ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. De Slapende Boeddha VBfKOUDHST jfiLjj y i111fi xS'l ELMAS PRIJSVRAA Eerste Blad. Pan-Europa. tengevolge van vochtig en koud weer Q No. 8939 VRIJDAG 13 JANUARI 1933 73e Jaargang. FEUILLETON GENTSCHE AUT0SCH00L BINNENLAND DENKT OM DE TER ABONNKMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzer. 1,25 per 3 maandep Buiten Ter Neuzen fr. per post 1,55 per 3 maanden Bjj vooruitbetaling fr. per post f 5,60 per jaar Voor Belgie en Amertka 2,overige Ian den /2,35 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefster: Firma P. J. VAN DE SANDE GIRO 38150 TKLEFOON No. 25. ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer /0,20. KLEINE ADVERTENTIeN per 6 regels 50 cent bij vooruitbetaling. Grootere letters en clicM's worden naar plaatsruimte berekend 5 Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzendlng van advertentien liefst een dag voor de uitgave. DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, VVOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. L Hoeveel bezwaren men ook onmiddellijk op allerlei grond moge hebben en houden tegen het plan en streven, dat met den naam wordt aangeduid, dien wij boven ons eerste artikel in 1933 mogen plaatsen, men zal toch steeds niet zonder ingeno- menheid moeten getuigen, dat het streven naar Europeesche eenheid in de laatste jaren machtig is toegenomen. Van allerlei zijden wordt op nauwere aaneensluiting der Europeesche volken aangedrongen, en hoe verschillend de denkbeelden der schrijvers ook mogen zijn, en hoezeer hun motieven ook mogen uiteenloopen, de naam „Pan-Europa'' is voor velen geen klank zonder beteekenis meer. Het is allereerst en allermeest Graaf R. N. Coudenhove Kalergi, die het plan mi al iaren zeer warm propageert, en moge hij zelf deze dingen ook al ernstig meenen en niet zonder talent verdedigen de wijze, waarop anderen zijn of ook eigen Elannen verdedigen, is niet altijd van chtzinnigheid en oppervlakkigheid vrij te pleiten. Niet gering is het aantal van die idealisten, die eerst geloofden, dat de op- richting van den Volkenbond direct vrede en ontwapening zou teweegbrengen, maar die, toen dat niet onmiddellijk gebeurde, en zij opeens voor den Volkenbond geen goed woord meer over hadden, een ander ideaal noodig hadden en dan maar luiden bijval betoonden voor het plan der Ver- eenigde Staten van Europa. De groote vraag, die ons bij de beschou- wing van het Pan-Europa-plan moet bezighouden, is deze: of die beweging in haar onderscheiden vormen en uitwerking aan de wereld-vredesgedachte ten goede kan komen, of dat en in hoeverre deze daardoor misschien eer nog benadeeld zou kunnen worden. Nieuw is de gedachte van de Vereenig- de Staten van Europa niet, maar toch is dit idee thans onder geheel nieuwe vor men opgeworpen. De vader van het ver- nieuwde denkbeeld is de reeds genoemde Graaf, wiens verreweg belangrijkste boek, Pan-Europa" getiteld, in 1923 verscheen. Men was het met de meeste hier verkon- digde planned lang niet eens, maar toch is juist door de verschijning van dit be- Iangrijke boek een sterk streven ontwaakt naar nauwere aaneensluiting van de Sta ten van Europa. Wat men Kalergi ook moge verwijten onduidelijk of vaag zijn deze plannen zeker niet. Zonder overbodige phrases heeft hij precies gezegd, hoe zijns inziens de wereld moet worden ingedeeld en in- gerioht om tot een bestendigen vrede te komen. En hij heeft aan zijn boek boven dien nog een wereldkaart toegevoegd, waarop de geheele verdeeling reeds is aangegeven. Zeker om zijn idealen nog populairder te maken, heeft de heer Cou denhoveKalergi in 1931 (gedateerd 1 Januari 1931) een ABC uitgeven, dat neel kort op 2 vel druks zijn voornaamste door F. J. A. L. CORDENS. (Nadruk verboden.) K) (Vervolg.) „Hallo, hallo," riep Alfred, met zijn hoed ewaaiend, en lk volgde zijn voorbeeld. De rulters hielden hun paarden in en een hunner kvam spoorslags zoo dicht mogeiijk naderbij gereden. H'j riep ons iets toe, maar de afstand was loch altijd nog te groot om hem te ver- staan; daarop maakte hij het militair saluut, wendde zijn paard en vloog in vliegenden galop oostwaarts, waar de rotsen hem spoedig aan ons oog onttrokken. Intussohen hadden de vijf andere cavaleristen den teugel gewend en bleven stapvoets voor ons op en neer rijden. Zij wuifden ons toe, praatten druk onder elkaar en verloren ons geen oogenblik nit het oog. De eerste ruiter, die weggereden was, kwam weldra terug in gezelschap van een bereden afficier; zjj gingen onder de rotsen tegenover ons en na eenig minuten verschenen hoofd en sehouders van den luitenant boven de rots. Alfred wuifde hem toe met zijn helmhoed. Engelschen?" riep hij ons toe. „Ja", antwoordde Alfred. „Toch niet Mr. Keening en Mr. Rollo?" „Ja, zeker". „Prachtig, we hebben lang genoeg naar jullie gezocht. Mjjn naam is Bradford, luite nant Bradford." Ondanks zijn vriendel'jkheid en zijn oprechte rreugde over ons wedervinden was er toch lets in den officier dat ons tegenstond; hij was een man met een onaangenaam en raw roorkomen, en hoe blij ik ook was over onze plannen en argumenten weergeeft. In dit kleine, korte bestek wordt het Pan- Europa-plan nog eens niet alleen moge lijk, maar ook noodzakelijk genoemd. wordt zeer besiist het dreigen van een nieuwen Europeeschen oorlog verzekerd, wordt aangetoond waartoe de economi- sche versplintering van Europa op den duur leiden moet, wordt het gevaar van een bolsjewistische overheersching als vol- strekt niet denkbeeldig geteekend, en wordt er sterk op aangedrongen, dat Pan- Europa den vrede met Rusland zal zeker- stellen. Wij zijn reeds tot de letter H ge- naderd, als CoudenhoveKalergi, met terugnemen van vroeg'ere beweringen, wel heel duidelijk doet uitkomen, dat ook En- geland en Ierland straks tot Pan-Europa zullen hebben toe te treden. De schrijver heeft zeker geen ongelijk, als hij er alien nadruk oplegt, dat Europa maar heel klein is in vergelijking met de andere wereld- deelen. Australie, Canada en Brazilie b.v. zijn samen al dubbel zoo groot als Europa. Europa (waar Coudenhove dan bijna nooit Engeland en Rusland bij telt) heeft ongeveer een even groote bevolking als Britsch-Indie. En Sowjet-Rusland is viermaal zoo groot als Europa. Al deze (en nog veel meer becijferingen en verge- lijkingen) gebruikt de schrijver om te doen uitkomen, dat Europa zich heusch niet meer de ,,weelde" mag veroorloven om tegenover de rest van de wereld zoo'n hoogen toon aan te slaan, en dus ook zeker wel mag oppassen om zich niet te vernietigen door allerlei gekibbel en ge- twist tusschen „landjes" onderling. Heel besiist spreekt de schrijver wij zijn inmiddels nu bij de J van het alphabet gekomen zich ook uit ten opzichte van den Volkenbond. Pan-Europa zal volgens hem het werk van den Volken bond niet vervangen of onnoodig maken, maar Pan-Europa zal dat werk eer aan- vullen en tot voltooiing brengen. (Wij komen in een tweede artikel op deze be- wering nog terug.) Maar evenmin, zegt de schrijver, rioht Pan-Europa zich tegen Amerika. Integendeel, men wenscht ge- lijkberechtigde samenwerking in alle vra- gen van de wereldpolitiek, wereld-econo- mie en cultuur. Zoo'n samenwerking acht CoudenhoveKalergi voorshands echter onmogelijk, zoolang nog de on- eenige staten van Europa tegenover de vast-aaneengesloten Vereenigde Staten van Amerika staan. Amerika heeft reeds lang, volgens hem, de overtuiging gekre- gen, dat het welzijn van den buurman ook in het eigen voordeel is. Amerika zou dus ook niet tegen Pan-Europa zijn. De macht van Amerika is te groot en de At- lantische Oceaan is breed genoeg, om voor een vereenigd Europa te vreezen. maar daarom te meer is het van beteeke nis, dat wij, hier in Europa, ophouden om tegen Amerika te ijveren of te stoken. Neen, laat men liever van het voorbeeld van Amerika willen leeren Misschien staat het betoog van Graaf CoudenhoveKalergi wel het sterkst, als hij beweert wij zijn nu bij de M van het ABC! dat een Europeesche tol- unie onmogelijk tot stand kan komen bui ten een Europeeschen Statenbond om. aanstaande verlossing, zoo had ik toch liever een ander gezicht gezien om ons te be- groeten. „Is het veilig daarbinnen?" vroeg Bradford. „Volkomen veilig", zeiden wij, „het volk denkt aan geen gewapend verzet, en wat ons betreft, zooalng we hier geweest zijn, werden we uitstekend behandeld''. „Ob. We zjjn bezig daarginds een rots te laten springen om een brag over het ravjja te gooien. Maar als die honden zoo goed ge- zind zijn, dan mochten ze ons wel een door- tocht wijzen; dat die er is, weten we". „Hoort gij dat?" zei Chowranda tegen mjj, ,,die man heeft ons nooit gezien en nu spreekt hij. z66. Iedere man van mjjn volk zou hem voor zijn beleediging tegen den grond willen slaan, maar zjj hebben kanonnen en mi- trailleurs, en het straffen van een beleediging heet verzet". Alfred had het niet gehoord, maar Bradford had Chowandra opgemerkt. „Wie heb je daar bjj je?" vroeg hjj. „Een hofbeambte van de begum", zei Afred. „Zeg eens", riep de luitenant tegen Cho wranda, „mijn mineurs voelen er niet veel voor om zich met die hitte half dood te wer- ken. Jij weet zeker wel een middel om over de ravjjn te komen?" „Ja". „Hoe dan?" ,Over een brag". „Waar?" „Daarginds", en hij wees naar de rots, waar de geniesoldaten aan het werk waren. „Schoft", bromde de officier, en toen weer tegen Alfred: ,,Om een uur of elf vliegt dat boeltje de lucht in, en dan zullen we eens komen praten met de begum. Ik moet nu naar mijn mannen, des te eerder zjjn we kiaar". Chowranda glimlachte verachtelijk. „Dat is nu een man van eer. Als hij. den moed had om de sabel met me te kraisen, zouden we eens zien wie het eerst zijn mond houdt". De officier was verdwenen en Alfred had (Als dan maar werkelijk een echt Euro peesche Statenbond wordt gevormd en be- doeld, want de opmerking, die wij van iemand hoorden, leek ons niet zoo ver- keerd: Pan-Europa moet Pan Europa zijn, d.w.z. de nadruk mo. evenzeer liggen op: Pan (geheel) als op: Europa; en dus mag er voor geen enkel gebied van Europa een uitzondering worden gemaakt en mogen ook geen landstreken buiten Europa in dit geheel worden opgenomen. CoudenhoveKalergi ziet in en bij Europa reeds veel eenheid. Zijn Staten bond ziet hij dus ook niet als iets gefor- ceerd of als maakwerk, neen, hij ziet in Europa een onbewuste natie op-zich-zelf, een soort familie van volkeren, waarnaast hij tegelijkertijd weer opmerkt, dat er in geenen deele voor gevreesd behoeft te worden, dat het bestaan der afzonderlijke naties door zoo'n Statenbond zal worden aangetast. Kalmweg poneert de schrijver ook maar deze stelling, dat het geheele verloop van de wereldgeschiedenis leert, dat er geen erfvijandschap tusschen de volkeren be- staat. Nationale vriendschappen en vijand- schappen zijn heel veianderlijk, en hangen af van gemeenschappelijke en tegenover- gestelde belang£n. Venetie en Genua zijn vijanden geweest, maar zij zijn dat nu niet meer: Nederland en Spanje zijn reeds lang verzoend; Pruisen en Oostenrijk hebben zij aan zij gestreden, nog pas in dezen wereldoorlog. De erfvijandschap tusschen Engeland en Amerika is even goed ver dwenen als die tusschen Russen en Tur- ken, Italianen en Oostenrijkers, Britten en Boeren. Wat er aan restantjes van vijand- schap nog over is, zal verdwijnen, als maar eerst de Europeesche belanqenge- meenschap officieel erkend wordt. En nog verder gaat de schrijver, als hij het zeer willekeurige aantoont-van allerlei grenzen, ook nog uit den tegenwoordigen tijd. De een houdt slechts dc 'aalgrenzen voor de ware, een ander geeft de voorkeur aan geographische grenzen, anderen willen alleen hooren van historische. Maar als Pan-Europa tot stand komt, zullen al die grenzen, van wat soort zij ook mochten 2ijn, hun beteekenis verliezen, hun poli- tieke evenzeer als hun economische, hun militaire en hun nationale, en dan zullen ook allerlei grenzen op vreedzame wijze kunnen worden gewijzigd. Pan-Europa zal ook veel goeds tot stand kunnen brengen voor de kleine en zwakke minderheden, Pan-Europa kan het koloniale vraagstuk voor een groot deel oplossen, zal voor de ontwapening de ergste belemmeringen uit den weg ruimen; en aan de ingewikkelde buitenlandsche politiek een einde maken. De Pan-Europa-beweging moge nog jong zijn de droom over een Euro- BESTUURDER: R. MORTIER Lange Meire, 2 (Kouter) Gent Telefoon: 19393 Dag-, avond-, Zondaglessen, gekend voor degeljjk en voll. onderricht. Zondagleer- gang te Selzaete: Zaal Gaumont, Markt. (Ingez. Med.) hem zonder spijt zien gaan. Mijn vriend had vurig naar zijn landslieden verlangd; maar het eerste exemplaar, dat hij er van te zien kreeg, was er geen om trotsch op te zijn. Chowandra had zijn kalmte v. eer terugge- kregen. ,,Gjj zult verstandig doen met hier niet lang te bljjven", zei hij, „het is nog vroeg en v66r elf uur gebeurt er toch niets. Bovendien staat gij hier min of meer gevaar- ljjk, als die ontploffing plaats heeft. Gaat eerst mee onthjjten, dan zal ik u naar een ander punt brengen, voorbij de plek, waar de soldaten werken. Gij bent er dan nog dichter bij dan hier, maar gedekt door een stuk rots, en bovendien is er schaduw". Wjj gingen naar beneden. Alfred kwam zwijgend achteraan; h(j voelde zich vernederd en wist niet wat hij tegen Chowandra moest zeggen om zijn landslieden te verontschuldi- gen. „Als we eens naar Bengor gingen", stelde deze voor. Op de verzekering van onzen geleider, dat wij ondanks het vroege uur welkom zouden zijn, gingen wj gaame op die uitnoodiging in en konden dan tevens ons afseheidsbezoek afleggen. Bengor was inderdaad aangenaam verrast over onze komst en ontving ons met de meest hartelijke gastvrijheid. We gebruikten bij hem het ontbijt, en hij wist, dat dit ons laatste zou zijn in Chindawar, Oprecht deelde de gastheer in onze vreugde, dat wij spoedig weer zouden terugkeeren naar ons land en naar onze familiebetrekkingen. „Begrjjpt gij", vroeg ik hem, „wat het zeggen wil, dat wij al dien trjd zonder bericht van huis zijn gerweest en dat wij ook geen ti ding konden geven van ons?" „Ik begrijp het", zei hij. Toen zag hij me lang aan, en er was iets plechtigs in zijn stem, terwijl hij sprak: „Wat is de mensch toch klein, als hjj de raadselen der goden tracht te ontwarren. Wij hebben u hier gehouden, op- dat in u de voorspellingen aangaande ons volk vervuld zouden worden, en nu gaat gij heen en onze waanwijsheid is in rook vergaan. Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 cts. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ets. (Ingez. Med.) peesch concert, een echte Europeesche samenwerking. is al heel oud. Sedert Karel den Groote en tot Hendrik IV van Frankrijk, van den Poolschen koning Sta nislaus Leszinsky tot aan Napoleon was die Europeesche samenwerking de droom van de grootste heerschers en Pausen. Naast zulke heerschers staan ook de grootste dichters en denkers: Dante en Kanh, Rousseau, Victor Hugo en Nietz sche. Van 3 tot 6 Oct. 1926 werd te Weenen het eerste Pan-Europa-congres gehouden, en enkele maanden later aan- vaardde Briand het eerepraesidium. 17 Mei 1930 verscheen Briands memorandum over Pan-Europa. Maar ook daarmede was het doel nog niet bereikt. (Slot volgt.) DE HAVEN VAN VLISSINGEN. g zo cuss; De Eerste Kamer nam Dinsdag zonder hoof- delijke stemming en zonder discussie aan het wetsontwerp machtiging van de ministers van Waterstaat en van Financien tot opnchting van de N.V. haven van Vlissingen en tot het sluiten van een overeenkomst met cie ven- nootschap betreffende de exploitatie, de erf- pacht en het gebruik van havens en haven- terreinen en de daartoe behoorende inrichtin- gen en toekenning aan die vennootschap van de bevoegdheid tot net heffen van rechten. DE NEDERL. VARKENCENTKALE EN DE LEVERING VAN VARKENS. Te Utrecht is een vergadering gehoude'i van afgevaardigden van de volgende bonden: Nederl. Slagerbond, RK. Hanzebond van Sla- gerspatroons, Bond van Nederl. Fabrikante" van vleeschwaren en vleeschconserven, Ned. Bend van grossiers in geslachte varken3, Nederl. Bond van grootbandelaren in vai - kensvleesch en producten van gezouten spe'-c en reuzel (Neprova), Nederl. Bond van Va.- kenshandelaren, Bond van varkenshoudets in Nederland en den Nederl. Bond van veehau- delaren. Besloten werd tot den minister van Econo mische Zaken en Arbeid het dringende ve> zoek te richten, het daarheen te leiden, <ia; de Nederl. Varkenscentraie zich verder ont- hcudt van levering, rechtstreeks of zijdelings van varkens, levend of geslacht, of van deelen van varkens voor de binnenlandsche voorzie- ning. Namens deze vergadering is tevens aan den minister verzocht een deputatie uit genoemde bonden te ontvangen, ten einde de bezwaren tegen de uitvoering van de Crisisvarkenswet aan den minister kenbaar te maken. Een afschrift van dit adres is verzonden aan de Tweede Kamer. Het adres is vergezeld van een toelichting, waarin gezegd wordt, dat de binnenlandsche handel in varkens, geslachte varkens en var- Wjj blijven hier in kommer en afwachting. totdat de tijden voleindigd zijn. Want de ver lossing brengende voorspelling blijft. Gisteren sprak een jonge geleerde priester in den tem- pel: „De vreemdelingen, die komen zullen, staan buiten voor onze poorten; als wij eerst door het vuur der beproeving en loutering zjjn gegaan, dan zal de groote dag, de dag van het ontwaken nabij zijn". Onwillekeurig dacht ik aan den Slapenden Boeddha, het symbooi van het volksontwaken, die in mijn bagage verborgen was en waarmee ik over weinige uren veilig zou zijn onder de bescherming der Engelscbe bajonetten. Een oogenblik bekroop mij nog de vrees, dat er op het laatste moment nog iets tusschenbeide zou komen, maar die vrees was spoedig voor bij, want niemand koesterde de minste achter- docht. Met ons drieen gingen we weer naar het ravijn; de menschen in het dorp waren aan hun dagelijksche bezigheden, en die op straat niets te doen hadden, bleven thuis, volgens het gegeven consigne. In het Engelsche kamp op de vlakte was het nog even rustig als daarstraks, maar er waren meer ruiters in het veld. Het uitzicht van de plek, waar wij nu stonden, was niet zoo ruim als op onze vorige standplaats, maar we hadden het voordeel, dat we in de schaduw stonden en volkomen gedekt waren, als de mijn zou ontploffen. Duidelijk hoorden we het hak- ken en boren der genie-soldaten, die de dyna- mietlading in de rots aanbrachten. We hadden er nog niet lang gestaan, of een der patrouilleerende cavaleristen kreeg ons in het oog. Een ander zwaaide met een paar vlaggetjes in de richting van het kamp, en door onzen k'tjker zagen we, dat de signalen beantwoord werden. Spoedig galoppeerden uit het kamp een paar ruiters naar ons toe en een hunner beklom met behulp van een ladder de steilte tegenover ons. „Kapitein Blund", stelde hij zich voor, „we wisten al, heeren, dat gij hier waart, en het zal ons aangenaam zijn, u spoedig in ons mid den te zien. Wien hebt gij bij u?" kensvleesch sinds langen tijd een moordende concurrentie ondervindt van de aan de Ned. Varkenscentraie verbonden baconzoutcrijen en slechterjjen, welke met de Varkenscentraie hebben gecontracteerd en de varkens van de Varkenscentraie betrekken. Deze bedrjjven brengen het varkensvleesch voor zulke lage prijzen op de binnenlandsche markt en hjj zulke groote hoeveelheden, dat de be3taande grossierderjj in geslachte Varkens en varkens vleesch hierdoor geheel is lamgeslageu en de slager, die zelf varkens slacht, niet meer kan concurreeren tegen de slagers, die de produc ten beneden den marktprijs van de aan de varkenscentraie verbonden bedrjjven betrek ken. In de toelichting wordt verder gezegd, dat er ernstige ontstemming heerscht over de uit voering van de Crisisvarkenswet, wijl de Ned. Varkenscentraie zich niet beperkte tot het terrein, waarvoor ze voor afzet van varkens was aangewezen, n.l. den export. Genoemde bonden hebben voorts den minis ter verzocht, het daarheen te leiden, dat in den vervolge restitutie van de heffing ex art. 6 der Crisisvarkenswet worde verleend bjj uit- voer van alle spek, zonder dat deze restitutie worde gebonden aan eenige bepaling omtrent richtprijzen voor varkens of anderszins. NIEUW VERKEERSMIDDEL BIJ DE NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN. Om tot een beteren dienst voor het reizende publiek te komen, hebben de Nederlandsche Spoorwegen besloten, op groote schaal Diesel electrische tractie in te voeren. Zoo mogeljjk zal dit nieuwe verkeersmiddel met ingang van den zomerdienst 1934 in dienst worden gesteld; voorloopig op de lijnen Rotterdam-Utrecht, Den HaagUtrecht, AmsterdamUtrecht Amhem en Utrecht—Den BoschEindhoven. Met behoud van de internationale treinen en onkele stoomtreinen voor groot affitandsver-" keer zal met de Diesel electrische treinen op deze baanvakken een uurdienst worden gere- den. De snelheid zal voorloopig 100 K.M. per uur bedragen. PACHT EN BOERENSTEUN. Vanwege den steun meer pacht bieden Het „Handelsblad" schrijft: Bij het doorlezen der stenografische notu- len van de te Alkmaar gehouden algemeene vergadering der Hollandsche Mij. van Land- bouw, frappeerde ons de volgende passage: De heer O. Bosma (Woerden): ,,Mijnheer j de voorzitter. Waar naar mjjn meening de boeren nog. altijd het fundament vormen van den Nederlandschen Staat, mogen wjj natuur- (Ingez. Med.) „Een gentleman, onzen vriend Chowandra, van de hofhouding der begum", antwoordde Alfred. De kapitein salueerd-e en Qiawandra boog. Blund was gelukkig een heel ander type dan de bruut, dien wij het eerst hadden ontmoet „Is de begum in het paleis?" vroeg de kapi tein aan onzen vriend. „Zij zal vertrekken, als de Engelschen bin- nenrukken", antwoordde Chowandra. Er kwam een rimpel op het voorhoofd van. kapitein Blund. „Waarheen?" vroeg hij. „Dat is mij onbekend. Tot gisteren was lk commandant van haar lijfwacht, thans is die ontbonden". „Dank u. Zijn er nog menschen In uw nabjheid We zullen u waarschuwen tegen dat de mijn springt, dan kunnen zij zich to veiligheid stellen". „Er is niemand. Intusschen mijn dank voor uw bezorgdheid", zei onze metgezel. „Nu dan, heeren tot spoedig wederziens". De kapitein groette en spoedig zagen we hem op zijn mooi Bengaalsch paardje over het veld draven. Het was even over halftwaalf, toen een Europeesch sergeant het hoofd boven de rots uitstak en nauwkeurig de plaats opnam waar wij stonden. „Heeren", zei hjj, „aanstonds zult gij een trompetsignaal hooren en precies vijf minuten later zal daarginds een stuk rots in de lucht vliegen. Zijn er menschen in uw nabijheid, waarschuwt zij: dan. Waar grj staat, staat gj) veilig, maar drukt u voorzichtigheidshalve stijf tegen de rots." Wij wuifden met de hand en hjj verdween. Uit het kamp marcheerde een bataljon infan- terie met mitrailleurs de vlakte op en een oogenblik later klonk het waarschuwings- signaal. De korte trompetstooten klaterden langs de rotswanden en toen werd het dood- stil. Vijf minuten wachten duurt lang. vooral als men in spanning wacht. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1933 | | pagina 1