politiebureau, dat toe-
vallig vlak bij was. Natiiurlijk schopte ik de
noodige drukte, maar de politie liet de pa-
pieren zien en alles was tip-top in orde. We
werden ibeschuldigd van moord op Jules
Lemaitre stond er in het bevel tot inhech-
temisneming, dat een vsin de agenten onder
mijn neus duwde. Op een gegeven oogenblik
gingen we op het trottoir aan het bekvechten
en natuurlijk kregen we toen een gehoor om
ons heen. Ondertusscheci waren we volgens de
regelen der kunst gefouilleerd Hazelrig had
de formule in zijn zak die werd niet alleen
netjes ingepikt, maar meteen door den een of
anderen vriend weggebracht regelrecht
naar Mendoza toe, begreep ik."
Granby nam een slokje van zijn sherry en
ging voort:
,,Wel na de eerste paar oogenblikken
drong 't tot me door, dat ik er niet veel aan
had, om daar ten aanhoore van het gepeupel
te hlijven protesteeren en dat ik veel beter
deed als ik gewillig meeging naar het ,,bro"
en dan met de een of andere hooge autoriteit
den strijd aanbond. En dus zette de stoet zich
in beweging. En toen gebeurde het."
Hij hield even op.
,,Niet eten!" zei Julia. ,,In elk geval niet,
zoo lang je je verhaal nog niet verteld hebt."
,,'t Was een veekar," ging Granby voort,
„met een geweldigen stier erin. Met een zacht
gangetje kwam dat zaakje de straat af. Het
een of ander vehikel reed ertegen op en toen
werd het een algemeen tegen elkaar oprijden
en oploopen. Zoo'n eenheid van handeling beb
EEN INTERVIEW MET DR. COLIJN.
In een interview met Reuter heeft Minister
Colijn Vrijdagocihitend te Don den gezegd, dat
men, zoo men al niet kan spreken van een
nuttige conference, toch kan gewagen van een
nuttig congres, dat de gelegenheid heeft ge-
boden van gedachtewisseling en van voorbe
reiddng van de grondslagen voor een waar-
achtige conference later.
Wat den huidigen toestand in de Ver. Sta-
ten betreft, zei Colijn niet te gelooven, dat de
proef, welke daar genomen wordt, een emstige
bijdrage kan leveren tot herstel van de inter-
naConale wetvaant, idaar men denkt een we-
reldcrisis van den huidigen omvang in hoofd
zaak door monetaire manoevres te genezen.
Hij betwijfelt of men zijn doeleinden zoo zal
kunnen bereiken en is bang, dat de Amerika-
nem het slachtoffer zijn van een begoocheling,
welke spoedig zal worden verdreven. Men moet
eerst den werkelijken toestand bereiken, wil
men den wortel van het kwaad kunnen aan-
tasten. Men moot het herstel van de intema-
tionale economie aaiwaarden tegenover de
huidige overheerschende neiging tot nationale
economie.
Ten sloitte gaf Colijn als zijn persoonlijke
meening te kennen, dat een spoedige hervat-
ting van het werk der conference in zijn ge-
heel niet waarschijnlijk is. Er is meer reden
ondenhandelimgen te verwachten tusschen
groepen van leden, wier belangen min of meer
overeenstemmen. Zonder een vrijere goederen-
beweging zullen wij den wereldhandel worgen
en terugkeeren tot den levensstandaard van
een halve eeuw geleden.
TEGEN DE STRUDFORMATIES VAN
POUTIHKE STRHKKING.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
Albarda betreffende het nemen van wettelijke
maatregelen tegen strijdformaties van poli-
tieke partijen en betreffende het tijdstip van
de voorgenomen indiening van wetsontwerpen,
houdende verbod van partijkorpsen en ter
zake van een uniformverbod, heeft de voor
zitter van den raad van ministers, dr. H.
Colijn, o.m. geantwoord:
De Regeering acht, met den steller der vra
gen, wettelijke maatregelen tegen het opko-
men van strijdformaties van poliCeke strek-
king noodzakelijk. Zij denkt daarbij aan for-
maties, welke ten doel hebben, gezamenlijk
ongewapend. in het openbaar op te treden,
daar gewapende formaties door de wet van 9
Mei 1890, houdende verbodsbepalingen tegen
het dragen van wapenen, en de Vuurwapen-
wet 1919, reeds ommogelijk worden gemaakt.
Een ontwerp van wet, inhoudende de maat
regelen vorenbedoeld en bevattende nevens
een uniformverbod een indirect verbod van
partijkorpsen en soortgelijke formaties, is
zooals bekend reeds bij de Staten-Generaal
aarthangig gemaakt.
JHR. MR. O. F. A. M. VAN NISPEN
TOT SEVENAER.
Bij Kan. besluit is aan jbr. mr. O. F. A. M.
van Nispen itot Sevenaer, buitengewoon gezant
en gevolmachCgd minister bij de Belgische en
Luxemburgsche hoven, op zijn verzoek eervol
ontslag uit den diplomatieken dienst verleend,
onder dankbeituigdng voor de aan Hare Ma-
Voor nouveaut^s in Lin
gerie en Kousen steeds aan
de spits I Veldstr. 55, GENT
Ingez. Med.
ik nooit gezien alles koos het hazenpad
zelfs onze escorte. Eo daar stonden we
Hazelrig en ik verlaten midden op straat.
Precies als de stier, maar die bleef niet lang
rustig staan. En nadat hij zich in beweging
had gezet, wij 66k niet! De sCer was op 't
oorlogspaddoelibewust op 't oorlogspad.
Hij stoof op ons af en in navolging van de
meerderheid raceden we op 't trottoir af. Een
zielepoot, die niet vlug genoeg weg kon komen,
werd te pakken genomen en volgens de rege
len der kunst de lucht ingewipt. Daarna
merkte ik, dat ik met myn rug tegen een
lantaam stond en naar een geweldig gedrang
om me heen stond te kijken flauw-vallende
vrouwen, schreeuwende kerels, jammerende
kinderen, enfin, je kent 't niet e6n, die iets
werkelijk nutCgs deed. Maar toen, opeens,
werd alles stil. Zoo'n stilte als je ook in 'n
circus „hooren" kunt als de acrobaat een
gevaarlijken toer doet en de muziek zwijgt.
Ik keek en zag een jongmensch 'n erg wit
en pips jongmensch, alleen midden op de
straat. Hij had een sabel in zijn handdie
had hij uit een winkel vlakby gehaald."
,,Dien winkel ken ik," zei ik. ,,Den eersten
keer, dat ik in Madrid was, heb ik in het caf6
ernaast gegeten."
,,Niet in de rede vallen," maande Julia.
,,'t Was een moedige jcagelmg," ging
Granby voort. ,,Hy had de overjas van den
een of ander te pakken gekregen en wandelde
op werkelijk professioneele manier op den
stier af. Hij gabaarde met 't wapen en deed
twee passen voor- en twee achteruit. De stier
ohargeerde op hem en de jongeling hield zich
gereed ,om den doodelijken stoot toe te bren-
gen. Maar juist, toen hij 't wou doen, gleed
hij uit. De sabel ging er maar een klein
stukje in en de stier schudde ze er weer uit.
De man ging er vandoor en de stier, na een
blik in 't rond, kreeg my opeens in de gaten.
Voor ik verder ga, moet ik even zeggen, dat
de sabel, toen de stier aan 't schudden ging
na een reis door de lucht, in de goot bij me
was neergekomen. Ik raapte ze op, maar
v66r ik besloten had, wat te doen, schoot de
stier op me af. Ik klom als een aap den lan-
taarnpaal in gelukkig was het zoo'n ouder-
wetsche, vol knoppen en tierlantijntjes, pre
cies een soort ladder. De stier gaf den paal
een oplawaai met z'n kop en Ik dacht 66n
oogenblik niet anders, of 't heele zaakj^
kwam naar beneden."
TABLETTE N
Ultsluttcnd yarkrljgbaar In da oranja-bandbuisjes van
X labl. 70 ctt. an oranjazakjas van 2 labl. 4 10 cb.
Ingez. Med.
jesteit en den lande bewezen belangrijke dien-
sten.
WIJZIGING LAGER ONDERWIJSWET.
Aan het voorioopig verslag der Eerste Ka-
mer over het ontwerp tot beperking van uit
gaven, welke voor de openbare kassen voort-
vloeien uit de uitvoering der Lager-Onderwijs-
wet 1920 wordt het volgende ontleend:
Ettelijke leden achtten het een der voor-
naamste verdiensten van het onderhavige ont
werp, dat het bedoelt de uitwassen, welke de
toepassing der L. O. wet heeft doen ontstaan,
zooveel mogelijk weg te nemen.
Andere leden konden zich hiermede niet ver-
eenigen. Huns inziens moge aanvankelrjk in
derdaad der L. O. wet op al te royale wijze
zijn toegepast, reeds onder het bewind van
minister de Visser is daaraan een eande ge
maakt, zoodat .uitwassen" niet meer voor-
komen. Als een der bezwaren van deze leden
tegen de wetsvoordracht werd nog genoemd,
dat zij onvoldoende rekent met de toeneming
van het bijzondere onderwijs in vergelijking
met het openbare.
Door eerstgenoeimde leden werd dit laatste
echter betwist.
Sommige leden betreurden, dat de toepas
sing der onitworpen regeling slechts zal kun
nen gescihieden met aantasting der gemeente-
lijke autonomic, aan welk beginsel h.i. niet
dan in uiterste noodzaak te kort mag worden
gedaan. Deze noodzaak achtten zij thans niet
aanwezig.
Verscheidene leden betwijfelden, of de ten-
uitvoerlegging der voorgestelde maatregelen>
inderdaad bezuiniging tengevolge zou hebben.
Andere leden achtten een werkelijke bespa-
ring*slechts mogelijk op de wijze, door 's mi
nisters ambtsvoorgangers aangegeven, n.l.
door beperking van het aantal leerkrachten,
als gevolg waarvan de bedragen, voor de sa
larissen bestemd, een vermindering zulien on-
dergaan.
HIT UNIFORMVERBOD.
Naair de N. R. Crt. verneemit, is de N. S.
D. A. P. in verband met het ingediende wets
ontwerp betreffende 'n uniformverbod van
plan een nieuwe z.g. niet-politieke partij op te
richten, onder den naam „Nationaie geheel-
onthouderspartij het Kruisbaak". Als insigne
zou een blauwe knoop gedragen worden, met
het onderschrift „Voor een giftvrij Neder-
land".
Waar bescheiden insignes volgens 't ont
werp niet verboden zyn zai het doel wel zijn
met de oprichting van deze z.g.. niet staat-
kundige partij, met het dragen van de w6!
verboden ,,kleeddngsitukken of opzichtige on-
derschedddngsstukken, welke uitdrukking zijn
van een bepaald staatkundig streven" door de;
mazen van de wet heen te glippen.
Granby pauzeerde. Hij at niet en hy keek
nadenkend.
,En toen?" informeerde ik.
„Wat daarna gebeurde weet ik niet precies,"
ging hij voort. „De feiten kan ik jullie wel
vertellen, maar het hoe en waarom is een
duistere zaak. Is't toeval geweest Heb ik't
opzettelyk gedaan Of was 't een combinatie
van toeval en opzet?"
,,Je zult 't wel opzettelijk gedaan hebben,""
zei Julia.
,,Je bent wel vriehdelrjk, liefste. 't Eenige
wat ik positief W§ft, is, dat ik zoo bang was
als een wezel. En daar zat ik, met 'n sabel
in mijn eene hand, en met mijn andere in
krampachCgen greep om den lantaampaal
En onder me stond de stier. Hy had den paal:
al een keer geprobeerd omver te stooten en
hij zou't nog wel een tweeden keer probeeren
ook. En ja, dat deed-ie. De paal bibberde en
schudde op zijn grondvesten. Wat deed ik
toen? Sprong ik? Viel ik? Begon ik met
vallen en maakte ik er op't laatste nippertje
een sprong van? Ik weet alleen dit: dat ik
een seconde, nadat de stier voor de tweede
maal den paal geramd bad, met mijn sabel
recht vooruit op zijn nek afschoot en dat ik
het volgende oogenblik mfet den stier op de
keien lag. En die sabelik wist niet, of
ik mijn oogen kon gelooven! Tot 't gevest
stak die in den stier. Volgens de regelen der
kunst was 't niet veel te recht voor een
echte estocade. Maar het resultaat liet niets
te wenschen over."
,,En daarna
,/Daarna," vertelde Hazelrig verder, ,,kwa-
men de menschen in actie. Ze raapten hem op
en vroegen hem, waar hij naartoe moest. Hij
vertelde ze, dat we met ons beiden op weg
waren naar het Senaatsgebouw. En daar
gingen we, de redders des volks, heel Madrid
bulderend om ens heen en de police als een
soort van eerewacht erachter aan."
„En", vroeg Granby, ,,mag ik nu doorgaan
met eten?"
De fontein viel zacht-kletterend neer op de
tegels van de binnenplaats, die door de zuilen-
galerij, waaronder we zaten, werd ingesloten.
Tot cp deze plek drong het stadsrumoer maar
flauwtjes door. De koele goudgele wijn glans-
de in onze glazen.
Ik keerde me naar Granby
Maar Granby zat naar Julia te kijken.