ALGEMEEN NIEUWS- F.N ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
EEN DAG RIDDER
a
ASPIRIN
No. 8819
MAANDAG 4 APRIL 1932
72e Jaargang.
BINNENLAND
FBUILLET0N,
BFITENLANjD
De onderhandelingen
Belgie.
met
Uw CORSETS
Tegen
e e nig op
de wereld
TER NEUZENSCHE COURANT
MSON3NKMENTSPRIJS: Birnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden - Buiten Ter Neuzen
fr per port 1,80 per 3 maanden - Bij voor uitbetaling fr. per post /6,60 per jaar -
Voor Belgie en Amerika 2,25, overlge lan den 2,60 per 3 maanden fr. per post
Abonnementen voor het buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Tjitgeefster: Finna P. J. VAN DE SANDE. GIRO 38150 - TELEFOON No. 25.
ADVERTENTIeNVan 1 tot 4 regels /0,80 Voor elken regel meer f 0,20.
Grootere letters en cliches worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwelk op aanvraag
verkrijgbaar Is. Inzendlng van advertentien liefst een dag voor de ultgave.
DIT BLAD VERSCHIJNT IEDEREN MAANDAG-, WOENSDAG- en VRIJDAGAVOND.
BETEUGELING VAN HEX CADEAU-
STELSEL.
Het nationaal comity tot beteugeling van
het cadeaustelsel meldt:
Zooals bekend, werd in Duitschland reeds
z.g. „afweerkoffde" in vele porcelein- en aarde-
werkzaken verkocht als een weermiddel tegen
de „koffie met cadeaux".
Naar vemomen wordt, overweegt men thans
hier te lande, in navolging daarvan, in de
kringen van belanghebbenden in de porcelein-
en aardwerkindustrie en -handel de oprich-
ting van een vennootschap, teneinde de por
celein- en aardwerkzaken in staat te stellen,
tegen kostprijs koffie aan de clientele te ver-
koopen.
Nog hebben enkele vooraanstaanden in die
kringen dezen stap voor het oogenblik weten
te voorkomen, omdat men hoopt, dat er spoe-
dig een wettelijke regeling van het cadeau
stelsel zal komen.
DE GEMEENTE WASPIK IN FINAN-
CIEELE MOEILIJKHEDEN.
In de Vrijdag gehouden vergadering van
den gemeenteraad van Waspik (N.-Br.) heeft
de voorzitter meegedeeld, dat de gemeente
niet meer over de noodige kasmiddelen be-
schikt om aan de gemeente-ambtenaren hun
salaris uit te betalen. Voor steunverleening
Is binnenkort ook geen geld meer beschik-
baar; er zullen bons worden verstrekt, waarop
de menschen levensmiddelen kunnen ver-
krqgen.
De raad heeft besloten de opcenten op de
gemeentefondsbelasting op 100 te brengen en
die op de personeelo belasting op 200.
A. C. A. VAN VUUREN. f
Te 's-Gravenhage is op 67-jarigen leeftijd
overleden de heer A. C. A. van Vuuren, lid
van de Tweede Kamer en oud-wethouder van
's-Giravenhage. Na zijn opleiding te hebben
genoten aan het gymnasium te Katwijik en de
Leuvensche universiteit, ging de heer Van
Vuuren in de joumalistiek. Hij was Kamer-
overzichtschrrjver eerst van ,,De Tijd", later
van de „Residentiebode". Sedert 1905 had de
thans ontslapene zitting in de Tweede Kamer
waar inzonderheid financieele aangelegen-
heden en West-Indische belangen zijn voile
aandacht hadden. De heer Van Vuuren was
o.a. lid-voorzitter van de legercommissie, lid
van de commissie van het algemeen college
van toezicht voor het rijk-, tucht- en opvoe-
dingswezen. Voorts maakte hij deel uit van
verschillende R. Kath. vereenigingen. De heer
Van Vuuren was ridder in de orde van den
Ned. Deeuw.
De begrafenis is hepaald op Donderdag a.s.
op de R. Kath. begraafplaats Kerkholfaan, na
de plechtige requiem te 10 uur in de O. L.
Vrouwekerk, Elantstraat.
Als zijn opvolger in de Tweede Kamer geeft
de lijst aan Y. Keestra, burgemeester van
Culemborg,
SPOORWEGEN EN ZOMERTIJD.
Het lid van de Tweede Kamer, de heer
Braat heeft den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw gevraagt of hij bereid is
in spijt van zijn eigen opvatting over deze
materie een onderzoek in te stellen bij de
directie van de Nederlandsche Spoorwegen of
afschaffing van den zomertijd ten aanzien van
de dienstregeling der treinen bezwaren zou
veroorzaken, indien men de plannen der regee
ring dienaangaande weet v6or de samenstel-
ling der dienstregeling
In de vergadering der Eerste Kamer van j.l.
Vrijdag is de Minister van Buitenlandsche
Zaken, de heer Beelaerts van Blokland, de
verschillende sprekers over zijn begrooting
beantwoordende, ook ingegaan op de critiek
die door de heeren De Savomin Dohman c.s.
was uitgesproken over de onderhandelingen
met Belgie, en in het bijzonder over de zwijg-
zaamheid van den Minister.
Hij noemde het onverstandig, over waar-
schuwingen de schouders op te halen ook al
zijn zij overbodig.
E&n der sprekers heeft gezegd, dat de
regeering geen aanraking zoekt met vooraan-
staande mannen uit handel en scheepvaart en
met andere specialisten.
Maar meermalen is op htm adviezen een
beroep gedaan en overleg gepleegd met ver-
tegenwoordigers van Kamer van Koophandel
enz. De regeering zal voortgaan, voorlichting
te zoeken, wanneer zij die noodig heeft. Als
het mogelijk was door udtvoerige mededeelin-
gen mogelijke misverstanden weg te nemen op
dit oogenblik, zou dat voor spreker aange-
naam zijn.
De publiceering van het Witboek in 1929
bewijst wel, dat de regeering niet afkeerig is
van publicaties. De regeering zal verstandig
doen, rekening te houden met de stemmen uit
de Staten-Generaal, maar zij is niet de man-
dataris van de Kamers. Alleen zij beschikt
over de gegevens om te beoordeelen of deel-
neming aan de discussies voor haar in's lands
belang is. Op het oogenblik kan zij haar
positie alleen gebruiken om het publiek buiten
de Kamer te waarschuwen, niet af te gaan op
allerlei geruchten.
Men kweekt daardoor onrust. Overigens is
de aangelegenheid slechts van betrekkelijk
actueelen aard. Beide landen hadden gehoopt,
de zaak tot een oplossing te kunnen brengen
v66r de verkiezingen in beide landen van het
volgende jaar. Maar moeilijkheden zijn ge-
rezen, die nadere overwegingen voor beide
regeeringen wenschelijk maken, mede in ver-
band met de oeconomische moeilijkheden van
thans.
Urgenter dan deze quaestie is die der oeco
nomische toenadering. Het sluiten van een
handelsverdrag is van veel gewicht en de
moeilijkheden voor de beide landen kunnen
slechts gemakkelijker worden opgelost, als het
den beiden landen gelukt zal zijn, elkaar op
oeconomisch gebied te vinden.
Nadat eenige leden hadden, gerepliceerd en
de Minister hen had beantwoord, is de be
grooting voor buitenlandsche zaken aange-
nomen.
Uit de mededeelingen van den Minister
blijkt dus, dat de oplossing der kwesties die
met het sluiten van een nieuw verdrag met
Belgie in verband staan, weer op de lange
baan is geschoven en zij die daarin een bedrei-
ging zagen voor belangen onzer groote haven-
steden kunnen voorloopig weer gerust zijn.
door
K. R. G. BROWNE.
72) Vervolg.)
Het valt moeilijk te zeggen, wat Mr.
Gibbs gedaan zou hebben, als hij tijd om
na te aenken gehad had; maar de nood-
zaak om te handelen was er, voor hij zich
rekenschap kon geven van de manier,
waarop die noodzaak ontstaan was. Bij
het plotselinge uit-den-grond-verriizen van
een jongen man met een fiets vlak voor
zijn motorkap, gooide hij want geen
mensch is van het puntje van zijn arooten
teen tot het kruintje van zijn hoofd slecht
in een wanhopige poging om een bot-
sing te vermijden, met een fellen draai zijn
stuur om. Maar door de energie, waar-
mee hij het eene ongeluk trachtte te ver
mijden, veroorzaakte hij een ander, want
hij draaide te ver door. De auto slipte
allergriezeligst, reed tegen den lagen
berm aan den rechterkant van den weg.
ramde zijn voorsteven in een stoeren eik
en maakte op de plaats rust. En Mr.
Gibbs, die eerst zijn reis op eigen kracht
had willen voortzetten, maar onderweg
het stuur tegengekomen was, volgde met
overgave zijn voorbeeld.
Peter kwam, nog voor de reeks echo's
waren weggestorven, in galop op de plaats
des onheils aan en vond daar Mr. Bel-
lerby, die met een bedenkelijk gezicht naar
het resultaat van zijn tijdige aan den
Komaan, Hollandsche
Dames-clignten, bestel met
Uw eerste bezoek te Gent
in het Huis JULIENNE
SCHELFHOUT, Brabant-
dam 6, Dampoortstr. 25.
Daar kunt ge Uwe Maat-
corsets tegelijkertijd aan
passen.
De nieuwste schoonste
Parijzer modellen aan ge-
ringe prijzen.
(Ingez. Med.)
Over den aard der moeilijkheden heeft de
Minister zich niet uitgelaten. Er is dus ook
niet bekend, of deze een gevolg zijn van de
felle actie die in den lande reeds was ontstaan
tegen een wat men noemt pseudo-Moerdijk-
kanaal, dan wel oi daarvoor andere reden zijn
(de Nation Beige eeft het in dit verband b.v.
over de Wielingeh-kwestie). Men kan naar
den aard der moeilijkheden slechts gissen.
Wij voor ons hebben, ondanks alles wat
daarover in de laatste maanden gezegd en ge-
schreven is, er niet aan kunnen gelooven, dat
de oplossing dezer zaak nabij zou zijn. Indien
Belgie ten bate van Antwerpen vasthoudt aan
den eisch van een kanaai van de dokken naar
het Hollandsch Diep is het niet te voorzien,
dat daarover met Nederlond ooit eenstemmig-
heid zal worden verkregen. Hoe gaame men
ook met zijn buren in goede verstandhouding
wil leven, er kunnen verlangens zijn die te ver
gaan en niet voor inwilliging vatbaar zijn.
Wij behooren tot den kring van hen, die van
oordeel zijn. dat Nederland voor wat een vaar-
weg van de Schelde naar den Rijn betreft
heeft voldaan door het graven van het kanaai
door Zuid-Beveland, dat in overeenstemming
dient gebracht met de veranderde eischen des
tijds. Die vaarweg is gekomen in de plaats
van een zoo goed als verzanden natuurlijken
vaarweg, waarlangs ten tijde dat die werd af-
gedamd nog slechts kleine scheepjes en dan
bij hoog water konden passeeren.
Het is ook wel opmerkelijk, dat de klach-
ten over de verbinding met den Rijn niet ver-
nomen werden uit Gent, dat toch ook een be-
duidende Rijnvaart heeft. En toen we in het
laatst van 1930 met verschillende belangheb
benden uit de scheepvaartkringen te Gent in
aanraking kwamen, hebben we van verschil
lende zijden kunnen vememen, -dat daar geen
bezwaar tegen den tegenwoordigen vaarweg
bestond.
Ondertusschen is, door het achteruitschui-
ven van een oplossing der Verdrags-kwestie
en hetgeen daarmede samenhangt voorloopig
ook weer verdwenen het uitzicht dat verschil
lende kwesties, die een opleving van het ver-
keer op de haven van Ter Neuzen belemme-
ren, voor onze haven bevredigend zouden wor
den geregeld, en blijven voorloopig de toestan-
den die als gevolg van den oorlog na 1918 zijn
ontstaan bestendlg'd. Na 14 jaar blijft in het
bijzonder de haven van Ter Neuzen de gevol-
gen dragen, met voorloopig weinig uitzicht op
een oplossing, tenzij
Ter Neuzen is niet de eenige havenplaats,
die op een oplossing der Internationale kwes
ties wacht, omdat hare belangen daarbrj
rechtstreeks zrjn betrokken. Dit is in nog
sterkere mate met Gent, dat een nieuwe sluis
te Ter Neuzen en een verruimd kanaai noodig
heeft, het geval.
Men heeft blijkbaar de Gentsche be
langhebbenden gepaaid met het vooruitzicht
dat aan hunne verlangens zou kunnen worden
tegemoetgekomen bij de i sluiting van het
nieuwe verdrag met Nederland. Antwerpen
heeft zich blijkens de berichten steeds ten
sterkste verzet tegen een partieele onderhan-
deling met Nederland over de nieuiwe werken
ten bate van Gent. Begrijpelijk! Het meende
daardoor niet alleen haar eigen positie ster-
ker te houden, doch voorkwam tevens uitbrei-
ding der groote vaart op de Gentsche haven,
voor Antwerpen een zeer emstige concurrent.
Antwerpen bereikt dus met dat streven een
tweeledig doel. De vraag is nu, of in de toe-
komst de invloed van Antwerpen sterk ge-
noeg zal blijven, om de voldoening aan het
verlangen van Gent terug te blijven dringen.
Te verwachten is het, dat de Gentsche krin
gen, die zich den laatsten tijd stil hebben ge
houden, nu weer meer naar voren zullen
treden.
eenen kant en ontijdige aan den
anderen kant tusschenkomst stond te
kijken.
„J ij hebt gezegd dat ik hem moest
tegenhouden, ouwe jongen begon het
corpulente jonqmensch bezorgd. ,,En zie
het resultaat Ramp bij de Old Hall.
Als-ie nu maar niet
..Welnee", viel Peter hem hardvochtig
in de rede. ..Onkruid vergaat niet". Hi;
klom tegen den berm op, greep het naar
lucht happende slachtoffer bij zijn kraag
beet en begon hem Spartaansch door het
raampje naar buiten te trekken. ,,Hij heeft
een stomp in zijn maag cjehad, anders niet.
Help me eens eenOpeens zag hi;
achter Toby Jane staan; hij hield midden
in zijn menschlievenden arbeid op en keek
haar met verwijtende oogen aan. ,,Wat
voer jij hier uit
,,Wat voert die hier uit vroeg Jane
bij wijze van antwoord, terwijl ze met een
nonchalante hoofdbeweging het ongeluk-
kige slachtoffer aanduidde. ,,Wat is er
gebeurd, Peter ^Vaarom
„Zal je naderhand alles wel vertellen,
zei Peter kortaf. „Sir Walter zit of staat
op me te wachten. En hoor es, Jane, snij
jij der nu maar tusschen uit; je bent op het
oogenblik d e trop. Ik kan de zaak we
makkelijker in orde brenqen zonder jou
Ga jij nu weer naar „Sonne-hoeck terug,
dan ben je een braaf kind.
„Ik denk er niet aan Jij hoeft me niet
te vertellen, Peter Cardinal, wat ik wel en
niet doen moet. Ik blijf hier tot ik weet
wat er gebeurd is en waarom en hoe het...
,,Goed, goed stemde Peter kalmee-
rend toe. ,,Maar hou je asjeblieft er bui
ten. Jij hebt in deze acte geen rol te ver-
vullen, begrepen Laat alles maar aan
mij en aan vriend Gibbs over wij knap-
De correspondent der N. R. Crt. te Brussel
meldt daaromtrent:
Het antwoord van Minister Beelaerts van
Blokland over de Nederlandsch-Belgische on
derhandelingen, die in de Nederlandsche Eer
ste Kamer ter sprake zrjn geweest, heeft in
sommige Belgische kringen, waar men zich
den laasten tijd met de hoop op een spoedige
regeling van de Nederlandsch-Belgische ka-
naalvraagstukken meende te mogen vleien,
heel wat ontgoocheling te weeg gebracht.
Deze ontgoocheling bleek vooral sterk te zijn
te Gent, waar men sedert eenigen tijd niet
meer aandrong op het voeren van aparte on
derhandelingen met Nederland betreffende
het bouwen van een nieuwe zeesluis te Ter
Neuzen, daar men verwachtte, dat deze kwes-
tie na bet bereiken van een principieel accoord
over het kanaalvraagstuk tusschen Brussel en
Den Haag automatisch haar beslag zou heb
ben gekregen.
De burgemeester van Gent ontving Zater-
dag de vertegenwoordigers der plaatselijke
pers in zijn kabinet en verheelde zijn ont
goocheling niet. Hij zeide te willen hopen, dat
de Belgische regeering bij de aanstaande on
derhandelingen over een handelsverdrag met
Nederland en een progressdeve regeling van de
nog hangende punten de kwestie van het re
gime van het kanaai van Ter Neuzen en het
bouwen van een nieuwe zeesluis aldaar op het
voorste plan zou brengen. Stappen in dien
zin zullen de volgende week bij de regeering
te Brussel worden gedaan, daar de stad Gent
het dringende vraagstuk der zeesluis desnoods
los van de andere Nederlandsch-Belgische
kwestie wil zien behandeld en tot een goed
eind gebracht.
DE GEMEENTE BEERTA IN
FINANCIeELE MOEILIJKHEDEN.
De gemeente Beerta verkeert op het oogen
blik in emstige financieele moeilijkheden.
Behalve verschillende andere noodzakelijke
uitgaven konden ook de salarissen van het
gemeentepersoneel niet worden betaald. De
gemeente heeft verscheidene pogingen gedaan
om kasgeld te krijgen, doch zonder resultaat.
Ook het rijk vond geen termen aanwezig,
om in te grijpen.
HET HANDELSVERDRAG MET BELGIe.
Het officieuze persagentschap Belga bericht
nog naar aanleiding van de mededeeling aan-
gaande de afsluiting van een hamdelsaccoord
met Nederland, dat op dit gebied inderdaad
in principe overeenstemming is bereikt.
Alleen enkele details moeten nog worden ge
regeld. Het nieuwe bandelsaccoord mag niet
verwacht worden met het door de Nederland
sche Kamer van Koophandel in Belgie voor-
gestane tolverbond overeen te stemmen.
Uit de onderhandelingen omtrent het ban
delsaccoord is ten overvloede gebleken, dat
men van beide zijden niets beter wenscht dan
het bereiken van een goede verstandhouding.
Door het accoord kennen de beide landen
elkaar wederzijds voordeelen toe, zonder hun
economische betrekkingen met andere landen
te scbaden. Dit accoord wordt geacbt te zijn
een zeer goede voorbereiding tot een tol
verbond.
De Nation Beige aan het woord.
De Nation Beige is van oordeel, dat, daar
de NederlandschBelgische besprekingen blij
kens de verklaring van Minister Beelaerts
van Blokland tot stilstand zijn gekomen, Bel
gie de werken van bet Albertkanaal met spoed
moet doorzetten, teneinde aan de Nederlan-
ders te laten zien, dat men ze niet noodig
heeft. Indien de Nederlanders door bun aar-
zeling kunnen beletten, dat Antwerpen een
Rijhhaven wordt, bangt het toch alleen maar
van Belgische wilksracht af„ van Antwerpen
een Maashaven te maken. Ook zegt de Na-
pen het met ons tweeen wel op."
Het trof al buitenqewoon ongelukkig
dat Jane juist dit oogenblik uitgekozen
had, en dat na al z'n pogingen om haar
buiten't gedrang te houden om ten too-
neele te verschijnen, maar hij had nu geen
tijd om met haar te gaan redetwisten. Als
ze nu maar zoo verstandig was. om in de
tegenwoordigheid van Sir Walter haar
mond te houden, misschien dat het hem
dan nog wel lukken zou, dank zij de on-
handigheid van vriend Gibbs, om haar
aandeel in deze quaestie te verbloemen.
Mr. Gibbs was ondertusschen bijna ge-
reed, om de gevolgen van zijn botsing te
boven te komen en maakte nu, als voor-
bereidende maatregelen voor een toe-
spraak, zwakke, benauwde geluidjes. Hij
zag er moe en ziek en terneergeslagen uit
en dat was niet te verwonderen, gezien
het feit, dat hij aan het stuur een stomp in
zijn maag gekregen had, die bij iemand
met een minder stoere constitutie wel eens
ernstiqe aevolgen aehad zou kunnen heb
ben. Toen hij Peter zijn naam hoorde
noemen, bewoog hij zwakjes zijn handen
en zei langzaam en pijnlijk:
„Ma... mama
Wacht maar tot straks", ried Peter
hem, ,,dan zul je meer moeten praten dan
je lief is. En aa nu mee, want ik raad je
in alien emst, haal geen grapjes uit, want
we zijn twee tegen een en ik begin er
langzamerhand genoeg van te krijgen."
Mr. Gibbs knikte suffig. Voor het
oogenblik althans was hij lichamelijk en
geestelijk hors concours. Zwijnend klau-
terde hij den berm af, zwijgend sukkelde
hij met Peter en Toby naast zich en Jane
achter zich aan de oprijlaan, die hij vijf
minuten te voren zoo triomfantelijk afge-
reden was, weer op.
„Wat is er toch aan de hand?" vroeg
Toby. ,,Wat heeft onze vriend hier uit-
gevoerd Ik dacht, dat jij me verteld had
dat hij
,,Hij vertelt 't je straks wel allemaal
zelf," beloofde Peter hem, ..niet waar Mr.
Gibbs Kijk, daar staat Sir Walter ons
op te wachten, trappelend van ongeduld.
Sir Walter was met Lady Bellerby en
Mr. Hopper naar buiten gekomen en
stond nu inderdaad het tweetal vluchte-
lingen op te wachten. Sir Walter keek
overbluft en geergerd. Lady Bellerby ge-
interesseerd, maar onverstoorbaar kalm,
en Mr. Hopper zooals gewoonlijk, be
halve dat hij ijverig zijn baardje stond te
bewerken. Toen de gevangene met zijn
drie begeleiders het terras-tranie bereikt
hadden, schreed Sir Walter naar het
muurtje en keek vernietigend op het
groepje van vier neer.
„Toby, wat heeft dit te beteekenen
Waar ben je geweest Waarom heb je
die vrouw
„Je moet niet bij mij om inlichtingen
zijn, oude heer," gaf zijn zoon hem goed-
moedig ten antwoord. Cardinal is de
man achter de schermen
Peter hielp zijn gevangene de treden op
en beantwoordde Sir Walter's vijandigen
blik met een minzamen, kalmeerenden
glimlach.
„Ik heb dezen eh sfiuiter mee
terug gebracht", legde hij uit, .omdat ik
geloof, dat hij iets van u meegenomen
heeft". Bij die woorden knoopte hij met
een paar vlugge bewegingen de jas van
Gibbs los zijn slachtoffer was nog niet
tot verweer in staat en sloeg de voor-
panden terug. Het „iets" in quaestie viel
met een zachten bons op de steenen van
het terras. ,,Oude Meesters zijn dit sei-
L«t op den oranje band en hef Bayerkruls. Prijs 75 cts.
(Ingez. Med.)
tion Beige nog in verband met de Wielingen
het bekende woord van Jhr. Van Kamebeek
varieerend: Wiie Wielingen zegt, zegt Zee-
Brugge en Zeebrugge is een Belgische haven.
Deze territoriale wateren maken deel uit van
het Belgische grondgebied en de Nederlanders
zullen dan ook of zij het wenschen of niet zich
wel moeten neerleggen hij het feit, dat de
Wielingen niet als een ruilmiddel kunnen
worden gebruikt.
Indien het Nederlandsche parlement met
deze verklaring genoegen neemt, dan is dit,
aldus het blad, zijn zaak. Maar wij hopen
wel, dat, het Belgische parlement dit voor
beeld niet zal volgen, wanneer de Neder
landschBelgische onderhandelingen er weer
ter sprake zullen komen. Wij zijn van mee-
ning, dat de publieke opinie het recht heeft te
weten, welke juist de moeilijkheden zijn, die
een regeling tusschen de beide landen in den
weg staan.
DE TOESTAND IN HET VERRE OOSTEN
BLIJFT ONGUNSTIG.
Al is nu een periode van betrekkelijke
kalmte ingetreden in het conflict tusschen
Japan en China, toch zijn schrijft de N. R.
Crt. de moeilijkheden verre van opgelost.
Er is zelfs reden om van een stiltie voor den
storm te spreken. Er zijn reeds duidelijke
teekenen dat de Japanners volstrekt niet van
plan zijn eenig voomemen in deze aangelegen
heid prijs te geven.
Bij Sjanghai is men met de onderhandelin
gen niet verder gekomen. De Chineezen
wachten af. De legers liggen tegenover elkaar,
al hebben de Japanners ook reeds troe-
pen daar teruggetrokken. De toestand van
formeelen oorlog zonder strijd, die gevolgd is
op den toestand van strijd zonder officieelen
oorlog, duurt nog voort. Er valt echter niet
aan te twijfelen dat de Japanners daar gaame
weg willen, en er geen oogenblik langer zul
len blijven dan voor hun prestige noodig is.
In dit laatste echter schuilt de moeilijkheid.
Er is nu geen nijpende reden meer voor de
Chineesche regeering om het boycot tegen den
Japanschen handel en handelaar te onderdruk-
ken. Zou echter Japan het gebied bij Sjang
hai ontruimen v6or het dit doel van zijn
expeditie beeft bereikt, dan zouden de Chinee
zen niet nalaten een zeer krachtig overwin-
ningsgejuich te laten hooren. Zelfbetooning
behoort nu eenmaal niet tot de meest in het
oog vallende eigenschappen van Jong China.
Daarom is Japan bij Sjanghai de gevangene
van zijn prestige. Men weet niet hoelang dat
nog kan duren.
Het hoeft geen betoog dat de aanwezigheid
der Japansche troepen in dat centrale ge-
deelte van China, ook al ligt het volstrekt niet
zoen in de mode, zooals u ziet zei Peter
met gepasten ernst.
Bij die woorden volgde een stilte, zoo
volkomen, dat zij bijna hoorbaar was.
Seconde op seconde verliep en niemand
sprak een woord. De spanning dreigde
juist ondragelijk te worden, toen er een
eind aan gemaakt werd door de hooge
nasale stem van Mr. Hopper.
..Suffert, die je bent", zei Mr. Hopper
in superieure minachting tegen Mr. Gibbs.
Mr. Gibbs, die zijn maag stond te mas-
seeren met het tevreden-geconcentreerde
gezicht van iemand, die volkomen in zijn
lijden opgaat en de wereld laat draaien
rondom hem, schrok, probeerde een waar-
dige houding aan te nemen, kreunde en
keerde weer vlug tot zijn in tweeen ge-
vouwen staat terug.
„Je bent zelf een sufferd", gaf hij nurks
ten antwoord. „Jij hebt me gehuurd om
het te doen".
Mr. Hopper knipte ongeduldig met zijn
vingers.
„Heb ik je gehuurd om door te hollen
als een kip zonder kop en den heelen boel
in de war te sturen Uil die je bent. Hoe
kan iemand zoo stom zijn. Gommi-nee!"
ging Mr. Hopper met een stem, laag en
zwaar van verhitting, voort, ,,de snuiter,
die mij de verzekering gaf dat je ,,kop"
had, heeft niet staan liegen. Samen-
werken met jou. Gibbs, staat gelijk met
poker spelen met je hoofd in een zak."
Bij die wreede woorden werd Mr. Gibbs
rood tot in zijn hals en begonnen zijn
oogen te schitteren van verontwaardiging.
Zijn lichamelijk wee vercjat hij, door de
pijn van de beleediging, z'n beroeps-trots
aangedaan.
(Wordt vervolgd.