ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
r
DE VIERDE SEPTEMBER
ASPIRIN
No. 8840
WOENSDAG 25 MEI 1932
72e Jaargang.
BINNENLARD
FEUILLETON
BUITENLAN D
DE ZWARTE LIEVE VROUW
leenigopdewereld
I Een koele
luchtstroom,
TER NEUZENSCHE COURANT
ARONNEMENTSPRUS: Binnen Ter Neuzen i 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetaling fr. per post 6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika /2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooniitbetaling.
OltgMfiter: Flrma P. J. VAN DE SANDE.
GIRO 58150 TELEFOON No. 26.
ADVERTENTISN: Van 1 tot 4 regels f 0,80 Voor elken regel meer 0,2a
Grootere letters en cllchd's wor den naar plaatsrutmte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen vermlnderd tanef, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar is. Inzendlng van advertentien liefst §6n dag voor de uitgave,
nrr BRAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND
TWEEDE KAMEB.
Vergadering van Dinsdag.
Zonder hoofdelijke stemming werd besloten
bet wetsontwerp, houdende tijdelijke maat-
regelen tot hulpverleening aan de melkvee-
houderij, dadelijk te behandelen. Na eenige
discussie wordt op voorstel van den voorzitter
besloten den spreektijd voor elken spreker te
bepalen op een half uur.
De heer Braat (plattel.) critiseert de traag-
heid van de regeering jegens het Comite voor
oeconomisch verweer. Weldra moet melkvee
afgeslacht worden, omdat de Minister geen af-
doende maatregelen weet te nemen.
De regeering verklaart in de memorie van
antwoord, dat de toestand der zandboeren de
aandacht heeft; die hadden echter al lang ge-
holpen moeten zijn. Was hier minister
Posthuma maar, dan zouden evenals in oor-
logstijd de maatregelen wel sneller worden
genomen. Spreker dient ten slotte een motie
in, waarin de regeering wordt verzocht den
riohtprijs der melk van 5 ct., welke geen be-
staansmogelijkheid biedt, te verhoogen.
De heer v. d. Sluis (s.-d.) merkt op, dat
het hier gaat om enorme bedragen, 100 of 120
millioen. Tegen het menggebod komen allerlei
klachten. De afzet moet op den voorgrond
staan en tegen Duitschland hebben wij toch
wel middelen van verweer. Verder is een der
middelen tot verbetering inkrimping van den
veestapel. De boter zal door het wetsontwerp
op f 1,80 per K.G. komen, margarine wordt
verhoogd tot ongeveer 1,10; verder naar
rato. V-oorts waffht den broodeters nog een
pnijsverhooging.
Spreker heeft daartegen bezwaar, te meer,
daar de boeren slechts een klein deel der vele
millioen en zullen krijgen. Hoezeer overtuigd,
dat de boeren geholpen moeten worden, kan
spreker zijn stem aan dit ontwerp niet geven.
Ds. J. L. PIERSON. t
Dinsdagmorgen is te Bilthoven na een ern-
stige ongesteldheid overleden in den ouderdom
van ruim 70 jaar Ds. J. L. Pierson, emeritus
predikant van de Ned. Herv. gemeente te Gro-
ningen en voorzitter van den sehoolraad voor
de school met den Bijbel. Ds. Pierson was een
zoon van wijlen Dr. H. Pierson, de bekende
predikant-directeur van de Heldring-gestich-
ten te Zetten.
Ds. Pierson werd op 16 October 1861 te Hei-
nenoord (Z.-H.) geboren en studeerde aan de
Utrechtsche universiteit, waar hij in 1886 can-
didaat werd. In hetzelfde jaar aanvaardde hij
het predikambt te Halle, vanwaar hij in 1890
naar Hengelo ging. In 1909 werd hij predi
kant te Groningen, waar hij tot 1926 werk-
zaam was. Zijn verdiensten vonden erkenning
door zijn benoeming tot officier de l'lnstruc-
tion Publique en die in de Orde van Oranje
Nassau.
HET VEER A. J. POLDERZIJPE.
Dank zij den onvermoeiden pogingen van
het comity van actie voor verbetering der
vierkeersbelangen van Schouwen Duiveland
met den vasten wal, werd Zaterdagmiddag
de grootere veerboot „De Hollandsch Diep",
die in den winter den dienst onderhoudt tus-
schen Numansdorp en Willemstad aan het
Zijpe in dienst gesteld gedurende den zomer-
dienst bij de R. T. M. Vele autoriteiten waren
bij deze indienststelling tegenwoordig, o.w.
ook de dinecteur der R. T. M. ir Kuijpers.
AVONTURENROMAN
door
PETER BARON.
(Nadruk verboden.)
13)
Vervolg.)
Een oogenblik stond hij besluiteloos,
zou hij zijn ongezienen bezoeker volgen of
de plaat poetsen? Een zacht gedruisch
boven hem deed hem tot het laatste be-
sluiten en zachtjes sloop hij naar de hall
en verl'iet het huis door de voordeur.
Geen oogenlblik te vroeg. Toen hij de
deur zachtjes sloot hoorde hij het onmis-
kenbaar geluid van iemand die de trap
afdaajde, misschien een bediende, die hem
had hooren vallen.
Gezichten trekkend en met zijn hand
over zijn beschadigden neus wrijvend, die
hevig bloedde, haastte hij zich weg, ten
prooi aan de vreemdste gedachten.
Al had hij geen greintje vastheid om
zijn theorie te staven, toch was hij er van
overtuigd, dat hij zijn handigen tegen-
stander had herkend. In dat eene oogen
blik, dat hij den indringer had gezien,
voor deze zijwaarts stapte, hadden zich
alle bijzonderheden aangaande den
lichaamsbouw en de verschijning van zijn
tegenstander zich onuitwischbaar in zijn
herinnering vastgezet.
En de slotsom van al die bijzonderheden
smolt ineen tot het feit, dat zijn bezoeker
Leslie Wace geweest was.
Deze groote veerboot voorziet in de reeds
lang gevoelde behoefte om tenminste acht
auto's tegelijk over het Zijpe te kunnen zet
ten, waardoor er zoo goed als geen stagnatie
in het autoverkeer van en naar het eiland
komt.
Mr. HARM SMEENGE 80 JAAR.
Heden, 25 Mei, wordt de heer Mr. Harm
Smeenge, lid der Eerste Kamer, die vooral in
den lande bekendheid heeft verworven als de
populaire voorzitter van de Schippersvereeni-
ging ^Schuttevaer" 80 jaar.
Omtrent dezen bijzonder krassen grijsaard,
die ook de voorzitter is van de „Vereeniging
Binnenscheepvaartcongres" die dit jaar in het
laatst van Juni te Ter Neuzen hare bijeen-
komst komt houden, schrijft het Algemeen
Handelsblad het volgende:
,,Mr. Harm Smeenge zal op 25 Mei zijn
tachtigsten verjaardag vieren".
Zoo ongeveer stond het dezer dagen in het
„Handelsblad", en het berichtje herinnerde
ons eraan, dat de tijd niet stil staat. Maar op
Mr. Smeenge heeft hij slechts vat, wat be-
treft het aantal jaren; overigens
Onlangs in een vergadering; mr. Smeenge
beklom het podium. Iemand wilde hem helpen.
,,Niet noodig, vriend, zoo oud ben ik nog
niet".
Mr. Smeenge ging spreken en hij richtte
zich tot de liberale jeuigd. Hij sprak met een
vuur en een gloed, die bewezen, hoezeer hij
zich nog altijd een voelt met die jeugd. Want
jong van hart is hij gebleven. Hij heeft ook
eigenlijk geen tijd gehad om oud te worden,
want heel zijn leven was gevuld met werk
in het belang van de openbare zaak. En nu
hij de acht kruisjes nadert, zoekt hij nog niet
de rust.
Onuitputtelijk, onbegrensd schier is zijn
werkkracht geweest, is zij nog
Een paar jaar geleden werd te Amsterdam
de Drentsche Opbouw Tentoonstelling gehou-
den. Het „Handelsblad" verzocht mr. Smeenge
of hij iets over Drente wilde vertellen. Een
interview op den openingsdag.
,,Gaarne" zei de heer Smeenge, „maar ik
schrijf liever zelf. Wanneer wilt u 't hebben?"
,,Als 't kan morgenochtend" 't was vijf
uur in den namiddag.
,,Hm! Ik moet dadelijk naar Haarlem, een
vergadering; twaalf uur thuis maar u
krijgt het artikel, kom 't morgenochtend 9
uur maar halen."
Den volgenden ochtend waren wij present.
,,Hier heeft u 't; vannacht van vijf tot acht
uur gewerkt!"
't Was af, in alle opzichten.
„En nu moet ik naar het Hof".
Want mr. Smeenge was nog griffier bij het
Amsterdamsche Gerechtshof.
Sinds Mei 1929 is hij dat niet meer. Zeven-
en zeventig jaar was hij, toen hij afscheid nam
van zijn werkkring bij de rechterlijke macht,
na een diensttijd van een halve eeuw. Hij be-
gon, 27 jaar oud, in 1879 als griffier te Mep-
pel. Maar doorvddr was hij in zijn geboorte-
plaats Assen, reeds twee jaren advocaat ge
weest. Hij had te Groningen gestudeerd en
was op 26 Juni 1877 gepromoveerd tot doctor
in het Romeinsch en Hedendaagsch recht.
Op Meppel volgde Hoogeveen, daar was mr.
Smeenge kantonrechter en in 1900 kwam hij
naar Amsterdam als griffier bij het Gerechts
hof.
Het griffierschap bij het Hof was zeker
geen senicure, maar mr. Smeenge behoort tot
de menschen, wier werkkracht groeit, naar-
mate hun arbeidsveld zich uitbreidt.
En het breidde zich snel uit. Wij zouden nu
veel kunnen vertellen over Smeenge en de
schippers", over Smeenge en volksonder-
wijs", en vooral ook over „Smeenge en
Drente".
Dat, zoo overwoog Bryce, zou hem van
pas kunnen komen!
Den volgenden morgen was Bryce
uiterst slecht gehumeurd en het vriende-
lijke „goeden morgen" van Guest, beant-
woordde hij met een kort brommen. Zijn
neus droeg sporen van een ontmoeting met
een voorwerp, dat onloochenbaar harder
was dan deze, en was uitermate gevoelig,
wat nog verergerd werd, doordat hij een
kou had gevat, die hem verplichtte zijn
neus dikwijls te beroeren. Hallo", grin-
nikte Guest, „heeft je vrouw er een
beetje te hard met de braadpan op ge-
mikt?"
Met gevoelens wier juiste diepte door
geen menschelijk wezen te peilen zijn, en
daar ieder antwoord, hoe vinnig ook. hem
nog te zachtzinnig toescheen, zette Bryce
zich zwijgend aan zijn lessenaar.
De strijd die woedde in de ziel van
inspecteur Bryce, terwijl hij zocht naar
een beleefd antwoord, verhoogde ten
zeerste, en niet onverholen de vroolijkheid
van Guest.
,,Ze is zeker wat te hartstochtelijk ge
weest bij het zwaaien van den schoen-
borstel?", veronderstelde hij koddig. „Of
is ze er nog niet goed mee op de hoogte
hoe ze een strijkijzer moet hanteeren?"
Op welke deelnemende vraag inspec
teur Bryce antwoordde met een geweldig:
„Vent hou je leelijke snater!" de
hevigheid van zijn gezegde werd echter
een weinig getemperd door de gestremde
functioneering van zijn reukorgaan.
Guest liet nu zijn boertigen toon achter-
wege. „Geslaagd?vroeg hij.
,,Neen", bromde Bryce en stond op om
de ochtendpost te openen.
Het binnentreden van sir Arthur Sayle
maakte een eind aan hun gesprek, en ge
durende eenigen tijd heerschte er stil-
zwijgen.
De schippers; „Schuttevaer" huldigde op
10 April 1931 mr. Smeenge, wegens zijn zil-
veren voorzitterschap. En dan moeten wij
nog even in de gedachten terug roepen met
hoeveel geestdrift hij in 1912 het voorzitter
schap van ,,Entos" aanvaardde.
Sohipperskinderen en hun onderwijs; mr.
Smeenge vocht ervoor in en buiten het parle-
ment.
Hiermee hing weer al was het toch ook
anders samen zijn werk als leider van
Volksonde rwrjs"
Wij stippen dit slechts aan; het zal vol-
doende zijn om veel herinneringen op te wek-
ken; ook het ,,Nut van het Algemeen" heeft
beslag op hem gelegd.
En dan Stmeenge als Kamerlid, afge-
vaardigde van Meppel in de Tweede Kamer,
stoere strrjder voor de liberale gedachte. In
1888 betrad hij 's lands vergaderzaal, vestig-
de spoedig de aandacht op zich door zijn in
terpellate over het spoorwegongeluk bij Rui-
nerwold, bleef een figuur in ons parlement;
ook na 1919, toen hij naar de overzijde van
net Binnenhof verhuisde als senator.
Toen mr. Smeenge in 1929 afscheid nam
als griffier, zeide hij zich nu nog meer dan
voorheen te kunnen wijden aan zijn Eerste
Kamerlidmaatschap en aan „Schuttevaer".
En natuurlijk ook aan Drente. Want Drent
is hij gebleven, ook in zijn taal. In „zijn" pro-
vincie is hij populair; voor den opbouw van
Drente heeft hij gewerkt werkt hij nog
met hart en ziel.
Sedert 1931 is hij ook lid van Nationaal
Crisiscomite. En nog veel meer zouden wij
kunnen aanstippen uit het rijke en veelomvat-
tende werk van dezen man, die de kunst ver-
staat op anderen over te brengen den geest
drift, welke hem bezielt. De drooglegging
van de Zuiderzee, vieredeling van het ambacht;
zij ook hebben zijn warme belangstelling.
Maar waar is de grens?
In het Stedelijk Museum staat sedert 1928
zijn buste, gebeeldhouwd door Radecker en
iedere bezoeker herkent dadelijk den stoeren
kop. Groot-officier in de orde van Oranje-
Nassau, Ridder in de orde van den Neder-
landschen Leeuw, hooge onderscheidingen zijn
hem ten deel gevallen. Maar de allerhoogste
is, dat hij zich een blijvende plaats heeft ver
worven in de harten van alien, die hem ken-
nen. En dat zijn er velen, ook buiten Drente,
maar vooral in die provincie, die eens de ver-
schoppelinge was en nu een troetelkindje is
geworden. Dank zij mr. Smeenge.
Tachtig jaar is hij. Maar hij werkt voort...
ALGEMEEN NEDERLANDSCH VERBOND.
In de vergadering van de groep Nederland
van het A. N. V., Zaterdag te Leiden gehou-
den, heeft de afdeeling O. Zeeuwsch-Vlaan-
deren ter sprake gebracht, dat er een sterke
beperking, zoo niet opheffing van het veer
VlissingenTer Neuzen dreigt, hetgeen, naar
de meening der afdeeling, een groot gevaar
voor Oost-Zeeuwsch-Vlaanderen zou kunnen
worden. Het groepsbestuur neemt deze zaak
ter harte.
GEVAARLIJKE TOEREN IN
INRICHTINGEN VAN VERMAAjK.
Op de schriftelijke vragen van het Tweede
Kamerlid mevrouw van Itallievan Embden:
Is het den Minister bekend, dat in sommige
inrichtingen van vermaak steeds gevaarlijker
toeren worden verricht met en door menschen,
die 't zij zwevende in den nok van 't gebouw,
of geschoten uit een kanon, of op andere ge
vaarlijke wijze misbruikt, soms lichamelijk on
gedeerd en soms gewond weer uit him werk te
voorschijn komen?
Is de Minister geneigd om, mede ter beteu-
geling van een ongezond groeienden sensatie-
„Nu jullie hebben dat zaakje aardig in
de war gestuurd", ving hij vriendelijk aan,
nadat hij de correspondence had inge
keken. Toen hierop geen antwoord
volgde, ging Sir Arthur geestig verder
„Naar het schijnt, bemerkt geen van U
beiden, dat ik hiermede om uitleq ver
zoek 1"
Aldus aangevallen verhaalde Guest het
gebeurde van den afgeloopen nacht, ter
wijl hij zelfs geen verontschuldiging vroeg
voor de begane fouten.
,,De kerel was te glad, mijnheer," be-
sloot hij ten laatste, en met een blik op
den neus van Bryce: „te gewelddadig."
,,Zooals ik verwacht had," bromde sir
Arthur, met studie naar zijn nagels kij
kend, en onbewust van den steek, dien
Guest zijn collega gaf. ,,Ik vermoed dat
wij nog langer het bijtende sarcasme van
de geestrijke pen van vriend ..Bijstander"
zullen moeten verduren. Daar denk ik
juist aan
Hij greep naar de telefoon.
,,Verbindt U me even met de „Morning
Sun", vroeg hij.
Een oogenblik was het stil. Toen: „met
de Morning Sun
,,Verbinat U mij even met mr. Bachoff-
ner", verzocht hij het vrouwengeluid, dat
antwoordde. ,,\Vat belieft U Is hij er
niet U spreekt met den assistent-com-
missaris van politie. Hoe laat is hij daar
wablief O is hij er Ik dacht dat hij
soms
lust bij de bezoekers dezer inrichtingen, het in
't leven roepen van een wetsartikel te bevor-
deren, waarbij dergelijke gevaarlijke toeren
met menschen strafbaar worden gesteld?
heeft de Minister van Justitie geantwoord:
Het in de eerste vraag gestelde was den
ondergeteekende niet bekend. Naar de ver-
richtingen in het circus, waarop het in deze j
vraag gestelde blijkbaar doelt, is door hem
echter een onderzoek ingesteld, waarbiji hem
is gerapporteerd, dat aan de bedoelde verrich-
tingen, ofsohoon inderdaad niet zonder ge
vaar, toch ook ter bevrediging van de sensatie-
zucht van het publiek wel een schijn van meer
gevaar en ernstiger gevolgen wordt gegeven
dan in werkelijkheid aanwezig zijn.
De plaatselrjke overheid beschikt, doordat zij
aan de vergunning tot het geven van open-
bare vermakelijkheden de, noodig geoordeelde,
voorwaarden in voldoende mate verbinden
kan, bereids over de middelen om excessen
tegen te gaan. Die administratieve controle
kan ook van meer dadelijk effect zijn dan de
toepassing eener strafbepaling, welke boven-
dien algemeen gehouden zou moeten worden
en ook daarom een minder deugdelijk middel
zou zijn. In verband met een en ander zal de
ondergeteekende voor deze aangelegenheid,
voor zooveel noodig, de aandacht vragen van
zijn ambtgenoot van binnenlandsche zaken.
HET VERGELIJK IN BELGIE.
De voorwaarden waarop het nieuwe kabi-
net-Renkin tot stanid is gekomen, zijn
schrijft de N. R. Crt. voor de zaak der
Nederlandsche taal in Vlaanderen van zeer
groot belang. Als zij werkelijk tot uitvoe-
ring komen dan zal er, na aftrek van de
vooralsnog onvermijdelrjke ontduiking en ob-
structie, heel veel zijn bereikt om het Vlaam-
sche land tot een Nederlandsch sprekend land
te maken. De middelbare school Nederlandsch
dat beteekent het verdwijnen van den Vla-
ming, die zijn eigen taal slechts beheerscht
voor huishoudelijk gebruik, maar die zich er
niet in thuis voelt zoodra hij spreken moet
over dingen die zijn latere opleiding in zijn
leven heeft gebracht, over al wat met weten-
schap en techniek verband houdt in de eerste
plaats. Door deze regeling eerst zal de
Vlaamsche jeugd in haar geheel voor het
Vlaamsche hooger onderwijs worden voorbe-
reid, en zal voor het zoeken van dit onderwijs
niet een opzettelijke Vlaamsche gezindheid
noodig zijn. Men zal hiermede niet de kinde-
ren van de franskiljons naar het Vlaamsche
hooger onderwijs kunnen dwingen, maar in
ieder geval zal worden belet dat die kinderen
stelselmatig worden opgevoeid tot vervreem-
ding van landstaal en landaard.
De Belgische liberalen hebben eieren geko-
zen voor hun geld toen zij ten slotte hun
goedkeuring hechtten aan deze regeling, wat
p NIEUWIGHEDEN
J* l\j| I T* Kostumen, Demi-saisons,
Gabardinen.
i Onze gansch vemieuwde stock laat
ons verkoop aan de laagste prijzen toe!
Zuivelbrug 7, Gent (slechts edn ingang, juist
aan de brug), staan dit jaar terug aan de
spits met mooie keus aan voordeelige prijzen!
(Ingez. Med.)
gewoon nieuwsgierig jongmensch. Hem
wacht hetzelfde als Wandsworth als hij
ons nog langer tot mikpunt neemt in zijn
lasterlijke satyren. Wilt U hem aan zijn
verstand brengen, dat ..Bijstanders" geen
deelnemers zijn, niet waar Wat blieft
U Onaantastbaarheid van de pers
Geef hem den raad ons n week of twee
met rust te laten. Dank u 1"
een
Sir Arthur glimlachte en wachtte even.
Hallo, met Bachoffner Met Sayle.
Ja, kijk eens hier, U heeft onder uw mede-
werkers een hij of een zij, die zich Bij
stander" noemt. Iederen morgen vult die
vriend een kolom onder de rubriek ,,Wat
men moet weten." Juist. Welnu, die per-
soon heeft zich de laatste veertien dagen
ten onzen koste vermaakt. 't Is een buiten-
Sir Arthur hing de telefoon weer op met
n geheimzinnig lachje.
,,De onschendbaarheid van de pers!"
schamperde hij, en verdiepte zich in zijn
brieven.
Bryce nam de telefoon op.
..Londen Wall, vier, negen, negen, drie.
juist Londen Wall, vier, dubbel
negen, drie-ie
,,In welke kamer bevindt zich op het
oogenblik Farrel Massey, Guest vroeg
sir Arthur, die bij die vraag aan de deur
bleef staan.
,,Acht en veertig, mijnheer," antwoord
de Guest.
„Dank U."
Sir Arthur ging heen.
„Hallo," brombeerde Bryce, hallo, is
mijnheer Wace daar Wilt U even
kijken
Hij keek boos en wachtte met ongeduld,
terwijl de dienst bode aan het andere eind
van den draad naar alle waarschijnlijkheid
haar belofte aan het vervullen was, mijn
heer Wace te zoeken.
,,Niet aanwezig Wilt U astublieft zoo
goed zijn hem bij zijn thuiskomst te zeg-
gen, dat inspecteur Bryce hem even wilde
spreken
Guest, die zijn verrassing liet blijken
over deze ingewikkelde woorden, keek
Bryce vreemd aan.
,.Wil je bij Leslie gaan visschen
vroeg hij.
I die in het warme jaar-
getijde zoo weldadig
aandoet, heeft vaak
een verkoudheid ten
gevolge. Neemt dan
Aspirin -Tabletten.
Let op oranje band en Bayerkruis. Prijs 75 cts.
Ingez. Med.)
bun waarlijk niet gemakkelijk zal zijn geval
len. Waarschijnlijk is het voor hen daarbij
slechts een schrale troost, dat het Vlaamsche
element in het kabinet door de wijziging ver-
zwakt is. Want de quantitatieve verminde-
ring beteekent in dit geval vooral niet quali-
tatieve vermindering. Prof. dr. Sap, de
„coming man" in de Belgische politiek, is een
stevige en militante figuur. Opzettelijk heeft
hij zich bij de formatie van het eerste kabinet-
Renkin in reserve gehouden. Hij liet zich
toen niet vangen, omdat hij wist dat de vage
formule, waarop dit kabinet werd gevormd,
voor de Vlamingen onbevredigenide resultaten
moest opleveren. Nu is hij dan ook verant-
woordelijk ervoor, dat de nieuwe formule in
de uitvoering niet verzwakt wordt. Dit is
zijn krachtproef als minister. Hij is de man
ervoor om dat te beseffen.
Dat de anti-Vlaamsche liberalen met dit
alles genoegen hebben genomen schijnt aan te
toonen dat hun positie op de wip zich tegen
hen heeft gekeerd. Hun groote invloed be-
rustte daarop, dat de katholieken op het
oogenblik niet zonder hen en niet met de
socialisten konden regeeren. De rechterzijde
der katholieke partij was geheel van hen af-
hankelijk, wilde zij niet gedwongen worden
door een coalitie met de socialisten haar lei-
ding in de eigen partij prijs te geven.
De Vlaamsche katholieken werden echter
steeds balsturiger. Zou men hun eischen ten
opzichte van het Nederlandsch onderwijs nog
langer hebben weerstaan, dan ware een
Kamerontbinding onvermijdelijk geworden on
der omstandigheden, die voor de Vlaamsche
nationalisten uitermate voordeelig waren ge
weest. Er was alle kans op een uitslag der
verkiezingen, die katholieken en liberalen
samen geen meerderheid tegenover de rest
van de Kamer zou hebben opgeleverd. Dan
ware in ieder geval een formatie zonder libe
ralen tot stand gekomen.
Door vast te houden aan hun anti-Vlaamsch
beleid konden zij dus alleen nog verliezen. Zij
konden er niet in de eerste plaats aan denken
hoe zij hun positie op de wip konden uit-
spelen, maar hadden genoeg ermede te doen
zoo te manoeuvreeren dat zij de positie niet
verloren.
fHet resultaat hiervan is het nieuwe kabinet-
Renkin met zijn beloften aan de Vlamingen.
Wat er van kabinet en beloften terecht komt-
dat moet nu de naaste toekomst leeren.
VENIZELOS EN GRIEKENLAND.
Eleutherios Venizelos, de Grieksche staats-
man, is afgetreden. De moeilijke tijdsomstan-
digheden hebben, schrijft de N. R. Crt., het
meegebracht, dat de politieke strooming in
zijn land zich weer eens tegen hem gericht
heeft. llij heeft eerst nog getracht zich met
geforceerde middelen daartegen staande te
houden. Venizelos is een goed democraat en
een eerlijk voorvechter van het parlemen-
,,Ja," kwam het bondig.
,,Je wou zeker weten, wat hij uitvoer-
de," vervolgde Guest, doch als antwoord
volgde een nietszeggend gemompel.
,,Je gaat je gang maar. Misschien kan
ik ook nog wat aas voor je aan den hen-
gel slaan?" veronderstelde Guest. Docli
een onvriendeliik gebrom was het loon
voor zijn vrienaschappelijke poging hem
van dienst te zijn.
Omstreeks een uur of tien werd er aan
de deur geklopt, en als antwoord op het
korte ,,binnen" van Guest, bracht een be
diende Leslie Wace binnen.
Mijnheer Wace, mijnheer."
,,Goeden morgen, Leslie," groefcte
Guest.
Leslie knikte en ging zitten.
,,Ik wilde U eenige vragen stellen over
den afgeloopen nacht," bulderde nu op-
eens Bryce, die rood werd, toen hij zag
hoe Leslie's blikken zich op zijn gezwollen
neus richtten.
,,Gaat uw gang", antwoordde Leslie.
,,In den slag geweest? Guest eveneens.
Wat mankeert uw arm, inspecteur?"
,,Zijn arm of mijn neus gaan je niets
aan", viel Bryce vinnig uit, ,,de kwestie
is, waar ben je gisterenavond heengegaan,
toen ze je opbelden?"
Wace keek ietwat onrustig naar den
inspecteur.
,,Ik-e-ik had een afspraak", zei hij
zacht.
„Wat voor een?"
,,Prive!" Leslie's stem klonk wat bitter.
.Natuurlijk. Ik bedoel met wien?" zei
Bryce knorrig.
„Moet ik daarop antwoorden?" vroeg
Leslie, die een weinig beschaamd leek.
,,U zoudt mij ten zeerste verplichten".
(Wordt vervolgd.