algemeen nieuws- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen.
De Siapende Boeddha
BLUE BAND-
MEISJE
No.^8946 MA AND AG 30, JANUARI 1933 73e Jaargang.
BINHENLAND
FEUILLETO N
Wanneer het
biefstuk baict
PROF. DR. J. R. SLOTEMAKER DE
BRUINE.
30 cent per V2 pondspakje
TER
ABONNEMENTSPRIJSBinnen Ter Neuzer. 1,25 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post /1,55 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 5,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika 2,overige landen 2,35 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland all e'en bij vooruitbetaling.
Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE
GIRO 38150 TELEFOON No. 25.
ADVERXENTIeNVan 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20.
ItLEINE ADVERTENTIeN per 6 regels 50 cent bij vooruitbetaling.
Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
DIENSTPLICIIT.
Uitspraak inzake vrijstclling.
De Burgemeester van TER NEUZEN brengt
ter algemeene kennis, dat uitspraken op aan-
vragen om vrijstelling van den dienstplicht
wegens broederdienst ter secretarie dezer ge-
meente voor een ieder ter inzage zijn neder-
gelegd.
Tegen deze uitspraken kan binnen tien dagen
na den dag van deze bekendmaking in beroep
worden gekomen:
a. door den ingeschrevene wien de uitspraak
geldt en door diens wettigen vertegen-
woordiger;
b. door elk der overige voor deze gemeente
voor dezelfde lichting ingeschreven per-
sonen of door hun wettige vertegenwoor-
digers.
Het verzoekschrift moet met redenen om-
kleed zijn. Het behoeft niet gezegeld te zijn.
Het moet worden gericht aan de Koningin,
doch worden ingediend bij den Burgemeester,
ter Secretarie dezer gemeente.
De Burgemeester zorgt voor de doorzending.
Ter Neuzen, den 30 Januari 1933.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
DIENSTPLICHT.
Uitspraak inzake vrijstelling.
De Burgemeester van TER NEUZEN,
brengt ter algemeene kennis, dat aan
JACOBUS CORNELIS VAN DER EST en
JACOB PIETER OOSTDIJK,
beiden der licbting 1932 uit deze gemeente
met ingang van 16 Maart 1933 voorgoed vrij
stelling van den dienstplicht wegens kost-
winnerschap is verleend.
Tegen deze uitspraken kan binnen tien
dagen na den dag van deze bekendmaking
in beroep worden gekomen.
A. door den ingeschrevene wien de uitspraak
geldt of door diens wettigen vertegen-
woordiger;
B. door elk der overige voor deze gemeente
voor dezelfde lichting ingeschreven per-
sonen of door hunne wettige vertegen-
woordigers.
Het verzoekschrift moet met redenen om-
kleed zijn. Het behoeft niet gezegeld te zijn.
Het moet worden gericht aan de Koningin,
doch worden ingediend bjj den Burgemeester,
ter Secretarie dezer gemeente.
De Burgemeester zorgt voor de doorzending.
Ter Neuzen, den 30 Januari 1933.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA,
DIENSTPLICHT.
Inspectie.
Behoudens onvoorziene omstandigheden zal
in Juni a.s. het jaarlyksch onderzoek plaats
hebben voor de gewone dienstplichtigen der
landmaeht van de lichtingen 1921 en 1924.
Plaats en tijd van het onderzoek zullen
nader worden bekend gemaakt.
Ter Neuzen, 30 Januari 1933.
De Burgemeester van Ter Neuzen,
J. HUIZINGA.
OE KONINGIN EN DE PRINSES NAAR
ZWITSERLAND.
De Koningin en Prinses Juliana zijn Zater-
dagochtend, vergezeld van klein gevolg van
Den Haag naar Zwitserland vertrokken voor
het voorgenomen verblijf aldaar. In twee
auto's werd naar het Staatsspoorstation ge-
reden, van waar de trein, waarin een extra-
rtftuig was ingelascht, te 9.48 vertrok.
door
F. J. A. L. CORDENS.
(Nadruk verboden.)
(Vervolg.)
Op het perron waren verscheidene belang-
stellenden aanwezig, die H.M. en H.K.H. een
eerbiedigen groet brachten.
Het bulletin van Vrijdagochtend door den
behandelenden geneesheer, dr. C. C. A. Croin
uitgegeven, luidde als volgt:
„Prof. Slotemaker de Bruine gaat steeds
goed vooruit. De patient is gistermiddag voor
het eerst na zijn operatie met goed gevolg op
geweest."
SPOORWEGONTVANGSXEN 1932.
Het crisisjaar 1932 heeft in zeer sterke mate
zijn ongunstigen invloed op de ontvangsten
van de Nederlandsche Spoorwegen doen gel-
den.
Zoowel het reizigers- als goederenvervoer
liep zeer sterk terug en de directie van de
Ned. Spoorwegen zag zich dan ook, in ver-
band met de uitkomsten van het bedrijf, ge-
noodzaakt tot tweemaal toe met voorstellen
bij den Personeelraad te komen tot verlaging
van alle loonen en salarissen van het geheele
spoorwegpersoneel.
De to tale ontvangsten van 1 Januari tot en
met December 1932 bedroegen 138.393.130;
die over het jaar 1931 f 164.295.873.
In 1932 ontvingen de Ned. Spoorwegen der-
halve vergeleken met de ontvangsten van
1931 minder 25.902.743.
DE BRANDSTOFFENTOESLAG VOOR
WERKLOOZEN.
De minister van Binnenlandsche Zalcen
heeft het volgende rondschrijven aan de col
leges van Burg, en Weth. der gemeenten ge-
zonden
Ik heb de eer uw college mede te deelen,
dat ik heb besloten, in verband met de lang-
durige vorst goed te keuren, dat in de ge
meenten met een tarief van ondersteuning van
ten hoogste f 7 voor een echtpaar waarvan
de man tot de uitgetrokkenen behoort en 6
voor een echtpaar, waarvan de man behoort
tot een der andere categorien, aan de volgens
mijn regeling ondersteunde werkloozen in
plaats van f 1 een brandstoffentoeslag van
1,50 per week verstrekt.
Deze verhoogde uitkeering mag worden
verstrekt te rekenen van 22 dezer af; zij geldt
totdat de regeling mijnerzijds wordt inge-
trokken.
In de verhooging van 0,50 wordt dezelfde
bijdrage verstrekt als in de overige kosten
van steunverleening".
De minister van Binnenlandsche Zaken
heeft aan alle inspecties voot de werkverschaf-
fing het volgende rondschrijven gezonden:
Ik heb de eer u te verzoeken, onmiddellijk
na ontvangst van dezen brief aan de besturen
van de gemeenten in uw ressort waar als
norm voor de uitvriesregeling geldt 7 voor
georganiseerden en 6 voor ongeorganiseer-
den mede te deelen dat, ingaande deze week,
aan hen, die onder de genoemde regeling val-
len, inplaats van 1 gulden brandstoffentoe
slag 1,50 kan worden uitgekeerd.
Deze aanvullende regeling geldt, totdat de-
zerzijds zal worden aangegeven, dat zij wordt
ingetrokken.
Uit het bovenstaande blijkt, dat de aanvul
lende regeling niet geldt voor gemeenten in
welke hoogere normen gelden dan hiervoren
zijn aangegeven. U behoeft derhalve deze ge
meenten niet in te lichten.
DE STICHTING JEUGDLECTU UR.
Te Amsterdam is dezer dagen bij notarieele
acte opgericht de stichting Jeugdlectuur.
De stichting, waarvan de bestuursleden op
positief Christelijk standpunt staan, stelt zich
ten doel het brengen van goede lectuur onder
de jeugd. Ter bereiking van dit doel zal de
stichting propaganda maken voor goede lec
tuur in Nederland, Ned. Oost- en West-Indie,
Zuid-Afrika, Vlaanderen en overal elders waar
aanraking gezocht wordt met de Nederland
sche cultuur.
Als middelen ter bestrijdinig van dit doel zal
de stichting o.m. de uitgave voortzetten van
de „Lectuurgids", waarin principieele voor-
lichting gegeven wordt over boeken, die voor
de jongeren zelf bestemd zijn, alsook over
boeken die voor ouders en jeugdleiders van
belang zijn.
DE T5SLEURGESTELDE
VERWACHTINGEN MET DE SPEEN-
VARKENS.
De in het openbaar slachthuis te Uithoom
gehouden tweede proefslachting van speen-
varkens, welke bestemd waren om te worden
gedistribueerd onder werkloozen der gemeente
Amsterdam, heeft tot de volgende resultaten
geleid, volgens de N. R. Crt.
Van de 296 speenvarkens moesten er na
grondig onderzoek 261 worden afgekeurd, ter-
wijl er 17 voor nader onderzoek in observatie
werden gehouden. Slechts 18 speenvarkens
werden geschikt bevonden voor de consump-
tie.
De keuring van bovengenoemde partij var-
kentjes geschiedde door dr. R. H. Veenstra,
adjunct-directeur van het abattoir te Am
sterdam, alsmede door dr. Po3tma en dr. Van
Maanen, keuringsveeartsen aan bovengenoemd
abattoir.
De heeren dr. v. d. Laan, van den keurings-
dienst van waren te Amsterdam, en Vigeveno,
president-commissaris van de Nederl. Thermo-
Chemische Fabrieken, waren eveneens tegen-
woordig.
Andermaal is komen vast te staan, dat de
speenvarkens, die aan het slachthuis te Uit
hoom zijn aangevoerd, vooral wat de kwali-
teit betreft, niet geschikt zijn voor de con-
sumptie. In verband hiermede zullen de proe-
ven zeer waarschijnlijk voorloopig worden
gestaakt.
CRED1ETHULP VOOR
MIDDENST ANDSONDERNEMIN GEN.
De Koninklijke Nederlandsche Midden-
standsbond, de Nederlandsche R.K. Midden-
standsbond, de Vereeniging van den Christe-
lijken Handeldrijvenden en Industrieelen Mid-
denstand van Nederland en de Nederlandsche
Middenstandsbank N.V. hebben met erkente-
lijkheid ervaren, dat de minister van Econo-
mische Zaken en Arbeid het vraagstuk van
51)
Ik voelde me ellendig en wrevelig. Wat een
miserabele voormiddag was dat geweest. Op
de chaise-longue liggend, ging ik verschillende
punten van het verhoor nog eens na en stond
voornamelijk stil bij de opmerking, die kolonel
Hereford had gemaakt dat ik nog zoo weinig
van Indie afwist. Ja, ondanks al mijn vreem-
de avonturen wist ik er blijkbaar nog weinig
van; dat bewees weer eens de zonderlinge
houding van Bengor. Die had niet den verren
rit hoeven te doen van Chindawar naar de
spoorlijn om ons te komen vertellen, dat Akbar
dood en de prinses gevlucht was; daarvoor
kwam hjj niet; hij kwam voor een bedreiging,
h?j was woedend op ons Maar waarom Dat
wjj de begum zouden verraden hebben was de
reden niet, want de begum was nog altrjd niet
gevonden en ook de tempelschat was nog on-
gerept; dlen had ik zelf nu pas verraden. Wat
dan? Als Akbar eens gesproken had voor
*gjn dood? Dat leek niet waarschijnlijk, na
hetgeen de kolonel mij had-verteld. Maar ge-
steld, dat zij op een andere mij onbekende
tnanier te weten waren gekomen, dat het hei-
llgdom van Chindawar in ons bezit was of als
zij het zelfs maar vermoedden? Ja, dan had
Bengor reden om woedend te zijn, dat wij op
die manier de gastvrijheid van Chindawar
vergolden; dan had hij reden om ons te drei-
gen. Mijn God, was die bedreiging misschien
ten uitvoer gelegd door den moord op mijn
vriend? Ik drukte mijn handen tegen de sla-
pen; dat zou vreeselgk zijn.
Alfred misschien gedood om mijnentwil en
door mijn schuld! Ik mocht er niet aan den-
ken. En toch, de politie tastte nog in het duis-
ter en de ware reden voor den moord was-nog
niet opgehelderd. Dat de aanslag op Ruwadini
gemunt was, werd door den politie-commis-
saris te Calcutta betwijfeld en zoo dachten er
ook mijn beide militaire geleiders over.
Alfred vermoord om mij, om lets, waarvan
ik hem geheel onkundig had gelaten! Het was
om krankzinnig te worden; dat mocht, dat kon
niet waar zijn!
Hoe lang ik. op de chaise-longue gelegen
heb, versuft en niet meer kunnende of willende
denken, weet ik niet. Ik kwam weer tot be-
wustzijn, toen er op mijn kamerdeur werd ge-
klopt.
Een kellner gaf me een brief van het staf-
bureau. Het convert bevatte een paar vrien-
delijke regelen van kolonel Hereford en een
plaatsbewijs voor een hut eerste klas aan
boord van de „Dunmore Castle".
Goddank dus eindelijk wcg uit dit ver-
vloekte land en weer terug, terug naar Hol
land; weg uit al dit geheimzinnig en vreese-
lijk gedoe, waarin ik mij nooit of nimmer
thuis zou voelen. Ik weet wel, ik was op dat
oogenblik onredelijk, maar mijn verlangen
naar mijn land was zoo groot en mijn vreugde
De knapste kok doet het niet beterl U moet eens proeven
wat voor fijns zij van een biefstuk weet te maken! Let eens
op wat voor pittige bruine jus zij erbij doet! Dat alles kan
in iedere keuken bereikt worden indien slechts gebakken,
gebraden en gestoofd wordt met Blue Bancf versch ge-
karnd! Neem daarom het Blue Band-meisje in vasten dienstl
Koop uitsluitend Blue Band niets anders!
BLUE BAND
VERSCH GEKARND MET 25 o0 ALLERFIJNSTE ROOMBOTER ONDER RIJKSCONTROLE
(Ing. Med.)
zoo buiten mate, dat ik haast niet kon ge-
looven, dat het biljet, dat ik in mijn handen
hield, echt was.
Hereford had alles voor mij geregeld; als ik
hem morgen een cheque voor mijn passage
wilde afgeven, was de zaak in orde.
Aan de hotel-telefoon vroeg ik verbinding
met de stoomvaart-maatschappij en daar werd
mij geantwoord, dat ik desgewenscht aan-
stonds mijn bagage aan boord kon laten
brengen.
Ik wreef mij in de handen. Wat waren ze
vriendelijk voor me, of wat hadden ze een
haast om mij weg te krijgen! De schat van
Chindawar! Ze mochten hem voor mijn part
gerust houden, en ik zat volstrekt niet te
wachten op de vrijgevigheid van het Engel-
sche gouvemement. Dat was misschien ook
alweer niet practisch van me, maar ik was
nu in een stemming, dat al het bijkomstige
mij onverschillig liet.
Morgen zou ik alvast het goed van Alfred
aan boord laten brengen, want dat nam ik
mee naar Engeland terug, en dan zou ik nog
eens naar Ibadji gaan informeeren, om ten-
minste behoorljjk gedocumenteerd terug te
komen bij mijn principalen.
Ik stak een sigaar op en ging een kleine
wandeling maken in de buurt van het hotel.
Nog geen oogenblik had ik aandacht aan de
stad geschonken, de mooie hoofdstad van
Britsch-Indie, nu lette ik er op, maar het
stadsbeeld bood mij niet veel nieuws. Het.
was de drukte van Bombay met de voornaam-
heid van Allahabad.
Flaggerton en Smith kwamen mij tegen
toen zij naar het hotel terugkeerden om te
dineeren en vroegen mij of ik met hen mee-
ging. Aan mijn diner had ik eigenlijk niet
meer gedacht, maar hun uitnoodiging kwam
goed van pas en ik ging met hen mee terug.
,,Hemel, wat zijn ze daar lang van draaa
aan den Generalen Staf", zei Flaggerton ,,ze
vragen je het hemd van je lijf. Nu is het wel
niet plezierig voor de hooge oomes, dat ze in
Patloora en Chindawar nog geen rooden duit
gevonden hebben om de kosten van de expedi-
tie goed te maken".
,,Als ze den tempelschat van Chindawar
vinden", meende Smith, ,,dan hebben ze geld
genoeg om de onkosten te dekken."
,,Veel meer", zei ik, hoewel ik spijt had,
dat ik ze over den schat had gesproken.
Ik moest onder het diner aldoor over den
tempel en zijn geheimenissen vertellen; ze
waren er eenvoudig dol op. Heel Chindawar
kon hun geen zier schelen, alleen in den schat
stelden zij belang. Na tafel gingen mijn
dischgenooten uit, de stad in, naar muziek en
amusementen. Ik voelde er niet veel voor; in
geruimen tijd had ik geen krant meer gezien
en ik wilde mij liever op de hoogte stellen
van wat er in de wereld was voorgevallen
tijdens mijn afwezigheid.
Die nuchtere krantenlectuur deed me goed,
ik leefde er nu ten minste weer in een wereld
van werkelijkheid en niet in een milieu van
droomen en profetieen en godsdienstige dwe-
perij. Nog drie dagen, en ik zou weer terug-
keeren naar een rustiger en kalmer omgeving
waar emstige, degelijke arbeid mij wachtte.
Van emstigen arbeid was den laatsten t'jd
niet veel gekomen, en ik nam mij voor om
de paar dagen, die mij nog restten, zooveel
hulpverleening aan middenstandsondememin-
gen, die in crisismoeilijkheden verkeerfen, in
onderzoek genomen heeft.
Zij meenden thans goed te doen den minis
ter te berichten, dat naar hun eenstemmige
meening in deze materie vooropstaat de be-
hoefte aan een maatregel, die het mogelijk
maakt, dat aan middenstandsondememingen,
welke op zichzelf gezond zijn, doch welke
door de crisismoeilijkheden zijn gekomen, met
medewerking der regeering credieten worden
verleend. Naar de meening van de adressan-
ten behoeven voor deze credietverleening,
voorloopig althans, door het Rijk niet de mid
delen te worden verstrekt, doch zal van rgks-
wege met het op zich nemen van garantie
kunnen worden volstaan.
Adressanten vestigen er bovendien de aan
dacht op, dat slechts beoogd wordt een cre
dietverleening aan individueele ondememingen
die daaraan behoefte blijken te hebben, zoodat
een hulpverleening aan groepen van midden
standsondememingen als geheel niet in de
bedoeling ligt.
Adressanten zijn overtuigd, dat het schep-
pen van de mogelijkheid tot deze credietverlee
ning noodzakelijk en urgent is te achten en zjj
zijn van meening, dat door het voorhanden
feitenmateriaal inderdaad de noodzakelijkheid
van schepping dezer mogelijkheid voldoende
wordt aangetoond.
Met aandrang verzoeken zij derhalve den
minister, de noodige maatregelen te doen
nemen, opdat spoedig tot invoering van een
hulpverleening als bovenbedoeld zal kunnen
worden overgegaan.
DE WEELDEVERTERINGSBELASTING.
In verband met de aanstaande behandeling
van het wetsontwerp tot heffing van een
Weeldeverteringsbelasting in de Tweede Ka-
mer en gezien de emstige bezwaren, welke
daarteg;en uit de kringen van het bedrijfs-
leven rijzen, zal het bestuur van den Konihk-
lijken Nederlandschen Middenstandsbond
Dinsdag 31 Januari te half twee in een der
zalen van het Jaarbeursrestaurant te Utrecht
een vergadering houden met de besturen der
bij den bond aangesloten organisaties en met
de afgevaardigden der betrokken vakorgani-
saties
Overwogen zal worden, welke maatregelen
moeten worden genomen om te verhoeden,
dat op het bedrijfsleven wederom zware lasten
worden gelegd.
Ook indien er meer logica gebracht zou wor
den in de artikelen, heeft het Utrechtsch
Dagbiad nog een zeer emstige bedenking
tegen het ontwerp-Weeldeverteringsbelasting.
Men mag de vraag stellen of onze nijverheid
die toch al bezig is kapot te gaan, door een
dergelijke belasting geheel moet worden ver-
nietigd. En zoo sterk klemt dat bezwaar, dat
de commissie, die den Minister bij de voorbe-
reiding heeft geholpen, dat bezwaar openlijk
tot uiting bracht. Er staat woordelijk in de
„Algemeene Beschouwingen"„Uit het mid-
den der Commissie werd de aandacht geves-
tigd op het aan de uitvoering van de onder-
harvige belasting verbonden bezwaar, dat zij
het verbruik van de daardoor getroffen arti-
kelen zal doen achteruit gaan, waarvan een
nieuwe vermindering van de werkgelegenheid
het gevolg zal zijn.
De Regeering heeft de bedenking even on-
omwonden erkend als zij is uitgesproken.
Maar zij heeft daar onmiddellijk aan toege-
voegd: Wij kunnen niet anders.
Achter die Ministerieele verklaring bevindt
zich een weloverwogen stelsel.
De belastingen, die tot nu toe zijn toege-
staan, als de verhooging van invoerrechten
en van enkele accynzen, met name de sulker,
de opcenten op de fondsbelasting en de 30 op-
centen op de vermogensbelasting heeft de
Minister, zonder veel geestdrift voor den aard
dier belastingen, alleen bestemd om als over-
bruggingsmaatregel te dienen. Deze belastin
gen zullen moeten dienen om aan geld te
komen, totdat de getroffen bezuinigingsmaat-
regelen hebben doorgewerkt. Maar daarnaast
moest naar duurzame heffingen worden ge
zocht. Het aanvankelijk geraamde tekort van
ruim 20 millioen op de begrooting van 1933
zal zeker nog grooter worden, onder andere
doordat er minder uit de salarisverlaging
werd gehaald dan aanvankelijk in het voor-
nemen lag. Zelfs indien men het spoorweg-
tekort, dat het tekort van 20 millioen op de
begrooting van 1933 veroorzaakt, buiten be-
schouwing laat, zal er over 1934 en 1935 in-
mogelijk in het belang van mijn principalen
te besteden.
Op mijn kamer gekomen baalde ik Akbar's
beeldje nog eens uit mijn koffer en zette het
heerlijk kunstwerk voor mij neer. Wat was
het mooi, hoe zuiver van lijn en modelleering.
Dat ten rrnnste zou ik als aan denken meene-
men en daar had niemand iets mee te maken.
Wat was ik een dwaas geweest om aan da;
zwarte godenbeeldje de fantastische geschie-
denissen te verbinden, waarmee ik me angstig
en onpleizierig gemaakt had. Wie bewees
me, dat dit werkelijk het heiligdom van Chin
dawar was? Mijzelf had ik dat w^js ge
maakt; van het groote tempelbeeld zouden
er natuurlijk wel meer copieen bestaan. Hoe
kwam ik er toe om te meenen, dat het van
goud was? Koper blinkt immers ook. En nu
begreep ik ook, waarom Akbar het meegeno-
men had naar Chindawar; dat had hij alleen
gedaan om de bewoners gunstig voor zich te
3temmen als zij zagen, dat hij denzelfden god
vereerde. En toen hij bemerkte, dat het hem
toch niet helpen zou, omdat zij wisten dat
hij Mahomedaan was, maakte hij er mij ge-
lukkig mee. Maar heerlijk mooi was het in
ieder geval, en het zou een herinnering zijn
aan mijn reis.
Ik stopte het beeldje weer weg, tevreden
over mezelf, dat ik nu weer helder en scherp
kon redeneeren, en de zaken zien in het ware
licht.
(Wordt vervolgd.)