Is s 'S °°2 •5 m 5 "S5 g» 2 .5 g S ■a O Q tt m u o 5 SSs n.SJ-1 iSSSoja: ■a E >S oo See 1. d. I. voor het openbaar gewoon lager wijs: a. kosten van het instandhouden van schoolgebouwen alsmede van terreinen voor het onder wijs in lichamelijke oefening b. onderhouden van schoolmeubel. c. aanschaffen en onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en sehoolbehoeften verliehting, verwarming en schoonhouden van schoolgebou wen brandwaarborg kosten van schoolbibliotheken advert entiekosten gedeelte der jaarwedden van de vaste werklieden voor het verrichten van werkzaam- heden ten behoeve van het on- derhoud der schoolgebouwen administratiekosten ad 0,50 per leerling reiskosten portokosten onder- 257,17 187,63 e. f. S- h. 1. j- k. 1.880,25 .485,45 14,31 133,05 46,— 200,— 251,13 38,90 11,68 II. voor onderwijs Totaal 5.505,57 het openbaar uitgebreid lager b. c. d. e. 1. kosten van instandhouding van schoolgebouwen alsmede van terreinen voor het onderwijs in lichamelijke oefeningen onderhoud schoolmeubelen verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolge bouwen brandwaarborg advertentiekosten gedeelten der jaarwedden van de vaste werklieden voor het verrichten van werkzaamheden ten behoeve van het onderhoud der schoolgebouwen administratiekosten ad 0,50 .per leerling aanschaffen en onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en sehoolbehoeften 160,79 4,56 423,67 20,36 3.40 50,— 31,25 973,54 Totaal 1667,57 dat gedurende 1930 op de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs gemiddeld hebben schoolgegaan 502,25 leerling en op de open- bare school voor uitgebreid lager onderwijs 62,50 leerling; besluit: het gemiddelde bedrag per leerling der open- bare scholen voor gewoon lager onderwijs over 1930 terzake van de kosten bedoeld bij artikel 55 der lager onderwijswet 1920 onder de letters e tot en met h en o, alsmede die van instand houding te bepalen op 5505,57 502,25 is 10,96 en dat der openbare school voor uitge breid lager onderwijs op 1667,57 62,50 is f 26,68. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 9. Vaststelling der gemeentelijke vergoe- ding bedoeld in art. 101 der L. O. wet 1920 voor de bijzondere scholen, over 1930. Bungemeester en wethouders stellen voor, het volgende besluit te nemen: De gemeenteraad van Ter Neuzen, Gezien zijn besluit van heden, waarbij inge volge artikel 15 van hiet koninklijk besluit van 4 September 1923, staatsblad no. 432 het ge middelde bedrag per leerling ter zake van de kosten bedoeld bij antikel 55 der lager onder wijswet 1920 onder e tot en met h en o, als mede die van instandhouding voor de open- bare scholen voor gewoon lager onderwijs is bepaald op f 10,96 en voor de openbare school voor uitgebreid lager onderwijs op 26,68; overwegende dat het aantal ileerlingen vol- gens de maatstaf van artikel 28 zesde lid dier wet over 1930 der volgende scholen bedroeg: school voor gewoon lager onderwijs der vereeniging voor Chr. Onderwijs (school in de Jozinastraat221 alsvoren der vereeniging voor Chr. onder wijs te Driewegen 104 alsvoren der vereeniging voor Chr. onderwijs te Sluiskil 62; alsvoren der vereeniging voor Chr. Volks onderwijs 257; alsvoren van het R.K. Kerkbestuur St. Wil- librord 178%; alsvoren der stiehting R.K. Verpleging en Opvoeding 168 school voor U.L.O. der vereeniging voor Chr. onderwijs (school aan de Grenulaan) 45% voor de U.L.O. school van het R.K. Kerk bestuur St. Willibrord 36%; besluit: A. Het bedrag der vergoeding bedoeld bij artikel 101 der lager onderwijswet 1920 over 1930 voor de volgende scholen vast te stellen op: 1. voor de school voor gewoon lager onder wijs der vereeniging voor Chr. onderwijs (school aan de Jozinastraat) 221% X 10,96 is 2430,38; 2. alsvoren der vereeniging voor Chr. on derwijs te Driewegen 104% X 10,96 is 1148,06; 3. alsvoren der vereeniging voor Chr. on derwijs te Sluiskil 62 X 10,96 is 679,52; 4. alsvoren der vereeniging voor Chr. Volksonderwijs 257 X 10,96 is 2816,72; 5. alsvoren van het R.K. Kerkbestuur St. Willibrord 178% X 10,96 is 2816,36; 6. alsvoren der stiehting R.K. Verpleging en Opvoeding 168% X 10,96 is 1844,02; 7. school voor U.L.O. der vereeniging voor Chr. onderwijs (school aan de Grenulaan 45% X 26,68 is 1213,94; 8. voor de U.L.O. school van het R.K. Kerkbestuur St. Willibrord 36% X 26,68 is 973,82. B. Het verschil met hetgeen over 1930 als voorschot op die vergoeding is uitgekeerd aan de vereeniging voor Christelijk Volksonderwijs ad f 724,42 alsnog uit te keeren, aangezien met deze vereeniging geen driejarig tijdvak moet worden afgerekend. Met algemeene stemmen wordt aldus be- slotem. 10. Vaststelling der gemeentelijke vergoe ding bedoeld in art. 101, achtste lid der L. O. wet 1920, voor de bijzondere scholen over de jaren 1928 tot en met 1930. Burgemeester en wethouders stiellen voor, het volgende besluit te nemen: De gemeenteraad van Ter Neuzen, Overwegende dat is vastgesteld de vergoe ding bedoeld bij artikel 101 der lager onder wijswet 1920 voor de in deze gemeente ge- vestigde bijzondere scholen over de jaren 1928, 1929 en 1930; dat deze vergoeding ingevolge het bepaalde bij artikel 101, achtste lid der lager onderwijs wet 1920 om de drie jaren moet worden ver- minderd tot het bedrag, hetwelk noodig is tot goedmaking van de over dat tijdvak ten behoeve der bijzondere scholen werkelijk ge- maakte kosten; dat blijkens de door de schoolbesturen over- gelegde bescheiden tot staving van de over dat tijdvak gedane uitgaven, de kosten ge- noemd in artikel 55, onder e tot en met h en o, alsmede die van instandhouding hebben be dragen van de bijzondere laigere school in de Jozina straat 6183,79% van de bijzondere lagere school te Drie wegen 3765,07%; van de bijzondere lagere school te Sluiskil 2573,91; van de R.K. lagere school in de kom 5625,48; van de R.K. lagere school te Sluiskil 5485,47% van de bijzondere school voor U.L.O. aan de Grenulaan 3184,89; van de R.K. school voor U.L.O. in de kom 3851,76; dat het bedrag van de bijzondere lagere school te Driewegen is verminderd met een bedrag van f 94,32 wegens a. het ontbreken van eene kwitantie der op 8 Mei 1928 betaalde con- tributie aan de districts sehool- raad b. het ontbreken van een nota bij de kwitantie groot 23,97 op 30 Maart 1929 aan den uitgever N. Samson voldaan c. het ontbreken van een nota bij de kwitantie groot 63,85 op 1 November 1930 voldaan aan Ke- mink Zn d. het ontbreken van een girobiljet bij de nota op 30 Mei 1929 vol daan aan de „Kleine Kas" we gens gelevende paHestina kaarten 1,50 23,97 63,85 5,- 94,32 dat heit bedrag van de R.K. lagere school in de Kom is verminderd met een bedrag van 85,74, wegens: a. het ontbreken van de nota bij de kwitantie groot /3,55 op 19 Juli 1928 aan het St. Gregoriushuis voldaan b. te hoog opgetelde rekening van den heer Schuurs te Sas van Gent c. het niet kwiteeren van de reke ning van den heer Roovers d.d. 30 Juni 1929 d. het ontbreken van nota's bij de volgende kwitanties: 8 Aug. 1929 R.K. Boekcentrale 1,90; 5 Sept. 1929 Romen te Roermond /4,15; 5 Aug. 1929 Schuurs te Sas van Gent 8; 4 Oct. 1929 van Alphen te Ginneken /2,68; 8 Nov. 1929 Groote Genootschap Maarssen 1,443 Dec. 1929 Boek Centrale 2,10 e. kosten van toezicht op de gebou- wen door Pastoor Binck f. het ontbreken van de nota bij de rekening d.d. 24 April 1930 aan de N.V. Boek Centrale g. het ontbreken van het bank- Ibriefje behoorende bij de nota van N. Samson d.d. 31 December 1930 3,55 1,18 6,07 20,27 50,- 2,30 2,37 85,74 dat het bedrag der R.K. lagere school te Sluiskil is verminderd met een bedrag van 0,10 wegens te hoog berekende rekening St. Gregoriushuis te Utrecht d.d. 18 Februari 1930; dat het bedrag der R. K. school voor U.L.O. in de kom is verminderd met een bedrag van 46,84 wegens: a. het ontbreken van de nota bij de volgende kwitanties: 31 Maart 1928, N. Samson f 1,55, 30 Juni 1928 Malmberg /8,48; 24 Sept. 1928 N. Samson 7,56 17,59 b. kosten van toezicht op de gebou- wen door pastoor Binck over 1928 25, tweemaal in rekening gebrachte zegelkosten op de rekening van den heer Schuurs te Sas van Gent d.d. 19 Aug. 1928 0,10 het ontbreken van de nota en kwitantei ten name van Boer- booms d.d. 29 Juli 1929 4,15 f 46,84 dat over de jaren 1928 tot en met 1930 door de schoolbesturen van de gemeente is ontvan- gen wegens vergoeding over 1928 en 1929 en voorschot voor 1930: door de bijzondere lagere school in de Jo zinastraat 6.380,84; door de bijzondere lagere school te Drie wegen 2.817,24; door de bijzondere lagere school te Sluiskil 1.792,57; door de R. K. lagere school in de kom 5.128,69; door de R. K. lagere school te Sluiskil f 4.219,51 door de bijzondere U.L.O. school aan de Grenulaan 2.112,28; door de R. K. U.L.O. school in de kom 2.679,20; dat over de jaren 1928 tot en met 1930 de schoolbesturen ingevolge artikel 101 der lager onderwijiswet 1920 recht hebben op het bedrag achter ieders naam vermeld, voorzoover de werkelijk gemaakte uitgaven niet minder be- dragen; de bijzondere lagere school in de Jozina straat f 6.823,22; de bijzondere lagere school te Driewegen 3.093,30; de bijzondere lagere school te Sluiskil 1.920,09; de R. K. lagere school in de kom 5.525,05; de R. K. lagere school te Sluiskil 4.747,53; de bijzondere U.L.O. school aan de Grenu laan f 2.662,22; de R. K. U.L.O. school in de kom 2.945,02; gelet op artikel 101 achtste lid der lager onderwijswet 1920; besluit: a. Met inachtneming van bovengenoemde bedragen de vergoeding bedoeld bij artikel 101 der lager onderwijswet 1920 voor de volgende scholen over het tijdvak 1928 tot en met 1930 vast te stellen op het bedrag achter ieders naam vermeld: voor de bijzondere lagere school in de Jozi nastraat 6.183,79%; voor de bijzondere lagere school te Driewe gen 3.093,30; voor de bijzondere lagere school te Sluiskil 1.920,09; voor de R. K. lagere school in de kom 5.525,05; voor de R. K. lagere school te Sluiskil 4.747,53; voor de bijzondere U.L.O. school aan de Grenulaan 2.662,22; voor de R. K. U.L.O. school in de kom 2.945,02; b. Het verschil met hetgeen over 1928 tot en met 1930 als vergoeding en als voorschot op die vergoeding is uitgekeerd, of in te hou- den op het voorschot voor 1933 of alsnog uit te betalen, een en ander zooals op de bij dit besluit behoorende staat is aangegeven. STAAT houdende berekening der vergoe ding ingevolge artikel 101 der Lager Onderwijswet 1920, over het tijdvak 1928 tot en met 1930 voor de volgende scholen o c E v E •o M> C 43 c/5 a; •*- co T3 n a *r cuo-a c V <u 3 u a -a .5® I" U l co S >40 pjoospgjin si pep SBjpog uoqqan jqooj uoioips op doiEEM Ssjpsg <u a> <u <u tu CD ca CO CO CO cj u a qj u QJ CD U CD 0J QJ CD tD CN CO CN omroo oo rf en in Cl cm in co to t- CM oc CT) CM O) Oi CM CM CM CM CM CM O O O a> in CO t^nooio co co o" m* r-" oo a> cm cm o a> in r- CO CO in R C C R -UO J3p bu 'uaAaSagjin SI U9(Ol{3S dp joop ;bp SBjpag o o x: CD •a 3 3 111 in m o> r- co in co in in co co r— cm ac in co co co cm in m R R R R CO O) CM CM - 91 00 S in co co QJ 1/3 5®—. O in B -2 -a <u o - OOOoo O o o o o JZSZJZSZJZ u O u o o C/5 C/3 C/3 c/3 C/3 ex wi cud cud ei n co -1 —J —J CM CO rr in c <D w O 3 o in o oeJ co3 11. Vaststelling van het voorschot der ge meentelijke vergoeding bedoeld In art. 101 der L. O. wet 1920 voor 1933. Burgemeester en wethouders stellen voor, het volgende besluit te nemen: De gemeenteraad van Ter Neuzen, Gezien de ingekomen verzoeken der in de gemeente gevestigde bijzondere scholen om een voorschot op de gemeentelijke vergoeding bedoeld bij artikel 101 der lager onderwijiswet 1920; gelet op artikel 103, derde lid der lager onderwijswet 1920; besluit: Aan de volgende schoolbesturen te-verstrek- ken de vocrschotten achter ieders naam ver meld: Ver. voor Chr. Onderwijs aan de Jozina straat 1.764; Ver. voor Chr. Onderwijs te Driewegen 752; Ver. voor Chr. Onderwijs te Sluiskil 504; Ver. voor Chr. Onderwijs aan den School- weg 2.248; R. K. Jongensschool 648; R. K. Meisjesschool /856; Stiehting R. K. Verpleging en Opvoeding te Sluiskil 1.432; Ver. voor Chr. Onderwijs aan de Grenulaan U.L.O. 1.336; R. K. school voor U.L.O. in de kom /856; en zulks onder voorwaarde, dat de betaalbaar- stelling van het voorschot zal geschieden, voor zooveel noodig, in vier gelijke termijnen en wel op 16 Maart, 16 Juni, 16 September en 16 December 1933. De heer DE JAGER merkt op, dat dit voor- stel is gebaseerd op een bijdrage berekend tegen f 8 per kind, terwijl dit feitelijk zou be- hooren te zijn tegen 10,96, op grond van de laatst vastgestelde berekening. Die lagere berekening houdt verband met de ingevoerde bezuinigingen voor het openbaar onderwjjs. waardoor men meent, niet hooger te zullen komen. Hij kan wel verklaren, dat als de be- sturen der bijzondere scholen zich op het standpunt der bezuiniging zullen willen stel len, doch vraagt of burgemeester en wethou ders, voor en aleer tot dozen maatregel over te gaan, al een schrijven tot die besturen heb ben gericht, waaruit aan dezen kon blijiken waaraan ze zich te verwachten hebben. De heer SCHEELE deelt mede, dat burge meester en wethouders zijn te rade gegaan met betrekking tot de vermoedelijke uit- keering, die zal uitkomen op 80 van het geen in het vorig jaar noodig was. Wanneer het bedrag van f 10,96 was aangehouden, zou het gevolg worden, dat het meerdere later moest worden teruggegeven, terwijl het voor de gemeente eenig bezwaar heeft, wegens de beperkte financien. Hij zou het echter wel goed achten, dat eens met de schoolbesturen gesproken werd. De heer COLSEN vermeent, dat dit bij de begrooting reeds was toegezegd. De VOORZITTER erkent, dat toen gezegd is, dat burgemeester en wethouders met de schoolbesturen zouden raadplegen. Aangezien burgemeester en wethouders echter een lid van een der bijzondere schoolbesturen in hun midden hebben, weten ze uit dien hoofde het geen daar leeft. Dit wil daarom niet zeggen, dat voor een buitengewoon geval wel eens met hen gesproken kan worden. De heer DE JAGER acht het toch niet juist; de begrooting is in October of November be- handeld en nu leven we reeds in Februari en de schoolbesturen weten nog niets. Hij meent toch, dat men daar, op z'n zachtst uitgedrukt, over deze wijze van handelen ,,ontstemd zal zijn. De menschen zijn van goeden wil, maar kunnen toch aanspraak maken op de hun bij de wet toegekende bedragen. Daaraan zou men zich behooren te houden. Dan krijgt men later de 3-jaarlij,ksche afrekening. Wat bezuinigen betreft wijst hij er op, dat uit de laatste 3- jaarsche afrekening blijkt, dat de bjjzondere school aan de Jozinastraat voor de gemeente heeft bezuinigd 639,42%. Van de zijde van het gemeentebestuur behoort alles in het werk te worden gesteld, om de zaken in de goede richting te houden, en naar de bescheiden meening van spreker zouden burgemeester en wethouders de besturen der bijzondere scholen in dit speciale geval behooren in te lichten. hoe ze zich de afrekening voor de volgende periode denken. De VOORZITTER: We zullen eens met de heeren kennis maken. De heer DE JAGER: Ja, die besprekingen behoeven niet een dag en een nacht te duren! De heer SCHEELE acht het niet juist dat de voorzitter hem zooeven in het antwoord betrok, waarom de gegeven belofte niet was vervuld. Hij is lid van een schoolbestuur en hij kan als zoodanig wel eens een inlichting geven die in de vergadering van burgemeester en wethouders gevraagd wordt, maar hij is omtrent deze kwestie van oordeel, dat die wel al veel te lang is blijven sleuren. Was het: vroeger gezegd, dan was dit al opgelost ge- weest. Nu heeft men nog kans op oppositie. De VOORZITTER: Het zal nu gebeuren. Het voorstel wordt met algemeene stem- men aangenomen. 12. Benoemen leden der commissie van toezicht op de gemeentelijke arbeids- bemiddeling en werkloozenverzekering. Voor de benoeming van leden van de com missie1 van toezicht op den gemeentelijken aienst der arbeidsbemiddeling en werkloos- heidsverzekering in deze gemeente, bevelen burgemeester en wethouders de volgende hee ren aaai: Voorzitter: J. Huizinga, burgemeester. Leden werknemers: a. voor de Ter Neu- zensche Bestuurdersbond1. L. J. van Driel, 2 A. N. Hamelinkb. voor de Christelijke Besturenbond: 1. J. Riemens, Donze-Visser- straat 13, 2. W. de Feijter, Simidswal 31. Voor de werkgevers (Cargadoorsbedrijf) 1. C. A. Vertinde, 2. H. R. A. de Meijer. Uit het bouwbedrijf: 1. H. v. d. Velden, Schoolplein 5, 2. J. A. Meertens, Vlooswijk- straat 11. De heer DE BAKKER vraagt, of het ook niet mogelijk was geweest van de werklieden- vertegenwoordigers ©en Kathoiiek aan te bevelen. De VOORZITTER antwoordt, dat de be- staande organisaties de aanbeveling hebben gedaan. Indien die overeen konden komen om een Kathoiiek aan te wijzen zou dat mogelijk zijn. Nu kon dat niet, er zijn maar 2 plaat- sen. De heer VERLINDE verklaart niets van die aanbeveling af te weten. Er is hem van de zijde der Maritime Vereeniging niets gevraagd. Hij wenscht dat niet te doen, alvonens het daar vergadering is geweest en verzoekt de leden vooralsnog niet op hem te stemmen. De VOORZITTER deelt mede, dat het voor de werkgevers geen aanbeveling is van de organisaties. Dit is een aanbeveling van bur gemeester en wethouders, die hebben ge- mteend die aanbeveling te moeten doen in het belang van hot bedrijf en ook omdat de heer Verlinde wegens zjjn connectie met het Orgaan van den gang van zaken op de hoogte is, Wenscht men gehoor te geven aan den wenk van den heer De Bakker, dan is het mogelijk door benoeming van den heer De Meijer. De heer VERLINDE acht het juist van grooter belag, dat die functies verdeeld wor den, dan krijgen meerderen inzicht der zaken. De hear DE BAKKER merkt op, dat uit de mededeeling van den voorzitter aan den heer Verlinde toch blijkt, dat willekeurig personen genomen en geweigerd worden. Dat klopt niet met het aan hem gegeven ant woord. De VOORZITTER: We moeten met de werknemers overleg plegen. De heer DE BAKKER: Dat had toch ook gekunnen met de Katholiaken. De VOORZITTER: Het is misschien niet gemakkelijk om u dat duidelijk te maken, doch dit kon in dit geval niet. We hebben hier maar 2 groepen die in een centrale orga- nisatie vereenigd zijn, n.l. de modemen en de Christelijke besturenbond. Van wege de Ka- tholieken bestaat slecbts eene vereeniging. Die is voor enkele gevallen ook wel als orga- nisatie erkend geworden, b.v. voor Het Or gaan, maar hier kon dat nu niet. Hier was geen derde man noodig. De beer DE JONGE kan niet begrijpen, dat de heeren die genoemd worden, bezwaar ma ken tegen het aannemen eeuer benoeming. Ze kunnen dat gerust doen, hij kan van ervaring spreken, hq maakt reeds sinds 10 jaar deel van de commissie voor de Arbeidsbeurs, maar er is nog geen enkele maal vergaderd. De voorzitter scnijnt in al die jaren geen ver gadering noodig geacht te hebben. Het heeft hem wel bevreemd, dat er ook geen dubbel- tal wordt aanbevolen voor het ambt van voorzitter, natuurlijk: dat moet de burge meester zijn. De VOORZITTER: Wanneer de heeren "het anders wenschen, is daartegen geen bezwaar; ik moet daar niet onveranderlijk als voor zitter zetelen, er zijn ook nog 2 wethouders. Men moet hieruit niet concludeeren, alsof ik daar onveranderlijk zou moeten zitten. De heer DE JONGE: Ik heb niet gezegd, dat ik er bezwaar tegen heb, doch alleen op het eigenaardige willen wijzen. De heer HAMELINK: Het gaat dan daar net als bij de financieele commissie. De VOORZITTER noodigt alsnu uit tot stemming over te gaan en verzoekt de heeren De Jager en De Jonge met hem het stem- bureau te voimen. De uitslag is als volgt: Voor den Ter Neuizenschen Bestuursbond wordt benoeimd de heer A. N. Hamelink met 8 stemmen; de heer Van Driel verkrijgt 6 stemmen, de heer Van der Sneppen 1 stem. Voor den Christelijken Besturenbond wordt benoemd de heer J. Riemens met 12 stem- men; de heer De Feijter verkrijgt 2 stemmen, de heer Van. der Sneppen 1 stem. Voor de werkgevers (cargadoorsbedrijf) wordt benoemd de heer C. A. Verlinde met 10 stemimende heer De Meijer verkrijgt 5 stemmen. Uit het bouwbedrijf wordt benoemd de heer H. van der Velden met 10 stemmen; de heer J. A. Meertens verkrijgt 4 stemmen, de heer L. van der Velden 1 stem. De heer VAN DRIEL stelt thans voor, den burgemeester bij acclamatie tot voorzitter te benoemen. De VOORZITTER geeft de voorkeur aan een benoeming met briefjes. Met 11 stemmen wordt benoemd de heer J. Huizinga; de heeren Geelhoedt, Scheele en Zonnevijille verkrijgen ieder 1 stem; 1 briefje is bianco. 13. Benoemen lid der commissie tot wering van schoolverv.uim in de kom. Door het vertrek naar elders van den heer C. Leunis is een vacature ontstaan in de com missie tot wering van schoolverzuim in de kom. Door het betrokken college worden ter benoeming aanbevolen: 1. J. Eijke; 2. Jac. de Back. De VOORZITTER noodigt den raad uit over te gaan tot het benoemen. Met 12 stemmen wordt benoemd de heer Eijke; op den heer De Back zijn 3 stemmen uitgebracht. 14. Ontheffing schoolgeld 1932. Naar aanlei-ding van ingekomen verzoeken om ontheffing van den aanslag wegens school geld stellen burgemeester en wethouders voor ontheffing te verleenen aan F. C. Kaan f 1.60, E. de Putter te Zaamslag 19,50. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 15. Omvraag. a. De heer VAN DOESELAAR heeft be- merkt, dat burgemeester en wethouders in den laatsten tijd enkele malen Sluiskil hebben be- zocht. Hebben zij ook aandacht geschonken aan den toestand van den vuilnishoop aldaar Deze is van dien aard, dat de hoopen papier, die daar worden neergestort, bij eenigen wind bij de menschen op het dak terecht komen, hetgeen tot onreinheid van het regenwater aanleiding geeft. Hij vraagt daarom, of het niet mogelijk zou zijn, dat papier met grond te bedekken. Dit zou naar zijn meening met weinig kosten van de zrjkanten van den Piers- senspolderstraat gehaald kunnen worden. Het zou voor de belanghebbenden een groote ver- betering zrjm. Aan de Van Steenbergenlaan schijnt het 't zelfde te zijn en daarom zou hij ook gaame daar een eind zien gemaakt aan de verontrei- niging van die buurt. De heer GEELHOEDT deelt mede, inder- daad Sluiskil te hebben bezocht, doch dat de papieren van den vuilnishoop bij de menschen op het dak terecht komen is hem niet bekend. Hij zal dit nader onderzoeken en eventueel zorgen, dat het papier wordt afgedekt. Wat de Van Steenbergenlaan betreft, deelt hij mede, dat, nu er een nieuwe stortplaats be- schikbaar is gekomen, het neerstorten van vuilnis daar zal beeindigd worden. De heer HAMELINK verzoekt, dan ook meteen te zorgen, dat daar geen modder meer wordt gebracht, want dat verwekt vooral in den zomer een ondraaglijken stank. Hij zegt dit, omdat hjj heeft bemerkt, dat de gemeente- werklieden de putten, waarin het vorig jaar modder is gestort, weer hebben uitgegraven, hetgeen er op wijst, dat men daar weer zal willen gaan storten. b. De heer VAN DOESELAAR herinnert, dat in de vergadering van 10 November 1.1.' werd medegedeeld, dat een geldleening voor den schoolbouw te Sluiskil zou kunnen wor den gesloten. Nader is er niets gehoord. Kunnen burgemeester en wethouders daarovar nog niets mededeelen? De VOORZITTER: Burgemeester en wet houders zijn thans zoover, dat zrj aan een eigenaar opgaaf van definitieven koopprijs voor den noodig geachten grond hebber ge vraagd. Dat loopt. c. De heer COLSEN merkt op, dat inder- tjjd is toegezegd, dat een oproeping van een geneesheer voor Sluiskil in een Geneeskundig Tijdschrift zou worden gedaan. Hoe komt het dat dit nog niet is geschied. De VOORZITTER: Dat is thans gebeurd, De heer COLSENWaarom heeft dat dan toch zoolang gewacht? d. De heer COLSEN heeft vemomen, dat ter gelegenheid van de Kerstdagen aan twee of drie caf6houders een speciale vergunning is gegeven voor het geven van dansmuziek, die afweek van de algemeene vergunning. Wat is toch de aanleiding daartoe? De VOORZITTER: Intrekking van die ver- grunningen wordt overwogen. e. De heer HAMELINK wijst op het ant woord door den Minister van Binnenlandsche zaken gegeven aan het Kamerlid L. de Visser op diens vragen betreffende huurverlaging van arbeiderswoningen, waaruit blijkt, dat over verlaging der huishuren kan onderhan- deld worden en dit op enkele plaatsen reeds is toegestaan. Hij vraagt, of burgemeester en wethouders bereid zijn te informeeren, of ook voor de hier gebouwde volkswoningen ver laging van huishuur mogelijk zal zijn. De VOORZITTER: We zullen dat heel graag doen. f. De heer DE JAGER vraagt hoe het naar de meening van den voorzitter staat met het plan voor uitbreiding der havenwerken. De VOORZITTER geeft te kennen, dat, na het verschijmen van het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer over het onteigenings- ontwerp van deze zijde is beraden, om ter plaatse waar dit behoort in het belang der zaak op te treden, doch dat het verschijnen der Memorie van Antwoord van den Minister is afgewacht. Nu van dit antwoord is kennis genomen blijkt wel, dat deze de zaak juist heeft belicht en mag verwacht worden, dat het wetsontwerp door de Kamer zal worden aangenomen. De heer DE JAGER wenschte anders aan- drang uit te oefenen daar waar dit mogelijk zou blijken. g. De heer DE BAKKER brengt hulde aan burgemeester en wethouders voor de wenken die voor het verkeer worden gegeven, door het aanbrengen van strepen op de hoeken van straten. Hij hoopt, dat men die zal onderhou den, en ze, waar noodig, zal uitbrelden. Voorts vraagt hij, na herplaatsing van het bord be treffende het verbod van het inrijden van het smalle gedeelte der Noordstraat met motor- rijtuigen en rijwielen op bepaalde tijdstippen, aan den sigarenwinkel van den heer Hame link. Nu er geen bord staat weten de vreem- delingen niet, dat ze er niet in mogen rtjden en loopen dan de kans een proces-verbaal te krijgen. De heer GEELHOEDT deelt mede, dat de noodige borden zullen aangebracht worden. h. De heer DE BRUIJN deelt mede, dat men dezen winter ook bij hem gekomen is met een adres tot demping der gemeentehaven. Hij heeft geweigerd om daarop te teekenen, omdat hij van oordeel is, dat die nog niet ge- mist kan worden. Hij doet thans evenwel een ander denkbeeld aan de hand. Met de Ooste- lijke waterleiding kan niet voldoende water af- gevoerd worden wegens den hoogen water- stand in de Schelde. Hij zou daarom willen verzoeken daarop een stoomgemaal aan te brengen en dan voorts aan den mond der waterleiding een haven aanleggen, waarin sohepen met mosselen, oesters e.d., die met terstond kunnen schutten, hunne lading direct konden lossen. De VOORZITTER merkt op, dat het den heer De Bruijn misschien bekend is, dat er een plan voor verbetering van dien waterafvoer, tot een bedrag -yan /400.Q00 aanhangig is. Ook is er nog een ander plan. Spreker weet niet hoever het hiermede staat, maar dat is een kwestie voor de polderbesturen. De heer Hujjssen zal daarvan wel meer weten. De heer HUUSSEN: Ik verwacht, dat het niet aangenomen wordt! De heer DE BRUIJN geeft te kennen, dat dit niet zijn bedoeling is; dat werk zou van wege den Staat behooren te geschieden. de polders brengen daar heel wat voor op. De VOORZITTER sluit de vergadering.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1933 | | pagina 8