Ter Neuzensche Courant
Tweede Blad.
buitenland
BINHENLAND
OEHEHODE BEEICHTEI
Maandag 7 Nov. 1932. No. 8911
GEHOORZAAM AAN DEN OUDEN
BAAS.
EEN VRACHTAUTO MET VARKENS V4N
EEN DIJK GEREDEN.
DOOR EEN BRANDSPUIT AANGEREDEN.
VAN
DE KAMERVERKIEZING IN 1933.
De Volkskrant vemeemt, dat het in het
vooraemen ligt het aantal omschreven zetels
voor arbeidszaken in de R. K. Twesde Kamer-
fractie tot drie terug te brengen en te hand-
haven die der groote steden, Limburg en
LeidenDordrecht. In dezen gedachtengang
zal de werkgeverskwaliteitszetel (thans bezet
door Dr. Kortenhorst) met dien voor de In-
disehe specialiteit een plaats krrigen in den
rijkskieskring Tilburg.
De Fakkel meldt, dat aan het Kerstcongres
der Onafh. Soc. P. voorgesteld zal worden, de
Kamercandidatenlijst te doen luiden: 1. P. J.
Schmidt, 2. K. R. van Staal, 3. D. de Jager,
4. J. Mourits, 5. J. de Kadt, 6. P. de Boer
(Drachten), 7. F. v. d. Goes.
Het blad deelt verder mode, dat het oud-
Kamerlid en oud-voorzitter van het N.V.V.,
R. Stenhuis, heeft verklaard, geen candida-
tuur te aanvaarden.
Het (sd.) Volksblad kan hieraan toevoe-
gen ,dat de heer Stenhuis voor een candida-
tuur bedankt heeft, omdat hem niet een der
eerste plaatsen is toebedeeld.
DE BERGING VAN DEN MIJNENLEGGER
JIRAKATAU.
Aneta meldt uit Batavia:
Het departemenit der marine deelt mee, dat
de gegevens over de in 1921 toegepaste
methode bij de berging van den op de Wester-
Schelde verongelukten mijnlegger Hydra,
thans van het ministerie van defensie zijn ont-
vangen. Deze openen geen nieuwe mogelijk-
heden wegens het hier te lande onvoldoende
beschikbare materieel en voorts in verband
met de hooge kosten. De bergingscommissie
zet haar werkzaamheden voor conform het
schema. Het schip zakt niet verder weg.
Met de beste beschikbare duikers wordt
voortgegaan met haar dichten van de patrijs-
poorten der bereikbare compartementen. Het
resultaat is tot dusver bevredigend.
De heer ir. S. van West, administrateur der
Droogdok Mij Soerabaja, die een bezoek aan
de Krakatau bracht, verklaarde in een inter
view, dat de Krakatau binnen drie weken ge-
borgen zal zijn. Hij kwam tot de conclusie,
dat de thans gevoigde methode de meest oeco-
nomische is en onder de tegenwoordige om-
standigheden alleszins te verdedigen.
DE AFSLUITDIJK AFGESLOTEN.
De dir.-gen. der Zuiderzeerwerken maakt be-
kend, dat de weg over den afsluitdijk tijde-
Ijjk voor alle verkeer, anders dan ten behoeve
van de uitvoering van de werken, wordt af-
gesloten, zoodat ook aan hen, die zich de ge-
bruikel'ijtke vergoeding ten bate van het crisis-
comite zouden willen getroosten, voorloopig
geen toeganig kan worden verleend.
De N. R. Crt. heeft naar aanleiding van dit
bericht inlichtingen ingewonnen en van den
secretaris van den directeur-generaal der
Zuiderzeewerken vernomen, dat de afsluiting
geen verband hield met de ongunstige geruch-
ten, welke dezer dagen over den toestand van
den Afsluitdijk hebben geloopen en welke zijn
tegengesproken.
De kwestie is, dat de weg over den Afsluit
dijk geheel gereed is gekomen. Vroeger
konden de bezoekers van de werken, die hun
penninigske voor het Crisis-eomite offerden,
niet van den eenen naar den anderen oever
doorrijden; hierdoor was er niet zooveel ver
keer. Niu moet men echter een druk verkeer
verwadhten en hierop is vooral de toegangs-
weg over Wieringen, die verbeterd moet wor
den, niet berekend. Ook is het dijklichaam
zelf nog niet voldoende gedroogd en ingeklon-
ken, en ten slotte is er nog niet voldoende
verlichting.
Men verwachtte, dat de openstelling eerst
in het voorjaar zou geschieden. Van een
openstelling nog gedurende deze maand voor
particuliere auto's op eigen risico kan dus
ook niets komen.
DE EX4KEIZER.
In de memorie van antwoord op de alge-
meene beschouwingen van de begrooting deelt
de regeering mede:
Voor zooveel der regeering bekend is, ont-
houdt de gewezen Duitsche keizer zich over-
eenkomstig destijds afgelegde beloften, van
politieke handelingen.
Geruchten van andere strekking, welke
vooral in de buitenlandsche bladen plegen
verspreid te worden, bleken bij nader onder-
zoek onjuist te zijn.
HET OPTREDEN VAN MINISTER
DE GEER.
„Het Vaderland" bespreekt de houding van
Minister De Geer inzake de verhooging der
invoerrechten.
Het blad zegt, o,m.: Verblind door zijn
succes als Minister van Financien, sloeg hij de
verzenen tegen de prikkels en kwam ten
val, tenzij men dan de uitstel-motie de tak
zou willen noemen, waaraan iemand die in
den afgrond stortte bleef hangen. Die motie
is slechts half werk, en teekent wel zeer de
situatie waarin onze Tweede Kamer verkeert.
Het denkbeeld dat De Geer het ministerie in
zijn val zou meesleepen heeft de heele Kamer
terug doen deinzen, omdat er geen ander
ministerie spoedig zou kunnen gevormd wor
den en zelfs de S.D.A.P., die straks zal gaan
toetoogen, dat dit Kabinet liever vandaag dan
morgen weg moet, heeft zich gehaast het de
reddende hand toe te steken.
Het wil ons in alle bescheidenheid voorko-
men, dat de uitstel-motie de vrucht is van
al te haastig onderling beraad aan de rech-
terzijde van de misvatting, dat de zaak meer
was dan een geval-De Geer. Deze bewinds-
man kan niet langer minister zijn, en wel om
drie redenen. De eerste is, dat zijn aanblij-
ven den indruk in het buitenland zou maken,
dat wij zoowel met Oslo als met Ouchy den
spot drijven, de tweede dat met het oog op
onzen handel en industrie het wetsontwerp
geen minuut langer een benauwenis mag blij-
ven, de derde dat in dezen tijd minder dan ooit
de minister van bezuiniging om hem nu maar
zoo eens te noemen, iemand kan wezen die tot
geen enkel overleg met de volksvertegenwoor-
diging bereid is, iemand die zich zoo cfood-
gekeken heeft op het bedrag van het deficit,
dat de vraag hoe het aan te vullen voor hem
alle beteekenis verloor, zoo zelfs, dat voor
hem de eischen van goede economisohe poli-
tiek niet meer gelden. De logische oplossing
van het geval is geen slappe uitstelmotie,
maar de vervanging van den heer De Geer
door den heer Colijn, in wiens handen de be-
slissing over het wetsontwerp lag.
Wij zijn gelukkig niet zoo onbekend met de
politieke verhQudingen, dat wij niet weten,
dat de heer Colijn veel zal hebben te over-
winnen om aan die roepstem gevolg te geven
als ze tot hem mocht komen, mochit zeggen
wij, omdat het ook velen uit de rechterzijde
zelfoverwinning zal kosten, om zich bij zijn
wederoptreden aan financien neer te leggen.
Wij zullen er thans niet van spreken, dat het
geen eer voor ons land is, dat het reeds zoo-
lang niet meer de rente trekt van de talenten
aan Colijn gegeven, maar wel willen wij er
op wijzen, dat wij in een tijldperk leven waar
aan meer dan ooit alle persoonlijke gevoelig-
heden ondergeschikt moeten worden gemaakt
aan's lands belang.
Het optreden van Colijn aan financien zou
thans niet alleen onze internationale positie
zeer versterken, maar ook den waarborg
geven, dat onze Qconomische politiek weer tot
haar voile recht kwam, daargelaten, dat met
deze oplossing van het geval wij weer heel wat
meer aan juiste parlementaire manieren zou
den gaan doen dan in de laatste jaren het
geval is geweest.
TEGEN opheffing
DER KANTONGERECHTEN.
Men schrijft, dat het gemelde adres van
kantonreohters in Nederland aan de Tweede
Kamer inzake het regeeringsvoorstel tot op
heffing van 48 kantongerechten geteekend
was door een groot aantal kantonrechters in
den lande, en niet alleen door de vier ge-
noemde.
STEUN AAN DEN TUINBOUW.
Verschenen is het voorloopige verslag nopens
het wetsontwerp tot wijziging en verhooging van
het tiende hoofdstuk der rijksbegrooting voor
1932 ^uitkeeringen ten behoeve van verbouwen
van fruit en warmoezerijgewassen).
Vrijwel algemeen werd de indiening van dit
wetsontwerp toegejuicht. Men verheugde zich
over den goeden wil der regeering om thans ook
den tuinbouw te steunen en men spraik de hoop
uit, dat deze steunregeling, zij het wellicht
eenigszins gewijzigd, spoedig tot stand zal komen.
Wel meenden verscheidene leden, dat steun-
maatregelen ten behoeve van dezen bedrijfstak
eerder genomen hadden moeten worden. De re
geering was sedert lang met den nood in den
tuinbouw bekend; ook van de zijde der volksver-
tegenwoordiging is herhaaldelijk op directen
steun aangedrongen. Tot nu toe heeft de regee
ring zich bepaald tot credietverleening. Dat dit
standpunt thans is verlaten, had de voile instem-
ming dezer leden. Vrij algemeen vond het waar-
deering, dat dit ontwerp terugwerkende kracht
heeft door uitkeeringen over het geheele jaar
1932 mogelijk te maken; daardoor worden de be-
zwaren van het lange aarzelen der regeering
voor een groot deel opgeheven.
De slechte toestand in den tuinbouw is, zoo
werd opgemerkt, het gevolg van de belemmerin-
gen in het internationale handelsverkeer. Op-
nieuw werd daarom de hoop uitgesproken, dat de
regeering al het mogelijke zal blijven doen ten-
einde daarin verbetering te brengen.
Met den algemeenen opzet van het plan der
regeering: vergoeding van het verschil tusschen
den prijs, dien het product aan de veiling heeft
opgebracht en een richtprijs, kon men zich in
hoofdzaak vereenigen.
Van verschillende zijden werd de meening uit
gesproken, dat de voorgestelde steunmaatregel
beslist onvoldoende zal zijn. Neemt men het ad-
vies van de commissie-Lovink als grondslag, dan
zou men tot een totaal van ongeveer 20 mil-
lioen moeten komen. Een dergelijik bedrag moge
zeer hoog schijnen, gelet op den omvang en de
beteekenis van het tuinbouw,bedrijf in ons land
is het, in vergelijking met wat bijvoorbeeld ten
opzichte van de suikeribietenteelt wordt gedaan,
naar het oordeel van verscheidene leden niet te
hoog.
Verscheidene leden zouden gaarne zien, dat
het rapport der commissie-Lovink over dit on-
derwerp werd gepuhliceerd of althans ter griffie
neergelegd.
Verscheidene leden waren van meening, dat
de tuinbouw met het verleenen van directen re-
geeringssteun alleen niet voldoende geholpen zal
kunnen worden. Er zullen ook andere voorzienin-
gen getroffen moeten worden.
In de eerste plaats werd gewezen op de wan-
verhouding, die speciaal in dit bedrijf bestaat
tusschen de prijzen, die de producent voor zijn
artikelen ontvangt en de prijzen, die de consu-
ment voor deze artikelen betaalt.
Voorts werd een betere distributieregeling
dringend noodzakelijk geacht; behoud van den
bestaanden toestand, waarbij uitnemende tuin-
bouwproducten in groote hoeveelheden moeten
worden vernietigd werd ontoelaatbaar geacht.
Bepleit werd wijziging van de Crisispachtwet
in dien zin, dat de toepassing der wet ook voor
tuingrond (zoowel voor grove als fijne culturen
en ook voor kassen) buiten twijfel gesteld en de
continuatie der paoht verzekerd wordt.
Vele leden zouden een regeling als de thans
voorgestelde ook willen zien vastgesteld voor
1933. Zij vragen, of dit ook in de bedoeling der
regeering ligt. Nu de vooruitzichten voor den
tuinbouw zoo slecht blijven, scheen voortzetting
van den steun hun noodzakelijk.
Door verscheidene leden werden maatregelen
gevraagd om te voorkomen, dat de toch al zeer
lage loonen der arbeiders in de bedrijven, die nu
gesteund zullen worden, nog zullen worden ver-
laagd.
Bij sommige leden had het teleurstelling ge-
wekt, dat niet tevens maatregelen zijn voorge
steld ten behoeve van de boomkweekers, die
eveneens in zeer moeilijke omstandigheden ver-
keeren.
Ook vragen enkele leden, waarom geheel an
dere groepen der bevolking, die in nood verkee-
ren, bijv. de binnenschippers, niet gesteund wor
den, terwijl er wel iets gedaan wordt voor den
tuinbouw.
Wat het plan van uitvoering betreft, zouden
sommige leden inplaats van 1928 t/m 1932 als
basisjaren te beschouwen 1927 t/m 1929 als
grondslag willen nemen, daar 1930 in verschil
lende streken reeds een crisisjaar was.
Verscheidene leden wezen er op, dat het nood
zakelijk zal zijn, in het plan van uitvoering een
afzonderlijke regeling ten behoeve van de kleine
tuinders, die niet aangesloten zijn bij een veiling,
I op te nemen.
Dat de geheele steunregeling over de veiling
i loopt, achtten sommige leden niet gewenscht;
dit beteekent h.i. een dwang om op de veilingen
te verkoopen.
Voorts werd aangedrongen op een voorziening
voor de jonge tuinbouwers, die in de basisjaren
nog niet of niet gedurende alle 3 jaren tuinbouw-
producten aan de veiling brachten.
Sommige leden meenden, dat een productie-
regeling, welke dan gewestelijk zou kunnen wor-
- den ingesteld, noodig zal zijn om te voorkomen,
dat de tuinbouw zich uitsluitend zal bepalen tot
den verbouw van garantieproducten. Deze leden
vroegen, wat de minister in deze denkt te doen.
Tegen de bepaling, dat slechts uitkeeringen
zullen geschieden aan personen, die in den tuin
bouw hun hoofdlberoep vinden, hadden eenige
leden bezwaar. Zij zouden willen spreken van
bona-fide tuinbouwers om te voorkomen dat per
sonen, die een gemengd akker- en tuinbouwbe-
drijf hebben, buiten deze regeling vallen.
DE ECONOMISCHE TOESTAND VAN
NEDERLAND.
Het Oentraal Bureau voor de Statistiek
publiceert een ovenzicht over den economi-
schen toestand van Nederland aan het einde
van het derde kwartaal 1932, waaraan we het
volgende ontleenen.
Omstreeks het midden van dit jaar ging
een vleug van optimisme. door de wereld.
In Nederland manifesteerde het optimisme
zich voomamelijk op de effectenmarkt, waar
het leidde tot stijging van de koersen van
aandeelen, zooals in uitgedrukt sinds
het einde van den oorlog nimmer is voorge-
komen: in drie maanden tijds steeg het index-
cijfer met meer dan 50 Hiermede was de
val gedurende het tweede kwartaal geheel op
geheven. zoodat de koersen meerendeels boven
het peil stegen, waarop zij aan het begin van
dit jaar stonden. In September is hierop een
reaotie gevolgd, die echter tot dusver van be-
trekkelijk geringen omvang geweest is. De
omzetten ter beuze wareii, vooral in Septem
ber, omvangrijker dan sinds lang.
De koersen der obligates zijn met die der
aandeelen gestagen, maar hebben de daling
over het algemeen niet gevolgd. Deze koers-
stijging teekent een daling van den rente-
stand yoor lange credieten, die thans weer het
peil zou hebben bereikt van v66r het uitbre-
ken van de laatste vertrouwenscrisis.
Zijn deze bewegingeh verblijdend, omdat
men er symptomen in kan zien van lamgzaam
terugkeerend vertrouwen een belangrijke
factor in de riohting van herstel op zich-
zelf beteekenen zij nog geen opleving. In het
bedrijfsleven zijn de teekenen van verbetering
nog schaars en onzeker; de sporadische be-
riohten over opleving zijn voor een deel in
verband te brengen met prijsbewegihgen en
met het naderende winterseizoen. Wel kan
men zeggen, dat voorloopig althans de groote
val in de bedrijvigheid tot staan is gekomen.
Het voorloopige cijfer der werkloosheid, dat in
het derde kwartaal gewoonlijk een lichte stij
ging vertoont, liet deze in het afgeloopen
kwartaal niet zien; evenmin echter een dui-
delijke daling.
Voor de onderscheidene beroepen was de be-
weging zeer verschillend; terwijl de werkloos
heid onder de textielanbeiders in het laatste
kwartaal merkbaar verminderd is (hetgeen
echter als en seizoenversohijnsel kan worden
opgevat), is zij onder de bouwvakarbeiders
sterk toegenomen. Van het steeds verder
doorwerken van de malaise in kringen, die tot
dusver min of meer daarvan waren verschoond
gebleven, spreekt de werkloosheid onder de
handels- en kantoorbedienden, die thans dub-
foel zoo hoog is als een jaar geleden.
In de dalende beweging van in- en uitvoer
(naar het gewicht) is nog geen ombuiging ge
komen; het invoercijfer was, als steeds, in het
derde kwartaal wat hooger dan in het tweede,
maar niet zooveel als gewoonlijk. De waarde
van den uitvoer was iets grooter dan in het
vorige kwartaal maar geringer dan in het
derde kwartaal van 1931. Aandacht verdienen
de aanbestedingen voor fabrieksbouw, die nu
reeds twee jaar lang op een zeer laag peil
staan. Gedurende de geheele laatste conjunc-
tuurperiode zijn deze cijfers die van de aan
bestedingen in het algemeen ongeveer 1 y2 jaar
vooruitgeloopendeze cijfers kunnen dan ook
tot de gevoeligste conjunctuuraanwijzingen
gerekend worden.
De beridhten uit scheepvaartkringen luiden
iets minder uniform ongunstig dan de laatste
kwartalen, maar de tonnenmaat der opgelegde
schepen verminderde nog niet.
gend jaar te Londen moet worden gehouden,
heeft men tot dusver ook gezwegen. Uit wat
men over de voorbereiding van die conferentie
heeft gelezen, blijkt dat men ook daar weer
met het penacee der productieve werken zal
komen aandragen, maar dat er weinig kans
is, dat men het kwaad bij den wortel zal aan-
taaten.
Het is de groote merkwaardigheid bij dit
vraagstuik van werkloosheid en crisis, dat er
wel een communis opinio bestaat over de oor-
zaak, die men zoekt in de hooge tariefmuren
en de andere belemmeringen, die het handels
verkeer ondervindt, maar dat niemand dan
ook eens praktische pogingen aanwendt om
die muren te slecbten, die belemmeringen uit
den weg te ruimen. Integendeel, am aan zijn
eigen nooden tegemoet te komen, weet men
er niets beters op dan op den weg, die ge-
bleken is verkeerd te zijn voort te gaan. Ook
Lansbury liet Vrijdag weer de roep om pro-
teotiie hooren, toen hij zeide niet in te zien
waarom Engeland in artikelen als boter, melk,
eieren en spek zoozeer van het buitenland af-
hankelijk moest zijn als het thans nog is. Men
vraagt zicih af of de oeconomische razernij
van onze dagen nog verder ad absurdum ge-
voerd moet worden en hoe groot de ellendl
wel worden moet eer men op zal houden met
de lapmiddelen, die de kwaal in stede van te
veibeteren nog maar steeds verergeren.
De Amerikaansche presidentsverkiezing
staat voor de deur. De verkiezing van Roose
velt wordt vrijwel zeker geacht. Zooals wij
dezer dagen sohreven, valt er van hem op
oeconomisoh gebied ter verbetering van den
toestand meer te verwachten al behoeft
dat nog niet veel te zijn dan van Hoover,
die er ook niets anders op weet dan een pro-
tectie tot het uiterste. Het duurt echter tot
Maart eer de nieuwe president zijn amibt aan-
vaardt en naar alle waarschijnlijkheid zal de
oeconomische conferentie pas daarna worden
gehouden. Dat kan op zichzelf winst betee
kenen, maar het beteekent ook, dat er voor
dezen winter geen verbetering van belang in
den algemeenen toestand meer te verwachten
valt. Intusschen tracht ieder land uit den
desolaten boedel te redden wat het voor zich
nog te redden waant en gaan wij voort aan
alle kanten millioenen te verdoen aan steun
van mensohen, die graag werken wilden, maar
er de gelegenheid niet toe krijgen, laten wij
werken uitvoeren, die nuttig en noodig kun
nen zijn, maar waar wij anders misschien niet
eens over zouden denken, zaaien wij haat en
tweedracht tusschen buren en handelsvrienden
en waken er zorgvuldig voor, dat de kunst-
matige scheidsmuren, die een van de grootste
oorzaken der ellende zijn, in stand blijven en,
waar het maar eenigszins kan, nog hooger
worden opgetrokken.
HIT ONOPLOSBAAR VRAAGSTUK.
Vrijdag is schrijft de N. R. Crt. in
het Engelsche Lagerhuis het zooveelste werk-
loozendebat begoimen. Engeland is van de
Europeesche landen het eerst en aanvankelijk
ook het ergst door de werkloosheid getroffen.
Sinds 1920 is het vraagstuk er aan de orde.
Men heeft plannen gemaakt zus en plannen
zoo, maar veel verder is men er niiet mee ge
komen. De hoop, dat het inslaan van een
nieuwen oeconomischen koers, de invoering
van een vrij sterke mate van protectie, baat
zou brengen is ook al ijdel gebleken. Men
kondigt de eene verbetering aan na de andere,
af en toe daalt het cijfer van de werkloos
heid eens even, maar wat men hier wint, ver-
speelt men daar weer en het is dan ook met
weinig hoop en vertrouwen, dat men den win
ter ingaat.
Wie gedacht had, dat de arbeiderspartij,
die dit debat heeft op touw gezet, ons een
nieuwen kijk op het vraagstuk zou geven, is
bedrogen uitgekomen. Misschien dat de vol
gende dagen van het debat nog verrassingen
opleveren, voorloopig echter is dat niet het
geval. Lansbury heeft den toestand uitste-
kend geschetst toen hij het Huis ver-
zocht dezen te beschouwen alsof men getrof
fen was door een raimp of een epidemie en
niet in staat was of niet tot overeenstemming
kon komen om het geneesmiddel aan te
wijzen, zoodat men gedwongen was terug te
keeren tot het verschijnsel zelf en de verzor-
iging van de s-lachtoffers. Lansbury beloofde
dat zijn partij haar best zou doen de werk-
loozen van wanordelijkheden te weerhouden,
doch van den anderen kant moest men dan
niet trachten de menschen neer te drukken
en hen zoo tot verzet aan te sporen. Zijn ge
neesmiddel kwam neer op werkverschaffing.
Er zijn braakliggende terreinen, braakliggen-
de werkkrachten en braakliggend kapitaal.
Dat moet bij elkaar gebracht worden en op
die terreinen moeten huizen v-errijzen. Dan
moeten er kleine plaatsjes in pacht worden
uitgegeven, gronden gedraineerd, maatregelen
genomen om landerijen te beschermen tegeD
overstrooming, wegen, bruggen, waterleidin-
gen aangelegd, scholen gebouwd; allemaal
werken, die roepen om uitvoering.
Ook moet de uitkeering aan de werkloozen
verhoogd worden. Als men vraagt waar het 1
geld vandaan moet komen, antwoordt Lans
bury dat men doen moet als was men in een
oorlog gewikkeld en tegenaver een vijand
stond, die de natie dreigde dood te drukken.
In zoo'n geval weet men de middelen ter ver-
dediging wel te vinden. Dus moeten zij ook
nu te vinden zijn.
Minister Betterton prees Lansbury's stoute
initiatief, om er dadelijk op te laten volgen,
dat men de laatste twaalf jaar een reeks van
remedies heeft beproefd, waarvan een goed
deel niet den minsten invloed op de kwaal
had gehad en andere haar verergerd hadden.
Volgens den minister is afdoende gebleken,
dat het ,,uitvinden" en bespoedigen van open-
EEN POLITIE-DRAMA MET EEN
VROOLIJK SLOT.
Zondagmiddag. Het regent, zooals het den
heelen dag al zoo vervelend regent. In het
politie-bureau van afdeeling X te Rotterdam
zit inspecteur A. en verveelt zich een beetje.
In het politie-bureau van afdeeling Y zit in
specteur B. en verveelt zich een beetje. Zoo
vervelen zich vele mensohen in hun kamers
en wachten op het opklaren van de lucht, wat
niet gebeurt, aldus lezen wij in het ,,Dgbl. v.
R'dam".
In de stille inspecteurkamer van inspecteur
A. rinkelt de telefoon; collega B. belt hem
op. Dan volgt een gesprek, dat de grijze ver-
veling van den regen-Zondag plotseling ver-
drijft en dat twee inspecteurskamers vu-lt met
de bijna tastbare spanning van de jacht op
groot wild.
Inspecteur B.Zeg, heb je dien moord al?
Inspecteur A.: Wablief? Moord? Weet van
geen moord!
B.In jouw afdeeling is een goed half uur
geleden een moord gebeurd. Weet je dat nog
niet?
A.; Man... e, e, e, e, 't is... hoe kom je er
aan? Ik, ik, ik weet nog van niets!
B.En ik heb hier den dader.
A.: Wie is er dan vermoord, en waar?
B.: Een juffrouw in de EFG-straat. Is dat
jouw afdeeling of niet?
A.: En de dader?
B.Die heet P. Q.; komt net bij me binnen
en bekent het misdrijf. Hij lijkt me niet
brandschoon, maar zegt pertinent, dat hij in
de EFG-straat een juffrouw heeft gedood. Al
moet ik er levenslang voor naar Leeuwarden
zegt-'ie, dat kan me niet schelen; ik heb haar
toch fijn om zeep gebracht.
A.P. Q. Die naam komt me bekend voor,
wacht eens, ja dien man hebben we gisteren
hier gehad, die had ruzie gehad met een juf
frouw in de... waarachtig in de EFG-straat.
Dat klopt. Hij vertelde, dat de juffrouw een
lommerdbriefje van hem gestolen had. Dus
nou heeft hij... Hou-d hem vast.
De telefoons worden op de haken gelegd.
Inspecteur A. zendt zijn rechercheurs naar de
EFG-straat, om naar het slachtoffer te gaan
kijken.
In het bureau van afdeeling X zit inspecteur
A. zich niet langer te vervelen, maar in span
ning te wachten. Dat wordt een drukke Zon-
dag. In afdeeling Y zit inspecteur B zich ver-
genoegd de handen te wrijiven, omdat hij een
moordenaar te pakken heeft, voordat de
moord ontdakt werd. Zelfs de regen is niet
langer vervelend. Na een half uur komen de
rechercheurs bij inspecteur A. Zij hebben de
juffrouw in levende lijve gezien en gesproken.
De man P. Q. had zij gezegd was een
tijdje bij haar geweest, maar hij verveelde zich
en daarom was hij op stap gegaan. En hier
aan voegde de juffrouw toe, dat hij zeker te-
veel in cafd's geschuild had voor den regen.
Volgt een kort telefoongesprek.
A.: Jouw moordenaar is geen moordenaar.
B.: Je meent het?
A.: De juffrouw voelt zich heel gezond en
weet van niets.
B.: Dan heeft die dronken...
De telefoons ploffen op de haken. De grijze
regenmiddag wordt een vroege natte avond.
De inspecteurs vervelen zich een beetje in
hun bureau's, zooals in alle huizen menschen
zitten, die den tragen Zondag traag over zich
laten komen.
EEN GOOISCHE INBREKERSBENDE.
Onder het inbrekersgilde in het Gooi is ta
den laatsten tijd groote opruiming gehouden.
Zoo zijn b.v. in het Huis van Bewaring- te
Utrecht negen jeugdige personen, meest uit
Hilversum, opgesloten door toedoen van de
Baamsche politie en verdacht van inbrakea
aldaar. Confrontatie van een dezer verdachten
te Laren is aanleiding geworden tot het ophel-
deren van twee inbraken aldaar en tot arres-
tatie van nog twee jeugdige Hilversumxnera.
Zij hebben bekend zich aan de beide inbraken
schuldig gemaakt te hebben.
Tevens is te Ginneken aangehouden een
echtpaar, vroeger wonende in een lunchroom
te Hilversum, verdacht van heling. Te hunnen
hui-ze zijn n.I. gestolen voorwerpen ontdekt.
EIGENAARDIG HUWELIJKSA ANZOElt.
Te Bergen op Zoom heeft zich, naar de Teh
meldt, een eigenaardig geval voorgedaan. Een
arbeider had voor eenige dagen zijn intrek
genomen in een hotel te Halsteren en telefo-
neerde een juffrouw uit Pijnacker, die hij
gaarne wilde huwen. Hij gaf voor, ziek te zijn
en vroeg haar dringend hem te komen bezoe-
ken. Eenige dagen te voren was hij per auto
te P'jnacker geweest om een huw'elijks-aan-
zoek te doen, terwijl hij zeide auto's, een villa
en geld te bezitten. Ofsohoon de juffrouw van
politiezijde werd medegedeeld dat de man
slechts in gedachte auto's en villa's bezat,
ging zij er toch heen, terwijl haar uitdrukke-
lijk gezegd was dat hij niet geheel normaal
was. Te Halsteren aangekomen, zag de juf
frouw terstond dat hij niet ziek was, zoodat
zij na een korte woordenwisseling wilde weg-
gaan.
Hierdoor werd de man blijkbaar zoo aange-
grepen dat hij voor haar auto ging liggen.
Toen de politie er zich mee bemoeide, keerde
de man weer naar zijn hotel terug. De juf-
i frouw reed vervolgens naar Bergen op Zoom,
om aldaar in een hotel te ovemachten, In
tusschen was de man uit Halsteren vertrok-
ken en haastte hij zich naar Bergen op Zoom,
waar hij met een brandende lantaarn een
ruit bij den hotelhouder ingooide. De politie
arresteerde den man even daarna in de Sint-
Jozefstraat. Hij werd naar het politiebureau
overgabracht, waar hij door een dokter werd
onderzocht. Deze achtte overbrenging naar de
stiohting „Vrederust" noodzakelijk.
ERNSTIG AUTO-ONGELUK TE
ANTWERPEN.
De Nederlandsche groentenhandelaar J. van
Pcppel, afkomstig uit Breda, is, toen hij op
den hoek van de Pothoekstraat te Antwerpen
een auto wilde passeeren, in aanrijding geko
men met een autobus. Van Poppel verloor de
macht over het stuur en reed achtereenvol
gens drie auto's aan, den laatste met zulk een
vaart, dat hij met zijn auto tegen de huizen
botste. Van Poppel werd ernstig gewond. Be-
wusteloos is hij naar het S tuyvenberggasthuis
gebracht. Men vreesde voor zijn leven.
MET EEN AUTO ER OP UIT OM TE
STELEN.
Den laatsten tijd kwamen landbouwera in
de omgeving van Bedum, en voorts in het
dorp Zuidwolde, wanneer zij des morgens hun
werkzaamheden op het land aanvingen, tot
de ontdekking, dat er hun iemand voor ge
weest was. Voortdurend werden veldvruCh-
ten ontvreemd en het bleek al spoedig, dat de
„werkgeest" het voornamelijk op kool en
boonen voorzien had.
De gemeente-politie lag telkens op de loer
doch het gelukte eerst niet de(n) dader(s) te
snappen. Tenslotte werd, aldus de ,,Msb.", in
samenwerking met den veldwachter van
Garmerwolde, een onderzoek ingesteld. Want
het was gebleken, dat de dief zich in het dorp
moest ophouden en ten langen leste werd
een 19-jarig jongmensch aangehouden uit
Garmerwilde, die bekend heeft er des naohts
met een auto op uit te gaan, oan de tuinge-
wassen te rooven.
SCHOOLKWESTIE IN OPSTERLANU.
Eenigen tijd geleden hebben Burg, en Weth.
van Opsterland de schoolgrens in die gemeente
gewijzigd, zoodat de kinderen van verschil
lende ingezetenen te Langezwaag nu naar de
school te Luxwoude moesten.
Dit was niet naar den zin van de oudera.
zoodat zij besloten de kinderen weer naar de
school te Langezwaag te zenden. Het hoofd
van de school aldaar mocht deze kinderen
echter niet toelaten. De ouders daarentegen.
stuurden hun spruiten niet naar Luxwoude's
school, met het gevolg, dat deze kinderen nu
al in geen zes weken onderwijs hebben ont-
vangen. Herhaalde malen is er geconfereerd,
doch deze besprekingen hebben geen succes
gehad.
Naar de ,,Tel." verneemt hebben de ouders
thans besloten, om, mochten B. en W. niet
weer op hun besluit terugkomen, de kinderen
naar de Christelijke school te Gorredijk te
zenden.
EEN GRATIS KOOP-DAG.
Deze naamlooze vennootschap, handelende
in d-amesstoffen had in de stedelijke bladen
te Groningen bekend gemaakt dat zij op een
bepaalden dag in de maand November, waar
van de datum in gesloten enveloppe in bewa
ring was gegeven, gratis stoffen beschikbaar
stelde, en wel tot een zelfde bedrag als de
koopers, dien dag bij haar hadden besteed. De
emveloppe zou op 1 December worden jgeopend
en de da.tum bekend gemaakt worden.
De politie heeft hierin echter een overtre-
dmg der loterijwet gezien en proces-verbaal
opgemaakt.
een
ge-
Een boer te Molkwerum (Friesland) ver-
kocht een koe. De nieuwe eigenaar laadde het
beest in de boot naar Sneek. Te Sneek wei-
gerde het dier hal-sstarrig uit de boot te
komen. Men liet haar toen maar in de boot
en ging op de markt tot loven en bieden over.
bare werken ter bestrijding van abnormale Toen zij voor de tweede maal verkocht was,
werkloosheid niets oplevert. Wat dan weer bleeik het dier nog even halsstarrig te zijn!
Met geen moeite wilde het de boot verlaten.
Men besloot daarop de onwillige er met takels
uit te trekken. Voordat men hiertoe overging
werd echter de oude eigenaar gewaarschuwd.
Deze ging voor aardigheid eens kijken, pakte
de koe bij het hoomtouw en zeide op vriende-
lij-ken toon: ,,Kom beest!" En wat gebeurde?
Zoodra zij de stem van den ouden baas hoorde,
liep de koe gedwee mee.
Wat dan weer
niet wegnam, dat de regeering praktische
voorstellen wel in overweging wil nemen. Het
eenige afdoende middel ligt in het opwekken
van het gewone zakenleven.
Als dit debat een half jaar eerder gehou
den zou zijn, zou men ongetwijfeld hoopvolle
tonen hebben gehoord over de conferentie van
Ottcwa. Thans zwjjgt men erover. Over de
oeconomische wereldconferentie, die het vol-
SMCCIKELARIJ.
De kommiezen te Dinxperlo hebben
partij van 100 K.G. margarine in beslag
nomen, welke uit Pruisen was gesmokkeldt
EEN TRAPHEND PAARD.
T°en de landbouwer N. van der Wiel te
Vlijmen werkzaamheden verrichtte in den stal
ontvmg hij plotseling van een der paarden
een hevigen trap tegen de borst. De man werd
zoo zwaar gewond, dat hij vrijwel onmiddel-
lijk daarna overleed.
.HV'anef cr_eed een zeswielige vrachtauto,
geladen met 85 regeeringsvarkens, over den
Lekdijk. De lading was bestemd voor de var-
kenscentrale te Assen. Bij het uitwijken voor
een passeerenden auto kwam de vrachtauto
op het zachte gedeelte van den dijk, zakte
weg, en rolde naar beneden. Twee varkens
werden doodgedrukt onder den vrachtauto
twee vielen dood van den auto, en acht hadden
pooten gebroken. Deze varkens werden direct
aar de slachtplaats te Vianen gebracht. Per
soonlijke ongelukken hebben er zich met bii
voorgedaan.
t Ti! WiWervan-k is de boerderij van den heer
Toen de auto-brandspuit van Stadskanaal
bij dezen brand kwam, heeft zij eenige perso-