ALGEMEEN NIEUWS- EN APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
EEN DAG RID DER
Eerste Blad.
^Aspirin de wereld
No 8825
MAANDAG 18 APRIL 1932
72e Jaargang.
RAADSVERGADERING
BINNENLAN D
FKTJILLET0N.
BUITENLAND
GENTSCHE AUT0SCH00L
Uw CORSETS
U niest,
krijgt rilllngen,
U bent verkouden.
NEUZENSCHE
ABONNEMENTSPRIJS: Binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Buiten Ter Neuzen
fr per post /1,80 per 3 maanden Bij voor uitbetallng fr. per post /6,60 per jaar
Voor Belgie en Amerika f 2,25, overige lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bjj vooruitbetaling.
Uitgeefster: Flrma P. J. VAN DE SANDE.
GIBO 38150 TEUGFOON No. 25.
ADVERTENTIeN: Van 1 tot 4 regels 0,80 Voor elken regel meer 0,20,
Grootere letters en cliches worden naar plaatsrulmte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tanef, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar Is. Inzending van advertentien liefst G6n dag voor de ultgave.
nir BI.AI) VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND,
De Burgemeester van TER NEUZEN maakt
bekend, dat een openbare vergadering van den
gemeenteraad is belegd op Donderdag 1 April
1932, des nam. 2 uur.
Ter Neuzen, den 15 April 1932.
De Burgemeester voomoemd,
J. HUIZINGA.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN brengen ter openbare kennis, inge-
volge artikel 16, eerste lid der Drankwet, dat
bij ben is ingekomen een verzoek om een
tap-vergunning van:
a. KRINA KUIJK, van beroep hotelhoud-
ster, wonende te Ter Neuzen, voor de
benedenlokaliteit van het perceel plaat-
selijk gemerkt 18 en gelegen aan de West-
kolkstraat te Ter Neuzen;
b. CORNELIS JOSEPHUS VAN DINTE-
REN, van beroep schipper, wonende te
Ter Neuzen, voor de benedenlokaliteit van
het perceel plaatselijk gemerkt 101 en
gelegen aan de Nieuwediepstraat te Ter
Neuzen.
Binnen twee weken nadat deze bekend-
making is geschied, kan ieder tegen het ver-
leenen van deze vergumningen bezwaren m-
dienen bij Burgemeester en Wethouders.
Ter Neuzen, den 18 April 1932.
Burgemeester en Wethouders voomoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVULLE, Secretaris.
Spreker neemt het tweede amendement-
Goseling over.
Het amendement-Beumer met het overge-
nomen subamendement-Goseling wordt ver-
worpeh met 57 tegen 17 stemmen.
Over het wetsontwerp wordt a.s. Dinsdag
gestemd.
Aan de orde is de motie-Knottenbelt tot het
nemen van tijdelijke maatregelen tot ophef-
fing van de belemmeringen, welke tal van
burgerrechtelijke overeenkomsten vormen om
te komen tot een spoedige verlaging van de
productiekosten en de kosten van levens-
onderhoud.
CREDIETVERLEENING VAN RIJKSWEGE
VOOR WONINGBOUW.
Op de vragen van het Tweede-Kamerlid
Hiemstra, betreffende een van Regeerings-
wege in voorbereiding zijnd plan tot crediet-
verleening voor woningbouw, heeft de Minis
ter van Biimenlandsehe Zaken en Landbouw
geantwoord, dat de voorbereiding nog niet is
beeindigd; zij wordt met den grootsten spoed,
dien de omstandigheden toelaten, voortgezet.
Wanneer de voorbereiding zal zijn beeindigd,
zal van het plan mededeeling worden gedaan.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Vrijdag.
Voortgezet wordt de behandeling van het
wetsontwerpEbels. De beer Beumer ver-
dedigt een tweetal amendementen op art. 18.
Een er van strekt om de wet toepasselijk te
doen zijn niet 1 November 1931, gelijk is voor-
gesteld, doch op 12 Februari 1932 (datum van
indiening van het wetsvoorstel).
De heer De Boer is bier in het belang de:'
pachters tegen, evenals de heer Van Voorst
tot Voorst, terwijl de heer Goseling het amen-
dement steunt.
De heer Ebels verklaart dat het amende
ment ongelijkheid tegen de pachters schept.
Minister Donner is van oordeel dat het
wetsvoorstel te ver gaat.
Na repliek neemt de heer Ebels het amen-
dement over.
De heer Beumer verdedigt een amendement
om de wet te doen vervallen 1 Januari 1936,
als ze niet reeds eerder is ingetrokken.
De heer Goseling stelt een sub-amendement
voor om hieraan toe te voegen: „met dien
verstande dat ze van toepassing blijft met
betrekking tot verzoeken." Voorts stelt spre
ker in een amendement een overgangsregeling
bij het vervallen der wet voor.
De heer Van der Sluis bestrijdt het amen
dement Beumer, waama de heer Heemskerk
het steunt. Hij heeft bezwaar tegen het twee
de amendement-Goseling.
De heer Oud acht het beter geen bepaal-
den datum voor het vervallen der wet te
noexnen.
door
K. R. G. BROWNE.
DRAMA EN IKOME TE GENfeVE.
Na het „grand spectacle" van de, in haar
opzet fantastische en met ongewonen luister
mislukte Donauconferentie te Londen, heeft
men, schrijft de N. R. Crt., nu te Geneve kun-
nen genieten van het nuchtere en ontnuchte-
rende naspel, dat niet gelukken of mislukken
kon, omdat het als nare realiteit in zich zelf
hestaat, en slechts feiten te constateeren geeft.
Venizelos, de modeme Odysseus, heeft de
groote heeren te GenSve het voorrecht niet ge-
gund hun hulpeloosheid achter de gesloten
deuren van een geheime zitting te verbergen.
Men heeft de pijnlijke aangelegenheden van
de meer of minder insolvente Donau- en Bal-
kanstaten ten overstaan van het publiek moe-
ten behandelen.
Dat ging nu anders toe dan te Londen, waar
eenige groote heeren een hoog-politiek spel
speelden; waarbij h\ih eigen positie en belan-
gen veel zwaarder wogen dan lot en gevoelens
der noodlijdende staten. Te Geneve kwam door
haar zorgvuldig verzamelde gegevens een
commissie aan het woord, die den toestand in
de betrokken landen niet met de fantasie en
de hijgedachten van den staatsman, maar met
de zakelijke nauwkeurigheid van den accoun
tant heeft onderzocht. Haar resultaten waren
duidelijk.
Oostenrijk, Hongarije en ook Bulgarije, vaste
gedwee en sceptisch geworden klanten van de
hulpverschaffing van Geneve, waren allicht
bereid geweest zich in een discrete behande
ling te schikken. Zij hadden alien een morato
rium noodig, zoo mogelijk leeningen en zij zijn
eraan gewend de goede raadgevingen, waar-
mede deze gunsten geheel of gedeeltelijk wor
den verstrekt, op den koop toe te nemen. Ve
nizelos echter voelde nog den onstuimigen en
optimistischen drang, zijn noodkreten naar
buiten te laten hooren. Hij was niet bereid,
genoegen te nemen met welwillenden raad
die niet met stevige hulp gepaard ging. In
ieder geval moest de wereld weten dat Ge
neve met die raadgevingen van zijn taak
tegenover Griekenland nog niet af was. Met
jeugdig vuur beijverde deze oude Griek zich
nog, waar zelfs de onstuimige en soms des
perate Hongaren bedaardheid en geduld heh-
ben geleerd.
Venizelos hield de heeren dan voor, dat de
onvoldoende middelen, die men Griekenland
ter beschikking wilde stellen, door een toe-
gift van raad nog niet voldoende werden ge-
78) (Slot.)
,,En Chelsea en de Munt en noa zoo
veel meer. Ben jij wel eens in den Tower
geweest?"
„Neen".
„Dan wordt het tijd, zeg, dat je er heen
gaat. Ga dan maar met mij. De tijd
heugt me niet, dat wij samen ergens naar-
toe geweest zijn. O, ja, dat is waar ook.
We moeten de Wonder nog opschom-
melen. Ze zal nog wel op dezelfde
plaats staan, waar we d'r achtergelaten
hebben, want ze is niet van de soort, die
gestolen wordt. Als we iemand kunnen
vinden, die haar weer aan den gang kan
krijgen, mag ik jou en Lady Jane dan gratis
meerijden naar Londen aanbieden? Ik kan
niet garandeeren dat we er komen, maar
we zullen onze best doen".
Jane aarzelde, doch die aarzeling duur-
de maar kort. Het was moeilijk uit te
maken, of die paar oogenblikken onzeker-
heid aan haar ondervinding van des Won
ders onbetrouwbaarheid toegeschreven
moesten worden of aan andere prive over-
wegingen.
„Graag, Peter", zei ze dan. „Dat is
leuk van je bedacht.
Weer ontstond er een stilte.
„Zeg, Jane", vroeg Peter oneens, „zie
ik emit als een man met een stil verdriet?
Zou je denken, als je mij zag, dat zorg.
maakt. Het moratorium moest vijf maal zoo
lang en de leening vijf maal zoo groot zijn,
wilde Griekenland werkelijk geholpen zijn,
zoo betoogde hij. Ver er deed hij de onbe-
schroomde mededeeling, dat, nu de Volken-
bondsraad de beslissing tot Mei uitstelde,
Griekenland zich reeds p 1 Mei in de nood-
zakelijkheid zou bevinuen zijn verplichtingen
tegenover het buitenland te verzaken.
Het was een tragische bijzonderheid, dat
het juist de Duitsche vertegenwoordiger van
den Volkenbondsraad moest zijn, die Venize
los moest wijzen op het bedenkelrjke van een
dejrgelijike houding, Wrj zijn overtuigd dat Dr.
Kempner zijn taak met de, in zijn lichtelijk
satyrische positie geeischte hescheidenheid
heeft vervuld.
Welk een ironie ligt er in al deze dingen.
De mogendheden troffen het wel heel onge-
lukklg maar het was van algemeen stand-
punt beschouwd julst goed dat zjj nu met
een „enfant terrible" als Venizelos te doen
hadden. Want met al zrjn welsprekendheid
wierp deze hun het spel van wantrouwen,
waarop wij deze week reeds gewezen hebben,
voor de voeten. De staten van Oost-Europa
dreven zij daarmede in den afgrond, zoo be
toogde hij. Zij konden Oost-Europa redden,
maar daarvoor moesten zij dan ook zelf tot
inzicht en inkeer komen.
Hoe juist, maar ook tegelijkertijd hoe
wreed was dit opgemerkt!
Arme Paul Boncour, die op het beroep van
den welsprekenden Griek moest antwoorden.
De steun en de medewerking van de kleinere
staten is, zoo zeide hij, noodig om de groote
mogendheden in staat te stellen tot hetgeen
Venizelos van hun vroeg.
Het ware nuttig geweest als Paul Boncour
deze wijsheid gepredikt had voor de dwaas op-
gezette conferentie van Londen anderhalve
week geleden begon.
Wij vermoeden wij hopen zelfs dat er
vele gebogen hoofden rondom de raadstafel
waar te nemen waren, terwijl Venizelos het
woord voerde.
Men beleefde daar het schouwspel dat
slechts de vertegenwoordiger van een insol
vent land met opgeheven hoofde spreken kon.
NA DE ONTBINDING VAN HET
BRTJINE LEGER.
De onthinding var de stormafdeelingen,
voor zoover zij reeds heeft plaats gehad, is
schrijft de N. R. Crt. totnogtoe uiterst
kalm in haar werk gegaan. Men zou niet
zonder aanleiding kunnen beweren, dat Hitler
zelf het gebeurde waardiger heeft opgenomen
dan zijn goede buur Hugenberg, die er met
een heftige proclomatie op heeft geantwoord.
Koestert Hitler misschien hoop dat in het ge
val lang geen slechte verkiezingspropaganda
steekt? Dat is natuurlijk een mogelijkheid.
Men weet dat de vervolging der socialisten
onder Bismarck hun ondergrondschen groei
eer bevorderd dan benadeeld heeft. Hitler is
in de gelukkige omstandigheid, dat hij aan
een „vervolging" bloot staat terwijl hij toch
in het mlnst niet gekortwiekt wordt in zijn
verkiezingspropaganda. Dat was indertijd
Komaan, Hollandsche
Dames-clienten, bestel met
Uw eerste bezoek te Gent
in het Huis JULIENNE
SCHELFHOUT, Brabant-
dam 6, Dampoortstr. 25.
Daar kunt ge Uwe Maat-
corsets tegelijkertijd aan-
passen.
De nieuwste schoonste
Parijzer modellen aan ge-
ringe prijzen.
(Ingez. Med.)
als een worm in een rozeknop, zich aan
het perzikachtig dons van mijn wangen te
goed doet?"
„Neen", gaf Jane beslist ten antwoord.
„En toch is't zoo. Iedere andere jonge
dame, die ik bij het plegen van diefstal of
zoo geholpen heb, heeft me tot dusver
altijd op de een of andere manier beloond.
Of 't was een paar schuchtere woorden
van dank, of een shilling, die handig in de
palm van mijn vereelten knuist gedrukt
werd, of een roos uit haar ceintuur of zoo
iets dergelijks. Jij bent de eenige, die ge-
probeerd hebt om het me door mijn neus
te boren".
Het aantrekkelijke gezichtje van Jane
vertoonde een uitdrukking van volkomen
de-kluts-kwijt zijn.
„Als ik je vanmorgen niet op „Sonne-
hoeck" gesnapt had", ging Peter voort,
„zou je zonder taal of teeken van het too-
neel verdwenen zijn. Dat noem ik niet
lief en niet heelemaal eerlijk. Hoe zou ik
je zoo mijn rekening hebben kunnen pre-
senteeren? Als dat niet iemand zijn be-
looning door den neus boren is
,,Maar dat zou ik niet gedaan hebben",
viel Jane hem vlug in de rede. „Ik..ik
toen jij binnenkwam, zat ik een briefje te
schrijven. Dat hadikwillenachterlaten
,,Een briefje? Laat zien".
,,Dat kan ik niet. Ik heb 't verscheurd.
't Was niet meer noodig."
,,Wat stond erin?" vroeg Peter, nieuws-
gieriger, dan onder de gegeven omstan
digheden gewoon was.
,0, een paar vriendelijke woorden van
dank", zei Jane met een onverschillig ge-
zicht. „En het adres van Terry om ie
in staat te stellen, je quitantie te presen-
teeren, begriip je?"
Bij die woorden sneed een breede, ge-
begint het.
Neemt direct bij de eerste verschijn-
selen Aspirin-Tabletten, welke erger
voorkomen en de pijnen verdrijven.
op d«n orenjeband. Prijs 75 e+s.
met de socialisten, die desniettemin gedijden,
heel anders. Als dus het ,,martelaarschap"
baten meebrengt, dan is Hitler wel in bijzon-
der gunstige omstandigheden; hij heeft er
dan alle voordeelen en geen enkel nadeel van.
Er is echter -een andere mogelijkheid; Dat
in deze periode, waarin het Duitsche volk
naar gezag snakt, en waarin zelfs de groei
der extreme partijen, van communisten zoo-
wel als van fascisten, een uiting is van die
behoefte aan gezag, de krachtige daad van
de regeering heel wat verdoolde schapen hun
vertrouwen in het bewind weer zal terug-
geven. Wij zijn buiten staat eenig vermoeden
te wagen omtrent de richting waarin de uit-
werking van het verbod zich zal doen gevoe-
len. Maar, zooals gezegd, Hitler zelf schijnt
in dat opzicht vrij optimistisch te zijn; en wij
zouden niet durven zeggen, dat hij daartoe
geen recht heeft.
Een buitenkansje is het gebeurde in ieder
geval voor de socialisten, wier meegaandheid
tegenover het „systeem" van Briining en Hin-
denburg nu tegenover de volgelingen een ecla-
tante rechtvaardiging heeft gevonden. Het
zal hun positie tegenover de twee radicale
groepen die aan hun linkerzijde knabbelen,
versterken. Het is dus volkomen begrijpelijk
dat men nu aan rechtsradicale zrjde beweert
dat Briining den maatregel als belooning
voor den trouw der socialisten, hun ten plei-
ziere, genomen heeft. Even voor de hand
ligt de door Hitler geopperde veronderstelling,
dat Briining daardoor probeert bij de Fran-
schen in het gevlei te komen, om dan een
betere positie te hebben bij de komende oncjer-
handelingen. Ieder voor de hand liggend ver
moeden hoeft daarom niet juist te zijn. Wij
gelooven dan ook niet aan deze verklaringen.
Het was meer dan tijd dat de regeering dit
besluit nam. Iedere gedachte aan eenig ge-
kwansel is overbodig, omdat het gebeurde
eens moest geschieden wanneer de regeering
zich en het Rijk tegen avontuurlijke onder-
nemingen wilde trachten te beveiligen.
In een gesprek met een Engelsch journa
list heeft Hitler gezegd: Met 400.000 man
worden mijn stormafdeelingen onderdrukt,
met 600.000 man zullen zij weer te voorschijn
komen. Dat een gedeel-te van zrjn manschap-
pen bij de communisten onderdak zou zoeken,
achtte hij onmogelijk. Wie eenmaal nationaal
socialist is geweest, gaat niet meer ergens an
ders heen, zoo meende hij. Hier is zijn op-
timisme echter in strijd met bekende feiten.
In dit gesprek decide hij verder nog iets
mede dat verdient te worden opgemerkt: Van
zijn 400.000 man waren 300.000 werkloozen,
zoo vertelde hij. Als dit juist is en wij zien
geen reden om eraan te twijfelen dan wijst
dit op een zeer belangwekkenden maar niet
verrassenden samenhang. Hij meende dat die
werkloozen nu, door de onderdrukking van de
stormafdeelingen, in een staat van radeloos-
heid zouden geraken. Dit doet van zelf
de vraag opkomen, of het lidmaatschap van
die stormafdeelingen dan nog eenige inkom-
sten schiep. Kreeg het bruine leger soldij?
En zoo ja, waar kwam het geld daarvoor van-
daan?
lukkige grijns het gezioht van Mr. P. Q.
Cardinal bijna in tweeen. Hij zuchtte,
een langen, hoorbaren zucht van tevreden-
heid.
„Dan is het goed", zei hij.
Hierop volgde de zooveelste stilte. Dan:
„Heb je er wel eens over nagedacht
begon Peter opnieuw op droomerigen
toon, ,,wat merkwaardig het is, dat alle
werkelijk groote ontdekkingen zoo, boem,
ineetis gedaan worden? Neem den man
van de stoommachine bijvoorbeeld, die is
op de gedachte gekomen, doordat-ie zich
brandde of zoo aan een ketel kokend.
water. Zoo! boem! ineens! begrijp je".
,,Nee, ik begrijp het niet heelemaal..
wat je ermee wil zeggen, tenminste niet",
gaf Jane beleefd ten antwoord.
Wel, neem bijvoorbeeld ons. Gisteren
om dezen tijd wisten we nog niet, niet van
elkaar, bedoel ik, dat we bestonden. En
nu wel. Eigenaardig, niet!"
,,0. je bedoelt, dat het al zoo lang
lijkt..."
„Ja, onder anderen. Zeker, dat bedoel
ik ook. Ik voel me, of ik je al vijf en
twintig jaar gekend heb. Herinner je je
nog dien regenachtigen middag, toen we
in de kinderkamer aan het spelen waren
en ik je die pennv gaf en jij me beloof-
de c
„Ik dacht, dat jij me een verhaaltje zou
vertellen", zei Jane verwijtend.
„0, als je daarop staat. Vooruit dan
maar. 't Sprookje van A. en B."
,,Ik geloof niet, dat ik dat ken"
Jane voorzichtig.
,,Des te beter. Wat zou je eraan heb
ben, als je 't kende en ik zou 't je gaan
vertellen? 't Is een waar sprookje. En
tegelijk een puzzle, die opgelost moet
worden: Wat moet A. doen? Ik ben
zei
benieuwd wat jij ervan vindt, t betreft,
namelijk een intiemen vriend van me. We
zullen hem A. noemen".
,,Ja vooruit maar", zei Jane bemoedi-
gend.
,,Kijk, de zaak staat zoo", begon Peter
met zijn oogen in een droomerig staren op
het wazige verschiet. ,,Ik ken A. al jaren
en ik mag hem wel, ben nogal aan hem
gehecht, moet je weten. Hij is wat je
noemt een nette kerel niet bepaald in
telligent, maar van de soort, dat goed is
voor dieren en geregeld zijn hals wascht,
enzoovoort, enzoovoort. Nu die A. ont-
moet op zekeren dag een meisje.
,,0, jee zei Jane.
,,Neen, niet zoo'n meisje. Een behoor-
lijk meisje met een hoop goeie hoedanig-
heden en een echt leuk snuitje. We zullen
haar B. noemen. De ontmoeting was heel
toevallig allerlei omstandigheden,
waaraan A. niets kon doen. En na afloop
was hij daar wat blij over, begrijp je
want B. is een bijzonder meisje..., be-
grijp je
Hij zweeg.
,,Ga voort," verzocht Jane.
,,Dat is alles, voor het oogenblik ten
minste. En daarover moet ik je raad heb
ben. Wat moet A. doen
Jane keek hem tersluiks aan, maar Peter
zat de punt van zijn schoenen te bewon-
deren.
,,Ik begrijp je niet heelemaal," zei ze.
,,Het gaat er toch om, wat A. w i 1 doen."
Natuurlijk. O, ik heb 't voornaamste
vergeten. A. is een doodgewone jonge
man, begrijp je, geen geld en niet bijzon
der ontwikkeld en zoo. Van t soort, dat
je maar voor het opscheppen hebt. En B.
is een heel bijzonder meisje. Van adel en
zoo. En nu is de quaestie deze: B. heef'
Het is een vraag die men niet onredelijlc
kan noemen. De nazi's hebben voortdurend
over raadselachtige rijke bronnen van inkom-
sten beschikt. Zou blijken dat hun leger be-
taald werd, dan zou niet een nieuw raadsel
ontstaan, maar zou slechts een bekend raad-
sel nog weer in omvang toenemen.
De vele huiszoekingen kunnen natuurlijk.
heel wat aan het licht brengen omtrent de
financieele betrekkingen tusschen het bruine
leger en zijn leden. Maar het is zeer wei
mogelijk dat ook de overheid niet gul zal zijii
met haar onthullingen op dit punt. Want de
financien der geheime en particuliere legers
in Duitschland hebben van den beginne af een.
gebied gevormd, waarop niemand gaame eett
zoeklicht gericht zag.
Geruchtmakende processen te Leipzig hod
den schaduwen over dit onderwerp hangende..
die onzen Berlijnschen correspondent dezer
dagen van een stille censuur deden spreken.
Een stille maar krachtige censuur!
TER NEUZEN, 18 April 1932-
GEMEENTERAAD.
In de op Donderdag 21 April, des nam. 2
uur, te houden openbare vergadering van dec.
gemeenteraad alhier komen de volgende pun-
ten in behandeling:
1. Ingekomen stukken.
2. Voorstel van Burg, en Weth. can aTw(j—
king te verleenen van art. 10 der bouw-
verordening aan P. d'Hont, A. L B-
Schirris en J. Meeusen alien alhier.
3. Idem om het smalle gedeelte der Noord-
straat te sluiten op Woensdagmiddag
en Zaterdag- en Zondagavond, voor het
verkeer met motorrijtuigen en rijwielem
in beide richtingen.
4. Idem om den tijdelijke gemeente-werk-
man C. Meeusen voor vast aan ta
stellen.
5. Idem tot intrekking van de vastgestel-
de verordening ex artikel 208 der ge—
meentewet en tot opnieuw vaststelling
daarvan in gewijzigden vorm.
6. Idem tot verlaging der erfpachtscanon
van de in erfpacht uitgegeven gronden,,
waarop de 34 arbeiderswoningen en de
12 middenstandswoningen zijn getxmwd.
7. Idem tot wijziging der rente bedragen,
genoemd in de rekening-courant-over-
eenkomst welke met de Cooperatiesve.
Boerenleenbank alhier is afgesloten.
8. Idem om gedurende 40. jaren eene jaar-
lijksche bijdrage van 575 uit de ge-
bekend om haar degelijk onderricht in korten
tijd voor ingewijden en beginnel. Lange Meire
2 (Kouter), Gent. Lessen op den auto zett.
(Ingez. Med.ji
A. pas een een uur of twintig meegfe-
maakt en dat was feitelijk, omdat t. niet
anders kon, zie-je. En nu denkt A. dat B.
nu't niet meer noodig is, de kennismaking
liever niet wil voortzetten. Is. dat dui
delijk
Hij keek Jane aan. Jane zat achterover
tegen de leuning van de bank een statig
voorbijglijdende wolk te bewonderen,
Toen ze zijn oogen voelde, zei ze lang-
zaam:
„Ik vind, dat A. geen hoogen dunk van
zichzelf heeft, als hij dat niet durft ris-
keeren."
,,Ja, maar de quaestie is, A. is niet 't
soort jonge man, dat je gewoon kunt
k e n n e n, zie-je. Ik bedoel, dat er alle-
kans bestaat, dat hij vandaag of morgeu
zijn hoofd kwijt raakt en zich dan met
dingen zal gaan bemoeien, die hem niet
aangaan... B.'s toekomst bijvoorbeeld.
Dus eigenlijk moet B. 't riskeeren, zie-je."
Hier ontstond er een stilte. Jane zat
haar wolk te bestaren of 't een buitenge-
woon interessant natuurverschijnsel was.
Maar na een poosje keek ze opeens Refer
aan en kwam tot de ontdekking, dat Peter
haar op een eigenaardige manier zat aan
te kijken. En onder het kijken veranderde
de uitdrukking van Peter's gezicht. Zijn
gewone air van luchthartiae bonhommie
gleed van hem af: hij schoof iets dicbter
naar haar toe, haalde diep adem en vroeg
met een lage, benepen stem:
„Nu
Een paar oogenblikken lang, oogenblilc-
ken, gedurende welke het heelal zijn adem
inhield, keek Jane hem recht in de oogen.
Dan:
,,Ik geloof, dat B. het wel durft riskee
ren, A.", zei ze dan heel gewoon.