ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. De Slapende Boeddha ASPIRIN Natte voeten.... Ho. 8908 MAANDAG 31 OCTOBER 1932 72e Jaargang. BINNENLAND FEUILLETON BFITKNLAHD DE CONTINGENT EERING VAN DEN INVOER VAN BROOD. dan j ii^TCTiii NEUZENSCHE COURANT ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post 6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika /2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor bet buitenland alleen bij vooruitbetaling. Uitgeefstcr: Firma P. J. VAN DE SANDE. GIRO 38150 TELEFOON No. 25. ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer /0,20. Grootere letters en clichd's worden naar plaatsruimte berekend Handelsadvertentien b(j regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien liefst een dag voor de ultgave. DIT BEAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. TWEEDE KAMER. Vergadering van Vrij'dag. Na aanneming zonder hoofdelijke stemming van het wetsontwerp aangaande de huisves- ting van het Permanente Hof van intema- tionale justitie, interpelleert de beer De Vis- seT (comm.) over beperking van het recbt van openbare demonstraties en betooging. Spreker zet uiteen, dat in dezen tijd de ar- beidersklasse door groote gevaren wordt be- dreigd, waartegen verzet rijst, hetgeen zich uit in demonstraties en betoogingen. Spreker komt op tegen het weigeren van pasvisa aan vertegenwoordigers der Sowjet-Unie naar het wereldcongres voor den vrede te Amsterdam. Hp betoogt verder, dat niet een demonstratie, maar de polibie de orde verstoort. Spreker komt ook op tegen de circulaires aangaande het stempelen en leest aan het slot der inter- pellatie een aantal vragen voor. Minister Ruys de Beerenbrouck antwoordt, dat de regeering en de gemeentelijke overheid bemoeiingen hebben met iedere demonstratie uit hoofde van handhaving der orde. Stempel- vacantie had niet behooren te worden ver- leend voor een verboden optocht en ook niet voor een vergadering van communisten op een dag als die van de opening der Staten- Generaal. Warmeer demonstraties worden ver boden, is dat niet een maatregel ter onder- drukking, maar om te voorkomen dat onge- lukken gebeuren. Een motie-de Visser, waarin gezegd wordt, dat het recht van demonstratie onbelemmerd moet worden erkend en uitgeoefend, wordt verworpen met 37 tegen 19 stemmen. Z.h.s. wordt aangenomen het wetsontwerp, inzake voorschriften betreffende beslag op roerende goederen in door derden in gebruik gegeven ruimten, lijfsdwang en dwangsom. DE AFGEWIMPELDE UITZENDING VAN DE V.A.R.A. De heer Duys (s.d.) stelde de volgende vraag aan den Minister van Waterstaat: Welke zijtn de motieven, waarop de Minister, in strijd met het advies van den radioraad, geweigerd heeft, aan de V.A.R.A. gelegenheid te geven, de te houden redevoeringen en het verloop der betoogingen op 8 November a.s. te verbreiden? De Minister van Waterstaat, de heer Rey- mer, antwoordt het volgende: Voor de uitzending is mijn medewerking ge- vraagd. Van de regeering kan in redelijkheid niet worden verwacht, dat zij voor een betooging, welke rechtstreeks is gericht tegen het be- leid, dat de regeering onder hoogst moeilijke omstandigheden zich verplicht ziet te voeren. medewerking zal verleenen. Waar alzoo tegen inwilliging van het ver- zoek overwegend bezwaar bestond wegens aard en doel der betooging, heb ik gemeend, zoodanige medewerking te moeten weigeren. De heer Duys (s.d.) stelt de volgende na- dere vraag: Moet uit het antwoord worden opgemaakt, dat de Minister zijn beslissing dus niet in strjjd acht met een te goeder trouw nakomen van het met de omroepvereenigingen over- eengekomene, dat deze organisaties zelf uit- maken, welke dagen voor haar als hoogtij- dagen zullen gelden, uitgezonderd dan wan- neer b.v. op zulk een dag een nationale feest- dag wordt gevierid? Spreker merkt op, dat de regeering haar door F. J. A. L. CORDENS. (Npdruk verboden.) 17) (Vervolg.) ,,Blijf zitten," zei ik hem. „Gwynn weet wel, wat hij doet. Wat kunnen wij daar met een revolver uitrichten! In den weg loopen is het eenige, en ze schijnen daar op dit oogen- blik ook niet bijizonder op ons gezelschap gesteld." ,,Maar ik bedank er voor om hier alleen in dit hok te blijvan zitten," riep Keening. ,,Ik heb een revolver in mijn zak, en in mijn valies zit er nog een. Neem jij die." Hij stond op en terzelfder tjjd versplinterde een kogel de half opgetrokken jalouizie voor ons portier- raam en vloog aan den anderen kant naar buiten. Meteen ging de deur van ons com- partiment open en Eric Sparthing kwam bin nen. Hij zag er opgewekt uit. „Blijven jullie toch in Godsnaam zitten," riep hij ons toe „een troep opstandelingen neemt den trein onder vuur en jullie kunnen ons van geen nut zijn." Hij liet zich op den grond vallen om zich niet voor de raampjes bloot te geven en kroop naar het portier. „Je deed beter met ook op den grond te gaan liggen," izei hij:, ,,-het is wel niet lollig, maar het is veiliger." „Wat ga je doen?" vroeg Alfred. „Ik ga naar den mitrailleur," antwoorde hij ,,Als ik er hier uit spring, ben ik er het dichtst bij." „Laat je niet doodschieten," riep Keening, „de soldaten kunnen toch wel voor dat ding zorgen." ,,Dat bemerk je wel, die zijn alleen met hun medewerking blijkbaar heeft geweigerd, niet wegens gevaar voor ordeverstoring, maar om- dat de betooging haar onwelgevallig is. Minister Reymer antwoordt, dat medewer king werd gevraagd voor een betooging, rechtstreeks tegen de daden der regeering ge richt. Dit is redelykerwijs niet te vergen. A VRO-UITZENDINGEN VIA LUXEMBURG OVERWOGEN. .Wireless World" meldt, dat de Avro een paar dagen van de week over den nieuwen Liuxemburgschen, zender gaat ,,omroepen". Een bericht is in dezen vorm onjuist. Uit den aard der zaak heeft veroemen wij ook de Avro een aanfoieding van ..Luxemburg" gehad en nauwkeurig overwogen in hoeverre den luisteraars via Luxemburg van dienst zou kun nen zjjn. Het resultaat is geweest dat de Avro op de Zaterdagen van den Luxemburgschen zender gebruik zou willen maken indien de Union Internationale haar leden zou vergunnen met Luxemburg samen te werken. Tot nu toe heeft de Union evenwel deze samenwerking verboden omdat Luxemburg als een „wilden zender" wordt beschouwd en zoolang de toe- stand zoo blijft zal de Avro dus op Zaterdag geen gebruik van den Luxemburgschen zen der maken. DUMPING VAN KATOENEN TEXTIELSTOFFEN. Het Tweede Kamerlid I. H. J. Vos heeft den Minister van Oeconomische Zaken en Arbeid de volgende vragen gesteld: Is het den Minister bekend, dat de Japan- sche regeering dumping van katoenen textiel- stoffen mogelijk maakt door het verlies, op den export daarvan geleden, voor haar reke- ning te nemen? Is het den Minister bekend, dat de bijslag, door de Duitsche regeering ook aan fabrikan- ten van katoenen textielstoffen verleend, wan- neer zij nieuwe arbeiders in him dienst nemen, het dien fabrikanten mogelijik maakt, hun voortbrengselen tegen een abnormaal lagen prijs aan te bieden? Kan de Minister mededeelen, of het ver- moeden juist is, dat de Poolsche, Italiaansche Spaansche en Tsjecho-Slowaaksche regeerin- gen exportpremies verstrekken bij den uitvoer van katoenen textiefstoffen? Is de Minister bereid, spoedig maatregelen te overwegen tegen de genoemde dumping- practijken GEEN STEMPELVACANTIE. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft op een verzoek van het bestuur van het N.V.V. geantwoord, dat hij geen vrijheid kan vinden om medewerking te verleenen, ten einde voor de betooging van 8 November aan werkloozen faciliteiten inzake stempelen te verstrekken. HET RIJK EN DE GEMEENTEN. Het Tweede Kamerlid Suring heeft den Ministers van Binnenlandsche Zaken en van Financien de volgende vragen gesteld: I. Is het juist, dat aan de gemeente Nij- megen, in verband met een verzoek om ver- lenging of verhooging van een kasgeldleening van het Rijk, de navolgende voorwaarden zijn gesteld: 1°. afschaffing van alle boventallige leer- krachten; 2°. stopzetting van de subsidieering van het voorbereidend lager onderwijs; 3°. opheffing van het vervolgonderwijs 4°. opheffing van de handwerkschool voor meisjes; karabijnen bezig. Adieu heeren." Ik zag, hoe de jonge luitenant den handle van het portier naar beneden drukte, half oprees en het stof van zijn knieen klopte, als vond hij het jam mer van zijn mooie uniform. Toen sprong hij naar beneden en sloeg meteen het portier weer dicht. „Als die het er maar levend afbrengt," zei Keening met een trilling in de stem. „Ik hoop het." We bleven luisteren naar het ratelend ge- weervuur, en daar opeens hoorden we de zware knallen van den pompom. ,,Goddank, nu zal het gauw gedaan zjjn," meende Alfred. Maar het was nog niet gedaan. Een dikke, zwarte rookwolk vloog langs den trein en een prikkelende lucht van brandend hooi woei den coupe binnen. „Zouden ze den wagen met de paarden in brand gestoken hebben?" vroeg ik beangst. „Neen," zei Alfred, ,,het gras aan dien kant van de lijn staat in brand; door het raampje hier tegenover kan je het zien," Inderdaad zag ik de smalle strook verdord gras, die de andere zijde van de spoorlijn begrensde, vlam vatten. Het was een snel opwalmend en even snel stervend stroovuurtje, maar het maakte vee rook en belemmerde de verdediging. Plotseling zweeg de pompom en het was, alsof ook in het veld het geweervuur zwak- ker werd. Zouden we gered zijn? Gwynn kwam den coupe weer binnen, maar zijn gelaat stond emstig. „Drie man aan den overkant en de rest hier aan de portieren," hoorden we Hensley schreeuwen. ,,Ik mag den heeren niet verhelen," zei Gwynn, „dat de toestand zeer emstig is. Aanstonds zullen we worden bestormd. Luis- tert goed, uw eenigste kans op bahoud is, dat gij hier rustig blijft zitten en u in geen geval mengt in den strijd, waar gij toch geen in- vloed op kunt uitoefenen. Mijnheer Keening, steek die revolver weg" Keening zat in zijn hoekje gedoken met de armen over elkaar en in de rechterhand zijn revolver „hjj kan u alleen in ongelegenheid brengen, u en uw vriend." 5°. opheffing van het geneeskundig school - toezicht; 6°. stopzetting van de subsidieering van de openbare leeszalen; 7°. vermindering van subsidies aan sociale instellingen als bijvoorbeeld het Wit-Gele- Kruis; 8°. salarisverlaging voor het gemeente- personeel II. Zijn de Ministers, als de eerste vraag bevestigend moet worden beantwoord, ook niet van oordeel, dat een voldoen aan de ge- stelde voorwaarden niet mogelijk is zonder emstige schade aan gewichtige volksbelan- gen? HI. Achten de Ministers het juist, gebruik te maken van den financieelen toestand van gemeenten om deze te dwingen tot maat regelen, die zij niet kunnen treffen zonder voomame volksbelangen in emstige mate te schaden, terwijl moet worden aangenomen, dat zij daartoe anders niet zouden overgaan? DE UITWATERINGSSLUIZEN IN DEN AFSLUITDIJK. Zooals dezer dagen gemeld, is het peil van het IJsselmeer 31 c.M. hooger gekomen dan het voorgeschreven minimum en de vraag werd gesteld, waarom er niet voldoende werd gespuid. Een redacteur van het ,,Nwshl." v. Friesl." is den toestand eens in oogenschouw gaan nemen, en wat hij opmerkte, kwam hem voor, een zeer verontrustend verschijnsel te zijn. De betonbouw der sluizen is in de voile breedte en, voor zoover zich baar was, in de voile diepte op twintig plaatsen gescheurd. Het is van groot belang, dat hierop het voile licht der openibaarheid valle. Ruw weer en hooge zee hebben wij thans nog slechts heel weinig gehad. En toch zijn de werken reeds nu emstig beschadigd. Wat zal er dan gebeuren bij storm en hoogen waterstand, als het uiterste van deze sluizen wordt gevergd? De inpoldering van de voormalige Zuider zee is slechts mogelijk indien op het IJssel meer een constant verlaagd peil kan worden gehandhaafd. Dit is echter onmogelijk, wan- neer de stroomsluizen niet betrouwbaar en on- berispelijk functionneeren. Van deze kunst- werken is het geheele wel en wee der Zuider- zeewerken afhankelrjk. Als de sluizen on- verhoopt in het ongereede zouden geraken, dan zou in korten tijd het IJsselmeer tot overstroomen toe Volloopen. Daarom mag de beschadiging niet langer geheim worden gehouden. Tenslotte nog deze vraag: Als nu reeds deze betonbouw gescheurd is, hoe zal men er dan ooit zware treinen over durven laten rijden? De Staatscourant van Vrijdagavond, no. 210, bevat het Kon. besluit van 27 October, no. 36, waarbij de invoer van brood wordt gecontin- genteerd. Zooals gemeld, geldt deze contin- genteering voor 12 maanden (1 November 19321 November 1933). Het percentage van invoer is gesteld op 100 pet. van de hoeveel heid, die gemiddeld per 12 maanden in het tijdvak 1 November 19301 November 1932 is ingevoerd. Onder de contingenteeringsbepalingen val len: tarwe-brood en deeg van tarwebloem of tarwemeel. Overigens bevat dit besluit de gebruikelijke contingenteeringsbepalingen, waarvoor wij naar de Staatscourant van Vrijdagavond mogen verwijzen. Dit nummer bevat tevens de uitvoerings beschikkingen van den Minister van Econo mische Zaken en Arbeid, waarbij o.a. de mo- dellen van aanvraag- en vergunningsformu- lieren zijn vastgesteld. Deze Minister heeft aangewezen den heer W. M. Ebbink, administratief hoofd van het regeeringsbureau voor de uitvoering van de Tarwewet 1931 (Trompstraat 73, 's-Graven- hage) en, bjj diens afwezigheid, den heer R. W. Dahmen von Buchholz, plaatsvervangend administratief hoofd van genoemd bureau, om krachtens het voormelde contingenteerings- besluit te beslissen op de aanvrage, de ver- gmming te onderteekenen en deze af te geven, alsmede om vanwege hem de in het besluit bedoelde bijzondere vergunning te verstrekken. 3 MILLIOEN MINDER DAN IN HET VORIG JAAR. Volgens een statistiek over de geschatte ontvangsten in de maand September hebben de Nederlandsche Spoorwegen een tekort van bijna 3.000.000 in vergelijking met de ont vangsten van dezelfde maand in het vorige jaar. De totale inkomsten van 1 Januari tot en met 1 September zijn meer dan 20.780.000 gulden minder dan die van het vorige jaar. UITVOER POOTAARDAPPELEN. In het voorloopig verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot regeling van den uitvoer van pootaardappelen klagen enkele leden over de ondeskundigheid van verschil- lende controleurs en keurmeesters bij de uit- oefening van toezicht op en keuring van de pootaardappelen. Een lid keurde den voorgestelden maat regel af omdat er juist groote vraag is naar ongekeurde pootaardappelen. Majoor Gwynn sprak met heesche stem, hrj was in hooge mate opgewonden, al beheersch- te hij zich ook volkomen. Toen maakte hij plechtig het militair saluut en verdween in den couloir. Beiden waren wij te ontroerd om een woord te zeggen, en onze vriend ging heen zonder een woord of een groet van ons; alleen een blik van sympathie nam hij van ons mee. „Alleen vuren, als je zeker bent van je schot," commandeerde hij aan de soldaten Dat was het laatste, wat wij van den majoor hoorden. We keken elkaar aan en Keening borg lang- zaam zrjn revolver weg. Opeens flitste mjj een gedachte door het hoofd en herinnerde ik mij Moonah Singh en den talisman, dien hij mij gegeven had. ,,Als je ooit in moeilijkheden komt, draag het dan goed zichtbaar," had hij gezegd. Ik was nu in moeilijkheden en wel heel emstig. Maar zou dat groen zij den lapje mij helpen? Het was toch te belachelijk om zoo iets in een oogenblik als dit te veronderstellen; doch het was mijn eenigste kans. Al zaten wij ook met z'n tweeen als noncombattanten rustig bij el kaar, ik had toch niet veel hoop, dat die halve wilden ons zouden sparen, wanneer zij den trein overmeesterden. Ik nam mijn portefeuille en zocht naar mijn talisman. „Wou je in je spoorboekje kijken, om hoe laat we hier weg kunnen?" vroeg Keening, die de spraak had teruggekregen. Ik was niet in een stemming om er mee te lachen, haalde het met zilver bestikte groene lintje voor den dag en spelde het op de revers van mijn jas. „Wat drommel, ga je nu doen?" vroeg Keening. Tijd om te antwoorden werd miji niet meer gegeven. Wat er nu volgde was zoo verwar- rend en verbijsterend, dat ik het niet weer kan geven en er ook naderhand nooit een duidelyke visie van heb gehad. Er klonk een oorverdoovend geschreeuw en gebrul, geweer vuur ratelde van alle kanten, in en rondom den trein. Door het tegenover liggend por- tierraam konden wij een aantal witte gedaan- ten met groote sprongen zien naderen. Maar DE FASCISTISCHE HERDENKINGS- FEESTEN IN ITALIe. De feesten ter herdenking van den tienden verjaardag van bet fascisme heibben hun hoogtepunt bereikt, toen te Rome de legioenen oorlogsinvaliden op den weg naar het Collo- seium defileerden.. Mussolini had reeds om tien uur in de Via Nazzionale de opgestelde legioenen ge'inspec- teerd en was vervolgens te paard aan hun hoofd naar de Piazza Venezia gereden, waar hij den nieuwen straatweg insloeg en in het midden halt maakte. Tot zijn geivolg behoor- den de minister van oorlog en de chef van den generalen staf der militie, zoomede tal- rijke hoogwaardigheidsbekleeders en de mi- litaire attache's, die te Rome zijn geaccredi- teerd. Het defild werd geopend met de vaan- dels en delegaties van alle legioenen der fas- cistische militie. Er volgde een uit alle te Rome in garnizoen liggende wapens samen- gesteld eere-bataljon, waama de legioenen der oorlogsgewonden voorbijtrokken, die in rijen van 18 man defileerden. De afdeelingen avantgardisten en jonge Italiaansche gevolgd door de fascistische jeugdgroepen sloten de rijen. In verband met de herdenking van den op- marsch naar Rome heeft Mussolini de vol gende boodschap tot alle fascistische forma- ties gericht: „Zwarthemden uit heel Italie! Het eerste decennium der revolutie wordt thans onder het enthousiasme van heel het volk afgesloten. Terwijl de groote openbare werken eeuwen- lang onzen wil om op te bouwen verkondigen zullen, geeft de tenstoonstelling der fascis- ook an onzen kant had de aanval plaats; het was of de witte duivels van onder den trein te voorschijn kropen. Houtwerk werd ver- splinterd, raampjes werden ingeslagen, ge- kerm en gegil van gekwetsten klonk aan alle kanten. Daar vloog een groote bruine Hin- doe op de treeplank vlak bij ons en stak zijn leelijken kop door het open portierraam; ik zag een verwrongen gelaat met van bloed beloopen oogen, een wreeden mond en een wanstaltigen breeden neus. Zijn linkerhand, waarin een flikkerend mes, had hij nog niet door het portier kunnen wringen, maar ik voelde, dat het einde nabiji was. Ik was ver- stijfd van schrik, kon mij niet bewegen en geen geluid voortbrengen; ik had geen andere gedachte, dan dat aanstonds dat mes, dat vreeselijke mes zijn werk zou doen. Later heb ik nog vaak aan dit oogenblik teruggedacht en er ook met Keening over gesproken, die er toen niet veel beter aan toe was dan ik; maar geen van beiden hebben we ooit weer de ontzettende sensatie van dit oogenblik doorvoeld. We keken er later tegenaan als een zonderling gebeuren, als iets, dat je leest in een krant, een geweldig onge- luk, dat je niet eens hevig ontroert. Kwam het door de menigte vreemde indrukken, die we sindsdien hebben ondergaan, de snel opeen- volgende gebeurtenissen, die zich rondom ons afspeelden Kwam het door de betoovering van dit ondanks alles toch heerlijke land met zijn wuivende palmen, zijn donkere bosschen en woeste bergen, zijn vruchtbare vlakten en onafzienbare jungles De manier, waarop wjj uit het gevaar in dien ongelukstrein verlost werden, was voor ons even onverwacht als het gevaar zelve. De leelijke Hindoe had mij slechts even aangekeken en toen yiel hiji terug, alsof hij met geweld van de treeplank werd afgetrok- ken. Hij schreeuwde en gesticuleerde als een bezetene tegen een paar kerels, die achter hem waren, en deze sprongen ook op de tree plank, keken mij aan en sprongen er even gauw weer af. Toen kwam er een vierde bij, een oudere, vurige kerel met een korten punt- baard. Hij droeg een prachtig pistool in zijn gordel en zwaaide een vervaarlijke kromsabel Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-band- buisjes van 20 tabletten nu fl. en oranjezakjes van 2 tabletten 0. ■10- (Ingez. Med.) tische revolutie het heilige, duidelijke en plech- tige bewijs van de door ons gelbrachte offers. Het tweede decennium zal nieuwe eischen stellen en nieuwe offers van ons verlangen. We zullen ons bewust zijn van de verantwoor- delijkheid en in broederschap met u vereenigd verblijven. De herinnering aan de doorge- stane beproevingen stroomt door onze harten en maakt ze sterk voor de toekomst." ALS ROOSEVELT PRESIDENT WORDT. De weddenschapscurve in de Vereenigde Staten blijft zoo ten gunste van een overwin- ning van den democraat Franklin Roosevelt omhooggaan, dat men w+js doet met rekening te houden met een nederlaag van Hoover bij de eerstdaags komende verkiezingen voor het presidentschap der U.S.A. Als Roosevelt president wordt gaat de pro- hibitie om zeep: de exportkelders van de Fransche en andere Europeesche wijnfirma's liggen reeds tjokvol met ,,verzendklare" drui- vennatproducten. Hier in Europa zijn er dus die hopen op een nederlaag van Hoover, maar het zijn niet alleen de „spiritualisten" die bij een overwinning van Roosevelt gebaat zouden zijn, ook talloos andere kringen van scheep- vaart, handel, industrie, enz. maken kansbe- rekeningen. De economische depressie is in het nadeel van Hoover; een sinds tientallen van jaren veVgeten republikeinsche-democra- tisch politick verschil heeft ineens den kop weer opgestoken, juist door die economische depressie, n.l. de tegenstelling op het terrein van den buitenlandschen handel. De republi- keinen in de U.S.A. zweren bij beschermende rechten, de democraten echter voelen in de laatste dagen dat zij met een zeer gematigde tarievenpolitiek verstandiger doen. De Ameri- kaansche boer die op het oogenblik noch in het binnen-, noch in het buitenland behoorlijke prijzen voor zijn producten kan bedingen, maar wel te hooge prijzen moet ibetalen voor de iproducten van de beschermde Amerikaan- sche industrie is al aardig op weg vrijhandels- gezinder te worden dan de uiterste democra ten. Toch hebben de boeren en de democraten elkaar begrepen ditmaal. Dit is een punt. Zoo zijn er ettelijke ootfc voor ons, Europeanen, onbevattelijke. Roose velt en zijn meidedemocraten geven zich op: het oogenblik uit voor de echte Amerikaan- sche nationalisten die Amerika uitsluitend aan de Amerikanen willen teruggeven. De republikein Hoover wordt door hen gebrand- merkt als het hoofd van het intemationaal en was allesbehalve vriendelijk tegen het' drietal. Maar dezen posteerden zich voor den coupe en praatten druk tegen hem. Van wat zij zeiden verstond ik geen woord, maar een paar keeren hoorde ik den naam Akbar. Toen wierp de man met de kromsabel de coupedeur open en beval in zuiver Engelsch: „Stap uit." Wij aarzelden. „Stap uit," zei de man tegen me, „als uw leven u lief is. We zullen u redden." Ik gaf Alfred een wenk en stapte uit den-trein. Mijn vriend wilde mij volgen, maar een Hindoe trachtte hem tegen te houden; doch het on- verwachte van het geval gaf mij moed, ik reikte Alfred -een hand en trok hem uit den coupe. Toen beval de man, die als Akbar was aan- gesproken: „Loopt rechtuit, zoo vlug als gij kunt en kijkt vooral niet om." De man met den platten neus greep mij bij den arm, een andere Hindoe pakte Alfred beet, de derde sloot de stoet, en met ons vijven liepen we op een draf het veld in. Bij het uit- stappen had ik nog even kunnen waarnemen, hoe van alle kanten de Hindoes den trein bin- nendrongen; achter ons klonk nog steeds schieten, gegil en gekerm. ,,Niet omzien," herhaalde de platneus in gebroken Engelsch, toen ik even het hoofd wilde omwenden, en wij liepen, wat wij loopen konden. We holden een heel eind recht vooruit, toen een vrij steile helling af en hielden stil aan den rand van een dicht struikgewas. Ver- moeid lieten we ons in het gras neervallen en luisterden. Nog een paar schoten klonken en toen was alles stil, doodstil. Alfred zag mij aan met een vreemden blik; ons beider gedacbten gingen uit naar onze kameraden, die wij te midden van den strijd verlaten hadden, en beiden wisten wij, dat nu alles voorbij was. Wat zou er met ons ge beuren, nu wij in de macht van die bruine kerels waren? Mijn vriend stond op en keek naar de hel ling, die wij waren afgekomen. De hoogte belette, iets vein de daarachter gelegen spoor- ,baan te zien, maar scherp teekende de half- cirkelvormige kring van bergen zich af tegen de strakke lucht. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 1