LANDBOUWBEBICHTEN,
OEHEHGSE BEBICHTEN,
BALDADIGE BRANDALARMEEKINGEN
IN DE HOOFDSTAD.
HAAR HULPVAABDIGHEID WERD
HAAR ONGELUK.
brug. Hij pleit dus voor een vrjje brug. Tegen
vrjjstelling van het bruggeld heeft hij princi-
pieele bezwaren.
De heer mof.t ,kf,R zeide dat Tholen wel
eens stiefmoederlijk bedeeld wordt. Thans is
hiervan geen sprake. Als de gemeenten op het
eiland Tholen hadden gedaan wat de gemeente
Tholen heeft gedaan, zou een betere toestand
zjjn verkregen.
De heer STAVERMAN noemt het bruggeld
op Tholen een tolgeld dat zoo spoedig moge-
lijk dient te worden opgeheven. Hij heeft in
de afdeelingen het voorstel gedaan op Zon-
dag geen bruggeld te heffen, dan hoeft de
man die des Zondags het tolgeld moet heffen
verder geen Zondagswerk meer te verrichten.
Hij vroeg wat de opheffing van de tolgelden
op Zondag zou kosten en zou daarover gaame
inlichtingen ontvangen in de najaarszitting.
De heer HEIJBOER steunt het voorstel van
den heer Sonke.
De heer DOMINJCUS kan met het voorstel
van den heer Staverman niet medegaan. HQ
noemt dit voorstel echter een novum, dat niet
kan worden gesteund.
De heer MOELKER gaf in overweging dat
de betrokken gemeenten subsidie geven aan
kindereci die om in Bergen op Zoom school
te gaan daarvoor geregeld van de brug ge-
bruik moeten maken. Hij beval het voorstel
van Ged. Staten aan.
De heer VAN DUSSELDORP wees er op,
dat destijds de gemeenten in Tholen, buiten
Tholen zelfs, in getoreke zijn geibleven steun
te verleenen voor de brug. De gemeente
Tholen heft uit eigen beweging de tarieven
voor de brug. Dat is, een mooie daad van
deze gemeente.
Men heeft het voorstel van Ged. Staten
aan te nemen of te verwerpen. Een andere
weg is niet mogeljjk.
De logica van het voorstel-Staverman ont-
gaat spr. ten eenerumale. Als men vrjjstel-
ling op Donderdag had voorgesteld, wanneer
het marktdag te Bergen op Zoom is, zou hij
zich dat kunnen voorstellen. Op Zondag is er
niet zooveel verkeer over de brug.
De heer SONKE zeide dat zijn voorstel
alleen bedoelt dat de gemeente Tholen de
schoolkinderen van de andere gemeenten van
het eiland van bruggeld vrjjstelt.
De heer STAVERMAN zeide, dat zijn voor
stel bedoelt een eerste stap in de richting van
algeheele afsehaffing van het bruggeld. Het
is een principeele bedoeling om den man die
bruggeld int op Zondag vrij te stellen.
De heer MOELKER vraagt, waar de
schadevergoeding van het vrijstellen van brug
geld op Zondag vandaan moet komen.
De heer BOENDER brengt dank aan Ged.
Staten voor hetgeen zjj gedaan hebben om
het bruggeld te verlagen.
De heer STAVERMAN was bereid zijn
amendement in te trekken.
De VOORZITTER zeide, dat de Staten het
tarief van het bruggeld bepalen en niet de
gemeente Tholen.
Hiema werd het eerst gestemd over het
amendement Sonke om de tarieven niet voor
5 jaren, doch voor 2 jaren vast te stellen.
Het voorstel werd verworpen met 33 tegen
8 stemmen.
Nog werd door den heer Sonke een amende
ment ingediend om aan scholieren en werk-
lieden op het eiland Tholen dezelfde reductie
te verleenen als thans reeds voor de gemeente
Tholen zelf bestaan.
Dit amendement werd aangenomen met 23
tegen 18 stemmen.
Het voorstel van Ged. Staten is daama aan
genomen.
Onttrekking van een weg aan het
openbaar verkeer.
Ged. Staten stelden voor de Westeljjke zee-
en inlaagdijk n, no. 3bis van den ligger der
wegen en voetpaden in de gemeente Borsse-
len, in onderhoud bij den Polder Borssele, te
onttrekken aan het openbaar verkeer.
In geen der afdeeling gaf het voorstel aan-
leiding tot besprekingen. Algemeen vereenig-
de men zioh er mede.
Aangenomen.
Renteloos voorschot voor wegen-
verbetering te Hontenlsse.
Voor wegsverbetering bij Kloosterzande en
Groenendijk stelden Ged. Staten een renteloos
voorschot voor van ten hoogste 72.700.
Slechts in een der afdeelingen maakten en-
kele leden de opmerking, gezien de financier
der provincie, de eischen aan de tertiaire we
gen niet te hoog te stellen. Voorts is er de
aandacht op gevestigd, dat het hier gaat om
een gedeelte weg in de kom der gemeente en
het dus feiteljjk een gemeentebelang betreft.
Van de zijde van het College is aangevoerd,
dat rekening is gehouden met de rapporten
van den Hoofdingenieur van den Provincialen
Waterstaat. De eischen waren misschien wel
iets te verminderen.
Aangenomen.
Garantie Gewestelijke Tarwe-
organisatie.
Ged. Staten stelden voor ook voor den
tarweoogst 1933 weder een garantie, maxi-
maal groot den millioen gulden, beschikbaar
te stellen van de Vereeniging Gewestelijke
Tarwe-organisatie voor Zeeland.
Men had in een van de afdeelingen geen
bezwaar tegen 't voorstel, doch in een andere
is de opmerking gemaakt, dat er het vorig
jaar klachten zijn geuit over de uitbetaling;
het uitgekeerde bedirag was te gering; men
hield te veel in reserve. Met het oog op den
grooten druk op het landbouw-bedrijf drong
men er bij Ged. Staten op aan, hun invloed
aan te wenden, om zooveel mogeljjk uit te
betalen en minder te reserveeren. Ged.
Staten zeiden toe, deze klacht onder de oogen
te zullen zien en antwoorden op een desbetref-
fende vraag, dat verleden jaar van de garan
tie der provincie geen gebruik is gemaakt.
In de nog niet bedoelde afdeeling was men
algemeen van oordeel, dat het voorstel alleen
maar diende voor de zekerheid van geregelde
afname; ingeval de handel aan zijn verplich-
tiag kan voldoen, is er voor de provincie geen
bezwaar. In 1932 liepen de zaken goed. Nog
is opgemerkt, dat de landlbouwers in Z.-
Vlaanderen geen buitenlandsche arbeiders in
dienst mogen nemen ook al is het, dat ze iets
goedkooper werk leveren. Het antwoord
luidde, dat van wege de G. T. Z. hierin bemid-
delend wordt opgetreden. Tegen het voorstel
bleken geen bezwaren te bestaan.
De heer KODDE zeide dat het uitgekeerde
bedrag te gering was. Men hield te veel in
reserve.
De heer DE MILLIANO hoopt dat van de
hulp van de provincie geen gebruik zal behoe-
ven gemaakt te worden.
Het voorstel werd volgens zonder hoofde-
lijlke stemming aangenomen.
Subsidie autobusdienst Kamper
hindKortgene.
Ged. Staten stelden voor afwijizend te be-
schikken op het verzoek van den directeur
der N.V. Autobusdienst te Wissenkerke om
bestendiging na 31 December 1933 van het
subsidie, ten behoeve van den autobusdienst
tusschen Kamperlandsche Veer en Kortgene
(Steiger).
In elke afdeeling gingen stemmen op voor
bestendiging van het subsidie, al is het dan
ook tot een lager bedrag, en wel op grond, dat
de dienst het eenigst middel van vervoer op
Noord-Beveland is en bij weigering van sub
sidie de dienst zou moeten verdwijnen. Een
lid is wel voor afvloeiing van zulke subsidie,
maar ziet hier een uitzonderingsgeval, het
vervalien van den dienst zou jammer zijn voor
de streek en zou voor verschilleo.de menschen
last veroorzaken. Hij vraagt of de helft der
subsidie niet voldoende zou zijn. Andere
leden sloten zich daarbij aan en is er nog op
gewezen, dat de dienst weinig winstgevend
is en de gemeente Wissenkerke /200 per
jaar verleent. Een lid van Ged. Staten zeide,
dat zij gsbleven zijjn in de lijn van vorige
gelegenheden en dat zij van meening zijn, dat,
nu de dienst tweemaal subsidie heeft gehad,
hij zich verder zonder firrancieelen steun der
provincie moet kunnen bedruipen. Zij erken-
nen het nut van den dienst, maar vinden dat
het nu verder op den weg der streek ligt, hem
in stand te helpen houden. In een afdeeling
had men gaarne een exploitatierekening ge
zien en wees men er op, dat het personeel
minder uren dienst mag doen, waardoor de
exploitatiekosten aanmerkelijk stegen. Een
lid van Ged. Staten zeide, dat in 1925 een
algemeene regel is vastgesteld, waarbij men
er op rekende, dat na 5 jaar een dienst zelf
eene behoorljjke sluitende rekening moet
hebben. Deze dienst heeft reeds 12 jaren
subsidie genoten, zoodat het Ged. Staten voor-
komt, dat thans de tjjd is gekomen, dat het
subsidie afloopt.
De heer SONKE deed een beroep op de
Staten om Noord-Beveland, dat reeds zoo
stiefmoederlijk is bedeeld, te helpen. Suibsidie
is noodig om den dienst in stand te houden.
Hjj stelde voor de subsidie wel toe te staan.
De heer SCHIPPERS noemde het een groot
ongerief als de dienst zou verdwjjnen en dat
zou het geval zijn als de subsidie niet werd
verleend.
De heer VAN DER WART zou het zeer
onpractisch vinden als deze autobusdienst
werd opgeheven.
De heer STAVERMAN vroeg een exploi
tatierekening in de najaarsvergadering over te
leggen. Dan kan worden nagegaan of sub
sidie noodig is.
De heer STIEGER meent dat de betrokken
gemeenten in de eerste plaats moeten zorgen
dat de dienst in exploitatie kan blijven. Om
consequent te bljjven moeten Ged. Staten hun
voorstel handhaven.
De heer Schippers zeide dat het voor N.-
Beveland een levensbelang is.
De motie-Staverman werd door Ged. Sta
ten overgenomen en de beslissing dus aange-
houden tot de najaarszitting.
Tra.indieii.st Hansweert—Vlake.
Ged. Staten stelden voor met ingang van 1
Januari 1934 den tramdienst tusschen Hans
weert en Vlake op te heffen en hen machti-
ging te verleenen, op basis van een door hen
overgelegde ontiwerp, met een autabusdienst-
ondememer een overeenkomst aan te gaan
voor de uitoefening, met ingang van 1 Januari
1934, van een autobusdienst tusschen Hans
weert en Vlake.
In een afdeeling betreurde men het, dat de
tramdienst zal worden vervangen door een
minder solied vervoermiddel, terwijl een lid
vreesde, dat de resultaten voor de provincie
minder voordeelig zullen zijjn dan Ged. Staten
verwachten.
Gevraagd is of de Provinciale exploitatie
niet mogelijk is en gewezen op mogelijke win-
sten, tevens zou dit in het belang van het
personeel zijn.
In een andere afdeeling wjjst men deze
wjjze van exploiteeren af, omdat de provincie
dan weer een geheel nieuw bedrijf in het
leven zou moeten roepen. In een afdeeling
komt de vraag naar voren of de geeischte
ruimte voor het postvervoer wel noodig is,
terwijl in de andere afdeelingen de vraag is
gesteld of het niet gewenscht is de N. S. te
verzoeken de treinen in het vervolg in plaats
van te Vlake te Kruiningen te doen stoppen
en of er geen mogelijkheid is van Prov. sub
sidie voor den busdienst WemeldingeKrui
ningen, bij opheffing van het station Vlake
en of inderdiaad met October dit station zal
verdiwjjnen. In twee afdeelingen wijst men
op het belang van een goede treinvenbinding
voor Oost Zeeuwsch-Vlaanderen en vraagt
men of een busverbinding daartoe wel het
meest geschikt is. Ook in twee afdeelingen
informeert men of nog nieuwe gegadigden
(Dek en Blok) kunnen meedingen naar den
busdienst. In alle afdeelingen wijst men op
de belangen van het trampersoneel en vraagt
men, of Ged. Staten deze niet uit het oog zul
len verliezen en zooveel mogelijk van dit per
soneel in Prov. dienst zullen houden.
Een lid vraagt of laden en lossen aan het
station door den ondernemer ook inhoudt het
halen en brengen van en naar het stations-
emplacement.
Een lid heeft bezwaar tegen den verzeke-
ringsplicht. Nog is gevraagd of omlegging
van de haven te Hansweert niet mogeljjk is.
In alle afdeelingen zeiden leden van Ged.
Staten dat Provinciale exploitatie niet doen-
ljjk is. Dat zou veel te duur worden. Een
autobus-ondememer kan dat veel goedkooper,
omdat zjjn bedrijf alleen uitbreiding behoeft
en de provincie een nieuw bedrjjf zou moeten
in het leven roepen. De loonen zijn bjj de
Provincie tweemaal zoo hoog als bij een par-
ticuller. Bij eigen exploitatie zou de tram
beter verlegd kunnen worden van de Schore-
brug naar Kruiningen. De plannen zijn reeds
zoover, dat meedingen van nieuwe gegadigden
wel uitgesloten is. Getraeht zal worden het
personeel, voor zoover niet op wachtgeld ge
steld, bjjj de provincie in dienst te houden. E6n
persoon zal op wachtgeld komen. De ge
eischte ruimte voor de post is noodig in
verband met het groote postvervoer naar O.
Z-Vlaanderen. Er is geen aanleiding te ver
zoeken om Vlake te vervangen door Kruinin
gen, de afstand is grooter en het publiek zal
meer voor de bus moeten betalen. De bus
dienst WemeldingeKruiningen kan zich
voor subsidie beter met de post verstaan.
Gezorgd zal worden, dat de treinvenbinding
met het nieuwe vervoermiddel zeker is. Onder
laden en lossen is ook te verstaan het halen
en brengen van en naar het emplacement;
verzekeringsplicht is wetteljjk voorgeschreven.
In hun officieel antwoord op het algemeen
verslag deelen Ged. Staten mede, dat sinds
het voorstel was afgedrukt, van de N. S. be-
richt is ontvangen, dat het station Vlake met
aanvang van den winterdienst zal worden op
geheven en dat het personen-, zoomede het
overgroote deel van het goederenvervoer,
voorloopig over het station Kruiningen
Yerseke zal worden geleid. In verband hier-
mede stellen Ged. Staten voor in het besluit
te bepalen, dat de tramdienst zal worden op
geheven op 1 Januari 1934 of zooveel vroeger
als dit, in verband met de geheele of gedeelte-
Ijjke opheffing van het station Vlake, noodig
zal blijken en dat de autodienst zal loopen
van Hansweert naar Vlake of het daarvoor in
de plaats tredend station.
De heer DE PAUW wilde wjjzen op de be
langen van het personeel van deze tram. Hjj
vroeg aan Ged. Staten de betrokken personen
zoo spoedig mogelijk over te brengen in an
dere functies bij de provincies.
Het voorstel van Ged. Staten werd aange
nomen zonder stemming.
Provin|Ciale rekening 1931.
Bij de bespreking van de rekening in een
der afdeelingen is de vraag gesteld of niet
1931 feitelijk sluit met een reeel tekort van
f 278.627,98 voor den gewonen dienst, in plaats
van met een voordeelig saldo van f 139.924,45.
Hetzelfde lid wjjst op den post „teruggaaf
door de P.Z.EJM. van de rente van aan haar
verstrekte of te verstrekken kapitaal, waarop
minder is ontvangen dan geraamd f 115.225,53
en op den uitgaafpost „rente van eene geld-
leening van 4.058.000" waarop minder is uit-
gegeven dan geraamd f 202.900. Hij vraagt of
er misschien eenig verband bestaat tusschen
beide posten. In een andere afdeeling wees
een lid er op, dat de begrooting en rekening
van Rjjk en gemeenten een duidelijker over-
zicht geven over den gewonen en den buiten
gewonen dienst dan bij de Provincie het geval
is. Vanwege Ged. Staten erkent men, dat de
indeeling van de Prov. begrooting verouderd
is, doch men is gebonden aan de daarvoor
geldende voorschriften.
Ged. Staten antwoorden op het algemeen
verslag, dat er van een reeel tekort van
278.627,98 geen sprake is. In de eerste plaats
is de opbrengst der belastingen rond f 120.000
lager geweest door het verdwijnen van de op-
centen op de personeele belasting op 1 Jan.
1931 en het eerst op 1 Mei d.a.v. daarvoor in
de plaats treden van de verhooging der opcen-
ten op de hoofdsommen van de vermogens-
en inkomstenbelasting.
In de tweede plaats bevat het goed slot van
1930 een bedrag van 28.202,26, dat de
P.Z.E.M. in dat jaar meer heeft terugbetaald,
dan de Provincie heeft afgelost op door haar
ter zake van de electrificatie aiangegane geld-
leeningen. Dit bedrag is naar 1931 overge-
bracht door overbrenging van een deel van
het goed slot over 1930, doch kan juist daar-
om niet als gewone inkomst voor genoemd
jaar beschouwd worden. In de derde plaats
sehuilt in het goed slot 1929 een bedrag van
45.976,16 als deel van het reservefonds voor
de Prov. stoombootdiensten, niet belegd in-
gevolge de motie-Van Waesberghe. Ten on-
rechte opgenomen in den gewonen dienst 1929,
is het in de rekening 1931 naar den buiten-
gewonen dienst avergebracht en dus niet aan
den gewonen dienst van dat jaar ten goede
gekomen.
In de vierde plaats is verantwoord als ont-
vangst 83.396,04 wegens toevoeging van het
reservefonds der Prov. Stoombootdienst. Doch
dit bedrag is ook onder uitgaven terug te vin
den, een reeele uitgaaf is het echter niet en
bjj de berekening van het reeele slot mag het
dus niet in aanmerking genomen worden. Ten
slotte drukken op den dienst 1931 de gevolgen
van de wijziging in het stelsel der Rijksbelas-
tingen, doordat de belastingopbrengsten voor-
taan netto en niet meer bruto worden uit-
gekeerd. Het verschil tusschen de vroegere
bruto- en netto-uitkeeringen, de z.g. kwade
posten, welker aanzuivering ingevolge de
methoden der administratie een achterstand
aanwees, is op korten termijn en wel ten laste
van den dienst 1931 ingehaald moeten worden,
doch ook de hierdoor veroorzaakte uitgave ad
66.777,32 moet bjj een berekening van het
reeele slot buiten beschouwing blijven.
De hiervoor genoemde omstandigheden
stempelen 1931 tot een bijzonder jaar, waren
zjj er niet geweest of wel, laat men ze buiten
beschouwing, dan blijkt, dat inderdaad geen
sprake is van een reeel tekort.
Wat de inrichting der begrooting betreft,
wjjzen Ged. Staten er op, dat sinds 1932 be-
reids een scherpere scheiding tusschen den
gewonen en den buitengewonen dienst is in-
gevoerd, terwijl in de begrooting 1933 een
andere indeeling voor den buitengewonen
dienst is ingevoerd, die, naar Ged. Staten
vertrouwen, aan de overzichtelijkheid ten
goede zal komen. Getraeht zal worden ook
voor den gewonen dienst een meer overzich-
telijke indeeling in te voeren, voor zoover dat
binnen het kader der van Regeeringswege ge-
geven voorschriften mogelijk is.
De rekening werd vastgesteld zonder stem
ming.
Wijziging begrooting 1932.
Naar aanleiding van vragen in de afdeelin
gen ter zake, deelen Ged. Staten mede, dat
een post uitgaaf van 15000 is bestemd VoOf
de verhooging van de stabiliteit van de motor-
boot „Prins Hendrik" en dat een post van
f 2000 voor verbetering van den weg van Mid-
delburg naar Koudekerke zeker ten laste van
het Wegenfonds dient te komen, en dat na
vaststelling van de Wegenlijst 1933 dit Wegen
fonds het bedrag zal teruggeven.
Aangenomen.
Hiema werd de vergadering door de Com-
missaris der Koningin in naam der Koningin
gesloten.
TEVEEL GEZAAIDE TARWE WORDT
AFGEMAAID.
Reeds in October j.l. werd door de Gewes
telijke Tarwe-organisatie voor Zeeland aan de
landbouwers medegedeeld, dat het verboden is
na 1 Mei 1933 per bedrijf meer dan een derde
van het in 1933 voor bouwland bestemde land
met tarwe behouwd te hebben. De leden-aan-
geslotenen der Tarwe-organisatie, die in strijd
handelen met deze bepaling, zouden van elke
levering van tarwe aan de G. T. Z. worden
uitgesloten.
In de afgeloopen dagen bleken er in
Zeeuwsch-Vlaanderen toch nog landbouwers
te zjjn, die met deze uitdrukkeljjke bepaling
geen rekening hebben gehouden.
Aan hen, die de beperking van de met tarwe
bebouwde oppervlakte tot een derde van het
bouwland verkeerd hebben toegepast, werd
dringend in overweging gegeven, hiervan zoo
spoedig mogelijk mededeeling te doen aan het
bestuur in het Landbouwhuis te Goes. Voor
hen, die zich vrjjwillig kwamen aanmelden,
wordt geen straf toegepast, indien de tarwe
die teveel is gezaaid, onmiddellijk wordt uit-
geploegd of afgemaaid.
Het gevolg is geweest, dat thans op ver-
schillende plaatsen in Zeeuwsch-Vlaanderen
teveel gezaaide tarwe wordt afgemaaid. De
grootste hoeveelheid, die op 66n bedrjjf afge
maaid moest worden, was voor zoover tot nu
toe bekend, vjjf gemet. Van dit teveel was
vrjjwillig aangifte gedaan.
Geruchten, dat op bepaalde plaatsen in
Zeeuwsch-Vlaanderen zelfs veertien gemet
teveel gezaaide tarwe afgemaaid zou moeten
worden, hljjken onjuist te zjjn. Omtrent het
gerucht, dat er in het Land van Axel boeren
zouden zjjn, die gewetensbezwaren hebben
tegen het afmaaien van hun teveel gezaaide
tarwe, deelde men aan het Dagblad voor
Noord-Brahant mede, dat hiervan nog niets
bekend was. In dit geval zal de straf van 50
per geval en 10 per Are worden toegepast.
Volgens mededeeling van den commandant
van de Amsterdamsche brandweer, den heer
C. Gordjjn Jr. bedroeg het aantal baldadige
alarmeering voor brand in de maand Juli 35.
In al deze gevallen zijn voertuigen uitgerukt.
Proces-verbaal werd 1 maal opgemaakt.
Door de politie werd een persoon aangehou-
den ter zake van het uit baldadigheid in wer-
king stellen van brandmelders, c.q. vemieling
van ruitjes.
Door den politierechter c.q. kinderrechter
werd e6n voorwaardelijk veroordeeld tot 1
maand tuchtschool met een proeftijd van 1
jaar en werd 66n gestraft met een berisping.
DE TE SCHELLINGWOUDE
VERONGELUKTE ITALIAANSCHE
VLXEGBOOT.
Baldini, de bestuurder van de bjj Schelling-
woude verongelukte Italiaansche vliegboot,
luitenant Novelli, de sergeant-radio-telegrafist
Jaris en de sergeant-mecanicien Landi zijn
Zondagavond per trein uit Rotterdam naar
het Zuiden vertrokken, meldt het „Dgbl. van
R'darn".
Zij kwamen per auto van Amsterdam en
werden begeledd door consul-generaal Lupez.
Bij de begroeting op het station waren aan-
wezig de Italiaansche consul te Rotterdam,
de heer Bertucconi, en de heer Soviko, chef
van de Italiaansche fascisten te Rotterdam.
HET HOOI BROEIT.
Zondag is hooibroei ontdekt in de schuur
van den landbouwer J. Veth in den Osse bij
Brouwershaven. Op last van de verzekerings-
maatschappij is de schuur in tegenwoordig-
heid van de brandspuit leeggehaald. Door
tijjdig ingrijpen is brand kunnen worden voor-
komen.
DRIFTIGE FRUITHANDELAAR.
Zaterdagmorgen ontstond op de Markt te
Venlo oneenigheid tusschen den ongeveer 20-
jarigen fruithandelaar J. C. en den landbou
wer J. L. Eerstgenoemde sloeg den landbou
wer zoodanig op zijn hoofd, dat deze bewuste-
loos ineenzakte. In zorgwekkenden toestand
is L. naar zjjn woning vervoerd. De toestand
van den getroffene die ljjdt aan een hersen-
ziekte, was Zondagavond nog emstig.
Tegen den driftigen fruithandelaar is pro
ces-verbaal opgemaakt wegens mishandeling.
Zaterdagavond heeft op de Wielerbaan op
het gemeentelijk sportpark te Oss een emstig
ongeval plaats gehad. De renner van Groe-
nendaal uit Oss kwam in de bocht te vallen.
Zjjn 15-jarig zusje, dat zich onder de toe-
schouwers bevond, sprong over de afzetting
van de baan om haar broer behulpzaam te
zjjn. Dit werd haar noodlottig. Zjj werd door
een naderenden renner aangereden en tegen
den grond geworpen. Met een emstige hersen-
schudding werd het slachtoffer in bewuste-
loozen toestand naar haar huis vervoerd.
Naar aanleiding van dit ongeluk werden de
wedstrijden afgelast.
BRAND OP EEN SCHIP.
In het haventje „Schelphoek" is vermoede-
ljjk door explosie van een benzine-motor,
brand ontstaan op het schip „Neerlaadia",
schipper P. Boere van Groningen, geladen met
hooi. Het vuur breidde zich, door een vrjj
sterken wind, snel uit, zoodat de deklast bin
nen korten tjjd in lichter laaie stond. De
aanvankelijjk pogingen tot blussching door
middel van een slang op de waterleiding had
den geen succes, daar het schip te ver van
de brandkraan lag. Inmiddels was de brand
weer van Haamstede gealarmeerd, die spoe
dig ter plaatse was en met haar motorspuit
flink water gaf. Het mocht de spuit geluk-
ken de brand spoedig te bedwingen. Verzeke-
ring dekt de schade.
DE SCHATTEN VAN DE „LUTINE".
Het mooie weer van de laatste dagen zou
voor de schatgravers van de „Lutine" geschikt
zijn om met den duikerstoren, die op het wrak
geplaatst zal worden, waarna van binnen uit
het zand van het wrak zal worden wegge-
werkt, uit te varen.
Het is ons op dit oogenblik niet bekend, of
F. Beckers, de uitvihder van den toren, en de
bergingsmaatschappij er in geslaagd zjjn den
toren op het wrak te zetten. Intusschen
heeft Prof. J. A. van der Kloes in de ,,Groene
Amsterdammer" gewaarschuwd tegen dit ex
periment, dat naar zijn meening niet zonder
ongelukken kan afloopen.
Reeds eerder waarschuwde hij, in het jong-
ste nummer van genoemd weekblad herhaalt
hjj die waarschuwingechter in krasser be-
woordingen.
„Slechts enkelen, onder de vaklieden zoowel
als onder de leeken", zoo schrijft hij, „habben
het rechtte begrip omtrent drijfzand. Bij de
vaklieden is het geen verschil tusschen prac-
tijk en theorie. Gebrek aan begrip ten dezen
vindt men zoowel bij, aannemers en opzichters
als bjj mainnen van hoog-wetenschappelijke
opleiding. Meermalen heeft dat gebrek nood-
lottige gevolgen gehad. Dat het in weerwil
daanvan tot dusver standgehouden heeft, ligt
waarschijnljjk aan de heerschende schaamte
voor gemaakte fouten.
Na kennisneming van het plan van den heer
Fr. Beckers tot bemachtiging van den Lutine-
schat ibeschreef ik hem, dat dit plan m.i. tot
mislukking gedoemd is, althans in zjjn tegen-
woordigen vorm en dat hjj, na lezing van mjjn
onlangs verschenen verhandeling over ,,zand
en water in den aardbodem", waarschijnljjk
overtuigd zou zijn, dat de ruimte binnen zjjn
trechter niet droog te malen zal zijn wegens
het ontstaan van drijfzand; ik verklaarde mjj
tot gedaehtenwisseling bereid.
Hoewel niets met de zaak te maken heib-
bende, heb ik mij tot dit schrjjven verplicht
geacht, omdat er menschenlevens mede ge-
moeid kunnen zjjn. Met het oog op de heer
schende onwetendheid met betrekking tot
drijfzand heeft het mjj niet verbaasd er geen
antwoord op te ontvangen".
De schrijver zet dan uiteen hoe hij tot zijn
kennis op dit gebied gekomen is, hoe hij van
het begin dezer eeuw studie van drjjjfzand
heeft gemaakt, waanbjj hjj een aantal geval
len opsomt betreffende de vormen van voor-
komen van drijfzand en de gevolgen ervan.
Vervolgens schrjjft Prof. v. d. Kloes verder
over de nieuwe methode:
.Beckers meent de ruimte boven het wrak
te kunnen droogleggen en dan een oppervlak
te van ongeveer 110 vierkante meters ter be-
schikking te krjjgen, waarin een aantal arbei
ders kunnen bezig zjjn am het goud en zilver
ibloot te leggen, dat dan door een lift omhoog
zal worden gebracht.
Wat is nu te verwachten? De toren wordt,
aan de jukken op de pontons hangende, boven
het wrak gevaren enzachtkens op den zee-
bodem neergelaten, z66 dat hij telood daarop
komt te staan. Dan vangt men aan te pom-
pen, voorzichtig! want zoodra er een zeker
verschil in waterstand tusschen binnen en bui
ten bereikt is, begint er drijfzand te komen.
Kwaad zal het niet dadelijk doen, het zal het
zinken van den toren bevorderen en weldra
zal diens onderrand het wrak bereiken. Dan
wordt het meer en meer gevaarlijk. Van
droogleggen der binnenruimte kan geen
sprake zijjn, hoe harder er gepompt wordt, op
hoe grootere diepte het zand rondom het
wrak in beweging komt en het duurt niet
larig Of de toren valt omver met alien, die
erop staantenzjj het pompen snel genoeg
gestaakt wordt, dan zet het zand zich daar-
binnen weldra vast en de toren blijft scheef
overeind staan als gedenkteeken van de on
wetendheid en de onkunde der Nederlanders
van de 20e eeuw op het punt van drijfzand.
Dan is het wrak waarschijnljjk voor goed
onibereikbaar gemaakt en het in de zaak ge-
stoken kapitaal gaat denzelfden weg op als
zijn voorgangers.
V66r Beckers heeft waarschijnljjk niemand
eraan gedacht om de Noordzee boven het
wrak droog te leggen. Zjjn laatste voorgan
gers, van enkele jaren geleden, stonden er
beter voor. Als ik het wel begrepen heb, wil-
den zij het zand plaatselijjk wegspuiten en
tegelijkertijd toegrijpen naar hetgeen bloot
kwam. Dat leek niet gek, maar toen de grjj-
per het wrak te pakken "had, brak de ketting
en smoorde in het zand. Punt uit!
Al de vroegere gedeeltelijk gelukte pogin
gen om den schat der Lutine te bemachtigen,
berustten op het werk van de duikers in den
natte en dat is m.i. de eenige kans van slagen.
Mij gewerden uitknipsels Van een Bolswar-
der krant, bevattende een uitvoerig verhaal
van een aanval op de Lutine in de jaren 1885
'87. De schrijver, een oude Makkumer,
heeft als jongmaatje eraan deelgenomen. De
toenmalige goudzuchtigen meenden het wrak
bloot te kunnen spuiten en in den kuil duikers
aan het werk te zetten. Toen het onmoge-
lijk bleek den kuil open te houden lieten zjj
een ringdam van zandzakken rondom het
wrak zinken, maar ook dat liep op niets uit.
De tegenwoordige ondememing kan ook tot
niets anders dan teleurstelling leiden."
HET GROOTE HOUTVLOT UIT ZWEDEN
TE ZAANDAM AAN GEKOMEN.
Maandagmorgen is het groote voor Amster
damsche houthandelaren bestemde houtvlot,
dat 31 Maart 1.1. van Nordmaling in Zweden
in het Umeo-district is vertrokken, na een
voorspoedige, doch allerminst gemakkeljjke
reis behouaen te bestemder plaatse, de nieuwe
houthaven van Zaandam, en dus niet in de
hoofdstad, zooals oorspronkeljjjk in de bedoe
ling heeft gelegen, aangekomen. Van Nord
maling tot Brunsbuttel is het vlot gesleept
door de Zweedsche sleepboot „Prins Pema-
dotte", welke in laatstgenoemde haven assis-
tentie heeft gekregen van de Duitsche sleep-
boot „Heros", welke al sleepende de reis tot
IJmuiden heeft meegemaakt en daama weer
is temggekeerd, terwjjl van Umuiden tot
Zaandam een aantal sleepbooten van Goed-
koop assistentie heeft verleend.
Het vlot heeft een hoogte boven de water-
spiegel van 7 voet en daaronder 18 voet. Het
is 250 voet lang en 30 voet breed.
ZEVEN PERSONEN MET MOEITE GERED.
Te Maastricht is des nachts het pand in de
Groote Straat, waarin een manufacturen-zaak
van de N.V. Heda en bewoond door Max Salo
mon en familie, geheel uitgebrand. De brand
moet in den winkel zjjn ontstaan. Met moeite
heeft men man, vrouw en drie kinderen,
dienstbode en coupeuse kunnen redden. Het
vuur votid volop voedsel in den voorraad stof-
fen, meldt de „N. R. Crt." Men schijnt> geen
aansluiting met de telefoon gekregen te heb
ben, zoodat de brandweer, burgemeester en
politie per fiets gewaarschuwd moesten wor
den. Het pand, voorraad en inboedel waren
verzekerd.
KAPITEIN SCHMID DOOR ATJEHER
GEDOOD.
Aneta meldt uit Bandoeng aan de N. R. Ct.:
Een telegram uit Atjeh aan het legerbe-
stuur van 10 dezer meldt, dat de kapitein der
infanterie C. E. Schmid, te Lho Soekon, Maan-
dagochtend door een Atjehej op den open-
ibaren weg voor het kampement zeer emstig
werd gewond door een steek met een rent-
jong in de maagstreek.
De reden voor dezen aanslag is voorloopig
onbekend. Een onderzoek is terzake inge-
steld. De aanvaller werd neergelegd.
Later werd gemeld, dat kapitein Schmid. te
11.30 is overleden. De dader was een land-
schapskoelie.
De noodlottige aanslag, waarvan een Neder-
landsch officier in de kracht van zijn leven
nog geen 41 jaar oud het slachtoffer is
geworden, doet, schrjjft de N. R. Crt., naar de
uiterlijke omstandigheden denken aan de z.g.
„Atjeh-<moorden", waaraan eertijds zoovele
Europeanen ten offer zijn gevallen, de vaak
volkomen onverklaarbare aanslagen waarbij,
altijd voor den dader zelf van tevoren vrijwel
de zekerheid bestond dat ook hjj zelf het er
niet levend af zou brengen. Vooral kort na
de pacificatie van dit gewest trad het ver-
schijnsel vrij veelvuldig op, heel vaak in en bjj
kampementen, op spoorwegstations, markten,
ja in societeiten, en andere plaatsen, waar
veel menschen bijeen komen. Men schreef het
toe aan psychische ontwrichting, mede als ge
volg van den abnormalen toestand, welken de
jarenlange guerilla met de abnormale levens-
omstandigheden, die ze tengevolge had, bjj
geestelijk labiele naturen veroorzaakte. Er
ontwaakte dan, veelal onder den prikkel van
een of andere onaangename ervaring in het
persoonlijke leven, in zulk een daartoe voor-
beschikte, de lust om een ,,kafir" (ongeloo-
vige) te dooden en hiermede het paradjjs te
verdienen. Bjj de aanslagen, onder die om
standigheden gepleegd, nam de dader dan
ook geen enkelen voorzorgsmaatregel voor
zichzelf en deed geen poging om te ontvluch-
ten. De laatste jaren komen dergeljjke
„Atjeh-moorden" steeds sporadischer voor.
Nader zal natuurlijk moeten blijken of inder
daad ook hier aan een dergelijk geval mofet
worden gedacht.
De heer C. E. Schmid is op 13 December
1892 te Soerabaja geboren. Hjj werd in 1913
tot tweede-luitenant der infanterie benoemd
en het volgende jaar naar Indie uitgezonden.
In 1916 werd hij tot le luitenant benoemd en
in 1927 tot kapitein. In 1929 werd hjj, na bij
verscheidene bataljons gediend te hebben, in
Atjeh geplaatst, waar hij overging bjj het
wapen der marechaussee.
De plaats Lho Soekon, waar het drama zich
afspeelde, ligt op de Noordkust van Atjeh en
behoort tot de politiek rustige gebieden.
MISHANDELING VAN EEN
ARMENBEZOEKER.
Maandagmorgen heeft een aantal mannen
op den hoek van de Havenstraat en de Lage
Djjkstraat te Rotterdam een armenbeizoeker
van den dienst voor Maatschappelijjk Hulp-
ibetoon opgewacht en hem mishandeld. De
politie stelt een onderzoek in.
IN HET WATER GEVALLEN.
De 55-jarige H. J. van Abcoude, gewoond
hebbend Zwaanhals 133 te Rotterdam, die
Zondag j.l. met eenige familie-leden in een
boot op de Bergsche plassen een tocht heeft
gedaan en ibjj het omslaan van de boot te
water is geraakt, is aan de gevolgen daarvan
overleden.
TORNADO EN WOLtKBREUKEN
TEISTERJEN DE VEREENIGDE STATEN.
In het Zuiden van de Vereenigde Staten
heeft weder een tornado gewoed, waardoor