ALGEMEEH NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. Eerste Blad. DE VIERDE SEPTEMBER binnenland No. 8858 WOENSDAG 6 JULI 1932 72e Jaargang. FEUILLETON BTJITENLAHD DE ZWARTE LIEVE VROUW m.: Pi VEREEN1GIN G VAN NEDERLANDSCHE GEMEENTEN. AVONTURENROMAN door PETER BARON. 28) DAT SCHOOLBESTUUR TE BETALEN! DE TUNNELWERKEN TE ANTWERPEN. TER NEUZENSCHE COURANT V1K>NNEMF,NTSPRIJ5: Eton en Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen fr per post 1,80 per 3 maanden B*j voor uitbetaling fr. per post /6,60 per jaar Voor Belgie en Amerika 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling. Citgowfster: Flrma P. J. VAN DE SANDE. GIRO 38100 TEUEFOON No. M. ADYERTKNTieN: Van 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer f 0,1© Grootere letters en clicb6's wor-den naar plaatsrulmte berekend. H&ndelsadvertentien by regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag verkrijgbaar Is. Inzending van advertentien liefst AAn dag voor de uitgave. l»IT BEAD VERSCHIJNT LEDEREN MAA NDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND. DIENSTPLICHT. Uitspraak inzake vrys telling. De Burgemeester van TER NEUZEN brengt ter algemeene kennis dat een uit spraak van den Minister van Defensie d.d. 2 Juli 1932, Vile afd. no. 310 V, op aan- vrage om vrijstelling van den dienstplieht, ter Secretarie dezer gemeente, voor een ieder ter inzage is nedergelegd. Tegen deze uitspraak kan binnen tien dagen na den dag van deze bekendmaking in be- roep worden gekomen. a. door den ingeschrevene, vvien de uit spraak geldt, of door diens wettigen vertegenwoordiger b. door elk der overige voor deze ge meente voor dezelfde licbting inge- schreven personen of door hunne wet- tige vertegenwoordigers. Het verzoekschrift moet met redenen om- kleed zijn. Het behoeft niet gezegeld te zijn. Het moet worden gerioht aan de Koningin, docb worden ingediend bij den burgemeester, ter secretarie dezer gemeente. De burgemeester zorgt voor de door- zending. Ter Neuzen, den 6 Juli 1932. De Burgemeester voomoemd, J. HUIZINGA. De regeling der werkloozen- ondersteuning. In de te Hilversuim gehouden algemeene vergadering van de Vereeniglng van Neder- landsche Gemeenten zijn behandeld de prae- adviezen van de heeren S. Rodriques de Miranda, wethouder van Amsterdam, en C. Smeenk, wethouder van Amhem over de vraag: op welke wijze moet, gegeven de be- staande regeling der werkloosheidsverzeke- ring, de bij die regeling aansluitende steun- verleening voor valide werkloozen worden ge- organiseerd; moet daarbij aan het Rijk, aan de Gemeenten en aan de organen van armen- zorg een taak worden toegekend, en zoo ja, welke? Naar welke beginselen moeten de overheidskassen met de ult die steunverlee- ning voortvloeiende kosten worden bezwaard De heer de Miranda komt tot de volgende conclusies: „I. De werkloozensteim, in den ruimsten zin' opgevat, worde onderwerp van Rijkszorg. II. Bij de wet en voor zooveel noodig bij algemeenen maatregel van bestuur worden de grondslagen van de steunregeling vastge- legd, volgens welke aan valide werkloozen, zoowel verzekerden, die geen recht op uitkee- ring kunnen doen gelden, als niet-verzeker- den, ondersteuning wordt verleend. m. Met de uitvoering van de onder II be- doelde wet en de daaruit voortvloeiende al gemeene maatregelen van bestuur worden de Gemeentebesturen belast. De organen van armenzorg worden by de toepassing van de wet op den werkloozen steim uitgeschakeld. (Nadruk verboden.) Vervolg.) Inspecteur Bryce gaf het boek weer terug aan den livreiknecht en wild beet hij op z'n taankleurigen snor. ,,Hugo Francis Wace?" vroeg hij met nadruk. „Als ik U vracjen mag, bestaat er ook eenige connectie? Gerald en ik zijn neven, maar in een verren graad", antwoordde de graaf op onverschilligen toon. Bryce dacht hier over na. Dat nam niet weg, dat de graaf zich had ingeschreven als ,,Mr. Medway". Smalend plooiden zich de lippen van den graaf toen hij zich den gedachten gang van den Inspecteur voorstelde. ,,'t Verveelt iemand op den duur, als ze je ieder oogenblik van den dag ,,Graa voor" en „Graaf na" naar het hoofd slin- geren", geeuwde hij. ,,Tot mijn spijt voer ik een titel. Maar ik maak er liever geen gebruik van". Hij stond op en Bryce kon fatsoens halve' niets anders doen, dan zijn voor- beeld volgen. In niet al te rooskleurige stemming ver liet hij het huis en ging de straat op. Van een der erkers uit overzag de graaf den weg en het park, en hij keek met een vermakelijk glimlaehje naar dien noodgedwongen aftocht. IV. In de wet worde vastgelegd, dat de uit de steunverleening voortvloeiende kosten voor 5/6 deel door het Rijk en voor deel door de Gemeente worden gedragen. Het Rijk verschaffe zich de middelen, be- noodigd voor den werkloozensteun, door een speciale naar draagkracht te heffen oecono- mische weerbaarheidsbelasting. Den gemeenten worde 't recbt toegekend, op de in het vorige lid bedoelde belasting op- centen te heffen. De heer Smeenk vat zyn prae-advies als volgt samen: „Het Rijk geve leiding en steun. Dat bij het bepalen van dien steun ge- let wordt op den omvang van de crisis in de bedryven en op de financieele draagkracht der in aanmerking komende Gemeenten, schijnt inleider principieel juist. Gewaakt moet hier evenwel tegen een, althans in theorie, moge- lijke willekeur en ongelijke behandeling. Met het oog daarop acht inleider overleg tusschen de Regeering en een door de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten in te stellen com- missie wenschelyk. Overleg over de normen, die voor de toekenning van een bepaald sub- sidiepercentage zullen gelden. Overleg even- eens over een mogelijke afwijking van de normen in concrete gevallen. Rijk en Gemeenten moeten in deze moei- lijke tijden ernstig streven naar samenwer- king en elkander niet min of meer als ,,vijan- delijke mogendheden" besohouwen. Slechts met veel beleid zal bet onder Hoogeren zegen mogelijk zijn, om ons land en volk te bewa- ren voor toestanden, als elders worden aan- getroffen. Nog staat hier te lande ook de Gemeente- lijke autonomie steviger dan in vele andere Staten. Haar behoud bangt niet alleen af van den inboud der wettelijke regelingen. Zij staat of valt met het verantwoordelijkheids- besef van dengenen, die tot besturen geroe- pen zijn". Op beide inlichtingen volgde een geani- meerde discussie. De heer de Bordes, burgemeester van Bus- sum, bestreed het denkbeeld van den eersten inleider, dat de rechtsgrond voor de werk- loosheidsvoorzieningen zou liggen in het kapitalistische stelsel, waarvan de werkloos- heid een gevolg zou zijn. Een rechtsgrond voor het treffen van wettelijke sociale voor- zieningen ligt in het recht van den arbeider om door verbetering van sociale toestanden de gelegenheid te krijgen, zijn algemeen men- schelijke roeping naar behooren te vervullen. Spreker waarschuwde tegen de suggestieve voorstelling, dat voor het leed, in dezen tijd geleden, een ander productiestelsel het ge- neesmid'del zou zijn en dat het de onwil van 's lands regeering zou zijn, dat men dat ge- neesmiddel niet kan toepassen. Het kapita listische productiesysteem heeft zeer belang rijke wijzigingen ten goede voor de arbeiders- klasse gebad. Spreker betreurt, dat de regeering regelmatig contact met de ge meentebesturen heeft afgewezen, hoewel zij wel regelmatig contact met de vakorganisa- ties voor steunregeling en werverschaffing in het leven heeft geroepen. De oorlogsjaren hebben bewezen, dat aan de gemeenten ge- rust vertrouwen kan worden verleend. De heer Stulemeyer, burgemeester van Schiedam, bestreed op verscheidene gronden eenige conclusies van beide inleiders. Volgens spreker is de rol van den tegenwoordigen burgemeester die van gemeentebedelaar. De burgemeester van Smallingerland, de heer Buite, schetste den nood der plattelands- eemeenten. Mr. J. A. de Wilde, oud-wethouder van 's-Gravenhage, vereenigde zich in hoofdzaak met de conclusie van den heer Smeenk. Hij haalde z'n zakdoek voor den daa, wischte zich het voorhoofd af en nam de telefoon van den haak. „Oef", deed hij. „Ik ben er nieuws- gierig naar, wie me die grap geleverd heeft. HOOFDSTUK X. Aan een der tafeltjes voor de ramen van 't Venezia-Restaurant in de Oxford- street gezeten, zagen Wally Chatterton en Inspecteur Bryce, hoe Graaf Medway Myra Wace naar een der tafeltjes langs den wand geleidde en dat hij een lunch bestelde. Bryce zette het wijnglas aan zijn lippen en keek met een koel lachje naar \Vally. ,,Daar heb je je moordenaar", gek- scheerde hij, graaf Medway. Als je nog eens zoo iets weet, zeg t dan aan Guest, he? Ik zie er tegen op om een pak ram- mel op te loopen van den een of anderen Hoogedelen Heer!" ,,En die brief? vroeg Wally in span- ..Welnu, waar is die?" vroeg de ander bedaard. ,,Ik heb je toch gezegd, dat ie verbrand was. Maar dat verandert niets aan het feit, dat ik 'm had", voegde hij z'n gezel boos toe. ,,Toen ik nog jong was antwoordde de Inspecteur spottend, „zeiden we altijd, eerst zien en dan gelooven. Ik geloof je, als ik dien brief zie, niet eerder „'t Is een true", viel Wally in, terwijl hij schuins naar Medway keek. ,,Daar zit de schurk, uit!" ,,Een schurk", verbeterde Bryce, „maar niet d e schurk!" Doodbedaard werd aan het tafeltje van den graaf de lunch gebruikt. De man, die Bryce nu kende als Graaf Medway, lachte bemoedigend naar Myra. Tegen die van den heer de Miranda had spreker zeer veel en zeer belangrijke hezwa- ren. 's Inleiders uitgangspunt was princi pieel onjuist. De conclusies zouden in de praktijk moorddadig zijn voor de rijksfinan- cien en de werkloozen zouden niets anders dan groote schade lijuen. Alleen het bedrijf heeft voorzieningen te treffen inzake werk- loosheid. Ook al kan dit standpunt op het oogenblik slechts theorie zijn, toch eischt deze tijd vasthouden aan theorie en de taak der overheid is, naar spreker meent, absoluut niet primair; integendeel slechts zoo noodig secundair. Spreker vraagt of de heer de Miranda een derde inkomstenbelasting wil. Wat bedoelt de inleider met een speciaal naar draagkracht te heffen oeconomische weer baarheidsbelasting? Wel geeft de inleider den weg aan tot meerdere inkomsten, maar afgezien van het principieel onjuiste vraagt spreker hoe zoo'n weerbaarheidsbelasting er uit moet zien. Spreker zegt, dat een gedwon- gen leening als tijdens den oorlogsjaren niet mogelijk is. Wij drijven thans op het staats- crediet. Spreker meent, dat in Nederland de werkloozen het beter hebben dan in andere landen. Het zal wel groote moeite kosten om dit zoo te houden, maar spreker hoopt daar toch op. Spreker concludeert, dat de ziens- wijze van den heer de Miranda in geen ge- val opbouwend, doch alleen afbrekend wer- ken kan. (Krachtig applaus.) De heer J. van Wel, wethouder van Hel- mond, meent, dat In het algemeen werkloo- zenzorg behoort tot de taak van het rijk, maar met de motleven van den heer de Miranda is spreker het niet eens. Nog spraken de heeren de Jong, wethouder van Eindhoven, en v. d. Sluys, burgemeester van Landsmeer. Na een korte pauze kwamen de inleiders aan het woord. De voorzitter had aan het begin van de vergadering bijzonder welkom geheeten den vertegenwoordiger van den Minister van Bin- nelendsche Zaken, mr. Spitzen. BELANGSTELLING VOOR DE RESTAURATIE VAN VBERE'S RAADHUIS IN OOST-INDIe. De Restauratiecommissie voor het Raad- huis van Veere, die onlangs den Commissaris der Koningin in Zeeland den eersten afslag in zilver der door haar toedoen, ten behoeve van het herstel van dit bouwwerk, geslagen Bouwpenning heeft aangeboden, deed thans ook in Nederlandsch-Indie van zich hooren. Mevrouw L. van Dam van Isselt heeft nl. een, door alle leden van het werkcomito on- derteekende sohenkingsoorkonde vervaardigd, waarbij een afslag in zilver van dezen bouw penning den Gouvemeur-Generaal ten ge- schenke werd aangeboden, en de vertegen woordiger voor Indie van de Kon. Begeer (die den penning sloeg) heeft dezen thans, naar wij vernemen, op een speciale audientie over- handigd. De Gouvemeur-Generaal betuigde zijn inge- nomenheid met den fraaien penning en Z.Exc. schonk het Restauratiefonds een zeer ge- waardeerde bijdrage. Naar men ons mededeelt, is het werk der Commissie in Nederland tot dusverre niet zonder succes gebleven en verschillende, soms belangrijke giften, kwamen bij haar binnen; daarvoor werd steeds, zoo zij boven de 6 waren een bronzen, boven de 25 een zilve- ren bouwpenning toegezonden. UIT DE KLOMPENINDUSTRIE. Vrijdag is in Doetinchem een gecombineer de vergadering gehouden van den R.K. en neutralen Bond van Klompenmakers, ter be- spreking van den noodtoestand in de klom- penindustrie. Besloten werd bij den Minister aan te drin- gen op onmiddellijke stopzetting van den Bel- giscben invoer en om eenigen financieelen steun, daar zonder invoerverbod de onder- gang der industrie niet te vermijden is. DE GEMEENTE EMMEN LEENT GELD VAN EEN SCHOOLBESTUUR, OM... De moeilijkheden, welke Emmen heeft met de financiering der onderwijsuitgaven, heb ben tot een eigenaardig Raadsbesluit geleid. De gemeente leent n.l. van het bestuur der vereeniging voor stichting en instandhouding van christelijke scholen voor uitgebreid lager onderwijs 10.000, welk geld op geen andere wijze mag worden besteed, dan voor uitbeta- ling aan hetzelfde schoolbestuur, ter dekking van de kosten van een nieuw schoollokaal. Op grond der wet op het Lager Onderwijs moet de gemeente die kosten vergoeden, maar als gesaneerde gemeente kan Emmen niet dan via bet Rijk over gelden beschikken en de Minister van Financien is tegenwoordig gelijk bekend, niet scheutig. In de Raads- vergadering werd in dezen gang van zaken een bevoorrechting gezien van het bijzonder onderwijs, daar ten behoeve van het open- baar onderwijs op geen enkele manier geld voor nieuwen bouw verkregen kan worden. TEGEN DEN VERHOOGDEN T OELATIN GSLEEFTIJD. Het hoofdbestuur van „Volksonderwijs" heeft zich met een adres tot H. M. de Konin gin gewend, van den volgenden inhoud: doet in alle eerbied een dringend be- roep op Uwe Majesteit, teneinde alsnog wij- ziging te erlangen in het Kon. hesluit van 28 Juni 1932, Staatsblad 312, in dezen zin; dat de in dat besluit getroffen maatregel tot venhooging van den leeftijd van toelating tot de lagere school slechts dan toepassing verkrijge, als ter plaatse voldoende voorzle- ning is getroffen in de door deze verhooging van den toeiatingsleeftijd temeer ontstane behoefte aan voorbereidend onderwijs dit zoowel uit een oogpunt van de zoozeer ge- wenschte geestelijke en lichamelijke .verzor- ging van de betrokken kleinen, als van het grootste belang voor hun ouders, in het bij zonder in dezen voor de opvoeding in de hui- selijke omgeving zoo hoogst moeilijke tijden van werkloosheid' en aohteruitgang in vol doende bestaansmogelijkheid; geeft daarbij eerbiedig als zijn meening te kennen, dat het daartoe noodig zal zijn, dat alvorens het bedoelde Kon. besluit toepas sing verkrijgt in elke gemeente, voor elke stad als elk grooter of kleiner dorp, een em stig onderzoek worde ingesteld naar het voor de kinderen van bedoelden leeftijd bestaan van gelegenheid tot het bezoeken van bewaar- of kleutierscholen en dat Uwer Majesteits regeering de plaat- selijke autoriteiten tot het doen van dat on derzoek aanschrijve, onder mededeeling van bovengevraagde beperking in de uitvoering van genoemd Kon. besluit. Uwe Majesteit moge er zich van verzekerd houden, dat niet slechts de meer dan 64.000 leden van onze vereeniging, maar ongetwij- feld alle voorstanders(sters) van goed open- baar, zoowel als van bijzonder onderwijs, zich in naam onzer kleinen ten voile by dit drin gend verzoek aansluiten. „Sommige menschen zijn geboren pairs", merkte hij luchtia op. „Er zijn er die adellijke titels hebben, en anderen och die leenen ze. Zie je onze speelmakkertjes aan gindsche tafel, m n Myra knikte instemmend. ,,Wees toch voorzichtig, beste jongen", fluisterde zij waarschuwend, „gisterenavond hadden ze je bijna te pakken". ,,Bedoel je Wally?" Hij begon te lachen. ,,Die aardkluit in de ruimte Geen sprake van. Dien had ik al in de gaten van het oogenblik af, dat hij het restau rant binnenkwam". Zenuwachtig keek Myra nu door de zaal. „Maar, jongenlief", pleitte zij, ,,ze koesteren nog achterdocht, anders zouden ze je niet overal naloopen. Wil je dan niet gewaarschuwd zijn? Je hebt nu Hubert's bekentenis. Hij zal tot levens- lang veroordeeld worden, als hij die ge- weldige boete niet betaalt. Is dat niet voldoende? Kun je hem nu niet over- slaan?" De lippen van den graaf trokken zich samen. ,,Ik ga liever mijn eigen weg ant woordde hij koel. ,,Een vonnis voor levenslang! Hij is nu bijna zeventig! Neen. de' wet is al te wispelturig. Met zijn geld en met iemand als Hall als ver- dediger zou zijn hooge ouderdom hem redden. De politie zou die bekentenis niet eens aanvaarden, als hij kon bewij- zen, dat hij ze gedwongen had neerge- schreven. Er zijn honderden achterdeur- tjes. En 't is al zoo lang geleden. Neen! Waarom zou ik mijn geheel voorbereid plan niet doorzetten? Bah, voor ik t op- geef wil ik dien aartsschurk in de hel zien!" Myra stond op het punt in tranen los te barsten. Vroeg of laat, beste jongen, loop je Met het graven van de twee tunnels onder de Schelde, een voor het verkeer per as en een tweede voor voetgangers alleen, wordt flink voortgang gemaakt. De eerste tunnel, die ongeveer 2100 M. lang wordt de hel- lingen op de oevers natuurlijk inbegrepen is reeds over een lengte van ongeveer 85© meter voltooid. Elke week gaat men 20 A 25 meter vooruit. Tegen het einde dezer ma&nd hoopt men de grootste technisehe moeilijk heden te hebben overwonnen. Alles laat voor- zien dat dit op 1 Juli 1931 aangevangen rens- achtige werk binnen den gestelden termijn 700 werkdagen klaar zal zijn. De groote tunnel zou dan reeds in 1934 officieel in ge bruik kunnen worden genomen. VERZANDING EN ONTZANDING AAN DE KUST. De correspondent der N. R. Crt. te Brussel meldt; Sedert het bestaan van het groote haven- hoofd te Zeebrugge en ten gevolge daarvan. hebben de stroomingen op de kust, ten Noord- Oosten van deze haven, zich zoodanig gewjj- zigd, dat het strand van het vroeger druk be- zochte badstadje Heist een Zee, bijna geheel is verdwenen. Het zand wordt er, door de zee, letterlijk weggezogen. Voor Heist is dit een ramp en talrijke hotelhouders hebben dan ook hun bedryf naar de zich nog steeds uitbrei- dende badplaats Knocke verlegd. Toch geven de Heistenaren den moed niet op en hebben zij middelen beraamd om bun stad tot nieu wen bloei te brengen. Een dezer middelen zcrn bestaan in het bouwen van een pier waardoor en de verzanding van de haven te Zeebrugge en het zandverlies te Heist zelf zouden kun nen worden voorkomen. Op een bijeenkomst met den chef van den technischen dienst der kust blijkt dit voorstel een zeer sympathiek onthaal te hebben gevonden. De kosten van uitvoering zouden grootendeels door de stad Heist worden gedragen. DE EINDSTRIJD TE LAUSANNE. De conferentie van Lausanne begon Maan- dag, schrijft de N. R. Crt., haar laatste week. Wie optimistisch durft zijn, kan hopen dat z$ deze week zelfs niet geheel meer zal noodig hebben. MacDonald heeft in de rede, waar- mede hij de beraadslagingen van de commis sie der conferentie voor de oorlogsschulden opende, gezegd dat hij 5 of 6 Juli te Landen behoorde terug te zijn. Daarin is hij niet ge- slaagd. In ieder geval echter is men te Lausanne aan den eindstrijd toe. De standpunten zips afgebakend, vraag en aanbod zijn gefonmi- leerd, alles is klaar voor het laatste loven en bieden. Beide partijen staan echter nog zDo ver van elkaar dat het nog geruimen tijd is beslag kan nemen voor men het eens is ge- worden. Aan den anderen kant zijn de ver- schillen niet meer zoo groot, dat men aan het p nn I Wie geniet niet van het lltlt 191 O EINDE SEIZOEX met prij'zen waarop nog een extra-vermindering van minstens 10 wordt toegepast! De Mag. Zuivelbrug 7, Gent (slechts een ingang, juist aan de brug), staan dit jaar terug aan de spits met mooie keus aan voordeelige prijzea voor Heeren- en Kinderkleeren"; Inge/.. Med./ er toch in", zuchtte zij. „Om mijnentwille, doe het niet!" Maar op zijn gelaat stond vastberaden- heid te lezen. ,,Je behoeft je over niets ongerust te maken, beste", fuisterde hij, terwijl hij haar op haar arm tikte. ,,Ik heb Bryce op een valsch spoor gebracht. Medway rust nog op zijn plekje in Sussex en nog steeds begraven, zooals hij beloofd heeft. Hij heeft er in toegestemd begraven te blijven, totdat och, daar hoeven we niet op in te gaan. Ik moet nog een klein poosje dien titel benutten. Zoo lang ik er geen al te veelvuldig gebruik van maak, bestaat er geen gevaar. Ik ken al zijn vrienden en tot nog toe heb ik ze om den tuin geleid". „Tot nog toe", mompelde zij treurig. ,,Op n goeien dag loop je in de val. Een van die lammelingen zal je snappen en dan Maar hij lachte luid, een dolle aanste- kelige lach. n it ,,Den „Moordenaar" snappen?' Zijn lippen krulden zich spottend orru „Maar toch niet aan deze zijde van den Styx! Myra stak snel haar hand vooruit. Gerald, wees toch in godsnaam voor zichtig", smeekte zij met aandrang. Ge bruik toch hier dien naam niet!" Wally en Inspecteur Bryce verlieten Venezia in een verbitterde stemming, t Gezicht van dien graaf, die op z n dooie gemak z'n tijd doorbracht, terwijl hij af en toe eens van den wijn proefde, was hun n doorn in het oog. De gedachte aan die kleineering door Medway maakte Bryce woedend, en het ergerde Wally, omdat hij z'n overtuiging dat Medway Gerald Wace de moordenaar was, niet van zich af kon schudden. Opnieuw besloot inspecteur Bryce zijn bevindingen van de laatste dagen maar niet aan zijn college mede te deelen. Want deed hij dat, dan zou hij dien akeligen lach van Guest weer ontmoeten. Hij stond te zwak en Guest zou om hem lachen. Een grap was een grap, slechts zoolang het ten koste van een ander ging, redeneerde Bryce. Maar toen inspecteur Bryce den vol- genden morgen bij de Yard binnentrad, scheen Guest noch belangstelling voor hem, noch voor z'n werk aan den dag te leggen, wat Bryce haast evenzeer. zoo niet meer vertoornde dan zijn openlijke, zij het dan ook spottende belangstelling gedaan zou hebben. „Maar vanwaar wist je van de ge- woonte van den ..Moordenaar", om zijn. nagels af te bijten?" vroeg hij tenslotte met kwalijk bedongen weerzin, nu hij zelf moest beginnen. De ander keek met scherpen blik op van de kaart, die hij aan t bestudeeren was. Hoe was Bryce daar achter ge komen? Voor zoover Guest kon nagaan, had hij toch geen namen genoemd? ,,Hoe kwam je er toe die bemerkfng aan den Moordenaar" vast te knoopen? vroeg Guest schertsend. ,,'t Zelfde heb je tegen Wally Chatter- ton gezegd", antwoordde Bryce bits, „en ik heb twee en twee samengevoegd en ,,Er gehakt van gemaakt", voltooide Guest. ,,Ik hoorde het van Hubert Chatterton. 't Was een van Gerald's kindergewoonten en het is zeer onivaar- schijnlijk, dat hij er nu nog aan toegeeft. Ik vermoed, dat je den een of anderen armen duivel krachtens dit feit gearres- teerd hebt, en dat je hem vrij gelaten hebt, zoodra hij z'n alibi bewees! Wijl deze toevallige woorden gevaarlijk dicht de waarheid benaderden, stapte Bryce haastig van ditonderwerp af en trok hij zich stilzwijgend terug. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1932 | | pagina 1