Ter Neuzensche Courant
Tweede Blad.
BINNENLAND
BUITENLAND
L&NBBCXJWBE&ICHTEB.
Maandag 25 April 1932. No. 882B
TER NEUZEN, 25 April 1932.
VAN
TWEEDE RAMEB.
Vergadering van Vrijdag.
Verschiliende kleinere wetsontwerpen en
conclusies worden zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Voortgezet wordt de behandeling van het
wetsontwerp betreffende dekking van het ver-
lies der Nederlandsche Bank op haar Engel-
sche pondenportefeuille.
De heer Wijnkoop (comm.) betoogt, dat de
Kamer niet voldoende over het gebeurde met
de Nederlandsche Bank kan oordeelen. Direc-
tie en regeerdngscommissarissen hadden de
gebeurtenissen in Engeland toch eerder moe-
ten zien aankomen. Tenslotte rust de schuld
van alles op de regeering.
Spr. betoogt, dat alleen de aandeelhouders
de verliezen der Nederlandsche Bank hebben
te dragen.
Minister De Geer verklaarU dat niets met
zekerheid is te zeggen over d! resultaten der
Nederlandsche Bank in de toekomst.
Spr. betoogt, dat de staat alleen aandeel
heeft in de winsten der Nederlandsche Bank
als contraprestatie voor verleend octrooi. Hij
is overtuigd, dat de Nederlandsche Bank als
circulatiebank niet zal defungeeren.
WERING VAN DEN COLORADOKEVER.
Verschenen is het verslag over het wets
ontwerp tot wering van den caloradokever bi?
in- en doorvoer van aardappelen en versche
groenten.
Versoheidene leden begroetten de indiening
van dit wetsontwerp met instemming. Niet
alleen dient onze eigen cultuur beschermd te
worden, maar ook dreigt het gevaar, dat,
wanneer elders maatregelen gelden ten aan-
zien van in te voeren producten, strenger dan
in ons land, vreemde producten via ons land
naar het buitenland gaan, hetgeen onge-
wenschte gevolgen mee zou kunnen brengen.
De vraag werd gesteld, waarom niet overeen-
komstige maatregelen worden genomen ten
aanzien van de San-Josd-schildluisook dit
insect kan een dreigend gevaar opleveren.
En kelp leden, er op wijzende, dat Engeland
reeds op 15 October 1931 den invoer van pro
ducten tot wering van den colorado-kever
heeft verboden, zulks met inwerkingtreding
van 15 Maart 1932 en dus de elders genomen
maatregelen zeer tqdig bekend waren, stelden
de vraag, waarom de algemeene maatregel
van bestuur zoo laat is uitgevaardigd en in
verband daarmee eerst nu een wetsontwerp is
ingediend.
Vz 'WATT-OCTROOI IN BELGIe.
De met Philips bevriende onderneming „Ma-
nufacture Beige de lampes-electriques", houd-
ster van het Belgische Watt-Octrooi, heeft
eenigen tijd geleden tegen een aantal Belgi
sche gloeilampenfabrikanten een aanklacht
ingediend wegens inbreuk op dit octrooi.
Door de rechtbank te Brussel is thans in
eerste instantie een vonnis gewezen, waarbij
het octrooi rechtsgeldig verklaard is, inbreuk
op het Watt-Octrooi door bedoelde fabrie-
ken wordt geconstateerd en de overtreders
veroordeeld worden tot het betalen eener
schadevergoeding.
Gezien het feit, dat deze fabrieken een jaar-
lijksche productie van 34 millioen gloeilam-
pen hebben, is dit vonnis ook voor het Phi-
lipsconcem van bijzonder belang.
INTREKKING KUSTVERDEDIGINGS-
FONDS.
Ingediend is een wetscxntwerp tot intrek-
king van de wet tot instelling van een fonds
ter verbetering van de kustverdediging, met
dien verstande, dat deze wet alsnog toepas-
sing zal vinden met betrekking tot de afwik-
keling van de diensten van 1931 en 1932.
Aangezien het niet noodig is aldus de
memorie van toelichting om ten behoeve
van de kustverdediging de forten bij Vlissin-
gen en Kijkduinen verder af te werken of uit-
gaven van eenige beteekenis te doen ter ver
betering van de kustforten, kan genoemde
wet thans worden ingetrokken.
Na het dienstjaar 1932 zullen geen uitgaven
meer ten laste van het fonds worden gedaan.
Het batig slot der rekening van ontvangsten
en uitgaven wegens de begrooting van het
fonds, dienst 1932, hetwelk geraamd wordt op
een bedrag van f 1.240.000, kan ten bate van
's Rijks middelen worden gebracht.
DE LUCHTDIENST ROTTERDAM—
SCHOUWENWALCHEREN.
De Minister van Waterstaat heeft de door
de K. L. M. opgestelde plannen voor de uit-
voering van den luchtdienst Rotterdam
Schouwen en DuivelandWalcheren geduren-
de de maanden Mei, Juni, Juli, Augustus en
eventueel September, alsmede de daarop be
trekking hebbende dienstregeling en tarieven
goedgekeurd. Bedoelde luchtdienst wordt
driemaal per week, Maandag, Donderdag en
Zaterdag uitgevoerd. Op Maandag wordt een
vroege ochtenddienst van Rotterdam naar
Vlissingen en eveneens een vroege ochtend
dienst van Vlissingen naar Rotterdam inge-
steld. Bovendien wordt hieraan toegevoegd
gedurende de maanden Juli en Augustus een
middagdienst uit Rotterdam en een late mid-
dagdienst uit Vlissingen. Op Donderdag is er
een ochtenddienst van Rotterdam naar Zee-
land geprojecteerd, alsmede een middag
dienst In omgekeerde richting is een vroege
en een late middagdienst vastgesteld. Op
Zaterdag zal een vroeg-middagdienst in elke
richting worden uitgevoerd, alsmede een late
middagdienst in beide richtingen. Bij de op-
stelling van de dienstregeling is zooveel mo
gelijk rekening gehouden met het verzoek
van de stoomvaart-maatschappij Zeeland"
om op haar binnenkomende en uitgaande
mailschepen aansluiting te geven.
STEUN AAN DE M ELK V HCHOU DERI J.
Wetsontwerp ingediend.
Ingediend is een wetsontwerp houdende tij-
delijke maatregelen tot hulpverleening aan de
melkveehouderij.
In de toelichting zet de regeering den hoogst
ongunstigen toestand uiteen, waarin het vee-
houdersbedrijf verkeert tengevolge van een
tot heden ongekende waardedaling van de op-
brengst der melkproductie, waardoor het be-
drijf aan algeheele verarming is prijsgegeven.
De regeering heeft hierin aanleiding gevon-
den maatregelen te beramen, en advies inge-
wonnen van de Landbouwcrisiscommissie. De
strekking van dit advies heeft zij aanvaard.
Het plan, waarvan de regeering is uitge-
gaan, is als volgt overzichtelijk weer te
geven
1. voor zuivelproductengecontroleerde
verkoop met mogelijkheid van prijsbe'invloe-
ding voor wat de binnenlandsche markt be-
treft; fondsvorming door middel van debaten
van dezen verkoop;
2. voor margarine: opneming in de marga
rines van een niet onbelangrijk percentage
boter, welke te mengen boter tegen iets lage-
ren prijs dan de boter in het algemeen cen-
traal wordt geleverd;
3. Voor andere spijsvetten van plantaardi-
gen oorsprong: gecontroleerde verkoop met
mogelijkheid van prijsbe'invloeding.
De regeering zet voorts uiteen de noodzake-
lijkheid eenige nevenmaatregelen te treffen
ten aanzien van punten waarmede het, eigen-
lijke onderwerp in nauw verband staat. Bij
de uitwerking van deze nevenregelingen zal
getracht worden zooveel mogelijk dezelfde
verhoudingen, als in normalen tijd, maar dan
op een hooger prijsniveau dan op het oogen-
blik, tusschen de genoemde producten te be-
waren.
Bij het door de regeering gekozen stelsel
wordt de margarine als zoodanig niet in prijs
verhoogd. In het mengproduct zal het element
margarine denzelfden prijs behouden. Wat ge-.
schiedt, is slechts -menging der margarine met
boter. Daardoor wordt een waar verkregen,
waarvan alleen de boter mededraagt tot de
vorming van het fonds, dat voor steun van
het veehoudersbedrijf zal aangewend worden.
In verband echter met het feit, dat de aldus
met margarine gemengde boter geconsumeerd
zal worden door minder draagkrachtigen zal
deze te mengen boter tegen lageren prijs be-
schikbaar zijn dan de boter welke door meer
draagkrachtigen als zoodanig genoten wordt.
Deze menging brengt de consumptie van boter
niet in gevaar en werkt in de richting van
nationaal gebruik van een nationaal product.
Tegelijk is voor het later weder opnemen
van onze zuivelexporteerende rol noodzakelijk
den uitvoer thans zooveel mogelijk in stand
te houden. Hierbij zal rekening moeten wor
den gehouden met de omstandigheid dat de
maatregelen van andere regeeringen dit niet
weinig zullen verzwaren. Dit voor oogen ge
houden, moet worden aangenomen dat de ex
port van boter welke in de jaren 1929, 1930
en 1931 gemiddeld bedroeg ongeveer 37 mil
lioen K.G., over 1932 slechts zal bedragen on
geveer 18 millioen K.G.
Den uitvoer van deze hoeveelheid dan ook
werkelijk mogelijk te maken, is een der doel-
einden der voorgedragen regeling.
Uit het te vormen crisiszuivelfonds zal op
alle melk, welke onder controle verwerkt is,
een zoodanige toeslag worden verstrekt, dat
de netto-opbrengst der melk van een zeker
vetgehalte per K.G. een bepaalden richtprijs
bereikt. Er moet gelegenheid zijn, den richt
prijs te toetsen aan de gegevens omtrent alle
factoren, welke productiekosten uitmaken.
Voor het oogenblik kan de Regeering zich aan
het haar geadviseerde bedrag van zes cents
per K.G. niet vastleggen.
Als inkomsten, waaruit het crisis-zuivel-
fonds zijn baten zal trekken, denkt de regeling
zich de opbrengst van merken, welke tegen
een prijs, variabel voor verschiliende tijdvak-
ken, beschikbaar zullen worden gesteld. Er
zal met kracht moeten worden gewaakt tegen
het gevaar dat de prijsopzet zou worden ver-
haald op den leverancier van de melk.
In het stelsel is opgenomen de mogelijkheid
een gebod tot verwerking van melk in brood
vast te stellen. De uitvoering van dit stelsel
zal in handen worden gelegd van een rechts-
persoonlijkheid bezittend lichaam, genaamd
„Crisis-zuivelcentrale", in het bestuur waar
van vertegenwoordigers van alle bij dit com
plex van steunmaatregelen betrokken belang-
hebbenden zullen zitting hebben.
De centrale zal de merken alleen verstrek-
ken aan door haar alleen erkende producenten
en importeurs van zuivelproducten en spijsvet
ten en aan evenzoo erkende margarineprodu-
ceaten tegen betaling van een door den minis
ter vastgesteld bedrag.
De centrale stort de opbrengst der merken
in een dus genoemd Crisiszuivelfonds, waar
van de baten op de aangegeven wijze zullen
worden besteed.
In het ontwerp is voorzien het expireeren
der regeling behoudens verlenging bij de wet,
na een werking van ten hoogste drie jaar.
MINISTERS DIE DE WET OVERTRADEN.
In het Engelsche Hoogerhuis heeft de
Minister van Oorlog, lord Hailsham, Donder-
dagavond onthult dat 'n zeer vemuftig rechts-
geleerde ontdekt had, dat een minister van
handel niet in het Lagerhuis mocht sjitten en
dat hij voor elken dag dat hij' dit wel deed,
een bepaalde som verbeurde. Lord Hailsham
noemde het in deze tijden van financieelen
nood een verleidelrjke gedachte hoevele mil-
lioenen geind konden worden aan boeten van
degenen, die de functie in het verleden be-
kleed hadden. Dit was echter maar een
grapje, want naar de minister aankondigde,
zou er Vrijdag een wetsontwerp zijn inge
diend, om den overtreders die boete kwijt te
schelden en de zaak te regelen en dit ontwerp
zou zoo spoedig worden afgehandeld, dat de
tegenwoordige minister van handel, Runciman
Maandag aan de debatten in het Lagerhuis
zou kunnen deelnemen.
Vrijdagmorgen is, naar Reuter meldt, dit
ontwerp inderdaad bij het Lagerhuis inge
diend; de andere agendapunten werden aan-
gehouden om het nog geheel te kunnen af-
handelen in het Lagerhuis, waama het Maan
dag in het Hoogerhuis zou worden behandeld.
Runciman blijkt op grond van de wet welke
hij onbewust geschonden heeft zij dagtee-
kent van 1707 en verklaart degenen, die be
paalde betaalde functies der kroon bekleeden,
onbevoegd in het Lagerhuis te zetelen zich
een boete van 30.000 p. st. op den hals te
hebben gehaald, n.l. 500 p. st. voor elken dag
van wetsschennis. Hij heeft negen voongan-
gers .die nog in leven zijn, o.a. Baldwin, en
met hun tienen hebben zij meer dan 300.000
p. st. boete opgeloopen, van welke zij worden
vrijgesteld door het ontwerp, dat aangenomen
werd.
DE GROOTE STRIJD
TER ONTWAPENINGSCONFERENTIE.
Ter ontwapeningsconferentie is nu, schrijft
de N. R. Crt., het geveoht om de kern van de
zaak in vollen gang. Niet dat daar reeds
drastische maatregelen, die de wereld van
deze conferentie verlangt, in overweging wor
den genomen; men bepaalt zich nog tot een
strijd om principieele grondslagen. Maar
juist de moeilijkheden op dat punt hebben de
toeschouwers somber gestemd ten opziehte
van de resultaten der conferentie.
Een buitengewoon luisterrijk gezelschap van
staatslieden is voor deze discussie nu te
Geneve bijeen. Stimson, MacDonald, Tardieu,
Bruning zijn er in hoogst eigen persoon. De
twee overblijvende Westersche groote mogend-
heden zijn er vertegenwoordigd door de con-
stante leiders van hun buitenlandsche politiek.
In hoever Litwinof beslissenden invloed heeft
op het buitenlandsch beleid der Sowjetunie
zullen slecht3 weinige, allerintiemst ingewy-
den in den kring die den top van de sowjat-
pyramide vormt, kunnen uitmaken. Van
Grandi wordt steeds duidelijker, dat hij in de
laatste jaren niet alleen maar de uitvoerder is
geweest van de opvattingen en bevelen van
Mussolini, doch dat hij wel terdege eigen rich
ting heeft gegeven aan het Internationale
beleid van zijn land.
Wanneer Mussolini in zijn onstuimige feest-
redevoeringen in Italie tegenover de buiten-
wereld een heel anderen toon aansloeg dan
Grandi te Geneve, te Londen en el4ers, dan
was dit niet een verdeeling van rollen ten
einde binnen- en buitenland met voordacht
naar hun uiteenloopende behoeften te bedienen,
maar kwam wel degelijk een verschil in op-
vatting tot uiting. Grandi heeft in de Italiaan-
sche politiek eenige jaren lang de positie in-
genomen, die Briand in Frankrijk had. Zijn
opvattingen waren veel pacifistischer en inter-
nationalistischer dan die van zijn minister-
president, maar deze was door de om'standig-
heden gedwongeil hem te laten beigaan. De
weinig harmonische duetten Poincar6Briand
vonden 'n parallel in de niet minder contrast-
rijke duetten MussoliniGrandi.
Zooals Briand in nederlaag en dood
het pleit gewonnen heeft doordat zijn oude
tegenstanders het verstandige en zelfs onver-
mijdelijke van zijn politiek moesten gaan er-
kennen, zoo heeft ook in Italie Grandi ge-
zegevierd. Mussolini sohroomt zich niet
tegenwoordig in gesprekken te zeggenGrandi
heeft het juist ingezien. En de schetterende
redevoeringen blijven nu uit.
Men ziet, het gezelschap van vertegen
woordigers vah groote mogendheden te
Geneve nu verzameld, ontbreekt het niet aan
g§zag. Slechts de Japanners hebben daar
menschen op verloren post opgesteld; de an
deren blijken het buitengewoon gewichtig te
vinden wat nu te Geneve gebeurt.
Gewichtig moet het wel zijn, omdat Tardieu
hals over kop erheen ging, na een blijkbaar
niet bijster geslaagd gesprek met MacDonald
te Parijs. Die haast was niet noodig om er de
collega's nog te treffen. Want het plan voor
een nieuw bezoek van Tardieu, dat reeds vast-
stond, was erop berekend om hem gelegen
heid te geven tot algemeene besprekingen met
de regeerders der wereld. Tardieu had een
zoo groote haast gekregen, omdat naar Fran-
schen smaak de dingen te Genfrve geen goeden
loop namen. In den str(jd om de beginselen,
die bij de beperking van bewapening moeten
worden toegepast, was Frankrijk bezig de
nederlaag te lijden.
Men weet, Frankrijk wil dat betere beves-
tiging van de veiligheid in Europa voorwaar-
de zij voor iedere beperking van beteekenis.
Geen besluit tot beperking, tenzij eerst na
een principieele erkenning dat het met ver-
hoogde onderlingen waarborgen moet gepaard
gaan.
Nu heeft de algemeene commissie echter
een resolutie aangenomen, waarin trapsge-
wijze beperking, met een krachtig begin, tot
beginsel verheven wordt zonder dat van be-
veiliging wordt gesproken. Men stond op het
pimt een tweede stap te doen: Het beginsel
te aanvaarden dat bepaalde, bijzonder gevaar-
lijke aanvalswapenen zooals bewegelijk zwaar
geschut en tanks verboden moeten worden.
Over het Fransche standpunt in dezen, dat
toevallig samenvalt met de belangen van een
Fransche militaire hegemonie op het vaste-
land van Europa, hebben wij hier kort geleden
nog geschreven. Wel had het Italiaansch-
Amerikaansche voorstel in de fluweelige han
den van Sir John Simon een vorm gekregen
die het zijn kracht voor een belangrijk ge-
deelte ontnam, maar men had zelfs met deze
verzwakte resolutie een richting ingeslagen,
die Parijs volstrekt niet beviel.
Wij zullen over dezen strijd, die nog in gang
is, voor het oogenblik niet veel zeggen maar
er ons dezen keer toe bepalen uit de gebeurte
nissen der laatste dagen een leering te trek
ken, die aandacht verdient. Frankrijk ziet zich
te Geneve met zijn eisch van verhoogde vei
ligheid als conditio sine qua non vrijwel ge-
isoleerd. Zelfs zijn trouwste volgelingen,
Polen en Tsjechoslowakije, vindt het niet op
zijn zijde. Slechts Titulesco heeft eenig ontzet
trachten te brengen, maar hij is zeer zeker
geen man die den Franschen eisch boven het
belang der ontwapening zal stellen.
Zoo sterk was de stroom te Geneve, dat de
behendige Paul Boncour niet meer heeft ver-
mocht ertegen stand te houden. In zijn be-
nardheid, bestookt als hij nu werd door alle
„grosse Tiere" der intemationale politiek,
heeft hij zijn eigen hoogen chef, den Achil-
leus in het kamp der Franschen, te hulp ge-
roepen. En deze is toegesneld om het „on-
heil" te stuiten.
Wij zien hoe sterk eensgezindheid te Geneve
zijn kan, zelfs tegen een mogendheid in schijn-
baar zoo onwrikbaar verschanste positie als
Frankrijk. Moge men met dit proefje van
solidair beleid zijn voordeel doen. Als men
maar durft dan kan men veel.
WAT HET FRANSCHE STANDPUNT
BETEEKENT.
De Franschen hebben schrijft de N. R.
Crt. voorloopig toch hun zin gekregen te
Geneve, en het Italiaansch-Amerikaansche
voorstel tot afschaffing van wapentuig dat bij
uitstek voor agressieve doeleinden bestemd is,
is tot nader order onschadelijk gemaakt. De
motie van Sir John Simon, waarvan de lezers
in ons ochtendblad den nauwkeurigen inhoud
hebben gelezen, is duidelijk in haar vaagheid:
zij laat alles in het midden.
Toch zal men te Geneve een oplossing voor
dit probleem moeten vinden die afwijkt van
de wijze, waarop de Franschen het wenschen
opgelost te zien. Anders zou de Volkenbond
gevaar loopen nog machteloozer te worden
dan hij op dit oogenblik reeds is. Immers,
Frankrijk wenscht, dat het gebruik van die
aggressieve wapenen ten nutte van een be
paalden staat wel verboden wordt, maar dat
zij die dergelijk wapentuig bezitten het mogen
behouden onder voorwaarde dat zij het slechts
bewaren ter beschikking van den Volkenbond.
Frankrijk meent, dat een dergelijke regeling
zou dienen tot verhooging van de veiligheid in
de wereld. Daartegen is echter heel wat in te
brengen. Wij twijfelen niet aan de goede be-
doelingen van Frankrijk; maar van Inter
nationale zoowel als nationale wetten moet
men eischen dat zij tegen ieder, zonder onder-
scheid des persoons kunnen gebruikt worden.
De regeling die Frankrijk voorstelt voldoet
niet aan dezen eisch; zij verdeelt de volken in
beveiligde en onbeveiligde naties.
Nu zou deze toestand niet verschillend zijn
van de politieke werkelijkheid van dit oogen
blik. Maar als men nu eenmaal het recht van
den sterkste wil afschaffen en een op Inter
nationale wetten berustende veiligheid invoe-
ren, dan moet dat ook inderdaad verandering
brengen in die politieke werkelijkheid. Anders
laat men het beter bij het oude. Dan make
men van de ontwapenings-conferentie zooveel
mogelijk een bezuinigingsconferentie zooals de
geslaagde vlootconferenties van Washington
en Londen zijn geweest. Ook dan kan zij nut
stichten. Maar men stake het schermen met
het veelbelovende woord „veiligheid voor
alien".
Op twee manieren falen de voorstellen der
Franschen, die veiligheid zouden scheppen.
Ten eerste zouden er twee klassen van naties
ontstaan; militair niet prima uitgeruste naties,
waartoe ook Duitschland behoort, tegen wie
altijd een actie ondemomen kon worden; en
militair sterk uitgeruste volken, tegen wie een
aotie onmogelijk is, omdat zij de middelen er-
voor zelf in bewaring hebben en tegen de op
hen uitgezonden politic van den Volkenbond
kunnen gebruiken.
Op die manier zou men, op grond van een
intemationale overeenkomst nogal liefst, dezen
toestand scheppen: Frankrijk ware volstrekt
veilig, en had ook niet meer het gevaar te
duchten dat een ander het op zij zou streven.
Frankrijk kon doen wat het wilde, en niemand
zou dat straff end kunnen beletten; het had
zijn veiligheid, maar voor zich alleen.
Na Frankrijk kwam dan op het vasteland
van Europa Italie. Voor de andere staten be-
stond er geen veiligheid tenzij Frankrijk hun
die schenken wilde. Want, volgens het Vol-
kenbondsverdrag is immers geen actie moge
lijk tenzij met goedkeuring van alle leden van
den Raad. Ieder permanent lid van dien Raad
heeft het ten alien tijde in zijn macht het
ontstaan van een wettige actie te beletten.
Daarmede komen wij op het tweede bezwaar
tegen het Fransche denkbeeld, waaraan nog
al te weinig aandacht is gewijd.
Alleen de beheerders van de eigenlijke
strrjdmiddelen van den Volkenbond zouden
over de geoefende manschappen beschikken
om die vemielingswerktuigen doeltreffend te
bedienen. Daarmede zou allicht tegen iedere
actie een belemmering ontstaan, waarvan wij
nu juist een heel duidelijk voorbeeld hebben
gezien.
Immers, den toestand dien wij te land vree-
zen bestaat feitelijk reeds ter zee. In geval
van een gewapende actie tegen Japgn zouden
Engeland en Amerika, vanwege hun bezit van
de daartoe noodige strijdmiddelen, voor de
anderen de kastanjes uit het vuur moeten
halen. Het is heel begrijpelijk dat zij daartoe
geen neiging gevoelen tenzij hun eigen belan
gen nog zoo in het gedrang zouden komen dat
zij er het offer voor moeten over hebben. Dan
gebeurt wat ook zonder Handvest van den
Volkenbond gebeurd zou zijn.
Voorloopig echter hebben wij gezien, dat die
twee zeemogendheden, en in het bijzonder En
geland, uit dien hoofd uitermate schuw zjjn
geweest voor het constateeren van Japansche
overtredingen. De Buitengewone Assemblee
heeft dat in bengaalsch licht gezet. Alle
mogendheden, die het risico niet te dragen
hadden, waren duidelijk in hun oordeel. Er
was een cummunis opinio. De groote zeemo
gendheden echter praatten keurig om de din
gen heen. Wij kunnen him daaruit moeilijk
een verwijt maken. Wij voelen tenvolle hun
tegenzin oorlog te gaan voeren voor de
anderen.
Ontstond echter een dergelijke gemonopili-
seerde positie op het vasteland van Europa,
waarbij een of twee mogendheden bij iedere
actie onmisbaar zouden worden, dan stond bij
een conflict een dergelijken toestand te vree-
zen. Italie b.v. tast Zwitserland, Oostenrijk
of Duitschland aan. Niemand behalve Frank
rijk heeft de middelen om Italie te bestrijden.
Maar Frankrijk heeft begrijpelijken schroom
en op dat oogenblik geen onmiddellijk vitaal
belang om het tegen het bijna in kracht ge-
lijke Italie op te nemen. Men kan het geval
ook omgekeerd stellen, maar wij nemen nu de
voor Frankrijk vriendelijkste veronderstelling.
Wat komt er dan van een actie? Frankrijk
weigert natuurlijk zijn hulp niet, het stemt op
altijd gemakkelijk vindbare gronden in den
Volkenbondsraad tegen de actie. Dan is ei
ther geen grooter veiligheid dan nu in Oost-
Azie.
Dat zou niet het geval zijn als niet een paar
groote mogendheden een zeer superieure be-
waipening ,,in bewaring" hadden. Dan waren
andere combinaties mogelijk om den aanvaller
te bedwingen.
Daarom zien wij in de Fransche denkbeel-
den niet een middel tot verhooging der alge
meene veiligheid maar alleen tot verhooging
van de Fransche veiligheid en tevens van de
Fransche hegemlonie op het vasteland van
Europa.
Dit mogen op zich zelf schoone doeleinden
zijn, zij liggen niet op den weg der ontwape
ningsconferentie.
DISTRICTS VERGADERING VAN DE BIJ
DEN SCHOOLRAAD AANGESLOTEN
SCHOLEN MET DEN BIJBEL.
In de societeit St. Joris te Middelburg werd
Vrijdagvoormiddag bovenstaande vergadering
gehouden van het 9de district van den School-
raad, omvattende geheel Zeeland.
De vergadering was druk bezocht.
Na gemeensohappelijk zingen van Ps. 68 10
werd de vergadering op de gebruikelijke wijze
geopend door den voorzitter Ds. Heij.
In zijn openingswoord herdacht hij het over-
lijden van Dr. J. Th. de Visser, die zooveel
voor het Christelijk onderwijs heeft gedaan.
Vervolgens wees hij op het blijvende doel
van het Chr. onderwijs, n.l. de zaligmakende
genade Gods door Jezus Christus.
Niettegenstaande den uiterlijken bloei van
het Chr. onderwijs, is er nog tegenstand en
blijft waakzaamheid gewenscht.
De jaarverslagen van den secretaris en van
den penningmeester werden goedgekeurd.
De aftredende bestuudsleden A. D. Littooy
te Middelburg en J. C. Ruitenbeek te Koude-
kerke werden herkozen.
In .de vacature ontstaan door het vertrek
van Ds. A. de Voogd naar Delft werd geko
zen Ds. P. J. F. van Voorst Vader te Middel
burg.
Daarna hield de heer S. van Harn te Spui
bij Ter Neuzen een rede over: „Het IX regi
ment". Geheel deze rede was een opwekking
tot meer activiteit voor het Christelijk onder
wijs ook in het negende regiment of district.
Spr. wees op het laatste jaarverslag van de
Unie van de Scholen met den Bijbel, dat klaagt
over verslapping, lauwheid, onverschilligheid,
enz. op het gebied van het Chr. onderwijs. Met
enthousiasme wilde de heer Van Harn zijn
hoorders opwekken het vaandel van het regi
ment hoog te houden.
Niet alleen de schoolbesturen, maar ook de
kerk, de jongelings- en meisjesvereenigingen,
de Chr. vakbeweging en de rijpende jeugd
moeten bidden en strijden voor Christelijk
onderwijs.
Bij de gedachtenwisseling over 't gespro-
kene wees de heer A. Janse van Biggekerke
er o.a. op, dat de spreker te veel oog heeft
gehad op de frontstrijders. Behalve deze zijn
er ook andere strijders, die het werk Gods
doen.
De voorzitter was het met den spreker niet
geheel eens, waar deze een propagandacom-
missie voor Zeeland in het leven wil roepen.
In de middagvergadering zou mr. H. Bijle-
veld, oud-mlnister spreken over: School en
Volkenbond.
KORT VERSLAG
van de vergadering van het Dagelijksch Bestuur
der Zeeuwsche Landbouw-Maatschappij
gehouden op Maandag 18 April 1932
te Middelburg.
Onder leiding van den Voorzitter, Mr. P. Die-
leman hield het Dagelijksch Bestuur der Zeeuw
sche Landbouw-Maatschappij zijne gewone maan-
delijksche vergadering te Middelburg.
Na opening der vergadering door den Voor
zitter, die de aanwezigen hartelijk welkom
heette, werden de notulen der vorige vergade
ring goedgekeurd en ongewijzigd vastgesteld.
Steun schapenhouderij. Instemming werd be-
tuigd met het rapport van onderzoek naar de
mogelijkheid van regeeringsmaatregelen ten be
hoeve van de schapenhouderij, uitgebracht door
den Secretaris der Nederlandsche Federatie tot
verbetering van den wolhandel.
Uiencontrole. Kennis werd genomen van de
besprekingen, die door eene commissie van land-
bouwers-uientelers uit Holland en Zeeland zijn
gehouden met de vergadering van Dagelijksche
Besturen der drie centrale landbouworganisaties
op 12 April j.l. inzake de bezwaren van den land-
bouw tegen de huidige regeling der uitvoercon-
trole van uien door het U. C. B.
Besloten werd de commissie krachtig te steu-
nen in hare pogingen tot het verkrijgen van een
eigen uitvoercontrole voor de landbouwuien en
bij het het K.N.L.C. nogmaals aan te dringen
de voorbereiding van een eigen uitvoercontrole
ter hand te nemen.
Steun veehouderij. Besloten werd nogmaals
aan te dringen op spoedige bekendmaking van
de maatregelen, die de Regeering zal uitvaardi-
gen tot steun aan de veehouders.
Steun tarweteelt. Besloten werd het K. N. L.
C. te verzoeken de pogingen tot het behouden
van een loonende karwijteelt krachtdadig te
steunen.
Steunverleening pluimveehouderij. Kennis werd
genomen van het rapport betreffende de beste
wijze van steunverleening aan de pluimveehou
derij dat door het Bestuur der Nederlandsche
Pluimveefederatie ter kennis van den Minister
van Binnenlandsche Zaken en landbouw werd
gebracht. De catastrophale prijsdaling der eieren
maakt een spoedige steunverleening aan de
pluimveeh'ouders alleszins wenschelijk.
Export van schapen naar Frankrijk. Ingeko-
men was een schrrjven van het K. N. L. C. te
willen mededeelen of in onze provincie klachten
voorkomen over de handelwijze van exporteurs,
die schapen naar Frankrijk uitvoeren, waardoor
de belangen der landbouwers worden geschaad.
Besloten werd te berichten, dat ons geen klach
ten zijn ter oore gekomen.
Vacature Voorzitter Werktuigencommissie.
Besloten werd naar aanleiding van de ontstane
vacature van Voorzitter der Werktuigencommis
sie, deze commissie te verzoeken een voordracht
ter benoeming van een nieuw lid der commissie
te willen indienen.
Mechanische lossing van kunstmeststoffen.
Van de Kring Tholen en St. Philipsland was een
schrijven ingekomen Gedeputeerde Staten te ver
zoeken de besluiten van verschiliende gemeen-
ten in Tholen en St. Philipsland, waarbij verbo
den wordt kunstmeststoffen automatisch te los-
sen, niet goed te keuren. Uit verkregen inlich-
tingen bleek, dat aan deze aangelegenheid reeds
de gewenschte aandacht is geschonken.
Landbouwhuishoudonderwijs. Aan mej. P. M.
Leenhouts werd op haar verzoek eervol ontslag
verleend wegens huwelijk, als leerares aan de
landbouwhuishoudschool te Zierikzee. Teneinde
de lessen aan de school niet te onderbreken, wor
den deze tijdelijk waargenomen door mej. J.
Koine te Goes, tot een nieuwe leerares zal zijn
benoemd. Ter vervulling der vacature is een op-
roeping geplaatst. Kennis werd genomen van de
mededeeling dat een viertal personen zich bereid
hebben verklaard in de Commissie van Beroep
voor het Landbouwhuishoudonderwijs zitting te
nemen, t.w. Mevrouw A. CleveringaJensema te
Zutfen en de heeren A, I. Leenhouts te Retran-
chement, J. H. W. Robers te Elsmaat, Lonneker
en Dr. K. H. M. van der Zande te Bennekom.
Naar aanleiding van het verzoek van het
Bureau van het K. N. L. C. te willen nagaan of
de moeilijkheden bij het Landbouwhuishoud
onderwijs en wel in het bijzonder t. a. v. de wette-
lijke bepalingen en de administratieve regelen
ook in onze provincie worden ondervonden. kon
de vergadering zich in hoofdzaak vereenigen met
het rapport dat aangaande deze kwestie is uit
gebracht door de Commissie inzake moeilijk
heden bij het Landbouwhuishoudonderwijs.
Ontwikkelingsdag. Medegedeeld werd dat de
commissie voor het voorbereiden van den Ont
wikkelingsdag heeft besloten dit jaar de Ontwik
kelingsdag te houden op 7 Mei a.s. te Middelburg.
Een 4-tal sprekers zijn verzocht verschiliende
onderwerpen in te leiden.
Sociale lasten. Kennis werd genomen van een-
verzoek door den Katholieken Nederlandschen
Boeren- en Tuindersbond en het Koninklijk Ne
derlandsche Landbouw-Comite gericht tot den
Minister van Binnenlandsche Zaken en Land
bouw te willen overwegen of er geen aanleiding
bestaat om de gedragslijn, welke t. a. v. de be
taling der sociale lasten is gevolgd bjj het Zee-
visschersbedrijf (bij de regeling der premiebeta-
ling zooals die bij de Zeeongevallenwet is gere-
geld wordt door het Rijk een gedeelte van de
lasten voor zijn rekening genomen) ook, zij het
dan tijdelijk, ten aanzien van het onbeschutte
landbouwbedrijf toe te passen. r*
Melkwinning en Keuringsdienst. In verband
met een vraag van het K. N. L. C. werd besloten
mede te deelen dat de verhouding tusschen Keu
ringsdienst van Waren en landbouworganisatie
in onze provincie ten aanzien van de melkwin
ning tot geen bijzondere opmerkingen aanleiding
geeft.
Hoofdbestuurs- en Algesmeene Vergadering.
De Hoofdbestuurs- en Algemeene Vergadering
zullen resp. 21 en 22 Juni 1932 te Tholen worden
gehouden.
Als spreker zal worden uitgenoodigd de heer
H. D. Louwes, Voorzitter van de Groninger
Maatschappij van Landbouw.
Invoer Deensche varkens. Ingekomen was een
verzoek van den heer C. Ziwagerman, Rijksvee-
teeltconsulent te Middelburg, een lid der Z. L. M.
aan te wijzen, die de besprekingen kan meema-
ken betreffende de regeling van de invoer van
Deensche varkens.
Besloten werd den heer H. C. v. d. Zande te
Nieuwerkerk af te vaardigen.
Bedrijfslaboratorium voor Grondonderzoek.
Besloten werd als lid toe te treden tot de Vereeni-
ging tot exploitatie van „het Bedrijfslaborato
rium voor Grondonderzoek te Groningen.
Toekenning Tweede Broekema-plaquette. Van
de mededeelingen dat de Regenten van het
Broekemafonds te Wageningen hebben besloten
de Tweede Broekema-plaquette toe te kennen
aan den heer H. W. Kuhn te Naarden als grond-
vester van de wetenschappelijke suikerbieten-
veredeling in Nederland, werd kennis genomen.
Nadat door den Secretaris nog eenige mede
deelingen werden verstrekt over de ontworpen
plannen om tot een credietverleening voor het
landbouwbedrijf te komen en de stand van zaken
met betrekking tot de uitvoercontrole op poot-
goed en nog enkele huishoudelijke zaken waren
behandeld, werd de vergadering door den Voor
zitter met dank aan de aanwezigen gesloten.