ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. De Slapende Boeddha apet* GeriefeUjkef bihnenland No. 8899 MAANDAG 10 OCTOBER 1932 72e Jaargang. F EUILLE TON eervol ontseag aan den heer F. K. J. HERINGA. Daarom: weg met alle namaak en weg met losse tabletten! vANVALKthBUR LEEUWARDEh ABONNEMENTSPRWS: Binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen fr per post /1.S0 per 3 maanden - Bij voor uttbetaling fr. per post 6 60 per jaar - Voor Belgie en Amerika /2,25, overlge landen 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetalmg. TJitgeefster: Pinna P. J. VAN DE SANDE. GIRO 38150 - TEEEFOON No. 25. ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels 0.80 Voor elken meer f Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwe^opaanvraag verkrijgbaar is. - Inzending van advertentien liefst edn dag voor de ultgave. DIT BI.AI) VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. DE OPBRENGSX VAN DE TENTOON- STELLING DER KONINGIN. Naar bet C. B. vemeemt beeft H. M. de Koningin als totaal opbrengst van de tentoon- stelling van haar werken m verscbillende steden van ons land een bedrag van 31.3 doen afdragen aan bet Steuncomito voor beel- dende kunsten. MR. G. A. BOON VIJFTIG JAAR. Het lid der Tweede Kamer, Mr. G. A. Boon heeft Vrijdag zijn 50sten verjaardag gevierd. Hij mocbt op dezen dag tal van bljjken van belangstellmg ontvangen, o.a. van bet Hoofdbestuur van den Vrij'heidstoond, van den Bond van Jonge Liberalen, van tal van afdee- lingen van den Vrijbeidsbond en van Kamer- lodffn Ook werden vele bloemstukken te zijnen buize bezorgd. Bij Koninklijk besluit is met ingang van 1 October j.l. aan den heer F. K. J. Heringa op zijn verzoek wegens verandering in de inrich- ting van bet diensfavak, waarbij bij werkzaam is, eervol ontslag verleend als administrateur bij bet Departement van Economiscbe Zaken en Arbeid, onder dankbetuiging voor de vele en langdurige diensten door hem in verschil- lende funcUes bewezen. De heer Heringa is benoemd tot tijdelrjk raadsadviseur bij het departement van Eco nomiscbe Zaken en Arbeid. De beer Heringa begon zijn loopbaan als marine-officier. Als luitenant-ter-zee 2de klasse verliet bij: den zeedienst om op Java een functie bij een suikerfabriek te aanvaarden. In 1918 werd de heer Hering werkzaam gesteld aan het departement van Arbeid als tijdelijk crisisambtenaar, totdat hij in 1921 werd be noemd tot administrateur en hoofd der afdee- ling Handel en Nijverbeid. BERECHTING VAN BURGERLIJKE- EN HANDELSZAKEN DOOR EEN ENKEL- VOUDIGE KAMER. Verschenen is bet voorloopig verslag der vaste commissie der Tweede Kamer voor privaat- en strafrecht over bet ontwerp, be- treffende verdere ontwikkeling van de be- rechting van burgerlijke en handelszaken door een enkelvoudige kamer der rechtbank. Met bet denkbeeld, de mogelijkheid van be- recbting van burgerlijke- en handelszaken door een enkelvoudige kamer te vemmnen, werd algemeen ingestemd. De commissie acht bet echter niet noodig het hoorem der verschenen partijen af te sdhaffen. Vender dringt de commissie er op aan, dat naast de bevoegdheid van de meervoudige kamer om daarvoor gesobikt schijnende zaken te verwijzen naar de enkelvoudige, aan deze laatste de bevoegdheid gegeven wordt, de voor berechting door e6n recbter ongeschikt geble- ken zaken terug te wijzen naar de meervou dige kamer. VRAGEN VAN HET KAMERLID MB). KATZ. Het Tweede Kamerlid, mej. Katz, heeft aan den Minister van Economische Zaken en Ar beid de volgende vragen gesteld: Is bet den Minister bekend, dat ook voor die producten, waarvoor ten laste van bet Ne- derlandsche volk en dus ook ten laste van den Nederlandschen scbipper, crisismaatrege- len in het leven zijn geroepen, vrachten wor den betaald die lager zijn dan ooit te voren? Kan de Regeering niet bepalen, dat de hier be- doelde direct of indirect gesteunde takken van bedrijf voor bet vervoer tenminste een loonende vracbt betalen? Heeft de Minister kennis genomen van de tusschen belanghebbenden in de Rijnvaart der vijf Rijnoeverstaten loopende onderbande- lingen ter bestudeering van een plan ter ver- toetering van de toestanden in de Rijnvaart? Heeft de Minister uit de berichten niet den in- druk gekregen dat de besprekingen, respectie- i velijk de in wording zjjnde plannen, zich meer I en meer bewegen in de richting van het op- gaan der particuliere Nederlandsche scbipperij in de groote (hoofdzakelijk Duitscbe) reede- rijen? Is de Minister niet van meendng, dat zulks zeer ongewenscht zou zijn, eenerzijds omdat de Nederlandsche particulieren bet be- langrijike deel van 82 der Nederlandsche Rijnvloot bezitten, anderzijds omdat daardoor de belangen van den handel zeer emstig kun- nen worden geschaad Zoo ja, is de Minister dan bereid maatregelen te beramen om dit te voorkomen Aan den Minister van Buitenlandsche Zaken beeft hetzelfde Kamerlid gevraagd: Is bet juist, dat de Belgische en Duitscbe regeeringen ten aanzien van de wettelijke be- palingen, tog welke de vaart in Frankrijk practiscb alleen aan Fransche sctoepen is toe- gestaan, een speciale uitzonderingspositie heto- ben weten te verwerven. Zoo ja, is de Minis ter dan bereid zoo spoedig mogelijk stappen te doen om een soortgelijke gunstige positie te verkrijgen ten behoerve van de vrij talrijke Nederlandsche in Frankrijk varemde scbip- pers F. J. A. door L. CORDENS. (Nadruk verboden.) 9) (Vervolg.) Alfred was naast me komen staan en sprak over het ongeval. Er was tocb wel degelijk een ongeluk gebeurd; i em and, die te ver over de verschansing leunde, was in zee gevallen. Had iemand bet gezien? Dat wist bij niet, en ten slotte wist niemand er iets van. De reddingsploeg, die weer aan boord was ge- komen, rapporteerde, dat zij niets bad kunnen ontdekken. De verongelukte moest verdron- ken zijn, daar hij niet meer was boven ge- komen. Na eenige oogenblikken ging de naam van den verdronkene van mond tot mond: het was de stoker Gamtoa. Het was alsof ik een slag kreeg. Alfred be- merkte mijn ontroering en vroeg me wat mij scbeelde. Hij kon maar niet begrijpen, dat ik miji dat ongeluk aantrok. En eigenlijk ver- giste hij zich ook, het was niet zoozeer de dood van Gamtoa, die mij deed ontstellen; maar het flitste door mijn brein, en die gedachte liet mij niet meer los, dat Moonah Singh op de een of andere wjjze de band bad in bet lot van den ongelukkigen stoker. Ik probeerde mij van bet tegendeel te overtuigen en mijn gezond verstand zei me ook, dat die onder- Btelling onredelijk was; maar ik was nu een- maal zoo ver, dat ik dien man een geheime macht en een verstrekkenden invloed toe- kende, die sterk genoeg was om iemand in den dood te drijven. En tocb leek mijn In- discbe prijs mij boven alles sympathiek. Aan de lunch werd druk over het ongeval gesproken. Het onderzoek bad uitgemaakt, ABLE VETTEN ONDER RIJKSCoNTROLE. Met ingang van gisteren werden alle plant- aardige en dierlijike vetten onder controle van de cnisis-zuivelcentrale gebracbt. Het vervoer van deze vetten zal slechts geoorloofd zijn, in- dien zij voorziem zijn van de daarvoor vastge- stelde banderollen, welke verstrekt worden voor alle vet, met uitzondering van reuzel, waarvoor een speciale banderol wordt ver strekt, Aanvraagformulieren zijn verkrijg baar bij de crisis-zuivelcentrale te 's Graven gage, Laan van Meerdervoort 84. De volgende uitzonderingen zijn toegelaten: le. De export dezer artikelen. 2e. Vervoer naar fabrieken, welke een ge- banderolleerd product vervaardigen. 3e. Vervoer naar fabrieken, welke het ar,ti- kel beboeven voor vervaardiging van him product, dat niet voor consumptie bestemd is. In deze drie gevallen moet bet vervoer ge- dekt worden door een geleide-biljet, verkrijg baar op aanvraag bij de crisis-zuivelcentrale. De regeling gaat voor den groothandel op 9 October en voor den kleinhandel 16 October in. De kleinhandel kan dus nog tot en met Zaterdag 15 October de nog voorradige pakjes en bekertjes afleveren zonder geleide-biljet. Deze biljetten zijn terstond aan te vragen. HET KOOPEN OP AFBETAUNG. De commissie inzake wettelijke regeling van de afbetalingsovereenkomsten, aan welke bij besluit van 31 Januari 1930 was opgedragen te onderzoeken of en zoo ja op welke wijze de overeenkomsten van koop en verkoop op af betaling bij de wet moeten worden geregeld, heeft van de uitkomsten van dat onderzoek aan den Minister van Justitie verslag uitge- bracht, vergezeld van twee ontwerpen van wet met memorieen van toelicbting waarin de door haar ontworpen bepalingen zijn opgenomen. In het eerste ontwerp, dat tot titel draagt „regeling van de overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling" wordt de grootste plaats ingenomen door een nieuwe afdeeling dat niemand er van getuige was geweest, boe Gamtoa te water was geraakt; bet was ge beurd achter bet matrozenlogies, maar er viel niet uit te maken, of het te water raken van dien man aan moedwil of aan onvoorzicbtig- heid of aan een ongelukkig toeval moest wor den toegeschreven. Gamtoa stond bekend als een stug, onaangenaam iemand, maar die goed eijn plicht deed en aan zijn superieuren geen reden tot klagen gaf. Daar zijn dood op een heel ondramatische wijze had plaats gevonden en de stokers bovendien nooit met de passagiers van onze klas in aanraking kwamen, raakte dit voorvai al spoedig in vergetelheid en ging bet dage- lijksch leven aan boord zijn gang, alsof er niets was gebeurd. Ik echter dacht nog dik- wijls aan den ongelukkige, die nu rustte in de diepte der zee. Dien avond na tafel sprak ik Moonag Singh. Ik zeide hem hoe het ongeluk van den stoker mij had getroffen. Hij keek mij scherp aan en haalde de schouders op. ,,Het beeft zoo moeten zijn", sprak hij, en daarmee was dit onderwerp van gesprek tusschen ons afge- daan en werd er nooit meer over Gamba ge sproken. Er ging nu echter geen dag voorbij, dat ik niet een uurtje met Moonah Singh doorbracht. „Je hebt geluk met je Indische prins", spotte Albert, „je bent de eenige hier aan boord, met wien hij omgaat. Pas intusschen maar op, dat je niets los laat omtrent 't eigenlijke doel van onze reis, je kan die kerels nooit vertrouwen, want dat hangt allemaal aan elkaar". We begonnen Bombay te naderen, de stad. waar we zouden ontschepen, en de jonge Keening, begon werkelijk emstig te worden. Hij kon bet zelfs van zich verkrijgen miss Fortescue een beetje te verwaarloozen om tijd te vinden voor besprekingen met mij over de firma's, die wij in Bombay zouden bezoeken, en de onderhandelingen, die wij daar zouden voeren. Zijn flirtstation met de mooie miss had Alfred bovendien weten te benutten tot voor- toe te voegen aan den titel van koop en ver koop in het derde boek, van bet Burgerlijk Wetboek. Deze is verdeeld in twee paragra- fen, achtereenvolgens toetreffende den koop en verkoop op afbetaling in bet algemeen en den huurkoop in het bijzonder. Het tweede ontwerp, getiteld .wettelijke be palingen omtrent bet afbetalingsbedrijf", houdt in een administratief-recbterlijke rege ling van twee onderwerpen, te weten den kleinverkoop op afbetaling en het beroep van afbetalingscolporteuT. HET GODSLASTERINGSONTWERP Verschenen is de memorie van antwoord op bet voorloopig verslag der Eerste Kamer over het Godslasteringsontwerp. Tegenover de leden, die liever een anderen vomT van bet ontwerp hadden gezien, betoogt de Minister, dat iedere andere redactie on- houdbaar is gebleken. De Minister zegt, dat eenige leden de fout maken, dat elk in de strafbepaling voorkomend woord op zichzelf wordt bescbouwd, terwijl men toch die woor- den in onderling verband en samenbang moet zien. De Minister ontkent voorts, dat bier strijd zou zijn met de vrijheid op godsdienstig gebied en zet de onwenschelijkheid uiteen, de gods- lastering op zich zelf strafbaar te stellen. Ojn. zou dan door de wet zelve een Gods- begrip moeten worden gesteld en niet in de concrete geloofsvoorstellingen van de onder- danen bet uitgangspunt kunnen worden ge nomen. De Minister handhaaft met kracbt zijn uit- spraak, in de Tweede Kamer gedaan, dat het persoonlijk geloofsstandpunt van den recbter hier buiten geding is. Er is immers juist ge- zocht naar een zakelijke omschrijving, die de aangelegenbeid in de objectieve sfa^r hield. De rechter krijgt hier met gegevens te- maken, die gebeel los van zijn persoonlijk inzicht moeten en kunnen worden vastgesteld. Dit neemt niet weg, dat de Minister niet blind is voor de onverkwikkelijkheden, die een proce dure zou kunnen oplerveren. Maar dat is een bezwaar, dat biji de toepassing van allerlei strafbepalingen dringt. Men denke b.v. aan majesteitsschennis, niet minder ook aan zede- lijkheidsdelicten. Ontbouding van de overheid schijnt den Minister een-BOg ems tiger kwaad. EEN ONDERHOUD MET MINISTER DE GEER. De origineele verpakking met den oranje-band van 20 ta- bletten kost nu inplaats van 75 cent 70 cent. 2 tabletten zijn vanaf heden in deze bijzon- dere hygienische verpakking (zakje) tegen den prijs van 10 cent verkrijgbaar. Hier- mede zijn de echte, werkelijke Aspirin-tablet- ten voor iedereen bereikbaar geworden. Eischt alleen nog edite Aspirin in de origineele verpakkingen. Ingez. Meet, Het Nederlandsch Oorrespondentiebureau voor dagbladen meldt: Dezer dagen hebben wij een onderboud ge- had met den Minister van Financien omtrent den zorgelijken toestand van 's Rijks geld- middelen; wij stelden Zijne Excellentie eenige vragen omtrent den verderen loop van zaken. Op dit oogenblik, zoo zeide de Minister, kan ik daarover niet veel nieuws vertellen. Zoo- als U weet ben ik een groot voorstander van bet gemeen overleg met de Kamer. Ik wacht dus met belangstelling af, tot welke beschouwingen de gevolgde financieele politiek haar zal aanleiding geven, ten einde daarna te overwegen, inhoever aan mogelijke bedenkingen, die mocbten rijzen, tegemoet kan worden gekomen. Is het ontoescheiden te informeeren naar den algemeenen indruk, dien Uwe Excellentie ont- vangen heeft van de opmerkingen, welke bui ten de Kamer aan de millioenennota en de be- grooting werden gewijd? Allerminst. Die algemeene indruk is, dat er naast vrij veel instemming ook vrij veel cri- tiek was, en dat beide een goeden grond heb ben. Vooral met de critiek, voorzoover die zakelijk was, was ik bet doorgaans eens, zeide de Minister. Het zou mij niet moeilijk vallen, als buiitenstaander, de onwenschelijkheid van nagenoeg alle voorgedragen bezuinigingsvoor- stellen en belastingmaatregelen overtuigend aan te toonen. Intusscben neemt dit natuur- lijk niet weg, dat die voorstellen niettemin noodig kunnen zijn. Ook de chirurg zal bet eens kunnen zijn met den patient en diens verwanten, indien deze meenen, dat er groote bezwaren aan de operatie verbonden zijn en dat bet mes veeleer schijnt te zullen wonden dan te genezen. Zoo zal ook de brandweer- man, die zijn slangen door de belending van een brandend buis legt, het er mee eens kun nen zijn, dat dit een groot gevaar voor water- schade scbept voor het nog brandvrije pand en bet daarin aanwezige meubilair. Toch zal hij. het mindere kwaad kiezen om het grootere te vermijden. Wil een en ander zeggen, dat uwe excellen tie de critiek in 't algemeen als gerechtvaar- digd erkent? Inderdaad. Althans voorzoover zij het pijn- lijke der te nemen maatregelen in bet licht stelt. Voorzoover zij bieruit onjuiste conclu- sies trekt, moet ik uiteraard een voorbeboud maken. Wil uwe excellentie dit misschien nader om- scbrjjven Gaarne. Daar is bijv. in de eerste plaats de critiek der zorgeloozen. Zij meenen, dat veel pijnlijks zou kunnen achterwege blijven, in dien de regeering maar wilde besluiten, bet tekort te dekkem uit denkbeeldige reserves als waarin onlangs een hooggeleerd scbrijiver zich verlustigde, of ook door een beroep te doen op het crediet van den staat. Dit laatste denk beeld is o.a. aan de hand gedaan door een fi nancieele specialiteit, die schrijft onder den pseudoniem Dikaios en die kortgeleden ook emstig gepleit heeft voor een. loslaten van de waardevastheid van den gulden. Van dit standpunt is bet leenen voor begrootings- tekorten vanzelf niet zeer bedenkelijk. Ik eer- scharen van kortzichtigen te paaien. met noodoffers werken". U ziet, zeide de Minister, dat het toediohten van onedele motievem in dezen tijd niet uitsluitend komt van een zijite, waar bet klassenstrijddogma daartoe voor- bestemt. Doch dit daargelaten, bet standpunt, inder- tijd door dien schrijver met talent ve rdedigd en thans consequent volgehouden, is niet het standpunt der regeering en zal dit ook nooit worden. Depreciatie van den gulden zon de regeering een ramp achten en bet aanvaaxden van zulk een depreciatie om uit fiscale moei- lijkheden te komen, zou haar in buitengewone mate verwerpelijk schijnen. Om tal van rede- nen. Niet het minst, omdat dit naar haar in zicht zou beteekenen een opzettelijke en in zijn omvang ontoerekentoare aanslag op de spaarpenningen der burgerij en op alle ge- regelde arbeidsinkomsten, die nog genoten worden. Welke andere critiek, naast die der zorge loozen bad Uwe Excellentie zooeven op bet oog? Daar is in de tweede plaats de critiek der eenzijdige belastingheffers. Dit zijn de men- schen, die beseffen, dat men niet violen kan laten zorgen, maar die meenen, dat nog zeer groote bedragen te vinden zijn uit verder op- geschroefde belastingen, zoodat pijnlijke ver- soberingen vermeden kunnen worden. Zrj wil- len, in tegenstelling met oud-Nederlandscbe wijsbeid, de nering naar de tering zetten en loopen gevaar, daarbij de spankracht van de nering te overschatten. Op een oogenblik, waarop het natdonaal inkomen sterk gedaald en het nationaal vermogen ten deele verdampt is, achten zij het mogelijk daaraan onbeperk- te eiscben te stellen. Gepleit wordt oa. voor een verhooging van de successiebelasting, hoe— wel bijv. een financier als dr. Wibaut reeds jaren geleden de besteding in't algemeen van successierecbten voor den gewonen dienst en daarover gaat bet hier een ,,oeconomi- sche doodzonde" noemde. In tegenstelling met deze critici is de regee ring van oordeel, dat een verarming als thans de wereld en ook ons volk onderging, onver- mijdelijk moet leiden tot beperking van be- hoeften, hierbij inbegrepen collectieve beboef- ten. Zrj, stelt daarom den eisch van versobe- ring voorop en meent, dat slechts voorzoover toiedig natuurlijk dit standpunt, zeide de t deze voorshands niet voldoende effect kan 5 J i Uavi,a_ v, +oir/\yt fHH/ali-ilr rvtrPfVim crH Hpbnnrf Minister, evenals iedere eerlijke meening, al heeft, voegde zijne excellentie er aan toe, de hebben, bet tekort tijdelijk overbrugd beboort te worden door verzwaarde heffingen. Zij gaat schriiver bet er eigenlijk niet naar gemaakt, te eer van deze gedachte uit, omdat zij zich J V tS J n^.ynnn-t mnn 17QT1 Ho PPrl G Tl O" t"P (VPrttTafih- (Ingez. Med,) deel voor onze zaken. Fortescue was een bloedverwant van lord Donegal, den gouver- neur van Allahabad, en de oude generaal bad mijn jongen vriend aan aanbeveling voor dien hoogen oom verschaft. Nooit zal ik den morgen vergeten, dat Bom bay in de verte zichtbaar werd. Het was na het ontbijt, dat iedereen haastig genuttigd bad, om weer gauw aan dek te zijn en te ge- nieten van het onvergetelijke schouwspel. Heb je ooit een schilderij van Turner gezien? Zoo lets was Bombay. Een stad van opaal en blank ivoor, oprijzend in een gouden mist; een stad, glanzend als paarlemoer en daarboven een lucbt van bloedrood en oranje, zacht over- gaande in bleek blauw. Dat was het toover- sprookje van Indie, dat mij wenkte, bet land der gouden paleizen en der wit-marmeren tempels, zich spiegelend in den heiligen stroom, het land van de stille lotos en de wonderbare bloemenpracbt. Ik voelde mij zonderling ontroerd, nu ik bet doel der reis voor mij zag. En iedere seconde veranderde en verduidelijkte bet panoirama; de groote gebouwen begonnen zich los te maken van bun omgeving, torens en koepels spitsten de lucbt in en rondom stegen de beuvels op, bekroond met witte landhuizen. Nog stond ik in beiwondering verdiept, toen ik een zacbten druk op mijn arm voelde. Ik zag op en Moonah Singh stond naast me. „U geniet van bet onvergelijkelijk schouw spel van Bombay, zie ik. Geen stad van Indie is zoo mooi van uit zee gezien." Wat ik antwoordde weet ik niet, maar ik bield mijn oogen niet van het schouwspel af, dat boe langer boe meer vaste lijnen en vor- men aannam. „Dat is Malabar Hill", zei de Indier, op een heuvel wijzend naast de huizenzee, „u moet daarheen gaan om van het prachtige uibzicht te genieten over de stad en over de baai". „Wat is dat voor een koepelgebouw?" vroeg ik, hem mijn kijker gevend en wijzend op een reusachtigen koepel. Hij gaf mij den kijker terug zonder hem te gebruiken. ,,Dat is de dom van het Tai Mahal-Hotel. Daar zal u nu bij bij zijn bestrijding van een der belas- tingvoorstellen spreekt van ministers, die, om veel van de voomaamste- Parsi-kooplieden kunnen ontmoeten. Maar", ging hij voort, „misschien logeert u daar ook?" „Neen, we logeeren op den hoek van Hornby Road, dat was ons gerecommandeerd". „0 ja, dat is ook goed, maar een beetje druk. Doch daar zijn jullie Europeanen aan gewend. Van middag zijn we aan den wal en dan scheiden zich onze wegen". „Gaat u hier niet van boord?" vroeg ik. „Neen, ik ga door naar Madras. Ik beb u opgezocht om afscheid te nemen. Kom mee Ik volgde hem eenige schreden, nog wat verder van de overige passagiers, naar een hoekje van bet dek, waar we in de schaduw stonden van een reddingsboot, die boog opge- heschen in de davids hing. ,,Afsobeid-nemen vind ik altijd iets onaan genaam", zei mijn Indier ietwat plechtig. ,,Het is als het einde van een mooi lied en vaak lijkt het op bet plotseling afbreken van een boeiend verhaal, of het missen van een boek, dat men niet ten einde gelezen heeft. Laat mij u zeggen, dat ik aangename herinne- ringen van onze ontmoeting op mijn verdere reis medeneem". Op minder bloemrijke manier antwoordde ik, dat de kennismaking mjj zeer aangenaam was geweest en ik dankte hem voor de vele inlichtingen, die bij me over Indie had ver- strekt Hij wuifde met de band, dat ik hem niet onderbreken zou. „Daar komt bij", ging hij voort, „dat ik niet mag vergeten, dat u mij gedurende de reis een brutengewonen dienst bewezen hebt. Ik sta biji u in de scbuld, en ik heb bedacht, hoe ik mjj van die schuld zal kwijten". Ik wist waar hij op zinspeelde en betuigde hem, dat bet niet de moeite waard was er nog verder over te spreken. ,,Ik beb ook ondervonden" ging bij voort zonder op mijn woorden acht te slaan, „dat u een man bent van uw woord. U hebt mij be loofd, over het voorgevallene met niemand te spreken en u bent uw belofte nagekomen, wat voor mjj van bijna evenveel belang was als de afvraagt, of men van de eerlang te verwacli- ten kentering zich niet veelal een te gunstige bewezen dienst zelve. U gaat over land naar Calcutta, heeft u mij verteld, en u bazoekt dan ook de groote steden van bet Noorden. Ik weet niet, of u dan ook dieper het land in gaat, in streken die niet aan den spoorweg gelegen zijn en waar de toestanden, zooals a van mij weet, weer heel anders zijn dan hier. Ik hoop niet, dat u ooit in moeilijkheden zult komen en ik zeg dit ook heelemaal niet am u te verontrustten. En onmogelijk is 't ook niet, dat u ooit menschen ontmoet, die mij kennen. en die u ter wille van mij gaarne een dienst zullen bewijizen. Kijk, en hij wees naar de stad waar ik steeds de oogen op gevestigd bield, „daar langs de torens van bet stadbuis ziet u de spitsen van het mooie Victoriastation, van- waar de trein u naar Allahabad brengt". Terwijl ik keek, haalde hjj iets voor den dag uit den binnenzak van zijn jas, en die bewe- ging deed mij de oogen weer op hem vestigen. Ik zag nu dat hij een slangenlederen porte- feuille in de hand hield. Indien het ooit gebeurt", vervolgde hij, „dat u door mijn landslieden in moeilijkheden komt, van welken aard ook, laat dit dan zien en draagt bet goed zichtbaar". Hij haalde een strookje belgroene zijde uit zjjn portefeuille, ongeveer een decimeter lang en vier centimeter breed, waarop zonderling& letterteekens in zilver waren geborduurdt. Bovenaan was een kleine zilveren speld be- vestigd, blijkbaar met de bedoeling om bet zichtbaar te kunnen dragen. „Dit zal in sommige gevallen een paspoort of een talisman voor u zijn", zei biji. „Maar lk moet 6en voorwaarde maken en die is; gebruik het nooit dan in geval van hooge noodzakelijkheidlaat bet v66r dien tijd aan niemand zien en zeg ook aan niemand, dat het in uw bezit is. Neemt gij die voorwaarden aan?" ,,Zeker", antwoordde ik. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 1