Mac*
a. in de kom der gemeente:
135 voor de" aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde bedraagt 150 of
minder;
142 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 150
en niet hooger dan 225;
149 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 225
en niet hooger dan /325;
15# voor de aanslagen van hen, voor wie de
ibelastbare huurwaarde hooger is dan f 325
en niet hooger dan 475;
163 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 475
en niet hooger dan 675;
170 voor de aanslagen van hen, voor wie de
ibelastbare huurwaarde hooger is dan /675;
b. overig deel:
136 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde bedraagt f 100 of
minder;
142 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 100
en niet hooger dan f 150;
149 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 150
en niet hooger dan 225;
15# voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 225
en niet hooger dan /325;
1#3 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 325
en niet hooger dan 450;
170 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 450.
Op de aanslagen van hen, die niet in den
zln der wet op de personeele belasting 1893
gebrulker van een perceel zijn, wordt het
maximum van 170 opcenten geheven.
Artikel 2.
De invordering geschiedt overeenkomstig de
♦erordening van heden.
Artikel 3.
Deze verordening wordt herzlen zoodra
wordt vastgesteld of gewyzigd een gemeente-
verordening als bedoeld in de artikelen 5 en
31 duodecies der wet op de personeele belas
ting 1896.
Artikel 4.
De thans geldende verordening op de heffing
van opcenten op de hoofdsom der personeele
belasting wordt met ingang van 1 Januari
1933 ingetrokken. Zij blijft van kracht ten
aanzien van belastingjaren, welke voor dien
datum zijn geeindigd.
In verband met het aangenomen amende-
memt van den heer Hamelink op het voorstel
tot wijziging der begrooting voor 1933 wor
sen de cijfers van artikel 1 van dit voorstel
gawijzigd als volgt:
a. in de kom der gemeente:
voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde bedraagt 150 of
minder;
122 voor de aanslagen van hen, voor wie de
Ibelastbare huurwaarde hooger is dan /150
en niet hooger dan /225;
129 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan /225
en niet hooger dan 325*
136 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan f 325
en niet hooger dan /475;
143 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan /475
en niet hooger dan /675;
150 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan /675;
b. overig deel:
115 voor de aanslagen van hen, voor wie de
Ibelastbare huurwaarde bedraagt f 100 of
minder;
122 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 100
en niet hooger dan /150;
129 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 150
en niet hooger dan 225
13# voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan /225
em niet hooger dan 325
143 voor de aanslagen van hen, voor wie de
belastbare huurwaarde hooger is dan 325
en niet hooger dan /450;
150 voor de aanslagen van hien, voor wie.de
belastbare huurwaarde hooger is dan /450.
Op de aanslagen van hen, die niet in den
zln der wet op de personeele belasting 1896
gebruiker van een perceel zijn, wordt het
maximum van 150 opcenten geheven.
VERORDENING op de invordering van
opcenten op de hoofdsom der perso
neele belasting in de gemeente Ter
Neuzen.
Artikel 1.
De invordering der opcenten op de hoofd
som der personeele belasting geschiedt over
eenkomstig artikel 296 der Gemeentewet en
voorts, wat de uitkeering betreft, met inacht-
neming van hetgeen daaromtrent van regee-
ringswege is of nader wordt bepaald.
Artikel 2.
Deze verordening treedt tegelyk met die op
de heffing in werking, op welk tijdstip de
thans geldende verordening op de invordering
van genoemde opcenten van 20 October 1921
vervalt. Deze blijft van kracht ten aanzien
van vorige belastingjaren.
MEMORIE VAN TOELICHTING tot de ver-
ordeningen op de heffing en de invor
dering van opcenten op de hoofdsom der
personeele belasting in de gemeente
Ter Neuzen.
Na het vaststellen der begrooting 1933 is
gebleken, dat verschillende uitgaafposten nog
znoeten worden verhoogd. De subsidie in de
werkloozensteun is op verlangen van Gedepu-
teerde staten met f 7300 verminderd.
Was bij de vaststelling van de begrooting
rekening gehouden met de heffing van 100/135
opcenten op de personeele belasting, waar-
door deze opcenten met 50 werden verhoogd.
thans moet worden voorgesteld om de be
grooting sluitend te houden tot verhooging
met 85 opcenten, waardoor dan geheven wor
den 135/170 opcenten.
Opgemerkt wordt. dat reeds geheven wor
den 20 opcenten der grondbelasting op de on-
gebouwde eigendommen en 80 opcenten der
grondbelasting op de gebouwde eigendommen.
Bij raadsbesluit dd. 24 Juli 1930 goedge-
keurd by K. B. d.d. 23 September 1930 no. 48
is de gemeente geplaatst: de kom in de 6e
klasse, het overig deel in de 8e klasse voor
de personeele belasting. Voor dien was de ge
meente geplaatst: de kom in de 8e en het
overig deel In de 9e klasse.
Andere wijzigingen zijn in deze belasting
niet aangebracht.
Uit het hieronder gegeven overzicht kan
blijken, de totale druk dezer belasting in 1929
(voor de wijziging in de classificatie en het
vervallen der Provinciale opcenten en de op
centen voor het Leeningsfonds) in vergely-
king tot 1932 en na de verhooging met 85 op
centen in 1933.
Kom.
Huur
waarde
mobllair 1929
1932
1933
150
13,29
5,44
8,52
250
200
38,08
23,78
32,76
300
400
56,—
36,90
52,20
450
500
100,01
66,69
99,84
575
600
145,08
99,68
156,80
725
700
183,60
128,57
187,65
O v
e r i g deel.
100
11
4,50
7,05
150
22,78
12,56
19,36
250
200
53,07
33,34
49,93
350
200
79,36
52,51
82,60
500
200
119,85
82,32
120,06
De meerdere opbrengst is te framen op
f 28,900.
Het voorstel wordt aangenomen met alge-
meene stemmen.
5. Afwijking van art. 10 der Bouwver-
ordening.
Naar aanleiding van ingekomen verzoeken,
stellen burgemeester en wethouders voor, in
overeenstemming van de advlezen van den
gem'eenteibouwmeester em der Gezondheids-
commissie, wier zetel is gevestigd te Ter Neu
zen, gunstig te beschikken op het verzoek tot
afwijking van art. 10 der Bouwverordening,
van:
a. R. van Grembergen, voor het verbouwen
van zijn woonhuis met kapperszaak, gelegen
aan de Nieuwediepstraat no. 105;
b. W. ScheMinkhout voor het verbouwen
en vergrooten van zijn woon- en winkelhuis
aan de Noordstraat no. 66.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
6. Wyziging der verordening tot at ivy ken
van de bepaiingen der winkelsluitings-
wet 1930 (Staatsblad no. 460).
Burgemeester en Wethouders geven aan
den raad het volgende te kennen:
Kon artikel 2 der verordening tot Afwijking
van bepaiingen der Winkelsluitingswet 1930
(Staatsblad no. 460) voor de gemeente Ter
Neuzen, vastgesteld in uwe vergadering van
den 10 Maart 1932, krachtens welk artikel die
winkels gedurende den zomertijd tot 9 uur
geopend mochten zyn, niet de hoogere goed-
keuring erlangen, zelfs niet nadat wij het
plattelandskarakter onzer gemeente in een
uitvoerig schrijven onder's Ministers aandacht
hadden gebracht, thans bericht de Minister
van Economische Zaken en Arbeid ons, dat
eene afwijkende regeling als opgenomen in
bovengenoemde verordening bij hem geene
bezwaren meer zal ontmoeten.
Door dit gewijzigd standpunt kan in eene
algemeen gevoelde behoefte worden voorzien
en daarom stellen wij U voor, de verordening
tot afwijking van bepaiingen der Winkelslui
tingswet 1930 (Staatsblad no. 460), voor de
gemeente Ter Neuzen, vastgesteld in uwe
vergadering van den 24 Mei 1932, goedge-
keurd bij Koninklijk Besluit van 23 Juni 1932
no. 92, te wyzigen als volgt:
Artikel 1.
„De punt" achter het laatste woord wordt
vervangen door een „komma", terwijl daar-
achter worden ingevoegd de woorden: ,,en in
afwijking van het bepaalde in artikel 2 sub b
geldt het bepaalde in artikel 4 dezer veror
dening".
Artikel 4.
Dit artikel wordt nieuw ingevoegd achter
artikel 3 en luidt:
„De bepaling van artikel 2 sub b der Win
kelsluitingswet 1930, (Staatsblad no. 469),
„vindt geen toepassing gedurende het tijd-
„vak, waarvoor, krachtens bet bepaalde by
„de wet van 23 Maart 1918 (Staatsblad no.
,,165), gewyzigd by de wet van 22 Maart
,,1922 (Staatsblad no. 130) de wettelijke tijd
„met 6en uur is vervroegd. Gedurende ge-
„noemd tijdvak zal het echter verboden zijn
„een winkel voor het publiek geopend te hou-
„den n& 9 uur des namiddags en v66r 5 uur
„des voormiddags."
Artikel 5.
Artikel 4 wordt artikel 5.
Deze wyziging treedt in werking op den
dag, volgende op hare afkondiging.
De heer VAN AKEN geeft te kennen, om-
trent deze kwestie nog op het standpunt te
staan van het vorig jaar. Hij is nu zelfs in
zijn meening nog vemsterkt en ziet er geen
aanleiding voor, dat de winkels langer dan 8
uur zouden open blyven. Men heeft het laatst
kunnen bemerken toen de winkels tot 11 uur
konden open blijven. Het publiek maakt er
eenvoudig geen gebruik van, er komt na
8 uur niemand. Hij acbt dit voorstel een fout.
Men ziet zelfs na 8 uur geen volk meer op
straat.
De VOORZlttER: Omdat dan de lichten
uitgaan en men niet graag in een donkere
straat loopt.
De beer VAN AKEN acht de latere open-
stelling niet noodig en verklaart er zich tegen.
De heer HUIJSSEN wijst er op, dat men
aan den anderen kant er ook rekening mede
moet houden, dat de buitenmenschen in den
zomer werken tot 6 uur volgens den ouden
tyd en dat deze dus, als de winkels een uur
later sluiten, geen gelegenbeid meer hebben
om tijdig in de stad te komen om nog iets te
gaan koopen.
De heer DE BAKKER deelt mede, hierom-
trent het oordeel te hebben gevraagd van een
bestuurslid van de Winkeliersvereeniging
„Klimop", omdat hij ook dacht, dat bet een
doorwerking was van een verzoek van die
vereeniging. Dat bestuurslid was daarover ten
zeerste verwonderd, en zeide, dat by daarvan
in dat geval wel iets weten zou. Hij acht dit
echter nu niet meer noodig; de menschen
hebben zich aan de winkelsluiting des avonds
8 uur aangepast, ze nemen genoegen met den
toestand zooals die nu bestaat. Spreker be-
grypt daar om niet, hoe burgemeester en wet
houders nu met dit voorstel komen.
De VOORZITTER kan wel verzekeren, dat
burgemeester en wethouders daaraan geen be
hoefte hebben. Ze hebben echter rekening ge-
houden met het standpunt, dat de raad het
vorig jaar omtrent dit vraagstuk heeft inge-
nomen. De Minister bleek toen niet bereid,
het deswege door den raad aangenomen voor
stel goed te keuren, doch nu deze bericht dat
hij bereid is zulks alsnog te doen, hebben bur
gemeester en wethouders gemeend in den geest
van de meerderheid van den raad te handelen,
door deze bepaling voor te stellen. Willen de
heeren het "voorstel echter afstemmen, dan
zal dit burgemeester en wethouders een vreug-
de zyn!
Men moet echter niet alleen letten op de
menschen in de kom, doch ook op Sluiskil en
Driewegen.
De heer DE BAKKER: Daar zyn ze het
66k gewoon. In het begin, toen het is aange-
vraagd, dachten de winkeliers er anders over.
Ze waren toen bang, dat de menschen van
buiten, als ze na 8 uur niet meer in Ter Neu
zen terecht konden, naar Axel of Hoek te win
kel zouden gaan. Maar dat is een voorbarige
vrees geweest en de ervaring heeft geleerd,
dat de menschen om te komen daar blijven
komen, waar ze het meeste profijt kunnen
doen. Ze zijn dus naar Ter Neuzen blyven
komen. De winkeliers stellen nu juist prijs
op de 8-uursluiting ook met het oog op hun
personeel. Als de winkels later open blyven
komen ze in strijd met de werktyden van het
personeel, dan ontstaan daardoor moeilyk-
hedeci. Er zullen er weinigen zijn, die er nog
pry's op stellen om tot 9 uur open te blijven.
De heer COLSEN begrijpt niet, dat de
heeren geen rekening houden met de belangen
van den buiten. Men kan het toch zelf wel
nagaan, als men de ligging van Sluiskil na-
gaat, aan de grens van 2 andere gemeenten,
waarin de winkels wel tot 9 uur open moch
ten zijn. Het is onaangenaam voor de winke
liers behoorende onder Ter Neuzen, dat ze om
8 uur moeten sluiten en dat ze dan him klan-
ten naar de andere gemeenten zien gaan om
in te koopen. Dat is ook zoo op Zondag. Men
moet ook rekening houden met de scheepvaart.
Hy zou er prijs op stellen, dat het voorstel
werd aangenomen.
De heer VAN CADSAND juicht dit voorstel
toe, als gedurende den zomert'yid de winkels
tot 9 uur open blyven, bestaat er voor de bui
tenmenschen gelegenheid om nog wat te gaan
koopen; nu is daarop na afloop van hun werk-
tyd geen kans.
En het is niet alleen van beteekenis voor de
buitenmenschen, maar ook voor de scheep
vaart; als er schepen aankomen, kunnen die
toch nog behoefte aan het een of ander heb
ben.
De VOORZITTER: Die mogen altyd
komen winikelen!
De heer VAN CADSAND: Die hebben dan
een voorrecht boven de menschen van het
platteland. Indien de raad hierop echter niet
in zou gaan, zou dit een ,vreemden indruk
naar buiten maken, in verband met den aan-
drang die hiervoor het vorig jaar is uitge-
oefend. Men zou dan wiei zeggen: dat is ook
een vreemde raad, die weet ook niet wat hfi
wil.
De heer DE BAKKER betoogt, dat, wat de
scheepvaart betreft, dit kan vervallen, want
die mag ten alien tijde geholpen worden. Het
bestuurslid van Klimop gaf echter te kennen,
dat het nog nadeel zou zijn voor de winke
liers, want dan moeten ze een uur langer licht
branden.
De heer HAMELINK: 's Zomers ontsteken
ze geen licht!
De heer DE BAKKER: Ze moeten dan toch
een uur langer in't getouw zijn. Ze mogen nu
klanten helpen tot half 9, maar dan wordt
het half 10. Waar is het noodig voor? Als de
menschen hier hun voordeel zien, komen ze
naar hier, maar konden ze in Axel voordee-
liger terecht dan gingen ze daar naar toe.
We hebben het gisteren ter gelegenheid ter
weekmarkt ook weer kunnen constateeren,
de menschen komen nu eenmaal naar hier,
omdat het hun voordeelig is. Als de winkels
tot 9 uur open mogen zijn, komen er tot dat
uur klanten en als het 10 uur werd, zou het
ook zoo zyn. Ik vind het nu een prachtige
regeling.
De heer SCHEELE wijst er op, dat men
niet alleen rekening moet houden met de toe-
standen in de kom en misschien met de
grootste winkels, maar ook met Driewegen en
Sluiskil. Burgemeester en wethouders zijn na
ontvangst van het schrijven van den minister
te rade gegaan met hetgeen blijkens de be-
sprekingen van het vorig jaar in den raad
leefdie en hy zou zeggen: heeren neemt het
geen de minister geven wil met beide handen
aan. Men gelieve wel in het oog te houden
dat 9 uur zomertyd in werkelijkheid nog maar
8 uur is.
De heer VAN AKEN moet ontraden het
voorstel aan te nemen; men is nu op den goe-
den weg.
De heer DE BAKKER vraagt naar de be-
wijzen, dat men er buiten naar verlangd.
De heer SCHEELE: Die kunt u vinden in
deze vergadering, als u de stemmen der hee
ren Huijssen, Colsen en Van Cadsand beluis-
terd. Waarom kunnen we ons daaraan niet
houden? Het vorig jaar bleek, dat dit in den
raad leeft.
De heer DE BAKKER: Die meening is ver-
anderd.
De heer HAMELINK meent, dat het wel
eenig verschil maakt, toen stonden de winke
liers en het publiek in het algemeen, ineens
voor dien gewijzigden toestand; nu heeft men
zich aangepast en hij gelooft ook, dat het het
beste was, zich aan de bestaande regeling te
houden.
De heer COLSEN erkent, dat het misschien
wat hard zal klinken, maar moet toch op-
merken, dat er hier velen over het winkelen
praten, die blyken er geen verstand van te
hebben. Men wees er op, dat de schippers na
8 uur nog mogen komen, maar nu spreekt
het toch van zelf, dat, als er een schipper
kamt kloppen, en men helpt die, en er zien
ook anderen dat de winkel open is, dat er dan
al gauw ook anderen komien. En als schippers
gaan kloppen aan winkels waar niemand
meer is, komen ze ook niet terecht. De heer
De Bakker moet het spreker niet kwalyk
nemen, maar die weet van winkelhouden
niets af. Het gaat in de praktijk heel anders,
dan men het hier bespreken kan. Als de poli-
tie te Sluiskil niet een beetje meegaand was
en rekening hield met den toestand, zouden
ze al tal van processen-verbaal hebben kun
nen opmaken. Laat de raad dit voorstel met
beide handen' aangrijpen.
De heer DE BAKKER: Als de politie toch
rekening met omstandigheden houdt, is dat
niet noodig!
De heer VAN DEN BULCK vraagt, of het
dan niet mogelijk is, die regeling alleen gel-
dend te maken voor buiten de hoofdkom.
De VOORZITTER merkt op, dat zoodanig
voorstel dan misschien nog kan worden ge-
daan, als dat van burgemeester en wethou
ders zou worden verworpen.
Het voorstel wordt aangenomen met 9
tegen 6 stemmen.
Voor stemmen de heeren Colsen, Van Doese-
laar, Van Cadsand, Huijssen, Geelhoedt,
Scheiele, De Jager, De Jonge en Verlinde;
tegen stemmen de heeren De Bruyne, De Bak
ker, Van Driel, Van den Bulck, Hamedink en
Van Aken.
7. Verleenen eener bijdrage uit de ge-
meentekas in de kosten van verbetering
van den weg AxelRoode sluis—Bel-
gische grens.
Door burgemeester en wethouders wordt
overgeiegd een brief van gedeputeerde staten
van Zeeland, d.d. 23 December 1932, luidende
als volgt:
Ten vervolge op het onderhoud, hetwelk een
commissie uit cms midden op Woensdag 21
December j.l. met uw college mocht hebben,
kunnen wy u het volgende mededeelen:
De voorbereidende maatregelen tot verbete
ring van den weg AxelRoode sluis zyn thans
zoover gevorderd, dat niet alleen vast staat.
hoeveel door elk der daarby betrokken onder-
houdsplichtigen t.w. de polders Beoosten- en
Bewesten Bly, Moerspui en ZuiddorpeZuid-
deel, moet worden betaald, doch dat ook met
een tweetai dier onderhoudsplichtigen tot over
eenstemming is gekomen. De polder Zuid
dorpeZuiddeel, die als zyn aandeel geduren
de 40 jaren jaarlyks f 721,23 zou moeten be-
talen, heeft zich daartoe bereid verklaard, de
polder Moerspui, waarvoor dit bedrag
1877,18 zou bedragen, heeft zich, op naar
onze meening aanvaardbare gronden, bereid
verklaard tot het betalen van 877,18.
Met den polder Beoosten- en Bewesten-Bly
is nog geen overeenstemming bereikt, doch het
laat zich aanzien, dat ook deze polder niet
bereid zal worden bevonden, het geheele voor
zyn rekening komend bedrag, zijmde 1701,85
te betalen. Hoezeer dienaangaande nog geen
volledige zekerheid is verkregen, laat het zich
aanzien dat op de 40-jarige, jaarlijksche be
dragen, een bedrag van rond f 2000 nog zal
moeten worden gevonden.
Wy zijn te rade gegaan, en dit was ook het
aoel van de bespreking met de Commissie uit
ons midden, te trachten van de gemeenten, die
by verbetering van den hier bedoelden weg,
waardoor voor haar een betere verbinding met
Belgie wordt geschapen, een meer onmiddellijk
belang hebben, dit bedrag toegezegd te krij-
gen. Het is ons aangenaam, hieraan te kun
nen toevoegen, dat de raad der gemeente
Axel zich alreeds bereid heeft verklaard, ge
durende 40 jaar voor het beoogde doel een
bedrag van 1000 per jaar toe te staan. Aan
het gemeentebestuur van Zuiddorpe verzoeken
wy, te willen bevorderen, dat door den raad
dier gemeente een jaarlijksche bydrage gedu
rende 40 jaren van 100 wordt toegekend,
terwijl wy het op prys zouden stellen, indien
uw college vryheid kon vinden, aan den raad
uwer gemeente in overweging te geven, voor
hetzelfde doel gedurende 40 jaren 500 per
jaar beschikbaar te stellen. Met het bedrag
hetwelk wij verwachten van den polder Be
oosten- en Bewesten-Bly verwachten te zullen
verkrijgen, zal dan het hiervoren vermelde
tekort gedekt zijn en zal een aanvang gemaakt
kunnen worden met een werk dat, behalve dat
het ook in een meer verwyderde toekomst
aan de streek ten goede zal komen, reeds on
middellijk van groot belang is, door dat het
dienstbaar gemaakt kan worden aan de be-
strijding van de werkloosheid. Wy vertrou-
wen, dat ook dit laatste argument by uw
college en bij den raad ten voile gewicht in de
schaal zal leggen.
Een spoedige beslissing zal door ons op
hoogen prys worden gesteld.
Burgemeester en wethouders schryven naar
aanleiding hiervan aan de gemeenteraad het
volgende
In uw besloten vergadering van den 29
December j.l. is besproken de voorgenomen
verbetering van den weg AxelRoode sluis
Belgische grens en in beginsel besloten daar
aan steun te verleenen.
Nadat gedeputeerde staten ons ter zake een
brief zonden, welke bij de raadsstukken is
overgeiegd, hebben wy deze zaak in nadere
overweging genomen.
Blijkens genoemd schrijven wordt van onze
gemeente gedurende 40 jaren eene bydrage
van /500 per jaar uit de gemeentekas ge
vraagd, waardoor het nog bestaand tekort
gedekt zou zijn en dus met de uitvoering van
het werk een aanvang zou kunnen worden
gemaakt.
Eenerzijds achten wyi de verbetering van
genoemden weg niet in die mate in het be
lang onzer gemeente, dat eene bydrage van
500 per jaar, gedurende 40 jaren gerecht-
vaardigd zou zijn, anderzyds echter meenen
wij dat door de betere verbinding welke daar
door met Belgie verkregen zal worden, ook
onze gemeente in meerdere of mindere mate
zal zijn gebaat.
Om deze reden en mede op grond van het
feit, dat de mogelykheid geopend kan worden
ook ingezetenen uit onze gemeente te werk te
stellen, kunnen wy termen vinden U voor te
stellen gedurende 40 jaren eene bijdrage van
200 per jaar uit de gemeentekas te verleenen
in de verbeteringskosten van bovenvermelden
weg.
Het behoeft geen betoog dat het voteeren
van nieuwe uitgaven zooveel mogelijk moet
worden voorkomen en daarom wenschen wy
de bijdrage pas ingaande 1 Januari 1936 te
betalen. Met ingang van dezen datum vervalt
n.l. de subsidie welke aan de Z.V.T.M. betaald
wordt, waardoor een bedrag van f 1600 vrij
komt. Van deze subsidie wenschen wy alsdan
200 te bestemmen voor bijdrage in de ver
beteringskosten van bovengenoemden weg.
Aan deze subsidieverleening wenschen wy
verder de voorwaarde te verbinden, dat zooveel
mogelyk werkloozen uit ooze gemeente te
werk gesteld zullen worden. Wy stellen U
voor, te besluiten als hierboven door ons is
aangegeven.
De heer COLSEN wenscht te verklaren, dat
hij tegen dit voorstel zal stemmen. Geduren
de 40 jaa." 20C per jaar is 8000, die men
dan zou uitgevien voor een weg naar Belgie.
terwijl er hier al zooveel wegenbelasting be
taald wordt, en al lange jaren gespnoken
wordt over verbetering van een weg in Ter
Neuzen waarvoor geen geld disponibel is, en
nu zou men wel geld hebben voor een weg
naar Belgie in ieen andere gemeente. En wat
is men dan nog vooruit, als men over de grens
in Belgie is? Dan komt men op wegen die
nergens naar gelijken! Hij vindt dit onver-
antwoordelyk, voora! in verband met de hooge
lasten waarop we reeds zitten. lets anders
was het met den steun die verleend is voor de
verbetering van den weg van Driekwart naar
Philippine, aangezien dit een weg is, die voor
een deel in de gemeente is gelegen. Maar de
hier bedoelde weg is 3 uren buiten de ge
meente gelegen. Hy hoopt, dat de raad hierop
niet zal ingaan. Er komt geen eind aan. Er
worden duizenden voor de wegen opgebracht,
door de autogebruikers en nu zouden deze
op die manier ook nog eens belasting moeten
gaan betalen voor de wegen. Het is de plicbt
van het rijk en de provincie, die beschikken
over de opbrengst der wegenbelasting, om
voor goede wegen te zorgen. Hij wijst op de
onlangs in de Tweed® Kamer gehouden be-
sprekingen over den weg van Hulst naar Kijik-
uit, waarvoor de minister zich bereid ver-
klaarde 100 te betalen. Kan men dien kant
ook voor dezen weg niet uit?
De heer DE JAGER geeft te kennen, dat hy
aanvankelijk wel geneigd was, zyn stem aan
het verleenen der bydrage te geven, uit over-
weging, dat, zooals in het vooruitzicht was
gesteld, de 1600 subsidie aan de tram in het
jaar 1936 zou vervallen. Bij nadenken is hy
echter tot de conclusie gekomen, dat het zeer
de vraag is, of de tram zich in het jaar 1936
zonder die subsidie wel zal kunnen bedruipen
en het dus de vraag is, of die zal kunnen ver
vallen. Een en ander maakt het voor hem een
bezwaar, op dit voorstel in te gaan.
De heer ViAN CADSAND kan het niet toe-
juichen, dat burgemeestei' en wethouders met
dit voorstel gekomen zijn. Hij is van oordeel,
dat die raad hier in geen geval op kan imgaan,
aangezien men in de gemeente zelf nog met
verschillende werken zit die men graag zou
willen uitvoeren, doch dit wegens het ont-
hreken van geld moet laten. Het gaat onder
die omstandigheden niet aan, am dan een weg
te gaan helpen leggen in een andere gemeente.
Bovendien is het ook de vraag, dat, wanneer
gedeputeerde staten de toezegging van de by
drage krijgen, wanneer ze met het maken
van dien weg zullen beginnen. Dat is nog on-
bekend. Hij vermeent, dat ze wel wat voor-
barig zijn geweest door met het maken van
dien weg te beginnen, zonder dat ze over de
noodige middelen daarvoor beschikken. Over
een lengte van 1000 M. is die weg al gelegd.
Spreker heeft daar eens een kijkj-e genomen.
En dan is het juist, hetgeen de heer Colsen
zeide, dat voorby de grens, de voortzetting
van den weg op het Belgisch gedeelte niet is
te passeeren. Men heeft daar op ons gebied
een reuzenwerk gemaakt, maar daar houdt
het ook op. Gedeputeerde staten zijn daar-
mede voorbarig geweest.
De VOORZITTER vermeent, dat het niet
noodig is, hierover nog veel te zeggen; de
meeningen zijn, in verband met de reeds ge-
voerde besprekingen bekend.
De heer HAMELINK stemt dit toe, en her-
innert, dat zijn meening is, dat we voor die
wegsverbetering geen centime kunnen geven.
Hy acht het wel eigenaardig, dat gedeputeer
de staten, die de gemeente op allerlei wijze in
haar uitgaven willen beknibbelen, er in deze
geen bezwaar in zien om de gemeentelyke uit
gaven te bezwaren met 40 maal f 500, of in
totaal 20.000. Daaruit blijkt, dat ze tegen
de uitgaven geen bezwaar hebben, als het
maar in hun eigen kraam te pas komt. Hy
acht de gemeenten wel verplicht, om kosten
te dragen van wegsverbetering in de eigen
gemeente, doch het gaat te ver, om juist van
onze gemeente nog bydragen te gaan vorderen
voor het verkrygen van een goede aansluiting
in een andere gemeente, terwijl zy zoo zwaar
gedrukt is door haar eigen uitgaven, en dat,
nadat Axel een bydrage heeft toegestaan ook
Ter Neuzen voor dien weg nog een belangryk
offer zou moeten brengen. In andere gevallen
heeft men ook niet bij andere gemeenten, niet
rechtstreeksch aan den weg gelegen aange-
klopt.
De heer VERLINDE geeft te kennen, ook
nog niet verandert te zyn, er is, indien er
gelden voor kunnen gevonden worden, in de
eerste plaats in onze gemeente nog meer te
doen. En wat de conditie betreft, die bur
gemeester en wethouders zouden willen stel
len, dat by het maken van den weg zoo mo
gelijk ook werklieden uit Ter Neuzen te werk
zouden moeten worden gesteld, merkt hy op,
dat de gemeenteraad van Axel bij het ver
leenen zyner bydrage de voorwaarde heeft ge
steld dat al het werkvolk uit Axel moet ge
nomen worden en die uit Ter Neuzen dus toch
geen kans zouden hebben.
De heer GEELHOEDT herinnert by de eer
ste bespreking te hebben gezegd, dat hij het
belang van Ter Neuzen by dezen weg niet z66
groot acht, maar dat het in het algemeen In
het belang der geheele streek moet genoemd
worden, dat de wegen verbeteren. En als er
daaromtrent geen samenwerking komt, zal er
van verbetering niets komen. Wanneer even-
wel zou blijken, dat de subsidie van de tram
niet geheel of gedeeltelyk kan vrij komen,
zou spreker ook geen bydrage voor den weg
willen geven. Dat is het door hem gemaakte
voorbehoud.
De heer HAMELINK: Van dat vrykomen
der subsidie moet u niet zooveel verwachting
hebben; er moet misschien eerder wat by.
De heer SCHEELE is van oordeel, dat er
uit het oogpunt van algemeen belang voor
deze streek geen bezwaar tegen is, dat van
wege de gemeente Ter Neuzen dit voorge-
stelde kleine bedrag voor deze wegsverbetering
wordt gegeven. Hy ziet niet in, dat we op
den verkeerden weg zouden gaan, als de ge
meente voor dat algemeen belang een kleln
offer bracht. Als we voor een beteren toe-
gang naar de Axelsche straat mettertyd een
nieuwe brug wenschen, zullen we daarvoor
ook een offer moeten over hebben en kunnen
dan ook een beroep doen op steun van de
provincie. Door den heer Geelhoedt is ge
zegd, dat hy er voor deze gemeente niet veel
nut in ziet en bespreekt deze de vraag, of de
subsidie van de tram binnen enkele jaren zal
kunnen vervallen. Maar daarop is toch van de
zijde der commissie uit gedeputeerde staten
by de conference zelf gewezen, dat we die
uitgaaf over enkele jaren kwijt zouden zyn?
Ook aan den heer De Jager zegt spreker, dat
de heeren van gedeputeerde staten dit aan
burgemeester en wethouders zelf in den mond
hebben gegeven. Maar verondersteld, dat dit
niet zou kunnen vervallen, dan zou de voor
waarde te stellen zyn, dat de subsidie met dit
bedrag moet verminderen. Spreker stelt zich
op het standpilnt, dat het op den weg der ge
meente ligt, hierin een kleine bijdrage te ver
leenen.
De VOORZITTER gelooft, van al hetgeen
hierover gezegd is, er het zwygen wel toe te
kunnen doen. Als gemeente dient men naar
zyn meening lets hooger te kunnen staan en
het eigen belang eenigszins ter zyde te stel
len. Het Is voor een streek van het grootste
belang, over een goed wegennet te kunnen
beschikken. Hij. wil nog alleen opmerken,
dat onjuist is de opvatting van den heer Van
Cadsand, dat gedeputeerde staten met dezen
weg zouden begonnen zyn, zonder over de
noodige geldmiddelen te beschikken. Ze hebben
met him bedragen wel wat aan den hoogen
kant gemikt, doch dit is geschied uit over
weging, dat enkele polders niet zouden te be-
wegen zyn hun voile aandeel by te dragen.
Het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt verworpen met 8 tegen 7 stemmen.
Voor stemmen de heeren De Bakker, Vac
Driel, Van den Bulck, Van Doeselaar, Geel
hoedt, Scheele en De Jonge; tegen stemmen
de heeren De Bruijn, Colsen, Van Cadsand,
Huyssen, Hamelink. De Jager, Verlinde en
Van Aken.
8. Vaststelling van den kostenden prys per
leerllng voor het gewoon lager- en nlt-
gebreid lager ondenvys over 1930.
Burgemeester en wethouders Stellen voor,
het volgende besluit te nemen:
De gemeenteraad van Ter Neuzen:
Overwegende, dat de gemeente-rekeing voor
1930 door gedeputeerde staten van Zeeland
by him besluit van 14 October 1932, no. 99
le afdeeling is vastgesteld;
dat mitsdien ingevolge artikel 15 van bet
Koninklyk Besluit van 4 September 1923,
Staatsblad no. 432, het gemiddelde bedrag per
leerling ter zake van de kosten bedoeld by
artikel 55 der lager onderwijswet 1920 onder e
tot en met h en o der openbare scholen voor
gewoon lager onderwijs en der openbare school
voor uitgebreid lager onderwys moet worden
vastgesteld;
dat blykens die gemeente-rekening Is uit-
gegeven