De Vier
Ter Neuzensche Courant
Tweede Blad
BINNENLAND
F E UILLETON
O.U ITEHLAHD
van
Vrijdag 21 Juli 1933.
No. 9018
DE WIJZIGING
VAN DE LANDBOUWCRISISWET.
Verschenen is de memorie van antwoora
op het voorloopig verslag over het wetsont-
werp tot wijziging der landbouwcrisiswet.
De regeering zet daarin uiteen, dat zij niet
dan met lood in het hart destijds genoegen
heeft moeten nemen met de denatureering van
haar ontwerp. Met een z66 beperkten opzet
als haar ten slotte door de volksvertegen-
woordiging werd gegund, is zij nooit voor het
forum getreden. De regeering verdedigt uit-
voerig de hanteering van de haar tot heden
gegeven machtsmiddelen.
Tegenover het oordeel van verscheidene
leden, dat land- en tuinibouw bij de onder-
havige regeling weinig baat zullen vinden.
omdat daarin geen garantiebepalingen inzake
steun voor bepaalde producten zijn opgeno-
men, vestigt de regeering de aandacht op het
doel van alle op deze wet te baseeren maat-
regelen; dat de land- en tuinbouwers zooveel
mogelijk hun productiekosten zullen ver-
krvjgen.
Als middelen om dat belangrijk doel te be-
reiken vraagt de regeering de wijde bevoegd-
heden, welke in het ontwerp zijn neergelegd.
Zij wenscht echter niet de gelegenheid open
te stellen, ter bereiking van dat doel, garan-
ties omtrent prijzen te geven, hetgeen betee-
kenen zou wissels op de sohatkist te trekken.
Reeds eenigen tijd maakt het vraagstuk
der distributiekosten, welke de bron vormen
voor de hooge marge tusschen hetgeen de
producent ontvangt en de consument betaalt,
een onderwerp van emstig onderzoek uit.
De regeering zegt toe voldoende rekening
te zullen houden met de adviezen der Centrale
Commissie. Eenige maatregelen zijn echter
reeds in vergevorderden staat van wording.
Uitbreiding van de commissie met 6£n ver-
tegenwoordiger van de landarbeiders komt
ook de regeering gewenscht voor. Een aan-
vulling wordt dan ook voorgesteld, waarbij
tevens de gelegenheid is geopend, het ledental
uit te breiden tot 15. Het ligt in de bedoeling
deze commissie ook te raadplegen over den
materieelen inhoud der te nemen beslissingen.
Waar gevraagd is naar de plannen van den
minister ten aanzien van verscheidene produc
ten, merkt de regeering op, dat het in strijd
zou zijn met het algemeen ibelang van den
land- en tuinbouw, nog meer opening van
zaken te geven dan in de memorie van toe-
lichting is gedaan. Er zouden speculatie-
bewegingen ontstaan, die de onrust zouden
verhoogen.
Ten aanzien van de melk- en zuivelindustrie
zal de rich ting, tot dusver gevolgd, worden
voortgezet.
De beperkmg van den veestapel zal, voor
Zoover slechts eenigszins doenlijk is, langs
vrjjwil!igen weg tot stand komen. Eventueel
zal bij voorkeur den weg van indirecten
dwang worden gevolgd.
Het ligt in de bedoeling de tarwewet te
handhaven, waarnaast een systeem om de
prijzen van haver, gerst en rogge op een
loonend peil te brengen, in emstige overwe-
ging is. De tuinbouwsteunwet zal worden
uitgevoerd en wel tot het daarin genoemde
maximum.
De bedoeling van het nieuw voorgesteld?
art. 10a is aileen, dat de heffing op den in-
voer geregeld wordt zonder dat de mogelijk-
heid tot monopoliseering van den invoer is
geschapen.
Wel zal niet de bevoegdheid kunnen worden
ontbeerd, de in- en uitvoer van crisis-produc-
ten te monopoliseeren. Een voorgestelde wijr
ziging voorziet in deze leemte.
De regeering verdedigt nader het niet af-
sluiten van de mogelijkheid om in het steun-
stelsel passende aanvullingsmaatregelen te
kunnen nemen.
Tot opheffing van het landbouwcrisisfonds
kan de regeering niet overgaan.
De regeering acht het niet ondenkbaar dat
het ter bereiking van met eenige steunrege-
ling 'beoogde doel, noodzakelfjk zal zijn, de ar-
beiders in de gesteunde toedrjjven eenigermate
te laten participeeren in de .voordeelen, ten
bate van het bedrijf verkregen. Behoorlijk
overleg met de arbeiders zal goeischt worden.
De regeering heeft de opsomming der han
delingen, in art. 9 genoemd, meenen te moeten
aiibbreiden met „bewerken" der crisisproduc-
door
FRANCIS BEffiDXNG
(Nadruk verboden.)
.59)
(Vervolg.)
,,Ongeveer een kwartier geleden", zei ze.
„jieb ik een geluid gehoord een nogaJ
eigenaardig geluid, Ik hen 'n tikje hard-
hoorend, maar doof, nee, doof absoluut niet.
t Was precies ot er een band sprong. Natuur-
lijk kan 't ook
Weer lachte ze.
We hadden in de hai staan praten. Nu
bracht ze ons, als een statig galjoen dat voor
een paar kleine koopvaardijscheepjes uit-
vaart, naar een groot, leeg vertrek, half eet-
kamer en half keuken, en even later stonden
er twee groote koppen dampende koffie voor
ons. Donna Anna bediendie zelf,
„Ik heb mijn dienstmeisje naar het dorp
gestuurd", vertelde ze. „Met al die bezoekers
en dat zoo vroeg op den ochtend werkelijk,
't leek me beter, dat zg van den vloer was".
Ik ben er nooit achter gekomen, wat Donna
Anna was, heel onnoozel of heel verstandig.
In elk geval was ze een type.
,,Ze is met een telegram naar het postkan-
toor", vertelde ze verder. ,,'n Berichtje voor
mijn nicht, dat ik de enveloppe aan het Ame-
rikaansche gezelschap heb afgegeven".
Ik keerde me naar Hazelrig.
„Hoe moet 't met uw dochter?" vroeg ik.
„Moet die geen ontlbijt hebben
„Misschien wel", zei Hazelrig onder het op-
lepelen van een respectaibele hoeveelheid jam.
,,Maar kijk uit je oogen", voegde hij mij toe.
Ik gmg naar buiten, de schemerige hai door
en zoo het heldere morgenlicht in. Maar voor
de deur bleef ik staan het leek me beter
ten, terwijl zij boven twijfel heeft willen stel
len, dat onder „verwerken" ook begrepen is
het „oogsten of slachten". Een en ander is
in een nota van wijiziging aangegeven.
Door den export van boter naar Engeland
is het mogelijk gebleken, tegen de aanvanke-
lijke verwachting in, het groote aanibod van
boter in de Mei en Juni-maanden uit de markt
te nemen en daarvoor een afzetgebied te vin
den. De geexporteerde boter is echter nog
niet geheel verkocht uit hoofde van een voor-
zichtige politiek.
De positie van de margarine-industrie, is
naar de meening der regeering thans niet
onbevredigend.
Het voornemen bestaat aan den crisis-
accountantsdienst op te dragen te onderzoe-
ken, of en in hoever er aanleiding is, de thans
geldende kleinhandelsprgzen te verlageni resp.
de bestaande heffing te verhoogen. De graan-
steun zal niet kunnen geschieden zonder
eenige belasting op den invoer van voer-
granen.
Overwogen wordt, of ten aanzien van con-
sumptie-aardappelen maatregelen te nemen
zijn, die voor zoover noodig, een gunstigen in-
vloed op het prijspeil ten bate der verbou-
wers zullen ten doel hebben.
De regeering zal gaame overwegen, of voor
de houtteelt maatregelen als waarvoor dit
voorstel het raam vormt, noodig en uitvoer-
baar zouden kunnen zijn.
HET NIEUWE
ONTWERP-RIJNVAARTACTE.
De correspondent te Brussel van de N. R.
Crt. meldde Dinsdag:
In officieele Belgische krigen wenscht men
voorloopig althans geen verklaringen of
mededeelingen te doen omtrent de beschou-
wingen in het Dagblad van Noord-Brabant en
andere Nederlandsche couranten verschenen
ibetreffende het ontwerp van wijziging van den
tekst der Rijnvaart-acte. Het is echter moge-
lrjk dat het departement van buitenlandsche
zaken toch nog, heden of morgen, langs den
weg van het Belgisch Telegraaf-agentschap,
in dit verband, een communique zal publi-
ceeren.
Opmerkelijk is het intusschen wel dat, op
66n uitzondering na, al de Brusselsche bladen
in alle talen zwijgen over de publicatie in het
Dagblad van Noord-Brabant. Aileen het
Laatste Nieuws schrijft: ,,In den grond ver-
koopt het Dagblad van Noord-Brabant vooral
zooveel drukte omdat in Nederland het plan
was opgevat het kanaal HansweertWemel-
dinge te verbeteren, of liever eenige bezwa-
ren weg te nemen welke herhaaldelijk werdeo
geuit tegen dezen waterweg. Dit zou den
Nederlandschen en Belgischen schippers ten
goede komen die op Antwerpen varen, wat
het Noord-Brabantsche blad blijkbaar ver-
schrikkelijk vindt.
Aileen wordt vergeten, dat de bestaande
verdragen reeds voorzien, dat de waterwegen,
die naar Antwerpen leiden, moeten onderhou-
den worden en dienen te beantwoorden aan de
behoeften der scheepvaart, zoodat er hier
niets nieuws wordt voorgesteld".
RETORSIE-BEVOECrDHEDEiN.
Verschenen is de Memorie van Antwoord
op het V. V. der Tweede Kamer over het
wetsontwerp van enkele retorsiebevoegdheden.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
Dat de regeering eerst thans overgaat tot
het vragen van nieuwe bevoegdheden is daar
aan toe te schrijven, dat de handelspolitieke
ontwikkeling van een aantal landen zoodanige
gevaren voor de Nederlandsche volkshuishou-
ding oplevert, dat belangryke takken van ons
volksbestaan met den ondergang bedreigd
zouden worden, indien krachtig verweer ort-
mogelijk zou zijn.
Er bestaat geen gevaar, dat een eventueel
gebruik van de gevraagde bevoegdheden het
afglijden in protectionistische richting zou
kunnen beteekenen, Bescherming van de bin-
nenlandsche markt wordt met dit wetsvoorstel
dan ook niet aagestreefd.
Een retorsiebevoegdheid was tot voor kor-
ten tijd nog geen dwingende noodzaak. De
grief, dat de economische politiek niet wordt
bezien in een algemeen kader, mist dan ook
voldoenden grond.
De regeering blijft, behoudens de door haar
erkende en voorgestane uitzonderingen, voor-
alsnog de onvoorwaardelijke meestbegunsti-
ging op tarifair gebied als grondslag aanvaar-
den van haar handelsverdragspolitiek.
Wat met de retorsiewet zal kunnen wor
den bereikt zal de toekomst leeren. Van de
invoering van een onderhandelingstarief ver-
wacht de regeering vooralsnog geen grootere
bevordering van onzen export, dan zij door
deze wet hoopt te zullen verkrjjgen.
Een wijziging van de crisis-invoerwet is in
voorbereiding.
De wenschelijkheid, afzonderlijke maatre
gelen te treffen om dumping tegen te gaan,
is in verband met het verscherpte gevaar van
valutadumping, opnieuw bjj de regeering in
onderzoek.
om eerst den omtrek .te verkennen. We
kieschheidsibevlieging was echter overbodig,
Granbij stond nog op dezelfde plaats en Julia
Jag in zijn armen. Misschien waren ze doof
en blind voor alias, wat om hen heen ge-
ibeurde, of misschien kon bet hun niets sche-
len of i em and hen zag. In elk geval zou
'X heiligschennis geweest zijn, om met „ont-
hrjten" aan te komen an dus keerde ik me om
en wilde teruggaan.
Maar door mijn wansch om het vooral zoo
stil mogelijk te doen, werd ik onhandig. Op
een gegeven oogeniblik struikelde ik. Meteen
hoorde ik mijn naam roepen. Ik keerde me om.
Dat was Gramby. Julia stood, iets minder in
de puntjes dan gewoonlijjk, maar overigens
qpvallend kalm, haar haar op te kammen.
Granby keek me met iets oolijks in zijn
iblauwe oogen aan.
„Vrijibuiters-leventje is uit!" declameerde
hij en dan: „We gaan samen trouwen.
John!" vertelde hij me, of het de gewoonste
zaak ter wereld was.
„Ik hoop, dat Ann en ik goed zullen kun
nen opschieten", begon Julia. ,,Alistair
Ik keek Granby aan.
„Ja", zei hij, ,,'t is erg, maar Julia vindt
't een behoorlijken naam. En dus zal ik er
aian moeten wennen".
„Alis.tair", ging Julia kalm voort, ,,beweert,
dat Ann 'n schat is".
„Hij kan 't weten", zei ik, „mgt zijn onder-
vinding
,,Kruimels", zei Granby opeens:. ,Op zijn
jas. Hij is aan 't ontbijiten geweest. Hoe denk
je erover Julia?"
,,Binnen is uitstekende koffie te krijgea",
vertelde ik.
..Koffie!" minachtte Granby. „Geef mij
wijn roemers vol, schuimend over den
rand
,,,Hoor! Hoor!" zei Julia, met haar hand
op zijn schouder. ,,Maar om acht uur's mor-
gens is koffie gezonder".
Een half uur later stapten we ia de Cadil
lac en redea weg. En als extra voorzorg tegen
een achtervolging door de Staalkoningen
namen we den flotteur van de auto, waarin ze
OMZETBELASTING BIJ DE BRON
GEHEVEN.
Naar de (a.-r.) „Rotterdammer" verneemt,
zullen als gevolg van het overleg tusschen
regeering en Kamercommissie in het ontwerp
der Omzetbelasting verschillende wijzigingen
worden aangebracht. Zoo zal het bedrag van
een tot vier procent worden verhoogd, doch
deze belasting zal slechts 6<5nmaal, n.l. bij de
bron worden geheven, waardoor aan tal van
bezwaren wordt tegemoet gekomen en de con-
trole zeer zal worden vereenvoudigd.
De omzetbelasting op luxe-artikelen wordt
tot 10 verhoogd. Daarnaast zal de ljjst der
vrijstellingen worden uitgebreid.
DE WIJZIGING DER LAGER ONDER WIJ S-
WET.
Aan de memorie van antwoord inzake het
wetsontwerp-Marchant tot wijziging der
Lager Onderwijswet wordt het volgende ont-
leend
Bezuiniging is noodzakelijk. De moeilijkheid
is allcen, dat naar een methode moet worden
bezuinigd, die aan het onderwijs zoo min mo
gelijk schade doet. In deze methode past dit
wetsvoorstel. Werden maatregelen, als hierbij
voorgesteld, niet genomen, dan zou de regee
ring zich tot andere maatregelen zien ge-
dwongen, die het onderwijs w61 of ernstiger
zouden schaden. Deze consequentie dient in
het oog te worden gehouden bij de overweging
der bezwaren, die het wetsvoorstel ontmoet.
Het altematief is niet: al dan niet bezuinigen,
het alternatief is: z66 bezuinigen of anders.
De motiveering van de stelling, dat het
wetsvoorstel de Grondwet zou schenden, zou
aileen dan hout snijden, indien de eischen door
de L. O. wet 1920 gesteld, in de Grondwet
waren neergelegd. Het voorstel echter strekt
om tot 1 Januari 1935 andere eischen te stel
len. Deze wet zal de voorwaarden vaststellen,
waaraan het bijzonder onderwqs tot 1 Januari
1935 zal moeten voldoen om uit de openbare
kas te worden bekostigd. Voldoet het aan die
voorwaarden, dan zal het bedrag der te ver-
goeden kosten worden bepaald naar denzelfden
maatstaf, waarmede het openbaar onderwijs
wordt bekostigd.
De stelling, dat de Grondwet geen ruimte
zou laten om de beslissftig of de vergoedingen
bedoeld in de artikelen 97, 100 en 101 der
L. O. wet al dan niet zullen worden uitgekeerd
en tot welk bedrag, in handen te leggen van
de regeering, kan niet als juist worden erkend.
lets anders is, dat de wetgever de voorwaar
den, waarvan de Grondwet hem de vervulling
ojdraagt, niet z66 mag stellen, dat de vervul
ling niet mogelijk is. Van de verdubbeling der
cijfers van handteekeningen spreekt noch
de Grondwet, noch de wet van art. 73 der
L. O. wet kan dit niet worden volgehouden,
al valt niet te ontkennen, dat men aldus zeer
hoog klimt. De minister komt hij Nota van
Wijzigingen aan dit bezwaar tegemoet door
de getallen anderhalf maal zoo groot te stel
len. Verzwaring van de voorwaarden is onver-
mijdelijk.
Het verschil in eischen, voor de openbare
en voor de bijzondere scholen gesteld, Is ge
volg van het voorschrift der Grondwet. Deze
kent financieel gelijkstelling, doch geen ge-
lrjkheid, welke trouwens niet mogelijk is, om
dat de openbare school Overheidsschool is.
Maar de Grondwet schrijft uitdrukkelijk voor,
dat in elke gemeente van Overheidswege vol-
doend openbaar algemeen vormend lager on
derwijs wordt gegeven in een genoegzaam
aantal scholen. De Overheid zelve heeft te be-
slissen, wat zij als voldoend en genoegzaam
beschouwt.
Waarop de stelling is gegrond, als zou het
ontwerp in het geheel geen rekening houden
met de omstandlgheden, dat jaarlijks onge-
veer 10.000 leerlingen van de openbare naar
de bijzondere school worden overgeplaatst, is
den minister niet duidelrjk. Het ontwerp be-
helst alle bepalingen, die noodig zijn om te
voorkomen, dat ouders zouden worden ge-
noopt om hun kinderen naar de openbare
school te zenden, indien het openbaar onder
wijs indruiseht tegen hun godsdienstige over-
tuiging. De regeering zal toch tegenover de
Kamer niet behoeven te betoogen, dat zij dit
onder alle omstandigheden tot elken prijs zal
voorkomen.
De regeering acht de bezuiniging, die de
gemeenten aan de wet zullen ontleenen, van
niet minder gewicht dan die, welke daaruit
zal voortvloeien voor het Rijk.
De Minister wil gaame aan het bezwaar
tegemoet komen, dat gelegenheid tot beroep
ontbreekt. De noodige wijzigingen heeft hij
in het ontwerp aangebracht.
Wie meent, dat de voorgestelde maatregelen
geen bezuiniging van eenige beteekenis zullen
brengen, kent de praktijk niet. Talloos zijn
de klachten, die de regeering bereiken van de
gemeentebesturen, dat zij bij de toepassing
van de geldende wet worden gedwongen tot
uitgaven en het aangaan van leeningen, die
niet noodzakelijk en in dezen tijd derhalve
niet te verantwoorden zijn. In die klachten
speelt de godsdienstige overtuiging der bestu-
vati Burgos gekomen waren mee. Jose zat
achter het stuur met Manuel naast zich. Julia
had een plaatsje gevonden op de achterbank,
tusschen haar vader en Granby in en ik moest
me tevreden stellen met een van de onmoge-
ljjke opklapstoeltjes voor heo. Over de stem
ming, waarin we waren, zal ik 't niet hebben.
Stemmingen in zwart op wit zijn buitenge-
woon vervelend voor den lezer. Maar Hazelrig
was zoo verstandig geweest om een flesch van
zijn kostbare champagne voor onvoorziene
omstandigheden te bewaren. En zoo dronken
we op de geizondheid van Julia, op die van
Granlby en voor den tweeden keer op die van
Julia. Veel wijn werd er niet vermorst, ook
al reden we een zeventig kilometer.
„En nu", zei Granby tegen Hazelrig, toen
tde laatste droppel uit de flesch geschonken
was, ,,nu gaan we een programma op-
maken. We habben de formule en die moet
n aan den Bond overhandigen. Hoe had u
zich dat voorgesteld?"
,jDat heb ik gisterea, tijdens de lunch in het
Escuriaal, met den Secretaris-Generaal in orde
gemaakt", zei Hazelrig. „De Britsche ver-
tegenwoordiger begint met me voor te stellen
aan den Raad, die in openlbare zitting bijeen
is. Dan hou ik een tospraak en overhandig
de formule. En daama stelt de voorzitter de
vergadering voor, het geschenk aan te
nemen".
„Weten al de leden van den Raad, wat er
op til is?" vroeg Granby.
„De Secretaris-Generaal heeft me beloofd.
dat hij ze zou prepareeren ze stuk voor
stuk officieus vertellen, dat ik die uitvinding
gekocht had en den Raad nu wou vragen ze
voor alle naties der wereld te bewaren. Dat
wordt dan het laatste punt van de agenda".
Morgen
,,Ja. Morgen".
„Prachtig", zei Granby. „Dat zal een
groote dag voor u worden, meneer".
Hazelrig keek ons ernstig aan.
„Ik voel 't niet als een triomf", zei hij,
.Alleen als een daad, waarmee ik tracht goed
te maken, wat ik misdreven heb. En als zoo-
danig zal ik 't in den Raad ook voorstellen.
ren geen rol. Persoonlijk behooren de kla-
gende bestuurders in meerderheid tot de vrien-
den van het confessioneele onderwijs. Dage-
lijks ervaart de regeering, die klachten
veelal gegrond zijn.
Ten aanzien van de vrees, als zou de toe-
passing der voorgestelde bepalingen het aan-
stellen van nieuwe ambtenaren vereischen,
zegt de Minister, dat, zoo min als door de be-
noeming van den directeur-generaal de for-
matie met een ambtenaar is uitgebreid, even-
min de toepassing der nieuwe voorschriften
uitbreiding van het aantal zal vergen.
Maatregelen tegen het stichten van scholen
onmiddellyk bij de grens van twee gemeenten
beoogt de Minister niet. In sommige geval-
len moge zoodanige ligging ongewenscht zijn,
in andere kan zij door de doelmatigheid wor
den geboden.
Aan stichting van nieuwe gebouwen voor
bestaande scholen zal in tegenwoordige om
standigheden slechts in gevallen van uiterste
noodzaak worden gedacht. Aan het bezwaar,
dat er toch nog gevallen zouden kunnen zijn,
waarin stichting van een bijzondere school ob-
jectief noodig is, maar door de wet zou kun
nen worden verhinderd, kan worden tegemoet-
gekomen door de woorden „of andere gewich-
tige omstandigheden" in te voegen.
De bezwaren tegen de verhooging van vier
tot zes kilometer acht de Minister wel eenigs
zins overdreven. Hij is echter bereid den af-
stand van zes kilometer tot 5 kilometer te
verkorten. De kosten, welke uit de toepas
sing van art. 13 der L.O. wet 1920 voort
vloeien, bedragen volgens de laatst bekende
gegevens, t.w. die van het jaar 1929, in totaal
f 93.000.
De Minister vermag niet in te zien, welke
overwegende bezwaren er tegen kunnen wor
den aangevoerd, dat de wet, mits op behoor
lijken termijn, geldende contracten buiten
werking stelt. Intusschen zullen contracten
op langen termijn wel uitzondering zijn, met
het oog daarop wordt de zinsnede geschrapt.
De opheffing van kleine openbare soholen,
welke in het belang van het onderwijs dienen
te verdwijnen, zal de Minister langs anderen
weg bevorderen.
Tegen het hooren van den Onderwijs raad
heeft de Minister geen bezwaar.
ONRUST IN BELGISCH INDUSTRIE-
GEBIED.
Naar de „Libre Belgique" meldt, is de
politie een groot communistisch complot op
het spoor gekomen, dat ten doel zou hebben
gehad, de fabrieken van de firma Boell te La
Louvi4re in de lucht te doen vliegen. De auto-
riteiten hebben uitgebreide maatregelen ge
nomen om de orde te handhaven. Ruim 150
manschappen van de marechaussde zijn in de
voomaamste industriecentra in het gebied van
Bergen en Charleroi aangekomen en patrouil-
leeren door de stad. Het doen en laten van
de communistische leiders in dit gebied wordt
door de politie streng gecontroleerd.
Te Verviers hehben de communisten een
leelijk 6chec geleden. Zij hadden tegen heden
de algemeene staking in de textielindustrie
geproclameerd. Hun stakingsparool is echter
nergens opgevolgd. Overal wordt gewoon ge-
werkt.
In de Belgische glasblazerijen hebben de
flesschenmakers het werk neergelegd als pro
test tegen een besluit van de patroons om de
loonen met 10 te veriagen.
GEEN REVOLUTIE MEER
Hitler heeft schrijft de N. R. Crt.
verklaard dat de revolutie voorbij is. Wij zul
len dit meer als een vriendelijke waarschu-
wing dan als het vaststellen van een histo-
risch feit moeten beschouwen. Want de ver-
halen die ons uit Duitschland blijven bereiken,
geven bij eilkaar nog dezelfde voorstelling van
ontrecbting, van barbaarsche plagerij, en van
kleinzielige wraakneming op onschuldigen die
men als gijzelaars meent te kunnen gebruiken.
De lezers zullen met ons hebben geconsta-
teerd, dat de lectuur over de getoeurtenissen in
Duitschland na het jongste afcommandeeren
van de revolutie nog niet aan stichtelijkheid
heeft gewonnen.
Venbazen doet ons dat niet. Revoluties die
een permanente dictatuur beoogen, nemen
nooit een einde. In Rusland is zij, nu ail 15 Vz
jaar oud, maar de dwingelandij, het verklik-
kingsstelsel, het wreede woeden van de poli-
tieke politie zijn er zoo erg als ooit. In Italie
heeft de revolutie ook al weer haar eerste
decennium achter den rug. De veiligheid voor
verklikking, het minimum van vrijheid van
denken dat voor den intellectueel noodig is om
het gevoel te hebben onder normale omstan
digheden te leven, zijn er nog niet terugge-
keerd. Dagelijks wordt de Italiaan hij
moge het betreuren of zich erover verheugen
eraan herinnerd dat hij in het land der fas-
cistische revolutie leeft.
Dank zij uw onschatbare hulp, kolonel, kan ik
morgen een klein gedeelte van het kwaad,
dat ik gedaan heb, herstellen. Maar ik wou,
dat het al achter den rug was. Wat zal dat
een last van mijn schouders zijn als dit
gewichtige geheim zich eindelijk in goede
handen bevindt".
Hij keek bezorgd om zich heen, of hij bang
was den een of anderen onzichbbaren vijand
naast zich te zien opduiken.
„We zijn nog niet in Madrid", zei hij be
zorgd.
,,'n Quaestie van een paar uur", zei Gramby.
„Je denkt dat je iets heibt, en op het aller-
laatste nippertje ontglipt 't je", wijsgeerde de
oude heer.
,,Dat overkomt miji nooit", verzekerde
Granby nu. „Veel is mogelijk, maar dat niet".
Alle vier zwegen we en onder het snelle
rijden over den gladden weg naar Pampeluna
drong het opeens tot me door, wat dit succes
van Haizelrig want eigenlijk dan toch had
den we bereikt wat we hadden willen bereiken
beteekende. Nu wist ik, dat Hazelrig's
bewering, geuit gedurende die eerste lunch
van ons eeuwen leek 't al geleden dat
met die formule elke oorlog onmoglijk ge
maakt kon worden, geen bluf geweest was
Als de uitvinding ter beschikking van alle
naties werd gehouden, verzekerde ze daarmee
tevens alier veiligheid. Anders ik rilde, on-
danks den warmen zonneschijn en het h'alsa-
mieke, zachte windje de kleinste natie, die
ze had, kon de geheele wereld lam slaan.
Met een schok kwam ik weer tot de wer-
kelijkheid terug.
We waren Pampeluna gedeeltelijk doorge-
reden en stonden naast de benzinepomp op de
groote markt. Ik keek op mijn horloge. Nog
pas half negen! Ik stapte even uit, om mijn
beenen, die opgevouwen geweest waren, weer
m model te brengen. Vlakbij was een kiosk.
Ik ging er heen en kocht een „La Nacion".
Maai tijd, om de krant te lezen, was er niet
meer.
..Instappen!" beval Granby.
Inwendig kreunend ging ik weer op men
onmogelijke plaats zitten. Om me te helpen,
Hitler, die niet de macht over de zijnen van
een Mussolini heeft, die zelf meer een leuze„
een veldteeken dan een bevelhebber is, ge-
bruikt dus slechts holle woorden wanneer hij
het einde der revolutie afkondigt.
Zijn stormtroepen kunnen alles neerslaan,
alles dood-terroriseeren; hun eigen revolutie
onderdrukken zullen zij echter noch wjften,
ndch kunnen. De mentaliteit is ook nog niet
veranderd. Niet aileen recht hoe barbaarsch
recht dan ook bepaalt alle handelingen
van de overheid, maar vaak ook kleinzielige
en wreede plaagzucht. Dinsdag lazen wij een
bericht dat aan het gezelschap van door het
Berlijnsche staatstooneel ontslagen kunste-
naars, dat onder leiding van prof. Jessner
voorstellingen in heel Europa wilde gaan
geven, door de regeering het verlof onthouden
was om Duitschland te verlaten. Als men
menschen het slachtoffer laat worden van een
dwaze en cultuurmoordende poging am zijn
cultuur van „vreemde smetten" te zuiveren
door z.g. vreemde elementen te ontslaan is dat
altijd nog als stelsel te begrijpen. Onbegrijpe-
lijk, ofschoon helaas niet onbegrijpelijker dan
zooveel andere dingen die wij nu in Duitsch
land zien geschieden, wordt het echter als
men daama nog van zijn macht gebruik
maakt om die menschen den hongerdood op
te dringen door hen te beletten daar hun
brood te zoeken waar men jjeen vooroor-
deelen heeft tegen vreemde kunst, ook niet
tegen Duitsche kunst.
Vreest men, zooals de bolsjewiki eens deden,
dat zij, eenmaal buiten het land zijnde, al te
veel zouden vertellen? Wij kunnen dat niet
gelooven. Ten eerste is, omdat Duitschland
niet gesloten kan gehouden worden. zooals
Rusland, weinig nieuws meer te vertellen; ten
tweede volgt de Duitsche regeering blijkbaar
niet het Russische stelsel van geen ander dan
neutraal of propagandistisch nieuws over de
grens te laten.
Eerljjk gezegd gelooven wij dat een gezel
schap van louter kwaadsprekers, over de
grenzen gelaten, het tegenwoordig bewind in
Duitschland niet zoo vermag te schaden als
het bericht waarvan wij spraken dat doet, en
dat toch zonder schroom door de Duitsche
pers wordt verspreid.
Daar is ook het geval met de familieleden
van Scheidemann, mannen en vrouwen, die als
gijzelaars gevangen zijn gezet om den op het
oogenblik onberelkbaren Scheidemann te tref
fen voor een artikel dat hij nu blijkt niet te
hebben geschreven. Scheidemann kon, met de
meest duivelsche voomemens bezield, van
zich zelf uit het aanzien van de Duitsche re
geering niet zoo afbreken als deze dat nu zelf
heeft gedaan door haar handelingen tegenover
Scheidemann. Eerst was het met een triom-
fantelijk bericht dat men hem, door hem te
berooven van alle inkomsten, ook van het
pensioen waarop hiji recht bezat, had gedwon
gen ondersteuning als werklooize te vragen.
Nu komt deze geschiedenis. Kranten die niet
eens tot de nationaal-socialistische partij be
hooren en die altijd beter hebben geweten,
noemden dat een gerechtvaardigde verdedi-
ging van den staat. Is het niet verschrikke-
ljjk, het volstrekt gebrek aan zedelijken moed,
de grenzenlooze moreele onderworpenheid, die
een groot gedeelte der Duitsche intellectueelen
nu aan den dag legt? Professor Einstein,
wiens politieke uitspraken wij niet altijd hab
ben bewonderd, heeft zeer terecht opgemerkt
dat dit nog het pijnlijkste verschijnsel van de
Duitsche revolutie is.
Met welke middelen de kranten kleih wor--
den gehouden en waarvoor zij ook vrijwel
zonder uitzondering zwichten. leert het ge-
beurde met de Deutsche Zeitung. Deze was
reeds Hitleriaansch, voor Hitler nog de kin-
derschoenen ontwassen was. Zij was Al-
Duitsch, anti-vreemdeling, strijditistig, anti-
semietisch zooals geen ander Duitsch blad, al
I lang nog voor den oorlog. Uit haar kring
kwam de intrige die op 4 Januari Hitler en
von Papen in het huis van den bankier von-
Schroeder te Keulen bijeen bracht. Dft groot-
sche verleden heeft haar niet ervoor kunnen
vrijwaren dat zij voor drie maand'en veriioStrj
werd om een reden, die heel erg gezocht was.
Zij was immers niet het eerste Duitsche blad
geweest dat Balbo de door hem zelf niet
als zoodanig beschouwde schande had
aangedaan hem ten onrechte een gedcxipten
J°°d te noemen. Het was een vergissing;
maar mocht die niet door de vingers worden
gezien terwille van de herinnering aan den
prae-Hitleriaanschen moed dien de Deutsche
Zeitung eens had getoond door in het begin
van deze eeuw keizer Wilhelm H zijn yriend-
schap met Ballin en andere ,Hofjuden." ver-
wijtend voor te houden?
De Deutsche Zeitung was een laatste boi-
werk geweest van den Stahlhelm. Daarom
waarschijnlijk moest zij doodelijk worden ge-
troffen en haar hoofdredacteur worden ge-
interneerd, om een vergissing, in overmaat
van ij.ver voor de goede zaak van de bestrij-
ding der Joden begaan.
De krant mag nu weer verschijnen en de
hoofdredacteur, ofschoon ontslagen, is tenslot-
te op vrije voeten gelaten, De waarschuwing
nam Granby me mijn bagage uit de hand
de bewuste krant.
,,Ik hoop", begon ik tegen Julia, ,,dat je- er'
met de jaren in slagen zult, Alistair zijn
rusteloosheid af te wennen. Alistair is een-
voudig niet tot rusten in staat. Alistair laat
nooit iets aan een ander over. Zelfs ais hij in
een auto zit, die vjjf en zeventig kilometer
rijdt, moet Alistair nog iets anders doen. Kijk
nu eens nu zit hij weer de krant te lezen".
We keken en schrokken alletoei. Granby had
de krant beet, of hij de keel van de Castro
tusschen zijn vingers voelde en zijn lippen
waren stijf opeengeklemd.
Hij keek op.
„Wat is er?" vroeg Julia angstig.
„Luister 's", zei Graniby
RU vouwde het blad om en begon te lezen.
"^en verwacht dat de Raad van den Vol-
kenbond zrjn agenda een etmaal eerder be,
«alhebben- dao algemeen aangeuomeB.-
fJ. lH®t werktempo is versneld door het
feRdat de heer Briand het noodig geacht
heeft hedenavond reeds terug te keeren ten
™hrt RrPeilla!!eS betreffende de ontruiming
van het Rijnland te beantwoorden. De laatste
bijeenkomst, die openbaar zal zijn, wordt
hedenmiddag om vier uur gehouden".
Hij liet de krant zakken en keek ons aan
gaat DietZei ik" "Zelfs met de
Cadillac zouden we onmogelijk op tijd in
Madrid terug kunnen zijn".
Hazelrig's gezicht stond' een paar oog-en-
i ken bedenkelijk. Maar dan helderde herop
„Een extra trein", stelde hij voor
„Zal moeilijk gaan", zei Granby. ,.Als 't in
Frankrrjk of Engeiand, of nog beter Amerika
J h% heb je V001' iets een
konmklijk besluit of een Maatregel van Be-
stuur noodig".
„Een vliegmachine?" bedacht Julia.
..Uitstekend", zei'Granby met een blik of
ze het origineelste denkbeeld ter wereld
opperde. u
„Er zullen hier in Pampeluna niet veel
vliegmachines te krijgen zijn", weifelde ik.
(Wordt vervolgd.)
t