V
4an zou door hen toch worden voorgesteld
een afwfjzende beschikking te nemen, aange
zien de gemeente geen nieuwe uitgaven ge-
doogen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
s3oten.
n. Een schrijven van het bestuur der ver-
eeniging van oudleerlingen van tuinbouwcur
sussen te Ter Neuzen e. o., dat daarin te ken-
nen geeft, dat zij voor het aanstaande winter-
half jaar te Ter Neuzen twee algemeene tuin
bouwcursussen heeft opgericht;
dat in de omgeving hiervoor geen personeel
aanwezig is;
dat zij daarom aan deze cursussen heeft be
noemd als personeel de heeren H. L. K. Leys
te Baarfand en W. J. Robijn te Ovezande;
dat dit onderwijs voor de land- en tuinbou-
wende bevolking noodzakelijk is om hun vak
te leeiren kennen zooals dat de tegenwoordige
tijd eischt;
dat door het Ryik 1,50 per les voor reis-
en verblijfkosten van het personeel wordt be-
schikbaar gesteld, benevens de helft van het
overige tekort, indien de gemeente hiervoor
ook een tegemoetkoming verstrekt;
dat de leerlingen een schoolgeld van 2,50
per leerling en per leerjaar betalen, dat on-
mogelyk verhoogd kan worden bij geen enkele
der leerlingen;
dat zelfs reeds verschillende on- en min-
veiunogende leerlingen vrijstelling van het be
talen van schoolgeld moet worden verleend;
dat ook de kas der vereeniging geen ver-
dere uitgaven voor de tuinbouwcursussen kan
doen;
redenen waarom zij het college beleefd ver
zoekt in het genot te mogen worden gesteld
van een gemeente-subsidie voor het leerjaar
van 1 October 19321 October 1933, van
57,63 voor het le en 30,57 y2 voor het 3e
leerjaar, in totaal 88,20M>.
o. Een schrijven van den heer F. B. J.
Frencken, directeur van het Eucharistisch
Kruistochtwerk en van de Pius X Stichting
te Breda, luidende als volgt:
dat het maatschappelijke en sociale werk in
bet district Zeeland en ook in Uwe gemeente
onder de vrouwelijke jeugd een steeds groo-
tere uitbreiding verkrijgt en waardoor steeds
grootere geldelijke offers van ons gevraagd
worden;
dat de kosten niet gedekt kunnen worden
ult de bijdragen ons door particuliere mild-
dadigheid verstrekt, temeer nog, daar deze
door de slechte tydsomstandigheden steeds
minder worden;
dat de bijdragen uit fabrieken, waar meis-
jes werkzaam zijn eveneens door de economi-
eche crisis gedwongen, ons niet meer toe-
vloeien
dat wij daarom zijn aangewezen op den
steun van officieele lichamen;
dat wij dit verzoek om steun motiveeren
met het feit, dat ons werk mede in het alge-
meen belang Uwer gemeente is;
dat vele gemeenten in de provincie Noord-
Brabant ons reeds gedurende enkele jaren
met hun zeer gewaardeerde bijdragen blijven
eteunen;
dat am bovengenoemde redenen onze in-
komsten uit de provincie Zeeland zeer gering
zijn en dat verhoogde inkomsten noodzakelijk
zjjn om het werk voor te zetten en uit te
breiden;
redenen, waarom wij U vriendelijk, doch
dringend verzoeken ons over het jaar 1933
een subsidie te verleenen van vijftig gulden,
ten behoeve van het werk onzer catechisten
to Uwe gemeente.
p. Een gelijikluidend schrijven gericht aan
het gemeentebestuur van Sluiskil, waarin ver-
Bocht wordt een subsidie te willen verleenen
van 25 gulden.
Hierover zal bij de vaststelling der gemeen-
tebegrooting worden beslist.
8. Ontheffing van art. 10 der Bouwver-
ordening.
iDoor L. de Bruijne wordt per adres te
kennen gegeven, dat hij een woon- en winkel-
huis met werkplaats wenscht te bouwen aan
de Burg. Geillstraat, hoek Walstraat, op het
peroeel sectie L no. 2058;
dat volgens het ontworpen plan het open
erf voor de woning niet zal voldoen aan arti-
kel 10 der Bouwverordening;
dat evenwel, aangezien alle woonvertrekken
aan den openbaren straat gelegen zijn, deze
steeds rudm voldoende licht en lucht zullen
kunnen ontvangen;
dat bovendien het aanzicht van de Walstraat
beter zal voldoen Indien het terrein aan die
eijde geheel volgebouwd wordt, dan wanneer
daar de gevel gedeeltelyk onderbroken zou
worden door een heaning of muur;
dat hij daarom verzoekt, hem afwijking
van art. 10 der Bouwverordening te willen
toestaan.
Bungemeester en wethouders stellen in over-
eenstemming met het advies van den ge-
meentebouwmeester en dat der Gezondheids-
oommissie te Ter Neuzen, dd. 5 November
1932, no. 153, voor, het verzoek in te willi-
gen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
Sloten.
4. Aanbrengen van een kelderkoekoek In
gemeentegrond.
Naar aanleiding van het desbetreffend adres
van M. Hartog stellen burgemeester en wet-
bouders voor aan adressant of aan zjjn recht-
verkrijgenden tot wederopzegging vergunning
te verleenen tot het aanbrengen en hebben
van een kelderkoekoek in gemeentegrond, af-
gedekt met een lichtrooster, lang 1,35 M.,
breed 0,50 M., aan den voorgevel van het per
oeel Nieuiwstraat no. 56, o.m. onder voor-
waarde dat jaariyks een retributie zal moe-
ten worden betaald van een gulden.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
5. Beschlkbaar stellen van een school-
lokaal voor een landbouwcursus.
Door St. van Ham Jr., landbouwonderwij-
■er te Zaamslag, Spui, is een adres ingezon-
den waarin hij te kennen geeft, dat van wege
ae Zeeuwsche Landbouw Maatschappij in deze
gemeente een landbouwcursus wordt gegeven
Waar deze cursus gevolgd wordt door leer-
nngen wonende in deze gemeente, verzoekt
adressant bsleefd, om, evenals de tuinbouw-
Jeeriuf^ gaande Van de vereeniging van oud-
lingen, een verlicfct en verwarmd lokaal te
mogen gebruiken gedurende een 24tal weken
avc®den per week. De cursus is voor
elken leerimg boven de 15 jaar toegankelijk
Momenteel gaven zich 22 leerlingen op.
Burgemeester en wethouders overwegende
eze cursus in het algemeen belang moet
en het daarom billijk is, dat
van wege de gemeente een lokaal wordt be-
schikbaar gesteld, stellen voor daarvoor tot
S^PZoggrfns beschikbaar te stellen het
a kiand lokaal van de openbare school C
waarin de tuinbouwcursussen gegeven wor-
iien'r,tailgezlf11 deze cursussen gegeven wor-
landh avonden waarop door de op te richten
todbouweursus van het lokaal geen gebruik
«w.i behoeven te maken.
sze vergunning zal alleen geldig zjjn, wan
neer de verzoeker bjj eene op zegel gestelde
verklaring de voor het gebruik gestelde voor-
waarden aanvaard.
De heer HAMELINK vraagt, of er ook
leerlingen zijn van Ter Neuzen zelf.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend;
de leerlingen zijn voor 90 uit deze gemeente.
Er wordt ook nog zoo'n cursus gehouden te
Spui, Axel en Zaamslag.
De heer COLS EN spreekt zijn verwonde-
ring uit, dat dit verzoek dadelijk wordt toege-
staan, doch geweigerd werd, toen een ander
onderwijzer een lokaal vroeg voor het geven
van unuerrioht in handenarbeid, toen hadden
burgemeester en wethouders allerlei bezwaren
op grond dat er een schaafbank moest bljjven
staan. Spreker zou er niet van schrikken, in
dien nu ook voor dien cursus spoedig weer
een verzoek kwam.
De VOORZITTER: Dat zullen we dan af-
wachten. Er is verschil in die zaken.
De heer COLSEN: Ik vind ze gelijk.
De VOORZITTER: Daar praten we dan
over.
Het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt met algemeene stemmen aange-
nomen.
6. Inrichten lokaal voor vierde leerkracht
in openbare TJ.L.O. school.
Nu met ingang van 1 Januari a.s. aldus
schrijven burgemeester en wethouders aan den
gemeenteraad de benoeming geeischt wordt
van een vierde leerkracht aan de openbare
school voor uitgebreid lager onderwijs in deze
gemeente, dient ook te worden overgegaan
tot de inriohting van een leslokaal voor den
te benoemen onderwijzer.
In verband hiermede hebben wjj den ge-
meentebouiwmeester opgedragen een bouw-
plan met raming van kosten in te dienen.
Gevolg gevende aan deze opdracht zjjn door
genoemden ambtenaar drie plannen ontwor
pen, nl. A, B en C, resp. kostende 1225,
f 1200 en f 1450. Waar de kosten niet zooveel
uiteenloopen en bjj uitvoering van plan C een
volledig leslokaal verkregen wordt, komt de
bouw volgens laatstgenoemd plan ons het
meest gewenscht voor.
Wij stellen U voor, tot den bouw volgens
plan C te besluiten. Een voorstel om in ver
band hiermede eene geldleening aan te gaan,
zal U te zjjner tijd bereiken.
Blijkens de bij het voorstel overgelegde
teekening strekt het voorstel tot het bouwen
van een leslokaal in het thans niet in gebruik
zijnde linkerbovenlokaal van het gebouw.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
7. Benoemen vierde onderwijzer aan de
openbare U.L.O.-school.
Tengevolge van de toename van het aantal
leerlingen der openbare school voor uitgebreid
lager onderwijs alhier, moet aldus schrij
ven burgemeester en wethouders met in
gang van den 1 Januari a.s. aan genoemde
school een vierde leerkracht worden aange-
steld.
Zelfs wanneer het bjj de Tweede Kamer
der Staten-Generaal ingediend wetsontwerp
tot wijziging der lager onderwijswet 1920
wordt aangenomen, moet, niettegenstaande de
leerlingenschalen daarbjj worden verhoogd, de
benoeming van een vierde onderwijzer plaats
hebben.
Op 16 Maart j.l. toch werd deze school be-
zocht door 69, op 16 Juni j.l. door 95, op
16 September j.l. door 86 leerlingen, terwijl
zjj thans door 81 leerlingen bezocht wordt,
maakt een gemiddelde van 82% leerlingen.
Volgens het derde lid van artikel I vein
voornoemd wetsontwerp wordt aan elke school
voor U.L.O. het hoofd bijgestaan door ten
minste 66n onderwijzer, zoodra het aantal
leerlingen 27 bedraagt, terwijl volgens het
vierde lid van dit artikel voor elk 26-tal leer
lingen boven de 27 een onderwijzer meer wordt
vereischt.
Overeenkomstig het advies van het hoofd
der school, hebben wij sollicitanten opgeroe-
pen, in het bezit der akte wiskunde, terwijl
de akte handelskennis tot aanbeveling strekte,
omdat deze vakken, welke voor het diploma
B onmisbaar zijn, op het oogenblik bij gebrek
aan bevoegde leerkrachten nog niet onder-
wezen kunnen worden.
Edn solllcitant heeft zich aangemeld, in het
bezit der hoofdakte, vak j, wiskunde en han
delskennis, terwjjl hjj studeert voor de akte
Duitsch L. O.
Deze sollicitant is Alexander Cornells Ver-
sprille, geboren te Waterlandkerkje den 7
December 1904 en thans werkzaam aan de
openbare school voor U.L.O. te Emmercom-
pascuum gemeente Emmen. Waar de ingewon-
nen inlichtingen, zoowel schriftelijik als mon-
deling alleszins gunstig luiden en niet ver-
wacht kan worden dat zich bjj eene tweede
oproeping meerdere sollicitanten zullen aan-
melden, stellen wjj U voor, tot benoeming van
dezen sollicitant over te gaan. De opge-
maakte voordracht is bjj de raadsstukken
overgelegd.
De heer COLSEN vraagt, of hiervoor een
oproeping gedaan is.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
In het algemeen is de keuze voor dit soort
sollicitanten niet groot en het Is een gelukkige
omstandigheid, dat deze sollicitant hierheen
wil komen, men zou er anders geen kunnen
vinden.
De heer COLSEN stelt die vraag, omdat er
maar 1 op de voordracht staat.
De VOORZITTER deelt mede, dat feiteljjk
reeds vroeger een onderwijzer aan de school
kon benoemd worden, doch dan zou men heb
ben moeten kiezen uit de lgst van wachtgel-
ders, hetgeen met het oog op degenen die op
die lrjst stonden niet gewenscht werd geacht.
Nu zijn de omstandigheden veranderd en zelfs
onder de nieuwe wet heeft de gemeente nog
recht op den vierden leerkracht. Er is nu een
oproeping geplaatst en deze man is gekomen.
Op zijn uitnoodiiging vormen de heeren De
Jager en De Jonge met hem het stembureau.
Met algemeene stemmen wordt de heer
Versprille benoemd.
8. Verleening ontslag als onbezoldlgcl amb
tenaar vap den burgerlyken stand.
Naar aanleiding van zijn desbetreffend ver
zoek stellen burgemeester en wethouders voor
aan den heer D. J. Dees eervol ontslag te ver
leenen als onbezoldigd ambtenaar van den
burgerlijken stand, belast met het voltrekken
van huwelijken, zulks met ingang van heden
en onder dankzegging voor de in genoemde
hetrekking bewezen diensten.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
9. Opnemen van een nleuw artikel 16bis
in de werkloozensteunregeling.
Burgemeester en wethouders geven het vol-
gende te kennen:
Van den Minister van Staat, Minister van
Binneniandsche Zaken ontvingen wij een aan-
vullingsblad, behoorende bij zjjn ontwerp
steunregeling dd. 15 Januari 1932, no. 800,
Afd. W en S, welke tot leidraad heeft gediend
voor tie npg geldende steunregeling, vastge-
steld in uwe vergadering van den 10 Maart jl.
Dit aanvullingsblad voegt in de ontwerp-
Bteunregeling van den Minister in, een nieuw
artikel 16bis luidende:
,,Bij de uitreiking van het aanvraagformu-
„lier wordt den werklooze gelijktijdig ter hand
,jgesteld een aanmeldings- of stempelkaart
„Bfll. H), welke deze dagelijks, een of meer-
„malen, ter afstempeling moet aanbieden, ten
,/bewijze. dat hij inderdaad werkloos is. De
,,stempeling geschiedt in den gewonen werir-
„tijd.
,,De regeling tot bepaling van tijd (en) en
plaats van stempeling wordt vastgesteld door
„tourgemeester en wethouders; zij is aan de
,,goedkeuring van den Minister van Binnen-
„landsche Zaken onderworpen, terwijl afwij-
„king van de goedgekeurde regeling, anders
,,dan in gevallen van dringende noodaaak, b.v.
,,ziekte of overlijden van bloed- en aanver-
„wanten, zonder toestemming van den Minis
ter voornoemd, niet geoorloofd is".
Wij stellen U voor, dit artikel ook in de
gemeentelijke steunregeling op te nemen.
De regeling van tijd en plaats van stempe
ling is bereids door ons vastgesteld en ter
goedkeuring ingezonden aan den Minister. Zij
vindt plaats des voormiddags van 911 uur
en des namiddags van 1 y22 y2 uur ten kan-
tore der arbeidsbeurs.
De werkloozen woonachtig te Sluiskil stem-
pelen in den voormiddag op de arbeidsbeurs,
in den namiddag bij de penningmeesters hun-
ner organisaties.
De heer VAN DOESELAAR vraagt naar
aanleiding van dit voorstel, hoe het staat met
de gelegenheid tot stempelen in Sluiskil, waar-
over hij in de vorige raadszitting reeds heeft
gesproken.
De VOORZITTER deelt mede, dat die kwes-
tie is gesteld in handen van Het Orgaan dat
daarvoor een oplossing zoekt en dat het zoo
spoedig mogelijk zal worden toegepast.
De heer VERLINDE deelt mede, dat het
eenige bezwaar is, dat Het Orgaan het noodig
acht, dat ook te Sluiskil tweemaal per dag
wordt gestempeld, en wel bij officieele per-
sonen. De bezwaren zijn dus van financieelen
aard. Het stempelen behoort te geschieden bij
een offieieei persoon, die daarvoor vergoeding
krijgt. Er zyn daar wel personen die bereid
ztfn bij hen te laten stempelen, maar dat is
toch geen goede regeling. Die man is ook een
werkman en die kan toch als hij werk heeft,
voor dat stempelen, dat hij gratis verzorgt,
niet thuis blijven? Dan treft hfl daarvoor na-
tuurlijk op eigen gelegenheid een regeling. In
elk geval tracht Het Orgaan een oplossing te
vinden om te Sluiskil op afdoende manier
tweemaal daags te laten stempelen.
De heer VAN DOESELAAR deelt mede, dat
er ten zijnen huize reeds gestempeld wordt en
bg De Smet. Er wordt te Sluiskil driemaal
daags gestempeld. Nu al sinds 14 dagen.
De heer VERLINDE geeft dat toe, dat was
hem bekend, maar De Smet moet wel eens
gaan werken en dan laat hij zijn vrouw dat
doen. Dat is toch geen geregelde toestand.
De heer SCHEBLE deelt nog mede, dat het
de bedoeling is, de regeling zoo mogelijk met
1 December a.s. te laten ingaan. Er wordt
getracht iemand te krygen die buiten de be-
weging staat en verslag kan uitbrengen.
Daarom is de beslissing by Het Orgaan nog
8 dagen uitgesteld.
De heer HAMELINK wyst er op, dat de ge
meenteraad de wyze waarop controle zal wor
den uitgeoefend moet vaststellen, maar nu
schuift men dat af op Het Orgaan.
De heer VERLINDE: Het is natuurlyk de
bedoeling met een voorstel bij den raad te
komen.
De heer HAMELINK maakt hierop aan-
merking, omdat van de ayde van burgemees
ter en wethouders gedurig Het Orgaan hierin
naar voren geschaven en de raad er buiten
gelaten wordt. Hij kan het zich wel indenken,
dat dit het best in de gelegenheid is om daar-
over een oordeel te vormen, maar men moet
Het Orgaan toch niet boven den raad gaan
stellen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat deze
zaak alleen ter voorbereiding in handen van
Het Orgaan is gesteld, doch dat de raad moet
foeslissen.
De heer HAMELINK wtjst er op, dat, wan
neer dit nieuwe voorstel wordt aangenomen,
burgemeester en wethouders de bevoegdheid
missen om nog te Sluiskil te laten stempelen,
want hierin staat al, dat zij de Arbeidsbeurs
te Ter Neuzen hebben aangewezen en dit ter
goedkeuring aan den Minister hebben inge
zonden.
De VOORZITTER deelt mede, dat bereids
aan den Minister ook gevraagd is good te keu-
ren dat ook Sluiskil wordt aangewezen.
De heer DE JAGER: Men zou het kunnen
beschouwen als een onderdeel van de Arbeids
beurs.
De heer COLSENEr wordt gesproken
over een offieieei persoon, kan de klerk van
de Arbeidsbeurs het dan niet meer doen?
De VOORZITTER: Die is er ook onder be-
grepen, we waren echter nog niet voldoende
kiaar om een voorstel te kunnen doen.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
10. Nieuwe vaststelling verordening rege-
lende de ran gen enz. van de ambtenaren
der gemeentepolitie.
Via den Commissaris der Koningin aldus
schryven burgemeester en wethouders heb
ben wy van het departement van binneniand
sche zaken terugontvangen de verordening
regelende de rangen, het aantal, de samen-
stelling, de eischen van benoembaarheid en
de bezoldiging van de ambtenaren der ge
meentepolitie te Ter Neuzen, vastgesteld in
uwe vergadering van den 24 Mei 1932.
Verzocht wordt eene nieuwe verordening,
waarin met de gemaakte opmerkingen zal
zyn rekening gehouden, In te zenden. De op
merkingen hiema te noemen zyn van onder-
geschikten aard, zoodat wij geene bedenkin-
gen meenen te moeten maken daaraan tege-
moet te komen.
Artikel 2. In de eerste regel wenscht de
minister van binneniandsche zaken geschrapt
te zien de woorden ,,ten hoogste", aangezien
de bedoeling van het toezicht van de Kroon
op dit punt niet slechts is dat worde gewaakt
tegen een tegroot politiekorps, doch evenzeer
te zongen dat het politietoezicht ter plaatse
voldoende is verzekerd. Naar's ministers oor
deel kan voor eene gemeente als de onze, be
paling van een vast aantal ambtenaren niet
tot overwegende moedlykheden aanleiding
geven.
Artikel 7. De minister wenscht in de eer
ste regel voor „verhoogingen" te lezen: ver-
hooging, zulks in verband met de in artikel 6
opgenomen enkelvoudige vergoeding voor
beide diploma's.
Artikel 18. In de eerste alinea van dit ar
tikel wordt verwezen naar de artikelen 54 tot
en met 65 van het ambtenarenregleinent.-
Aangezien artikel 18 bijna gelijikluidend is
aan artikel 54 van bedoeld reglement, dient
volgens de Commissaris der Koningin de ver-
wijzing naar artikel 54 aehterwege te oiijven
en moet deze luiden: artt. 55 tot en met 65.
Artikel 19. Ten slotte wenscht de Com
missaris der Koningin en de Minister dit ar
tikel te schrappen, o.a. aangezien dit niet aan
de Koninklyke goedkeuring is onderworpen en
derhalve in het goedkeuringsbesluit uit.druk-
kelijk zou moeten worden uitgezonderd.
In dit verband wordt artikel 20, artikel 19.
Waar de toezending eener nieuwe verorde
ning wordt gevraagd, stellen wij U voor, de
hierbovenaangehaalde verordening d.d. 24 Mei
1932 in te trekken en opnieuw Vast te stel
len, zooals zij hierbij gaat.
De gemeenteraad van Ter Neuzen,
b e s 1 u i t
I. In te trekken de verordening, regelende
de rangen, het aantal, de samenstelling, de
eischen van benoembaarheid en de bezoldiging
van de ambtenaren der gemeentepolitie te
Ter Neuzen, vastgesteld in zyne vergadering
van den 24 Mei 1932;
n. Vast te stellen de volgende:
VERORDENING, regelende de rangen, het
aantal, de samenstelling, de eischen van
benoembaarheid en de bezoldiging van
de ambtenaren der gemeentepolitie te
Ter Neuzen.
Hoofdstuk I.
Rangen, samenstelling en aantal.
Artikel 1.
De ambtenaren der gemeentepolitie beklee-
den de rangen van:
a. inspecteur van politic;
b. hoofdagent-rechercheur van politie;
c. agenten van politie.
Artikel 2.
Hun aantal bedraagt:
1 in den rang- van inspecteur van politie.
1 in den rang van hoofdagent-rechercheur
van politie
8 in den rang van agent van politie.
Hoofdstuk II.
Eischen van benoembaarheid.
Artikel 3.
1. Om tot ambtenaar der gemeentepolitie
te worden benoemd moet men:
a. op het tydstip van ingang der benoeming
den leeftijd van 21 jaar hebben bereikt
en dien van 35 jaar niet hebben aver-
sch reden;
b. Nederlander zyn en voldoen aan de
eischen van bekwaambheid, welke door
den burgemeester voor de te vervullen
betrekking worden gesteld, waarbij het
bezit van diploma's, waaruit deze be-
kwaamheid blykt, kan worden gevorderd;
c. voor de te vervullen betrekking lichame-
lijk geschikt zijn bevonden bij een genees-
kundig onderzoek, in te stellen door een
daartoe door den burgemeester aangewe
zen geneeskundige.
2. De kosten van het geneeskundig onder
zoek, bedoeld in het eerste lid onder c van dit
artikel, komen ten laste van de gemeente.
Hoofdstuk HI.
Bezoldiging.
Artikel 4.
De jaarwedden bedragen:
Voor den inspecteur van politie van /2400
tot f 3000.
Voor den hoofdagent-rechercheur van politie
van 1860 tot 2068.
Voor de agenten van politie van 1560 tot
f 1768.
Artikel 5.
1. De ambtenaren ontvangen by hun aan-
stelling als aanvangswedde het minimum, aan
hun rang verbonden, tenzy de raad, op voor
stel van den burgemeester, in bijzondere ge
vallen, een hoogere aanvangswedde vaststelt.
2. De aanvangswedde wordt telkens na 2
jaren verhoogd met een bedrag van f 150 voor
wat de inspecteur van politie betreft en met
een bedrag van 52 voor wat de overige amb
tenaren van politie aangaat totdat het maxi
mum is bereikt. Deze verhooging blijft aeh
terwege, indien zij, naar het oordeel van den
burgemeester, wegens gemis aan dienstijver
of wegens veriof met inhouding van bezoldi
ging niet behoort te worden toegekend.
3. In byzondere gevallen kan de raad, op
voorstel van den burgemeester het minimum
of maximum der jaarwedde voor een amb-
tenaar op een hooger bedrag, dan in art 4
genoemd, vaststellen.
Artikel 6.
De agenten van politie, die in het bezit zijn
van het gewone politiediploma of van dit
diploma met aanteekening, afgegeven door
den Algemeenen Nederlandschen Politiebond,
den Algemeenen Bond van Politiepersoneel in
Nederland of vanwege den Nederlandschen
R.K. Politiebond ,,St. Michael", ontvangen
daarvoor een verhooging van jaarwedde tot
een bedrag van /50.
Artikel 7.
1. De tweejaarlyksche verhoogingen, zoo-
mede de verhooging, bedoeld in het vorig ar
tikel, gaan in met den eersten dag der maand,
volgende op die, waarin de aanspraak op ver
hooging is verkregen.
2. Bestaat de aanspraak by de aanstelling,
dan gaat de verhooging terstond in.
3. Ontstaat de aanspraak op den eersten
dag der maand dan gaat de verhooging in op
dien dag.
Artikel 8.
1. De inspecteur van politie geniet voor
ambtskleeding en schoeisei een toelage van
f 125, de hoofdagent-rechercheur van politie
van f 120. De agenten van politie hebben het
vry gebruik van uniformkleeding, schoeisei en
bewapening. Deze worden hun van gemeente-
wege verstrekt en blijven het eigendom der
gemeente.
2. De ambtenaar aan wie door den burge
meester de verplichting wordt opgelegd zyn
rywiel ter beschikking van den politiedienst
te stellen, ontvangt daarvoor een jaariyksche
vergoeding van 50.
Artikel 9.
De uitbetaling der jaarwedde van den in
specteur van politie geschiedt in maandelyk-
sche termynen, die der overige ambtenaren
van politie in wekeiijksche termynen.
Voor de toepassing van dit artikel wordt
het jaar gerekend op 52 weken.
Indien buiten het geval van vacantie een
ambtenaar wordt aangewezen om een ambte
naar van hoogeren rang te vervangen, ont
vangt hy als de vervanging ten minste een
maand heeft geduurd, daarvoor gedurende den
geheelen tyd der vervanging boven zijn bezol
diging een vergoeding, overeenkomende met
het verschil tusschen de aanvangswedde, ver
bonden aan de betrekking van hem die ver-
vangt, en die van hem, die vervangen wordt
met dien verstande, dat hy in totaal nooit
meer kan genieten dan het maximum-bedrag
der bezoldiging van hem dien hy vervangt.
Indien de aanwijzing slechts een deel der werk-
zaamheden betreft, wordt het bedrag der ver
goeding door burgemeester en wethouders
vastgesteld.
Artikel 11.
Wegens zeer bijzondere omstandigheden,
waaronder langdurige trouwe dienst, kan bij
besluit van den raad aan een ambtenaar een
gratificatie worden toegekend.
Artikel 12.
1. De ambtenaar, die ter oorzake van de
uitoefening van zyn dienst, behoudens by eer
ste aanstelling, verhuizen moet, ontvangt een
door burgemeester en wethouders te bepalen
vergoedinig, wegens terzake gemaakte kosten
en geleden schade.
2. Deze vergoeding wordt beperkt tot het
geen werkelijk met inachtneming van redelijke
zuinigheid, moest worden uitgegeven.
Artikel 13.
Bij aanstelling, bevordering, verhooging
van bezoldiging en ontslag, benevens bij de
uitbetaling der bezoldiging, worden den amb
tenaar geen kosten in rekening gebracht.
Artikel 14.
1. De ambtenaar heeft recht op zyn be
zoldiging tot den dag van ingang van het ont
slag uit zijn ambt of tot op den dag van over
lijden. Is de bezoldiging tot een latere dag
uitbetaald, dan wordt hetgeen meer is uitbe-
taald verrekend met de som in het derde en
vierde lid bedoeld.
2. Indien bij ontslag van een ambtenaar
niet op diens verzoek de voorgeschreven op-
zeggingstermijn door den burgemeester wordt
verkort, wordt hem de bezoldiging uitbetaald
voor den tijd, die nog aan den voorgeschreven
opzeggingstermijn ontbreekt.
3. Zoo spoedig mogelijk na het overlijden
van een ambtenaar wordt aan zijn weduwe
een bedrag uitgekeerd, gelijkstaande met de
bezoldiging van den overiedene over een tyd-
vak van drie voile maanden. Laat de over
iedene geen weduwe na, dan geschiedt de uit-
keering ten behoeve van de minderjarige wet-
tige of erkende natuurlijke kinderen van den
ambtenaar.
Ontbreken ook zoodanige kinderen, dan ge
schiedt de uitkeering, indien de overiedene
kostwinner was van ouders, broeders, zusters
of meerderjarige kinderen, ten behoeve van
deze betrekkingen.
4. Indien de overleden ambtenaar geen be
trekkingen als bedoeld in het derde lid, nalaat,
dan wordt aan den rechthebbende de wedde
uitbetaald tot en met 14 dagen na den dag
van het overlijden.
Hoofdstuk IV.
Aanspraken in geval van vacantie, veriof
en afwezigheid wegens ziekte.
Artikel 15.
De ambtenaar behoudt aonspraak op zijn
bezoldiging gedurende:
a. de hem toegekende jaarlijksche vacantie;
b. een hem wegens dringende redenen ver
leend veriof;
c. het vervullen van den militairen dienst-
plicht, uitgezonderd by verblijf onder de
wapenen wegens straf.
Artikel 16.
De ambtenaar behoudt aanspraak op zyn
im dringende redenen van dienstbelang is in-
getrokken, wordt geldelijke schade, weike hij
tengevolge van deze intrekking xnocht lijden
door de gemeente vergoed.
Artikel 17.
Op den ambtenaar, die wegens ziekte of
ongeval verhinderd is zijn dienst te verrichten,
zijn de artt. 42 tot en met 53 van het ambte
narenregleinent der gemeente van overeen-
komstige toepassing, met uitzondering noch-
tans van de bepalingen, betrekking bebbende
op het verleenen van ontslag.
Hoofdstuk V.
Wachtgeld.
Artikel 18.
1. Den ambtenaar in vasten dienst, aan
wien eervol ontslag wordt verleend wegens
opheffing zijner betrekking of wegens ver-
andering in de organisatie der gemeentepolitie,
waardoor zijn werkzaamheden overbodig zyn
geworden, wordt voorzoover hy alsdan niet
in de termen valt om pensioen uitgezonderd
vervroegd ouderdomspensioen, bedoeld in arti
kel 48, eerste lid onder b der pensioenwet 1922
(St.bl. no. 240) te genieten, met in,gang
van den dag van ontslag, een wachtgeld toe
gekend ten laste der gemeente, op den voet
van de bepalingen van de artt. 55 tot en met
65 van het ambtenarenregiement der ge
meente.
2. Een zoodanig wachtgeld kan ook wor
den toegekend aan een ambtenaar, als be
doeld in het eerste lid, die ontslag vraagt
nadat hem het voomemen is medegedeeld om
zijn betrekking op te heffen of de organisatie
der gemeentepolitie zoodanig te veranderen,
dat zyn werkzaamheden overbodig zullen
worden.
Hoofdstuk VI.
Slotbepalingen.
Artikel 19.
1. Deze verordening kan worden aange-
haald als verordening gemeente-politie.
2. Zij treedt in werking" met ingang" van
den dag waarop zij door de Kroon zal zijn
goedgekeurd, met welken datum vervalien
de artikelen 9 tot en met 14 eerste en tweede
lid van de verordening regelende de jaarwed
den van het personeel in dienst der gemeente
Ter Neuzen, vastgesteld den 19 Mei 1921.
Vastgesteld door den raad der gemeente
er Neuzen in zyne openbare vergadering van
den 10 November 1932.
De heer HAMELINK maakt naar aanlei
ding van dit voorstel de opmerking dat er
veel te veel punten zyn toegevoegd aan de
agenda waarop tevens de behandeling der ge-
meentobegrooting voorkomt, die alleen een
zittingsdag noodig maakt. Op deze wyze kan
aan verschillende punten niet voldoende aan-
dacht worden gewyd.
De VOORZITTER stelt u dan aanhouding
van dit punt voor.
De heer HAMELINK: Ik bedoel niet alleen
dit punt, doch alle punten gezamenlyk. Ik zou
in artikel 8 niet willen vastleggen het bedrag
dat voor het beschikbaar stellen van een rij-
wiel zal worden gegeven. Dat kan uiteraard
meer of minder zyn en ieder jaar worden
vastgesteld. Als men /50 vastlegt in de ver
ordening, kan dat niet verhoogd of verlaagd
worden, zonder dat daarvoor ook weer goed
keuring van den Minister moet worden ge
vraagd. Hij zou daarom willen schraonen
„van 50,
De VOORZITTER: Dat voorstel nemen we
over.
De heer DE BAKKER zou in artikel 3 wil
len bepalen, dat de sollicitanten om in aan-
merking te komen een lengte moeten hebben
van 1,75 M. Hiji wil daarmede voorkomen het
geen vroeger al eens gebeurd is, dat we hier
hadden een ,,kleine Cohn", die door de school-
jeugd is weggejaagd. Te Rotterdam wordt
ook een lengte van 1,75 M. geeischt.
De VOORZITTER: Dan hehben dus men-
schen van 1,70 M. geen kans.
De heer HAMELINK: Als u er eens liet in-
zetten dat de sollicitanten zwaargewicht bok-
ser moeten zijn?
De VOORZITTER: Laat u dat maar loopen
De heer DE BAKKER: Al right!
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.