ALGEMEEK NIEUWS- F.N APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN Eerste Blad. OE VIERDE SEPTEMBER No. 8870 BINNEKLAND FEUILLETON B UITENLAH D M®}, Btmen Ter Neuzen 1.40 per S maanden - Buiten Ter Neuzen «)ost f 1.80 per 3 maanden - Bfl voor ultbetallng fr. per post /6,60 per jaar - Vocr Belgle en AmerUca 2,25, overlge Ian den 2,60 per 3 maanden fr. per post ALv.mnernent.en voor het tmltenland alleen hq vooruitfcetaling. GIRO 38160 TKLEFOON No. 26. ntjreefwterFlrma P. J. VAN DE SANDE. ADVBRTENTIeNVan 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elkeE re&el meor Grootere letters en cliches worden naar plaatsrutmte berekend. Handel sadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tanef, betwelk op aanvraag verkrjjgbaar is. - Inzending van advertentien liefst 66n dag voor de ultgave. DIT BLAD VERSCHIJNT EEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAt OND. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, maken bekend, dat bet verzoek van AUG. VERSTRAETEN, Stationsweg te Ter Neuzen, om op bet perceel kadastraal be kend gemeente Ter Neuzen, Sectie M, no. 29. 314 en 315 een inricbting voor opslag van petroleum en benzine in ondergrondscbe tan- ken te mogen oprichten, door hen voorwaar- delijk is toegestaan. Ter Neuzen, den 2 Augustus 1932. Burgemeester en Wethouders voomoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. DE NIEUWE VOORZITTER VAN DEN RADIORAAD. Tot voorzitter van den Radioraad is be- noemd de heer H. van Boeyen, die zijn oplei- ding ontving aan de H.B.S. met 5-jarigen cursus en na deze te hebben doorloopen in bet bezit kwam van de akten M.O. Staatsweten- schappen en diploma's gemeente-administratie. Zijn ambtelijke loopbaan ving hij aan op de provlnciale gTiffie van Gelderland. In 1915 ging bij over naar het departement van Waterstaat als adjunct-commies. In vijf jaren tijds doorliep de heer Van Boeyen de rangen van adjunct-commies, commies, boofdcommies en referendaris. Tegelijkertijd was hij van 1919 af wethouder van de snelgroeiende ge meente Voorburg; zoowel deze functie als die van referendaris aan het departement werden door hem nog bekleed, toen hij na in den zomer van 1923 tot lid van provinciale Staten te zijn gekozen in September 1925 tot lid van Ged. Staten dezer provincie werd be- noemd. Op politiek terrein heeft hij zich naast zijn am bt van Gedeputeerde in verschillende func- ties begeven. Hij was destijds lid van de staatscommissie inzake de financieele verhou- ding tusschen rijk en gemeenten en is thans nog lid van de commissie-Van Rijckevorssel betreffende het verkeersvraagstuk Zuid-Hol- landNoord-BrabantZeeland. Voorts is hij voorzitter van de provinciale adviescommissie voor de uitbreidingsplannen en voorzitter van de commissie belast met het ontwerpen van een streekplan voor het eiland IJsselmonde. De heer Van Boeyen is lid van het hoofd- bestuur der' Chr. Hist. Unie, lid van het Kamerkringbestuur en lid van het hoofd.be- stuur der vereeniging van Chr. Hist, leden van gemeentebesturen. DE OVERBRUGGING VAN HET HOLEANDSCH DIEP. De Scheepvaartvereeniging Zuid heeft een adres aan den Minister van Waterstaat ge- zonden, waarin, met verwijzing naar een schrijven van verschillende Kamers van Koop- handel in Limburg, Noord-Brabant en Zuid- Holland waarin opnieuw de aandacht is ge- vestigd op het groote belang, dat aan een spoedige tot standkoming van een overbrug- ging van het Hollandsch Diep bij Moerdijk is verbonden, o.m. wordt gezegd: „In den kring van onze leden, ondememers in het havenbedrijf van Rotterdam, wordt in dezen benarden tijd verlangend uitgezien naar daden van de regeering, waardoor het bedrijfs- leven in het algemeen gestimuleerd kan wor den. Onder zoodanige maatregelen mag een spoedige totstandkoming van een vaste oeververbinding tusschen Brabant en 't eiland van Dordrecht als voomaamste werk in de zoo gewenschte directe wegveribinding tus schen het Zuiden van ons land met het Rot- AVONTURENROMAN door PETER BARON. (Nadruk verboden.) terdamsche havengebied, wel in de eerste plaats worden genoemd. Onze Vereeniging begrijpt, dat redenen van finantieelen aard de Regeering op het oogen- blik doen aarzelen om met den bouw van een brug bij den Moerdijk te beginnen. Waar ech- ter de urgentie van de ondememing van dit werk, gelijik van zoovele zijdon reeds herhaal- delijk is aangetoond, vaststaat en ook den Minister blijkbaar mededeelingen aan den Staten-Generaal gedaan van deze urgentie wel overtuigd is, veroorlooft onze Vereeniging zich de vraag te stellen of het financieele be- zwaar, gelegen in de extra verstrekking van kapitaal aan het Rijkswegenfonds, noodig om den bouw van de brug te bespoedigen niet be- langrijk verminderd kan worden door heffing van een tol op het verkeer over de brug, ge- durende een beperkt aantal jaren na de opening. Hoewel het bedrijfsleven het systeem van tollen op openbare verkeerswegen streng ver- oordeelt, zou onze Vereeniging in het onder- havige geval over de bezwaren kunnen heen stappen, indien daardoor werd bereikt, dat met de werken der brug bij den Moerdijk ten spoedigste kon worden aangevangen, en in dien bij een besluit tot tolheffing-voorop- staat, dat de maatregel bij uitzondering en slechts voor korten duur wordt genomen." De heer J. A. Maris Wzn., bankier te Wil- lemstad, heeft in het adres van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Breda en elf andere Kamers van Koophandel (van welks indiening in de avondbladen van 15 Juli door verschillende dagbladen, melding is gemaakt en waaruit blijkt, dat die Kamers van Koop handel erop aandringen om op korten termijn met de overbrugging van het Hollandsch Diep bij Moerdijk te beginnen) aanleiding gevon- den, om zich eveneens tot den Minister te wenden, niet om te pleiten voor een overbrug ging van het Hollandsch Diep bij Willemstad, de plaats zijner inwoning, neen, maar uitslui- tend en alleen om kenbaar te maken, dat naar zijn bescheiden meening de noodzake- lijkheid van een vaste overbrugging van het Hollandsch Diep te Moerdijk voor het tegen- woordig verkeer nog nimmer bewezen is, al- thans niet door de aangevoerde redenen als hierboven door die Kamers van Koophandel Fabrieken vermeld; dat de tijd om die noodzakelijkheid te kunnen constateeren nog niet gekomen is en dat hij een ko3tbaar werk als dat van een overbrugging onverantwoord zou achten, zoolang die noodzakelijkheid daar. van niet voldoende aangetoond is. HET NEDERLANDSCH.BELGISCH HANDELSVERDRAG. Naar aan „N. R. Crt." uit Brussel wordt bericht, heeft de Belgische regeering aan de buitenlandsche regeeringen mededeeling ge daan van de te Ouchy tusschen Belgie en Nederland gesloten conventie, welke wordt voorgesteld als een eerste gevolg van de over- eenkomst van Oslo. De Belgische regeering vraagt tezelfder tijd aan elken staat, tot de overeenkomst toe te treden. Volgens de tusschen de Belgische en de Nederlandsche regeering getroffen schikking zal de officieele tekst van de overeenkomst Donderdag worden gepubliceerd. ze haar taak volbracht wist, zij heeft als mensch een recht verworven op aller waar- deering, los van welke politieke zienswijze ook. Moge Koningin Emma er nog eens ge- tuige van zijn, dat het volk, e an hetwelk ze zich heeft gewijd, nog eens door de crisis- golven heen de kust van welvaart mag be- reiken. DE RADIO-REDE VAN MINISTER RUYS DE BEERENBROUCK. De schrijver van „Hier in Holland" in de „Haagsche Post" oefent kritiek uit op den moeilijk toegankelijken vorm, waarin Minister Ruys zijn radio-rede heeft meenen te moeten gieten. Maar ook tegen den inhoud richt zich zijn bezwaar: Zij bevat geen straaltje van licht, geen sprankje hoop. Wij willen den ernst van den toestand voor 's lands financien geenszins verkleinen, maar wij vragen ons af, of het verstandige politiek is, de bevolking alle hoop op betere tijden te ontnemen. Zonder partij te kiezpn in de vraag of het beter is zooveel mogelijlk het geld te laten rollen en onder de menschen te brengen (Keynes) of wel de particuliere uitgaven zooveel mogelijk in te krimpen, (Ruys) meenen wij ter waarschu- wing te moeten laten hooren, dat met een radicaal oppotten van alle spaargelden zeker de crisis niet wordt opgelost. Wij vreezen, dat de onvoorwaardelijke mededeeling, dat ons volk „zich in zijn geheel niet langer aan den teruggang (met dit germanisme is bedoeld: achteruitgang) en versobering zal mogen ont- trekken en dat het zich in zijn levenswijze daaraan zal dienen aan te passen" tot ge- vaarlijke consequenties zal leiden. In de hoog- ste kringen van ons land geldt tegenwoordig (in tegenstelling bijv. met Engeland, dat er zeker niet beter aan toe is dan wij) als hoog- ste wijsheid, dat particulieren op alles dienen te bezuinigen, en dat al wat op weelde of feestelijkheid is gericht, dient te worden ver- meden en afgelast. Het „snobisme de la puree" (het zich onnoodig als arm aanstellen is het eenige artikel, dat in bedoelde kringen opgeld doet. En men vergeet daarbij te vaak, dat de middenstand in zijn geheel, zoomede vele industrieen en een deel van de arbeiders- klasse (voor zoover zij n.l. in de getroffen bedrijven haar brood verdient) daarvan de dupe geworden. Het leek ons goed ook dezen kant van de zaak eens te belichten. ,,Een slecht architect is nog beter dan de beste slooper", hebben wij in dit verband iemand hooren opmerken, en er zit in deze paradox een kern van waarheid. Wij behoeven ons niet tot onbedachtzaamheden te laten verleiden door optimisten. Overdreven pessimisten hel- pen ons evenwel nog dieper in den put". STOOKT NEDERLANDSCHE KOLEN. president en minister van financien, Renkin, waarbij van hem verwacht wordt, dat met de onderhandelingen voor het bouwen van een nieuwe zeesluis te Ter Neuzen nu niet langer meer zal worden getalmd. De Gentsche haven, de achtste van het Europeesche vaste- land, is in haar verdere ontwikkeling belem- merd. Het minste defect aan de sluis te Ter Neuzen kan het scheepvaartverkeer tusschen Gent en de Noordzee in gevaar brengen. Gent wil vooruit, tien, twintigmaal reeds zijn be- loften gedaan aan het college van B. en W., maar tot nu toe is het bij beloften gebleven. Van den minster-president verwachten Het Volk en De Tijd nu dat hij een einde zal maken aan de bureaucratische vitterijen, die de verwezenlijking van de Gentsche toe- komstplannen in den weg blijven staan. D1ENSTWEIGERAARS WEER VRIJGELATEN. Twee Vlaamsche dienstweigeraars, W. De Baere en L. van Dijck, zijn, na verscheidene maanden opsluiting, uit de gevangenis te Antwerpen ontslagen. De eerste, die aan een verlamming der beenen lijdt en zich in het ziekenhuis bevond, werd door een paar vrien- den, samen met zijn ouders, per auto naar Sinaai, zijn geboortedorp in het Land van Waas, teruggebracht. L. van Dijck werd in plaats van om 8 uur 's ochtends, reeds om half zeven vrijgelaten, ten einde alle betoo- gingen v66r de gevangenispoort te voor- komen. In gezelschap van enkele vrienden keerde h£j echter, op het eerst bepaalde uur, naar de Begijnenstraat terug waar zich een dichte groep vrienden en sympathiseerenden bevond en hem, v66r de gevangenispoort, drie ruiKers werden aangeboden. Dinsdagavond werden van Dijck en De Baere samen met de andere Vlaamsche dienstweigeraars De Keers- maeker, Thielemans en De Schrijver, door de Vlaamsch-Nationale Partij, in het Rubens- paleis te Antwerpen gehuldigd. Na afloop was er een straatbetooging. Van franskiljonsche zijde werd bij de stedelijke overheid aange- drongen op verbod van deze betooging. Aan dit, door een paar Belgisch-Fransche couran- ten gesteunde verzoek, is echter geen gevolg gegeven. HITLER STUIT OP GRENSSTEENEN, Rijksdagverkiezingen heeft, J AARD AG KONINGIN EMMA. H.M. de Koningin en Prinses Juliana zijn, als gebruikelijk, weer tijdig genoeg van haar vacantie in het buitenland teruggekeerd om zich v66r den 2en Augustus ten paleize te Soestdijk met de KoninginMoeder te ver- eenigen en er den verjaardag van deze laat- ste te vieren. Koningin Emma werd 74 jaar; het is een gezegenden leeftijd, welken ze in goede gezondheid heeft mogen bereiken. Elk oprecht mensch, of hij monarchist is of niet, wenscht het de bejaarde oud-regentes toe, dat haar leven nog lang bestraald moge blijven door de zon van geluk en voorspoed. Zij, die aan het land haar jeugd offerde, haar krach- ten schonk als bestuurster en zich zelf zoo bescheiden naar den achtergrond drong, toen Teneinde een zoo groot mogelijken afzet van Nederlandsche kolen in ons land te be- vorderen heeft de Minister van Binnenland- sche Zaken aan Ir. G. F. H. Houben opgedra- gen, zich in overleg met de rijkscommissie voor de werkverruiming in verbinding te stel len met die lichamen, waarvan het bekend is, dat zij nog niet voldoende aan den wensch der regeering te dezer zake hebben gevolg ge geven. Aanleiding tot dezen maatregel zijn klach- ten, die den Minister van Binnenlandsche Zaken hebben bereikt, volgens welke verschil lende publiekreehtelijke lichamen nog niet vol doende doordrongen zijn van de wenschelijk- heid, dat zooveel mogelijk gebruik wordt ge maakt vein de producten der Nederlandsche mrjnen, hoewel daarop herhaaldelijk door de regeering is gewezen. DE GENTSCHE ZEEHAVEN. De Gentsche bladen Het Volk en De Tijd, hebben 'n open brief gericht tot den minister- De Duitsche schrijft de N. R. Crt., geen verrassingen ge- bracht, maar de uitslag vertoont wel allerlei verschijnselen die te denken geven. De be- langrijikste daarvan is, dat de groei van de beweging van Hitler in stagnatie is geraakt. Vriend en vijand hadden verwacht ,dat hij er dezen keer in slagen zou de 40 pet. van alle uitgebrachte stemmen te boven te komen. Dat is niet geschied. Dit resultaat zal een groote teleurstelling zijn voor de nationaal-socialis- ten, die gehoopt hadden zooveel zetels te ver- overen, dat zij in ieder geval met behulp van bevriende groepen een meerderheid in den Rijksdag zouden bezitten. Dit is lang niet het geval, zooals den lezer blijken zal uit de beschouwing der cijfers, die wij hieronder zullen laten volgen. Deze verkiezing had Hitler de gelegenheid moeten geven den beslissenden slag te slaan. Ondanks zijn grooten aanhang is hij er echter niet in geslaagd de domineerende positie te veroveren, waarop hij wellicht reeds gerekend had; die positie is thans in handen van dr. Briining. In den Rijksdag van 607 zetels be- schikken de nationaal-socialisten, Duitsch- nationalen met alle denkbare bondgenooten, waartoe wq dan ook nog de Duitsche Volks- partij, de oude partij van Stresemann willen rekenen, over 283 stemmen, waartegenover een oppositie staat van 324 stemmen. De coalitie van Weimar beschikt dus, als zij ge- steund wordt in verzet door de communisten, over een meerderheid van 41 stemmen. Haar positie is sterken dan in den Pruisischen Landdag, waar zij slechts een meerderheid van 16 stemmen tegen een regeering van rechts mobiliseeren kan. Het spreekt echter vein zelf, dat de groepen van Weimar zelf niet tot regeeren in staat zijn. Daarvoor kunnen zij geen gebruik maken van de communisten; dan staan hun slechts 235 stemmen, of, als zij de Volkspartij op hun kant konden krijgen, 242 stemmen ter beschikking. Een dergelijke regeering zou slechts bij de genade van de communisten kunnen bestaan; en van hun genade zal geen burgerlijike groep kunnen en willen afhangen. Daarvoor zouden zelfs niet heel vele socialisten te vinden zijn. Het eerste wat ons bij het beschouwen der cijfers in het oog valt is, dat bij deze, schijn- baar zoo meesleepende verkiezing de deel- neming kleiner is geweest dan bij de eerste stemming voor 't presidentschap op 13 Maart van dit jaar. Toen zijn uitgebracht 37.651.732 stemmen, dezen keer 36.845.279, ofschoon toch het getal der 20-jarigen intusschen nog weer grooter geworden is. Dit wijst op een vermoeidheid der kiezers, die reeds bij de Pruisische landdagverkiezing op te merken viel. Een ander verschijnsel waarvan wij onmid- dellijk gewag moeten maken is de ontwikke ling van het stemmental der nazi's. Nog steeds vertoont het vooruitgang. Deze is nu slechts klein geweest en wijst niet, zooals het vroegere omhoog springen van het getal aan- hangers der partij, die naar de veroyering der meerderheid toegaat, Hitler, al candidaat voor het presidentschap, behaalde bij de eerste. stemming op 13 Maart 11.338.571 stemmen, thans heeft zijn partij er 13.732.727 gehaald, ofschoon het getal der uitgebrachte stemmen wat kleiner was. Veel grooter was zijn aan hang bij de herstemming op 10 April. Bij een totaal van uitgebrachte stemmen ongeveer 354.000 lager dan dat van Zon dag, verkreeg hij ongeveer 315.000 stemmen minder dan thans. Dat wijst op zich zelf op nieuwen vooruitgang. Verder moet men rekening houden met het feit, dat toen velen op hem zullen hebben gestemd, die thans hun stem, op de Duitsch nationale lijst of op eenige andere groep van rechts hebben uitgebracht. Daartegenover staat weer als men zoo bil- lijk mogelijk wil afwegen dat Hindenburg door het ongewone van zijn figuur, tal van stemmen zal hebben aangetrokken die nu op nazi's zijn uitgebracht. Er is nog een andere vergelijking mogelijk. die ook op een kleine vooruitgang van Hitler wijst. De nationaal-socialisten hebben thans 37.4 pet. van alle uitgebrachte stemmen ver- kregen, bij de Pruisische verkiezingen brach- ten zij het tot 37.2 pet. Nu zijn er wel kleine „landen", waar het percentage gunstiger nog voor hen is dan in Pruisen, maar dit voordeel weegt zeker niet op tegen den voor hen na- deeliger toestand in de groote staten in Zuid- Duitschland, in Beieren in de eerste plaats. Ook op deze wijze dus kan men een kleine vooruitgang voor hem becijferen, maar in ieder geval geen vooruitgang, die een deci- maal van een percent te boven gaat. Het is echter verkeerde tactiek, de toekom- stige kansen van Hitler te willen afleiden uit cijfers die zijn eigen partij betreffen. Dan blijft het steeds door gissen. Op veel steviger bodem staat men echter wanneer men zijn prognose laat berusten op- hetgeen de cijfers der andere partijen ons leeren. Dan ziet men dat er zich bijna geen. bewegelijke tusschenstof onder de him stem— rechtuitoefenende kiezers meer bevindt tus schen Hitler en de hem vijandige groepen, bewegelijke stof, welke de nationaal-socialis- tische lawine nog zou kunnen vergrooten. Laat men het dozijn zetels der kleine partijen' waarvan hij wellicht nog iets zou kunnen veroveren, en de 37 mandaten der slechts nog zeer gedeeltelijk voor hem aantastbare Duitsch-nationalen buiten beschouwing, dan staat hij tegenover groepen die met hun blijk baar hecht geraamte de lawine een weerstand bieden van vasten steenbodem. De katholieke kerk, met haar godsdienstig gezag en haar sterke organisatie van vak- vereenigingen, heeft terrein gewonnen en niet verloren sedert 1930. Heel weinig zijn ook de socialisten achteruitgegaan, verwonderlijk weinig zelfs als men bedenkt, dat er sedert 40) (Vervolg.) „Die is er geweest," bromde de wagen- bestuurder, die naar het kapotte vel van z'n knokkels keek Intusschen was Guest aan den anderen kant van het viaduct weer onopgemerkt te voorschijn gekomen. Hij was den spoordijk opgeklommen, voortgeslopen langs de spoorbaan en had een kolen- wagen bestegen. Daar lag hij op den bodem en wachtte. Toen de trein eenmaal reed stak hij een sigaret aan. Dat was dat „iets, dat hem van dienst kon zijn?" En zijn veronderstelling, dat het iets zou zijn in verband met Naisuki, was dus ook juist. Voor zoover was alles in orde. Blijkbaar had de bende een flinke partij ingeladen, en dat met bestem- ming voor Guildfort. Hij vermoedde dat de machinist door Naisuki betaald werd. In ieder geval was het een wijdvertakte organisatie Wie had dien brief gezonden? Een van Naisuki's bondgenooten? Of n vijand? Misschien de een of andere kwartjes- vinder om er munt uit te slaan. Er stond geen naam onder. Maar dan was dat ook niet aannemelijk. Ten slotte beschouwde hij het als het werk van een van Naisuki's deelgenooten, die om de een of andere reden jaloersch op hem was. 't Gebeurde meermalen bij onaange- naamheden, die uit hebzucht voortkwam, dat iemand verraden werd. Iemand, die zoo iets aan het licht bracht, had gewoon- lijk een machtige drijfveer voor zijn han- delwijze, en in negen van de tien gevallen was het: geld. Terwijl Guest dit alles overwoog. hurkte hij op den vloer van den tender en rookte hij rustig door; totdat de eerste strepen van den dageraad zich tegen den hemel afteekenden. De goederentrein ratelde Guildford binnen, de buffers schuurden knarsend tegen elkaar en de trein kwam tot staan. Guest, die er zich van overtuigd had, dat zich niemand op het perron aan de andere zijde bevond klom naar beneden en stak naar het perron over, sprong er op en verdween in een aangrenzende retirade. Vandaar uit zag hij hoe een menigte spoorwegarbeiders de lading, die van Esher kwam, losten en ze nu naar de High Street in Guildford gingen trans- porteeren. Door twee glazen deuren heen gelukte het hem te zien, hoe de kistjes op een lorrie werden geladen. Guest kreeg den indruk alsof niet alles was afgeladen. Het was dan ook heel waarschijnlijk, dat het overige van de lading voor verdere stations bestemd was. Dit werd hem al duidelijker en toen hij zag, dat men met de lorrie geen haast maakte om weg te komen, haastte hij zich weer naar het station, waar hij een kruier aanklampte. ,,Waar stopt die goederentrein het eerst?" vroeg hij, terwijl hij tegelijkertijd met een zilveren insigne speelde op een manier, dat de kruier het moest zien. De man zette groote oogen op. ,,Petersfield en Havant, mijnheer", ant- woordde hij. Toen hij dat wist, stapte hij een tele- fooncel binnen, waar hij omtrent een half uur vertoefde. Toen hij het station verliet, bemerkte hij, dat de lorrie verdwenen was en juist wilde hij er zich een verwijt van maken, toen hij een wielrijder opmerkte, die tegenover hem een appeltje zat te ver- orberen. Al had hij den man nooit gezien, toch stak hij naar hem over. Heeft U gezien, waar die lorrie naar toe reed?" vroeg hij, terwijl hij het zilve ren insigne weer te voorschijn haalde. ,,Naar Farnham", antwoordde de fiet- ser aereedelijk. „Ging 't snel?" vervolgde Guest. ,,Neen, heel langzaam. Zij zijn juist uit het gezicht. Guest dacht even na. ,,Kijk eens hier, ouwe jongenzei hij tenslotte, ,,wil je mij een plezier doen?" De „ouwe jongen" gaf te kennen, dat hem niets aangenamer was dan z'n toe- komstig geluk te verzekeren. „Laat me even steppen en rij jij die lorrie achteropzei Guest. De wielrijder vond het goed en nadat hij het klokhuis van den appel, waar hij op knauwde, in den tuin van het huis, waartegen hij z'n fiets had gezet, gewor- pen had, stapte hij op en noodigde eenmaal op gang Guest uit met n; „stap op en hou je vast". De inspecteur bevond, dat deze manier van rijden haar bezwaren had en nog voor zij de lorrie in zicht kregen, voelde hij een ondraaglijke pijn in z'n voeten. De fietser peddelde op z'n dooie gemak voort door de stofwolk, die de lorrie had doen opdwarrelen en de hevig gemartelde inspecteur had zelfs geen benul om te zeggen: „stop even". Gelukkig behoefde hij die kwelling niet heel lang te verduren. Nadat de lorrie ongeveer een halve mijl den weg was gevolgd, draaide ze rechts de poort binnen van een kolossaal ouderwetsch huis. „Rij recht door" verzocht hem Guest, ,,keer veertig meter verder om en rij terug".. Deze instructies werden letterlijk opge- volgd, en toen Guest voor de tweede maal het huis voorbij reed, vergewiste hij zich. van de bijzonderheden die hij den eersten keer vluchtig had kunnen opnemen. De Iepen, Farnham. Nu dat was voor vandaag genoeg. Guest viel meer dan hij stapte, van de step van de fiets, terwijl hij eenige woor- den van dank mompelde. ,,Loop je liever?" vroeg de dienstvaar- dige fietser, terwijl hij van z'n karretje stapte om hem te vergezellen. ,,Ja, ik dank je wel", antwoordde de inspecteur, die geheel door z'n gedachten in beslag werd genomen. Onder stilzwijgen sukkelden ze terug naar Guilford. De wielrijder vond, dat z'n gezel te veel in beslag genomen werd door andere din- gen, dan dat hij met hem een praatje kon maken over het weer, of over het feit, dat de wegen zoo smal waren, en dat motor- rijders zoo'n groot gevaar opleverden voor wielrijders en voetgangers. Een half uur later liet Guest zich ver- moeid, hongerig en onder de stof, neer- vallen in een klein kroegje, dat den zeld- zamen naam droeg van: ..Kom op met Carmen", en met een kop dampende kof- fie, geflankeerd door een stapeltje boter- hammen, wachtte hij met zooveel geduld, als hij bijeen kon garen, op de aankomst van den „boemel" van vijf uur vijftig. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 1