ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Het drama van
„De Zeven Provincien".
Geweldige ontploffing in het
Saargebied.
ZATERDAG 11 FEBRUARI 1933
EXTRA-EDITIE
Het aantal dooden met vier vermeerderd
en dus tot 22 gestegen.
Te Neunkirchenj isj een 80 meter hooge gashouder in de
lucht gevlogen,
Verslag van een ooggetuige.
Het aantal dooden nog niet bekend; men spreekt van
meer dan duizend gewonden.
TER NEUZENSCHE COURANT
Wij ontleenen daaromtrent aan de Nieuwe
Rotterdammer Courant:
Aneta's speciale correspondent, die op den
torpedobootjager Piet Hein zoo juist van het
tooneel van het drama van De Zeven Provin
cien te Batavia is teruggekeerd, m"t tien,l'l|IW^rw^i bovendien aanvankelijk de getallen te
ri,T,n n rrMTrnn^nn not, I ,rin n,ia a i 111111 11 1. .111 n*,»AM/,iTAn
zwaar gewonden aan boord, van wie e. lu-
rende de reis, die zeven uur duurde, vier zijn
overleden, voegt aan het eerder geseinde ver
slag der feiten het volgende relaas toe:
Vier vliegbooten bewegen zich te 8 uur 45
rondom De Zeven Provincien, in T-formatie.
De afstand maakt herkenning van het vlieg-
tuig-type onmogelijk. De hoogte waarop
gevlogen wordt is ongeveer 700 meter.
Terwijl twee schepen met De Zeven Pro
vincien meevaren, n.l. De Orion en De Gouden
Leeuw, gaan de Java, de Evertsen en de Piet
Hein haar tegemoet, aldus
een insluitingspolitiek volgend.
Op het seindek van de Java, waar de ge- 1
beurtenissen weTden waargenomen, kan de
sommatie niet worden gehoord, doch precies
9 uur 20 zien wij een geweldigen rookmassa 1 sommatie om de wapens neer te gooien niet
op het midden van De Zeven Provincien,
waarbij de beide schoorsteenen onzichtbaar
worden. Weldra kurmen wij alleen de hoe-
ken van het slagschip zien. Wij aanschouwen
een vuurkolom, maar weldra verdwijnen de
vlammen. De radioman komt ademloos aan-
gesneld om den eskadercommandant mee te
deelen
dat het schip zich overgeeft.
Tusschen het vallen van de bom en de over-
gave blijken slechts 12 minuten te z(jn ver-
loopen.
De witte vlag wordt geheschen van de
signaalbrug.
De Zeven Provincien geeft met de bekende
letters het noodsein, waarbij alle aanwezige
vlootmateriaal De Zeven Provincien nadert.
Op het moment van het vallen van de bom
was de kruiser Java ruim 9000 meter van De
Zeven Provincien verwijderd, op gelijke hoogte
liggend.
Een sleepboot, welke even voor het vallen
van de bom plotseling te midden der strijd-
krachten verscheen, wat zeer hinderlijk werd
gevonden, is thans de eerste om te hulp te
Snellen. Qveral wordt het strijken van sloe-
pen waargenomen. Een aantal matrozen van
De Zeven Provincien springt in zee. Zij worden
door de sleepboot opgepikt.
Om 9 uur 45 zien wij de vlet langszij van
De Zeven Provincien. De vlet wordt bemand.
Bamboe-noodvlotten worden in zee gesmeten.
Een der noodvlotten bljjft haken aan voor-
plecht twee. Men ziet de Inlanders zich vast-
grijpen aan de bamboes en uren lang blijven
^ij in die positie, omdat de aandacht van de
motorsloepen geheel is geconcentreerd op an-
dere punten van De Zeven Provincien.
De Gouden Leeuw en de Java hebben weldra
vier sloepen langszij De Zeven Provincien lig-
gen. Wij zien een aantal officieren, onder wie
een dokter ,aan boord klimmen, terwijl van de
Java met vlaggen wordt geseind: „Hebt gij
gewonden?" Behalve voor het zoo haastig
mogelijk overgeven van het bericht zorgde De
Zeven Provincien er op dit moment voor,
ij lings de witte vlag te hijschen.
Hierbij dient terloops te worden opgemerkt,
dat De Zeven Provincien gedurende haar tocht
langs Sumatra
steeds de Nederlandsche vlag heeft
gevoerd.
Dat de vrees voor terugkeeren van de vlieg-
tuigen, die voortdurend boven het tooneel van
het drama blijven cirkelen, zeer groot is blijkt
uit het feit, dat de muitende bemanning vol-
doet aan den eisch van den eskadercomman
dant om de witte vlag ook op het campagne-
dek te leggen, waardoor het mogelijk zal zljm
dat de vliegtuigen dit teeken van overgave
herkennen.
Nu wordt het vlaggesein inzake de aanwe-
zigheid van gewonden beantwoord door De
Zeven Provincien met het vlaggesein: „Ver-
zoeke alle hulp te zenden". Hierdoor weten
wp voor het eerst met zekerheid dat
de bom gewonden moet hebben
veroorzaakt.
Thans blijven de vlaggeseinen onafgebroken
aamhouden.
Hr. Ms. Java waarschuwt de Piet Hein en
de Evertsen, die eohter na de eerste woorden,
die van de Java worden gegeven, reeds blijk
geven dat zjj eveneens verzoek om hulp heb
ben ontvangen.
Nu komt het gedenkwaardigste vlaggesein
van den ochtend, n.l., dat waarbij De Zeven
Provincien bericht: Totaal 12 dooden en 25
gewonden.
De spanning wordt grooter en de indruk
dieper.
De vraag, die in aUen oprrjst, wordt weder-
om met vlaggen doorgegeven, en zij luidt:...
„Wie zijn de gesneuvelden?", en „Wie zijn de
gewonden?".
De Zeven Provincien seint terug: „De dok
ter verzoekt zes zwaargewonden onmiddeirij'k
naar Batavia te vervoeren".
Nu gelast de commandant van het eskader
dat de Evertsen zich zal gereed maken om zoo
snel mogelijk op te stoomen.
Dit bevel wordt later vervangen door een
instructie aan de Piet Hein om zich gereed te
maken voor een zoo snel mogelijken tocht naar
Batavia.
De Zeven Provincien beantwoordt nu het
.erzoek om opgave van de lijst van dooden
en gewonden door mede te deelen, dat deze
nader zal worden opgegeven. Achteraf blijkt
itt enkele gesneuvelden onherkenbaar zijn,
optimistisch zijn opgegeven.
Wij liggen nu zoo dicht bij De Zeven Provin
cien, dat de gestalten aan boord van het mui-
terschip herkenbaar worden.
Een van de officieren herkent op De Zeven
Provincien Zijn broer, die eveneens officier is
bij de marine. Onder de bemanning heerscht
eveneens agitatie bij de herkenning van kame-
raden. Men rukt elkander den verrekijker uit
de hand.
Aan boord van De Zeven Provincien blijken
sommigen reeds over den eersten schrik te zijn
heengekomen, hetgeen afgeleid kan worden
uit hun houding tegenover de officieren, die
met revolvers in de hand rondgaan, handen
omhoog bevelen en iedereen fouilleeren, waar
door weldra een groot aantal messen op een
hoopje bijeenligt. Dit laatste bewijst, dat de
algemeen ten voile was opgevolgd.
Een nieuw vlaggesein van den eskader
commandant instrueert den commandeerenden
officier van De Zeven Provincien, de Europee
sche ibelhamels uit te zoeken en naar de Evert
sen over te brengen, terwijl de Inheemsche
beihamels naar den kruiser Java moeten wor
den gebracht.
De doktoren leggen zoo snel mogelijk nood-
verbanden, terwijl ander personeel de zwaarst
gewonden op brancards legt en in zeildoeken
innaait. Er worden kleeden over gelegd, ter
wijl de hoofden worden bedekt tegen het felle
zonlicht in verband met de noodzaak het
transport in een open boot te doen geschieden.
Daarin liggen weldra adht zulke bruine pak-
ken, waaruit verminkte beenen steken; ook
eenige gewonden, die nog loopen kunnen,
gaan mee.
Er wordt een kort onderzoek gehouden,
waaruit de voorloopige indruk ontstaat, dat
zoowel de Europeesche als de Inlandsche
leden van de bemanning aan de muiterij heb
ben meegedaan.
Dit wordt aan den eskadercommandant be
richt.
De sloep met gewonden vaart naar de Piet
Hein. Intusschen zwalken de sloepen met ge-
vangenen, waarin officieren, die met de revol
ver dreigen, hebben plaatsgenomen, op zee,
in afwachting van het moment van hun in-
scheping op de voor hen bestemde schepen.
Wij stappen over op de Piet Hein, teneinde
Batavia zoo snel mogelijk te bereiken.
Interview met een der officieren van
De Zeven Provincien.
Aan boord van de Piet Hein treffen wij den
lichtgewonden luitenant ter zee der derde
klasse De Vos van Steenwijk aan, die slechts
beenwonden heeft en die de eenige is, die te-
midden van vele anderen, ver van de plaats
waar de bom viel, getroffen werd.
Hij meent een schot achter zich te hebben
gehoord, zoodat vermoed wordt, dat iemand
door schrik Zijn geweer heeft laten vallen of
afgaan.
Wij vroegen den heer De Vos van Steenwijk
in de eerste plaats naar het vallen van de bom
zelf, waarbij hij ons mededeelde, welk een
schade was aangebracht. De schoorsteen werd
doorzeefd en in een der tenten werd een gat
geslagen, waaruit de brand kan worden ver-
klaard.
Op de commanddbrug bevond zich de in
heemsche muitercommandant temidden van
een deel van zijn muitende etat major. Deze
gansche groep werd weggeveegd.
De commandant bevond zich onder de
zwaargewonden op de Piet Hein, op welk
schip hij twee uur na zijn opnemtng in het
hospitaal overleden is.
De bom is gevallen juist achter de com-
mandobrug. De linkervleugel van de comman-
dobrug is totaal vemield. Ook het pantser-
dek werd beschadigd en hier werd de ge-
vechtsradio vernield.
De lichamen van sommige gekwetsten war
den als het ware uiteengesoheurd. Er wer-
den vele vleeschwonden geconstateerd en de
zware bloedingen die men zag, gaven boven
dien een onstellend beeld van de uitwerking
van de bom.
Luitenant ter zee De Vos van Steenwijk
had aan boord van het muiterschip niet aan-
stonds een aanval verwacht. Hij had echter
wel begrepen dat er iets zou gebeuren, on-
danks het feit, dat de muiters lachend de
meening hadden uitgesproken, dat ze stellig
buiten schot zouden blijven.
Na deze mededeelingen deed luitenant ter
zee De Vos Van Steenwijk het verhaal van
de gebeurtenissen van het oogenblik af, toen
hij op de reede van Olehleh, waar hij den
avondloop deed tijdens de wacht, opmerkte,
dat de Europeesche machinist Boschart met
een aantal inheemsche matrozen bezig was,
de statietrap in te halen.
De heer De Vos van Steenwijk stelde den
mannen de vraag wat dit beteekende. Hierop
staakten zij onmiddellijk het inhalen van de
staatsietrap. Verder gebeurde er niets.
Er was aldus vervolgde de heer De Vos
van Steenwijk zijn verhaal, nu eenmaal veel
ontstemming, doch op dit oogenblik niet
merkbaar meer dan gewoonlijk.
Maar toen luitenant ter zee De Vos van
Steenwijk reeds in zijn kooi lag, werd hij daar
uitgehaald en voor een troep Inheemsche
schepelingen geleid, die duidelijk den indruk
maakten, dat zij geen geweld in den zin had
den, mits de officieren beloofden dat zij de-
zelfde houding zouden aannemen. De muiters
zetten aan dit verzoek kracht bij door het
feit te releveeren dat zij reeds twee jonge
officieren, de luitenants ter zee Kooi en Ste-
geman, van hun bed hadden gelicht, zoomede
eenige Europeesche onderofficieren, die on
middellijk gedood zouden worden, zoodra een
schot mocht worden gelost.
De heer De Vos van Steenwijk verklaarde
dat hij dien avond van alles had geprobeerd.
Hij was verder vrij in zijn doen en laten,
doch hij moest het aanzien dat het schip ver-
trok.
Bij dit alles bleven in het officierskwartier
zestien officieren van wie de hoogste een lui
tenant ter zee tweede klasse was, doch de
meesten luitenants ter zee derde klasse wa-
ren, blijven
voortleven zooals gewoonlijk.
Slechts op twee punten was er een afwij-
king van den gewonen gang van zaken, n.l.
door de feiten, dat de Europeesche onderoffi
cieren en hun Inlandsche collega's zich alien
bij hen voegden (de bediening door de hut-
jongens, de kok enz. ging voort alsof er niets
gebeurd was) en ten tweede de natuurljjk
ellendiige omstandigheid dat het schip reeds
onderweg was, zoodat de officieren zich over-
geleverd voelden aan de muiters.
Luitenant de Vos van Steenwijk heeft even
de gelegenheid gehad om de radio te bedie-
nen. Hij heeft toen den commandant der ma
rine te Soerabaja opgeroepen en het radiosta-
tion Scheveningen, maar beide stations waren
bezet.
De officier werd toen door den Europeeschen
machinist Boschart van de radio verwijderd.
Toen hij dit vertelde zeide de heer De Vos
van Steenwijk: „Nu zal men de vraag stellen,
waarom hebben jullie niet een flinken bloed-
plas gemaakt?, maar, alle omstandigheden
waren tegen.
Wij hebben op het kritieke moment geen
leiding, we hadden geen contact, we trachtten
ieder op zijn eigen gelegenheid iets te begin-
nen. Wij hebben ook eenmaal een kleine ver-
zetsactie gevoerd, maar toen is er onmiddel
lijk door de muiters op ons geschoten; bij die
gelegenheid werd echter niemand geraakt. We
beseften toen wederom dat twee collega's
hierdoor een zekeren dood zouden vinden en
dat de Europeesche onder-officieren eveneens
zouden worden vermoord, een consequent.ie,
welke wij niet voor or ze rekening hebben ge-
nomen.
Er was. nog een ander beletsel: een onzer
had zich in conference met de muiters be-
geven en bij die gelegenheid onder den indruk
van doodsbedreiging aan de gijzelaars het
eere woord gepasseerd namens de officieren
zij geen gewapend verzet zouden plegen.
Nu kunt ge daar verder over denken zooals
ge wilt. Wij waren in omstandigheden, die
men zich onmogelijk kan indenken, omstan
digheden, die men beleefd moet hebben om ze
te kunnen begrijpen
Wij vroegen den jongen zee-officier: maar
hebt ge niet al die dagen in een hel geleefd?
Hij antwoorde ons hierop met de mede-
deeling, dat hem reeds Maandag door den
Europeeschen machinist Boschart het bericht
was getoond, dat het eskader De Zeven Pro
vincien tegemoet voer, met de bedoeling om
zonder slag of stoot den ouden toestand te
herstellen. Hij voegde daarbij dat deze Bo
schart bovendien reeds toen genoeg scheen te
hebben van de demonstratie. Deze verloor door
kijn overreding om er nu maar mee uit te
scheiden zijn invloed over de anderen en nam
van dat tijstip af een andere houding aan,
terwijl de eigenlijke muiters consequent voort-
gingen.
Wij hebben aldus vervolgde luitenant De
Vos van Steenwijk zijn verhaal elk oogen
blik verwacht het eskader te ontmoeten. Wij
hebben natuurlijk steeds daarnaar uitgezien.
Wij werden behoorlijk behandeld en kregen
den indruk, dat de demonstratie van de be
manning naar buiten was bedoeld en stellig
niet tegen ons, zoodat wij geen onheil ver-
wachten. Aan het betreurenswaardige weg-
varen was al niets meer te doen. Dit weg-
varen is ook niet onze scbuld. Dit ligt aan den
geheelen toestand.
Eindelijk kwam dan Vrijdagmorgen het
eskader in zicht.
Wij begrepen niet wat het wilde, doch toen
wij de vliegtuigen zagen komen, verwachtten
wij, dat er een waarschuwingsbom zou worden
gegooid. Zulk een bom werd echter niet ver
wacht door de muiters, die in de meening ver-
keerden dat er rustig zou kunnen worden on-
derhandeld. De naderende strijdmachten wek-
ten daardoor eerder spot dan angst.
De muiters verkeerden in de meening dat
thans het moment tot het stellen van hun
eischen eerst recht gekomen was.
Op dit moment viel de bom. Hiermede was
de historie ineens ten einde
De slachtoffers.
Terwijl aldus gaat de Aneta-correspon-
dent voort dit gesprek op de Piet Hein
plaats vond, zag men den dokter voortdurend
zijn bezigheden verrichten. Hij liep van de
eene hut naar de andere, zooals hij dat gedu
rende de uiterst snelle terugreis voortdurend
had gedaan.
In zeven uur tijd was de doodenlijst aan-
gegroeid met vier. en intusschen verergerde
de toestand van den marinier Visser, terwijl
ook de toestand van de vier andere zwaarge
wonden geen wijziging ten goede vertoonde.
Het kwam ons voor dat de zes lichtgewon
den het goed maakten. Onder hen bevond
zich een Europeesch matroos, die na het vallen
van de bom naar de radio was gesneld om de
overgave van de muiters bekend te maken.
De commandant van de Piet Hein .luitenant
ter zee der eerste klasse De Meester, bracht
de Piet Hein in record tijd terug naar Tand-
jong Priok. Hierdoor was het mogelijk, de
slachtoffers zoo snel als maar eenigsizins kon
in gereedstaande ambulance-auto's te ver
voeren.
Te Tandjong Priok was reeds belangstelling
ondanks het feit, dat de aankomst van de Piet
Hein slechts weinigen bekend kon zijn.
Bij de in totaal zeven zwaargewonden be-
vindt zich een Europeaan, die nog niet is ge-
identificeerd. Een voorloopige informatie aan
boord van de Piet Hein bracht aan het licht,
dat de zwaargewonde inlandsche matroos
eerste klasse Paradja een bekend aanstichter
van ontevredenheid is, aan wien vrij groote
invloed wordt toegesohreven.
Voorts is aan boord van de Piet Hein over
leden de Inlandsche schepeling Basir, die tij-
delijk als commandant van De Zeven Provin
cien zou hebben gefungeerd.
Luitenant ter zee De Vos van Steenwijk
verklaarde hieromtrent overigens weinig met
zekerheid te weten.
Wel wist hij te vertellen, dat de navigatie
gedurende den muiterstocht geleid werd door
den inlandschen schepeling Tuhumuna. De of
ficier achtte dit geen bijzondere kunst.
Alvorens Hr. Ms. kruiser Java te verlaten,
hadden wij nog een kort onderhoud met den
commandant van het eskader, kapitein ter
zee Van Duim, die voorloopig rapport over de
oorzaken van de muiterij had ontvangen en
die daarvan zeer onder den indruk was.
De operatie zelve was helaas onvermijdelijk,
toen aan de sommatie geen gevolg was ge
geven, zoodat verder geen discussie mogelijk
was.
Terwijl wij voegvoeren naar de Piet Hein,
was overal bedrijvigheid, die nog langen tijd
zou duren.
De commissie van onderzoek zou aanstonds
worden benoemd en onmiddellijk zou men een
begin maken met het afnemen van de ver-
hooren. Hierom werden de beihamels onmid
dellijk afgezonderd. De stemming onder het
lagere personeel aan boord van de Piet Hein
kan o.a. getypeerd worden door een uitlating
van een der manschappenAls het nou ook
maar voor goed uit is.
De Piet Hein brengt hen, die aan boord zrjn
overleden, morgen naar het eiland Onrust.
De lichtgekwetsten, wier houding door het
gebeurde weinig sbheen te zijn gewijzigd, gin-
gen onder gewapend geleide onmiddellijk in
artest. Een burner werd herkend door een
bootsman als iemand die op het schip waar hij
diende geregeld moeilijkheden had veroor
zaakt.
EEN VERKLARING VAN DEN MINISTER
VAN KOLONIeN.
Naar aanleiding van de gebeurtenissen,
welke zich in de Indische wateren hebben af-
gespeeld, heeft Aneta-Holland den minister
van Kolonien verzocht, zijn oordeel te willen
geven over den afloop van de muiterij. De
minister zeide, dat hij van oordeel was, dat
de afloop van de gebeurtenissen in het alge
meen bevredigend is geweest, daargelaten de
droeve omstandigheid, dat het menschen-
levens heeft gekost. Het aantal gevangenen
is niet gering, maar dit was niet anders te
verwachten, nu van de zijde van de muiters
de verdwazing tot het uiterste gedreven werd.
Gisteravond om 18.05 uur is door onbekende
oorzaak de groote gashouder van het Neun-
kirchener Eisenwerk, vormals Gebrtider
Stumm te Neunkirchen in het Saargebied in
de lucht gevlogen. Vervolgens geraakte de
benzolfabriek van dit bedrljf in brand. Door
het geweld van de ontploffing zijn de huizen
in de buurt ingestort en in verren omtrek zijn
ruiten vemield.
Helaas, aldus het officieele bericht uit Neun
kirchen, valt ook een aantal dooden te be-
treuren. Men heeft er 15 gewonden, maar in
hoeverre er meer slachtoffers zijn, kan bij het
verzenden van dit bericht nog niet vastgesteld
worden. In de ziekenhuizen zijn zeer veel ge
wonden binnengebracht uit de huizen, die zich
in de buurt van het hoogovenbedrijf bevonden.
Alle veiligheidsmaatregelen zijn getroffen.
Nader wordt gemeld:
Het schijnsel van den brand te Neunkirchen
is tot ver over het land te zien. Men ver
wacht dat het aantal gewonden zeer groot zai
zijn. Vier vrachtauto's met gewonden zijn van
de plaats des onheils vertrokken.
De benedenstad zou wegens het gevaar van
gasvergiftiging door de bevolking ontruimd
worden. Menschen, die zich per trein van
Saarbrucken naar Neunkirchen wilden be-
geven, konden niet tot het station doorrijden,
daar dit vemield schijlnt te zijn.
Daar er gevaar voor een tweede ontploffing
scheen te bestaan, is het terrein van de ramp
in ruimen omtrek afgezet. Zelfs joumalisten
werden niet bij het centrum van de ontplof
fing toegelaten.
Alle telefoonverbindingen met Neunkirchen
zijn verstoord.
Volgens de Neunkirchener Zeitung is tegelijk
met den 85 meter hoogen gashouder ook den
benzolfabriek in de lucht geslagen.
De Saarbruckerstrasse, die langs het hoog
ovenbedrijf loopt, is een ruine.
Vijftig huizen zijln volkomen vemield.
Alle ruiten te Neunkirchen zijn stuk
Op de groote ontploffing van den gashou
der zijn nog 34 kleine ontploffingen ge-
volgd. Het gevaar voor ontploffingen in de
benzolfabriek scheen later op den avond ge-
weken, maar de heele fabriek stond in brand,
nadat de leidingen gescheurd waren en de weg-
stroomende benzol vlam gevat had.
Het aantal dooden was nog niet vast te
stellen, maar men verwachtte, dat het er vele
zouden zijn. Doordat verscheidene straten
ontruimd moesten worden, heerschte er gewel
dige verwarring. Kinderen dwalen rond en
zoeken hun ouders, vrouwen hun mannen en
dat alles wordt belicht door den brand in het
hoogovenbedrijf.
Volgens te Keulen ontvangen berichten zou
het aantal gewonden op meer dan duizend ge-
schat worden, waarvan ongeveer 150 in ern-
stigen toestand moeten verkeeren. Op het
oogenblik van de ramp was 500 man personeel
in het bedtijtf werkzaam.
V. D. meldt nader:
De ontploffing is geschied in den grooten
gashouder van het Saargebied, welke een
capaciteit heeft van 120.000 M3., 80 M. hoog
is, een doorsnede heeft van 45 M. en een
grondvlak van 1550 vierkante meters. De ont-
zettende luchtdruk heeft een verwoestende
uitwerking gehad op groote deelen der stad
en zelfs op eenige dorpen in den omtrek. De
straten der stad zrjn bedekt met glasscherven
en dakpannen. Zoo goed als alle ruiten in
de stad zijn vemield.
Hoeveel personen gedood of gewond zijn ,is
nog niet bekend. Vaststaat, dat alle beschik-
bare ruimten in de hospitalen en ziekenhuizen
der stad Neunkirchen is opgeeischt. De ont
ploffing werd gehoord tot in Mannheim,
Karlsruhe, Landau en Heidelberg.
Dolff meldde laat in den avond:
Het aantal dooden staat nog niet vast. Men
moet aannemen, dat er zeer vele onde'- de
puinhoopen liggen. Naar het schijnt, zijn de
slachtoffers niet zoo zeer onder de arbeiders
van het hoogovenbedrijf als wel onder de be-
woners van de omiliggende straten gevallen.
In de heele stad zijn menschen gewond Alle
ziekenhuizen zijn meer dan vol.
Het dak van den ongeveer 85 meter hoogen
gashouder is ongeveer 800 meter hoog de
lucht ingeviogen over het stationsgebouw
heen. Nauwkeurige bijzonderheden zijn niet te
krijigen, daar wegens het gevaar voor verdere
ontploffingen het heele terrein is afgezet. Er
bestaat groot gevaar voor de opslagplaats van
benzbl. Indien deze zou ontploffen, zou de
ramp onafzienbaar worden. Het heele nieuwe
gedeelte van het bearijf staat in lichter laaie.
Het is het modemste van het Saargebied.
De opwinding onder be bevolking is zeer
groot. Gansche straten zijn ontruimd. waarbij
het tot afschuwelijke scenes kwam: zieken
en ouden van dagen konden slechts onder
groote moeilijkheden weggevoerd. Zelfs de
kamers der doktoren in de ziekenhuizen lig
gen vol.
V.D. meldt uit Keulen:
Uit Saarbrucken wordt gemeld, dat te Neun
kirchen thans 50 dooden, 250 emstig en 450
licht gewonden geteld zijn. Tot de dooden en
gewonden behooren niet alleen tal van arbei
ders en employe's der ondememing, maar ook
vrouwen en kinderen uit omliggende huizen.
Alle vrauchtauto's uit Saarbrucken zijn ter
assistentie vertrokken. Alle ziekenhuizen van
Neunkirchen en omstreken tot Friedrichtsthal
toe zijn reeds vol met zwaargewonden.
Later:
Honderden brandweerlieden en ziekenver-
zorgers zoeken tusschen de ruines van de
Saarbruckenstrasse naar dooden en gewonden.
De 86 meter hooge gashouder is volkomen
van den aardbodem verdwenen; 1015 cente-
naar zware stukken ijzer vlogen over de heele
stad.
De heele gendarmerie van het Saargebied
is met vrachtauto's naar Neunkirchen ver-
voerd. De toegangswegen tot de stad zijn af-
gesloten en de politie regelt het verkeer, dat
door de talrijke nieuwsgierigen die uit den
omtrek komen opdagen, zeer druk is.
Om 11 uur's avonds scheen het gevaar voor
verdere uitbreiding geweken, met name dat
de benzolopslagplaats ook in de lucht zou
kunnen vliegen.