ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. De Vier AKKER.CACHETS Eerste Blad. Geven zaliger dan ontvangen? No. 8992 VRIJDAG 19 MEI 1933 73e Jaargang. FEUILLETO N AANBESTEDING GENTSCHE AUT0SCH00L M Het sloopen van het oude Raadhuis, de Arbeidsbeurs en het WOON- en WINKELHUIS, thans bewoond door den heer Klein. "AKKERTJES" nvPRTPNTTSN Van 1 tot 4 rebels /0.8G Voor elken regel ABONNEMENTSPRIJSBtnnen Ter Neuzen 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr. per post 1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar Voor Belgie en Amerika 2,overige lan den 2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Ultgeefster: Flnna P. J- VAN DE SANDE. GIRO 38150 TELEFOON No. 25. ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer f 0,20. KLEINE ADVERTENTI6N per 5 regels 50 cent bfl vooruitbetaling. Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Intending van advertentien liefst den dag voor de ultgave. DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. DIENSTPLICHT. Onderzoek van verlofgangers. De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, dat het onderzoek van verlofgangers, bedoeld in art. 41, derde lid, der Dienstplicht- wet, voor deze gemeente zal worden gehouden te Ter Neuzen, in de voormaldge school A op het SchcsolpJein op Donderdag 15 Junl 1933, des voormiddaig vanaf 9,30 nur. Wle bjj het onderzoek moeten verschijnen. Ann het onderzoek moeten deelnemen de tot de landmacht behoorende groot-verlof- gangers, ingelrjfd voor een der lichtingon 1921 en 1924. Zjj, die voor een dezer lichtlngen zijn inge- Iflfd, maar ten gevolge van ultstel of om een andere reden de eerste oefening te gelijk met •en latere lichting hebben volbracht, moeten zich niettemin aan het onderzoek onderwer- pen, voor zoover zij althans niet behooren tot hen, die daarvan zijn vrvr'igesteld. Aan het onderzoek moeten ook deelnemen de dienstplichtigen van de genoemde lichtin- gen, die een vrijwillige verbintenis hebben aangegaan a. als verzorger hij den rijkspostduiven- dlenst; b. als hoefsmid bij de infanterie; 0. in venband met de erkende gewetens- beeiwaren. Wie niet bij het onderzoek behoeven te verschijnen. Aan het onderzoek nemen niet deel zij: a. die hun eerste oefening nog niet heb ben volbracht; b. die in dit jaar, v66r den voor het onder zoek bepaaiden dag, in werkelijken dienst zijn geweest uit anderen hoofde dan voor straf; c. die bestemd zijn om In dit jaar voor herhalingsoefeningen in werkelijken dienst te komen ij. die elders wonen dan in Nederland; e. die zich buitenslands bevinden ter uit- oefening van de zeevaart (hieronder niet be- grepen de zeevisscherij) f. die de binnenvaart uitoefenen op andere landen en zich voor dit doel in een dier lan- den ophouden; g. die ingevolge de geldende bepalingen geheel zijn vrijgesteld van opkomst in werke lijken dienst in geval van oorlog, oorlogs- gevaar of andere buitengewone omstandig- heden; h. die als vrijwilliger behooren tot een der vr^iwillige landstormkorpsen Motordienst, Vaartuigendienst of Spoorwegdienst; 1. die na hun ontslag als reserve-officier in de hoedanigheid van gewoon dienstplichtige tot het leger zijn blijven behooren. Wijze van verschjjiUng. De verlofganger moet bjj dit onderzoek ver schijnen in uniform gekleed en bovendien voorzien van de overige tot zijn uitrusting be hoorende goederen, voor zoover deze hem zijn uitgereikt of door hemzelf zijn aangeschaft. Hij moet bij het onderzoek rijksschoenen dra- gen, indien hem zoodanige schoenea bij vertrek met groot verlof zijn medegegeven. Onderworpenheid aan bevelen. De verlofganger staat niet alleen gedurende den tijd, dien het onderzoek duurt, maar ook zoolang hij ter gelegenheid van het onderzoek in uniform gekleed is, onder de bevelen van door FRANCIS BEEDING (Nadruk verboden.) 37) (Vervolg.) Voorzichtig slopen we op omze liimen schoe- nen over het rulge gras van het opea terrain en vandaar beklommen we de drie breede maar niet hooge terrassen, met hun vele beel- den en statige geschoren-haag rechthoeken, tot we op de bovenste stonden, geen zes meter van de plek af, waar onize klimpartij zou be- gtnnen. Daar bonden we ons, zooals we be- sloten hadden, met het bewuste touw aan dkaar vast, maar z6o, dat zich tusschen Granby en mrj een stuk van een meter of vjjftig bevond. Ik was de Ibeste klimmer jaren in Zwitserland hadden me de noodige routine gegeven en dus ging ik voomit, met het overblijvende touw in een rol over mijn sohouder. Als wp maar eerst op de kroonlijst boven de openslaande deuren van de verdie- ping geiijikvloerscih stonden, was het verder eenvoudig genoeg. Maar om daar te komen moest ik op Granby's rug klimmen en een sprong wagen. Het lukte! Maar ik kreeg de lrjst met niet meer dan de toppen van mijn vingers te pakken en daar hing ik! Onmach- tig om me op te trekken en zoekend met mijn Toetan naar steun. Dien vond ik het uit- einde van een jalouizie van het raam emaast. Na nog e<ven ploeteren had ik men linkerknie •ver de ljjst en binnen de halve mimiut stond de autoriteit, die het onderzoek houdt, zoodat, Indien hij ongeregeldheden pleegt of zich aan een strafbaar feit schuldig maakt, hetajj' op weg naar de piaats van onderzoek, hetzjj ge durende het onderzoek of bij het naar huis terugkeeren, hij te dier zake kan worden gestraft volgens het Wetboek van Milltair Strafrecht en de Wet op de Krjjgstucht. Nalatigheid. Een streng of een licht arrest van ten hoogste zes dagen kan worden opgelegd aan den verlofganger, die zonder geldige reden niet bij het onderzoek verschijnt of, daarbij verschenen zijnde, zonder geldige reden niet aan zijn hierboven omschreven verplichtingen voldoet. Onverminderd deze straf, kan de verlof ganger, die zich schuldig maakt aan een der bedoelde feiten of wiens goederen bij het on derzoek bljjken niet in den vereischten staat te verkeeren, worden verplicht om op een nader te bepalen tijd en piaats te verschijnen of opnieuw te verschijnen tot het ondergaan van een onderzoek. De verlofganger, die, opgeroepen voor laatstbedoeld onderzoek, daarbij zonder gel dige reden niet verschijnt of daarbij in ander opzicht zijn verplichtingen niet nakomt, kan in werkelijken dienst worden geroepen voor den tijd van ten hoogste twee maanden. Verhindering. Ingeval ziekte of gebreken de deelneming aan het onderzoek mochten verhinderen, dient daarvan zoodra mogelijk een geneeskundige verklaring ter gemeente-secretarie te worden overgelegd. Deze verklaring kan op gezegeld papier worden gesteld. De handteekening van den geneeskundige behoort gelegaliseerd te zijn door den Burgemeester van de gemeente, waar de geneeskundige woont. De verlofganger, die wegens ziekte of om een andere reden in de onmogelijkheid ver- keert om bij het onderzoek te verschijnen, dan wel wegens woonplaatsverandering niet is opgeroepen, wordt door den Indeelings> districtscommandant verplicht het onderzoek in October of November te ondergaan. Verschijning op anderen tijd of op andero piaats. Aan den verlofganger kan op zijn verzoek door den Indeelingsdistrictscommandant wor den vergund, het onderzoek op een anderen dag, op een andere piaats binnen het district of in een ander district te ondergaan. Het verzoekschrift, waarin de reden duidelijk moet worden omschreven, moet tijdig en gefran- keerd worden toegezonden. Maakt een ver lofganger, aan wien een dergelijke vergunning is verleend, daarvan niet nauwkeurig gebruik, dan wordt de vergunning geacht te zijn ver- vallen. Wenscht de verlofganger uitstel van het onderzoek tot October of November, dan kan hjj ook daartoe het verzoek doen aan den In deelingsdistrictscommandant. Relskosten. Kan de verlofganger niet zonder het doen van uitgaven voor de reis aan zijn verplich tingen voldoan, doordat hij verblijf houdt in een piaats, van waar h'rji de piaats van onder zoek niet zonder het passeeren van een veer, brag of tol kan bereiken, dan kan hij van den Burgemeester zijner verblijfplaats een pas- sagebiljet ontvangen voor de been- en voor de terugreis. Moet de verlofganger, die in dit geval ver- keert, gedurende de reis ovemachten, dan kan hij voor rijksrekening door middel van inkwar- tiering huisvesting en voeding genieten. Ter Neuzen, 17 Mei 1933. De Burgemeester voomoemd, J. HUIZINGA. DIENSTPLICHT. Uitspraak inzake vrijstelling. ik met mijn ra gtegen den muur en mijn voe- ten in de lendenen van een dikken cherubijn, die zich lachend over de kroonlijst van den uitbouw heenboog. Met zoo'n stevigen steun voor mijn voeten, kostte het me weinig krachtsinspanning om Granlby omhoog te trekken. Geen drie minu- ten, nadat ik veilig en wel boven aangeland was, stond hij naast me. Daarna kropen we, met ons gezicht naar den muur en met uitge- spreide armen en beenen dit laatste om af- glijden te voorkomen tegen dm scbuinen kant van den uitbouw op en kwamen z66 bij de ramen van de tweede verdieping. Het traliewerk maakte daar het klimmen makke- lijk, maar toch moesten we uiterst voorzichtig te werk gaan, want de kamers achter de ramen kcn-den weleens niet leeg zijn. Ze waren echter, zonder een uitzondering, donker en dus waren waarschijnlfik maar enkele kamers van het kasteel bewoond. Na een minuut of vijf stonden we recht onder het balkon. Als ik omhoog keek, zag ik tegen de met sterren bezaaide lucht, een meter of -vier boven mijn hoofd, het donkere silhouet. We toleven even stilstaan, om op adem te komen. Granby maakte van de gelegenheid gebruik en keek op zijn horloge. „Tien voor half een!" zei hij. „Nog maar tien minuten!" Nu begcn het moeilijkste gedeelte van onze taak. Granby moest blijven, waar hij was: schuin voor het raam onder het balkon, en ik moes trachten het volgen.de raam te bereiken. Dat was niet bepaald een prettig karweitje, want de beide ramen waren gesoheiden door een gevellijst van niet meer dan een decimeter breed-toen die lijst vormde den eenigen weg om bij het volgende raam te komen. Het was echter a'bsoluut noodig, om den overtocht te wagen, want alleen als ik schuin onder het -bewuste balkon stond ken ik het touw e66 over de leuning gooien, dat Granby het andere einde kon pakken. Die tocht was niet bepaald een pretje. Ik heb niet bet minste bezwaar De Burgemeester van TER NEUZEN, brengt ter algemeene kennis, dat eenige uitspraken op aanvragen, om vrijstelling van den Dienst- plioht, ter Secretarie dezer gemeente, voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd. Tegen deze uitspraak kan binnen tien dagen na den dag van deze bekendmaking in beroep worden gekomen: a. door den ingeschrevene wien de uitspraak geldt of door diens wettigen vertegen- woordiger; b. door elk der overige voor deze gemeente voor dezelfde lichting ingeschreven per- sonen of door hunne wettige vertegen- woordigers. Het verzoekschrift moet met redenen om- kleed zijn. Het behoeft niet gezegeld te zijn. Het moet worden gericht aan de Koningin, doch worden ingediend bij den Burgemeester, ter Secretarie dezer gemeente. De Burgemeester zorgt voor de doorzending. Ter Neuzen, den 16 Mei 1933. De Burgemeester voomoemd, ,T. HUIZINGA. HINDER WET. Burgemeester en Wethcuders van TER NEUZEN, brengen ter openbare kennis, dat ter Gemeente-secretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van de N.V. DE BA- TAAFSCHE PETROLEUM MAATSCHAPPIJ te 's-Gravenhage om vergunning tot het uit- breiden van de benzi-ne-icatallatie door het bijplaatsen van een Hardoli en het leggen van een 6000 L. tank, op het perceel kadastraal bekend in Sectie K, No. 315 (Wij-k P 43a). Op Diasdag den 30 Mei a..;, des namiddags te drie uur, zal in het Gemee tehuis gelegenheid bestaan om bezwaren teger. d-e inwilligjng van dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichtfi. Zoowel de verzoeker, ais zij die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen, voor het bovengemelde tijdstip, ter Secreetarie der gemeente kennis nemen van de ter zake inge- komen schrifturcn. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande juris prudence niet tot beroep gerechtigd zijn, zij die niet overeenkomstig artikel 7 der Hinder- wet op den boven bepaaiden dag voor het Ge- meentebestuur zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Ter Neuzeo, 16 Mei 1933. Buregmeester en Wethouders voomoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEYIJLLE, Secretaris. HINDER WET. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, brengen ter openbare kennis, dat ter Gomeente-Secretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van de SINCLAIR PE TROLEUM COMPANY te 's Gravenhage, om om in de bergen iets dergel'.iks te doen, als ik deel uitmaak van een -gezelschap van drie of vier toeristen en een stevigen, ervaren gids bij me heb ook al kij-k je, bjj elken stap, tussohen je beenen door, in een afgrond van eenige duizenden meters diepte. Maar een klimpartij als dht, 's naohts, en dan langs den muur van een huis, een tien meter boven den beganen -grand, was iets. heel anders en ik moet eerlijk bekennen, dat ik verlicht adem haalde, toen ik de roestige tralies van het vol gende raam in mijn handen voelde. Van dat oogenblik af ging alles van een leien dakje. Ik stak mijn voeten door de tralies, omklemde de spijlen met mijn beenen z66, dat ik mijn beide handca vrij had en gooide! En ja, na een of twee vergeefsche pogingen vloog de lus over den rand van het balkon. Ik merkte, dat het touw strak aan-getrokken werd daar na voelde ik driemaal achtereen een rakje Dat beteekende, dat Granby zi";'n uiteinde aan de spijlen vastgemaakt had. Ik greep het touw stevig beet, liet me, met een schietgebedje dat Granby's knoop mocht houden, los en begon te klimmen. Ik zwaai-d-e als de slinger van een klok door de warme naohtludht, maar de knoop hield en binnen den tjjd dien iemand noodig heeft om tot honderd Jte tellen stond ik op het bewuste balkon. Vlug maakte ik het touw aan de steenen balustrade, die er nogal stevig uitzag, vast en liet het tweede uiteinde eveneens zak- ken. Ik hoefde niet lang te wachten; in een ommezien stond Granby naast me. Samen gingen we naar de ramen ik een en al aandacht Granby al t as tend in zijn zak naar de lijm en den glassnijider. Een be- werking daarmee was echter overbodig de ramen stonden open. Maar daarachter waren de gordijnen stijf dichtgetrokken, zoodat we niet in de kamer kenden zien. Heel voorzich tig, centimeter bij centimeter, schoof Granby ze op zij. De kamer was donker. Granby greep in zijn za.k. Het volgende oogenblik doorpriemde de lichtbundel van een kleine, maar heel sterke electrische lantaren de duis- vergunning tot het oprichten van een onder- g-rondsche benzine-bewaarplaats met aftap- inrichting op het perceel kadastraal bekend in Sectie L No. 1615 en gelegen an de Grenu- laan No. 48. Op Dinsdag den 30 Mei a.s., des namiddags te drie uur, zal in het Gemeentehuis gelegenheid bestaan am bezwaren tegen de inwilliging van dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schrifteUk toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zij die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen, voor het bovengemelde tijdstip, ter Secretarie der gemeente kennis nemen van de ter zake inge- komen schrifturen. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande juris prudence niet tot beroep gerechtigd zijn, zij die niet overeenkomstig artikel 7 der Hinder- wet op den boven bepaaiden dag voor het Ge- meentebestuur zijn verschenen teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. Ter Neuzen, 16 Mei 1933. Burgemeester en Wethouders voomoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEYIJLLE, Secretaris. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, maken bekend, dat het verzoek van R. DE KOCK, slager te Hontenisse, om op het perceel kadastraal bekend gemeente Ter Neuzen, Sectie G, no. 1915 een varkens- slagerjj te mogen oprichten, door hen is inge- willigd. Ter Neuzen, den 16 Mei 1933. Burgemeester en Wethouders voomoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJJLE, Secretaris. Burgemeester on Wethouders van SAS VAN GENT zullen op Woensdag 24 Mei a.s., n.m. 2 uur, in de Raadzaal in het openbaar aan- besteden: Aanwijs ter plaatse op Maandag 22 Mei, n.m. 2 uur. Bestekken verkrijgbaar ter Secretarie tegen betaling van f 0,50 vanaf Zaterdag 20 Mei. Sas van Gent, 18 Mei 1933. L. W. G. HOEFNAGELS, Burgemeester. F. P. J. STUBBE, Secretaris. Dat staat in den bijbel, maar zou het nu werkelijk wel waar zijn? Het is een woord, een spreuk, die wel eens wordt gebezigd, en m-isschien nog wel het meeste door menschen, die er eigenlijk niets van gelooven, en die dit dan ook alleen zeg- gen met snijdend sarcasme, met een zuren glimlach, of met een groote dosis bitter- temis; als eea kleine gele cirkel gleed het over den tegenovergestelden wan-d. Zonder leven te maken was ik al over de vensterbank heengestapt; sohrijlings zat ik op het gladde hout. Granby tuurdp de kamer in. „Naar de deur, John", fluisterde hi'ji, ,,draai het li-cht op." Met sen -ging hij, iets luider, tegen de duistemis in de kamer voort: „Maak u niet ang-stig, Miss Hazelrig. Wij zijn het Granby en Baxter. Maak geen lerven as-tublieft." Geen antwoord! Ik was al op weg naar de deur, tastend ging ik, voetje voor voetje, de kamer door. Daar voelde ik den muur, het licht van Granby's lantaren vetrlichtte den bruinen hout-rechth-oek met een zwarten schakelaar emaast. Ik draaide hem om. Een zacht schijnsel, afkomstig uit een albasten sohaal oven onder de zoldering, verlichtte bet ver trek. „Leeg!" constateerden we, bijna gelijktijdig In den versten hoek stond een zwart bed, met koperen knoppen, die kil gl-ommen. De kamer was leeg, maar het bed was beslapen de dekens waren teraggeslagen en de lakens waren gekreukeld. Granby s-choot erop af en legde zjjn hand op het laken vlak onder het kussen. „N-og warm!" zei hij. „Weet je zeke-r, dat dit de kamer is?" vroeg ik fluisteread. Hij wees naar het raam. Ja, daar hing de bewuste witzij-den sjaal, het langste gedeelte op den vloer en een kleine punt buiten de vensterbank. Ope-ens hief Granby waarschuwend z:n hand op. „Luister!" beval hij. Vlug gingcQ we naar het raam. Het was een prachtige nacht ge-en blad ritselde en het kasteel, zooals het daar stond, s-til en don ker op de open ple-k in het bosch, een paar kilometer buiten. het dorp leek een ver- laten bouwwerk, een overblijfsel uit vnoegere eeuwen. Maar schuin onder oas, brj den oprit, Nederlandsch Product en niet in de gelegenheid naar den tandarts te gaan, dan zullen een of twee "AKKERTJES" U den wel- doenden rust geven, waar- naar U zoozeer verlangt. Zorg U er dus voor steeds "AKKERTJES" in huis te hebben. Ze komen allijd van. pas bij Hoofdpijn, Migraine, Zenuwpijnen, 'n Kou, enz. Per 12 stuks slechts 50 cent- Gebruikt dus voortaan uitsluitend: Volgens recept van Apotheker Dumont (Inge®. Med.) heid, waar dan dus niets achter zit dan dit eene: men meent er niets van, maar men zegt het alleen nog maar voor „de aardig- heid". Zou het ook geen dwaasheid zijn, dat geven zaliger is dan ontvangen? Geven is wel eens aangenaam, geven moet zeker wel eens genoegelijk zijn. Dan te kunnen geven met voile hand en terwijl de eigen handen en zakken ook nog genoegzaam gevuld blijven), zoo als heeren, rijke heeren in verhalen van voor 40, 50 jaren, die maar zoo aanstonds een cheque-boekje voor den dag haalden, en dan een fabel- achtige som ter beschikking stelden voor ik weet niet wat voor goed doel. Wat moet het fijn zijn om te kunnen geven aan armen en berooiden, aan slecht-gekleeden en menschen, die geen werk en dus abso luut geen verdienste hebben, wat een genot om eens menschen bij een bijzon- dere gelegenheid blij te kunnen maken met een pakket levensmiddelen, of met kleeren, en dan vooral: menschen, die er niet op hadden gerekend, die geen vaste klantjes zijn, en die misschien in t geheel geen pretenties hebben, lieden wellicht, die door niemand worden opgemerkt of bedacht. Dat kan wel eens heerlijk en goed zijn, zeker, maar stel daar nu tegenover: de zaligheid van het ontvangen. Is ontvan gen niet nog veel aangenamer? Is het er ons alien niet om te doen om te krijgen, om binnen te krijgen, volop? Is daarop niet de samenleving, de heele samen- leving ingesteld en opgebouwd? Neen die drijfveer, dat motief en doel weg, wat blij ft er dan nog over? Waarvoor doen de menschen zaken, als het niet is om te BESTUURDER: R. MORTIER Lange Meire, 2 (Kouter) Gent Telefoon: 19393 Dag-, avond-, Zondaglessen, gekend voor degelijk en voll. onderricht. Zondagleer- gang te Selzaete: Zaal Gaumont, MarkC (Ingez. Med.) I zagen we licht. En even later hoorden we een stem, die zei: „Hier is uw dochter, Mr. Hazelrig-" Ik voelde Granby's vingers om mijn arm ,,Frau Schindler!" fluisterde hij me toe. Meteen duwde hij het raam open, stapte' naar buiten en boo-g zich over de balustrade. Ik volgde zijn voorbeelid; samen keken we naar beneden. In het lichtschijnsel, dat blijikbaajr door de open huisdeur naar buiten viel, zagen we ongeveer de helft van de Cadillac. Manue; zat achter het stuur, Jose hielp Julia Hazel- rig instappen en boog zich door het portier naar binnen om de bonten plaid, die Mr. Hazel- rig over de knieen van zijn dochter gelegd had, stevig in te stoppen. In het helle schijn sel waren de gezichten van de iuizittenden duideli'ik te zien. Frau Schin-dler, een slanke figuur in de nauwsluitende kleeren, die ze al- tij-d dro-eg, stond op een van de onderste tre- den van de stoep in een houding, of ze af- seheid nam van gasten, die haar bijzonder welk-om geweest waren. Op eens werd de nach- telij-ke stilte door den claxon rauw vaneenge- scheurd. Even later hoorden we Hazelrig Manuel een reprimande ge-veo over zijn non chalance een goed chauffeur behddrde niet met zijn elleboog den claxonknop aan te raken. en zoo iedereen te doen schrikken! Meteen daarop liet de chauffeur de koppe-ling op- komea de auto zette zich in beweging en gleed -den lichtbundel uit. Ik kee-rde me naar Granby en keek hem vragend aan. „Wat heeft dat te heteekenen?" vroeg ik. ,,Ik begrijp er niets van John," was zijn antwoord. ,,Maar Hazelrig's dreigementen hebben blijkbaar de gewenschte uitwerkiag gehad." ,,En wat nu?" vroeg ik fluisterend. Op hetzelfde oogenblik kreeg ik van Granby een stomp in mijn zij. Ik d-raaide me om. De deur van de kamer ging langzaam open. (Wordt vervolgidA

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1933 | | pagina 1